NL8401910A

NL8401910A - MECHANICAL VALVE FOR CLOSING A CUTANEOUS STOMA THAT PROVIDES THE PATIENT THE POWER OF INTESTINAL TRANSITO AT DESIRED TIME INTERVALS.

Info

Publication number: NL8401910A
Application number: NL8401910A
Authority: NL
Original assignee: Mulas Piero Giovanni
Priority date: 1983-06-15
Filing date: 1984-06-15
Publication date: 1985-01-02
Also published as: DE3421001A1; ES8600921A1; GB8415131D0; FR2548015A1; ES533401A0; SE8403170L; SE8403170D0; GB2141346A

Description

\ » <\ »<

Mechanische klep voor het sluiten van een cutaan stoma, dat de patiënt het vermogen van intestinaal transito verschaft op gewenste tijdsintervallenMechanical valve for closing a cutaneous ostomy, providing the patient with the ability of intestinal transit at desired time intervals

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een mechanische klep voor een stoma, dat de patiënt het vermogen geeft van intestinaal transito op gewenste tijdsintervallen.The present invention relates to a mechanical valve for a stoma, which gives the patient the ability of intestinal transit at desired time intervals.

Een dergelijke klep omvat een inwendig vlak en ringvormig 5 steunelement van de klep. De klep is buiten het lichaam van de patiënt geplaatst. Door het inwendige vlakke en ringvormige steunelement steekt de dikke darm, die om de rand van het gat van de buikwand is vastgehecht en bevestigd is aan het buitenvlak van de spierlagen door middel van hechtingen.Such a valve comprises an internal flat and annular support element of the valve. The valve is placed outside the patient's body. The internal flat and annular support element projects the large intestine, which is attached around the edge of the hole in the abdominal wall and attached to the outer surface of the muscle layers by means of sutures.

10 Het woord "stoma” wordt gewoonlijk gebruikt voor de kunstmatige verbinding van een segment van het gastro-enterische kanaal met de buitenste laag (cutis) teneinde afvoer van het daarin aanwezige materiaal mogelijk te maken. Een stoma kan worden aangebracht met twee methoden, nl.10 The word "stoma" is commonly used for the artificial connection of a segment of the gastroenteric tract with the outer layer (cutis) to allow drainage of the material contained therein. A stoma can be applied by two methods, namely .

15 (A) gedeeltelijke stoma - wanneer het intestinale materiaal slechts gedeeltelijk naar buiten wordt geleid, waarbij de continuïteit van het betreffende segment blijft gehandhaafd .15 (A) partial stoma - when the intestinal material is only partially discharged, maintaining the continuity of the affected segment.

(B) een totaal stoma - wanneer de gehele onttrek van het 20 betreffende segment wordt vastgemaakt, zodat de doorgang wordt onderbroken.(B) a total stoma - when the entire tap of the relevant segment is fastened, so that the passage is interrupted.

Stoma’s kunnen betrekking hebben op het gehele gastro-enterische kanaal. De volgende stoma's zijn dus mogelijk: stoma's van de maag (gastrostoma's), van de twaalfvingerige 25 darm (duodenostoma), van de dunne darm (iliostoma) van de dikke darm (colostoma).Stoma can cover the entire gastroenteric tract. The following stomas are therefore possible: stomas of the stomach (gastrostomy), of the duodenum (duodenostomy), of the small intestine (iliostomy) of the large intestine (colostomy).

Stoma's kunnen verder van geval tot geval met tijdelijk of permanent effect worden uitgevoerd. De chirurgische voorbereidingen verschillen echter afhankelijk van de toegepaste 30 technische middelen.Ostomy can also be performed on a case-by-case basis with temporary or permanent effect. However, the surgical preparations differ depending on the technical means employed.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een mechanische klep voor een stoma die de patiënt het vermogen geeft van intestinaal transito op gewenste tijds- 8401910 . 2 * ί ϊ intervallen.The object of the present invention is to provide a mechanical valve for a stoma that gives the patient the ability of intestinal transit at the desired time 8401910. 2 * ί ϊ intervals.

Een dergelijke klep omvat een inwendig vlak en ringvormig steunelement voor de klep. De klep is buiten het lichaam van de patiënt aangebracht. Door het inwendige steunelement 5 steekt de dikke darm, die om de rand van het gat van de buikwand is gehecht en door middel van hechtingen aan het buitenvlak van de spierlagen is bevestigd.Such a valve includes an internal flat and annular support element for the valve. The valve is located outside the patient's body. The large intestine, which is attached around the edge of the hole in the abdominal wall and which is attached to the outer surface of the muscle layers by means of sutures, protrudes through the internal support element 5.

Pig. 1 is een bovenaanzicht van de samengestelde klep met een doorgesneden aanzicht van de buikwand waaraan deze is aan-10 gebracht.Pig. 1 is a top plan view of the composite valve with a sectional view of the abdominal wall to which it is mounted.

Pig. 2 is een dwarsdoorsnede van de klep in de in fig. 1 getoonde samengestelde toestand.Pig. 2 is a cross-sectional view of the valve in the assembled state shown in FIG. 1.

Pig. 3 is een vooraanzicht van de klep.Pig. 3 is a front view of the valve.

Pig. 4 is een vooraanzicht van de steunflens van de klep; 15 deze flens moet bevestigd worden binnen de buikholte zoals hierna uiteengezet zal worden.Pig. 4 is a front view of the valve support flange; This flange must be mounted within the abdominal cavity as will be explained below.

Fig. 5 is een doorsnede van de flens volgens V-Y in fig.Fig. 5 is a sectional view of the flange according to V-Y in FIG.

4.4.

Fig. 6 is op grotere schaal een gedeeltelijk aanzicht 20 volgens de lijn VI-VI in fig. 4.Fig. 6 is an enlarged partial view taken along line VI-VI in FIG. 4.

Fig. 7 is een aanzicht volgens de lijn VII-VII in fig. 6.Fig. 7 is a view taken on the line VII-VII in FIG. 6.

Pig. 8 is een vooraanzicht van het op de steunflens te bevestigen klepdeel, dat hierna verder het buitenste, van een flens voorziene buisvormige lichaam genoemd zal worden.Pig. 8 is a front view of the valve member to be mounted on the support flange, which will hereinafter be referred to as the outer flanged tubular body.

25 Fig. 9 is een doorsnede volgens de lijn IX-IX in fig. 8. Fig. 10 is een vooraanzicht van het als "kleplichaam" werkende klepdeel.FIG. 9 is a sectional view taken on the line IX-IX in FIG. 8. FIG. 10 is a front view of the "valve body" valve member.

Pig. 11 is een doorsnede volgens de lijn XI-XI in fig. 10. Fig. 12 is een doorsnede volgens de lijn XII-XII in fig.Pig. 11 is a section on line XI-XI in FIG. 10. FIG. 12 is a section on line XII-XII in FIG.

30 10.30 10.

Pig. 13 is een perspectivisch aanzicht van de klepsluiter. Fig. 14 is een doorsnede volgens de lijn XIV-XIV in fig.Pig. 13 is a perspective view of the valve shutter. Fig. 14 is a section on line XIV-XIV in FIG.

13.13.

Fig. 15 is een axiale doorsnede van,een pen waarvan het ein 35 de van boring en schroefdraad is voorzien.en die hierna "ontluchtingspen" genoemd zal worden.Fig. 15 is an axial sectional view of a pin the end of which is bore and threaded and hereinafter referred to as "venting pin".

Fig. 16 is een vergroot detail van de voorgaande figuur dat het van een boring en schroefdraad voorziene deel van de ontluchtingspen toont.Fig. 16 is an enlarged detail of the previous figure showing the bore and threaded portion of the vent pin.

8401910 ' * * 38401910 '* * 3

Fig. 17 is een axiale doorsnede van een verbindingspen tussen de binnenste steunflens en het buitenste van een flens voorziene buisvormige lichaamFig. 17 is an axial section of a connecting pin between the inner support flange and the outer flanged tubular body

Fig. 18 is een bevestigingsschroef bestemd voor het door 5 de verbindingspen tegen de binnenste steunflens bevestigen van het buitenste buisvormige lichaam.Fig. 18 is a mounting screw intended for securing the outer tubular body by the connecting pin against the inner support flange.

Fig. 19 is een variant van een uitvoeringsvorm van het reeds in fig. 8 getoonde van een flens voorziene buisvormige lichaam.Fig. 19 is a variant of an embodiment of the flanged tubular body already shown in FIG. 8.

10 Fig. 20 toont een detail van de voorgaande figuren.FIG. 20 shows a detail of the previous figures.

Fig. 21 is een doorsnede van de eerste uitvoeringsvariant van de onderhavige uitvinding.Fig. 21 is a sectional view of the first embodiment of the present invention.

Fig. 22 is een gedeeltelijk aanzicht, beperkt tot het van een flens voorzien kleplichaam en het deksel van een twee-15 de uitvoeringsvariant van de uitvinding.Fig. 22 is a partial view, limited to the flanged valve body and the lid of a two-embodiment embodiment of the invention.

Fig. 23 en 24 tonen een verbindingspen tussen de inwendige flens en het kleplichaam en,, op dezelfde schaal, de laag synthetisch materiaal die op de pen aangebracht moet worden met het doel de adhesie van een nieuw doek op de pen te 20 begunstigen, voor de uitvoeringsvariant van fig. 21 en 22.Fig. 23 and 24 show a connecting pin between the inner flange and the valve body and, on the same scale, the layer of synthetic material to be applied to the pin for the purpose of favoring the adhesion of a new cloth to the pin, for the embodiment variant of Figures 21 and 22.

