NL8403627A - Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam. Download PDF

Info

Publication number
NL8403627A
NL8403627A NL8403627A NL8403627A NL8403627A NL 8403627 A NL8403627 A NL 8403627A NL 8403627 A NL8403627 A NL 8403627A NL 8403627 A NL8403627 A NL 8403627A NL 8403627 A NL8403627 A NL 8403627A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal samples
reference signal
signal
image
gradient
Prior art date
Application number
NL8403627A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL8403627A priority Critical patent/NL8403627A/nl
Priority to US06/786,557 priority patent/US4682109A/en
Priority to DE8585201895T priority patent/DE3577140D1/de
Priority to EP85201895A priority patent/EP0184249B1/en
Priority to CN198585109320A priority patent/CN85109320A/zh
Priority to IL77155A priority patent/IL77155A/xx
Priority to CA000496409A priority patent/CA1250891A/en
Priority to JP60266264A priority patent/JPH0628651B2/ja
Publication of NL8403627A publication Critical patent/NL8403627A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01RMEASURING ELECTRIC VARIABLES; MEASURING MAGNETIC VARIABLES
    • G01R33/00Arrangements or instruments for measuring magnetic variables
    • G01R33/20Arrangements or instruments for measuring magnetic variables involving magnetic resonance
    • G01R33/44Arrangements or instruments for measuring magnetic variables involving magnetic resonance using nuclear magnetic resonance [NMR]
    • G01R33/48NMR imaging systems
    • G01R33/54Signal processing systems, e.g. using pulse sequences ; Generation or control of pulse sequences; Operator console
    • G01R33/56Image enhancement or correction, e.g. subtraction or averaging techniques, e.g. improvement of signal-to-noise ratio and resolution
    • G01R33/567Image enhancement or correction, e.g. subtraction or averaging techniques, e.g. improvement of signal-to-noise ratio and resolution gated by physiological signals, i.e. synchronization of acquired MR data with periodical motion of an object of interest, e.g. monitoring or triggering system for cardiac or respiratory gating
    • G01R33/5676Gating or triggering based on an MR signal, e.g. involving one or more navigator echoes for motion monitoring and correction
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01RMEASURING ELECTRIC VARIABLES; MEASURING MAGNETIC VARIABLES
    • G01R33/00Arrangements or instruments for measuring magnetic variables
    • G01R33/20Arrangements or instruments for measuring magnetic variables involving magnetic resonance
    • G01R33/44Arrangements or instruments for measuring magnetic variables involving magnetic resonance using nuclear magnetic resonance [NMR]
    • G01R33/48NMR imaging systems
    • G01R33/58Calibration of imaging systems, e.g. using test probes, Phantoms; Calibration objects or fiducial markers such as active or passive RF coils surrounding an MR active material

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Condensed Matter Physics & Semiconductors (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • High Energy & Nuclear Physics (AREA)
  • Cardiology (AREA)
  • Pulmonology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
  • Radiology & Medical Imaging (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Power Engineering (AREA)
  • Physiology (AREA)
  • Biophysics (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Magnetic Resonance Imaging Apparatus (AREA)

Description

S
PHn 11.232 1 ?. Philips’ Gloeilampenfabrieken te Eindhoven.
Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kern-magnetisatieverdeling in een deel van een lichaam.
Se uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het bepalen van een kernspinmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam, waarbij bij aanwezigheid van een stationair homogeen magneetveld in een aantal op eenvolgen-5 de meeteycli met een hoogfrequent elektromagnetische puls een kernspinresonantiesignaal wordt opgewekt, dat gedurende een voorbereidingstijd wordt geconditioneerd en gedurende een daarna volgende meettijd wordt bemonsterd voor het verkrijgen van een groep signaalmonsters, waaruit na signaal-10 transformatie ervan een beeld van een kernspinmagnetisatieverdeling wordt bepaald.
Se uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam, welke inrichting bevat: 15 a) middelen voor het opwekken van een stationair, homogeen magneetveld, h) middelen vdor het opwekken van een hoog-frequent elektromagnetische straling, c) middelen voor het opwekken van een gradient- 20 magneetveld, d) bemonsteringsmiddelen voor het nemen van signaalmonsters van een met de onder a) en b) genoemde middelen opgewekt resonantiesignaal, e) verwerkingsmiddelen voor het verwerken van de 25 signaalmonsters tot een kernmagnetisatieverde ling en f) besturingsmiddelen voor het besturen van tenminste de onder b) tot en met e) genoemde middelen voor het opwekken, conditioneren en be- 30 monsteren van een aantal resonantiesignalen en voor het verwerken van de signaalmonsters.
3403627 P HN 11-.232 2 /
Een dergelijke werkwijze en inrichting zijn hekend uit de duitse octrooiaanvrage DE-03 24.11.497. Bij de "beschreven werkwijze wordt per meetcyclus een rij van een twee- (of drie-) dimensionale heeldfrequentiematrix met 5 signaalmonsters gevuld. Na het vullen van de gehele matrix kan door een twee- (of drie-) dimensionale Fouriertransfor-matie een beeld van de kernmagnetisatie worden gevormd. Is een beeld met een redelijk oplossend vermogen gewenst (b.v. 128 x 128 beeldpunten) dan is reeds een meettijd van enkele 10 minuten noodzakelijk. Indien een te onderzoeken lichaam zich beweegt of bewogen wordt leidt dit tot fouten of on-scherptes in het beeld. Worden er metingen verricht aan de menselijke torso dan zijn beeldfouten tengevolge van de ademhalingsbeweging (en hartslag) niet te vermijden.
15 Voorgaande fouten zijn zelfs niet te vermijden bij een werkwijze of inrichting, die in de nederlandse octrooiaanvrage 82.03519 zijn beschreven, hoewel daarmee een versnelling van de gehele meetduur met een factor 2 of hoger kan worden bereikt.
20 Het is het doel van de uitvinding om in een werk wijze en in een inrichting te voorzien, waarin de fouten tengevolge van-hewegingen van het lichaam, waaraan metingen worden gedaan, althans zijn gereduceerd.
Een werkwijze volgens de uitvinding heeft tot 25 kenmerk, dat tenminste gedurende enkele meetcycli bij aanwezigheid van steeds eenzelfde gradientmagneetveld een opgewekt, ongeconditioneerd wordt opgewekt en bemonsterd voor het verkrijgen van een rij van referentiesignaalmonsters, waarbij de gradientrichting met een bewegingsrichting van 30 het lichaam samenvalt, waarna bij signaaltransformatie van de genomen signaalmonsters de referentiesignaalmonsters worden benut voor het reduceren van bewegingsinvloeden van het lichaam.
Een inrichting volgens de uitvinding heeft tot 35 kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen omvat: signaaltransformatiemiddelen voor het bepalen van frequentiespectra uit de referentiesignaalmonsters, geheugenmiddelen voor het opslaan van ten minste een van de frequentiespectra en vergelij- φ £ f\ ·>* Λ «5 v* ί 'U v j£, ƒ PH3 11.232 3 i r kingsmiddelen omvat voer het vergelijken van een aldus bepaald frequentie-spectrum met het in de geheugenmiddelen opgeslagen frequentiespectrum, welke vergelijk-middelen correctiefactoren levert voor het corrigeren van van de 5 bij dat frequentiespectrum behorende signaalmonsters afleidbare waarden.
De uitvinding zal aan de hand van in tekening weergegeven voorbeelden worden toegelicht, in welke tekening: 10 figuur 1 een meetcyclus van een werkwijze volgens de uitvinding weergeeft, figuur 2 twee bewegingstoestanden van een aan een meting onderhavig lichaam toont, figuur 3 a en b frequentiespectra van het lichaam 15 bij de twee bewegingstoestanden weergeeft, figuur 4 een coordinatenrelatie van beelden van de twee bewegingstoestanden van het lichaam toont en figuur 5 een uitvoeringsvoorbeeld van verwerkings-middelen van een inrichting volgens de uitvinding toont.
20 In figuur 1 is een meetcyclus van een werkwijze volgens de uitvinding weergegeven. Met een hoogfrequent 90° puls 21 worden magnetisaties van kernspins in een lichaam, dat in een stationair homogeen magneetveld is gebracht, in een om de richting van dat veld precederende beweging ge-25 bracht, waarbij een resonantiesignaal F1 (2ID-signaal) wordt opgewekt. Gedurende een op de puls P1 volgende voorbereidingstijd t wordt met een voor elke meetcyclus verschillend in sterkte zijnde gradientmagneetveld G1 (in de x-,y- of z-richting) een met een hoogfrequent 180° puls P2 30 op te wekken kernspinechosignaal F2 geconditioneerd. Eet opgewekte echosignaal 12 wordt in een op de voorbereidingstijd t volgende meettijd t bemonsterd. Gedurende de meettijd t is een constant G gradientmagneetveld G2 aangelegd.
De gedurende t genomen signaalmonsters v/orden in geheugen-35 middelen van een nog te beschrijven deel van een inrichting volgens de uitvinding opgeslagen. Na afloop van de meettijd t wordt met een tweede hoogfrequent 180° puls P2‘ een tweede kernspinecho signaal F2’ opgewekt, dat in een onge- p λ o ; \ r 7 5 i PEN 11.232 4 conditioneerde toestand is gebracht, door na de 180° puls P2' met een gradientveld G2' aan te leggen, dat tegengesteld is aan het voor de eerste 180° puls P2 aangelegde conditio-neringsgradientveld G1. Gedurende een extra meettijd t 1 5 worden van het ongeconditioneerde echosignaal F2' bij aanwezigheid van een constant gradientveld G^ referentiesignaal-monsters genomen (in dit voorbeeld een Gx-gradientveld, hetgeen verderop wordt toegelicht).
Het moge duidelijk zijn dat het mogelijk is om be-10 halve op de hiervoor aangegeven wijze verkrijgen van ongeconditioneerde signaalmonsters ook het signaal ?1 kan worden bemonsterd gedurende de voorbereidingstijd t , voordat het gradientveld G1 wordt aangelegd. Ook is het mogelijk om een conditionering te verkrijgen door de voorbereidingstijd t 15 verschillende waarden in elkaar opvolgende meetcycli te geven.
In figuur 2 is op een tafel 1 een lichaam 3 weergegeven, zoals dat in reeds bekende inrichtingen (bijvoorbeeld zoals in het DE-OS 24.11.497 en in de NI.OA 82.03519 20 beschreven) gebruikelijk is. Worden nu metingen verricht aan bijvoorbeeld een menselijke torso, dan zal het lichaam ^ 3 bijvoorbeeld vanwege de ademhaling bewegen. Nu is met li chaam 3 de bewegingstoestand weergegeven na uitademing en met lichaam 3’ (in streeplijn getekend) is de bewegingstoe-25 stand na inademing weergegeven. Zoals geschetst vindt de beweging hoofdzakelijk in de x-richting plaats. Worden nu in opeenvolgende meetcycli signaalmonsters (gedurende de meettijd t ) genomen en zonder meer tot een beeld verwerkt, dan zal dat beeld behept zijn met fouten en onscherptes ten-30 gevolge van de geschetste beweging. Wordt nu een ongeconditioneerd kernspinechosignaal bemonsterd bij aanwezigheid van een G gradientmagneetveld bemonsterd bijvoorbeeld in een Λ uitgeademde (bewegings)toestand, dan zal een signaaltransformatie (in het algemeen een Eouriertransformatie) een fre-35 quentiespectrum opleveren dat in figuur 3a is weergegeven. Paar het kernspinechosignaal bij een Gx-gradientveld is gemeten ontstaat na een^-P Pouriertransformatie van de genomen referentiesignaalmonsters een eendimensionaal frequentie- S 4'f: 7 " 9 7 -V « -β·' V V g** ƒ PHS 11.2 32 5 C ·> spectrum, waarvan de bandbreedte een maat is voor de object-grootte in de x-richting. Wordt aangenomen,. dat bet G· -gra-dientyeld in positieve x-richting toeneemt in sterkte, dan behoort de laagste frequentie f0 in het spectrum bij de 5 positie x = xo, waar het lichaam 3 op de tafel 1 rust (zie figuur 2 en figuur 3a). Se hoogste frequentie behoort bij de van de tafel 1 afgewende zijde van het lichaam 3. Begrijpelijk is nu dat de frequentieband bij ingeademde toestand van het lichaam 3’ (figuur 2) groter zal zijn, hetgeen in figuur 10 3b schetsmatig is weergegeven. Om een goed gedefinieerde begrenzing aan de bovenzijde van de in figuur 3a en 3b weergegeven frequentieband te verkrijgen is op het lichaam 3, 3’ een object 5 geplaatst (bijvoorbeeld een houder, die met water is gevuld), dat een sterk resonantiesignaal afgeeft.
15 Boor vergelijking van de frequentiebandbreedte is na te gaan hoeveel de bewegende buitenzijde van het lichaam 3 zich verplaatst en door vergelijking van enkele significante (herkenbare) pieken in de beide spectra (figuur 3a en 3b) is af te leiden hoeveel de tussen de buitenzijde en tafelzijde 20 aanwezige lagen zich hebben verplaatst, hetgeen schematisch met pijlen tussen figuur 3a en 3b is weergegeven. Er is uit de voorgaande vergelijking een relatie af te leiden (b.v. door interpolaties) tussen de posities x* van verschillende lagen in het lichaam 3' (ingeademde toestand) en de posities 25 x van diezelfde lagen van het lichaam 3 (uitgeademde toestand). In figuur 4 is een voorbeeld van een dergelijke relatie geschetst. Ter vergelijking is in figuur 4 tevens met een stippellijn de rechte x = x' weergegeven.
Be in de frequentiespectra aanwezige gegevens omtrent de 30 bewegingen van het lichaam 3 kunnen op verscheidene manieren worden benut. Een manier houdt in dat gedurende elke meet-cyclus referentiesignaalmonsters worden genomen, die in een frequentiespectrum worden omgezet. Uit deze spectra is af te leiden of de tijdens de meetcyclus genomen signaalmonsters 35 bij een in- of bij een uitgeademde bewegingstoestand horen (of bij een derde „tussenliggende" toestand). Be signaalmonsters kunnen op basis van de bepaalde spectra in deelgroepen worden ondergebracht, waaruit deelbeelden worden 0 4 0 3 ^ ? 7 PEN 11.232 6 gevormd op een van de "bekende wijzen. Een van de deelbeelden wordt als „norm" aangewezen en de overige deelbeelden worden met "behulp van correctiefactoren, die uit de "bij de deelgroepen behorende frequentiespectra en het bij de „norm" 5 horende spectrum worden afgeleid, opgerekt (van x naar x’) of gecomprimeerd (van x' naar x) naargelang de ingeademde toestand of uitgeademde toestand als „norm" is gekozen. Het oprekken of comprimeren kan op verscheidene manieren worden uitgevoerd: bijvoorbeeld lineair over het hele beeld, een 10 beeldhelft (in x-richting l ) niet en lineair over de andere beeldhelft of via een niet lineaire vervorming, waarbij van een te bepalen kromme zoals in figuur 4 is weergegeven gebruik wordt gemaakt. Uiteraard is het ook mogelijk om slechts in enkele meetcycli referentiesignaalmonsters te nemen, bij 15 het bereiken van een bepaalde bewegingstoestand (ingeademd of uitgeademd), waarbij de bewegingstoestand door een(mechanische) opnemer wordt gedetekteerd. Ka het bereiken van de genoemde(twee) bewegingstoestanden is namelijk de toestand enige tijd stationair en horen alle signaalmonsters, die in 20 die tijd worden genomen tot een bepaalde deelgroep, die met slechts eenmalig te bepalen correctiefactoren te corrigeren is.
In figuur 5 zijn verwerkingsmiddelen van een inrichting volgens de uitvinding weergegeven. Een gedemodu-25 leerd kernspinechosignaal wordt aan een analoog-digitaal-omzetter 11 toegevoerd, die de in digitale vorm getrachte signaalmonsters toevoerd aan een ingangspoort 13. De A/D -omzetter 11 en de ingangspoort 13 ontvangen beide van een centrale stuureenheid 15 stuursignalen via de stuurbus 15.
30 Van de ingangspoort 13 en via de databus 19 worden de digitale signaalmonsters in een geheugen 17 gezet onder besturing van de stuureenheid 15 via de stuurbus 16. Uiteraard volgen de referentiesignaalmonsters dezelfde weg. De in het geheugen 17 opgeslagen ref erentiesignaaliaonstersworden door 35de besturingseenheid 15 opgeroepen aan een rekeneenheid 21 toegevoerd, waarop de referentiesignaalmonsters uit een meetcyclus een 1-D Fouriertransformatie ondergaan, Het daaruit resulterende frequentiespectrum wordt in een geheugen- 9403627 ? KK 11.232 7 » deel 17 van het geheugen 17 opgeslagen. De aldus bepaalde frequentiespectra worden door een vergelijkings-en rekeneenheid 23 gebruikt om uit de in geheugen 17 opgeslagen signaalmonsters deelgroepen te vormen, die bil eenzelfde 5 bewegingsfase behoren. Cp de deelgroepen wordt tweemaal (of driemaal) een 1-B Fouriertransformatie uitgevoerd door de rekeneenheid 21 voor het per deelgroep verkrijgen van een twee-(of drie-) dimensionaal deelbeeld, waarvan althans het eerst gevormde in het geheugen 17 wordt.opgeslagen en 10 als basis dient voor het uiteindelijke totaal beeld. Daar de deelbeelden rijgewijs of kolomgewijs gevormd worden, wordt bij voorkeur de laatste 1-D Fouriertransformatie van de verdere deelbeelden in de „x- richting" uitgevoerd, waarna op de verkregen rij waarden, die een x- coordinaat-15 afhankelijkheid hebben, met behulp van de in het geheugen-deel 17' opgeslagen frequentiespectra een x- coordinaat-correctie wordt uitgevoerd door de vergelijkings- en rekeneenheid 23. Ka correctie wordt de gecorrigeerde rij waarden bij de uit het geheugen 17 opgevraagde waarden van de over-20 eenkomstige rij van het eerst bepaalde „ηοΓπ"-1ββ1’οββ11 opgeteld. De aldus verkregen nieuwe waarden worden weer op dezelfde plaats in het geheugen 17 gezet. Ka completering van een beeld, dat wil zeggen na samenvoegen van het eerste deelbeeld en het (de) genormeerde deelbeeld(en), kan dit 25 op een weergeefinrichting 25 worden weergegeven.
30 35 O 'V «. v ^

Claims (10)

1. Werkwijze voor het bepalen van een kernspinmagneti-satieverdeling in een deel van een lichaam, waarbij bij aanwezigheid van een homogeen, stationair magneetveld in een aantal opeenvolgende meetcycli met een hoogfrequent elektro- 5 magnetische puls een kernspinresonantiesignaal wordt opgewekt, dat gedurende een voorbereidingstijd wordt geconditioneerd en gedurende een daarna volgende meettijd wordt bemonsterd voor het verkrijgen van een groep van signaalmonsters, waaruit na signaaltransformatie ervan een beeld van een 10 kernspinmagnetisatieverdeling wordt bepaald, met het kenmerk, dat ten minste gedurende enkele meetcycli bij aanwezigheid van steeds eenzelfde gradientmagneetveld een opgewekt, ongeconditioneerd kernspinresonantiesignaal wordt opgewekt en bemonsterd voor het verkrijgen van een rij van 15 referentiesignaalmonsters, waarbij de gradientrichting met een bewegingsrichting van het lichaam samenvalt, waarna bij signaaltransformatie van de genomen signaalmonsters de referentiesignaalmonsters worden benut voor het reduceren van bewegingsinvloeden van het lichaam.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat gedurende elke meetcyclus een ongeconditioneerd kernspinresonantiesignaal wordt opgewekt en bemonsterd.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, ^ dat de referentiesignaalmonsters uit een meetcyclus worden gebruikt voor het normeren van de signaalmonsters van dezelfde meetcyclus, waarna uit de van de signaalmonsters afgeleide genormeerde waarden een beeld van een kernspinmag-netiseringsverdeling wordt bepaald.
4. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot en 30 met 3, met het kenmerk, dat gedurende het nemen van signaalmonsters een meetgradientveld is aangelegd, waarvan de veld-richting hetzelfde is als die van het gradientveld bij het nemen van de referentiesignaalmonsters.
5. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot en 35 met 3, met het kenmerk, dat gedurende het nemen van signaalmonsters een meetveldgradient is aangelegd, waarvan de gra-dientrichting loodrecht op die van het gradientveld bij het nemen van referentiesignaalmonsters is gericht. -a & ^ ** 3 J> 7 ü 3 L ƒ "·**» » c ΓΗΝ 11.232 9
6. Werkwijze volgens conclusie 2, met Het kenmerk, dat de referentiesignaalmonsters worden gebruikt voor het ordenen van de signaalmcnsters van alle meetcycli in ten minste twee subgroepen van meetcjrcli in een bepaalde bewe-gingstoestand van het lichaam, waarna uit elke subgroep van s signaalmonsters een deelbeeld wordt gevormd, welk deelbeeld met behulp van de referentiesignaalmonsters van een bij het deelbeeld behorende meetcycluswordt genormeerd, waarna de deelbeelden tot een beeld worden samengesteld.
7. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot en 10 met 6, met het kenmerk, dat de referentiesignaalmonsters na excitatie en voor conditionering gedurende de voorbereidingstijd van het resonantiesignaal worden genomen.
8. werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot en met 6, met het kenmerk, dat de referentiesignaalmonsters 15 worden genomen van een met een hoogfrequent 180° puls opgeroepen kernspinechosignaal worden genomen na compensering van de gedurende de voorbereidingstijd uitgevoerde conditionering.
9. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, 20 dat in een meetcyclus referentiesignaalmonsters worden opgenomen bij het bereiken van een van ten minste twee vooraf bepaalde,te detekteren bewegingstoestanden van het lichaam, waarna uit de signaalmonsters van de meetcycli ten minste twee bij de vooraf te bepalen te detekteren bewegingstoe- 25 standen behorende deelgroepen worden gevormd, waaruit deelbeelden worden gevormd, die met behulp van de referentiesignaalmonsters uit de bij de bijbehorende bewegingstoestand horende meetcyclus worden genormeerd, waarna de deelbeelden tot een beeld wordt samengevoegd.
10. Inrichting voor het bepalen van een kernmagneti- satieverdeling in een deel van een lichaam, welke inrichting bevat: a) middelen voor het opwekken van een stationair, homogeen magneetveld, 35 b) middelen voor het opwekken van een hoog-fre- quent eletromagnetische straling, c) middelen voor het opwekken van een gradient-magneetveld, $ /· ·-* V ƒ PHN 11.232 10 d) bemonsteringsmiddelen voor het nemen van sig-naalmonsters van een met de onder a) en h) genoemde middelen opgewekt resonantiesignaal, e) verwerkingsmiddelen voor het verwerken van de signaalmonsters tot een kernmagnetisatieverde- 5 ling en f) besturingsmiddelen voor het besturen van tenminste de onder b) tot en met e) genoemde middelen voor het opwekken, conditioneren en bemonsteren van een aantal resonantiesignalen en 10 voor het verwerken van de signaalmonsters, met het kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen omvatten: signaal transformatiemiddelen voor het bepalen van frequentiespectra uit de referentiesignaalmonsters, geheugenmiddelen voor het opslaan van ten minste een van de frequentiespectra 15 en vergelijkingsmiddelen omvat voor het vergelijken van een aldus bepaald frequentie-spectrum met het in de geheugenmiddelen opgeslagen frequentiespectrum, v/elke vergelijkmid-delen correctiefactoren leveren voor het corrigeren van van de bij dat frequentiespectrum behorende signaalmonsters af-20 leidbare waarden. 25 30 e* 9 ^ £ Λ h . * -λ +*\ ) i w V V ] 35
NL8403627A 1984-11-29 1984-11-29 Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam. NL8403627A (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8403627A NL8403627A (nl) 1984-11-29 1984-11-29 Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam.
US06/786,557 US4682109A (en) 1984-11-29 1985-10-11 Method and device for determining an NMR distribution in a region of a body
DE8585201895T DE3577140D1 (de) 1984-11-29 1985-11-19 Verfahren und vorrichtung zur ermittlung einer kernmagnetisierungsverteilung in einem teil eines koerpers.
EP85201895A EP0184249B1 (en) 1984-11-29 1985-11-19 Method and device for determining an nmr distribution in a region of a body
CN198585109320A CN85109320A (zh) 1984-11-29 1985-11-26 确定物体某一部位核磁共振分布的方法及仪器
IL77155A IL77155A (en) 1984-11-29 1985-11-26 Method and device for determining an nmr distribution in a region of a body
CA000496409A CA1250891A (en) 1984-11-29 1985-11-28 Method and device for determining an nmr distribution in a region of a body
JP60266264A JPH0628651B2 (ja) 1984-11-29 1985-11-28 Nmr分布決定方法及び装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8403627A NL8403627A (nl) 1984-11-29 1984-11-29 Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam.
NL8403627 1984-11-29

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8403627A true NL8403627A (nl) 1986-06-16

Family

ID=19844829

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8403627A NL8403627A (nl) 1984-11-29 1984-11-29 Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4682109A (nl)
EP (1) EP0184249B1 (nl)
JP (1) JPH0628651B2 (nl)
CN (1) CN85109320A (nl)
CA (1) CA1250891A (nl)
DE (1) DE3577140D1 (nl)
IL (1) IL77155A (nl)
NL (1) NL8403627A (nl)

Families Citing this family (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4614195A (en) * 1984-12-18 1986-09-30 General Electric Company Method for reduction of motion artifacts in Fourier transform NMR imaging techniques
US4728890A (en) * 1985-08-16 1988-03-01 Picker International, Inc. Motion artifact suppression technique of magnetic resonance imaging
JPS63164943A (ja) * 1986-09-03 1988-07-08 株式会社日立製作所 Nmrイメ−ジング方式
US4855910A (en) * 1986-10-22 1989-08-08 North American Philips Corporation Time-clustered cardio-respiratory encoder and method for clustering cardio-respiratory signals
JPS63183047A (ja) * 1987-01-26 1988-07-28 株式会社東芝 磁気共鳴イメ−ジング装置
FR2616936B1 (fr) * 1987-06-19 1989-10-13 Thomson Cgr Procede de prise en compte, dans une image, des mouvements d'un objet
JPH064066B2 (ja) * 1987-10-15 1994-01-19 株式会社東芝 磁気共鳴イメージング装置
IL85259A0 (en) * 1988-01-29 1988-07-31 Elscint Ltd Motion insensitive imaging using magnetic resonance systems
US4937526A (en) * 1988-11-23 1990-06-26 Mayo Foundation For Medical Education And Research Adaptive method for reducing motion and flow artifacts in NMR images
US4885549A (en) * 1988-11-30 1989-12-05 General Electric Company Method of phase and amplitude correction of NMR signals using a reference marker
EP0415683A3 (en) * 1989-08-31 1991-07-31 General Electric Company Nmr system
EP0415682A3 (en) * 1989-08-31 1991-07-31 General Electric Company Nmr system
WO1991010820A1 (de) * 1990-01-20 1991-07-25 Huschang Sabet Rotationskolbenverbrennungskraftmaschine
US5251128A (en) * 1990-11-19 1993-10-05 General Electric Company Motion artifact reduction in projection imaging
JPH07163537A (ja) * 1994-09-01 1995-06-27 Hitachi Ltd Nmrイメージング方法
US6566874B1 (en) * 1998-07-30 2003-05-20 Schlumberger Technology Corporation Detecting tool motion effects on nuclear magnetic resonance measurements

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA1052861A (en) * 1975-03-18 1979-04-17 Varian Associates Gyromagnetic resonance fourier transform zeugmatography
GB2037999B (en) * 1978-12-13 1983-01-06 Emi Ltd Imaging systems
US4599565A (en) * 1981-12-15 1986-07-08 The Regents Of The University Of Calif. Method and apparatus for rapid NMR imaging using multi-dimensional reconstruction techniques
GB2121545B (en) * 1982-06-09 1985-09-25 Picker Int Ltd Nuclear magnetic resonance method and apparatus
NL8203519A (nl) * 1982-09-10 1984-04-02 Philips Nv Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam.
US4579121A (en) * 1983-02-18 1986-04-01 Albert Macovski High speed NMR imaging system
JPS59155239A (ja) * 1983-02-23 1984-09-04 株式会社東芝 診断用核磁気共鳴装置
JPS6120541A (ja) * 1984-07-05 1986-01-29 株式会社島津製作所 呼吸性体動による核磁気共鳴像の歪を補正する方法
US4567893A (en) * 1984-11-21 1986-02-04 General Electric Company Method of eliminating breathing artifacts in NMR imaging

Also Published As

Publication number Publication date
IL77155A (en) 1989-12-15
JPS61133850A (ja) 1986-06-21
JPH0628651B2 (ja) 1994-04-20
EP0184249B1 (en) 1990-04-11
DE3577140D1 (de) 1990-05-17
EP0184249A1 (en) 1986-06-11
IL77155A0 (en) 1986-04-29
US4682109A (en) 1987-07-21
CN85109320A (zh) 1986-12-03
CA1250891A (en) 1989-03-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8403627A (nl) Werkwijze en inrichting voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam.
US5427101A (en) Diminishing variance process for real-time reduction of motion artifacts in MRI
US7573269B2 (en) Method and apparatus for acquiring magnetic resonance imaging data
EP1712927A2 (en) Under-sampled 3D MRI using a shells k-space sampling trajectory
EP1055935A2 (en) Respiratory gated multi-slab cardiac MR imaging
US20130197347A1 (en) Method for Free-Breathing Magnetic Resonance Imaging Using Iterative Image-Based Respiratory Motion Correction
US4751462A (en) Method for acquiring NMR data which is subject to periodic variations
WO2017009391A1 (en) Mr imaging with motion detection
CA2010136A1 (en) Method for reducing skew image artifacts in helical projection imaging
JP2004527301A (ja) 連続的テーブル移動を使用して大視野からmriデータを取得する方法
EP1344081A2 (en) Signal analysis for navigated magnetic resonance imaging
US8022700B2 (en) Method and apparatus for view ordering of magnetic resonance imaging data for dynamic studies
US5109854A (en) Roll-over aliasing suppression in undersampled images
JP2003528667A (ja) 適応的に選択されたフリップ角を用いる磁気共鳴撮像方法及びシステム
US5977769A (en) MR method with reduced motion artefacts
JPS63132645A (ja) 被検体の一部分の核磁化分布を測定する装置
JPH0620447B2 (ja) 変化する周期的現象の値を予測する方法と装置
EP0167350A2 (en) Nuclear magnetic resonance method and apparatus
KR101036046B1 (ko) 초고자장 mri 장비에서 epi 영상 왜곡 보정 방법
US4791369A (en) Method of measuring magnetic field error of an NMR imaging apparatus and of correcting distortion caused by the error
WO2003052440A2 (en) Magnetic resonance method
US7123007B2 (en) MR image reconstruction
US7821265B2 (en) Method and apparatus for acquiring MRI data for pulse sequences with multiple phase encode directions and periodic signal modulation
JP4481591B2 (ja) 勾配非直線性のk空間補正のための方法、システム及びコンピュータ製品
JP2007511270A (ja) Sense再構成用の複数静止受信コイルを備える高速連続移動床式磁気共鳴撮像

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed