NL8202805A - amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle - Google Patents

amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle Download PDF

Info

Publication number
NL8202805A
NL8202805A NL8202805A NL8202805A NL8202805A NL 8202805 A NL8202805 A NL 8202805A NL 8202805 A NL8202805 A NL 8202805A NL 8202805 A NL8202805 A NL 8202805A NL 8202805 A NL8202805 A NL 8202805A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
amphibious vehicle
legs
support member
leg
main body
Prior art date
Application number
NL8202805A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Konijn Hoorn Machinebouw B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Konijn Hoorn Machinebouw B V filed Critical Konijn Hoorn Machinebouw B V
Priority to NL8202805A priority Critical patent/NL8202805A/en
Publication of NL8202805A publication Critical patent/NL8202805A/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60FVEHICLES FOR USE BOTH ON RAIL AND ON ROAD; AMPHIBIOUS OR LIKE VEHICLES; CONVERTIBLE VEHICLES
    • B60F3/00Amphibious vehicles, i.e. vehicles capable of travelling both on land and on water; Land vehicles capable of travelling under water
    • B60F3/003Parts or details of the vehicle structure; vehicle arrangements not otherwise provided for
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60FVEHICLES FOR USE BOTH ON RAIL AND ON ROAD; AMPHIBIOUS OR LIKE VEHICLES; CONVERTIBLE VEHICLES
    • B60F3/00Amphibious vehicles, i.e. vehicles capable of travelling both on land and on water; Land vehicles capable of travelling under water
    • B60F3/0061Amphibious vehicles specially adapted for particular purposes or of a particular type

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Filling Or Discharging Of Gas Storage Vessels (AREA)

Abstract

The main part (1) of the vehicle has three legs (2) of which two are laterally movable and one is attached to the vehicle itself. The legs are universally jointed to the main body part. Two cylinder piston units (6) actuate the swing around horizontal axis (4), whilst one cylinder-piston unit (7) actuates movement on the vertical pivot axis. The legs carry at their free end a support unit (8) coupled to a hydromotor. The legs (2) have along their upwards moving part a swinging arm arrangement, which at its end carries one of the support units. The unit is esp. suitable for canal digging or dredging.

Description

é' —...... -Vé -...... -V

N/30.972-Jb/hfN / 30972-Jb / hf

Amfibisch voer- en vaartuig.Amphibious vehicle and vessel.

De uitvinding heeft betrekking op een amfibisch voer- en vaartuig, bestaande uit een hoofdlichaam en een aantal poten, die door middel van cardanische koppelingen met het hoofdlichaam zijn verbonden, waarbij bedieningsorganen de 5 zwenkbewegingen van de poten ten opzichte van het hoofdlichaam verzorgen, terwijl de poten aan hun vrije uiteinde een steun-orgaan dragen, en althans een gedeelte van deze steunorganen met een aandrijfofgaan is gekoppeld.The invention relates to an amphibious vehicle and vessel, consisting of a main body and a number of legs, which are connected to the main body by means of gimbal couplings, whereby operating members provide the pivoting movements of the legs with respect to the main body, while the legs carry a support member at their free end, and at least a portion of these support members are coupled to a drive means.

Dergelijke amfibische voer- en vaartuigen zijn 10 reeds bekend en worden voor velerlei doeleinden, bijvoorbeeld voor het voortbewegen in moerassen, benut.Such amphibious vehicles and vessels are already known and are used for many purposes, for example for propulsion in swamps.

De bekende amfibische voer- en vaartuigen zijn evenwel niet steeds geschikt om aan de waterkant, zoals bij sloten, meren, irrigatiekanalen, lagunen, en dergelijke, 15 alwaar zich steeds verschillende problemen en omstandigheden voordoen, te kunnen worden toegepast, daar deze amfibische voer- en vaartuigen hiertoe niet voldoende universele verstelmogelijkheden van de steunorganen bezitten.However, the known amphibious vehicles and vessels are not always suitable for use on the waterfront, such as in ditches, lakes, irrigation channels, lagoons, and the like, where different problems and circumstances always arise, since these amphibious vehicles and vessels do not have sufficient universal adjustment of the support members for this purpose.

De onderhavige uitvinding beoogt een amfibisch 20 voer- en vaartuig te verschaffen, dat in het genoemde opzicht ten opzichte van de bekende amfibische voer- en vaartuigen belangrijke voordelen vertoont.The object of the present invention is to provide an amphibious vehicle and vessel which, in the above-mentioned respect, has important advantages over the known amphibious vehicles and vessels.

Hiertoe wordt het amfibische voer- en vaartuig volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat verdere be-25 dieningsorganen de stand van althans een aantal van de steunorganen ten opzichte van een in de basisstand van het hoofdlichaam horizontaal, respectievelijk verticaal verlopend, fictief vlak bepalen.For this purpose the amphibious vehicle and vessel according to the invention is characterized in that further operating members determine the position of at least a number of the supporting members relative to a fictional plane which is horizontal or vertical in the basic position of the main body, respectively.

Hierbij wordt onder de basisstand van het hoofd-30 lichaam de stand verstaan, waarin het middenlangsvlak en de dwarsvlakken van het hoofdlichaam verticaal verlopen.The basic position of the main body is hereby understood to mean the position in which the median longitudinal plane and the transverse planes of the main body run vertically.

Indien in het volgende van "horizontaal" en "verticaal" sprake is, is dit steeds betrokken op deze basisstand van het hoofdlichaam.When "horizontal" and "vertical" are used in the following, this always refers to this basic position of the main body.

35 De, volgens de uitvinding voorgestelde, uitvoering van het amfibisch voer- en vaartuig leidt in de eerste plaats tot de mogelijkheid, dat althans een aantal van de steunorga- 8202805The embodiment of the amphibious vehicle and vessel, proposed according to the invention, leads in the first place to the possibility that at least some of the support members 8202805

VV

; * - 2 - nen verplaatsingen kunnen ondergaan, waarvan de horizontale en de verticale componenten onafhankelijk van elkaar zijn.; * - 2 - 1 can move, the horizontal and vertical components of which are independent of each other.

Teneinde dit te bewerkstelligen, kan volgens een bijzonder belangrijke uitvoering van het amfibisch voer- en 5 vaartuig volgens de uitvinding althans een aantal van de poten uit pootdelen zijn samengesteld, die scharnierend met elkaar zijn verbonden.In order to achieve this, according to a particularly important embodiment of the amphibious vehicle and vessel according to the invention, at least a number of the legs can be composed of leg parts, which are hingedly connected to each other.

Onder bepaalde omstandigheden kan het van voordeel zijn, indien .pootdelen cardanisch met elkaar zijn verbonden. 10 Het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvin ding wordt veelal met drie of met vier poten uitgerust, waarbij vrijwel steeds twee voorste poten, en één of twee achterste poten worden toegepast.Under certain circumstances it may be advantageous if leg parts are gimbaled together. The amphibious vehicle and vessel according to the invention is usually equipped with three or four legs, almost always using two front legs and one or two rear legs.

Indien althans een aantal van de poten, in de 15 basisstand van het hoofdlichaam, ten opzichte van het hoofdlichaam om een horizontale en een verticale zwenkas verzwenk-baar is, dan kan volgens de uitvinding bij deze poten de scharnieras tussen opvolgende pootdelen evenwijdig zijn aan de horizontale zwenkas tussen het hoofdlichaam en de betref-20 fende poot, terwijl de onderlinge hoekstand van deze pootdelen door de verdere bedieningsorganen instelbaar is.If at least a number of the legs, in the basic position of the main body, can be pivoted relative to the main body about a horizontal and a vertical pivot axis, according to the invention the pivot axis between successive leg parts can be parallel to the horizontal pivot axis between the main body and the respective leg, while the mutual angular position of these leg parts is adjustable by the further operating members.

Het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding verkrijgt ten gevolge van de scharnieren in de poten extra mogelijkheden, welke bij de bekende amfibische voer-25 en vaartuigen niet te verwezenlijken zijn.The amphibious vehicle and vessel according to the invention obtains additional possibilities as a result of the hinges in the legs, which cannot be realized with the known amphibious vehicles and vessels.

Teneinde de mogelijkheden van het amfibisch voeren vaartuig volgens de uitvinding nog verder te vergroten, kan met groot voordeel bij althans een aantal van de poten het steunorgaan door de verdere bedieningsorganen ten op-30 zichte van het betreffende pootuiteinde verzwenkbaar zijn om twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen.In order to further increase the possibilities of the amphibious vessel according to the invention, it is very advantageous for at least some of the legs that the support member can be pivoted by the further operating members relative to the relevant leg end about two perpendicularly crossing pivot axes. .

Hierbij kan een van de twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen in de basisstand van het hoofdlichaam horizontaal verlopen en evenwijdig zijn aan de horizontale zwenk-35 as tussen het hoofdlichaam en de betreffende poot.In this case, one of the two perpendicularly crossing pivot axes in the basic position of the main body can run horizontally and be parallel to the horizontal pivot axis between the main body and the relevant leg.

De andere van de twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen kan om de horizontale zwenkas tussen de poot en het steunorgaan verzwenkbaar zijn.The other of the two perpendicularly crossing pivot axes can be pivotable about the horizontal pivot axis between the leg and the support member.

Voorts kan de hartlijn van de, de horizontale 8202805 4 # - 3 - zwenkas tussen de poot en het steunorgaan loodrecht kruisende, zwenkas in het middenloodvlak van de betreffende poot liggen.Furthermore, the axis of the pivot axis, which crosses the horizontal 8202805 4 # - 3 pivot axis between the leg and the supporting member, can lie in the central perpendicular plane of the relevant leg.

Het zal duidelijk zijn, dat de, op deze wijze verkregen, verdere vrijheidsgraden in de stand en de plaat-5 sing van de steunorganen ten opzichte van de poten tot belangrijke voordelen kunnen leiden.It will be clear that the further degrees of freedom obtained in the position and the arrangement of the support members relative to the legs in this way can lead to important advantages.

Volgens een bijzonder gunstige uitvoering van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding is bij althans een aantal van de poten het steunorgaan verdraaibaar 10 om een stuuras.According to a particularly favorable embodiment of the amphibious vehicle and vessel according to the invention, the support member is rotatable about at least a number of the legs about a steering axis.

Hierbij kan een compensatieorgaan een verzwenking van de betreffende poot ten opzichte van het hoofdlichaam om de verticale zwenkas zodanig compenseren door een verdraaiing in tegengestelde richting van het steunorgaan om 15 de stuuras, dat de voortbewegingsrichting van het steunorgaan althans ongeveer gelijk blijft.Here, a compensation member can compensate a pivotal movement of the relevant leg relative to the main body about the vertical pivot axis by rotating the support member about the steering axis in the opposite direction, so that the direction of travel of the support member remains at least approximately the same.

Verder kunnen bij de genoemde poten de verdere bedieningsorganen, in afhankelijkheid van de stand van het door de bodem ondersteunde steunorgaan, de stuuras in een 20 althans ongeveer loodrecht op het bodemoppervlak onder het steunorgaan staande stand houden.Furthermore, in the said legs, the further operating members, depending on the position of the support member supported by the bottom, can maintain the steering shaft in an at least approximately perpendicular position on the bottom surface below the support member.

Volgens een compacte constructie van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding is bij de genoemde poten de horizontale zwenkas tussen het pootuiteinde en het 25 bijbehorende steunorgaan in het pootuiteinde aangebracht en ondersteunt deze verzwenkbaar een juk, waarin de, deze horizontale zwenkas loodrecht kruisende, zwenkas is aangebracht, waarbij een der verdere bedieningsorganen enerzijds scharnierend op de betreffende poot en anderzijds scharnierend 30 op het samenwerkende juk aangrijpt.According to a compact construction of the amphibious vehicle and vessel according to the invention, the horizontal pivot axis between said leg end and the associated support member is arranged in the leg end at said legs and pivotably supports a yoke in which the horizontal pivot axis crosses perpendicularly, pivot axis is provided, wherein one of the further operating members hinges on the respective leg on the one hand and hinges on the cooperating yoke on the other hand hingedly.

