NL8301793A - Voeder en een proces voor het vervaardigen daarvan. - Google Patents

Description

Voeder en een proces voor het vervaardigen daarvan.

P HP/JS/1

De huidige uitvinding heeft betrekking op een voer, dat in hoofdzaak bestemd is voor vee, welk voer of voedsel voedingsstoffen en mogelijk spoorelementen bevat, zoals eiwitten, koolhydraten, mineralen en/of vitaminen. In het 5 bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een totaalvoer dat bestemd is voor herkauwers en dat een grof voeractiviteit bezit. De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van voer, waarbij een voedingscompositie wordt gegranuleerd tot voedingskorrels door de compositie 10 onder druk door een matrix te extruderen.

Met de term totaalvoer wordt een voeding of voer aangeduid, dat eiwitten en koolhydraten bevat, zoals graan, en spoorelementen, zoals mineralen en vitaminen. Zulk een totaalvoer is voldoende voor het bevredigen van de voedingsbehoefte 15 van herkauwers. Het is een onvermijdelijk gegeven, dat herkauwers grof voer nodig hebben, zoals hooi en/of stro, hetgeen noodzakelijk is voor herkauwers voor een juiste werking van de pens. Grof voer heeft een mechanisch effect in de pens en grof voer stimuleert de pens mechanisch, waardoor de penswerking 20 optreedt. Herkauwen produceert veel speeksel en het natrium in de speeksel handhaaft de bufferwerking van het penssap. De penswerking blijkt uit de ontledingsactiviteit van micro-organismen, waarbij een cellulosebevattend grof voer, zoals hooi en stro, hoofdzakelijk ontleden tot azijnzuur en 25 propionzuur, alsook tot melkzuur en valeriaanzuur. Een herkauwer kan zijn energiebehoefte en het grootste gedeelte van zijn eiwitbehoefte bevredigen door de activiteit van micro-organismen. De op dit moment bekende totaalvoeding is niet in staat voor het starten van de microbiële activiteit 30 van de pens, en zodoende is de bekende totaalvoeding niet in staat voor het bevredigen van de grof voerbehoefte van een herkauwer.

De hoeveelheden azijnzuur en propionzuur alsook die van andere ontledingsprodukten die in de pens van een herkauwer 35 8 3 0 1 7 9 3 -2- ontstaan als gevolg van microbiële activiteit moeten binnen bepaalde grenzen liggen en in een bepaalde verhouding tot elkaar staan. Indien aan een herkauwer geen grof voer wordt gegeven, worden de acceptabele grenzen voor vluchtige vet-5 zuren die in de pens worden gevormd, overschreven, hetgeen leidt tot metabole klachten.

Bij koeien met een hoge produktie, is de microbiële activiteit niet in staat voor het volledig voldoen aan de totale eiwitbehoefte. Een aantal van de noodzakelijke eiwitten 10 wordt in het maagdarmkanaal direct uit voedingsstoffen verkregen, zonder dat de pens ze ontleedt. Het direct leiden van eiwitten tot in het maagdarmkanaal had ten doel de eiwit-bescherraingswerkwijze te verbeteren, waarbij bijvoorbeeld formaldehyde of tannine aan het voer wordt toegevoegd. Ook is 15 de beschermende activiteit van vetten bekend, bijvoorbeeld sojabonen, welk vet in het voer de ontleding van eiwit in de pens verlaagd en een direct doorleiden van eiwit tot in het maagdarmkanaal verhoogd.

De productie van grof voer of voeder, zoals hooi, 20 brengt veel werk met zich mee en is dus relatief duur. Bovendien is de hooiproductie moeilijk te rationaliseren, in het bijzonder onder snel wisselende weerscondities, bijvoorbeeld in Finland en de veranderende veehouderij en productie-omstan-digheden.

25 Het doel van de huidige uitvinding is een totaalvoer te verschaffen, dat geschikt is voor herkauwers. Een bijzonder doel van de huidige uitvinding is een totaalvoer te verschaffen, dat het herkauwen stimuleert en de pens van herkauwers laat werken, zodat afzonderlijk, grof voer niet vereist is. Een 30 verder doel van de uitvinding is een totaalvoer te verschaffen, dat volledig de voedingsbehoefte van herkauwers bevredigt, in het bijzonder rundvee en zelfs veel melkproducerende koeien, alsook ander vee. Een doel van de uitvinding is verder een totaalvoer te verschaffen, waarvan de productie niet zoveel 35 arbeid vereist en dat gemakkelijk op industriële wijze geproduceerd kan worden in een voederfabriek. Nog een ander doel van de huidige uitvinding is een nieuw, bijvoorbeeld op stro gebaseerd totaalvoer te verschaffen, waarin de energiewaarde van stro of ander cellulosebevattend ruw materiaal beter is 8301793 -3- dan voordien. Nog een ander doel van de huidige uitvinding is een rijk en niet-graanbevattend veevoer te verschaffen. Het doel van de uitvinding is ook een werkwijze voor de produktie van zulk een totaal voer of voeding te verschaffen.

5 Met betrekking tot de karakteriserende kenmerken van de uitvinding wordt gewezen naar de bijgevoegde conclusies.

De uitvinding is gebaseerd op het feit dat voer of voeding, dat korrels bevat, tot in de pens wordt geleid en deze op dezelfde wijze als conventioneel, grof voer of voeding 10 stimuleert en de penswerking start. Overeenkomstig de uitvinding zijn de korrels mechanisch zo stabiel, dat zij de condities in de pens kunnen weerstaan voor ten minste één uur, bij voorkeur 1-4 uur, zonder te ontleden. De stabiliteit van de korrels is van essentieel belang, omdat de mechanische stimu-15 latie van de korrels in de pens niet voldoende is dan na 1-4 uur, bij voorkeur een aantal uren.

Na ontleding worden de korrels onderworpen aan de ont-ledingssappen van een herkauwer en de herkauwer gebruikt de voedingsstoffen die in het voer of de voeding aanwezig zijn.

20 De stabiliteit van de voedingskorrels, overeenkomstig de uitvinding kan bereikt worden met elk op zich bekend, niet-toxisch, physiologisch getolereerd bindmiddel dat voldoet aan de noodzakelijke vereisten, zoals gepolymeriseerde harsen, kunststoffen enzovoorts. Bijzonder uit te buiten, stabiliseren-25 de stoffen zijn bijprodukten die verkregen worden uit de hout-verwerkingsindustrie, in het bijzonder door hun gemakkelijke beschikbaarheid en lage prijs. Beschikbare reagentia omvatten bijvoorbeeld pijnboomolie, harsvormige bestanddelen van pijnboomolie, zoals kolofonium, lignosulfaatderivaten, alkali-30 ligninederivaten,enzovoorts. De concentratie aan een stabilisator kan variëren, bijvoorbeeld binnen de reeks van 1-10 gew.%, voor kolofonium is geschikt 4-10 gew.%, bij voorkeur circa 5 gew.%.

De stabiliserende kern van zulke pensstimulerende 35 korrels bestaat bij voorkeur uit natuurlijke produkten op cellulosebasis, zoals stro, spaanders, zogenaamd zaagstof, tarwezemelen, haverschillen, graanschillen in het algemeen, dorsmachine-afval, enzovoorts. Indien gewenst is het ook mogelijk om hooi, voedingsgraan/. melasse, vet, bestanddelen van olie- 8301793 -4- bevattende planten, olie enzovoorts, welke in het algemeen bekend zijn in samenhang met voerproduktie, te gebruiken. Een bijzondere voorkeur als ruw materiaal voor voeder met grove voeding-activiteit of voeding volgens de uitvinding geniet stro, 5 omdat het een relatief economische prijs en een hoge energie-waarde heeft, in het bijzonder een chemisch verwerkt stro.

Stro of enkele andere cellulosebevattende bestandddelen van zulk een voer wordt gebruikt in een geschikte basisvorm, waarvan de grootte bijvoorbeeld 0,5-1-2 cm is.

10 Bijzonder geschikte toevoegsels in de voederproduktie zijn physiologisch getolereerde olieën, zoals lijnzaadolie, sojaboonolie, koolraapolie, paraffineolie enzovoorts. In de granulatiestap, bijvoorbeeld een kraagvormig type van een voedingsgranulator of extruder, vormt de olie op het korrel-15 oppervlak een hard en glad, alsook een tegen oplossen resistente laag, die verder het graan in de pens beschermt tegen ontleding. De hoeveelheid olie is bij voorkeur groter dan 0,5 gew.%, bij voorkeur 0,5 - 2,0 gew.%, natuurlijk is een hogere concentratie niet schadelijk.

20 Een verdere hulp voor de vorming van een stabiel, tegen penscondities bestendige korrel wordt geleverd door anorganische zouten. Aan het voer kunnen worden toegevoegd, bijvoorbeeld sulfaat, carbonaat, fosfaat of dergelijk physiologisch getolereerde cationen en bijvoorbeeld natrium-, calcium-, 25 of dergelijke alkali of aardalkali-ionen.

Teneinde volledig de voer of voedingsbehoefte van een herkauwer te bevredigen, kan de voedingskorrel van een voer volgens de uitvinding een gestabiliseerde, penswerking stimulerende kern bevatten, die bekleed is met een rijk voer.

30 Overeenkomstig kan de korrel een penswerking stimulerende, stabiliserende omhullende laag bevatten, alsook een kern die bestaat uit een rijk voer.

Voer volgens de uitvinding kan geproduceerd worden volgens bekende voerproducerende werkwijzen door het voer te 35 stabiliseren in samenhang met de granulatie op een wijze, dat de korrels de gewenste stabiliteit en resistentie hebben verkregen tegen ontleding onder penscondities.

Het is verder mogelijk om een voedercompositie te gebruiken, die gestabiliseerde, penswerking stimulerende korrels 40 830 1 7 93 -5- bevat, en daarnaast gebruikelijk, rijk voer als aparte korrels of ingrediënten.

De uitvinding zal nu in detail beschreven worden in samenhang met de volgende uitvoeringsvoorbeelden.

5 Voorbeeld 1

Een voer volgens de uitvinding met een grof voer activiteit werd bereid door middel van een conventionele voedingsgranulator van het kraagtype. De samenstelling van het voer is weergegeven in tabel 1. Het voer werd gevoerd 10 aan proefdieren tezamen met een van nature rijp of geconcentreerd voer waarvan de samenstelling wordt getoond in tabel 1. De proefdieren in de dierproeven omvatten 16 runderen, levend gewicht 140-160 kilo, verdeeld in 4 groepen van elk 4 dieren, alsook 4 van fistels voorziene dieren, levend gewicht 320-370 15 kg, verdeeld in twee groepen van elk twee dieren. Controle- dieren (normale dieren en van fistels voorziene dieren) werden gevoerd met 70% aan van nature rijk voer en 10% van het test voer volgens de uitvinding. Met het basisvoer kregen de dieren 24 g droge stof per kg levend gewicht gedurende 12 weken. De 20 voerconsumptie werd elke dag gecontroleerd en het levend gewicht elke vier weken.

De resultaten van de proeven worden getoond in de tabellen 2,3,4,5 en 6.

Op basis van de resultaten kan worden afgeleid, dat 25 de dagelijkse extra groei dezelfde was voor beide voeders en dat de efficiëntie van het voer bij de testgroep beter was dan met de groep die als ruw voer gehakseld stro kreeg. De pH was een weinig lager bij de testgroep maar bleef binnen de veiligheidsgrenzen voor de werking van de pens. De totale 30 hoeveelheid vetzuren was hoger in de testgroep dan in de controlegroep. De hoeveelheid azijnzuur was lager in de testgroep, maar de hoeveelheid propionzuur was groter dan in de controlegroep. De hoeveelheid valeriaan en caprylzuur was lager in de testgroep dan in de controlegroep. Dit kan erop 35 duiden, dat de eiwitsynthese in de pens hoger kan zijn in de testgroep dan in de controlegroep.

De vertering van de droge stof, de totale energie van het organisch materiaal en van het vet was hoger in de testgroep van de van fistels voorziene dieren. Dit verklaart, 8301793 -6- waarom de normale dieren een betere voedingsbenutting hebben. Slechts de vezelvertering was lager bij het testvoer; dit werd anderzijds gekoppeld aan de lagere hoeveelheid vezel van het testvoer. Het is vrij normaal, dat de vezelvertering verbetert 5 naarmate de hoeveelheid vezel in de voeding toeneemt.

Voorbeeld 2

Een voer werd bereid voor een proef door gebruik te maken van 81% zaagspaanders, 3,0% gesneden melasse, 5,0% kolofonium, 0,5% lijnzaadolie, 0,5% natriumpersulfaat en 10 10,0% vleesmeel. Eerst werd een premix (a) bereid door gebruik te maken van de helft van het vleesmeel, al het kolofonium, natriumpersulfaat en lijnzaadolie, alsook een premix (b) door gebruik te maken van de zaagspaanders en het gesneden melasse, welke mengsels (a) en (b) vervolgens samen werden vermengd.

15 Het mengsel werd overeenkomstig voorbeeld 1 gegranuleerd. De werkwijze werd herhaald door het vervangen van 1 stro- en :2 haveromhulsels door zaagspaanders.

Voorbeeld 3 Eén studie heeft betrekking op een reeks proeven.

20 Eerst werd een verscheidenheid aan gegranuleerde voeders bereid, waarvan de samenstelling wordt getoond in tabel 7.

De composities werden gegranuleerd overeenkomstig de voorbeelden 1-2. De gegranuleerde produkten werden bemonsterd en de monsters weden in waterbaden geplaatst. De onoplosbare 25 korrels werden na een half uur uit de eerste vaten verwijderd en gefotografeerd. Ditzelfde werd vanaf de volgende vaten herhaald na 1,2 en 3 uur. De testresultaten tonen aan, dat - de mengsels 5 en 6 sneller oplossen dan het mengsel 4, - de chemicaliën en lijnzaadolie de resistentie van een korrel 30 tegen oplossen verbeteren, - de vervanging door melkpoeder van besneden melasse de resistentie tegen oplossen vermindert, - melkpoeder niet chemicaliën en lijnzaadolie kan vervangen; de toevoeging van kolofonium in deze zin niet bijdraagt.

35 Voorbeeld 4 Eén studie heeft betrekking op oplosexperimenten. Eerst werden voedingsmengsels bereid door gebruik te maken van (1) zaagspaanders (vochtigheid 10%) 80,0%, water 10%, melkpoeder gemaakt van afgeroomde melk 1,0%, kolofonium 5,0%, CaCO^ 3,0%, 8301793 -7- en paraffine 2,0%, alsook (2) zaagsel (vochtigheid 10%) 91,0%, melkpoeder 1,0%, kolofonium 5,0%, CaCO^ 3,0 - 5,0%, paraffine 0,5 - 1,0%. De mengsels werden gegranuleerd overeenkomstig voorbeeld 1 en de gegranuleerde pifodukten werden beproefd 5 op oplosbaarheid, zoals in voorbeeld 3. Alle produkten waren resistent tegen oplossen voor meer dan 3 uur.

10 Tabel 1

Voedingsbestanddelen: gerst stro haverkaf koolraap soja- vlees ureum bicalcium- olie bloem meel fosfaat 15 gew.% 44,5 20 io 8 8,5 5 1,0 1,0 calcium premix carbonaat 1,0 2q Voedingsanalyse: droge organische ruw gehydroli- ruwe ruwe stof stof eiwit seerd vet vezel energie gew.% 87,7 81,6 14,5 7,9 12,8 4030kcal/kg

Testvoer: zaagsnippers water poeder kolofonium calcium paraffi vochtigheid 10% melk carbonaat gew.% 81 8,0 1,0 5,0 3,0 2,0 30 8301793 8

