NL8202353A - Telescopische boominrichting. - Google Patents
Telescopische boominrichting. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8202353A NL8202353A NL8202353A NL8202353A NL8202353A NL 8202353 A NL8202353 A NL 8202353A NL 8202353 A NL8202353 A NL 8202353A NL 8202353 A NL8202353 A NL 8202353A NL 8202353 A NL8202353 A NL 8202353A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- section
- sections
- locking
- cam surface
- neighboring
- Prior art date
Links
- 238000005096 rolling process Methods 0.000 claims 1
- 238000013459 approach Methods 0.000 description 2
- 230000006835 compression Effects 0.000 description 2
- 238000007906 compression Methods 0.000 description 2
- 230000000994 depressogenic effect Effects 0.000 description 1
- 239000012530 fluid Substances 0.000 description 1
- ORQBXQOJMQIAOY-UHFFFAOYSA-N nobelium Chemical compound [No] ORQBXQOJMQIAOY-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 1
- 125000006850 spacer group Chemical group 0.000 description 1
- 230000008719 thickening Effects 0.000 description 1
- 238000004804 winding Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B64—AIRCRAFT; AVIATION; COSMONAUTICS
- B64G—COSMONAUTICS; VEHICLES OR EQUIPMENT THEREFOR
- B64G1/00—Cosmonautic vehicles
- B64G1/22—Parts of, or equipment specially adapted for fitting in or to, cosmonautic vehicles
- B64G1/222—Parts of, or equipment specially adapted for fitting in or to, cosmonautic vehicles for deploying structures between a stowed and deployed state
- B64G1/2221—Parts of, or equipment specially adapted for fitting in or to, cosmonautic vehicles for deploying structures between a stowed and deployed state characterised by the manner of deployment
- B64G1/2226—Telescoping
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B64—AIRCRAFT; AVIATION; COSMONAUTICS
- B64G—COSMONAUTICS; VEHICLES OR EQUIPMENT THEREFOR
- B64G1/00—Cosmonautic vehicles
- B64G1/22—Parts of, or equipment specially adapted for fitting in or to, cosmonautic vehicles
- B64G1/42—Arrangements or adaptations of power supply systems
- B64G1/44—Arrangements or adaptations of power supply systems using radiation, e.g. deployable solar arrays
- B64G1/443—Photovoltaic cell arrays
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Remote Sensing (AREA)
- Aviation & Aerospace Engineering (AREA)
- Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)
- Jib Cranes (AREA)
- Ladders (AREA)
Description
£ ft * ^ VO 3452
Telescopische boominrichting.
De uitvinding heeft betrekking op eeh'uit een aantai delen bestaande, intrekbare,. telescopische boominrichting, die. een aantai in elkaar te schuiven buisvormige secties' omvat. Bij wijze van voorbeeld kan de inrichting worden toegepast als eeii draagboom voor het. naar bui— 5 ten brengen van een inrichting, zoals een zonnecelopstelling in een ruimtevaartuig.
In de openbaargemaakte Britse octrooiaanvragen 2.Q72.295A en 2.074.981A zijn een inrichting beschreven voor het'verzekeren van het opeenvolgend oprichten van een boom, en een aandrijfmechanisme voor het 10 oprichten van een boom. In deze aanvragen is voorgesteld, dat een gren— delstelsel, gebruikt voor het in de uitgedrukte stand grendelen van de boom, door geschikte losmaakmiddelen' zou kunnen worden ontkoppeld voor het toelaten van automatisch intrekken van de boom en het terugkeren naat een geborgen toestand.
15 Overeenkomstig de uitvinding is een telescopische boominrich.-» ting verschaft, die een aantai secties omvat, elk beweegbaar tussen een’ geborgen stand, geschoven in een volgende grotere sectie, en een mitge~ drukte stand, verder een aantai grendeldelen, bevestigd aan bijbehorende secties en onder veerspanning staande voor het aangrijpen van de volgende 20 naburige sectie voor het in de uitgedrukte stand grendelen daarvan, en losmaakmiddelen, die nokoppervlakmiddelen bevatten voor het aangrijpen' van elk grendeldeel, wanneer de sectie, waaraan dit is bevestigd, be— · weegt naar de geborgen stand voor het zodoende losmaken van de volgende naburige sectie voor een beweging naar de geborgen stand.