Verder kan bij de genoemde poten een ander verder bedieningsorgaan enerzijds scharnierend op het juk aangrijpen en anderzijds scharnierend zijn verbonden met een schom-melstuk, dat op de, de horizontale zwenkas tussen de betref-35 fende poot en het samenwerkende steunorgaan loodrecht kruisende, zwenkas is gelegerd en waarin de stuuras is ondersteund.Furthermore, with the aforementioned legs, another further operating member can, on the one hand, pivotally engage on the yoke and, on the other hand, be hingedly connected to a rocking piece which is perpendicularly intersecting on the horizontal pivot axis between the respective leg and the co-operating support member. alloy and in which the steering axle is supported.

Als compensatieorgaan bij de genoemde poten kan een rotor van een eerste vloeistofmotor verdraaibaar zijn in afhankelijkheid van de rotatiebeweging van de betreffende poot 40 ten opzichte van het hoofdlichaam om de verticale zwenkas, 8202805As a compensating member for said legs, a rotor of a first liquid motor can be rotatable depending on the rotational movement of the relevant leg 40 relative to the main body about the vertical pivot axis, 8202805

• V• V

- 4 - terwijl een tweede vloeistofmotor, waarvan de rotoras tevens de genoemde stuuras is, in werkverbinding met de eerste vloeistofmotor staat, zodanig, dat een hoekverdraaiing van de poot ten opzichte van het hoofdlichaam om de verticale 5 zwenkas een althans ongeveer gelijke, doch tegengesteld gerichte hoekverdraaiing van het huis van de tweede vloeistofmotor veroorzaakt, die door dit huis op het betreffende steunorgaan wordt overgebracht.While a second liquid motor, the rotor shaft of which is also the said steering shaft, is in working connection with the first liquid motor, such that an angular rotation of the leg relative to the main body about the vertical pivot axis is at least approximately equal, but opposite causes angular rotation of the housing of the second liquid motor, which is transferred by this housing to the respective support member.

Een gunstige constructieve uitvoering van het 10 amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat bij de genoemde poten de stuuras een eerste schommelas draagt, die om de stuuras verzwenkbaar is en die althans ongeveer loodrecht staat op de voortbewe-gingsrichting van het bijbehorende steunorgaan, terwijl op 15 deze eerste schommelas een bus is gelegerd, waaraan een leger is bevestigd voor een tweede schommelas, die althans ongeveer evenwijdig is aan de voortbewegingsrichting van het bijbehorende steunorgaan, waarbij de tweede schommelas aan het steunorgaan is bevestigd.A favorable constructional embodiment of the amphibious vehicle and vessel according to the invention is characterized in that the steering shaft carries a first rocking shaft at the said legs, which is pivotable about the steering shaft and which is at least approximately perpendicular to the direction of travel of the associated supporting member, while on this first rocking shaft a bush is mounted, to which is mounted an bearing for a second rocking shaft, which is at least approximately parallel to the direction of movement of the associated supporting member, wherein the second rocking shaft is attached to the supporting member.

20 Hierbij kan de tweede schommelas een bedienings- stang dragen, die normaal althans ongeveer evenwijdig aan de stuuras loopt en die, afhankelijk van de stand van het steunorgaan op de bodem, uit deze evenwijdige stand verzwenkbaar is met de tweede schommelas, respectievelijk om de eerste 25 schommelas, en hierbij een aan de stuuras bevestigd schuiven-stelsel bedient, waardoor het ene en/of het andere der verdere bedieningsorganen wordt versteld, teneinde de stuuras evenwijdig aan de bedieningsstang te doen verlopen.The second rocking shaft can herein carry an operating rod, which normally runs at least approximately parallel to the steering shaft and which, depending on the position of the support member on the bottom, is pivotable from this parallel position with the second rocking shaft, or around the first Rocking shaft, and herein operates a sliding system attached to the steering shaft, whereby one and / or the other of the further operating members is adjusted, in order to make the steering shaft parallel to the operating rod.

De steunorganen van het amfibisch voer- en vaartuig 30 volgens de uitvinding kunnen op diverse wijzen zijn uitgevoerd·.The support members of the amphibious vehicle and vessel 30 according to the invention can be designed in various ways.

Het is bijvoorbeeld mogelijk, dat althans een aantal van de steunorganen bestaat uit een juk, waarin twee rollen zijn gelegerd, waarbij de rotatieassen van de rollen althans 35 ongeveer evenwijdig aan elkaar plaatsbaar zijn en in het bijzonder althans ongeveer loodrecht óp het middenlangsvlak van het hoofdlichaam kunnen worden geplaatst.It is possible, for example, that at least some of the supporting members consist of a yoke in which two rollers are mounted, wherein the rotary axes of the rollers can be placed at least approximately parallel to each other and in particular at least approximately perpendicular to the central longitudinal plane of the main body can be placed.

Ook is het mogelijk, dat althans ëën steunorgaan een met schoepen uitgevoerde drijver omvat, die met een aan-40 drijforgaan is gekoppeld.It is also possible for at least one support member to comprise a paddle-shaped float coupled to a drive member.

8202805 - 5 - f »8202805 - 5 - f »

Verder kan althans één steunorgaan één of meer rollen omvatten, waarover aan weerszijden een ketting of dergelijke verloopt, waarbij deze kettingen althans ongeveer evenwijdig aan elkaar zijn en tussen deze kettingen zich 5 schakels in de dwarsrichting uitstrekken, waarbij opvolgende schakels een vrije ruimte insluiten en uitsluitend via de kettingen met elkaar zijn verbonden.Furthermore, at least one support member can comprise one or more rollers, on which a chain or the like extends on either side, these chains being at least approximately parallel to each other and 5 links extending in the transverse direction between these chains, successive links enclosing a free space and exclusively are connected by chains.

Het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding kan voor velerlei doeleinden worden benut.The amphibious vehicle and vessel according to the invention can be used for many purposes.

10 In de eerste plaats is dit voer- en vaartuig door de vele instelmogelijkheden van de poten en de hierdoor gedragen steunorganen zeer geschikt voor het verrichten van werkzaamheden aan de waterkant.In the first place, this vehicle and vessel is very suitable for carrying out work on the waterfront, due to the many adjustment options of the legs and the supporting members carried thereby.

Het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvin-15 ding leent zich voorts bijvoorbeeld bijzonder goed voor toepassing bij het reinigen van natuurbaden en binnenstranden, daar het in staat is, de hierbij benodigde afzuigapparatuur te ondersteunen en zich te verplaatsen, zonder dat het water te zeer in beroering wordt gebracht.The amphibious vehicle and vessel according to the invention is furthermore particularly suitable, for example, for use in the cleaning of natural pools and inner beaches, since it is able to support the necessary extraction equipment and to move without the water having to is very upset.

20 Hierbij zal het amfibisch voer- en vaartuig bij voorkeur met behulp van een of meer grote drijvers in het water worden ondersteund, zodat de bodem geheel in rust blijft. Hierdoor wordt voorkomen, dat bezonken verontreinigingen in beroering komen, zodat deze op doeltreffende wijze 25 kunnen worden afgezogen.The amphibious vehicle and vessel will preferably be supported in the water with the aid of one or more large floats, so that the bottom remains completely at rest. This prevents settled impurities from agitating, so that they can be extracted effectively.

De voortbeweging van het amfibisch voer- en vaartuig kan hierbij onder andere met behulp van, aan de aangedreven drijver(s) aangebrachte, schoepen plaatsvinden.The movement of the amphibious vehicle and vessel can herein take place, inter alia, with the aid of vanes mounted on the driven float (s).

Een verder belangrijk gebied, waarin het amfibisch 30 voer- en vaartuig volgens de uitvinding met voordeel kan worden benut, bestaat uit het verwijderen van plantengroei onder, op en boven de waterlijn.A further important area in which the amphibious vehicle and vessel according to the invention can be advantageously utilized consists of removing plant growth below, on and above the waterline.

Hierbij kan het amfibisch voer- en vaartuig in smalle sloten en kanalen, op de oevers en/of op de ondiepe 35 bodem rijden, waarbij een wèrksnelheid van 2-3 km/uur kan worden bereikt.The amphibious vehicle and vessel can drive in narrow ditches and canals, on the banks and / or on the shallow bottom, whereby an operating speed of 2-3 km / hour can be achieved.

Verder leent het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding zich bijzonder goed voor het maaien, knippen en verwijderen van waterplanten, zoals de sterk 40 woekerende waterhyacinth. Hierbij kunnen de voorste poten 8202805Furthermore, the amphibious vehicle and vessel according to the invention lends itself particularly well to mowing, cutting and removing aquatic plants, such as the highly proliferating water hyacinth. The front legs can accommodate 8202805

• V• V

s 1 - 6 - naar voren worden verplaatst en voor het stuktrekken van de plantenmassa worden gebruikt.s 1 - 6 - are moved forward and used to break up the plant mass.

De stukgetrokken planten kunnen dan bijvoorbeeld met behulp van een, op het amfibisch voer- en vaartuig 5 volgens de uitvinding opgestelde, bandtransporteur of dergelijk afvoerorgaan worden afgevoerd.The broken-up plants can then be removed, for example, with the aid of a belt conveyor or the like discharge means arranged on the amphibious vehicle and vessel 5 according to the invention.

Door de, tijdens het stuktrekken van de waterplanten, op de steunorganen uitgeoefende reactiekrachten zal het amfibisch voer- en vaartuig in voorwaartse richting 10 worden voortbewogen, hetgeen eventueel met behulp van aangedreven, met schoepen uitgevoerde, drijvers kan worden ondersteund.The reaction forces exerted on the support members during the rupture of the aquatic plants will propel the amphibious vehicle and vessel in the forward direction, which can optionally be supported by means of driven, float-shaped floats.

Een zeer belangrijk probleem, dat met behulp van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding kan 15 worden opgelost, bestaat uit het openhouden van slootjes en kanalen in de droogste gebieden van de wereld, alwaar het steeds slechts gedurende zeer korte tijd regent.A very important problem, which can be solved with the aid of the amphibious vehicle and vessel according to the invention, consists in keeping ditches and channels open in the driest regions of the world, where it always rains for only a very short time.

In de perioden van langdurige droogte verdrogen deze slootjes en kanalen en worden deze met zand volgestoven. 20 Bovendien zal, speciaal gedurende de aanvang van een droge periode, als de bedding nog vochtig is, een explosieve plantengroei optreden.In the periods of prolonged drought, these ditches and channels dry out and are doused with sand. In addition, especially during the start of a dry period, when the bedding is still damp, explosive plant growth will occur.

Wel sterven deze planten, naarmate de droogte voortduurt weer, doch het fijne zand en de resten van planten en 25 wortels vormen een massieve massa, die met handkracht praktisch niet meer te verwijderen is.As the drought continues, these plants do die again, but the fine sand and the remains of plants and roots form a massive mass, which is practically impossible to remove with manual force.

Door het amfibisch voer- en vaartuig volgens de 'uitvinding uit te voeren met een baggeremmerinstallatie, die het zand en de planten kan opvoeren, en naast de waterloop 30 kan deponeren, is deze - juist in verband met zijn grote verplaatsings- en werksnelheid - bijzonder geschikt deze sloten en kanalen snel en efficiënt schoon te houden.By designing the amphibious vehicle and vessel according to the invention with a dredging inhibitor installation, which can lift the sand and plants and deposit them next to the watercourse 30, it is - especially in connection with its high displacement and working speed - particularly suitable to keep these locks and channels clean quickly and efficiently.

