NL8203499A - Inrichting voor waterreiniging met zeefvormige afsluitdelen. - Google Patents

Description

’ * * - 1 -

Inrichting voor waterreiniging met zeefvormige afsluitdelen.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor waterreiniging voorzien van een trechtervormig deel met aan de onderzijde een aansluitstomp en van een losneem-baar daamee verbonden huls, die twee zeefvormige afsluit-5 delen aan de beide einden bezit, die een opneemruimte begrenzen bestemd voor een korrelig, in water niet oplosbaar reinigingsmiddel, waarbij de doortree-openingen van de zeef kleiner zijn dan de korrels van het reinigingsmiddel.

Als reinigingsmiddel kan men bijvoorbeeld een 10 ionenuitwisselaar of actieve kool toepassen. Daarbij dienen de ionenuitwisselaars voor het ontzouten van water, dat bijvoorbeeld kan worden gebruikt voor batterijen, stoom-strijkijzers of andere doeleinden, waarbij ionen-vrij water noodzakelijk is. Met behulp van actieve kool kan 15 men bijvoorbeeld water, dat in de huishouding wordt gebruikt zoals voor het bereiden van thee of koffie, ontdoen van chloor.

Uit de ter inzage gelegde Nederlandse octrooi-aanvrage 294.445 is een inrichting van het bovenbeschreven 20 type bekend. De zeven daarvan zijn echter eenvoudige gatenschijven, die voor fijnkorrelige stoffen niet zonder meer kunnen worden vervaardigd, in het bijzonder niet wanneer kunststof moet worden toegepast. Het doel van de uitvinding is dus het verbeteren van de bovenbeschreven 25 inrichting voor waterreiniging onder verschaffing van zeven met fijne openingen, waardoor verschillende reini-gingsmiddelen bij de inrichting in de huishouding en in kleinere industrie§n universeel kunnen worden toegepast, bijvoorbeeld voor het ontzouten of ontchloren van water.

30 Dit doel wordt nu volgens de uitvinding bereikt, doordat de zeefvormige afsluitdelen bestaan uit in twee vakken boven elkaar aangebrachte, zodanig ten opzichte van elkaar versprongen staande, ribben dat tussen de ribben in het ene vlak en de ribben in het andere vlak 35 doortreesleuven ontstaan met een kleinere breedte dan de grootte van de korrels van het reinigingsmiddel.

Hierdoor wordt op gunstige wijze een opneemruimte verkregen voor fijnkorrelig reinigingsmiddel, waar- 8203499 i * ^ , *· - 2 - bij een economische vervaardiging van de totale inrichting x en in het bijzonder van de zeefvormige afsluitdelen is gewaarborgd ook bij gebruik van verschillende materialen.

Op doelmatige wijze wordt uit economisch oogpunt 5 de inrichting volgens de uitvinding vervaardigd uit kunststof. Het trechtervormige deel, met inbegrip van de aansluitstomp en met een naar binnen toe gerichte, rondom lopende flens bestaat bijvoorbeeld uit een elastischer materiaal, terwij1 de huls uit een meer Star materiaal 10 bestaat en aan zijn boveneinde een naar buiten toe gerichte, rondom lopende en in de aansluitstomp te drukken flens bezit. De huls en het trechtervormige deel kunnen op deze , wijze twee op afstand van elkaar aangebrachte rondom lopende afdichtingszones verschaffen.

15 Bij de inrichting Volgens de uitvinding kunnen de hulzen als zodanig gevuld met reinigingsmiddel in de handel worden gebracht en in dit geval zijn de zeefvormige af sluitdelen op doelmatige wijze vast verbonden met de beide einden van de huls. Qm economische redenen kan het 20 echter doelmatig zijn wanneer men het reinigingsmiddel, zoals ionenuitwisselaars of actieve kool, na verbruik uit de huls kan verwijderen en vervangen door nieuw of gere-genereerd reinigingsmiddel. Tot dit doel wordt dan een zeefvormig afsluitdeel wegneembaar aangebracht in het van 25 de flens voorziene einde van de huls en kan het hiertoe op doelmatige wijze zijn voorzien van een handgreep.

Het andere, dat wil zeggen ondereinde van de huls is echter op doelmatige wijze voorzien van een zeefvormig afsluitdeel dat vast met de huls is verbonden en dat bij een voorkeurs-30 uitvoeringsvorm van de uitvinding §§n geheel vormt met de huls.

Op zichzelf zijn reeds zeer fijne zeven uit metaal bekend. Tot nu toe is het echter steeds moeilijk geweest fijne zeven uit kunststof te vervaardigen. Zou men • 35 dit trachten te doen door een tweefasig arbeidsproces, waarbij in de eerste fase een schijf wordt vervaardigd en in de tweede fase deze schijf van openingen wordt voorzien, dan zou dit vanwege de noodzakelijke bewerkingen en de machinekosten nauwelijks economisch zijn. Daarbij 40 is het volgens de gebruikelijke praktijk van het vormen 8203499 ^ — — · ' ' *· * V ' ' ' . - 3 - van kunststofonderdelen nauwelijks mogelijk fijne openingen of sleuven door middel van stempels aan te brengen. Bij tweedelige dtempels zouden ofwel naalden met bijzonder fijne punten of messen met de dikte van scheermesjes aan 5 moeten worden gebracht tegen een contrastempel om kleine openingen te verkrijgen. Daarbij moet buiten de noodzakelijke nauwkeurigheid voor de vasthotidde 1 en van de fijne naalden of messen rekeniijg worden gehouden met het op nadelige wijze verbuigen, breken of verslijten van’dergelijke 10 fijne gereedschappen. Om deze redenen heeft men tot nu toe er van afgezien am zeven voor fijnkorrelige materialen, dat wil zeggen voorzien van fijne openingen, uit kunststof te vervaardigen.

Het is dus van bijzonder voordeel wanneer op 15 de bovenbeschreven wijze volgens de uitvinding de zeefvormige afsluitdelen bestaan uit in twee vlakken boven elkaar aange-brachte ribben, die zodanig ten opzichte van eikaar ver-sprongen staan, dat tussen de ribben in het ene vlak en de ribben in het andere vlak de genoemde doortreesleuven 20 ontstaan. Dergelijke zeefvormige afsluitdelen kunnen worden geperst met behulp van twee vormhelften, die zijn voorzien van elkaar aan de kanten rakende ruggen, die de groeven vormen tussen de ribben van de zeefvormige afsluitdelen.

Doordat de kanten van de ruggen van de beide vormhelften 25 elkaar aanraken, ontstaan in het zeefvormige afsluitdeel sraalle doortreesleuven tussen telkens een rib in het ene en in het andere vlak. Op gunstige wijze wordt hierdoor bereikt, dat bij vele toepassingsgevallen ook kunststdf-materialen kunnen worden toegepast voor het vervaardigen 30 van zeven met zeer fijne sleuven. Deze sleuven worden eenvoudig verkregen, doordat weerstand biedende, ook tot op zekere hoogte draagkrachtige en zonder bijzondere moeilijkheden gietbare ribben iets ten opzichte van elkaar versprongen staan. Dit verspringen is door de bij de 35 vervaardiging van kunststofonderdelen gebruikelijke nauwkeurigheid van de gereedschappen zonder meer uitvoerbaar.

Hoewel de ribben in de zeefvormige afsluitdelen op willekeurige wijze zijn aangebracht, is het doelmatig wanneer zij de vorm van concentrische ringen bezitten 40 en zijn versterkt door radiaal lopende ribben. Verder is 8203499 - 4 - het. vanwege fabricagetechnische redenen doelmatig, wanneer de ribben van de zeefvormige afsluitdelen, vanaf het middenvlak van de zeefvormige afsluitdelen naar het buiten-ste vlak van de ribben toe, in doorsnede kleiner worden.

5 In het bijzonder bij toepassing van ionen- uitwisselaars als reinigingsmiddel moet er op worden gelet, dat het reinigingsmiddel ook bij niet-gebruik steeds vochtig blijft. Qm deze reden kan het in een dergelijk geval doelmatig zijn wanneer, volgens een vendere gunstige uitvoerings-10 vorm van de uitvinding, de huls aan zijn met de zeefvormige afsluitdelen verbonden einden afsluitbaar is door twee gelijke afsluitdeksels, die elk een rondom lopende klem-rand bezitten waarvan de binnen- en de buitendiameter zo-danig is.bemeten, dat de klemrand in het grotere einde 15 van de zwak-conisch uitgevoerde huls kan worden ingeklemd en over het andere hulseinde heen kan worden vastgeklemd.

Een dergelijk afsluitdeksel kan de huls aan beide einden waterdicht afsluiten. Wanneer men de beide hulzen gelijk uityoert wordt een vervaardigingstechnische vereenvoudiging 20 verkregen en bij verlies van bijvoorbeeld §§n deksel voor het boveneinde kan eenvoudig een deksel voor het ondereinde worden gebruikt en omgekeerd.

Verdere voordelen, kenmerken en toepassings- · mogelijkheden van de onderhavige uitvindihg zullen blijken 25 uit de volgende beschrijving in samenhang met de tekening, waarins fig. 1 een vertikale doorsnede toont over een inrichting voor waterreiniging? fig. 2 een bovenaanzicht toont, op vergrote 30 schaal, van een uitvoeringsvorm van de bovenste als afsluitdeel uitgevoerde zeef; fig. 3 een doorsnede toont volgens de lijn III-III van fig. 2.

De in de tekening weergegeven inrichting voor 35 waterreiniging volgens de uitvinding bestaat uit een trechtervormig deel 1 met een aansluitstomp, die een naar binnen toe gerichte, rondom lopende flens 6 bezit.

De huls 2 kan vanaf boven in het trechtervormige deel 1 worden geplaatst en bezit aan zijn boveneinde een naar 40 buiten toe gerichte, rondom lopende flens 5, die zodanig 8203499 ~ 5 ^ is gedimensioneerd, dat hij in het bovenste deel van de aansluitstomp van het trechtervormige deel kan worden gedrukt.

Doordat de huls 2 uit een stijver materiaal bestaat 5 dan het trechtervormige deel, kan hij met een vaste passing in het trechtervormige deel worden gedrukt, zonder een niet-orakeerbare deformatie van het trechtervormige deel te veroorzaken. Bovendien is de flens 6 van het trechtervormige deel 1 zodanig gedimensioneerd, dat hij afdichtend 10 aanligt tegen de buitenwand van de huls 2, zodat bij het samenvoegen van de huls en het trechtervormige deel rondom lopende dichtingszones worden gevormd, nl. die tussen de flens 5 en het binnenvlak van de aansluitstomp en die tussen de flens 6 en het buitenoppervlak van de huls 2. .

15 Het onderste zeefvormige afsluitdeel 3 vormt met de huls 2 §§n geheel, terwijl het bovenste zeefvormige afsluitdeel 4 uitneembaar is aangebracht en tot dit doel is voorzien van een, in het midden aangebrachte, handgreep 9.

De beide afsluitdeksels 7 en 8 zijn op gelijke wijze 20 uitgevoerd en zodanig gedimensioneerd, dat zij op het onderste hulseinde van buitenaf waterdicht kunnen worden vastgeklemd en in het bovenste hulseinde waterdicht kunnen worden ingeklemd. De ruimte in de huls 2 tussen de beide zeefvormige afsluitdelen 3 en 4 dient voor het opnemen van 25 korrelig reinigingsmiddel, dat in de tekening niet is weergegeven, zoals bijvoorbeeld actieve kool of ionen-uitwisselaar. Bij toepassing van een aantal ionen-uitwisse-laars gelijktijdig in S€n huls, zoals bijvoorbeeld voor een kationenuitwisselaar en een anionenuitwisselaar, kunnen 30 deze in de tails boven elkaar zijn aangebracht en van elkaar zijn gescheiden door een water-doorlatende zeefplaat.

Het in de fig. 2 en 3 op vergrote schaal weergegeven bovenste zeefvormige afsluitdeel 4' bestaat, zoals in het bijzonder blijkt uit fig. 3, uit in twee vlakken 35 boven elkaar gelegen cirkelvormige, concentrisch aange- A

brachte ribben 10 en 11, die zodanig ten opzichte van elkaar f versprongen staan, dat tussen de randen van de ribben 10 enerzijds en van de ribben 11 anderzijds een kleine afstand overblijft, die de doortreesleuf 12 vormt. in het midden .

40 is het afsluitdeel 4' weer voorzien van een handgreep 9 en 8203499 ~ - * * .

- 6 - voor het verstijven van hfet gehele afsluitdeel en voor hiet verbinden van de ribben onderling zijn aanvullend radiaal lopende ribben 13 aangebracht.

In het algemeen is het onderste zeefvormige 5 afsluitdeel 3 op gelijke wijze uitgevoerd als het bovenste zeefvormige afsluitdeel 4*, echter met dit verschil, dat het onderste afsluitdeel direkt met de huls is verbonden en dus §§n geheel daarmee vormt.

* - conclusies - f 8203499 9

Claims (3)

1. 2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het k e n m e r k, dat de ribben (10,11) de vorm van concen-trische ringen bezitten en door radiaal lopende ribben (13) zijn versterkt.
2. 3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, m e t het k e n m e r k, dat de huls (2) aan zijn met de zeefvormige afsluitdelen (3,4,4') verbonden einden afsluit-baar is door twee gelijke afsluitdeksels (7,8), die elk een rondam lopende klemrand bezitten, waarvan de binnen-25 en de buitendiameter .zodanig is gedimensioneerd, dat de klemrand in het grotere einde vein de zwak kegelvormig uitgevoerde huls (2) kan worden ingeklemd en om het andere hulseiride kan worden vastgeklemd.
3. 4. Inrichting volgens Sin der voorgaande conclusies, 30 met het k e n m e r k, dat de zeefvormige afsluitdelen (3,4,4') bestaan uit kunststof in het bijzonder een thermoplast. 8203499