25 Elk grendeldeel wordt bij voorkeur in het algemeen naar bin— nen gedrukt voor het aangrijpen van een volgende hinnenste sectie voor het grendelen daarvan in de uitgedrukte stand. De losmaakmiddelen emvat-ten met voordeel in lengterichting zich uitstrekkende armmiddelen, voor-zien van een nokoppervlak daaraan, welke armmiddelen zijn gemonteerd aan 30 of nabij de grootste sectie, en op een radiaal buitengebied daarvan kunnen zijn voorzien van het nokoppervlak. Elk nokoppervlak kan een oplopend gedeelte omvatten, dat helt ten opzichte van de lengtehartlijn en dient voor het ontgrendelen vein een bijbehorend grendeldeel, en een gedeelte dat in het algemeen evenwijdig loopt met de lengtehartlijn en een ont— 35 grendeld grendeldeel in die toestand houdt. De armmiddelen zijn bij voor- 8202353
. art ' V
-2- keur in lengterichting beweegbaar tussen sen werkstand, waarin zij de grendeldelen aangrijpen wanneer hun bijbehorende secties in een geborgen toestand zijn, en een niet werkzame stand, waarin de grendeldelen tegen hun betreffende opvolgende secties worden gedrukt door hun bijbehorende 5 veerdruk. .
Wanneer het wenselijk is een boominrichting te verschaffen, die zowel in de geborgen als· uitgedrukte toestand grendelbaar is, kan elke sectie zijn ingericht om in een geborgen toestand te worden·gegren-deld door middel van het grendeldeel aan de volgende sectie. In dit ge-10 val kan’de inrichting zodanig zijn, dat wanneer de secties in een geborgen toestand zijn, en de armmiddelen bewogen naar de niet werkzaine stand, de grendeldelen in aangrijping worden gedrukt met betreffende volgende secties voor het zodoende in een geborgen toestand grendelen van de boom.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de teke-15 ning, waarin: figuur 1 een schematisch zijaanzicht is van de telescopische boom, die opeenvolgend kan worden opgericht, figuur 2 een eindaanzicht is van de boom volgens figuur 1 eh figuur 3 een schematisch zijaanzicht is van het ontgrendel- 20 mechanisme.
In eerste instantie verwijzende naar figuur 1 en 2, omvat de telescopische boom een reeks dunwandige in elkaar geschoven, buisvozmige elementen 1010η, waarbij 10^ het binnenste en 10η het buitenste is. Soortgelijke achtervoegsels worden gebruikt voor het aanduiden van 25 andere onderdelen. Aan elk einde van elk element 10^ ,...10η is een flens 11 aangebracht. De flens is uitgevoerd met een kleinere binnendiameter dan het binnenoppervlak van het element voor het zodoende verschaffen van een cylindrische aanslag in het element. Een paar diametraal tegenover elkaar liggende uitsparingen 12 neemt in elk daarvan een grendeldeel 13 30 op, dat door middel van een drukveer 14 radiaal naar binnen wordt gedrukt. Het radiale buiteneinde van elk grendeldeel 13 steekt in het algemeen radiaal uit vanaf de flens en draagt een paar nokwielen 15. Een paar diametraal tegenover elkaar liggende lengtekanalen 16 is gevormd in de flens 11, te weten een onder elke uitsparing 12. De flens 11 bevat vier andere 35 lengtekanalen 17, die langs de binnenomtrek op onderlinge gelijke afstanden liggen. Verder is de flens 11 voorzien van acht op onderling gelijke afstanden liggende legerkussens 26, die kunnen aanliggen tegen het buiten- 8202 3 53 - ---------- ---------- a> · <%, -3- ! oppervlak van het volgende binnenelement 10.
