NL8303607A

NL8303607A - Kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type en werkwijze voor het bedrijven daarvan.

Info

Publication number: NL8303607A
Application number: NL8303607A
Authority: NL
Original assignee: Sony Corp
Priority date: 1982-10-19
Filing date: 1983-10-19
Publication date: 1984-05-16
Also published as: KR900004818B1; FR2534742A1; KR840006556A; GB2129608B; GB8327839D0; GB2129608A; FR2534742B1; US4616161A; DE3338017A1; CA1190661A; JPS5973836A

Description

C/Ca/ar/1586 v

Kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type en werkwijze voor het bedrijven daarvan.

De uitvinding heeft betrekking op een kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type en op een werkwijze voor het bedrijven van een dergelijke kleurenkathodestraalbuis.

5 Kleurenkathodestraalbuizen van het gewoon lijk in kleurentelevisie-ontvangers toegepaste type werken met enige electronenbundels, welke gaan door een schaduw-masker, een rooster met openingen of een andere dergelijke, nabij het fosforscherm van de buis aangebrachte inrichting, 10 welke dient om zeker te stellen, dat de bij de respectieve kleuren behorende electronenbundels het fosforscherm treffen in de respectieve fosforstippen of -strepen van de verschillende kleuren, zodanig, dat een samengesteld kleurenbeeld wordt gevormd.

15 Daarnaast kent men kleurenkathodestraal buizen van het zogenaamde "stroomafhankelijke type", welke niet met een speciale inrichting voor bepaling van de tref-vlekpositie van de electronenbundel op het fosforscherm zijn uitgerust. Bij dergelijke buizen is het kleurfosforscherm 20 gevormd door menging en laagsgewijze aanbrenging van tenminste twee verschillende kleurfosfors met onderling verschillende karakteristieken voor wat betreft de luminantie als functie van de electronenbundelstroomdichtheid. Dit heeft tot gevolg, dat bij een aan de gemeenschappelijke electronenbundelbron 25 optredende verandering van de electronenbundelstroomdichtheid, hetgeen in de praktijk op een verandering van de kathodestroom-waarde van de buis neerkomt, een lichtemissieverdeling met een voorafbepaalde kleurtint (hue) wordt verkregen.

Aangezien een kleurenkathodestraalbuis 30 van het stroomafhankelijke type niet met speciale middelen voor alignering en onderdrukking van de electronenbundel is uitgerust, kan een dergelijke buis een gering gewicht hebben, terwijl de vervaardiging en montage van een dergelijke buis betrekkelijk eenvoudig is. Voorts heeft een dergelijke kleu-35 renkathodestraalbuis het voordeel, dat een hoge beeldresolutie 8303607 w -2- kan worden verkregen en dat geen gevaar bestaat voor het optreden van kleurregistratiefouten als gevolg van een posi-tieverandering van de voor bundeltrefvlekpositiebepaling dienende inrichting ten opzichte van het fosforscherm, daar 5 een dergelijke inrichting bij een kleurenkathodestraalbuis van het hier beschouwde type ontbreekt.

Bij een eerder voorgestelde kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type heeft het toegepaste electronenkanon echter zodanige eigenschappen, dat de 10 kathodestroom en de bundelstroomdichtheid een niet-lineaire relatie vertonen, zodat met een dergelijke buis een kleurenbeeld met onvoldoende kleurzuiverheid wordt verkregen.

Zo wordt bijvoorbeeld in aanvraagsters Amerikaanse octrooiaanvrage 385.831 van 7 juni 1982 een der-15 gelijke kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type beschreven, waarvan het kleurfosforscherm enerzijds bestaat uit een rode fosfor, waarvan de luminantie of helderheid als functie van de electronenbundelstroomdichtheid een zogenaamde "sub-lineaire" karakteristiek, als weergegeven 20 door de kromme 1 in Fig. 1 van de bijbehorende tekening, laat zien. Anderzijds bestaat het kleurfosforscherm uit een groene fosfor, waarvan de genoemde karakteristiek een zogenaamd "super-lineair" verloop heeft, als weergegeven door de kromme 2 in Fig. 1. Deze beide kleurfosfors worden met elkaar ge-25 mengd en laagsgewijze over elkaar aangebracht. De stroomdichtheid van de, het kleurfosforscherm treffende electronen-bundel, welke afhankelijk van de kathodestroom van de buis is, kan nu door een schakelwerking op de speciaal gekozen waarden A,B en C (zie de abscis van de grafiek volgens Fig. 1) 30 worden gebracht. Wanneer voor de stroomdichtheid een waarde A wordt gekozen, zal de lichtemissie voor de kleur rood, als bepaalde door de kromme 1 in Fig. 1, domineren. Wanneer voor de bundelstroomdichtheid de waarde B in Fig. 1 wordt gekozen, zal de lichtemissieverdeling in het snijpunt b van de beide 35 krommen 1 en 2 worden verkregen, resulterende in de kleur geel als mengkleur van rood en groen. Wanneer voor de bundel- 8303607 -3- stroomdichtheid de waarde C wordt gekozen, zal weliswaar de lichtemissie voor de kleur groen (zie het punt c op de kromme 2 in Fig. 1) domineren, doch als gevolg van de uit de kromme 1 in Fig. 1 volgende emissie voor de kleur rood zal een enigs-5 zins "gelig" groen resulteren. Door selectieve verandering van de bundelstroomdichtheid in reactie op een kleurinformatie-signaal kan derhalve op het kleurfosforscherm een kleurenbeeld worden zichtbaargemaakt.

Daarbij wordt een verandering van de bundel-10 stroomdichtheid teweeggebracht door een verandering van de kathodestroom van de buis. In de praktijk doet zich daarbij echter het verschijnsel voor, dat aan een verandering van de kathodestroom Ik een verandering van de diameter van de door de bundel op het fosforscherm gevormde trefvlek gepaard 15 gaat. De relatie tussen de kathodestroom Ik en de trefvlek-diameter van de bundel is weergegeven in de kromme 3 in Fig.

2; zoals daaruit naar voren komt, neemt de trefvlekdiameter van de bundel met de kathodestroom Ik toe volgens een niet-lineaire relatie, zodat ook de relatie tussen de kathodestroom 20 Ik en de bundelstroomdichtheid ter plaatse van de bundeltref-vlek een niet-lineair karakter heeft, zoals uit de kromme 4 in Fig. 3 naar voren komt. Bij een waardeverandering van de kathodestroom Ik binnen het gebied van een waarde D tot een waarde E in Fig. 3 blijkt de stroomdichtheid binnen een be-25 trekkelijk klein gebied van een waarde F naar een waarde G te veranderen. Wanneer voor de kathodestroom Ik een waarde E wordt gekozen, wordt de stroomdichtheid C volgens Fig. 1 verkregen. Indien voor de kathodestroom een lagere waarde dan de onderste grenswaarde D wordt gekozen, kan geen voor bevre-30 digend bedrijf voldoende geringe stroomdichtheid worden verkregen. De stroomdichtheid kan niet op een zodanige waarde worden gebracht, dat de emissie van rood licht volgens Fig. 1 wordt verkregen, zodat de kleurzuiverheid, in dit geval meer in het bijzonder de kleurzuiverheid voor de kleur rood, van 35 een gevormd beeld slecht is.

De onderhavige uitvinding stelt zich ten 8303607 -4- doel, een kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type te verschaffen, waarvan het kleurfosforscherm is vervaardigd van respectieve kleurfosfors met meer dan twee hel-derheidskarakteristieken, zodanig, dat de aan tot nog toe 5 voorgestelde kleurenkathodestraalbuizen van dit type inherente nadelen komen te vervallen.

Voorts stelt de uitvinding zich ten doel, een kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type met een verbeterde kleurzuiverheid te verschaffen.

10 Een ander doel van de uitvinding is het ver schaffen van een kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type, welke een beeld van aanzienlijk verbeterde kwali-. teit levert.

Nog een, ander doel van de uitvinding is het 15 verschaffen van een voor toepassing bij een kleurentelevisie-ontvanger geschikte kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type.