Voor het irrigeren van droge gebieden worden dikwijls uit beton gevormde kanalen benut, die veelal van een 35 kunststoffoelie worden voorzien, teneinde te voorkomen, dat het water in de ondergrond wegsijpelt.For irrigation of dry areas, channels formed of concrete are often used, which are often provided with a plastic foil, in order to prevent the water from seeping into the underground.

Met behulp van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding kunnen deze betonkanalen met grote snelheid worden schoongehouden, zonder de kunststoffoelie te be-40 schadigen.With the aid of the amphibious vehicle and vessel according to the invention, these concrete channels can be kept clean at great speed, without damaging the plastic foil.

8202905 - 7 -8202905 - 7 -

Doordat de poten en de steunorganen van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding tijdens de werkzaamheden in praktisch elke verlangde stand kunnen worden gebracht, kunnen zowel smalle als bredere kanalen met grote 5 snelheid worden opgeschoond, waarbij de, aan de voorste poten bevestigde, steunorganen, die met een bekleding van zacht rubber kunnen zijn uitgevoerd, aan weerszijden over de oeverranden kunnen rijden, terwijl, indien het amfibisch voer- en vaartuig aan de achterzijde met een derde poot is uitgevoerd, 10 het hieraan bevestigde steunorgaan over de kanaalbodem kan rijden.Since the legs and support members of the amphibious vehicle and craft of the invention can be moved to practically any desired position during operation, both narrow and wider channels can be cleaned at great speed, with the front legs attached, support members, which may be provided with a soft rubber covering, can drive over the bank edges on both sides, while, if the amphibious vehicle and vessel is equipped with a third leg at the rear, the support member attached thereto can drive over the channel bottom .

Teneinde de, door di.t derde steunorgaan op de kanaalbodem uitgeoefende, druk tot een minimum terug te brengen,worden bij voorkeur de voorste poten in een achterwaarts 15 gezwenkte stand gebracht.In order to minimize the pressure exerted by this third support member on the channel bottom, the front legs are preferably brought into a rearwardly pivoted position.

Overigens kan, bij het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding, de gronddruk van alle steunorganen worden gevarieerd, door het hoofdlichaam in meerdere of mindere mate in het water onder te dompelen.Incidentally, in the amphibious vehicle and craft according to the invention, the ground pressure of all supporting members can be varied by immersing the main body in the water to a greater or lesser extent.

20 Daar bij het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding de poten met de steunorganen in praktisch elke gewenste stand kunnen worden gebracht, is het niet slechts mogelijk, het hoofdlichaam recht te houden, terwijl de steunorganen op verschillende niveaux rijden, doch kan het 25 hoofdlichaam ook in elke willekeurige naar voren en/of opzij hellende stand worden geplaatst en in deze stand worden voortbewogen.Since in the amphibious vehicle and vessel according to the invention the legs with the support members can be brought into practically any desired position, it is not only possible to keep the main body straight, while the support members drive at different levels, but it can main body may also be placed in any forward and / or sideways inclined position and propelled in this position.

Indien apparatuur op het hoofdlichaam moet worden aangebracht, dat in bedrijf een scheve stand moet bezitten, 30 kan deze, bij het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding, indien gewenst, in de normale stand worden gemonteerd en het voer- en vaartuig scheef worden geplaatst.If equipment is to be mounted on the main body, which must have an oblique position in operation, it can, if desired, in the amphibious vehicle and vessel according to the invention be mounted in the normal position and the vehicle and vessel become skewed. placed.

Een belangrijk voordeel van het amfibisch voer- en vaartuig volgens, de uitvinding bestaat voorts daaruit, dat 35 de steunorganen steeds, wat betreft de bodemgesteldheid, op een zo gunstig mogelijke plaats kunnen worden ondersteund.An important advantage of the amphibious vehicle and vessel according to the invention further consists in that the support members can always be supported in the most favorable position with regard to the ground conditions.

Verder kunnen obstakels, zoals bijvoorbeeld bomen, uit de weg worden gegaan door bijvoorbeeld het betreffende steunorgaan in te trekken en na het passeren weer verder bui-40 tenwaarts neer te zetten.Furthermore, obstacles, such as, for example, trees, can be avoided by, for example, retracting the relevant supporting member and placing it further outwards again after passing.

8202305 « 5 - 8 -8202305 «5 - 8 -

Verder bestaat de mogelijkheid, door het gelijktijdig doen werken van de bedieningsorganen, die de zwenkbe-wegingen van de poten ten opzichte van het hoofdlichaam verzorgen, en van de aandrijving van de steunorganen, deze steun-5 organen te laten rijden, terwijl het hoofdlichaam in rust blijft.Furthermore, it is possible, by operating simultaneously the operating members, which provide the pivoting movements of the legs relative to the main body, and the drive of the supporting members, to drive these supporting members, while the main body is in rest remains.

Dit kan bijvoorbeeld van belang zijn, indien een steunorgaan door een greppel moet worden verplaatst, waarbij, door een verstellen van de betreffende poot en een gelijk-10 tijdige voortbeweging van het steunorgaan, kan worden voorkomen, dat het hoofdlichaam grote krachten op het betreffende steunorgaan uitoefent op het ogenblik, dat dit steunorgaan weer uit de greppel moet rijden.This can be important, for example, if a support member has to be moved through a trench, whereby, by adjusting the relevant leg and a simultaneous movement of the support member, it is possible to prevent the main body from having great forces on the relevant support member. exerts the moment that this support member has to drive out of the ditch again.

Terwijl het amfibisch voer- en vaartuig volgens de 15 uitvinding in het algemeen zonder meer in staat is, hellingen op- en af te rijden, kunnen, indien een helling toch te steil blijkt te zijn, de poten worden gezwenkt, zodanig dat het gewicht van het hoofdlichaam zo gunstig mogelijk over de poten wordt verdeeld, terwijl de steunorganen worden aangedreven.While the amphibious vehicle and vessel according to the invention is generally capable of driving up and down slopes, if a slope turns out to be too steep, the legs can be pivoted such that the weight of the main body is distributed as favorably as possible over the legs, while the supporting members are driven.

20 Hierdoor wordt voorkomen, dat het voer- en vaartuig terug zou glijden.20 This prevents the vehicle and vessel from slipping back.

Indien het amfibisch voer- en vaartuig, volgens de uitvinding met twee achterste poten is uitgerust, dan kan deze op een steile helling, bijvoorbeeld een steile oever, 25 worden voortbewogen, door eerst de achterste poten in de voortbewegingsrichting te verzetten, waarbij de voorste poten het terugglijden moeten verhinderen, terwijl, als de achterste poten weer met hun steunorganen op de grond in rust zijn, de voorste poten zo ver mogelijk in de voortbewegingsrichting 30 worden verplaatst, waarna het hoofdlichaam, tijdens stilstand van de steunorganen met behulp van de bedieningsorganen naar voren wordt gebracht.If the amphibious vehicle and vessel, according to the invention, is equipped with two rear legs, it can be propelled on a steep slope, for instance a steep bank, by first moving the rear legs in the direction of forward movement, the front legs prevent slipping, while, when the rear legs are at rest with their support members on the ground, the front legs are moved as far as possible in the direction of forward movement, after which the main body, when the support members are stationary, moves to the is brought forward.

Zoals uit het voorgaande blijkt, kan het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding dan ook in een groot 35 aantal gevallen, waarvoor tot nu toe geen bruikbare oplossing bestond, op doeltreffende wijze worden toegepast.As can be seen from the foregoing, the amphibious vehicle and craft of the invention can therefore be used effectively in a large number of cases for which hitherto no useful solution existed.

De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening, die enige uitvoeringsvoorbeelden van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding weer-40 geeft.The invention will be explained below with reference to the drawing, which shows some exemplary embodiments of the amphibious vehicle and vessel according to the invention.

8202805 + * - 9 -8202805 + * - 9 -

Fig. 1 is een achteraanzicht van een uitvoering van een amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding.Fig. 1 is a rear view of an embodiment of an amphibious vehicle and craft according to the invention.

Fig. 2 is een bovenaanzicht van het amfibisch voer- en vaartuig volgens fig. 1 op kleinere schaal.Fig. 2 is a plan view of the amphibious vehicle and craft of FIG. 1 on a smaller scale.

5 Fig. 3 is een vooraanzicht van een enigszins ge wijzigde uitvoering van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding.FIG. 3 is a front view of a slightly modified embodiment of the amphibious vehicle and craft of the invention.

Fig. 4 is een zijaanzicht van een verdere, enigszins gewijzigde uitvoering van het amfibisch voer- en vaar-10 tuig volgens de uitvinding.Fig. 4 is a side view of a further, slightly modified embodiment of the amphibious vehicle and vessel of the invention.

Fig. 4a is een perspectivisch aanzicht van een detail van het amfibisch voer- en vaartuig volgens fig, 4.Fig. 4a is a perspective view of a detail of the amphibious vehicle and craft of FIG. 4.

Fig. 5 is een bovenaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van de onderdelen, die een steunorgaan met een poot-15 uiteinde verbinden.Fig. 5 is a plan view, partially in section, of the parts connecting a support member to a leg end.

Fig. 6 is een gedeeltelijk zijaanzicht van de onderdelen volgens fig. 5.Fig. 6 is a partial side view of the components of FIG. 5.

Fig. 7 is een doorsnede, gedeeltelijk in aanzicht, volgens de lijn VII - VII in fig. 5.Fig. 7 is a section, partly in elevation, taken on the line VII - VII in FIG. 5.

20 Fig. 8 toont schematisch in bovenaanzicht een com- penseerorgaan, dat een verzwenking van een poot ten opzichte van het hoofdlichaam om de verticale zwenkas door een verdraaiing van het steunorgaan om de stuuras in tegengestelde richting compenseert.FIG. 8 is a schematic plan view of a compensating member which compensates for a pivot of a leg relative to the main body about the vertical pivot axis by a rotation of the support member about the steering axis in the opposite direction.

25 In de tekening zijn enige uitvoeringsvoorbeelden weergegeven van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding.The drawing shows some embodiments of the amphibious vehicle and vessel according to the invention.

Dit amfibisch voer- en vaartuig omvat een hoofdlichaam 1 en een aantal poten 2.This amphibious vehicle and craft comprises a main body 1 and a number of legs 2.

30 In de verschillende, in de tekening weergegeven, uitvoeringen van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding zijn steeds drie poten 2 aanwezig, namelijk twee voorste poten 2, die in de voorste hoeken van het hoofdlichaam 1 met het hoofdlichaam 1 zijn verbonden en één achterste poot 35 2, die aan het middengedeelte van het achtervlak van het hoofdlichaam 1 is aangebracht. Het is evenwel ook mogelijk, bij het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding twee achterste poten 2 aan te brengen, welke dan in de achterste hoeken van het hoofdlichaam 1 op het hoofdlichaam 1 40 aangrijpen.In the different embodiments of the amphibious vehicle and vessel according to the invention shown in the drawing, three legs 2 are always present, namely two front legs 2, which are connected to the main body 1 in the front corners of the main body 1 and one rear leg 35 2, which is arranged on the middle portion of the rear face of the main body 1. However, it is also possible to arrange two rear legs 2 in the amphibious vehicle and vessel according to the invention, which then engage the main body 1 40 in the rear corners of the main body 1.

82028058202805

« V«V

- 10 -- 10 -

Uiteraard kunnen bij het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding ook andere aantallen poten 2 worden benut.Of course, in the amphibious vehicle and vessel according to the invention, other numbers of legs 2 can also be used.