De aan de buitenzijde aangebrachte klep wordt gevormd door het van een flens voorziene buisvormige lichaam 10 dat een flens 11 heeft waardoorheen zich een geschikt aantal gaten 12 uitstrekt. In dit uitvoeringsvoorbeeld zijn vier 25 gaten aanwezig. Verder is een buisvormig lichaam 13 aangebracht dat buitenwaarts uitsteekt en van buitenschroefdraad is voorzien.The externally mounted valve is formed by the flanged tubular body 10 having a flange 11 through which an appropriate number of holes 12 extend. In this exemplary embodiment, four holes are present. In addition, a tubular body 13 is provided which projects outwards and is externally threaded.

Het buisvormige lichaam 13 is samenvallend met zijn vrije rand voorzien van ten minste één sleuf 14, welke een 30 afdichting 15 (bijvoorbeeld een O-ring) op kan nemen, zoals in fig. 2 wordt getoond. Het buisvormige lichaam 10 heeft bovendien een ringvormige rand 16 waarvan de doorsnede geleidelijk afneemt naar het vrije einde toe en welke naar de hartlijn van het lichaam toe gebogen is, zoals in detail 35 in fig. 9 wordt getoond. Deze voorziening is aangebracht op het binnenvlak van de flens 11, namelijk op het vlak tegenover het van het buisvormige lichaam 13 uitstekende vlak.The tubular body 13 coincides with its free edge with at least one slot 14 which can receive a seal 15 (eg an O-ring), as shown in Fig. 2. In addition, the tubular body 10 has an annular rim 16, the cross-section of which gradually decreases towards the free end and which is bent towards the axis of the body, as shown in detail in Fig. 9. This provision is provided on the inner face of the flange 11, namely on the face opposite the face projecting from the tubular body 13.

Het doel van de ringvormige rand 16 is het verschaffen van een afdichting tussen het binnenvlak van de flens 11 en de 8401910 / « 4 huid van de patiënt waartegen de betreffende flens zal rusten. De helling van de eerdergenoemde rand maakt het mogelijk om een afdichting te bereiken die doeltreffender is, naarmate de druk binnen de rand groter is ten opzichte van de buitendruk.The purpose of the annular rim 16 is to provide a seal between the inner surface of the flange 11 and the patient's skin against which the respective flange will rest. The slope of the aforementioned rim makes it possible to achieve a seal that is more effective as the pressure inside the rim increases with respect to the outside pressure.

5 Door de wand van het buisvormige lichaam 13 strekt zich radiaal een van schroefdraad voorzien gat 17 uit. Dit gat kan de ontluchtingspen 20 opnemen, of nauwkeuriger het van schroefdraad voorziene einddeel daarvan.A threaded hole 17 extends radially through the wall of the tubular body 13. This hole can receive the vent pin 20, or more precisely its threaded end portion.

Zoals duidelijk blijkt uit fig. 15 en gedetailleerder 10 uit fig. 16 is in het van schroefdraad voorziene einde van de ontluchtingspen 20 een eerste axiaal kanaal 21 aangebracht dat gesneden wordt door een tweede dwarskanaal 22. Dit tweede dwarskanaal 22 is aangebracht aan de voet van het van schroefdraad voorziene segment van de ontluchtingpen, zodat 15 een verbinding aanwezig is tussen het binnenste gedeelte van het buisvormige lichaam 13 en de buitenzijde, alleen dan wanneer de ontluchtingspen gedeeltelijk losgeschroefd is.As is apparent from Fig. 15 and more detailed from Fig. 16, the threaded end of the vent pin 20 has a first axial channel 21 cut through a second transverse channel 22. This second transverse channel 22 is disposed at the base of the threaded segment of the vent pin, so that a connection is present between the inner portion of the tubular body 13 and the outside, only when the vent pin is partially unscrewed.

Het kleplichaam 30 wordt gevormd door twee cilindrische segmenten 31 en 32, die coaxiaal en opeenvolgend door een 20 boring 33 van grotere diameter zijn verdeeld. De boring 33 bestrijkt slechts een boog van 180° aangezien deze doorloopt in een sleuf door de wand van het kleplichaam 30 in een huis 34 daarvan, waardoorheen een sluiter 40 verschoven kan worden.The valve body 30 is formed by two cylindrical segments 31 and 32, which are distributed coaxially and successively through a bore 33 of larger diameter. The bore 33 covers only an arc of 180 ° as it extends into a slot through the wall of the valve body 30 in a housing 34 thereof through which a shutter 40 can be slid.