Tabel 2, niet van fistels voorziene dieren, in vivo resultaten dieren strovoer testvoer groepen groep 1 ' .groep 2 χ groep 1 groep 2 χ_ stap 0 .(28 dagen) 5 gewicht/dag (g) 1143 1701 1107 732 759 746 SD 3.808 3.998 3.903 5.629 5.513 5.571 stap 1 (28 dagen) gewicht/dag (g) 1098 991 1045 1223 1089 1156 SD 4.634 5.135 4.885 3.814 4.283 4.049 10 stap 2 (28 dagen) gewicht/dag (g) 1527 1366 1447 1277 1330 1304 SD 4.836 4.902 4.869 4.808 4.614 4.711 stap 3 (28 dagen) gewicht/ dag (g) 1009 1063 1036 1080 1089 1085 15 SD 7.136 6.773 6.955 6.111 6.061 6.086 stap 4 (28 dagen) gewicht/ dag (g) 1071 1241 1156 1161 1095 1128 SD 6.805 5.873 6.339 5.761 6.108 5.935 stap 5 (28 dagen) 20 gewicht /dag (g) 1161 1063 1112 1009 952 981 SD 6.536 7.138 6.837 6.888 7.300 7.094 stap 6 (28 dagen) gewicht /dag (g) 884 679 781 1188 1262 1225 SD 9.219 12.003 10.611 6.343 5.971 6.157 25 stap 7 (28 dagen) gewicht/dag (g) 821 777 799 813 726 770 SD 10.536 11.133 10.834 9.914 11.102 10.508 stappen 1-7 (196 dagen) 30 gewicht/dag (g) 1082 1026 1054 H07 1054 1081 SD 6.689 7.054 6.871 6.018 6.321 6.170 stappen o-7 (224 dagen) gewicht/dag (g) 1089 1031 1060 1060 1007 1034 35 SD 6.314 6.660 6.487 5.985 6.398 6.147 8301793 9 4

Tabel 3, niet van fistels voorziene dieren, afzonderlijk in vivo resultaten Groep A (strovoer) dier nr. begingewicht eindgewicht dag gewicht/dag _(kg)_ (kg) _ (kg) 5 286 182 410 196 1.163 282 183 417 223 1.049 281 166 416 196 1.276 296 166 342 224 0.786 10 288 170 409 223 1.072 289 180 420 223 1.076 287 173 430 223 1.152 293 153 344· 224 0.853 ' groep' k (testvoer) 15 250 168 367 224 0.888 300 167 403 216 1.093 298 181 423 196 1.235 295 180 404 196 1.143 2o 299 183 391 216 0.963 284 178 412 216 1.083 283 189 348 110 1.445 285 175 403 216 1.056 25 x 177,6 393,9 198,8 1.088 x zonder dier nr.

283 176,0 400,4 211,4 1.061 8301793 10 4

Tabel 4, van fistels voorziene dieren, pH en WA in penssap

Tijd na Voegeheei'LS C2 C3 iC4 C4 iC5 C5 C6 pH

voeden (h) VFA rel. rel. rel. rel. rel. rel. rel.

_ rnM/1_% % % % % % %_ 0 A 27.2 67.6 19.2 2.81 5.38 1.20 0.00 0.00 7.5 B 22.8 66.4 18.4 3.30 5.77 4.51 1.60 0.00 7.5 A 51.3 67.6 20.7 1.29 7.21 1.72 1.37 0.00 7.2 1 B 50.6 67.0 21.1 1.07 7.52 1.60 1.45 0.31 7.2 2 A 73.8 64.3 24.8 0.78 7.44 1.06 1.45 0.00 6.9 B 70.8 63.3 25.0 0.61 8.00 1.10 1.72 0.36 6.9 A 107.9 60.7 29.4 0.36 7.57 0.71 1.13 0.00 6.1 B 123.0 57.5 29.6 0.32 9.32 0.93 1.87 0.52 6.0 A 97.4 60.1 -29.1 0.59-7.42 1.19 1.33 0.09 6.6 S ’ B 100.2 55.3 30.1 0.61 9.21 1.71 2.35 0.83 6.4

Tabel 5, van fistels voorziene dieren, verteerbaarheid van voedingstoffen voedingsvoorbeeld gemid- organische stof vezel energie gehydroliseerd vet H6* % ...%. .% . % _______ Ό__ 1 62,2 64,2 33,4 62,3 69,3 2 61,7 64,1 35,3 62,7 72,7 3 62,0 63,7 33,8 62,0 77,3 4 66,9 67,9 38,3 66,9 76,4 x 63,2 65,0 35,2 63,5 73,9 1 65,6 67,4 31,2 65,9 78,8 2 63,5 66,2 28,0 64,0 80,0 3 63,0 64,8 30,8 63,5 79,1 4 64,0 65,2 27,4 64,2 78,3 x 64,0 65,9 29,4 64,4 79,1 8301793 i 11

Tabel 6, carcas gewicht Groep 1 (strovoer) diemr. levend gewicht/kg carcas gewicht/kg carcas gewicht/levend gewicht (%) 286 425 227 53,4 5 282 417 227 54,4 281 426 227 53,3 288 409 229,5 56,1 289 420 231 55,0 10 287_430_237_55,1 * 421 230 54,6

Groep B (testvoer) ' --- 300 403 233 57,8 298 438 · 230 53,7 15 295_411_ 224 54,5 299 391 215,5 55,1 284 412 225 54,6 285 403 227 56,3 * 408. 226 55,3 20 Tabel 7 oplosbaarheidstesten compositie nr._012345678 zaagspaanders 80 80 81 85 86 87 83 78 gesneden melasse-zemelen 444 mengsel 25 kolofonium 55555435 10 lijnzaad olie 0,5 0,5 0,5 0,5 natrium hydrosulfaat 0,5 0,5 0,5 0,5 vleesmeel voedselmaaltijd 10 10

Barley 10 10 10 10 10 10 10 88 poedermelk 3 22 koolraapolie 1,5 haverkaf 78,5

De hoeveelheden van de bestanddelen worden weergegeven in 88 gewichtsprocenten.

8301793

Claims (10)

1. Voeder, hoofdzakelijk voor vee, omvattende voedingsstoffen, zoals eiwitten en koolhydraten en spoorelementen, zoals vitaminen en mineralen, met het kenmerk, dat het voeder korrelvormig is, en dat de voeder- of voedingskorrels als sta-5 biliserend en samenhang leverend bestanddeel een bindmiddel bevatten, zodanig, dat de stabiliteit en de consistentie van de korrels zonder ontleding onder penscondities gedurende ten minste één uur, bij voorkeur 1-4 uur, gehandhaafd blijft, voor het mechanisch stimuleren van de penswerking.

2. Voeder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bindmiddel een polymeer is, zoals een hars of een kunststof verbinding .

3. Voeder volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het bindmiddel kolofonium bevat.

4. Voeder volgens één van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het bindmiddel een physiologisch getolereerd anorganisch zout bevat, zoals sulfaat, carbonaat en/of fosfaat.

5. Voeder volgens één van de conclusies 1-4, met het 20 kenmerk, dat het bindmiddel een physiologisch getolereerde olie bevat.

6. Voeder volgens één van de conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het voeder als hoofdcomponent stro, zaagsel en/of houtsnippers bevat.

7. Voeder volgens één van de conclusies 1-6, met het kenmerk, dat het voer melasse bevat.

8. Werkwijze voor het vervaardigen van voer volgens één van de conclusies 1-7, waarbij het voer wordt gegranuleerd tot voeder- of voedingskorrels door het onder druk door een 30 matrix extruderen van een voedingscompositie, met het kenmerk, dat aan de voedercompositie een bindmiddel wordt toegevoegd, dat is gepolymeriseerd in samenhang met de vorming van de compositie, en waarvan de stabiliteit in gepolymeriseerde toestand 8301793 K -13- A onder penscondities zonder oplossen ten minste één uur wordt gehandhaafd, en dat het bindmiddel wordt gepolymeriseerd in samenhang met de granulatie.

9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, 5 dat aan het voeder wordt toegevoegd hars, kunststoffen, kolofonium, sulfaat, carbonaat, fosfaat, alkali, aardalkali, olie, lignosulfaat, alkalilignine, stro, zaagsel, houtsnippers en/of plantendelen op cellulosebasis.

10 ________ 8301793