De buitenomtrek van elk element 10^....10n-l is voorzien van een' leistrook 18 in de lengte, die zich langs eeh. groot gedeelte van de lengte van het element 10 uitstrekt, en samenwerkt met een' kanaal 16 5 in het volgende buitenelement voor het voorkomen van een onderling draaien van naburige elementen- Voorste en achterste legerkussens 19 en 20 be-* vinden zich resp. op het buitenoppervlak van de elementen 10^....10^^ en kunnen aanliggen tegen de binnenomtrek van het volgende buitenele— .
. ment 10·. Een hulsdeel 21 is gemonteerd aan elk element 10^,...10^^,-heeft 10 een afgeschuinde voorste rand 22 en is voorzien van een paar diametraal tegenover elkaar liggende vingers 23, waarvan er een zich naar voren' uitstrekt om te komen bij de lengteleistrook 18.. Elke vinger 23.bevat een uitsparing 24 voor het opnemen van een grendeldeel' 13 van het' volgende buitenelement 10 wanneer de elementen zijn uitgedrukt voor.het; zo— IS doende in die gedaante grendelen van de elementen.
Elk element 10-....10 „ is in de wand voorzien van een'paar £ n-i diametraal tegenover elkaar liggende openingen 25 direkt achter de flens 11, door welke openingen het grendelelement 13 van het volgende buiten— element 10 kan uitsteken voor het in een geborgen toestand aan elkaar 20 grendelen van de twee elementen.
In de samengevoegde boom is elk element 10 onder 90° georien— teerd ten opzichte van de naburigen.
Thans verwijzende naar figuur 3, draagt het buitenste deel een ontgrendelmechanisme 30, dat in lengterichting verschuifbaar is.
25 Het ontgrendelmechanisme 30 omvat een hulsgedeelte 31 en vier gelijke paren nokkenbanen 32, die zich naar voren ten opzichte van het fmlsge- deelte uitstrekken en op onderling gelijke afstanden langs de omtrek' liggen. De huls heeft een aantal legerkussens 33, dat zich naar Binnen ten opzichte van het’binnenoppervlak uitstrekt' voor aanligging tegen' de 30 de buitenomtrek van het buitenste element 10 voor het mogelijk maken'van de schuifbeweging. Middelen (niet weergegevenj zijn aangeBracht voor het voorkomen van het draaien van de huls 31 rond het Buitenste element 10 , nf welke middelen in de vorm kunnen zijn van een lengteleistrook, vastge— zet aan de buitenomtrek van het bdtenste element 10^ en een Bijbehorend 35 lengteleikanaal in de huls. Een rechtlijnig beweegBaar .bedieningsorgaan (niet weergegeveni. is aangebraeht:. voor het tot stand Brengen van eeh beweging van het ontgrendelmechanisme tussen een werkstand, die net 82 02 3 53 ......... - m *» -4— getrokken lijnen in figuur 3 is weergegeven, en een niet werkzame stand, die met onderbroken lijnen is weergegeven.
De. nokkenbanen 32 zijn radiaal zodanig bemeten, dat wanneer elk der elementen 10 de geborgen toestand nadert, de flenzen onder de 5 nokkenbanen doorgaan, maar de nokwielen 15 van elk grendelelement 13 een. van de nokkenbanen 32 aangrijpen en tegen de veerkracht nit de betref-fende nitsparing 24 van het volgende binnenelement 10 worden opgeheven voor het zodoende losmaken van dat element. De nokkenbanen zijn in leng-terichting zodanig bemeten, dat het ontgrendelinechanisme in de werkstand 10 zi’ch voldoende ver naar voren uitstrekt voor het ontgrendelen van alle grendeldelen 13 wanneer de bijbehorende delen 10 de geborgen toestand naderen..
Aandrijfmiddelen 34 zijn aangebracht voor het tot stand brengen van het uitdmkken en. bergen van de boom. Deze kunnen een willekeurige 15 passende vorra hebben, waarbij een voorbeeld van een in het bijzonder ge-schikte vorm van de aandrijfmiddelen is beschrerven in de openbaargemaakte Britse- octrooiaanvrage 2.074.981A op naam van aanvraagster. Een andere uitvoering zou het uitdmkken van de boom zijn door middel van een druk-fluldum onder het vieren van een aan het binnenste element bevestigde kabel, en het dan bergen van de boom door het opwinden van de gevierde 20 kabel. Het rechtlijnig beweegbaar bedieningsorgaan voor het ontgrendel-mechanisme 30 kan worden aangedreven door een aftakking vanaf de aandrijf— middelen 34.
Thans wordt de bedrijfskringloop van deze uitvoeringsvorm be— schreven vanuit een geborgen toestand naar een uitgedrukte toestand en 25 terug naar een geborgen toestand.
In de geborgen toestand is het ontgrendelmechanisme in de niet werkzame stand, en is afgezien van het binnenste paar '10'^ ,· IO2 elk paar naburige elementen lOj....10^ aan elkaar gegrendeld door de grendel-elementen 13 aan het buitenelement van het paar en uitstekende door de 30 openingen 25 in het binnenelement.
De aandrij .fmiddelen worden in werking gebracht voor het uit-drukken van het binnenste element 10^, waarbij wanneer het binnenste element de uitgedrukte stand nadert, de afgeschuinde voorste rand 22^ aan de huls 21^ de grendeldelen 13^ vain het op een na buitenelement 10^.Oit 35 de openingen 252 drukt van het volgende buitenelement IQ2 voor het zodoende vrijmaken van het volgende buitenelement 10^ voor een beweging.
8202 3 53 ......................- ----------- -------------------- -5— * «I m
Gelijktijdig met deze werking of vlak daarna grijpen de grendels 13^ van het volgende buitenelement 10 2 de uitsparingen' 24^ aan van de vingers· 23^' van het binnenste dee! 10^ voor het zodoende aan elkaar grendelen van deze elementen.. Deze elementen bewegen dus gezamenlijk, waarbij wanneer 5 het volgende buitenelement 10^ de uitgedrukte stand Bereikt,.de afge— schuinde rand 22^ aan de bijbehorende huls 21^ de grendeldelen 13^ van het bijbehorende op een na vokpnde element 10^ wegdrukken voor het U . vrijmaken van het naburige element 10,.· Deze werking wordt herhaald totdat de boom yolledig is uitgedrukt (enin deze stand gegrendeldj..
10 ,.. . ..Voor het bergen van de. boom, wordt het ontgrendelmechahisme 30 naar de werkstand bewogen. Hierbij grijpen de twee’ diametraal tegen- over elkaar liggende paren nokkenbanen 32 de hokwielen 15^ aan van de grendels 13^ van het buitenste deel 10^ voor het zodoende uit de iiit— sparingen 24 van de vingers 23^_^ van het' volgende binnenelement 10^ ^ 15 opheffen van de grendels voor het zodoende mogelijk miaken , dat de aan— drijfmiddelen 34 dat element bewegen met betrekking· tot het buitenele—' ment 10^. Verdere werking van de aandrijfmiddelen 34 wordt dan tot stand gebracht voor het naar de geborgen stand trekken van het'volgende biiinen— element 10^_^. Wanneer het element 10^_^ beweegt, grijpen.de grendels 20 13 f van de flens 11 . de nokkenbanen 15 aan van de andere twee diame- n-1 n-1 traal tegenover elkaar liggende paren nokkenbanen 32 voor het zodoende buiten aangrijping met het op een na volgende binnenelement 10 ' op— n*« heffen van de grendels 13 Λ voor het zodoende vrijmaken van dit ele— n-i ment voor een beweging met betrekking tot de twee buitenelementen 10^ 25 10 .
n
Deze werking wordt herhaald totdat alle elementen 10'.. .lQn zijn ingetrokken naar of tot nabij de geborgen standen, en alle grendels te—' gen de bijbehorende veerdruk zijn opgeheven door middel' van de nokkeh— banen 32.