De poten 2 zijn door middel van cardanische koppe-5 lingen 3 met het hoofdlichaam 1 verbonden. Indien het hoofdlichaam 1 zich in de basisstand bevindt, waarin het midden-langsvlak en de dwarsvlakken van het hoofdlichaam 1 verticaal verlopen, dan zijn de poten 2 elk ten opzichte van het hoofdlichaam 1 om een horizontale zwenkas 4 en om een vertilt) cale zwenkas 5 verzwenkbaar.The legs 2 are connected to the main body 1 by means of gimbal couplings 3. If the main body 1 is in the basic position, in which the central longitudinal plane and the transverse planes of the main body 1 extend vertically, the legs 2 are each relative to the main body 1 about a horizontal pivot axis 4 and about a vertical pivot axis 5 pivotable.

De zwenkbewegingen van de poten 2 ten opzichte van het hoofdlichaam 1 worden verzorgd door bedieningsorganen, waartoe in de weergegeven uitvoeringsvoorbeelden per poot 2 twee cilinder-zuigersamenstellen 6, die de verzwenking om de 15 horizontale zwenkas 4 verzorgen, en een cilinder-zuiger-samenstel 7, dat de verzwenking om de verticale zwenkas 5 bewerkstelligt, zijn toegepast.The pivoting movements of the legs 2 relative to the main body 1 are effected by operating members, for which purpose in the exemplary embodiments shown, two cylinder-piston assemblies 6 per leg 2, which provide the pivoting about the horizontal pivot axis 4, and a cylinder-piston assembly 7 that the pivoting about the vertical pivot axis 5 has been applied.

De poten 2 dragen elk aan hun vrije uiteinde een steunorgaan, dat in zijn geheel met 8 wordt aangeduid en 20 waarvan in de tekening verschillende uitvoeringsvoorbeelden zijn weergegeven, welke in het volgende nog nader zullen worden toegelicht.The legs 2 each bear a support member at their free end, which is indicated in its entirety by 8 and 20 of which various exemplary embodiments are shown in the drawing, which will be further elucidated hereinafter.

Verder zijn tenminste een aantal van de steun-organen 8, - in het algemeen alle steunorganen 8, - met een 25 aandrijforgaan 9, bijvoorbeeld een hydromotor, gekoppeld.Furthermore, at least a number of the support members 8, - generally all support members 8, - are coupled to a drive member 9, for example a hydraulic motor.

Volgens de uitvinding is het amfibisch voer- en vaartuig uitgevoerd met verdere bedieningsorganen, die de stand van althans een gedeelte van de steunorganen 8 ten opzichte van een in de basisstand van het hoofdlichaam 1 hori-30 zontaai, respectievelijk verticaal verlopend fictief vlak bepalen.According to the invention, the amphibious vehicle and vessel is provided with further operating members, which determine the position of at least a part of the supporting members 8 relative to a fictional plane, or vertical plane, which extends horizontally in the basic position of the main body 1, respectively.

Als verticaal verlopend fictief vlak kan bijvoorbeeld het middenlangsvlak van het hoofdlichaam 1 dienen, terwijl elk vlak van het voer- en vaartuig, dat horizontaal 35 verloopt, indien het hoofdlichaam 1 zijn in de fig. 1-4 weergegeven basisstand inneemt, als fictief horizontaal vlak kan fungeren.The vertical longitudinal fictional plane can for instance serve as the median longitudinal plane of the main body 1, while each plane of the vehicle and vessel, which runs horizontally, if the main body 1 assumes its basic position shown in Figs. 1-4, as a fictitious horizontal plane can function.

De steunorganen 8 kunnen in de, in de tekening weergegeven, uitvoeringsvoorbeelden van het amfibisch voer-40 en vaartuig volgens de uitvinding verplaatsingen ondergaan, 8202805 f * - 11 - waarvan de horizontale en de verticale componenten onafhankelijk van elkaar zijn.In the exemplary embodiments of the amphibious vehicle 40 and vessel according to the invention, the supporting members 8 can undergo displacements, 8202805 f * - 11 - of which the horizontal and vertical components are independent of each other.

Hiertoe zijn de poten 2 uit pootdelen 2', 21' samengesteld, die scharnierend met elkaar zijn verbonden.For this purpose the legs 2 are composed of leg parts 2 ', 21', which are hingedly connected to each other.

5 Voor bepaalde doeleinden kan het van voordeel zijn, dat pootdelen cardanisch met elkaar zijn verbonden.For certain purposes it may be advantageous that leg parts are gimbaled together.

De scharnieras 10 tussen de pootdelen 2', 2'* is evenwijdig aan de horizontale zwenkas 4 tussen het hoofdlichaam 1 en de betreffende poot 2.The pivot axis 10 between the leg parts 2 ', 2' * is parallel to the horizontal pivot axis 4 between the main body 1 and the relevant leg 2.

10 De onderlinge hoekstand van de pootdelen 2', 2fl kan worden ingesteld door middel van de verdere bedienings-organen.The mutual angular position of the leg parts 2 ', 2fl can be adjusted by means of the further operating members.

In de weergegeven uitvoeringsvoorbeelden omvatten deze hiertoe voor elk van de poten 2 een cilinder-zuiger-15 samenstel 11, waarvan de cilinder scharnierend op hét poot-deel 2' en de zuigerstang scharnierend op het pootdeel 211 aangrijpt.In the exemplary embodiments shown, for this purpose they comprise for each of the legs 2 a cylinder-piston assembly 11, the cylinder of which hinges on the leg part 2 'and the piston rod hinges on the leg part 211.

Zoals in het bijzonder uit fig. 1 blijkt, is in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld de zuigerstang van het 20 cilinder-zuigersamenstel 11 scharnierend verbonden met twee verstelstangen 12, 13, waarvan de ene scharnierend op het pootdeel 21 en de andere scharnierend op het pootdeel 211 aangrijpt.As appears in particular from Fig. 1, in the shown exemplary embodiment the piston rod of the cylinder-piston assembly 11 is hingedly connected to two adjusting rods 12, 13, one of which hinges on the leg part 21 and the other hinges on the leg part 211 .

Zoals in het bijzonder uit de fig. 5 en 6 blijkt, 25 is bij de, in deze fig. weergegeven, poot 2 het steunorgaan 8 door de verdere bedieningsorganen ten opzichte van het uiteinde van de betreffende poot 2 verzwenkbaar om twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen 14, 15. Hierbij verloopt de zwenkas 14 in de basisstand van het hoofdlichaam 1 30 horizontaal en is deze evenwijdig aan de horizontale zwenkas 4 tussen het hoofdlichaam 1 en de betreffende poot 2.As appears in particular from Figs. 5 and 6, in the leg 2 shown in this Fig. The support member 8 is pivotable by the further operating members relative to the end of the leg 2 concerned about two perpendicularly crossing pivot axes. 14, 15. The pivot axis 14 in the basic position of the main body 1 runs horizontally and is parallel to the horizontal pivot axis 4 between the main body 1 and the respective leg 2.

De zwenkas 15 is om de zwenkas 14 verzwenkbaar, terwijl in het uitvoeringsvoorbeeld volgens de fig. 5 en 6 zijn hartlijn in het middenloodvlak van de betreffende poot 35 2 ligt.The pivot axis 15 is pivotable about the pivot axis 14, while in the exemplary embodiment according to Figs. 5 and 6 its centerline lies in the median perpendicular plane of the relevant leg 35.

Het steunorgaan 8 is in het uitvoeringsvoorbeeld volgens de fig. 5 en 6 verdraaibaar om een stuuras 16, waarvan de hartlijn de hartlijn van de zwenkas 15 loodrecht snijdt. Voorts is de stuuras 16 verzwenkbaar om de beide 40 zwenkassen 14, 15.In the exemplary embodiment according to Figs. 5 and 6, the supporting member 8 is rotatable about a steering shaft 16, the center line of which intersects the center line of the pivot shaft 15 perpendicularly. Furthermore, the steering axle 16 is pivotable about the two 40 pivot axes 14, 15.

8202805 - 12 -8202805 - 12 -

Een in fig. 8 schematisch weergegeven compensatie-orgaan, dat in zijn geheel met 17 is aangeduid, compenseert een verzwenking van een poot 2 ten opzichte van het hoofdlichaam 1 om de verticale zwenkas 5 zodanig door een ver-5 draaiing van het steunorgaan 8 in tegengestelde richting om de stuuras 16, dat de voortbewegingsrichting van het steunorgaan 8 althans ongeveer gelijk blijft.A compensating member schematically shown in Fig. 8, which is indicated in its entirety by 17, compensates for a pivot of a leg 2 relative to the main body 1 about the vertical pivot axis 5 such as by a rotation of the support member 8 in in the opposite direction about the steering axis 16, that the direction of movement of the support member 8 remains at least approximately the same.

Hierdoor wordt het op bijzonder eenvoudige wijze mogelijk, steeds het amfibisch voer- en vaartuig te verrij-10 den, daar de steunorganen 8 immers steeds althans ongeveer dezelfde voortbewegingsrichting bezitten.This makes it possible in a particularly simple manner to always drive the amphibious vehicle and vessel, since the supporting members 8 always have at least approximately the same direction of travel.

Als compensatieorgaan 17 is in de uitvoering volgens fig. 8 bij de poten 2 een rotor van een vloeistofmotor 18 verstelbaar in afhankelijkheid van de rotatiebeweging van 15 de betreffende poot 2 ten opzichte van het hoofdlichaam 1 om de verticale zwenkas 5. Een tweede, identieke vloeistofmotor 19, waarvan de rotoras tevens de stuuras 16 is en die, evenals de rotor van de eerste vloeistofmotor 18 een enkele schoep 20 draagt (fig. 7), is via de leidingen 21 in hydrau-20 lische werkverbinding met de vloeistofmotor 18, zodanig, dat een hoekverdraaiing van de poot 2 ten opzichte van het hoofdlichaam 1 om de verticale zwenkas 5 een althans ongeveer gelijke, doch tegengesteld gerichte hoekverdraaiing van het huis 19' van de vloeistofmotor 19 veroorzaakt, die van dit 25 huis 19' op het betreffende steunorgaan 8 wordt overgebracht (fig. 5 en 7).As a compensating member 17, in the embodiment according to Fig. 8, at the legs 2, a rotor of a liquid motor 18 is adjustable depending on the rotational movement of the relevant leg 2 relative to the main body 1 about the vertical pivot axis 5. A second, identical liquid motor 19, the rotor shaft of which is also the steering shaft 16 and which, like the rotor of the first liquid motor 18 carries a single vane 20 (Fig. 7), is in hydraulic working connection with the liquid motor 18 via the pipes 21, such that that an angular rotation of the leg 2 relative to the main body 1 about the vertical pivot axis 5 causes an at least approximately equal, but opposite angular rotation of the housing 19 'of the liquid motor 19, that of this housing 19' on the respective supporting member 8 is transferred (fig. 5 and 7).

De leidingen 21 zijn tevens aangesloten op een regelschuif 21', die een der leidingen 21 met een toevoer onder druk van het hydraulische medium kan verbinden en 30 gelijktijdig de andere leiding 21 op de afvoer van het hydraulische medium aansluit, en omgekeerd. Hierdoor kunnen de steunorganen 8 om hun stuuras 16 in alle gewenste standen worden verdraaid.The pipes 21 are also connected to a control slide 21 ', which can connect one of the pipes 21 to a pressure medium supply of the hydraulic medium and at the same time connect the other pipe 21 to the discharge of the hydraulic medium, and vice versa. The support members 8 can hereby be rotated about their steering axis 16 in all desired positions.

De stuuras 16 wordt in het uitvoeringsvoorbeeld 35 volgens de fig. 5 - 7 in afhankelijkheid van de stand van het door de bodem ondersteunde steunorgaan 8 in een althans ongeveer loodrecht op de bodem onder het steunorgaan 8 staande stand gehouden.In the exemplary embodiment 35 according to Figs. 5-7, the steering shaft 16 is held in a position at least approximately perpendicular to the bottom under the support member 8, depending on the position of the support member 8 supported by the bottom.

32 0 2 8 0 5 - 13 -32 0 2 8 0 5 - 13 -

Bij de betreffende poten 2 is de horizontale zwenkas 14 tussen het pootuiteinde en het bijbehorende steun-orgaan 8 in het pootuiteinde aangebracht en is op deze zwenkas 14 een juk 22 verzwenkbaar ondersteund, waarin de zwenkas 5 15 is aangebracht.At the relevant legs 2, the horizontal pivot axis 14 is arranged between the leg end and the associated support member 8 in the leg end and a yoke 22 is pivotally supported on this pivot shaft 14, in which the pivot axis 15 is arranged.

Een cilinder-zuigersamenstel 23 grijpt enerzijds scharnierend op de poot 2 en anderzijds scharnierend op het juk 22 aan en verzorgt de verzwenking van dit juk 22 met toebehoren om de horizontale zwenkas 14.A cylinder-piston assembly 23 hinges on the leg 2 on the one hand and hinges on the yoke 22 on the other hand and ensures the pivoting of this yoke 22 with accessories about the horizontal pivot axis 14.

10 Een cilinder-zuigersamenstel 24 grijpt ener zijds scharnierend op het juk 22 aan en is anderzijds scharnierend verbonden met een schommelstuk 25, dat op de horizontale zwenkas 15 is gelegerd en waarin op zijn beurt de stuuras 16 is ondersteund.On the one hand, a cylinder-piston assembly 24 hinges on the yoke 22 and on the other hand is hingedly connected to a rocking piece 25, which is mounted on the horizontal pivot shaft 15 and in which the steering shaft 16 is in turn supported.

15 Bij de betreffende poten 2 draagt het huis 19' van de vloeistofmotor 19 een eerste schommelas 26, die althans ongeveer loodrecht staat op de voortbewegingsrichting van het bijbehorende steunorgaan 8. De hartlijn van deze eerste schommelas 26 snijdt de hartlijn van de stuuras 16 loodrecht. Op 20 deze eerste schommelas 26 is voorts een bus 27 verdraaibaar ondersteund, waaraan een leger 28 is bevestigd voor een tweede schommelas 29, die althans ongeveer evenwijdig is aan de voortbewegingsrichting van het bijbehorende steunorgaan 8.At the respective legs 2, the housing 19 'of the liquid motor 19 carries a first rocking shaft 26, which is at least approximately perpendicular to the direction of travel of the associated support member 8. The centerline of this first rocking shaft 26 intersects the centerline of the steering shaft 16 perpendicularly. Furthermore, a sleeve 27 is rotatably supported on this first rocking shaft 26, to which is mounted an bearing 28 for a second rocking shaft 29, which is at least approximately parallel to the direction of movement of the associated support member 8.

De tweede schommelas 29 is stijf bevestigd aan 25 het steunorgaan 8, terwijl zijn hartlijn loodrecht staat op het vlak door de hartlijnen van de eerste schommelas 26 en van de stuuras 16.The second rocking shaft 29 is rigidly attached to the support member 8, while its centerline is perpendicular to the plane through the centerlines of the first rocking shaft 26 and the steering shaft 16.

Zoals in het bijzonder in fig. 7 is weergegeven, kan de bus 27 slechts over een kleine hoek ten opzichte van 30 de eerste schommelas 26 verdraaien, terwijl de tweede schommelas 29 slechts over een kleine hoek ten opzichte van zijn leger 28 kan worden verdraaid, hetgeen wordt bewerkstelligd door middel van een, aan de eerste schommelas 26 bevestigd uitsteeksel 30, dat in een sleuf 31 in de bus 27 steekt en de 35 schommelbeweging om de eerste schommelas 26 beperkt en voorts door een met de tweede schommelas 29 verbonden bedieningsstang 32, waarvan de verstelling door een sleuf 33 in het betreffende leger 28 wordt begrensd.As shown in particular in Fig. 7, the sleeve 27 can only rotate a small angle relative to the first rocking shaft 26, while the second rocking shaft 29 can only be rotated a small angle relative to its bearing 28, which is accomplished by means of a projection 30 attached to the first rocking shaft 26, which protrudes into a slot 31 in the bush 27 and limits the rocking movement about the first rocking shaft 26 and furthermore by an operating rod 32 connected to the second rocking shaft 29, the adjustment of which is limited by a slot 33 in the respective bearing 28.

De bedieningsstang 32, die normaal evenwijdig 8202805The operating rod 32, which is normally parallel to 8202805

V * WV * W

- 14 - aan de stuuras 16 loopt, is, afhankelijk van de stand van het steunorgaan 8 op de bodem, uit dese evenwijdige stand verzwenk-baar met de tweede schommelas 29, respectievelijk om de eerste schommelas 26.Depending on the position of the support member 8 on the bottom, the steering shaft 16 is pivotable from the parallel position with the second rocking shaft 29 and around the first rocking shaft 26, respectively.

5 Op het onderste uiteinde van de stuuras 16 is een draagring 34 bevestigd en door middel van spieën tegen een verdraaiing ten opzichte van de stuuras 16 geborgd. Deze draagring 34 ondersteunt via een draagarm 35 een schuivenblok 36, waarin een veerbelaste schuif 37 en een veerbelaste schuif 38 10 op en neer verplaatsbaar zijn met behulp van een bedienings-schijf 39, die alzijdig beweegbaar is ondersteund door een draagpen 40, welke met een kogelgewricht 41 aan het schuivenblok 36 is bevestigd.A supporting ring 34 is mounted on the lower end of the steering axle 16 and is secured by means of wedges against a rotation relative to the steering axle 16. This supporting ring 34 supports via a supporting arm 35 a slide block 36, in which a spring-loaded slide 37 and a spring-loaded slide 38 can be moved up and down by means of an operating disk 39, which is supported on all sides by a supporting pin 40, which is ball joint 41 is attached to the sliding block 36.

De bedieningsschijf 39 wordt via de bedienings-- 15 stang 32 en een tussenstang 42 in afhankelijkheid van het ver loop van de bodem onder .test steunorgaan 8 versteld.The operating disc 39 is adjusted via the operating rod 32 and an intermediate rod 42 depending on the course of the bottom under test support member 8.

Hierbij zullen, indien de bodem onder het steunorgaan 8 ten opzichte van de rijrichting van het steunorgaan 8 zijdelings schuin verloopt, de tweede schommelas 29 en de be-20 dieningsstang 32 worden versteld, totdat de bedieningsstang 32 de sleuf 33 in zijn leger 28 heeft doorlopen, terwijl in het geval, dat de bodem onder het steunorgaan 8 in de rijrichting van het steunorgaan 8 voorwaarts of achterwaarts helt, de bedieningsstang 32 met de bus 27 om de eerste schommelas 26 zal 25 verdraaien, totdat een van de uiteinden van de sleuf 31 tegen het uitsteeksel 30 aan deze eerste schommelas 26 stuit.In this case, if the bottom under the support member 8 is laterally inclined relative to the direction of travel of the support member 8, the second rocking shaft 29 and the operating rod 32 will be adjusted until the operating rod 32 has passed through the slot 33 in its bearing 28 while in the case that the bottom under the support member 8 is inclined forward or backward in the direction of travel of the support member 8, the operating rod 32 with the sleeve 27 will rotate about the first rocking shaft 26 until one of the ends of the slot 31 abuts the projection 30 on this first rocking shaft 26.

Bij deze schuine verlopen van de bodem onder het steunorgaan 8, die uiteraard in het algemeen gecombineerd zullen optreden, zullen door een verstelling van de bedienings-30 schijf 39, door middel van de bedieningsstang 32 en de tussenstang 42, de schuif 37 en/of de schuif 38 vanuit hun middenstand worden versteld.In these oblique runs of the bottom under the support member 8, which will of course generally occur in combination, an adjustment of the operating disc 39, by means of the operating rod 32 and the intermediate rod 42, will cause the slide 37 and / or the slider 38 can be adjusted from their central position.

De schuif 37 dient voor het verstellen van het cilinder-zuigersamenstel 24, terwijl de schuif 38 het verstel-35 len van het cilinder-zuigersamenstel 23 verzorgt.The slider 37 serves to adjust the cylinder-piston assembly 24, while the slider 38 adjusts the cylinder-piston assembly 23.

De cilinder 24 is aan de zijde van de zuiger-stang via de toevoerleiding 43 en de hierop aangesloten aftak-leiding 44 continu verbonden met de toevoer van het hydraulisch drukmedium, terwijl deze cilinder 24 aan de tegenoverliggende 3202805 >. r - 15 - zijde van de zuiger door middel van een leiding 45 is aangesloten op het schuivenblok 36.The cylinder 24 is continuously connected to the supply of the hydraulic pressure medium on the side of the piston rod via the supply pipe 43 and the branch pipe 44 connected thereto, while this cylinder 24 is on the opposite side 3202805. r - 15 - side of the piston is connected to the slide block 36 by means of a pipe 45.

Indien de bedieningsschijf 39 de schuif 37 omhoog verplaatst, zal de leiding 45 (die in de middenstand 5 van & schuif 37, waarin de bedieningsschijf 39 zijn in de tekening weergegeven uitgangsstand inneemt, is afgesloten, zodat het cilinder-zuigersamenstel 24 dan in rust is) worden doorverbonden met de toevoerleiding 43, zodat de zuigerstang van het cilinder-zuigersamenstel 24 verder uit de cilinder 10 wordt verplaatst. Hierdoor wordt het schommelstuk 25 met inbegrip van de stuuras 16 om de zwenkas 15 verzwenkt.If the operating disk 39 moves the slide 37 upwards, the line 45 (which is in the central position of & slide 37, in which the operating disk 39 assumes its starting position shown in the drawing) will be closed, so that the cylinder-piston assembly 24 is then at rest ) are connected to the supply line 43 so that the piston rod of the cylinder-piston assembly 24 is moved further out of the cylinder 10. As a result, the swing piece 25, including the steering shaft 16, is pivoted about the pivot shaft 15.

Indien de bedieningsschijf 39 daarentegen de schuif 37 onder invloed van de hierop uitgeoefende veerdruk omlaag doet verplaatsen, zal de leiding 45 worden, doorverbon-15 den met de afvoerleiding 46, waardoor de zuigerstang van het cilinder-zuigersamenstel 24 verder in cfe cilinder zal worden bewogen en een verzwenking van het schommelstuk 25 met inbegrip van de stuuras 16 om de zwenkas 15 in tegengestelde richting plaatsvindt.If, on the other hand, the operating disc 39 causes the slide 37 to move downwards under the influence of the spring pressure exerted thereon, the line 45 will be bridged with the discharge line 46, whereby the piston rod of the cylinder-piston assembly 24 will be moved further into the cylinder. and pivoting of the rocking piece 25 including the steering shaft 16 about the pivot shaft 15 takes place in the opposite direction.

20 Pas indien de stuuras 16 door een der beide hierboven beschreven verzwenkingen om de zwenkas 15 zodanig is verplaatst, dat diens stand aan het schuine verloop van de bodem onder het steunorgaan 8 loodrecht op de rijrichting is aangepast, zal de bedieningsstang 32 weer zijn middenstand in 25 de sleuf 33 in het leger 28 innemen en zal de schuif 37 zijn middenstand weer hebben bereikt.20 Only when the steering shaft 16 has been displaced about the pivot shaft 15 by one of the pivots described above such that its position is adapted to the inclined course of the bottom under the support member 8 perpendicular to the direction of travel, the operating rod 32 will return to its center position 25 occupy the slot 33 in the bearing 28 and the slide 37 will have reached its middle position again.