Volgens de uitvinding dient bij een dergelijke kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type 20 het kleurfosforscherm te bestaan uit tenminste twee verschillende kleurfosfors met onderling verschillende bundelstroom-dichtheid/helderheidskarakteristieken, waarbij het electronen-kanon van de buis een het kleurfosforscherm treffende elec-tronenbundel afgeeft, waarvan de stroomdichtheid in afhanke-25 lijkheid van kleurinformatiesignalen wordt veranderd voor vorming van een kleurenbeeld, terwijl de aan het electronen-kanon toegevoerde focusseringsspanning zodanig wordt veranderd, dat de toestand van juiste focussering wordt verkregen • bij de hoogste waarde van een bekrachtigingsstroomgebied, waar- 30 binnen lichtemissie voor de verschillende gewenste kleuren optreedt, terwijl de bij die toestand van juiste focussering behorende focusseringslengte (brandpuntsafstand) bij een be-krachtigingsstroom met de laagste waarde van het genoemde gebied met meer dan 5% van die bij juiste focussering afwijkt. 35 De uitvinding zal worden verduidelijkt in de nu volgende beschrijving aan de hand van de bijbehorende 8303607 -5- tekening van enige uitvoeringsvormen, waartoe de uitvinding zich echter niet beperkt. In de tekening tonen:

Fig. 1 een grafiek van de kleurhelderheid als functie van de bundelstroomdichtheid bij een kleuren-5 kathodestraalbuis,

Fig. 2 een grafiek van de bundeltrefvlek-diameter als functie van de kathodestroom bij een kleuren-kathodestraalbuis,

Fig. 3 een grafiek van de bundelstroomdicht-10 heid als functie van de kathodestroom,

Fig. 4 een grafiek van de focusserings-spanning als functie van de kathodestroom,

Fig. 5 een schematische weergave van een uitvoeringsvorm van een kleurenkathodestraalbuis van het 15 stroomafhankelijke .type volgens de uitvinding,

Fig. 6 een schematische weergave van een bij de kleurenkathodestraalbuis volgens Fig. 5 toegepast electronenkanon,

Fig. 7 een grafiek van de brandpuntsafstand 20 en de focusseringsspanning als functie van de kathodestroom,

Fig. 8 een grafiek van de helderheidsver-houding als functie van de focusseringsspanning bij een kleurenkathodestraalbuis volgens de uitvinding, en

Fig. 9 dezelfde grafiek voor een kleuren-25 kathodestraalbuis van eerder voorgesteld type.

Volgens de onderhavige uitvinding wordt een verbetering van de kleurzuiverheid van een zichtbaarge-maakt beeld verkregen door binnen het tussen de waarden D en E in Fig. 3 gelegen gebied van kathodestroomwaarden een 30 voldoende verandering van de electronenbundelstroomdichtheid teweeg te brengen. Zoals de met een gebroken lijn getekende kromme 4' in Fig. 3 laat zien, vertoont de karakteristiek van de bundelstroomdichtheid als functie van de kathodestroom Ik een zo goed als lineair verloop, in het bijzonder binnen een 35 zich van F1 tot G uitstrekkend bundelstroomdichtheidsgebied, dat groter is dan het bundelstroomdichtheidsgebied van F tot G

8303607 -6- dat behoort bij een kathodestroomgebied van D tot E. Daartoe dient in het bijzonder de karakteristiek van de trefvlek-diameter als functie van de kathodestroom een vlak verloop te hebben, zoals door de met een gebroken lijn getekende 5 kromme 3’ in Fig. 2 is weergegeven.

Ter verkrijging van een betrekkelijk grote tref-vlekdiameter in het gebied van lage kathodstroomwaarden Ik en een betrekkelijk kleine trefvlekdiameter in het gebied van hogere kathodestroomwaarden zou bij toepassing van een hoofd-10 electronenlensstelsel met bijvoorbeeld een electronenkanon van het unipotentiale type kunnen worden overwogen om de respectieve diameters van het eerste rooster G1 en het tweede rooster G2, waar de electronenbundel door heengaat, groter te maken en de focusseringsspanning selectief met de waarde 15 van de kathodestroom Ik te wijzigen. Bij toepassing van de laatstgenoemde maatregel, dat wil zeggen regeling van de focusseringsspanning met de kathodestroom, treedt echter een gevoeligheidsverlaging op en wordt de schakeling moeilijker uitvoerbaar, terwijl ook de frequentiekarakteristiek van de 20 schakeling problemen gaat opleveren.

Volgens de uitvinding wordt voor de karakteristiek van de focusseringsspanning als functie van de kathodestroom van het electronenkanon van een kleurenkathodestraal-buis van het bundelstroomafhankelijke type een speciaal ver-25 loop gekozen, dat afwijkt van het tot nog toe gebruikelijke verloop van die karakteristiek. Bij het electronenkanon van een kathodestraalbuis van gebruikelijk type wordt de focusseringsspanning zodanig bepaald, dat over het gehele gebied van voorkomende kathodestroomwaarden Ik een optimale focus-30 sering wordt verkregen. Zoals bijvoorbeeld de kromme 5 in Fig. 4 laat zien, is een dergelijk electronenkanon zodanig uitgevoerd, dat de karakteristiek van de optimale focusseringsspanning als functie van de kathodestroom Ik of "focusserings-volgkarakteristiek" (focussing tracking characteristic) een 35 plat verloop heeft. Volgens de uitvinding wordt, zoals door de krommen 6 en 7 in Fig. 4 is weergegeven, voor de focus- 8303607 -7- seringsvolgkarakteristiek daarentegen een zodanig verloop gekozen, dat de karakteristiek van links naar rechts stijgt of daalt, waarbij de focusseringsspanning zodanig wordt bepaald, dat bij de hoogste practische bekrachtigingswaarde 5 van de kathodestroom Ik, bijvoorbeeld de in Pig. 4 weergegeven kathodestroomwaarde C, nog juist of bijna een toestand van focussering wordt verkregen. De door de desbetreffende focusseringsspanningswaarde bepaalde focusseringslengte of brandpuntsafstand dient meer dan 5% af te wijken van de brand-10 puntsafstand, welke bij de laagste practische bekrachtigingswaarde van de kathodestroom door een focusseringsspanning van de desbetreffende waarde wordt teweeggebracht. Deze laagste practische bekrachtigingswaarde van de kathodestroom wordt bijvoorbeeld gevormd door de waarde A in Fig. 4; voor deze 15 kathodestroomwaarde A wordt derhalve een toestand van onder- focussering of een toestand van overfocussering verkregen.

*

Volgens de onderhavige uitvinding wordt in het gebied van lage kathodestroomwaarden Ik een toestand van positieve defocussering toegepast, zodat in het desbetreffende gebied 20 een betrekkelijk grote trefvlekdiameter wordt verkregen, waaruit de karakteristiek volgens de met een gebroken lijn getekende kromme 3‘ in Fig. 2 en de karakteristiek (bundel-stroomdichtheid als functie van de kathodestroom) volgens de met een gebroken lijn getekende kromme 4' in Fig. 3 resul-25 teren; hierdoor wordt het verschil tussen de bij de minimale bekrachtigingswaarde D van de kathodestroom verkregen bundel-stroomdichtheid F' en de bij de. maximale bekrachtigingswaarde E van de kathodestroom verkregen bundelstroomdicht-heid G vergroot.

30 Fig. 5 toont een schematische weergave van een kleurenkathodestraalbuis volgens de uitvinding met een buis-omhulsel 8, dat aan het binnenoppervlak van het frontpaneel een kleurfosforscherm 9 bevat, dat is vervaardigd door menging of laminatie van rode fosfor met de zogenaamde "sub-lineaire" 35 karakteristiek volgens de kromme 1 in Fig. 1 met groene fosfor met de zogenaamde "super-lineaire" karakteristiek volgens 83 0 3.6 0 7 -8- de kromme 2 in Fig. 1.

In het halsgedeelte van het buisomhulsel 8 bevindt zich een electronenkanon 11, dat een electronenbundel 10 emitteert, welke het fosforkleurscherm 9 treft.

5 Zoals Fig. 6 laat zien, bevat het electronen kanon 11 een kathode K; de door deze geëmitteerde electronen gaan door een als stuurelectrode dienende eerste rooster G1, een als versnellingselectrode dienende tweede rooster G2, een als eerste anode dienende derde rooster G3, een als focus-10 seringselectrode dienende vierde rooster G4 en een als tweede anode dienende vijfde rooster G5. Zoals Fig. 6 laat zien, zijn de verschillende roosters G1-G5 coaxiaal aangebracht.

Bij een bepaalde uitvoeringsvorm vormen het derde rooster G3, het vierde rooster G4 en het vijfde rooster G5 bijvoor-.15 beeld de hoofdelectronenlens. Deze kan bijvoorbeeld van het unipotentiale of het bipotentiale type zijn; bij de hier beschreven uitvoeringsvorm wordt van een unipotentiale hoofd-electronenlens uitgegaan.

De kathodstroom Ik neemt in reactie op kleur-20 informatiesignalen voor bijvoorbeeld de kleuren rood, geel en gelig groen respectieve waarden IkR, IkY en IkG aan. Deze waarden zijn bijvoorbeeld: IkR = 50μΑ, IkY = 370μΑ en IkG = 700μΑ.

De aan het vierde rooster G4 aangelegde focus-25 seringsspanning Ec4 wordt zodanig ingesteld, dat bij een maximale bekrachtigingswaarde IkG = 700μΑ van de kathode-stroom van de buis de toestand van juiste focussering optreedt. De toestand van onderfocussering treedt op bij een minimale bekrachtigingswaarde IkR = 50μΑ van de kathode-30 stroom. Dit wil zeggen, dat voor de aan het vierde rooster G4 aangelegde focusseringsspanning Ec4 een zodanige waarde wordt gekozen, dat de door de kromme 6 in Fig. 4 weergegeven focusseringsvolgkarakteristiek (de focusseringsspanning als functie van de kathodestroom) wordt verkregen.

35 Bij een bepaalde uitvoeringsvorm van de uitvin ding wordt voor het eerste rooster G1 een dikte van 0,2mm 8303607 -9- toegepast, terwijl voor de binnendiameters van de bundeldoor-laatopening en h2 van respectievelijk het eerste rooster G1 en het tweede rooster G2 een waarde van 0,8mm wordt toegepast; de afstand d^^ tussen de kathode K en de bundeldoor-5 laatopening h^ van het eerste rooster G1 heeft een waarde van 0,31mm en de afstand d23 tussen de beide bundeldoorlaatope-ningen h2 en h^ van respectievelijk het tweede en het derde rooster heeft een waarde van 2,8mm. Voor deze parameterwaarden wordt een focusseringsvolgkarakteristiek met de gedaante vol-10 gens de met een gebroken lijn getekende kromme 12 in Fig. 7 verkregen. In deze Fig. wordt bij een kathodestroomwaarde Ik = 10yA een optimale focusseringsspanningswaarde van 3kV verkregen. Bij toepassing van afstanden dQ1 = 0,1mm en d23 = 7,8mm wordt daarentegen een focusseringsvolgkarakteris-15 tiek volgens de met een volle lijn getekende kromme 13 in Fig. 7 verkregen. Bij toepassing van de karakteristiek 12 volgens Fig. 7 treedt de toestand van onderfocussering op bij de minimale bekrachtigingswaarde IkR van de kathodestroom, terwijl bij toepassing van de karakteristiek 13 volgens Fig.

20 7 de toestand van overfocussering bij de minimale bekrachtigingswaarde IkR optreedt. In dit verband wordt opgemerkt, dat bij een kleurenkathodestraalbuis van gebruikelijke uitvoering met een platte focusseringsvolgkarakteristiek de afstand d^ een waarde van 0,2mm heeft en de afstand d23 een 25 waarde van 6,3mm heeft. In de grafiek volgens Fig. 7 is langs de rechter-ordinaat de focusseringslengte of brandpuntsafstand in millimeters uitgezet. De beide krommen 12 en 13 staan een brandpuntsafstandverandering met een bedrag van meer dan 5% binnen het toegêpaste gebied van kathodestroom-30 waarden toe. Aangezien volgens het voorstel van de onderhavige uitvinding een zodanige focusseringsvolgkarakteristiek wordt toegepast, dat bij de maximale bekrachtigingswaarde IkG van de kathodestroom nog maar juist of nauwelijks focussering optreedt en dat bij de minimale bekrachtigingswaarde IkR 35 van de kathodestroom een toestand van defocussering optreedt, kan bij de maximale kathodestroomwaarde IkG een electronen- ^ j , 7 w -- J J *J j -10- bundeltrefvlek van betrekkelijk kleine diameter worden verkregen, terwijl bij lagere kathodestroomwaarden, en meer in het bijzonder bij de minimale kathodestroomwaarde IkR weliswaar een inherente verkleining van de trefvlekdiameter op-5 treedt, doch een toestand van defocussering wordt verkregen.

De daaruit resulterende vermindering van de trefvlekdiameter is betrekkelijk gering, zodat ook de bundelstroomdichtheid voldoende klein kan worden gehouden.

Fig. 8 toont een grafiek van de lichtemissie-10 helderheidsverhouding (in %) als functie van de focusserings-spanning Ec4 voor de karakteristiek 12 volgens Fig. 7, welke rechts in Fig. 7 een stijgend verloop heeft. In Fig. 8 heeft de met een gebroken lijn getekende kromme 14 betrekking op de helderheidsverhouding BG/BR (in %) van de lichtemissie-15 helderheid B_, voor gelig groen en de lichtemissieh'elderheid \3 B voor rood bij een maximale bekrachtigingswaarde IkG = 700μΑ IS.

van de kathodestroom. De met een volle lijn getekende kromme 15 in Fig. 8 heeft betrekking op de lichtemissiehelderheids-verhouding 1 - (Β-./Β_.) voor de minimale bekrachtigingswaarde 20 IkR van de kathodestroom. Daarbij is voor de anodespanning een waarde van 24kV gekozen, voor de aan het tweede rooster G2 toegevoerde spanning Ec2 een waarde van 43V gekozen en voor de afsnijdspanning een waarde van 55V. Onder die bedrijfsomstandigheden zal de focusseringsspanning Ec4 voor 25 het tot stand brengen van de toestand van juist of nauwelijks focusseren bij een waarde Ik = 700μΑ een waarde van 3,6kV hebben. Indien een dergelijke focusseringsspanning Ec4 van 3,6kV bij een minimale bekrachtigingswaarde IkR = 50yA van de kathodestroom aan het vierde rooster G4 wordt aan-30 gelegd, wordt voor de lichtemissiehelderheidsverhouding een waarde gevonden, welke behoort bij het snijpunt van de verticale lijn Ik = 3,6kV met de met een volle lijn getekende kromme 15, resulterende in 1 -(B_/B_) = 91,3%. Dezelfde

V3 K

karakteristiek (lichtemissiehelderheidsverhouding als functie 35 van de focusseringsspanning) is in Fig. 9 getekend voor een kleurenkathodestraalbuis van conventioneel type met een platte 8303607 -11- focusseringsvolgkarakteristiek. In Fig. 9 heeft de kromme 16 betrekking op de lichtemissiehelderheidsverhouding B^/Br bij een maximale bekrachtigingswaarde IkG = 700yA van de kathodestroom, terwijl de kromme 17 betrekking heeft op de 5 lichtemissiehelderheidsverhouding 1 -(B_/B„) bij een minimale bekrachtigingswaarde IkR = 50μΑ van de kathodestroom. Daarbij zal de focusseringsspanning Ec4 bij de toestand van juist of nauwelijks focusseren op de kromme 16 bij ongeveer 4,15kV liggen. Voor deze focusseringsspanningswaarde van 4,15kV 10 wordt op de kromme 17 voor de minimale bekrachtigingswaarde IkR = 50μΑ van de kathodestroom een helderheidsverhouding met een waarde van slechts 86,3% gevonden.

Voor de bij de minimale bekrachtigingswaarde IkR van de kathodestroom optredende toestand van defocussering 15 geldt, dat de focusseringsvolgkarakteristiek zowel de gedaante van de kromme 6 in Fig. 4 of de kromme 12 in Fig. 7 als de gedaante van de kromme 7 in Fig. 4 of de kromme 13 in Fig. 7 kan hebben. In het eerstgenoemde geval, waarin voor de minimale bekrachtigingswaarde A van de kathodestroom in Fig. 4 20 een toestand van onderfocussering optreedt kan een gelijkmatige electronendichtheid van de bundeltrefvlek worden verkregen, Dit heeft het voordeel, dat heldere trefvlekken met een overal gelijke emissie van gekleurd licht worden verkregen. Bij toepassing van een afvallende focusseringsvolg-25 karakteristiek (zie de kromme 7 in Fig. 4) treedt bij de minimale bekrachtigingswaarde A van de kathodestroom daarentegen een toestand van overfocussering op, hetgeen in het bijzonder van voordeel is voor situaties, waarin op de focus-seringsgelijkspanning Ec4 een dynamische focusseringscorrec-30 tiespanning wordt gesuperponeerd.

Zoals in het voorgaande is beschreven, kan bij een kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type volgens de onderhavige uitvinding zelfs bij lichtemissie voor bijvoorbeeld de kleur rood bij een minimale bekrachtigings-35 stroomwaarde IkR van de kathodestroom zowel een hoge helder-heidsverhouding als een ten opzichte van bekende buizen ver- 8303607 -12- beterde kleurzuiverheid worden verkregen, resulterende in een samengesteld kleurenbeeld van aanzienlijk verbeterde kwaliteit.