30 Het ontgrendelmechanisme wordt dan teruggetrokken naar de niet werkzame stand om de grendels door middelTan de bijbehorende· veerdruk te laten drukken in de betreffende openingen 24 van het naburige binnen— element. Het is mogelijk, dat de grendels 13 enigszins uit lijn kunnen' liggen met de betreffende openingen 24, hetgeen kan worden verholpen door 35 een verdere bediening· van de aandrijfmiddelen voor het' volledig terug— brengen van de elementen naar de geborgen toestand. In dit geval kunnen afstandsorganen zijn vastgezet aan.een van de eindvlakken van het paar 8202353 - ------------------ * > ‘ ' -6- r tegenover elkaar liggende eindvlakken van elk naburig paar flenzen, voor het verschaffen van de nauwkeurige onderlinge axiale plaatsing voor het in lijn liggen van de grendel 13 van het buitenelement van het paar met de opening 24 van het binnenelement- 8202353
Claims (12)
1, Telescopische boominrichting, gekenmerkt door een aantal secties (10^...10^}, elk. beweegbaar tussen een geborgen stand, gescho-ven in een volgende grotere sectie, en een uitgedrukte stand, door een 5 aantal grendeldelen (13), elk bevestigd aan een bijbehorende sectie en onder veerdruk staande voor aangrijping van een volgende naburige sectie voor het in de uitgedrukte stand grendelen daarvan, en door losmaakmiddelen (30), die een nokoppervlak (32) omvatten voor het aan-grijpen van elk grendeldeel wanneer de sectie, waaraan dit is bevestigd, 10 beweegt naar de geborgen stand voor' het zodoende losmaken van de volgende naburige sectie voor een beweging naar de geborgen stand.
2» Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elk grendeldeel (13) in het algemeen naar binnen wordt gedrukt voor het aan-grijpen van een volgende binnensectie (10^...,10 voor het. 15 grendelen daarvan in de uitgedrukte stand.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met, het kenmerk, dat de losmaakmiddelen (30) in lengterichting zich uitstrekkende armmiddelen omvatten, voorzien van een nokoppervlak (32), welke armmiddelen zijn gemonteerd aan of nabij de grootste sectie (10^)·.
4. Inrichting volgens conclusie 3', met het- kenmerk, dat elk armmiddel op een radiaal buitengehied daarvan is voorzien van het nokoppervlak (32).
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenm erk, dat elk nokoppervlak (32) een oploopvlakgedeelte omvat, dat schuin staat 25 ten opzichte van de fengtehartlij n, en een gedeelte in het algemeen even-wijdig lopend met de lengtehartlijn.
• 6. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de armmiddelen in lengterichting beweegbaar zijn tussen een werkstand, waar-in zij de grendeldelen (13) aangrijpen wanneer de bijbehorende. secties 30 (10„...10 ) in een geborgen toestand zijn, en een niet werkzaine stand, « XI waarin de grendeldelen tegen de betreffende volgende naburige secties (10^—10n_^) worden gedrukt door de bijbehorende veerdruk.
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke sectie (10„...10 ) is voorzien van een diametraal tegen— z n 35 over elkaar liggend paar grendeldelen (13), waarbij de grendeldelen'van volgende naburige secties onder 90° zijn georienteerd ten opzichte van die van een bepaalde sectie.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het 82 02 3 53 —— ---------------- - -8- * . kenmerk, dat middelen (16/18) zijn aangebracht voor het voorkamen van een onderlinge! hoekbeweging van naburige secties (10^...10^).
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke sectie (10^...lQn_^) is ingericht om in een geborgen 5 toestand te worden gegrendeld door middel van het grendeldeel (13)van de volgende naburige sectie.