Op dezelfde wijze zal de schuif 38 het cilinder-zuigersamenstel 23 kunnen bedienen. Het aan de zijde van de zuigerstang gelegen gedeelte van de cilinder van het cilinder-30 zuigersamenstel 23 is weer via een aftakleiding 47 continu aangesloten op de toevoerleiding 43 van het hydraulisch drukme-dium, terwijl het andere uiteinde van deze cilinder via een leiding 48 is aangesloten op het schuivenblok 36 en door een verplaatsing van de schuif 38 vanuit de middenstand met de 35 toevoerleiding 43 of met de afvoerleiding 46 kan worden verbonden .Likewise, the slide 38 will be able to operate the cylinder-piston assembly 23. The part of the cylinder of the cylinder-piston assembly 23 located on the piston rod side is again continuously connected via a branch line 47 to the supply line 43 of the hydraulic pressure medium, while the other end of this cylinder is via a line 48 connected to the slide block 36 and can be connected by a displacement of the slide 38 from the central position to the supply line 43 or to the discharge line 46.

Op deze wijze kan de stuuras 16 door een verstelling van het cilinder-zuigersamenstel 23 en een hierdoor veroorzaakte verzwenking van het juk 22 met het schommelstuk 25 3202805 •V * - 16 - en met de stuuras 16 om de zwenkas 14 zodanig worden versteld, dat de stand van de stuuras 16 aan het schuine verloop van de bodem onder het steunorgaan 8 in de rijrichting van het steunorgaan 8 wordt aangepast.In this way, the steering shaft 16 can be adjusted by adjusting the cylinder-piston assembly 23 and pivoting of the yoke 22 with the rocking piece 3202805 • V * - 16 - and with the steering shaft 16 around the pivot shaft 14 such that the position of the steering shaft 16 is adjusted to the inclined course of the bottom under the support member 8 in the direction of travel of the support member 8.

5 Doordat de stuuras 16 op deze wijze in bedrijf steeds in een althans ongeveer loodrecht op het bodemopper-vlak onder het steunorgaan 8 staande stand wordt gehouden, wordt een verzwenking van het steunorgaan 8 om deze stuuras 16 bijzonder verlicht.Since the steering axle 16 is maintained in this way in operation in an at least approximately perpendicular to the bottom surface below the supporting member 8, a pivoting of the supporting member 8 about this steering axle 16 is particularly illuminated.

10 Indien thans de verschillende in- de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van het amfibisch voeren vaartuig volgens de uitvinding worden beschouwd, dan zijn in de fig. 1 en 2 de drie poten 2 alle uitgevoerd met een scharnieras 10 en zijn voorts de beide voorste poten 2 op de 15 in de fig. 5 t/m 8 weergegeven wijze met hun steunorgaan 8 verbonden. Ook de achterste poot 2 kan in principe op de in de fig. 5 t/m 8 weergegeven wijze met zijn steunorgaan 8 zijn gekoppeld, doch onder omstandigheden kan een eenvoudiger verbinding mogelijk zijn.If the various exemplary embodiments of the amphibious vessel according to the invention shown in the drawing are now considered, then in the Figures 1 and 2 the three legs 2 are all constructed with a pivot axis 10 and the two front legs 2 are furthermore on connected in the manner shown in Figs. 5 to 8 to their support member 8. The rear leg 2 can in principle also be coupled to its support member 8 in the manner shown in Figs. 5 to 8, but under circumstances a simpler connection may be possible.

20 De drie steunorganen 8 bestaan in de uitvoering volgens de fig. 1 en 2 elk uit een juk 49 (fig. 7), waarin twee rollen 50 zijn gelegerd, De rotatieassen van de rollen 50 van de verschillende steunorganen 8 kunnen steeds evenwijdig aan elkaar worden geplaatst en in het bijzonder lood-25 recht op het middenlangsvlak van het hoofdlichaam 1 worden gericht.The three support members 8 in the embodiment according to fig. 1 and 2 each consist of a yoke 49 (fig. 7) in which two rollers 50 are mounted. The axes of rotation of the rollers 50 of the different support members 8 can always be parallel to each other and in particular are oriented perpendicularly to the median longitudinal plane of the main body 1.

Verder is bij alle steunorganen 8 een der rollen 50 met een aandrijforgaan 9, zoals een hydromotor, uitgevoerd.Furthermore, one of the rollers 50 is provided with a driving member 9, such as a hydraulic motor, on all support members 8.

De aandrijving van deze rollen 50 van de verschillende 30 steunorganen 8 kan hetzij apart, hetzij gezamenlijk regelbaar zijn.The drive of these rollers 50 of the different support members 8 can be controllable either separately or together.

De beide voorste steunorganen 8 worden in de stand volgens de fig. 1 en 2 over de oever gereden, terwijl het achterste steunorgaan 8 over de bodem van de waterweg rijdt.The two front support members 8 are driven over the bank in the position according to Figs. 1 and 2, while the rear support member 8 travels over the bottom of the waterway.

35 Het hoofdlichaam 1 bevindt zich in fig. 1 in de z.g. basisstand, waarin zijn middenlangsvlak en zijn dwarsvlakken verticaal verlopen.The main body 1 is in fig. 1 in the so-called basic position, in which its central longitudinal plane and its transverse planes run vertically.

Het hoofdlichaam 1 kan bijvoorbeeld de volgende hoofdafmetingen hebben: lengte breedte aan dek en bij de 40 bodem 1,50 m; hoogte 1 m.The main body 1 may, for example, have the following main dimensions: length width on deck and at the bottom 1.50 m; height 1 m.

82028058202805

'* V* V

- 17 -- 17 -

Het sturen van het amfibisch voer- en vaartuig volgens de uitvinding kan worden verzorgd door verstelling van het achterste steunorgaan 8 (de achterste steunorganen 8) en/of de voorste steunorganen 8 met behulp van hun regel-5 schuif 21', of door snelheidsverschillen tussen de rollen 50 van de steunorganen 8 onderling.The steering of the amphibious vehicle and vessel according to the invention can be effected by adjusting the rear support member 8 (the rear support members 8) and / or the front support members 8 by means of their control slider 21 ', or by speed differences between the rollers 50 of the support members 8 mutually.

Door middel van de cilinder-zuigersamenstellen 6 en 7 van de poten 2 kan ook een lopende voortbeweging bewerkstelligd worden.A running advancement can also be effected by means of the cylinder-piston assemblies 6 and 7 of the legs 2.

10 Hoewel in fig. 1 de voorste steunorganen 8 ongeveer dezelfde hoogtestand bezitten, kan, afhankelijk van de oever-gesteldheid aan weerszijden van de waterweg, het ene voorste steunorgaan 8 aanzienlijk hoger of aanzienlijk lager dan het andere voorste steunorgaan 8 worden geplaatst.Although in Fig. 1 the front support members 8 have approximately the same height position, depending on the bank on either side of the waterway, one front support member 8 can be placed considerably higher or considerably lower than the other front support member 8.

15 Voor de meeste werkzaamheden zal de voortbewegings- snelheid van het amfibisch voer- en vaartuig 2-3 km/uur bedragen. Indien het amfibisch voer- en vaartuig over land moet worden verreden kan een snelheid van bijvoorbeeld 15 km/uur worden bereikt.15 For most work, the speed of movement of the amphibious vehicle and vessel will be 2-3 km / h. If the amphibious vehicle and vessel has to be driven over land, a speed of, for example, 15 km / hour can be reached.

20 In fig. 3 is een amfibisch voer- en vaartuig vol gens de uitvinding weergegeven, dat voor het reinigen van een strandbodem wordt benut. In de stand volgens fig. 3 bevindt het amfibisch voer-· en vaartuig zich juist op de waterlijn, waarbij het voorste steunorgaan 8, dat nog over land rijdt, 25 zo ver mogelijk is ingetrokken.Fig. 3 shows an amphibious vehicle and vessel according to the invention, which is used for cleaning a beach bottom. In the position according to Fig. 3, the amphibious vehicle is just on the waterline, the front supporting member 8, which is still traveling over land, being retracted as far as possible.

De andere voorste poot 2 is uitgevoerd met een drijver 51, die met een aandrijforgaan 9 (niet weergegeven) is gekoppeld en met schoepen 52 is uitgevoerd. De verbinding tussen de drijver 51 en het uiteinde van de betreffende poot 30 2 kan aanzienlijk eenvoudiger zijn dan die volgens de fig.The other front leg 2 is formed with a float 51 which is coupled to a driving member 9 (not shown) and is formed with blades 52. The connection between the float 51 and the end of the respective leg 30 2 can be considerably simpler than that according to fig.

5 t/m 7. Het is in dit geval bijvoorbeeld mogelijk, een cardanische koppeling 53, welke door twee cilinder-zuigersamenstellen 54 wordt bediend, te benutten.5 to 7. In this case it is possible, for example, to use a gimbal coupling 53, which is operated by two cylinder-piston assemblies 54.

Onder het hoofdlichaam 1 of de poten 2 kunnen zuig-35 elementen zijn aangebracht (niet weergegeven), die het bovenste verontreinigde laagje van het zand afzuigen.Under the main body 1 or the legs 2, suction elements (not shown) can be provided, which extract the top contaminated layer from the sand.

Zoals in fig. 3 is afgebeeld, is de poot 2 van de drijver 51 zo ver mogelijk gestrekt, teneinde de door de drijver 51 ondervonden neerwaartse kracht tengevolge van het 40 gewicht van het hoofdlichaam 1 zo gering mogelijk te doen zijn.As shown in Fig. 3, the leg 2 of the float 51 is stretched as far as possible so as to minimize the downward force experienced by the float 51 due to the weight of the main body 1.

8202805 - 18 -8202805 - 18 -

Het steunorgaan 8 van de achterste poot 2 bestaat in dit uitvoeringsvoorbeeld uit een juk 49 met twee rollen 50, welke op dezelfde wijze ten opzichte van hun poot 2 zijn gerangschikt als in fig. 2 is weergegeven.In this exemplary embodiment, the support member 8 of the rear leg 2 consists of a yoke 49 with two rollers 50, which are arranged in the same manner relative to their leg 2 as shown in Fig. 2.

5 Ook in dit geval kan de verbinding tussen de achterste poot 2 en zijn steunorgaan 8, indien de omstandigheden dit toelaten, eenvoudiger zijn uitgevoerd dan in de fig. 5 t/m 7 is afgebeeld.In this case too, the connection between the rear leg 2 and its support member 8, if conditions permit, can be simpler than shown in Figs. 5 to 7.

In fig. 4 is een amfibisch voer- en vaartuig 10 volgens de uitvinding afgebeeld, waarbij de voorste steun-organen 8 elk bestaan uit een in een juk 49 ondersteunde grote rol 55 en kleine rol 56, waarbij de kleine rol 56 met een aandrijforgaan (niet weergegeven) is gekoppeld. Het steunorgaan 8 van de achterste poot 2 omvat twee in een juk 15 49 ondersteunde rollen 50 met eenzelfde diameter.Fig. 4 shows an amphibious vehicle and vessel 10 according to the invention, the front support members 8 each consisting of a large roller 55 and a small roller 56 supported in a yoke 49, the small roller 56 having a driving member ( not shown) is linked. The support member 8 of the rear leg 2 comprises two rollers 50 of the same diameter supported in a yoke 49.

In dit uitvoeringsvoorbeeld is over elk paar rollen 55, 56, respectievelijk 50, 50, aan weerszijden een ketting 57 of dergelijke aangebracht, welke kettingen 57 althans ongeveer evenwijdig aan elkaar zijn, terwijl tussen deze 20 kettingen 57 zich stijve schakels 58 in de dwarsrich'ting uitstrekken (fig. 4a).In this exemplary embodiment, a chain 57 or the like is arranged over each pair of rollers 55, 56 and 50, 50, respectively, which chains 57 are at least approximately parallel to each other, while between these chains 57 rigid links 58 are arranged in the transverse direction. extension (fig. 4a).