Het cilindrische segment met grotere diameter 32 van het 25 kleplichaam 30 is van binnenschroefdraad voorzien en kan over het buisvormige deel 13 van het van een flens voorziene buisvormige lichaam 10 worden geschroefd.The larger diameter cylindrical segment 32 of the valve body 30 is internally threaded and can be screwed over the tubular portion 13 of the flanged tubular body 10.

Het buitenste cilindrische segment 31 heeft een kleinere diameter dan het kleplichaam 30 en is aangebracht aan zijn 30 naar de sleuf 33 toegekeerde rand en kan de sluiter 33 opnemen, waarbij een ringvormige sleuf 35 een afdichting (bijvoorbeeld een 0-ring) op kan nemen, welke in fig. 2 aangegeven is met cijfer 36.The outer cylindrical segment 31 has a smaller diameter than the valve body 30 and is mounted on its rim facing the slot 33 and can receive the shutter 33, an annular slot 35 receiving a seal (e.g. an O-ring), which is indicated with number 36 in Fig. 2.

Het zal duidelijk zijn dat wanneer het kleplichaam 30 35 op het buisvormige segment 13 van het van een flens voorziene buisvormige lichaam 10 is geschroefd, de sluiter een goede afdichting bereikt vanwege de twee afdichtingen 15 en 36. Het zal echter duidelijk zijn dat deze afdichtingen weggelaten kunnen worden wanneer de bewerking van de sluiter 8401910It will be understood that when the valve body 30 is screwed onto the tubular segment 13 of the flanged tubular body 10, the shutter achieves a good seal because of the two seals 15 and 36. However, it will be appreciated that these seals are omitted can be when the operation of the shutter 8401910

# V# V

5 40 en de deze opnemen sleuf 33 voldoende nauwkeurig is.40 and the slot 33 receiving it is sufficiently accurate.

Tenslotte is de sluiter 40 bij voorkeur voorzien van een korte flens 41 waardoor deze gentakkelijk vastgegrepen en gepositioneerd kan worden. Het overige gedeelte bestaat uit 5 een platte plaat, die een eerste half-cirkelvormig oppervlak en een tweede oppervlak in hoofdzaak rechthoekig van vorm bepaalt.Finally, the shutter 40 is preferably provided with a short flange 41 through which it can be easily gripped and positioned. The remainder consists of a flat plate defining a first semicircular surface and a second surface substantially rectangular in shape.

Tengevolge van een geschikte maatvoering van de onderdelen 40, 10 en 30 kan de sluiter 40 door wrijving in de 10 gewenste positie worden gebracht. Door middel van de flens 41, zonder dat aanzienlijke krachten uitgeoefend behoeven te worden voor het uitnemen en insteken van de sluiter.As a result of a suitable dimensioning of the parts 40, 10 and 30, the shutter 40 can be brought into the desired position by friction. By means of the flange 41, without substantial forces having to be exerted for removing and inserting the shutter.

Het buisvormig of inwendige deel 32 van het kleplichaam 30 met grotere diameter is, achter het huis 34, voorzien van 15 een uitsparing 37 waardoor de ontluchtingspijp 20 in het van schroefdraad voorziene gat 18 van het buisvormige lichaam 11 van het van een flens voorziene buisvormige lichaam 10 geschroefd kan worden. De bediening van de klep 10-30-40-20 is eenvoudig te begrijpen wanneer de ontluchtingspijp 20 is 20 aangebracht en wanneer de sluiter 40 tegen de bodem van de uitsparing 33 is geduwd, is de klep, tot zover beschouwd als eenvoudig afsluitelement, gesloten. Door de ontluchtingspijp 20 gedeeltelijk los te schroeven laat de klep een gasstroming van binnen de klep naar buiten toe. Dientengevolge 25 en met het oog op het toelaten van slechts een stroming door het gat 18 van gas en niet van vloeistof, is het aan te raden het lichaam 30 te monteren met het gat 18 omhoog. De gedeeltelijke of totale opening van de sluiter 40 zal daarentegen de stroming van vloeistoffen zowel als vaste stoffen 30 toelaten. De hier beschreven onderdelen vertegenwoordigen slechts een voorkeursuitvoeringsvorm van de klep zelf, die bestemd is als afsluitorgaan dat, volgens de uitvinding, buiten het lichaam van de patiënt te gebruiken is. Het is duidelijk dat variaties aangebracht kunnen worden in de uit-35 voering van het systeem 10-30-40-20, terwijl de speciale eigenschappen van de uitvinding in de middelen liggen die gebruikt worden voor het bevestigen van de werkelijke open-dichtklep op het lichaam van de patiënt, door middel van een inwendige steunflens 50. Deze inwendige steunflens 50 bestaat 8401910 6 3 : uit een afgeplatte ring die bestemd is om bevestigd te worden aan het buitenvlak van de buikspier nadat de band 61 van de dikke darm door middel van hechtingen bevestigd is aan het buikvlies 60 en de buikspier en voordat de darmwand 61 aan 5 de huid 63 is bevestigd. Een juiste positionering van de inwendige steunschijf geschiedt door middel van hechtingpunten aan de buikspier 62, door gebruik te maken van geschikte kanalen 51 die in cirkel verdeeld aangebracht zijn in de wand van de inwendige steunflens 50.The tubular or internal portion 32 of the larger diameter valve body 30 is provided, behind the housing 34, with a recess 37 through which the vent pipe 20 into the threaded hole 18 of the tubular body 11 of the flanged tubular body 10 can be screwed. The operation of the valve 10-30-40-20 is easy to understand when the vent pipe 20 is fitted and when the shutter 40 is pushed against the bottom of the recess 33, the valve, considered as a simple closing element, is closed . By partially unscrewing the vent pipe 20, the valve allows a gas flow from inside the valve to the outside. Consequently, and in order to allow only a flow through the hole 18 of gas and not liquid, it is recommended to mount the body 30 with the hole 18 up. The partial or total opening of the shutter 40, on the other hand, will allow the flow of liquids as well as solids 30. The components described herein represent only a preferred embodiment of the valve itself, which is intended to be a closure member that, according to the invention, can be used outside the patient's body. It is clear that variations can be made in the design of the system 10-30-40-20, while the special features of the invention lie in the means used to attach the actual open-seal valve to the the patient's body, by means of an internal support flange 50. This internal support flange 50 consists of a flattened ring which is intended to be attached to the outer surface of the abdominal muscle after the band 61 of the colon has been sutures is attached to the peritoneum 60 and abdominal muscle and before the intestinal wall 61 is attached to the skin 63. Proper positioning of the inner support disc is accomplished by means of attachment points to the abdominal muscle 62, using suitable channels 51 which are arranged in a circle in the wall of the inner support flange 50.

10 Het zal duidelijk zijn dat onderhavige mechanische klep in hoofdzaak wordt gevormd door een inwendig deel in de buikholte van de patiënt, welk deel gevormd wordt door de inwendige flens 50 van de steun en een uitwendige flens die de eigenlijke klep 10-20-30-40 vormt.It will be appreciated that the present mechanical valve is primarily formed by an internal portion in the abdominal cavity of the patient, which portion is formed by the internal flange 50 of the support and an external flange which is the actual valve 10-20-30- 40.

15 Om de twee delen aan elkaar te bevestigen, in de onderhavige klep dan wel daar buiten, kunnen verschillende oplossingen worden toegepast. Bij de uitvoeringsvorm van de in de figuur getoonde inwendige steunflens 50 steekt een geschikt aantal verbindingspennen 70 door lagen 63, 64 en 62, welke 20 gelijkmatig bevestigd zijn aan de inwendige steunflens 50 en aan de buitenzijde voorzien zijn van verbindingsmiddelen met blokkeringscomponenten zoals schroeven 71, welke schroeven aangrijpen in van schroefdraad voorziene axiale gaten 72, die in het buitenste gedeelte van de verbindingspennen 70 zijn aan-25 gebracht.To fix the two parts together, in the present valve or outside, different solutions can be used. In the embodiment of the internal support flange 50 shown in the figure, a suitable number of connecting pins 70 protrude through layers 63, 64 and 62, which are evenly attached to the internal support flange 50 and are externally provided with connection means with locking components such as screws 71, which screws engage threaded axial holes 72 provided in the outer portion of the connecting pins 70.

Het zal duidelijk zijn dat deze pennen niet alleen zich uitstrekken door de lagen 62 en 64, maar eveneens door de flens 11 van het buisvormige van een flens voorziene lichaam 10, vanwege de corresponderende doorlaatgaten 12.It will be appreciated that these pins extend not only through the layers 62 and 64, but also through the flange 11 of the tubular flanged body 10, because of the corresponding passage holes 12.

30 De in de figuur getoonde oplossing dat bovendien met schroef 71, die verbindingspennen vormt welke in hun uiteinden van een boring en schroefdraad zijn voorzien, de bevestigings-kracht beheerst kan worden waarmee via de flenzen 11 en 50 de spier en de lagen 62, 64 en de huid 63 van de patiënt wordt 35 samengedrukt, en wel in relatie tot incidentele dikteverande-ringen die plaats kunnen vinden in deze lagen.The solution shown in the figure, that in addition with screw 71, which forms connecting pins which are provided with a bore and screw thread in their ends, the fixing force can be controlled with which, via flanges 11 and 50, the muscle and the layers 62, 64 and the patient's skin 63 is compressed, in relation to incidental changes in thickness that may take place in these layers.

De gelijkmatige verbinding van de pennen 70 met de inwendige steunflens kan geschieden zoals getoond in de fig. 4, 6 en 7. De afgeplatte ring 50 heeft verlengde uitsparingen 54 8401910 • * £ 7 waarin een verlengde voet van een complementaire vorm 73 gestoken kan worden. De axiale doorsnede van de gaten 55 waardoorheen elke pen 70 moet steken kan bovendien een variabele steek vertonen teneinde de uiteindelijke aanbrenging van 5 de-pen 70 door de gaten 55 te vergemakkelijken.The even connection of the pins 70 to the internal support flange can be done as shown in Figs. 4, 6 and 7. The flattened ring 50 has elongated recesses 54 8401910 * 7 into which an elongated base of a complementary shape 73 can be inserted . In addition, the axial section of the holes 55 through which each pin 70 must protrude may exhibit a variable pitch to facilitate the final application of 5 pins 70 through the holes 55.

Een eenvoudige mogelijkheid, waarvan de constructie echter tamelijk vooruitstrevend is, wordt verkregen wanneer de ver-bindingspennen 70 met de flens 50 worden ingebouwd. Het spreekt vanzelf dat de pennen 70 zich door de lagen 62, 63 10 en 64 uit moeten strekken. Een mogelijke variant van het verbindingssysteem tussen de inwendige steunflens 50 en de flens 11 van het van een flens voorziene buisvormige lichaam 10, kan gevormd worden door een stel magnetische ringen die ter dikte van de flenzen 11 en 50 zijn vervaardigd en een 15 voldoend grote kracht kunnen leveren. Onder verwijzing in het bijzonder naar de uitvoeringsvariant van fig. 19 en 20 is te zien dat het buisvormige van een flens voorziene lichaam 110 ook in dit geval voorzien is van een cilindrisch deel 113, een flens 11 en een afdichting 116. Bovendien heeft de buis-20 vormige wand 113 een kussen 80, dat een van schroefdraad voorzien gat 84 omvat, waarin een van schroefdraad voorziene pen 85 uitsteekt in het onderste gedeelte van een kleine cilinder 86 die het makkelijk vastgrijpen daarvan door de patiënt mogelijk maakt, evenals een gelijkmatige omhooggaande beweging 25 (bijvoorbeeld 1 mm) door een relatief beperkte rotatie (bijvoorbeeld 180°). Het ondereinde van de kleine cilinder 86 is afgeschuind en opgenomen in een overeenkomstige afgeschuinde zitting 83. Wanneer de pen 86 geheel is vastgedraaid, vindt dus een afdichting plaats.However, a simple possibility, the construction of which is quite advanced, is obtained when the connecting pins 70 with the flange 50 are installed. It goes without saying that the pins 70 must extend through the layers 62, 63 and 64. A possible variant of the connection system between the inner support flange 50 and the flange 11 of the flanged tubular body 10 can be formed by a set of magnetic rings manufactured to the thickness of the flanges 11 and 50 and of sufficient force can deliver. With reference in particular to the embodiment of Figs. 19 and 20, it can be seen that the tubular flanged body 110 is also provided in this case with a cylindrical part 113, a flange 11 and a seal 116. In addition, the tube has Shaped wall 113 has a pad 80, which includes a threaded hole 84, into which a threaded pin 85 protrudes into the lower portion of a small cylinder 86 that allows for easy grasping by the patient, as well as an even upward movement movement 25 (eg 1 mm) by a relatively limited rotation (eg 180 °). The lower end of the small cylinder 86 is chamfered and received in a corresponding chamfered seat 83. Thus, when the pin 86 is fully tightened, a sealing takes place.

30 In de afgeschuinde zitting komt een klein kanaal 82 uit dat verbonden is met een inwendig buisvormig van een flens voorzien lichaam 110 via een als een filter werkend poreus lichaam met open cellen.In the beveled seat, a small channel 82 emerges which is connected to an inner tubular flanged body 110 through an open-celled porous body acting as a filter.

Het filter kan op het van een flens voorziene buisvormige 35 lichaam 110 worden gelast en derhalve van een ander materiaal worden vervaardigd.The filter can be welded to the flanged tubular body 110 and therefore made of a different material.

Het zal duidelijk zijn dat aan de buitenopening van de werkelijke klep op geschikte wijze een verwijderbare dunne zak aangebracht kan worden.It will be understood that a removable thin bag can be suitably fitted to the outer opening of the actual valve.

8401910 0 V- 88401 910 0 V- 8

In het bijzonder in de fig. 21 tot en met 24 geven de nummers 60, 61, 62, 63 en 64 respectievelijk aan de dikke darm, het buikvlies, de buikspier, de buitenste huidlaag ën de huid. De inwendige steunflens 50 is aangebracht tussen de 5 buikspier 62 en de huidlaag 64.In particular in Figs. 21 to 24, the numbers 60, 61, 62, 63 and 64 denote the colon, the peritoneum, the abdominal muscle, the outer skin layer and the skin, respectively. The internal support flange 50 is arranged between the abdominal muscle 62 and the skin layer 64.

Van tevoren aan de inwendige steunflens 50 bevestigde pennen 70 strekken zich uit door de lagen 64 en 63 en steken buiten de huid uit, zodat deze gebruikt kunnen worden voor het koppelen van het kleplichaam 210 door middel van geschikte 10 gaten 212 die van tevoren aangebracht zijn in de flens 211 van het kleplichaam 210. Volgens de in de figuur getoonde uitvoeringsvorm heeft het kleplichaam 210 een buisvormig deel 213 dat aan de buitenzijde van schroefdraad is voorzien en waarop een holle plug 214 geschroefd kan worden.Pins 70 pre-attached to the inner support flange 50 extend through the layers 64 and 63 and protrude beyond the skin so that they can be used to couple the valve body 210 through suitable holes 212 previously provided in the flange 211 of the valve body 210. According to the embodiment shown in the figure, the valve body 210 has a tubular part 213 which is threaded on the outside and onto which a hollow plug 214 can be screwed.

15 Om de verwijdering van het intestinale residu te vergemakkelijken, wordt een dunne, buigzame, waterdichte meervoudig gevouwen zak in het buisvormige lichaam 213 gestoken, welk huis een sleuf 215 heeft voor het opnemen van een verstekings-ring aan de rand van de zak, en welke over de buitenschroef-20 draad wordt aangebracht.To facilitate the removal of the intestinal residue, a thin, flexible, watertight multi-folded bag is inserted into the tubular body 213, which housing has a slot 215 for receiving a miter ring on the edge of the bag, and which is placed over the outer screw-20 thread.

Bij deze uitvoeringsvorm is geen ontgassingsmogelijkheid aangebracht onafhankelijk van de verwijdering van het intestinale residu. De klep volgens de uitvinding is echter uitzonderlijk eenvoudig, zowel voor wat zijn constructie als voor 25 wat zijn werking betreft.In this embodiment, no degassing capability is provided independently of the removal of the intestinal residue. However, the valve according to the invention is exceptionally simple, both in its construction and in operation.

Bij de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm is de afdichting van de lip 216 verbeterd met een O-ring 217, en in toevoeging hierop is een andere O-ring 218 aangebracht tussen de afdichting van de plug 214 en het buisvormige deel 213 aan het 30 einde van de schroefdraad.In the embodiment shown in Fig. 1, the sealing of the lip 216 has been improved with an O-ring 217, and in addition, another O-ring 218 is disposed between the sealing of the plug 214 and the tubular portion 213 on the end of the thread.

Bij de bovengenoemde uitvoeringsvorm, die getoond is in de figuur zijn de pennen 70 uitwendig van schroefdraad voorzien zodat hun van een flens 210 uitstekende einde een dop-moer 271 op kan nemen.In the above embodiment, shown in the figure, the pins 70 are externally threaded so that their flanged end 210 can receive a cap nut 271.

35 Om de adhesie van het weefsel om de pen 70 mogelijk te maken, zoals getoond in fig. 4, is deze pen voor de operatie voorzien van een polyetheen terephthalaatpijp die zijn geschiktheid heeft bewezen als ondersteuning bij het proces van de celvorming.To enable the adhesion of the tissue to the pin 70, as shown in Fig. 4, this surgery pin is equipped with a polyethylene terephthalate pipe which has proven its usefulness in supporting the cell formation process.

8401910 98401910 9

Bij de in fig. 2 getoonde uitvoeringsvorm is het klep-lichaam 310 nagenoeg ongewijzigd gebleven met uitzondering van een korter buisvormig van schroefdraad voorzien lichaam 311.In the embodiment shown in Figure 2, the valve body 310 has remained substantially unchanged except for a shorter tubular threaded body 311.

5 In dit geval is geen aan de rand van het buisvormige lichaam bevestigde zak aangebracht, terwijl een afdichting wordt verzekerd door een Q-ring 412 die opgenomen is in een overeenkomstige sleuf welke van tevoren aangebracht is aan de inwendige zijde van de holle plug.In this case, no bag attached to the edge of the tubular body is provided, while sealing is ensured by a Q-ring 412 which is received in a corresponding slot which is pre-fitted on the inner side of the hollow plug.

10 De afwezigheid van de in fig. 1 gebruikte zak maakt echter de montage van een ontluchtingsklep 315 mogelijk die samengesteld is uit een druktoets 316 die bevestigd is aan een pen 317 welke door de holle plug steekt. Aan het andere einde is een sluitkop 318 gemonteerd. Een veer houdt de sluitkop 318 15 in stevig contact met zijn zitting en de ontgassing vindt slechts plaats wanneer de drukknop met opzet wordt ingedrukt.However, the absence of the bag used in Figure 1 allows the mounting of a vent valve 315 composed of a push button 316 attached to a pin 317 passing through the hollow plug. A closing head 318 is mounted at the other end. A spring keeps the closure head 318 15 in firm contact with its seat and degassing occurs only when the push button is intentionally pressed.

Tussen de huid van de patiënt de flens 311 van het klep-lichaam 310 is een afdichting 320 aangebracht. Dit verzekert een goede afdichting als alternatief van de bij de in fig.A seal 320 is provided between the patient's skin, the flange 311 of the valve body 310. This ensures a good seal as an alternative to the one shown in fig.

20 1 getoonde 0-ring 217 behorende elastische lip 216.1 shows O-ring 217 associated elastic lip 216.

84019108401910

Claims

1. Mechanical valve for sealing a cutaneous ostomy, which gives the patient the ability of intestinal transit at desired time intervals, characterized in that it comprises an internal support element for the actual valve placed outside the patient's body, wherein the intestine fastened around the edge of the abdominal wall hole and by sutures to the outer surface of the muscle layers, it extends through the internal support member.

2. Mechanical valve according to claim 1, characterized in that the internal supporting element of the actual valve, which is placed externally, is made of a flattened ring with rounded edges and provided with holes arranged in a circle, through which the stitching points can reach the muscle layers.

Mechanical valve according to claim 2, characterized in that a suitable number of regularly-placed coupling pins are provided which protrude from the patient's body and extend through the fat tissue and skin of the abdominal wall so that the protruding ends 20 can be used to attach the actual externally positioned actual valve.

4. Mechanical valve according to claim 3, characterized in that the actual valve placed outside the patient's body is provided with a flange which can be fitted over the internal support flange, the thickness of the adipose tissue and the skin of the abdominal wall between them and which can cooperate with the coupling pins extending from the inner support flange to beyond the abdominal wall.

Mechanical valve according to claim 4, characterized in that the coupling pins extend through corresponding holes in the flange of the actual externally positioned valve, with a corresponding number of screws screwed into the holes provided on the ends of the connecting pins can be applied to achieve the desired clamping force between the two flanges.

6. Mechanical valve according to claim 4, characterized in that the flange of the actual valve is provided with at least one seal on its side facing the patient's skin.

A mechanical valve according to claim 6, characterized in that the seals are securely mounted or welded in the inner surface of said flange, the radial section of which tapers from the bottom to the top and to the centerline of the shaft converges to form a seal, the efficiency of which increases with increasing internal pressure.

8. Mechanical valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the externally placed actual valve comprises a flanged tubular body, the cylindrical part being able to receive a valve body which is cut through a transverse slot through which a shutter can move.

9. Mechanical valve according to claim 8, characterized in that the cylindrical part of the tubular flanged body at its foot, ie in the vicinity of its flange, comprises a hole for which there is optionally a filter fitted and that can accommodate a vent pin.

10. Mechanical valve according to claim 9, characterized in that the filter is formed by an insert of a porous open-cell material, preferably of polyurethane or the like plastic.

11. Mechanical valve according to claim 1, characterized in that it comprises an internal support flange with outwardly protruding pins to be inserted and secured in the fabric, a valve body being attached to the internal support flange externally of the pins, and the valve body includes an annular flange, while an externally threaded tubular body can receive a hollow plug.

A mechanical valve according to claim 11, characterized in that an annular slot is provided at the edge of the tubular body of the valve body for receiving the elastically reinforced edge of a flexible folding bag which is arranged in the tubular valve body must be inserted before closing the stopper. 84 0 1 9 1 0 V%

13. Mechanical valve according to claim 11, characterized in that the bottom of the hollow plug comprises an annular slot which can receive an O-ring which can be pressed against the annular end of the tubular body of the valve body.

Mechanical valve according to claim 11, characterized in that the annular flange of the valve body comprises a sealing lip, which is retracted into the maximum effective position by means of an O-ring.

Mechanical valve according to claim 11, characterized in that the annular flange of the valve body comprises a surface provided with annular teeth resting against a suitable seal of the same shape, and which is arranged between the flange and the epidermis of the 15 patient.

Mechanical valve according to claim 11, characterized in that the pins protruding from the internal support flange are externally threaded and can receive cap nuts.

Mechanical valve according to claim 16, characterized in that the pins are coated with a sleeve of polyethylene terephthalate, in order to facilitate the adhesion of the fabrics to the surface of the pins. 8401910