10. Inrichting volgens de conclusies 6 en 9, met het kenmerk, dat de uitvoering zodanig is, dat wanneer de secties (10^...10^) in een geborgen toestand zijn en de armmiddelen naar de niet werkzame stand . 10 worden bewogen, de grendeldelen (13) tot in aangrijping worden gedrukt met de bijbehorende volgende. naburige secties voor het zodoende in een geborgen toestand grendelen van de boom.
11- Inrichting volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat middelen (22) zijn aangebracht voor het totstand brengen van het 15 ontgrendelen van twee naburige geborgen secties (10^...10n) wanneer de volgende naburige middensectie beweegt naar de uitgedrukte stand.
12. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat elk grendeldeel (13) nabij een buitengedeelte daarvan is voorzien van een rolelement (5) voor aangrijping van het nokoppervlak. 20 8202353 ~
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
GB8117828 | 1981-06-10 | ||
GB8117828 | 1981-06-10 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8202353A true NL8202353A (nl) | 1983-01-03 |
Family
ID=10522415
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8202353A NL8202353A (nl) | 1981-06-10 | 1982-06-10 | Telescopische boominrichting. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
DE (1) | DE3221879A1 (nl) |
FR (1) | FR2507710A1 (nl) |
NL (1) | NL8202353A (nl) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US10131452B1 (en) * | 2018-03-23 | 2018-11-20 | Northrop Grumman Systems Corporation | Integrated telescopic boom and large deployable reflector |
-
1982
- 1982-06-09 DE DE19823221879 patent/DE3221879A1/de not_active Withdrawn
- 1982-06-10 NL NL8202353A patent/NL8202353A/nl not_active Application Discontinuation
- 1982-06-10 FR FR8210141A patent/FR2507710A1/fr active Granted
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
FR2507710B3 (nl) | 1984-04-06 |
DE3221879A1 (de) | 1982-12-30 |
FR2507710A1 (fr) | 1982-12-17 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP1942248B1 (en) | System and methods for tubular expansion | |
CN108999832B (zh) | 一种自锁液压缸 | |
US9944385B2 (en) | Dual locking hydraulic actuator for structural brace | |
US5660495A (en) | Locking-unlocking mechanism for telescopic device | |
NO168384B (no) | Roerkopling | |
JPS6156154B2 (nl) | ||
ITTO940489A1 (it) | Dispositivo per la manovra di caricamento ed avvitamento di aste e tubazioni di rivestimento componenti una batteria di trivellazione per impianti di perforazione del sottosuolo. | |
US4057942A (en) | Telescopic boom with hydraulic actuating mechanism | |
JPH07187573A (ja) | 座屈防止装置付き多段式油圧シリンダを備えたジブ | |
NL8202353A (nl) | Telescopische boominrichting. | |
US4406097A (en) | Telescopic mechanism | |
DE202008007903U1 (de) | Verriegelungsvorrichtung mit Zylinderbetätigung zur Seite | |
WO2018057075A1 (en) | Worm-drive power tong | |
US9140048B2 (en) | Actuator with locking arrangement | |
US4313567A (en) | Cam-lock rocket securing mechanism | |
US11332985B1 (en) | Lockout mechanism for gripping tool | |
GB2099788A (en) | Improvements in or relating to telescopic mechanisms | |
AU2015205960B2 (en) | Improved centraliser | |
US11572746B2 (en) | Rotary gripping apparatus for a power tong | |
DE3522386C2 (nl) | ||
US20190154089A1 (en) | Disk clutch | |
KR101247887B1 (ko) | 보관물 출입이 용이한 무빙랙 드로우 시스템 | |
US3145541A (en) | Expandable mandrel | |
WO2022053489A1 (en) | Apparatus for cyclically releasing axial load | |
CN112824645B (zh) | 一种间距可调节式指梁系统 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BV | The patent application has lapsed |