Hierbij sluiten opvolgende schakels 58, die U-vor-mig kunnen zijn uitgevoerd, een vrije ruimte in en zijn deze schakels 58 uitsluitend via de kettingen 57 met elkaar ver-25 bonden.Subsequent links 58, which may be U-shaped, hereby enclose a free space and these links 58 are connected to each other via chains 57 only.

De schakels 58 kunnen een onderlinge afstand van 10 - 15 cm bezitten en hebben zelf een breedte van 3 I 4 cm.The links 58 can have a mutual distance of 10-15 cm and themselves have a width of 3-14 cm.

De kettingen 57 hebben een zodanige afmeting, dat zij niet van de rollen 50, 50, respectievelijk 55, 56 af kunnen lopen. 30 De kettingen 57 met de schakels 58 verschaffen een uitstekende aangrijping op een bodem of grondoppervlak en veroorzaken, in tegenstelling-tot de bekende rupsbanden, geen samendrukking van de onderliggende bodemlaag. Ook in dit geval kan de verbinding tussen de achterste poot 2 en het bij-35 behorende steunorgaan 8 weer eenvoudiger zijn dan in de fig.The chains 57 are dimensioned such that they cannot run off the rollers 50, 50 and 55, 56, respectively. The chains 57 with the links 58 provide excellent engagement with a soil or ground surface and, unlike the known tracks, do not cause compression of the underlying soil layer. In this case too, the connection between the rear leg 2 and the supporting member 8 associated with it may again be simpler than in the fig.

5 t/m 7 is afgebeeld.5 to 7 are shown.

De uitvinding is niet beperkt tot de verschillende in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeelden, die op vele manieren binnen het kader der uitvinding kunnen worden 40 gevarieerd.The invention is not limited to the various embodiments shown in the drawing, which can be varied in many ways within the scope of the invention.

82 0 2 8 0 582 0 2 8 0 5

Claims (35)

1. Amfibisch voer- en vaartuig, bestaande uit een hoofdlichaam en een aantal poten, die door middel van cardanische koppelingen met het hoofdlichaam zijn verbonden, waarbij bedieningsorganen de zwenkbewegingen van de poten 5 ten opzichte van het hoofdlichaam verzorgen, terwijl de poten aan hun vrije uiteinde een steunorgaan dragen, en althans een gedeelte van deze steunorganen met een aandrijforgaan is gekoppeld, met het kenmerk, dat verdere bedieningsorganen de stand van althans een aantal van de 10 steunorganen ten opzichte van een in de basisstand van het hoofdlichaam horizontaal, respectievelijk.verticaal verlopend, fictief vlak bepalen.An amphibious vehicle and vessel, consisting of a main body and a plurality of legs, which are connected to the main body by means of gimbal couplings, with operating members providing the pivoting movements of the legs 5 relative to the main body, while the legs are at their free bear a support member, and at least a part of these support members are coupled to a drive member, characterized in that further operating members position at least a number of the 10 support members relative to a horizontal or vertical position in the basic position of the main body, respectively. defining a running, fictional plane. 2. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie l,met het kenmerk, dat althans een aantal van 15 de steunorganen verplaatsingen kunnen ondergaan, waarvan de horizontale en de verticale componenten onafhankelijk van elkaar zijn.Amphibious vehicle and craft according to claim 1, characterized in that at least some of the support members can undergo displacements, the horizontal and vertical components of which are independent of each other. 3. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat althans een 20 aantal van de poten uit pootdelen is samengesteld, die scharnierend met elkaar zijn verbonden.Amphibious vehicle and craft according to claim 1 or 2, characterized in that at least a number of the legs are composed of leg parts which are hingedly connected to each other. 4. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat pootdelen cardanisch met elkaar zijn verbonden.Amphibious vehicle and craft according to claim 3, characterized in that leg parts are gimbaled together. 5. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij althans een aantal van de poten, in de basisstand van het hoofdlichaam, ten opzichte van het hoofdlichaam om een horizontale en een verticale zwenkas verzwenkbaar is, met het kenmerk, dat bij deze 30 poten de scharnieras tussen opvolgende pootdelen evenwijdig is aan de horizontale zwenkas tussen het hoofdlichaam en de betreffende poot, terwijl de onderlinge hoekstand van deze pootdelen door de verdere bedieningsorganen instelbaar is.Amphibious vehicle and craft according to claim 1, 2 or 3, wherein at least a number of the legs, in the basic position of the main body, are pivotable relative to the main body about a horizontal and a vertical pivot axis, characterized in that in these legs, the pivot axis between successive leg parts is parallel to the horizontal pivot axis between the main body and the relevant leg, while the mutual angular position of these leg parts is adjustable by the further operating members. 6. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 5, 35. e t het kenmerk, dat de verdere bedieningsorganen voor elk van deze poten een cilinder-zuigersamenstel omvatten, waarvan een van de elementen scharnierend op het ene pootdeel en het andere element scharnierend op het andere 8202805 - 20 - pootdeel aangrijpt.6. Amphibious vehicle and craft according to claim 5, 35. characterized in that the further operating members for each of these legs comprise a cylinder-piston assembly, one of the elements hinged on one leg part and the other element hinged on the other 8202805 - 20 - leg part engages. 7. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het andere element van het cilinder-zuigersamenstel scharnierend is verbonden met twee 5 verstelstangen, waarvan de ene scharnierend op het ene pootdeel en de andere scharnierend op het andere pootdeel aangrijpt.7. Amphibious vehicle and craft according to claim 6, characterized in that the other element of the cylinder-piston assembly is hingedly connected to two adjusting rods, one of which hinges on one leg part and the other hinges on the other leg part. 8. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat 10 bij althans een aantal van de poten het steunorgaan door de verdere bedieningsorganen ten opzichte van het betreffende pootuiteinde verzwenkbaar is om twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen.8. Amphibious vehicle and vessel according to any one of the preceding claims, characterized in that the support member can be pivoted by means of the further operating members relative to the respective leg end at least a number of the legs about two perpendicularly crossing pivot axes. 9. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 8, 15 met het kenmerk, dat een van de twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen in de basisstand van het hoofdlichaam horizontaal verloopt en evenwijdig is aan de horizontale zwenkas tussen het hoofdlichaam en de betreffende poot.Amphibious vehicle and craft according to claim 8, 15, characterized in that one of the two perpendicularly crossing pivot axes in the basic position of the main body runs horizontally and is parallel to the horizontal pivot axis between the main body and the relevant leg. 10. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 9,met het kenmerk, dat de andere van de twee elkaar loodrecht kruisende zwenkassen om de horizontale zwenkas tussen de poot en het steunorgaan verzwenkbaar is.Amphibious vehicle and craft according to claim 9, characterized in that the other of the two perpendicularly crossing pivot axes is pivotable about the horizontal pivot axis between the leg and the support member. 11. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 25. of 10, met het kenmerk, dat de hartlijn van de, de horizontale zwenkas tussen de poot en het steunorgaan loodrecht kruisende, zwenkas in het middenloodvlak van de betreffende poot ligt.Amphibious vehicle and craft according to claim 25. or 10, characterized in that the axis of the pivot axis, which crosses the horizontal pivot axis between the leg and the support member, lies in the median perpendicular plane of the leg concerned. 12. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der 30 voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat bij althans een aantal van de poten het steunorgaan verdraaibaar is om een stuuras.12. Amphibious vehicle and vessel according to any one of the preceding claims, characterized in that the support member is rotatable about a steering axis in at least a number of the legs. 13. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat bij deze poten een 35 compensatieorgaan een verzwenking van de betreffende poot ten opzichte van het hoofdlichaam om de verticale zwenkas zodanig compenseert door een verdraaiing in tegengestelde richting van het steunorgaan om de stuuras, dat de voort-bewegingsrichting van het steunorgaan althans ongeveer 40 gelijk blijft. 8202805 - 21 --13. Amphibious vehicle and craft according to claim 12, characterized in that with these legs a compensation member compensates for a pivotal movement of the relevant leg relative to the main body about the vertical pivot axis by a rotation in the opposite direction of the support member about the steering shaft, that the direction of movement of the support member remains at least about 40 the same. 8202805 - 21 - 14. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat bij de genoemde poten de verdere bedieningsorganen, in afhankelijkheid van de stand van het door de bodem ondersteunde steunorgaan, de 5 stuuras in een althans ongeveer loodrecht op het bodemopper-vlak onder het steunorgaan staande stand houden.14. Amphibious vehicle and vessel according to claim 12 or 13, characterized in that, at said legs, the further operating members, depending on the position of the supporting member supported by the bottom, the steering shaft in an at least approximately perpendicular to the bottom surface. - stand upright below the support member. 15. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 12-14, met het kenmerk, dat de hartlijn van de stuuras de hartlijn van de, de horizontale 10 zwenkas tussen de poot en het steunorgaan loodrecht kruisende, zwenkas loodrecht snijdt en de stuuras om de beide elkaar loodrecht kruisende zwenkassen verzwenkbaar is.15. Amphibious vehicle and craft according to any one of claims 12-14, characterized in that the axis of the steering axis intersects the axis of the pivot axis, which crosses the horizontal pivot axis between the leg and the support member, perpendicularly and around the steering axis. the two vertically crossing pivot axes are pivotable. 16. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 12-15, met het kenmerk, dat bij de 15 genoemde poten het steunorgaan door de verdere bedieningsorganen om de bijbehorende stuuras verstelbaar is.16. Amphibious vehicle and vessel according to any one of claims 12-15, characterized in that at the said legs the support member is adjustable about the associated steering axis by the further operating members. 17. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 9-16, met het kenmerk, dat bij de genoemde poten de horizontale zwenkas tussen het pootuit- 20 einde en het bijbehorende steunorgaan in het pootuiteinde is aangebracht en een juk verzwenkbaar ondersteunt, waarin de, deze horizontale zwenkas loodrecht kruisende, zwenkas is aangebracht, waarbij een der verdere bedieningsorganen enerzijds scharnierend op de betreffende poot en anderzijds 25 scharnierend op het samenwerkende juk aangrijpt.Amphibious vehicle and craft according to any one of claims 9-16, characterized in that at said legs the horizontal pivot axis between the leg end and the associated support member is arranged in the leg end and pivotally supports a yoke, in which the this horizontal pivot axis is arranged perpendicularly crossing pivot axis, wherein one of the further operating members hinges on the respective leg on the one hand and pivots on the cooperating yoke on the other hand. 18. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat het genoemde verdere bedieningsorgaan een cilinder-zuigersamenstel is.Amphibious vehicle and craft according to claim 17, characterized in that said further operating member is a cylinder-piston assembly. 19. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 30 17 of 18, met het kenmerk, dat bij de genoemde poten een ander verder bedieningsorgaan enerzijds scharnierend op het juk aangrijpt en anderzijds scharnierend is verbonden met een schommelstuk, dat op de, de horizontale zwenkas tussen de betreffende poot en het samenwerkende 35 steunorgaan loodrecht kruisende, zwenkas is gelegerd en waarin de stuuras is ondersteund.19. Amphibious vehicle and craft according to claim 17 or 18, characterized in that at said legs another further operating member pivots on the yoke on the one hand and is pivotally connected on the other to a horizontal pivot axis between the horizontal pivot axis. the respective leg and the cooperating supporting member are perpendicularly crossing, pivot axis and in which the steering axis is supported. 20. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat het andere verdere bedieningsorgaan een cilinder-zuigersamenstel is. 8202805 ° ' - 22 -Amphibious vehicle and craft according to claim 19, characterized in that the other further operating member is a cylinder-piston assembly. 8202805 ° - 22 - 21. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 13 - 20, met het kenmerk, dat als compensatieorgaan bij de genoemde poten een rotor van een eerste vloeistofmotor verdraaibaar is in afhankelijkheid van 5 de rotatiebeweging van de betreffende poot ten opzichte van het hoofdlichaam om de verticale zwenkas, terwijl een tweede vloeistofmotor, waarvan de rotoras tevens de genoemde stuuras is, in werkverbinding met de eerste vloeistofmotor staat, zodanig, dat een hoekverdraaiing van de poot ten op-10 zichte van het hoofdlichaam om de verticale zwenkas een althans ongeveer gelijke, doch tegengesteld gerichte hoekverdraaiing van het huis van de tweede vloeistofmotor veroorzaakt, die door dit huis op het betreffende steunorgaan wordt overgebracht.21. Amphibious vehicle and craft according to any one of claims 13 - 20, characterized in that as a compensating member at the said legs a rotor of a first liquid motor is rotatable in dependence on the rotational movement of the relevant leg relative to the main body. the vertical pivot axis, while a second liquid motor, the rotor shaft of which is also the said steering shaft, is in working connection with the first liquid motor, such that an angular rotation of the leg relative to the main body about the vertical pivot axis is at least approximately equal , but causes opposite angular rotation of the housing of the second liquid motor, which is transferred by this housing to the respective support member. 22. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusies 16 en 21, waarbij de eerste vloeistofmotor door middel van twee vloeistofleidingen op de tweede vloeistofmotor is aangesloten, met het kenmerk, dat de beide, op de tweede vloeistofmotor aangesloten, vloeistofleidingen door 20 middel van een regelschuif aansluitbaar zijn op een toevoer onder druk van de vloeistof, respectievelijk op een vloeistof-afvoer, of omgekeerd.Amphibious vehicle and craft according to claims 16 and 21, wherein the first liquid motor is connected to the second liquid motor by means of two liquid lines, characterized in that the two liquid lines connected to the second liquid motor by means of a control slide can be connected to a supply under pressure of the liquid, respectively to a liquid discharge, or vice versa. 23-. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 12-22, met het kenmerk, dat bij de 25 genoemde poten de stuuras een eerste schommelas draagt, die om de stuuras verzwenkbaar is en die althans ongeveer loodrecht staat op de voortbewegingsrichting van het bijbehorende steunorgaan, terwijl op deze eerste schommelas een bus is gelegerd, waaraan een leger is bevestigd voor een tweede 30 schommelas, die althans ongeveer evenwijdig is aan de voortbewegingsrichting van het bijbehorende steunorgaan, waarbij de tweede schommelas aan het steunorgaan is bevestigd.23-. Amphibious vehicle and vessel according to any one of claims 12-22, characterized in that at the said legs the steering shaft carries a first rocking shaft which is pivotable about the steering shaft and which is at least approximately perpendicular to the direction of movement of the associated support member, while on this first rocking shaft a bush is mounted, to which is mounted an bearing for a second rocking shaft, which is at least approximately parallel to the direction of movement of the associated support member, the second rocking shaft being attached to the support member. 24. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat het huis van de tweede 35 vloeistofmotor de eerste schommelas draagt.24. Amphibious vehicle and craft according to claim 23, characterized in that the housing of the second liquid motor carries the first rocking shaft. 25. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 23 of 24, met het kenmerk, dat de hartlijn van de eerste schommelas de hartlijn van de stuuras loodrecht snijdt. 8202805 > - 23 -Amphibious vehicle and craft according to claim 23 or 24, characterized in that the centerline of the first rocking axis intersects the centerline of the steering axis perpendicularly. 8202805> - 23 - 26. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 23/ 24 of 25, met het kenmerk, dat de hartlijn van de tweede schommelas loodrecht staat op het vlak door de hartlijnen van de eerste schommelas en van de stuuras.26. Amphibious vehicle and craft according to claim 23/24 or 25, characterized in that the centerline of the second swing axis is perpendicular to the plane through the centerlines of the first swing axis and the steering axis. 27. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 23-26, met het kenmerk, dat de tweede schommelas een bedieningsstang draagt, die normaal althans ongeveer evenwijdig aan de stuuras loopt en die, afhankelijk van de stand van het steunorgaan op de bodem, uit 10 deze evenwijdige stand verzwenkbaar is met de tweede schommelas, respectievelijk om de eerste schommelas, en hierbij een aan de stuuras bevestigd schuivenstelsel bedient, waardoor het ene en/of het andere der verdere bedieningsorganen wordt versteld, teneinde de stuuras evenwijdig aan de bedie- 15 ningsstang te doen verlopen.27. Amphibious vehicle and craft according to any one of claims 23-26, characterized in that the second rocking shaft carries an operating rod which normally runs at least approximately parallel to the steering axis and which, depending on the position of the support member on the bottom, can be pivoted from this parallel position with the second rocking shaft, respectively about the first rocking shaft, and thereby operates a sliding system attached to the steering shaft, whereby one and / or the other of the further operating members is adjusted, so that the steering shaft is parallel to the controls 15 the rod to expire. 28. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der conclusies 23-27, met het kenmerk, dat de bus slechts over een kleine hoek ten opzichte van de eerste schommelas verdraaibaar is, terwijl de tweede schommelas 20 slechts over een kleine hoek ten opzichte van zijn leger kan worden verdraaid.An amphibious vehicle and craft according to any one of claims 23-27, characterized in that the sleeve is rotatable only at a small angle relative to the first rocking axis, while the second rocking axis 20 is only rotated at a small angle to its army can be twisted. 29. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 28, met het kenmerk, dat aan de eerste schommelas een uitsteeksel is bevestigd, dat in een sleuf in de 25 bus steekt, terwijl de met de tweede schommelas verbonden bedieningsstang een sleuf in het leger voor de tweede schommelas doorloopt.29. An amphibious vehicle according to claim 28, characterized in that a projection is attached to the first rocking shaft, which protrudes into a slot in the bush, while the operating rod connected to the second rocking shaft has a slot in the bearing for the second swing axle continues. 30. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat 30 althans een aantal van de steunorganen bestaat uit een juk waarin twee rollen zijn gelegerd, waarbij de rotatieassen van de rollen althans ongeveer evenwijdig aan elkaar plaatsbaar zijn.30. An amphibious vehicle and vessel according to any one of the preceding claims, characterized in that at least some of the support members consist of a yoke in which two rollers are mounted, the axes of rotation of the rollers being at least approximately parallel to each other. 31. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 35 30, met het kenmerk, dat de rotatieassen van de rollen althans ongeveer loodrecht op het middenlangsvlak van het hoofdlichaam plaatsbaar zijn.31. An amphibious vehicle and craft according to claim 35, characterized in that the axes of rotation of the rollers can be placed at least approximately perpendicular to the median longitudinal plane of the main body. 32. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat 40 althans één steunorgaan een met schoepen uitgevoerde drijver 8202805 Λ j w - 24 - • omvat/ die met een aandrijforgaan is gekoppeld.32. An amphibious vehicle and vessel according to any one of the preceding claims, characterized in that at least one support member comprises a paddle-shaped float 8202805 w j w - 24 - • coupled to a drive member. 33. Amfibisch voer- en vaartuig volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat althans één steunorgaan één of meer rollen omvat, waarover 5 aan weerszijden een ketting of dergelijke verloopt, waarbij deze kettingen althans ongeveer evenwijdig aan elkaar zijn en tussen deze kettingen zich schakels in de dwarsrichting uitstrekken, waarbij opvolgende schakels een vrije ruimte insluiten en uitsluitend via de kettingen met elkaar zijn 10 verbonden.33. An amphibious vehicle and vessel according to any one of the preceding claims, characterized in that at least one support member comprises one or more rollers, over which a chain or the like extends on either side, these chains being at least approximately parallel to each other and between these chains links extend in the transverse direction, successive links enclose a free space and are connected to each other only by means of the chains. 34. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 33, met het kenmerk, dat de schakels U-vormig zijn.Amphibious vehicle and craft according to claim 33, characterized in that the links are U-shaped. 35. Amfibisch voer- en vaartuig volgens conclusie 15 33 of 34, met het kenmerk, dat het steunorgaan twee rollen met verschillende diameter omvat. 1 8202305Amphibious vehicle and craft according to claim 15 33 or 34, characterized in that the support member comprises two rollers of different diameters. 1 8202305
NL8202805A 1982-07-12 1982-07-12 amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle NL8202805A (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8202805A NL8202805A (en) 1982-07-12 1982-07-12 amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8202805 1982-07-12
NL8202805A NL8202805A (en) 1982-07-12 1982-07-12 amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8202805A true NL8202805A (en) 1984-02-01