Daarbij dienen uiteraard de voor levering van instelspanningen aan de respectieve roosters G1-G5 van de 5 kathodestraalbuis dienende instelspanningsbronnen zodanig te zijn uitgevoerd of ingesteld, dat de voor verkrijging van de voordelen van de uitvinding noodzakelijke instelspanningen ter beschikking komen. Ook voor de afstanden tussen de verschillende roosters en openingen van het electronenlensstelsel 10 volgens Pig. 6 dienen ter verkrijging van de voordelen van de uitvinding geschikte waarden te worden gekozen.

De uitvinding beperkt zich niet tot de in het voorgaande beschreven en in de tekening toegelichte uitvoeringsvormen. Verschillende wijzigingen kunnen in de beschreven 15 details en in hun onderlinge samenhang worden aangebracht, zonder dat daarbij het kader van de uitvinding wordt overschreden.

8303607

Claims

1. Kleurenkathodestraalbuis van het stroomaf-hankelijke type, bevattende een kleurfosforscherm met tenminste twee kleurfosfors voor onderling verschillende kleuren en van elkaar verschillende karakteristieken voor de 5 helderheid als functie van de bundelstroomdichtheid, een electronenkanon voor emissie van een het kleurfosforscherm treffende electronenbundel, benevens middelen voor zodanige wijziging van de stroomdichtheid van de electronenbundel in afhankelijkheid van kleurinformatiesignalen, dat een tot vor-10 ming van een samengesteld kleurenbeeld leidende hoeveelheid lichtenergie van onderling verschillende kleuren wordt opgewekt, met het kenmerk, dat voor de aan het electronenkanon aangelegde focusseringsspanning een zodanige waarde is gekozen, dat enerzijds bij de hoogste bekrachtigings-15 waarde van de kathodestroom binnen een bekrachtigingsstroom-waardengebied, waarvoor lichtemissie in de verschillende kleuren door de electronenbundel wordt teweeggebracht juist de focusseringstoestand optreedt en anderzijds bij de laagste bekrachtigingswaarde binnen het genoemde gebied een brand-20 puntsafstand wordt verkregen, welke meer dan 5% verschilt van die wanneer juist de focusseringstoestand optreedt.

2. Werkwijze voor het bedrijven van een kleurenkathodestraalbuis van het stroomafhankelijke type, waarvan het kleurfosforscherm bestaat uit kleurfosfors voor onderling 25 verschillende kleuren en van elkaar verschillende karakteristieken voor de helderheid als functie van de bundelstroomdichtheid, waarbij door middel van een electronenkanon een het fosforscherm treffende electronenbundel wordt opgewekt, waarvan de stroomdichtheid wordt gevariëerd, met het 30 kenmerk, dat de focusseringsspanning van het electronenkanon op een zodanig niveau wordt gebracht, dat enerzijds bij de hoogste bekrachtigingswaarde juist de focusseringstoestand optreedt en anderzijds bij de laagste bekrachtigingswaarde van de kathodestroom van de buis een brandpuntsafstand wordt 83 0 3 6 0 7 » -14- verkregen, welke meer dan 5% verschilt van die wanneer juist de focusseringstoestand optreedt.

3. Kleurenkathodestraalbuis volgens conclusie 1, met een tot het electronenkanon behorende kathode, geken- 5. e r k t door middelen voor toevoer van een kleurinformatie-signaal aan de kathode voor variatie van de bekrachtigings-waarde van de kathodestroom.

4. Kleurenkathodestraalbuis volgens conclusie 3, voorzien van een focusseringsrooster, gekenmerkt 10 door middelen voor toevoer van een zodanige focusserings- spanning aan het focusseringsrooster, dat de electronenbundel bij de hoogste bekrachtigingswaarde van de kathodestroom juist of bijna op het kleurfosforscherm is gefocusseerd.

5. Kleurenkathodestraalbuis volgens conclusie 4, 15 m e t het kenmerk, dat de brandpuntsafstand in de toestand van juiste of bijna juiste focussering meer dan 5% verschilt van de brandpuntsafstand bij toepassing van de laagste bekrachtigingswaarde van de kathodestroom van de buis.

6. Kleurenkathodestraalbuis volgens conclusie 1, 20 m e t het kenmerk, dat de laagste bekrachtigingswaarde van de kathodestroom van de buis bij weergave van de kleur rood wordt toegepast.

7. Kleurenkathodestraalbuis volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hoogste bekrachtigings- 25 waarde van de kathodestroom van de buis bij weergave van de kleur gelig groen wordt toegepast. 8303607