NL8403499A

NL8403499A - SYSTEM FOR TEMPORARY COVERING OF AT LEAST PART OF A CONSTRUCTION WORK OR BUILDING.

Info

Publication number: NL8403499A
Application number: NL8403499A
Authority: NL
Original assignee: Cons Beheer Bv
Priority date: 1984-11-15
Filing date: 1984-11-15
Publication date: 1986-06-02
Also published as: EP0183294A1

Description

< fc - > 845093/Ti<fc -> 845093 / Ti

Door aanvraagster wordt als uitvinder genoemd:The applicant mentions as inventor:

Xng. H.J.van Ewijk te NijmegenXng. H.J. van Ewijk in Nijmegen

Korte aanduiding: Stelsel voor het tijdelijk overdekken van althans een gedeelte van een bouwwerk of gebouw.Short designation: System for temporarily covering at least part of a structure or building.

De uitvinding heeft betrekking op een stelsel voor het tijdelijk overdekken van althans een gedeelte van een bouwwerk of gebouw.The invention relates to a system for temporarily covering at least a part of a building or building.

Uit de ter inzage gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 5 8102685 is een stelsel bekend dat, gebruikmakend van een on dersteuning op de grond en een speciale draagconstructie bestemd is voor het wind- en waterdicht maken van gevels.From the Dutch patent application 5 8102685 laid open to public inspection, a system is known which, using a support on the ground and a special supporting construction, is intended for making facades wind and watertight.

De uitvinding beoogt een stelsel te verschaffen waarmee althans een gedeelte van een bouwwerk of gebouw tijdelijk kan 10 worden overdekt zodat onder deze overdekking alle gèwenste werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. Volgens de uitvinding is een dergelijk stelsel daartoe uitgevoerd met twee boven en langs twee tegenover elkaar gelegen gevelwanden gelegen dragers voor een daarlangs verplaatsbare overkapping, ondersteund door op 15 de gevelwanden en/of de dakrandconstructie aangrijpende klem- elementen en onderling gekoppeld door dwars op de dragers staande en daarop een trekspanning uitoefenende trekliggers.The object of the invention is to provide a system with which at least a part of a building or building can be temporarily covered, so that all desired activities can be carried out under this covering. According to the invention, such a system is designed for this purpose with two supports located above and along two opposite façade walls for a roof that can be moved along them, supported by clamping elements engaging on the façade walls and / or the roof edge construction and mutually coupled by transverse to the supports standing beams and tensile beams applying tension thereto.

Het stelsel volgens de uitvinding kan niet alleen worden gebruikt voor het overdekken van het dak van een reeds opge-20 richt gebouw doch kan reeds worden aangebracht aan een op de begane grond gestorte betonvloer en kan bij het vorderen van de bouwwerkzaamheden mee omhoog worden gebracht. Het voordeel van het stelsel volgens de uitvinding is dat gebruik wordt gemaakt van de reeds in het bouwwerk aanwezige draagconstructie 25 en aan elk bestaand gebouw kan worden aangebracht waarbij het gebruik van een steiger niet nodig is. Het stelsel volgens de uitvinding kan worden aangebracht aan de meest verschillende objecten, bijv. aan zwembaden e.d.. Doordat onder de overkapping de werkzaamheden tegen weersinvloeden beschermd kunnen 30 worden uitgevoerd, wordt de kwaliteit van het uitgevoerde werk beter, daalt het verletpercentage en kan gebruik worden gemaakt van andere en goedkopere uitvoeringstechnieken daar bij het bepalen van de gebruikte technieken geen rekening meer behoeft te worden gehouden met weersomstandigheden. In het bijzonder 35 bij het uitvoeren van dakbedekkingswerkzaamheden is men, door- 8403499The system according to the invention can not only be used for covering the roof of an already erected building, but can already be mounted on a concrete floor poured on the ground floor and can be raised with the progress of the construction work. The advantage of the system according to the invention is that use is made of the supporting construction 25 already present in the building and can be fitted to any existing building, whereby the use of a scaffold is not necessary. The system according to the invention can be applied to a wide variety of objects, eg to swimming pools, etc. Because the work can be carried out protected against weather influences under the roof, the quality of the work performed is improved, the percentage of lost time is reduced and use can be made. made of other and cheaper implementation techniques, since weather conditions no longer have to be taken into account when determining the techniques used. Particularly when carrying out roofing work, one is, 8403499

„ö W"Ö W

2 dat in een beschermde omgeving wordt gewerkt, vrijwel onbeperkt in de keuze van de afdekmaterialen. De volgens de uitvinding toegepaste dragers vormen een veiligheidshek en de constructie is zodanig dat geen hinderlijke obstakels voor het uitvoe-5 ren van werkzaamheden aanwezig zijn.2 that work in a protected environment is virtually unlimited in the choice of covering materials. The carriers used according to the invention form a safety fence and the construction is such that no annoying obstacles for carrying out work are present.

Bij voorkeur bestaat volgens de uitvinding elk klemele-ment uit twee naast elkaar gelegen tegen de wand aanliggende drukvlakken, elk gekoppeld met een eerste drukblok met een onder een scherpe hoek met de vertikaal staand contactoppervlak 10 dat samenwerkt met het contactoppervlak van een tweede drukblok, welke beide tweede drukblokken onderling en met de drager zijn • gekoppeld en waarbij de hoeken der contactoppervlakken resp. linksom en rechtsom ten opzichte van de vertikaal zijn georiënteerd, waarbij bij voorkeur in elk paar drukblokken 15 het eerste met het tweede is gekoppeld via een een verschuiving ten opzichte van elkaar wel, doch een verplaatsing in dwars-richting slechts beperkt toelatende verbinding en elk der drukblokken door een veerelement wordt afgesteund.Preferably, according to the invention, each clamping element consists of two adjacent pressure surfaces abutting each other, each coupled to a first pressure block at an acute angle to the vertical contact surface 10 which interacts with the contact surface of a second pressure block, which the two second pressure blocks are mutually coupled and to the carrier and wherein the corners of the contact surfaces resp. are oriented counterclockwise and clockwise with respect to the vertical, wherein preferably in each pair of printing blocks 15 the first is coupled to the second via a displacement relative to each other, but a displacement in transverse direction only permitting limited connection and each of the pressure blocks are supported by a spring element.

De koppeling tussen drukblokken en drager geschiedt bij 20 voorkeur via een kruisvormige staander waarvan de korte cilindrische draagarmen passen in uitsparingen in met de drukblokken verbonden passtukken en waarvan het opstaand lijf aan het boveneinde een kruisvormig koppeldeel draagt met in eikaars verlengde gelegen, langs de gevelwanden verlopende plaatvormige 25 delen opgenomen in corresponderende uitsparingen der dragers, terwijl bij voorkeur elke drager wordt gevormd door elementen opgebouwd uit twee op afstand van elkaar gelegen opstaande lijfdelen, aan boven- en onderzijde met elkaar verbonden door een liggend I-profiel waarbij de ruimte tussen de lijfdelen 30 de ligplaats voor de passtukken vormt, en het bovenste I-profiel een profieldrager voor de overkapping draagt.The coupling between pressure blocks and carrier preferably takes place via a cross-shaped upright, the short cylindrical support arms of which fit into recesses in adapter pieces connected to the pressure blocks and the upright body at the upper end of which carries a cross-shaped coupling part extending in parallel to each other along the facade walls. plate-shaped parts received in corresponding recesses of the carriers, while preferably each carrier is formed by elements built up of two spaced apart upright body parts, connected at the top and bottom by a horizontal I-profile, the space between the body parts 30 forms the berth for the fitting pieces, and the upper I-profile carries a profile support for the canopy.

De trekliggers bestaan bij voorkeur uit twee in eikaars verlengde gelegen en via een trekstang met elkaar gekoppelde vakwerkliggers.The draw beams preferably consist of two lattice beams which are in line with each other and which are coupled to each other via a tie rod.

35 De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de teke ning .The invention is elucidated on the basis of the drawing.

8403499 * > 38403499 *> 3

Fig. 1 is een schematisch perspektivisch aanzicht van het stelsel volgens de uitvinding; fig. 2 is een zijaanzicht daarvan; fig. 3 is een bovenaanzicht daarvan; 5 fig. 4 is een zijaanzicht van een bij het stelsel volgens de uitvinding toegepaste trekligger met klemelementen; fig. 5 is een zijaanzicht van een klemelement; fig. 6 is een eindaanzicht van een klemelement; fig. 7 is een perspektivische afbeelding in uiteengenomen 10 vorm van een klemelement; fig. 8 is een zijaanzicht van een klemelement met staander; fig. 9 is een bovenaanzicht van een volgens de uitvinding toegepaste overkapping; 15 fig. 10 is een zijaanzicht van deze overkapping; fig. 11 is een eindaanzicht van deze overkapping.Fig. 1 is a schematic perspective view of the system according to the invention; Fig. 2 is a side view thereof; Fig. 3 is a top view thereof; Fig. 4 is a side view of a tension beam with clamping elements used in the system according to the invention; Fig. 5 is a side view of a clamping element; Fig. 6 is an end view of a clamping element; Fig. 7 is an exploded perspective view of a clamping element; Fig. 8 is a side view of a clamping element with upright; Fig. 9 is a top plan view of a canopy used according to the invention; Fig. 10 is a side view of this canopy; Fig. 11 is an end view of this canopy.

In de figuren 1 en 2 is met het verwijzingscijfer 1' aangegeven het bovendeel van een gebouw waaraan werkzaamheden moeten worden verricht die niet door weersinvloeden mogen worden gestoord, 20 zoals het vernieuwen van de dakbedekking. Teneinde dit mogelijk te maken is het afdekstelsel 1 volgens de uitvinding aangebracht, met twee langs de gevelwanden 2 en 3 gelegen langwerpige dragers 4 resp. 5 die volgens de uitvinding worden ondersteund door een aantal op de gevelwanden aangrijpende klemelementen. De figuur 25 toont vier op de hoeken van de gevel aangrijpende klemelementen 6a-6d en acht op de lange gevel aangrijpende vlakke klemelementen 7a-7h. De opbouw van deze klemelementen zal in het hiernavolgende nog nader worden toegelicht; zij worden met een zodanige kracht tegen de gevelwanden en/of de dakrandconstructie gedrukt gehou-J den dat voldoende wrijving tussen klemelementen en gevelwanden aanwezig is om de gehele constructie te dragen, en alle optredende krachten op te nemen, zonder gevaar voor gevelbeschadi-ging. Deze aandrukkracht wordt opgewekt door tussen de dragers 4 en 5 aanwezige trek- of spanliggers 8a-8e waarvan de constructie 35 eveneens nog nader zal worden toegelicht. Reeds nu wordt opgemerkt dat de plaats van klemelementen resp. trekliggers aan de dragers niet noodzakelijkerwijs behoeft samen te vallen.In Figures 1 and 2, reference numeral 1 'denotes the top part of a building to which work is to be carried out which must not be disturbed by weather influences, such as renewing the roofing. In order to make this possible, the covering system 1 according to the invention is provided, with two elongated carriers 4 and 3 respectively situated along the facade walls 2 and 3. 5 which are supported according to the invention by a number of clamping elements engaging on the facade walls. Figure 25 shows four clamping elements 6a-6d engaging the corners of the facade and eight flat clamping elements 7a-7h engaging the long facade. The structure of these clamping elements will be explained in more detail below. they are pressed against the facade walls and / or the roof edge construction with such a force that there is sufficient friction between clamping elements and facade walls to support the entire construction, and to absorb all occurring forces, without danger of damage to the facade. This pressing force is generated by tensile or tensioning beams 8a-8e present between carriers 4 and 5, the construction of which will also be explained in more detail. It is already noted that the location of clamping elements resp. drawbars on the carriers need not necessarily coincide.

3403499 ' f 43403499 'f 4

Fig. 1 toont een overkapping 10 die in de richting van de pijlen 11a, 11b verplaatsbaar rust op de dragers 4 en 5. Onder deze overkapping kunnen de werkzaamheden onafhankelijk van weersinvloeden worden uitgevoerd. Hoewel fig. 1 slechts een overkapping 5 toont is het uiteraard mogelijk meerdere dergelijke overkappingen aan te brengen zoals in de figuren 2 en 3 getoond: deze figuren tonen twee overkappingen 12, 13, die rusten op de dragers 4, 5 welke in dit geval worden ondersteund door een groter aantal klemelementen waarvan er enkelen zijn aangegeven met het ver-10 wijzingscijfer 7* in fig. 2. Ook is er een groter aantal trek-liggers waarvan er enkelen zijn aangegeven me-t 8'.Fig. 1 shows a covering 10 which rests movably on carriers 4 and 5 in the direction of arrows 11a, 11b. Under this covering, the activities can be carried out independently of weather influences. Although fig. 1 shows only one cover 5, it is of course possible to provide several such covers as shown in figures 2 and 3: these figures show two covers 12, 13, which rest on the carriers 4, 5 which in this case are supported by a larger number of clamping elements, some of which are indicated by the reference numeral 7 * in Fig. 2. Also, there is a larger number of tension beams, some of which are indicated by 8 '.

De opbouw van dragers, trekliggers en klemelementen is in meer detail afgebeeld in de figuren 4 t/m 7. Het trekelement 8 volgens fig. 4 bestaat uit twee identieke vakwerkconstructies 15 20, 21 elk met eindplaten 22 resp. 23 en 24 resp. 25 waarvan de eindplaten 22 en 25 op nog nader te beschrijven wijze zijn gekoppeld met de klemelementen en de eindplaten 23 en 24 met elkaar zijn verbonden door enerzijds de verbindingsstang 26 en anderzijds twee schroefstangen 27, 28 met onderling tegengestelde 20 spoed en een schroefbus 29. Het aandraaien van de schroefbus brengt het geheel onder spanning. Uiteraard kan ook een ander geschikt spanmechanisme worden toegepast.The structure of carriers, tension beams and clamping elements is shown in more detail in Figures 4 to 7. The tension element 8 according to Figure 4 consists of two identical truss structures 15, 20, 21 each with end plates 22 and 20, respectively. 23 and 24 resp. 25 of which the end plates 22 and 25 are coupled to the clamping elements in a manner to be described hereinafter, and the end plates 23 and 24 are mutually connected by, on the one hand, the connecting rod 26 and, on the other hand, two screw rods 27, 28 with mutually opposite pitch and a screw sleeve 29. Tightening the screw bush puts the whole thing under tension. Of course, another suitable tensioning mechanism can also be used.

De figuren 5 en 6 tonen hoe een in zijn geheel met het ver-wijzingscijfer 7 aangegeven klemelement - waarvan de construc-25 tie meer gedetailleerd is weergegeven in fig. 7 - is gekoppeld met een staander 31 die aan het boveneinde een kruisvormig kop-peldeel 32 draagt uitgevoerd met een met de ligger 20 gekoppelde plaat 33 en met de dragerdelen te koppelen platen 34, 35. Fig.Figures 5 and 6 show how a clamping element indicated in its entirety by reference numeral 7 - the construction of which is shown in more detail in Figure 7 - is coupled to an upright 31 which has a cross-shaped coupling part at the top end. 32 carries a plate 33 coupled to the beam 20 and plates 34, 35 to be coupled to the carrier parts. FIG.

7 toont twee verschillende dragerprofieldelen aangegeven met 30 het verwijzingscijfer 4a resp, 4b. Het profieldeel is uitgevoerd met twee op afstand naast elkaar gelegen ópstaande lijfdelen 37, 38 aan boven- en onderzijde met elkaar verbonden door· een liggend I-profiel 39, 40 terwijl het bovenste I-profiel 39 een opstaand I-profiel 41 draagt bestemd voor het geleiden van de 35 overkapping. De platen 34, 35 passen in de ruimte tussen de lijfdelen 37 en 38; zij worden met, niet getekende, borgpennen vastgezet. Het profieldeel 4b heeft een eenvoudiger opbouw die niet in detail zal worden beschreven.7 shows two different carrier profile parts indicated by the reference numerals 4a and 4b, respectively. The profile part is constructed with two spaced apart upright body parts 37, 38 connected at the top and bottom by a horizontal I-profile 39, 40 while the top I-profile 39 carries an upright I-profile 41 intended for guiding the canopy. The plates 34, 35 fit in the space between the body parts 37 and 38; they are secured with locking pins (not shown). The profile part 4b has a simpler structure that will not be described in detail.

84 0 3 4 9 9 ,· 1 584 0 3 4 9 9, 1 5

De staander 31 draagt aan het ondereinde de korte cilindrische draagarmen 43/ 44 die passen in halfcilindrische uitsparingen in twee paren passtukken 45a, 45b resp. 46a, 46b. Met doorgaande bouten 47 is het geheel vastgezet aan de drukblokken 48a, 5 48b die via scheidingsoppervlakken 49a, 49b samenwerken met tweede drukstukken 50a, 50b en bovendien via zwaluwstaarten 51a, 51b, die een onderlinge verschuiving toestaan, daarmee zijn gekoppeld. Zoals fig. 7a toont staan de scheidingsoppervlakken 49a, 49b onder een scherpe hoek met de vertikaal waarbij het oppervlak 10 49a linksom, en het oppervlak 49b rechtsom is georiënteerd.The upright 31 carries at its lower end the short cylindrical support arms 43/44 which fit into semi-cylindrical recesses in two pairs of adapter pieces 45a, 45b and 45, respectively. 46a, 46b. The whole is secured with through bolts 47 to the pressure blocks 48a, 48b which interact with second pressure pieces 50a, 50b via separating surfaces 49a, 49b and, in addition, via dovetail joints 51a, 51b, which allow for mutual displacement. As shown in Fig. 7a, the separating surfaces 49a, 49b are at an acute angle to the vertical with the surface 49a oriented counterclockwise and the surface 49b clockwise.

De drukstukken 50a, 50b ten slotte dragen elk een drukplaat 52a, 52b bekleed met een laag van een geschikt materiaal met hoge wrijvingscoëfficiënt? de platen zijn door middel van de bouten 5 3 aan de drukstukken bevestigd.Finally, the pressure pieces 50a, 50b each bear a pressure plate 52a, 52b coated with a layer of a suitable material with a high coefficient of friction? the plates are attached to the thrust pieces by means of bolts 5 3.

15 Het effect van deze constructie is dat een verplaatsing van de staander 31 in vertikale richting, zowel naar boven als naar beneden, tot gevolg zal hebben dat steeds een der drukstukken 50a of 50b vaster tegen de gevelwand wordt gedrukt. Om te voorkomen dat het andere drukstuk daarbij vrijkomt is in de zwaluwstaart-20 geleiding een drukveer 54 opgenomen die het eigengewicht van het betreffende drukstuk kan opnemen en daardoor een montage vanuit een uitgangsstand "nulstand" van waaruit een gelijke verschuiving in beide richtingen mogelijk is toestaat.The effect of this construction is that a displacement of the upright 31 in vertical direction, both upwards and downwards, will result in one of the pressure pieces 50a or 50b being pressed more firmly against the facade wall. In order to prevent the other pressure piece from being released therein, in the dovetail guide, a pressure spring 54 is incorporated which can take up the dead weight of the relevant pressure piece and thereby allows mounting from a "zero position" starting position, from which an equal displacement in both directions is possible. .

Pig. 7c toont in vooraanzicht de mogelijke verplaatsing 25 ten opzichte van elkaar der drukstukken 50a, 50b, aangegeven met stippellijnen en fig. 7d toont voor het drukstuk 50a en het daarmee samenwerkend drukstuk 48a deze verplaatsing in zijaanzicht.Pig. 7c shows in front view the possible displacement 25 with respect to each other of the pressure pieces 50a, 50b, indicated by dotted lines, and FIG. 7d shows this displacement for the pressure piece 50a and the pressure piece 48a co-operating therewith.

Fig. 8 toont een klemelement 7a gekoppeld met een staan-30 der 31a bestaande uit een geknikte stang 70 die met het ondereinde 71 scharnierend is gekoppeld met het klemelement 7a en in het midden om een as 72 scharnierend is opgenomen in zijstukken 73 die zijn gekoppeld met de langsliggers 74. Het boveneinde 75 is via de instelbare drukstang 76 gekoppeld met de zijstukken 35 73 en de ligger 74. Door lossen van de drukstang 76 komt het klemelement 7a door wegklappen enigszins vrij van de gevelwand 77 en is het geheel langs de gevelwand verschuifbaar.Fig. 8 shows a clamping element 7a coupled to a stand 31a consisting of a kinked rod 70 hingedly coupled with the lower end 71 to the clamping element 7a and hinged centrally about an axis 72 in side pieces 73 coupled to the longitudinal beams 74. The top end 75 is coupled via the adjustable push rod 76 to the side pieces 73 and the beam 74. By releasing the push rod 76, the clamping element 7a is slightly released from the facade wall 77 by folding away and the whole is slidable along the facade wall.

8 4 0 3 4 9 § v ? *.8 4 0 3 4 9 § v? *.

66

Pig. 9 toont een bovenaanzicht van de overkapping 10 voorzien van regelbare ventilatie-openingen 60a-60c en toegangsope-ningen 61a, 61b; de overkapping is opgebouwd uit de centrale dakligger 62 en de steunliggers 63a-63d. De einden van de steun- 5 liggers zijn verbonden met glijstukken 64a-64d die rusten op de geleiderails 41 aangebracht op de dragers 4 resp. 5 (zie fig. 7a).Pig. 9 shows a top view of the canopy 10 provided with controllable ventilation openings 60a-60c and access openings 61a, 61b; the roof is composed of the central roof beam 62 and the supporting beams 63a-63d. The ends of the supporting beams are connected to sliding pieces 64a-64d which rest on the guide rails 41 mounted on the carriers 4 and 4, respectively. 5 (see fig. 7a).

Fig. 10 toont een zijaanzicht, en fig. 11 een eindaanzicht van deze overkapping.Fig. 10 shows a side view, and FIG. 11 shows an end view of this roof.

10 Uiteraard zijn binnen het kader van de uitvinding vele wijzigingen mogelijk, in het bijzonder in de constructie van dragers, trekliggers en overkapping.Many modifications are of course possible within the scope of the invention, in particular in the construction of carriers, pull beams and covering.

- Conclusies - * 1403491- Conclusions - * 1403491

Claims

System for the temporary covering of at least a part of a structure or building, characterized by two supports located above and along two opposite facade walls for a roof which can be moved therealong, supported by clamping elements engaging on the facade walls and / or the roof construction and mutually coupled by tensile girders standing transversely of the carriers and tensile stresses thereon.

2. System as claimed in claim 1, characterized in that each clamping element consists of two pressure surfaces adjacent to the wall, adjacent to each other, each coupled to a first pressure block at an acute angle to the vertical contact surface which interacts with the contact surface of a second printing block, which two second printing blocks are mutually coupled and to the carrier and wherein the corners of the contact surfaces resp. counterclockwise and clockwise with respect to the vertical.

3. System as claimed in claim 2, characterized in that in each pair of pressure blocks the first is coupled to the second via a displacement relative to each other, but only a limited transverse movement permitting connection and each of the pressure blocks by a spring element is supported.

4. System as claimed in claims 2-3, characterized in that the coupling between pressure blocks and carrier takes place via a cross-shaped upright, the short cylindrical supporting arms of which fit into recesses in adapter pieces connected to the printing blocks and of which the upright web at the top end carries a cross-shaped coupling part with plate-like parts 30 extending along each other in line with each other, accommodated in corresponding recesses of the carriers.

System according to claims 1-4, characterized in that each carrier is formed by elements built up of two spaced apart upright body parts, connected at top and bottom by a horizontal I-profile 35, the space between the body parts form the mooring place for the 8403499 's' X. fitting pieces, and the upper I-profile carries a profile support for the canopy.

6. System as claimed in claims 1-5, characterized in that the pull beam consists of two lattice girders which are in line with each other and which are coupled together via a tie rod. © S4 03 4 99