Family

ID=19840011

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8202805A NL8202805A (en) 1982-07-12 1982-07-12 amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8202805A (en)

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0139789A1 (en) * 1983-10-30 1985-05-08 Hydrowega Holland BV Amphibian vehicle for shallow water
CN107585265A (en) * 2017-09-26 2018-01-16 中蓝(厦门)实业有限公司 Sea turtle type hull
CN107700568A (en) * 2017-09-26 2018-02-16 中蓝(厦门)实业有限公司 Sea turtle type dredger
CN112482483A (en) * 2020-10-16 2021-03-12 西安理工大学 Amphibious formula desilting robot device of crawling

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0139789A1 (en) * 1983-10-30 1985-05-08 Hydrowega Holland BV Amphibian vehicle for shallow water
CN107585265A (en) * 2017-09-26 2018-01-16 中蓝(厦门)实业有限公司 Sea turtle type hull
CN107700568A (en) * 2017-09-26 2018-02-16 中蓝(厦门)实业有限公司 Sea turtle type dredger
CN112482483A (en) * 2020-10-16 2021-03-12 西安理工大学 Amphibious formula desilting robot device of crawling
CN112482483B (en) * 2020-10-16 2022-07-22 西安理工大学 Amphibious formula desilting robot device of crawling

Similar Documents

Publication Publication Date Title
FR2472058A1 (en) METHOD AND APPARATUS FOR HOLLOWING VERY VERY VERY PARALLEL WALL TRENCHES IN THE GROUND
BE1005307A5 (en) DREDGING FOR VEHICLE WITHOUT be stirred SLUDGE AND / OR OTHER SEDIMENT REMOVAL dredged.
US4185698A (en) Adjustable auger dozer
NL8202805A (en) amphibious vehicle-vessel combination - has outrigger type-legs and roller support for legs and vehicle
US4979781A (en) Bench mining method and apparatus
US3717003A (en) Trenching apparatus
FR2459360A1 (en) SYSTEM FOR CREATING UNDERGROUND GALLERIES
US2690902A (en) Apparatus for removing ice from the surface of a road or the like
SU1037846A3 (en) Self-propelled bucket chain excavator
CA1106190A (en) Weed harvester
US4026049A (en) Articulating dredge
FI87822B (en) DIKESGRAEVMASKIN
US3118419A (en) Auto track laying and amphibious vehicle
US4218988A (en) Amphibious walking vehicle
FR3115524A1 (en) NAUTICAL CRASSATS CLEANING PLATFORM
US2855116A (en) Vehicle mounted earth moving apparatus
JPH0734037Y2 (en) Amphibious self-propelled transfer conveyor device
AU773522B2 (en) Vehicular arm assembly
RU2376190C1 (en) Marsh motorboat
US3377726A (en) Canal trimmer
US940752A (en) Excavator.
SU1138462A1 (en) Earth-moving machine
SU644910A1 (en) Trench excavator for marshes
US1231121A (en) Means for excavating and transporting material in grading.
SU1281643A1 (en) Earth-moving machine

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed