NL8501606A - Centrifugaalpomp. - Google Patents

Description

1 ,****| \ VO 7254

Titel: Centrif ugaalpomp.

De uitvinding heeft betrekking op een verbeterde centrifugaal-pomp, in het bijzonder een centrifugaalpomp bestemd voor gebruik bij sanitaire installaties zoals bijvoorbeeld hydrotherapeutische badkuipen.

Tot dusverre bekende en hiervoor gebruikte centrifugaalpompen zijn voor·· 5 zien van een motor die via een as een waaier aandrijft die in een speciale omhulling of huis is gemonteerd.

De te verpompen vloeistof wordt axiaal ten opzichte van de waaier aangezogen terwijl de afleverzijde is voorzien van een slakkehuis dat in verbinding staat met de kamer waarin de waaier is ondergebracht.

10 Voor de specifieke, genoemde toepassing vertonen bekende pompen echter bepaalde problemen en nadelen die als volgt kunnen worden samengevat: • (a) Indien niet in bedrijf blijft een bepaalde hoeveelheid water, die weliswaar niet groot is, in het pomphuis achter. In verband met de 15 levensduur van de pomp (corrosieverschijnselen) en ook omdat in diverse landen dit bij wet is vereist, moet een dergelijke stagnatie worden vermeden.

(b) Om hetzelfde nuttige vermogen te hebben, dat wil zeggen druk of debiet van de pomp, moet de pomp, indien vertikaal opgesteld, met een 20 kleinere diameter worden uitgevoerd, bij voorkeur binnen hoogtegrenzen die door de afmetingen van conventionele badkuipen worden bepaald.

(c) Om veiligheidsredenen en zowel voor het vermijden van corrosie als kalkafzettingen, is het gewenst de scheiding en afsluiting tussen enerzijds de verbinding van de waaier met de aandrijfas en anderzijds de 25 verbinding van de aandrijfas met de aandrijfeenheid, zoveel mogelijk waterdicht te maken.

* (d) Een van de meest voorkomende oorzaken van waterlekkage en verliezen is de verbinding tussen de aanvoer- en expansiezijde van de pomp en de aangesloten buisleiding, in het bijzonder wanneer het leiding- 30 stelsel star is, omdat bij reeds de geringste afwijking van de uitlijning tussen de aanzuig- en afvoeropeningen en genoemde verbindingsleiding verstoppingen optreden.

Deze problemen en nadelen worden vermeden bij de centrifugaalpomp volgens de uitvinding welke van het type is voorzien van een waaier die - -· £ ' ^ ~ I* - 2 - is gemonteerd aan het einde van een met een krachtsbron verbonden aandrijfas en welke is opgenomen in een kamer of huis, dat axiaal is aangesloten op een aanzuigleiding en in omtreksrichting is aangesloten op een afleverleiding, welke pomp is gekenmerkt doordat het afleverslakkehuis 5 (E.cochlea) een star deel uitmaakt van de flens die het met de pompkamer- motor verbindt en waarbij de aandrijfas, uitgaande van het montageëinde van de waaier, is voorzien van een mantel van isolerend materiaal welke verhindert dat vloeistof, in het bijzonder te verpompen water, in aanraking komt met de metalen delen van de as en met de aandrijfmotor.

10 Volgens een eerste voorkeurskenmerk van de centrifugaalpomp vol gens de uitvinding is ten opzichte van de horizontale positie van de pomp, de aanzuigleiding zodanig gevormd dat deze een stroomafwaartse opening heeft die axiaal in lijn ligt met de inlaat van de pompkamer en een boven-stroomse opening die omlaag is versprongen, dat wil zeggen in de richting 15 van de zijde van de pomp die op de vloer of de basis rust en waarbij de kamer via een kleine draineerleiding met genoemde versprongen opening in het bovenstroomse deel van de aanzuigleiding is verbonden, zodat bij de pomp in onwerkzame toestand de vloeistof die in de kamer of het slakkehuis van de pomp achterblijft, positief wordt afgevoerd.

20 Volgens een ander kenmerk van de uitvinding zijn de bovenstroomse opening van de aanzuigleiding en de benedenstroomse opening van de afleverleiding gevormd met een buitenste kromming welke elk zijn voorzien van een schroefdraad en waarbij elke opening samenwerkt met een van schroefdraad voorziene ringmoer met een inwendige schroefdraad welke is ingericht voor 25 aangrijping op de schroefdraad van de betreffende opening en welke een inwendige vorm heeft die zodanig is dat deze is aangepast aan de buiten-kromming van genoemde openingen waartegen de ringmoer het overeenkomstig gevormde einde van de verbindingspijp of aansluiting, opsluit en aldus de verbindingsleiding of aansluiting in staat stelt zichzelf te richten 30 op een andere as dan die van genoemde opening.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder verwijzing naar de tekening, enige uitvoeringsvoorbeelden van de centrifugaalpomp worden beschreven.

Fig. 1 is een schematisch zijaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, 35 van de centrifugaalpomp volgens de uitvinding bij horizontale opstelling; 8501606 - 3 - f: *

v I

fig. 2 is een aanzicht van de pomp volgens fig. 1 waarvan de aanzuigleiding is verwijderd, gezien in de richting van de pijl ; fig. 3 en 4 zijn dwarsdoorsneden volgens snijvlakken III-III en IV-XV in fig. 2; 5 fig. 5 is een ander schematisch aanzicht overeenkomstig fig. 1 van de centrif ugaalpomp bij vertikale opstelling en fig. 6 is een dwarsdoorsnede-aanzicht van een iets gewijzigde uitvoering van de pomp volgens fig. 1.

Eerst verwijzend naar de fig. 1 - 4 is de centrifugaalpomp vol-10 gens de uitvinding voorzien van een motoreenheid 10 met een koppelflens waarop de pompkamer is gemonteerd, dat wil zeggen het deel dat door de twee montageflenzen 12 en 13 is begrensd.

Het huis van de pomp is voorzien van een kamer of slakkehuis • waarin de waaier 15 roteerbaar is opgenomen. De waaier wordt aangedre-15 ven door een aandrijfas 15 die door de flenzen 11 en 12 reikt en is verbonden met de motoreenheid 10. De tot dusverre beschreven componenten zijn van het conventionele type en behoeven derhalve niet, zoals andere componenten, gedetailleerd te worden beschreven.

Zoals duidelijk blijkt uit fig. 1 en 4 is de kamer 14 voorzien 20 van een daarin gevormd huis 17, is afgesloten door de koppelflens 13 waarin een axiale aanzuigopening 18 is gevormd, .terwijl de achterzijde van het gevormde huis 17 is voorzien van een opening waardoorheen de as 16 reikt. De as 16 is bekleed met een beschermende waterdichte mantel 19, is uit één stuk uitgevoerd met de waaier 15 terwijl de waterdichtheid 25 wordt gewaarborgd door afdichtingen 20, 21 die samenwerken met een af-dichtring 22 en een drukveer 23.

De mantel of bekleding 19 kan van geschikte kunststof zijn vervaardigd en kan in het bijzonder eendelig met de waaier 15 zijn gevormd.

Van de kamer 14 is het afleverspruitstuk of slakkehuis 24 afgetakt 30 met een afnemende dwarsdoorsnede die, zoals duidelijk in de figuren aangegeven, aldus bovenstrooms is aangebracht van de koppelflens van de aanzuigleiding, hetgeen een aanzienlijk beperking oplevert van de totale lengte van het pomphuis.

Op de aanzuiginlaat 18 van de flens 13 en derhalve van de kamer 35 14, is de aanzuigleiding 25 gemonteerd op een zodanige wijze dat de £156 1 δδδ Μ >9 - 4 - opening 26 van deze leiding is versprongen ten opzichte van de as van de aanzuigopening 18, in het bijzonder zoveel mogelijk omlaag is gebracht als wordt toegelaten door de ondersteuning of vloer 27 waar de pomp horizontaal op is geplaatst.

5 Zoals zichtbaar in fig. 1 verbindt een kleine leiding 28 de kamer 14 met de leiding 25 zodat wanneer de pomp niet in bedrijf is, water dat in het bodemdeel daarvan aanwezig is, door de opening 26 van de zuigleiding 25 wordt afgevoerd.

Laatstgenoemde leiding is evenwijdig aan de as van de opening 26 10 afgebeeld, echter het is duidelijk dat deze leiding ook anders kan zijn opgesteld, bijvoorbeeld omlaag hellend vanuit de kamer 14. De opening 26 van de aanzuigleiding 25 en de uitlaatopening 29 van het aflever-slakkehuis 24 zijn uitgevoerd met een kromming of ronding 30,gevolgd door een schroefdraadzone 31 op het buitenoppervlak van de aanzuigleiding. 15 Voor het verbinden van de zuig- en afvoerleiding is een eenheid 32 aangebracht waarvan het einde is voorzien van een verwijding 33 die zodanig is gevormd dat deze aansluit op de corresponderende ronding van de opening 26.

Ben ringgroef 34 is voorzien van schroefdraad 35, bestemd voor 20 aangrijping op de schroefdraad 31 van de opening 26, voor het vergrendelen van de verwijde kop van de eenheid 32 ten opzichte van de opening 26. Een pakking 36 van rubber of ander geschikt materiaal zorgt voor de waterdichte afsluiting.

Fig. 1 toont duidelijk op welke wijze de eenheid 32 en de lei-25 dingen die daarmee zijn verbonden, binnen bepaalde grenzen hellend kan zijn opgesteld, echter steeds met een ruime hoek ten opzichte van de as van de opening 16, zonder dat daarbij de waterdichte verbindingsaf- ~ sluiting wordt verbroken.

Dezelfde opstelling en hetzelfde soort waterdichte verbinding 30 bevinden zich bij de opening 29 van de afleverleiding.

Fig. 5 toont dezelfde pomp als fig. 1 gekoppeld op een andere aanzuigleiding in verband met vertikale opstelling van de pomp. Alle onderdelen van de pomp die gelijk zijn aan die van fig. 1 zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangeduid.

35 In dit geval is de draineerleiding 28 weggelaten en heeft de aan- 8501606 ·- c - 5 - zuigleiding 125 een basis 136 terwijl de aanzuigleiding is gevormd als een elleboog zodat de as van de opening 126 onder een hoek van 90° staat ten opzichte van de as van de aanzuigopening 18.

Dit houdt verband met gemakkelijke aansluiting en mechanische 5 sterkte omdat de gehele pomp op de zuigleiding rust.

In dit geval heeft de opstelling van het afleverslakkehuis grote betekenis omdat het mogelijk is, zoals bij proefnemingen in de praktijk is gebleken, de totale hoogte binnen de hoogtegrenzen te houden die door de hoogte van een normale badkuip worden bepaald.

10 In fig. 6 is een afwijkende uitvoering weergegeven van de pomp- waaier volgens fig. 1 en 5, waarbij gelijke onderdelen met dezelfde ver-wijzingscijfers zijn aangegeven.

In deze uitvoeringsvorm is aan de axiale aanzuiginlaat 18 het waaiereinde 50 op geschikte wijze verwijd en uitgevoerd met een aantal 15 trappen 51 die naar het binnenhoekoppervlak van de flens 13 zijn toegekeerd, welke flens is voorzien van een metalen L-vormige beschermings-ring 52.

In de aldus overblijvende ruimte tussen de trappen 51 en de ring 52 is een strakke afdichtring 53 aangebracht bij voorkeur van geschikte 20 kunststof, waardoor de vast afgedichte toestand van de waaier tijdens bedrijf wordt gewaarborgd.

De uitvinding is in het voorgaande beschreven met betrekking tot voorkeursaspecten en het zal duidelijk zijn dat voor wat betreft het concept en ook mechanisch, equivalente modificaties en varianten mogelijk 25 zijn zonder buiten het raam van de uitvinding te treden.

850160i

Claims (7)

1. Centrifugaalpomp van de soort voorzien van een waaier welke is gemonteerd aan het einde van een met een krachtbron verbonden aandrijfas en welke is opgenomen in een kamer die weer axiaal is verbonden met een aanzuigleiding en in omtreksrichting is verbonden met een aflever-5 leiding, met het kenmerk, dat het afleverslakkehuis (E.cochlea) star integraal is uitgevoerd met de flens die deze koppelt met de motor van de pompkamer en waarbij de aandrijfas, te beginnen bij het einde waar de waaier is gemonteerd, is voorzien van een mantel van isolerend materiaal welke zich naar de motor uitstrekt tot buiten de pompkamer.

2. Centrifugaalpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het isolerende materiaal dezelfde kunststof is als waarvan de waaier is gevormd en daarmee uit één stuk is gevormd.

3. Centrifugaalpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij horizontale opstelling van de pomp de zuigleiding zodanig is gevormd 15 dat de buitenste opening daarvan is versprongen ten opzichte van de as van de zuigopening van de pompkamer, welke buitenste opening is versprongen naar die zijde van de pomp die op de vloer of basis rust en de • pompkamer met genoemde buitenste opening is verbonden door een drainage-leiding die evenwijdig aan of omlaag hellend is opgesteld ten opzichte 20 van de as van genoemde buitenste opening van de genoemde aanzuigleiding.

4. Centrifugaalpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de buitenste opening van de aanzuigleiding en/of drainageopening van het afleverslakkehuis is gevormd met een ten dele bolvormige buitenkromming, welke opening is voorzien van schroefdraad op de buitenzijde, bestemd 25 voor aangrijping op binnenschroefdraad van een grendelringmoer waarvan de binnenzijde in overeenstemming is gevormd met genoemde buitenkromming van de genoemde opening, waarbij tussen de ringmoer en de opening een aansluiting is aangebracht alsmede een zuigleiding met een verwijd einde waarvan de kromming aansluit op de genoemde buitenkromming van de ge-30 noemde opening.

5. Centrifugaalpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij vertikale opstelling van de pomp de genoemde aanzuigleiding is uitge- Λ *“ Λ Λ Λ ·Λ U0QίQUO j c - 7 - voerd als een elleboog met een buitenopening waarvan de as haaks staat op die van de aanzuigopening van de pompkamer, welke aanzuigleiding een ondersteuningsbasis vormt voor de vertikaal opgestelde pomp.

6. Centrifugaalleiding volgens een van de voorgaande conclusies/ 5 met het kenmerk, dat de afdichting tussen het einde van de waaier en de montageflens wordt verkregen door middel van een ringvormig orgaan dat is opgenomen in een uitsparing tussen een getrapt gedeelte van het einde van de waaier en een metalen L-vormige beschermingsring die het b innenoppervlak van de flens bedekt die de pompkamer aan de aanzuigzijde sluit.

7. Centrifugaalpomp volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de buitenopening van de aanzuigleiding en/of van het af leverende slakkéhuis is uitgevoerd zoals beschreven in conclusie 4. 850 t 60 6