NL8202307A - Werkwijze voor het verstevigen van zand. - Google Patents

Werkwijze voor het verstevigen van zand. Download PDF

Info

Publication number
NL8202307A
NL8202307A NL8202307A NL8202307A NL8202307A NL 8202307 A NL8202307 A NL 8202307A NL 8202307 A NL8202307 A NL 8202307A NL 8202307 A NL8202307 A NL 8202307A NL 8202307 A NL8202307 A NL 8202307A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
acid
salt
resin
ester
process according
Prior art date
Application number
NL8202307A
Other languages
English (en)
Other versions
NL189620C (nl
NL189620B (nl
Original Assignee
Getty Oil Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Getty Oil Co filed Critical Getty Oil Co
Publication of NL8202307A publication Critical patent/NL8202307A/nl
Publication of NL189620B publication Critical patent/NL189620B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL189620C publication Critical patent/NL189620C/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C09DYES; PAINTS; POLISHES; NATURAL RESINS; ADHESIVES; COMPOSITIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; APPLICATIONS OF MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • C09KMATERIALS FOR MISCELLANEOUS APPLICATIONS, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE
    • C09K8/00Compositions for drilling of boreholes or wells; Compositions for treating boreholes or wells, e.g. for completion or for remedial operations
    • C09K8/50Compositions for plastering borehole walls, i.e. compositions for temporary consolidation of borehole walls
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C09DYES; PAINTS; POLISHES; NATURAL RESINS; ADHESIVES; COMPOSITIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; APPLICATIONS OF MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • C09KMATERIALS FOR MISCELLANEOUS APPLICATIONS, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE
    • C09K17/00Soil-conditioning materials or soil-stabilising materials
    • C09K17/40Soil-conditioning materials or soil-stabilising materials containing mixtures of inorganic and organic compounds
    • C09K17/48Organic compounds mixed with inorganic active ingredients, e.g. polymerisation catalysts
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C09DYES; PAINTS; POLISHES; NATURAL RESINS; ADHESIVES; COMPOSITIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; APPLICATIONS OF MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • C09KMATERIALS FOR MISCELLANEOUS APPLICATIONS, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE
    • C09K8/00Compositions for drilling of boreholes or wells; Compositions for treating boreholes or wells, e.g. for completion or for remedial operations
    • C09K8/56Compositions for consolidating loose sand or the like around wells without excessively decreasing the permeability thereof
    • C09K8/57Compositions based on water or polar solvents
    • C09K8/575Compositions based on water or polar solvents containing organic compounds
    • C09K8/5751Macromolecular compounds
    • C09K8/5755Macromolecular compounds obtained otherwise than by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Inorganic Chemistry (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Organic Low-Molecular-Weight Compounds And Preparation Thereof (AREA)
  • Mold Materials And Core Materials (AREA)
  • Soil Conditioners And Soil-Stabilizing Materials (AREA)
  • Compositions Of Macromolecular Compounds (AREA)
  • Catalysts (AREA)
  • Road Paving Structures (AREA)
  • Investigation Of Foundation Soil And Reinforcement Of Foundation Soil By Compacting Or Drainage (AREA)

Description

ρ * % 'f Ν.Ο. 31152 χ
Werkwijze voor het verstevlgen van zand
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op werkwijzen voor het verstevlgen van zand in ondergrondse formaties. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op verbeterde werkwijzen voor het selec-tief verstevigen van het oppervlak van zandkorrels in situ onder toe-5 passing van voor plaatsspecifieke katalysatoren.
Zandversteviging is een nauwkeurige putboringsbehandeling van een produktieput. In de omgeving van een putboring zijn in vele gevallen sterk poreuze en fragmenteerbare zandformaties. Onder produktie-omstan-digheden wordt het zand vaak uit zijn geaggregeerde structuur verdron-10 gen en door spoelwerkzaamheden weggevoerd naar een produktieput. Wan-neer de zandstroming ongecontroleerd kan voortgaan wordt de produceren-de putboring vol met zand, waardoor de olieproduktie verstopt wordt.
Voorts doet zand, dat op het oppervlak van de put komt, de produktie-apparatuur slijten.
15 Het is derhalve het onderwerp van uitgebreid onderzoek door de aardolie-industrie geweest technieken te ontwikkelen om de verplaatsing van zanddeeltjes naar producerende putgebieden te minimaliseren of te voorkomen. Een van de in de techniek voorgestelde algemene benaderingen is om de poreuze zandstructuren te verstevigen. Zand verstevigingstech-20 nieken zijn gericht op het cementeren van de losse zandstructuur, die aan een putboring grenst. Een dergelijke versteviging is noodzakelijk om afbraak van zandformaties en daaropvolgende verstopping van produce-rende putten te voorkomen.
Het hoofdkenmerk van zandversteviging is het naast de producerende 25 putboring maken van een zeef, zodat olie de putboring kan bereiken, terwijl de zandstroming wordt verstraagd. De zeef wordt samengesteld uit reeds aanwezige zandformaties, die het putboringsgebied omgeven en met elkaar gecementeerd zijn door versteviging van materiaal dat aan de formaties is toegevoegd. De versteviging behoeft slechts dik genoeg te 30 zijn om zandafbraak grenzend aan de putboring te voorkomen. Een gebrui-kelijke zandversteviging wordt uitgevoerd over 15 tot 20 cm rond de om-trek van de putboring.
Dientengevolge zijn de kriteria voor een goede zandversteviging als volgt. In de eerste plaats dient de verstevigingsstructuur zand-35 deeltjes terug te houden, terwijl een hoge permeabiliteit bewaard wordt. Wanneer verstevigend materiaal aan de zandformatie wordt toegevoegd, zal dit materiaal noodzakelijkerwijze een deel van de pori'en-ruimte innemen, waardoor een vermindering in permeabiliteit veroorzaakt 8202307 Ν 2 wordt. Derhalve is een oogmerk van een praktische zandversteviging het minimaliseren van de afsluiting van poridnruimten, zodat olie kan stro-men naar de producerende putboring.
In de tweede plaats is duurzaamheid een gewenst kenmerk van zand-5 versteviging. De dunne film van verstevigend materiaal, dat de zandkor-rels bijeen houdt, dient fysisch duurzaam te zijn in het weerstaan van verslechtering door olie, water en andere flulda in de formatie. In het bijzonder dient de verstevigde structuur bestand te zijn tegen verslechtering door hoge temperatuur, teweeg gebracht door stoomverdrin-10 gingsbewerkingen.
In de derde plaats dient de verstevingshandeling niet voortijdig in de putboring te beginnen, waarbij de putboringsweg voor olieproduk-tie wordt afgesloten.
Voorts dient de verstevigingsbewerking eenvoudig, doelmatig en 15 goedkoop te zijn. De economische betekenis van een dergelijke bewerking is groot en de hiervoor beschreven problemen zijn reeds vele jaren bij de aardolie-industrie goed bekend. Vele pogingen zijn gedaan can deze problemen geheel of ten dele op te lossen.
Een bijzondere benadering voor de versteviging van zand is het in-20 jecteren geweest in een put van een polymeriseerbare hars, die binnen de putformatie polymeriseert na blootstelling aan de verhoogde temperatuur van de put. Het polymeermateriaal vormt een viskeuze massa, die gemakkelijk hecht aan de poreuze zandstructuren. Naarmate de zandopper-vlakken bekleed worden, zijn zij niet langer onderhevig aan verdringing 25 bij blootstelling aan fluidumstroming. Helaas is de polymerisatiereac-tie moeilijk te regelen, om alleen de zandkorrels te verstevigen zonder de pori'dnruimten te verstoppen en tenslotte de permeabiliteit voor de poreuze lagen te blokkeren.
Een van de betere middelen voor het verstevigen van zand voor put-30 ten met hoge temperatuur is een gepolymeriseerde furfurylalcoholhars. Het materiaal is tegen warmte alsmede olie en water bestand. Het pro-bleem bij het gebruik van dlt materiaal ligt bij het katalyseren van de polymerisatie. Wanneer een katalysator met vertraagde working in een mengsel wordt gebracht, dat het furfurylalcohololigomeer bevat, kan po-35 lymerisatie te vroeg, waardoor blokkering van de putboring veroorzaakt wordt of te uitgebreid, zodat de permeabiliteit verloren gaat, plaats hebben; ook kan in het geheel geen polymerisatie plaats hebben of on-toereikend zijn om versteviging te bewerkstelligen.
De volgens de onderhavige uitvinding beschreven techniek stelt een 40 verbetering voor ten opzichte van de vroeger gebruikte werkwijzen, 8202307 3 ^ ί doordat polymerisatie en daaropvolgende versteviging van het zand posi-tief en alleen grenzend aan de zandkorrels plaats hebben, waardoor het grootste deel van de oorspronkelijke permeabiliteit behouden blijft. De beschreven polymerisatiereacties worden uitgevoerd met een zuur mate-5 riaal en gebeuren alleen, wanneer het zure materlaal aanwezig is. Door een oplossing van een zuur-zoutkatalysator te injecteren, waarbij het gekozen zout een zout is dat door zand of steen geadsorbeerd wordt, is de katalysator precies daar aanwezig waar nodig.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op verbeterde werkwij-10 zen voor het verstevigen van zand. De werkwijzen houden in de eerste plaats de injectie in van een zuur-zoutkatalysator in een ondergrondse putformatie. De zuur-zoutkatalysator wordt fysisch geadsorbeerd op de zandkorrels, die in de putformatie gelegen zijn. De zuur-zoutkatalysator vormt een gedispergeerde laag op het oppervlak van de zandkorrels. .
15 Vervolgens wordt de polymeriseerbare harssamenstelling in de putformatie gelnjecteerd. Wanneer de polymeriseerbare hars in aanraking komt met de geadsorbeerde zure katalysator, veroorzaken de gecombineerde in-vloeden van de verhoogde puttemperaturen en de katalysator dat de hars een polymeer vormt, die het oppervlak van de zandkorrels bekleedt of 20 verstevigt. De hars, die niet in aanraking komt met de zuur-zoutkatalysator polymeriseert niet. De permeabiliteit van de putformatie blijft gehandhaafd, omdat versteviging alleen voorkomt grenzend aan de zand-deeltjes op de plaats van de gedispergeerde zure katalysator en polymerisatie niet plaats heeft in de pori'dnruimten, waar geen katalysator 25 aanwezig is.
Een ester van een zwak organisch zuur wordt eveneens in de putformatie geinjecteerd om er zeker van te zijn dat polymerisatie voortgaat. Naarmate de polymerisatiereactie voorschrijdt wordt water als bijpro-dukt voortgebracht. De ingesloten ester dient om het water te verbrui-30 ken in een hydrolysereactie.
De versteviging heeft op of zeer dichtbij de zandkorrels plaats, dient om de zandddeeltjes met een harspolymeer te bekleden, terwijl de permeabiliteit van de porienruimten in hoofdzaak zonder gevolg gelaten wordt.
35 De dikte van de verstevigde zandlaag kan geregeld worden door de gelijktijdige injectie van de putformatie van een tweede adsorberend zout naast de gekozen zuur-zoutkatalysator. Het tweede zout, dat alleen op de oppervlakken van de zandkorrel adsorbeert, dient om de beschik-baarheid van adsorptieplaatsen, aangeboden voor een gegeven concentra-40 tie van zuur-zoutkatalysator, te beperken. De in de beschreven uitvoe- 8202307 i t 4 ringsvormen gespecificeerde reacties zijn effectief bij de vorming van economisch selectieve verstevingingsmiddelen, die een lange levensduur hebben en bestand zijn tegen de relatief hoge temperaturen van de put-formatie.
5 De uitvinding heeft betrekking op verbeterde werkwijzen voor de versteviging van zand, die werkzaam en duurzaam zijn bij verhoogde temperaturen en op het tot stand brengen van een fluidumstroming, waarbij de versteviging een relatief lange tijdsperiode duurt en werkzaam is bij relatief hoge temperaturen.
10 De verschafte werkwijzen omvatten de achtereenvolgende behandeling van putformaties met samenstellingen, die zuur-zoutkatalysatoren bevat-ten, gevolgd door samenstellingen, die polymeriseerbare harsen bevat-ten. In elk geval reageren de harsen in de formatie, wanneer deze in contact komen met de zure katalysator, waarbij een gepolymeriseerde 15 hars wordt voortgebracht, die werkzaam is bij het verstevigen van zand-formaties. Voorts zorgen de werkwijzen van de onderhavige uitvinding ervoor, dat de harsen grenzend aan de kant van de zandkorrel polymeri-seren, waarbij alleen de zandprodukten verstevigd worden, terwijl in hoofdzaak de permeabiliteit van de putformatie behouden blijft.
20 Volgens een eerste uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding wordt een zuur-zoutkatalysator verschaft. Een zuur-zout is een zoutver-binding van een sterk zuur en een zwakke base, die in water opgelost zuur ten opzichte van lakmoes is. Voorbeelden van zuur- zoutkatalysato-ren, die op wenselijke wijze geschikt zijn voor de uitvoering van de 25 onderghavige uitvinding omvatten AICI3, ZnC^j ΟτΟΙβ en ZrCl^, maar zijn niet hiertoe beperkt. Een additionele factor bij de keuze van een zuur zout voor toepassing bij de onderhavige uitvinding is de eis, dat het zout adsorbeert op zanddeeltjes. Voor dit doel verdient het de voorkeur dat het zout een hoge ladingsdichtheid op het kation heeft, 30 dat wil zeggen een hoge lading met betrekking tot de grootte. Een twee-waardig of driewaardig kation verdient daarom de voorkeur boven een eenwaardig kation. Dergelijke kationen zullen hardnekkiger adsorberen op de negatief geladen rots of het zand.
De keuze van een zuur-zoutkatalysator hangt eveneens af van de om-35 gevingstemperatuur van de putboring. In het algemeen wordt een sterker zuur-zout gebruikt in samenloop met een put met een lagere temperatuur. Bijvoorbeeld is in de stoomzone, die grenst aan een putboring, het tem-peratuurtraject, dat veelal ontmoet wordt, van 150° tot 180°C. Bij dit temperatuurtraject verdient het de voorkeur ZnCl2 te gebruiken. Ech-40 ter verdient bij lagere temperaturen, zoals ongeveer 95eC, een sterker 8202307 ΐ~ 'r 5 zuur-zout zoals CrClg de voorkeur om de polymerisatiereactie te ver-gemakkelijken. Bij zeer hete reservoirs, bijvoorbeeld 260°C, is het ge-wenst een zout te gebruiken met een kation met een hogere ladingsdicht-heid zoals CrCl3· Bij deze hoge temperaturen zal bet kation met lage-5 re ladingsdichtheid uit het zand koken.
Een oplossing van de zuur-zoutkatalysator, bij voorkeur ZnCl2> wordt in een putboring, die zandformaties bij verhoogde temperaturen bevat, gelnjecteerd. De zoutoplossing, die in de putboring wordt ge-voerd, is bij voorkeur een verzadigde oplossing. Dit dient om het flul-10 dumvolume te behouden en de adsorptie te vergroten. Adsorptie of bekle-ding uit oplossing neemt toe met de ionenconcentratie. Er is geen bij-zonder verband tussen het volume van de toegevoerde zoutoplossing tot het reservoirvolume. De bedoeling van deze verstevigingswerkwijze is 15 tot 20 cm van het zand, dat de putboring omgeeft, te verstevigen. Ge-15 woonlijk is het volume van de aan de putboring toegevoerde zoutoplossing ongeveer driemaal het volume, dat noodzakelijk is om het volume van 15 cm, dat de injectieputboring omgeeft, te vullen. Eenmaal binnen de zoutformatie wordt het zout sterk geadsorbeerd door de zandkorrels, waarbij een gedispergeerde bekleding wordt voortgebracht van zure kata-20 lysator op het oppervlak van het zandmateriaal.
Voorts wordt volgens de voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavi-ge uitvinding een hars aan de putboring toegevoerd na de toevoering van de zuur-zoutoplossing. Er zijn bepaalde gemakkelijk verkrijgbare en goedkope polymeriseerbare harsen, die na blootstelling aan warmte en 25 contact met een zure katalysator, polymeriseren. Bijvoorbeeld is furfu-rylalcohololigomeer, (C4H3OCH2O-)χΗ, een relatief goedkope polymeriseerbare hars, die zelf polymeriseert na blootstelling aan zure katalysatoren onder vorming van een thermohardende hars, die tot een onoplosbare massa hardt, die in hoge mate bestand is tegen chemische 30 aantasting en thermische afbraak. In het bijzonder wordt aanbevolen, dat de te gebruiken hars Quacorr 1300 is, in de handel gebracht door Quaker Oats. Deze bijzondere hars verdient de voorkeur, omdat zij in olie oplosbaar is.
Het furfurylalcohololigomeer kan desgewenst verdund worden met een 35 geschikt oplosmiddel, zoals ethylacetaat, om de viscositeit van het fluldum te verlagen, zodat het hanteerbaar in de put ingevoerd kan worden. Na de toevoer van de zoutoplossing kan de harsinjectie onmiddel-lijk volgen. Echter dient er voor gezorgd te worden, dat een voortijdig contact van de harssamenstelling van de zoutkatalysator in de put 40 plaatsheeft. Wanneer een dergelijk contact wordt gemaakt, zal de hars 8202307 6 polymeriseren en de putboring afsluiten. In de praktijk wordt 0,12 m^ of meer oplosmiddel in de putboring gelnjecteerd na de zoutinjectie, waarbij de putboring wordt uitgespoeld van achtergebleven zoutkatalysa-tor. Na deze bufferzone wordt de hars toegevoerd.
5 Wanneer het furfurylalcohololigomeer in contact komt met de gead- sorbeerde zure katalysator, zet de werking van de warmte in de formatie en de katalysator de zelfpolymerisatiereactie in gang. Derhalve polyme-riseert het alcohololigomeer tot een harsmassa op de plaats van de op de zandkorrels geadsorbeerde katalysator.
10 Hars, die niet in contact komt met de zure katalysator, polymeri- seert niet. De geadsorbeerde zure katalysator op de zandkorrels ver-schaft een plaats specifieke polymerisatiekatalysator alleen waar ver-eist, en resulteert dus in een plaats selectieve verstevigde zandbekle-ding. Een op deze wijze vervaardigde versteviging is in staat oliecir-15 culatie te doorstaan tot ten minste 204°C.
Naarmate de polymerisatiereactie voorschrijdt wordt water als bij-produkt voortgebracht. Wanneer deze waterproduktie ongecontrolleerd voortgaat, zal de polymerisatiereactie spoedig een evenwicht bereiken: 20 Λ, zuur
alcohol oligomeer ^ polymeer + H2O
Door te zorgen voor de aanwezigheid van een ester van een zwak or-ganisch zuur op de reactieplaats, wordt het bijprodukt water verbruikt 25 in een hydrolysereactie van de ester tot de overeenkomstige alcohol en het carbonzuur. Bijvoorbeeld dient de insluiting van een ester van een zwak organisch zuur, op grote schaal beschikbaar als goedkope organi-sche oplosmiddelen, met de polymeriseerbare harssamenstelling zowel als ‘ oplosbaarmakend middel voor de polymeriseerbare hars als ester om de 30 waterproduktie te controleren. Dienovereen&omstig wordt de polymerisatiereactie verschoven naar de gewenste voltooiingsgraad door de opname van water in de esterhydrolysereactie: A, zuur 35 alcohololigomeer —)—> polymeer + H2O ester—^alcohol + carbonzuur
De keuze van het esterverdunningsmiddel zal van een aantal facto-ren afhangen zoals beschikbaarheid, kosten, gemak van hydrolyse en aard van het gevormde zuur. Er dient voor gezorgd te worden dat het na de 40 esterhydrolyse gevormde zuur onvoldoende sterk is om onafhankelijk de 8202307 7 harspolymerisatiereactie te katalyseren, waarbij de plaatsspecifici-teit, verschaft door het zuur zout katalysator adsorptiemechanisme ver-loren gaat. Voorbeelden van esters, die onder formatie-omstandigheden gemakkelijk gehydrolyseerd worden tot zwakke zuren omvatten ethylace-5 taat en propylacetaat, maar zijn daartoe niet beperkt.
De uitvoering en praktijk van de werkwijzen van de onderhavige uitvinding houden op ideale wijze de versteviging in van een monolaag van de zandoppervlakken zonder bars in de poriSnruimten te verstevigen. De harsverstevigingsontwikkeling binnen de poriSnruimten veroorzaakt 10 een verlies van permeabiliteit en blokkeert dienovereenkomstig de pro-duktie van fluidumstroming.
Bij de uitvoering van de werkwijzen van de onderhavige uitvinding bestaat een dynamisch evenwicht tussen adsorptie en desorptie .van de zuur-zoutioncomponenten met betrekking tot de bijzondere zanddeeltjes. 15 Het evenwicht wordt vanzelfsprekend door verschillende factoren beln-vloed, met inbegrip van de concentratie van de geinjecteerde ionen, de beschikbare adsorptieplaatsen door het zandmateriaal aan de ionen aan-geboden en de omgevingstemperatuur. Een variatie in elk van deze factoren zal voorspelbaar het evenwicht naar de ene of de andere richting 20 verschuiven. Wanneer het reactie-evenwicht verschoven wordt naar de desorptie, is dan een hogere concentratie van de zuur-zoutkatalysator on-gebonden in de poriSnruimten aanwezig in tegenstelling tot gebonden op het zandoppervlak. Na daaropvolgend contact met het polymeriseerbare oligomeer, initieert de gedesorbeerde katalysator harsversteviging in 25 de poriSnruimten naast de versteviging, die op de zandoppervlakteplaat-sen is bewerkstelligd. Aangezien de polymerisatiereactie concentratie afhankelijk is, beinvloedt de concentratie van gedesorbeerde katalysator de mate van polymerisatie en de dikte van de verstevigingsfilm of massa. De dikte van de versteviging is direkt gebonden aan de grootte 30 van de concentratiegradiSnt van gediffundeerde katalysator. Op enige afstand van het zandoppervlak, waar de katalysatorbezetting te laag is om polymerisatie te bewerkstelligen, is versteviging.
Bijvoorbeeld is in het verloop van de uitvoering van de onderhavige uitvinding vastgesteld, dat bepaalde zandmaterialen, in het bijzon-35 der Kern River Field zand, bepaalde desorptieproblemen en dienovereen-komstige permeabiliteitsvermindering geeft. Van Kern River Field zand wordt opgemerkt, dat het een zand is dat een groot aantal adsorptieplaatsen per gegeven specifiek oppervlak bezit. Na injectie van de zuur-zoutkatalysator in de putformatie adsorbeert de katalysator aan 40 het zandoppervlak, resulterend in een hoge bezettingsdichtheid van ge- 8202307 ” S· 8 adsorbeerde katalysator per gegeven specifiek oppervlak. Na daaropvol-gend contact met de polymer!satiehars heeft een exotherme polymerisa-tlereactie plaats. De door de reactie extra ontwikkelde warmte laat een deel van de geadsorbeerde katalysator desorberen. De gedesorbeerde ka-5 talysator diffundeert uit het zand in de poriSnruimten, waarbij een concentriegradiSnt van niet gebonden katalysator tot stand wordt ge-bracht.
Omdat bepaalde zandmaterialen, zoals Kern River Field zand, meer katalysator per gegeven oppervlak adsorberen dan andere zandmaterialen, 10 is de bezetting of concentratie van katalysator, die op enige afstand van het zandoppervlak in de porienruimten diffundeert, dienovereenkom-stig groter dan de concentratiegradiSnt, die voor andere zandmaterialen na verwarming tot stand worden gebracht. Derhalve is deze mate van vol-gende versteviging, die de pori'dnruimte afsluit, groter voor deze zand-15 materialen. Dit resulteert op zijn beurt in een slechte permeabili-teit.
De oplossing voor het probleem houdt de gelijktijdige injectie in van een tweede adsorberend zout met de zuur-zoutkatalysator. Het tweede adsorberende zout wordt gekozen uit die zouten, die een adsorberend 20 vermogen bezitten ten opzichte van het zand, maar die de polymerisatie-reactie niet zullen katalyseren. Bijvoorbeeld wordt bij de voorkeurs-uitvoeringsvorm MgCl2 gebruikt als het tweede adsorberende zout.
MgCl2, dat een effectieve pH van 7 in oplossing bezit, zal de polyme-risatie van het furfuryloligomeer niet initiSren. Echter adsorbeert 25 Mg*"*" kation aan het zand juist zoals Zn*”*·, enigszins beter in feite, omdat de ladingsdichtheid op magnesium groter is dan op het gro-tere zinkion. Het resultaat is dat enkele van de adsorptieplaatsen met magnesium bezet zijn. Na desorptie bestaat een lagere concentratiegra-diSnt van zink dan anders zou bestaan bij afwezigheid van de magnesium-30 adsorptie. Deze lagere zinkconcentratie, die in de porie aanwezig is, is niet geschikt om versteviging van de pori'dnruimten te bewerkstelli-gen. Dientengevolge wordt een goede versteviging teweeg gebracht bij in hoofdzaak het zandoppervlak zonder betrokkenheid van de poriSnruimte, waarbij permeabiliteit behouden blijft.
35 Het is derhalve uit de voorafgaande beschrijving duidelijk, dat de in situ adsorptiedichtheid en resulterende desorptieconcentratie van zure katalysator gemodificeerd en geregeld kan worden door de toevoe-ging van een tweede adsorberend zout.
Voorts kan, nadat de polymerisatiereactie tot de gewenste mate van 40 voltooiiing is voortgeschreden, een base, zoals 1,0 N NaOH aan putin- 8202307 ( 9 \ jectereingsmiddelen worden toegevoegd, waarbij de zuren warden geneu-traliseerd en dientengevolge de katalyse van de oligomeer polymerisatie en esterhydrolyse gestopt wordt. De toevoeging van de base is noch een essentiele trap noch een voorkeurstrap van de zandverstevigingsuitvoe-5 ringsvormen van de uitvinding, maar kan gewenst zijn als een zaak van een geschikte schoonmaakbehandeling. Bovendien kan om de verstevigings-werkwljze om te keren, een oxydatiemiddel, zoals hypochlorietloog aan de putboring worden toegevoegd om de versteviging op te heffen.
Wanneer eenmaal de zandmaterialen verstevigd zijn door de aanwe-10 zigheid van de gepolymeriseerde harswordt de olieproduktie hervat zonder vermindering van permeabiliteit in de producerende formatie waar te nemen.
Om de uitvinding verder toe te lichten hebben aanvraagsters ver-schillende laboratoriumexperimenten uitgevoerd die betrekking hebben op 15 zandvullingen, die een goede permeabiliteit, niet meer dan een vermindering van 50 % permeabiliteit hebben na de zandversteviging volgens de uitvoeringsvormen van de uitvinding. De voorbeelden die volgen, dienen niet opgevat te worden als beperking van de uitvinding, maar alleen ter toelichting van de verschillende uitvoeringsvormen zoals gebaseerd op 20 die laboratoriumresultaten.
Alle experimenten werden uitgevoerd in met zand gevulde (keisteen-hagel van 0,5 - 0,7 mm) buisnippels met een diameter van 3,8 cm en een lengte van 15 cm en gesloten met roestvrij stalen einddoppen.
In elk geval werd de zandvulling eerst ge'dvacueerd en met water, 25 dat 3 % natriumchloride bevat, beladen, dat ongeveer 90 ml poriSnvolume bezette.
Voorbeeld I
De 90 ml pori'dnvolume zoutwater in de zandvulling werd eerst over-geplaatst onder toepassing van 120 ml van een 8 gew/vol.% oplossing van 30 zinkchloride in water. Na instelling van het evenwicht werd de zink-chlorideoplossing verplaatst met 120 ml van een 4:1 (gew/vol) mengsel van Quacorr 1300 (een ten dele gepolymeriseerde furfurylalcohol gele-verd door Quaker Oats) en propylacetaat.
Na injectie van de alcoholhars werd de zandvulling een nacht in 35 een oven op 204°C verhit om de hars te doen harden. Daarna werd een po-riSnvolume van 1,0 N NaOH gelnjecteerd. De permeabiliteiten werden ver-volgens gemeten volgens standaardtechnieken door tijdopname van de stroomsnelheid van water door de monstervulling, terwijl een constante druk in de monstervulling wordt gehandhaafd.
40 Onderzoek van de zandvulling vertoonde een zandversteviging en een 8202307 10 goede permeabiliteit.
Voorbeeld II
De werkwijzen van voorbeeld I werden herhaald onder toepassing van ethylmonochlooracetaat als het ester verdunningsmiddel. Waardering van 5 de kernzandvulling liet versteviging zien, evenweel geen permeabiliteit.
Het ethylmonochlooracetaat hydrolyseerde tot ethanol en chloor-azijnzuur. Dit zuur is aanzienlijk sterker dan azijnzuur, voldoende sterk van zichzelf om de polymerisatiereactie te katalyseren. Dienten-10 gevolge polymeriseerde alle hars met inbegrip van de hars in de poriSn-ruimte alsmede de hars die aan de zandoppervlakken grensde. Als gevolg van deze volledige en niet specifieke versteviging ging de permeabiliteit verloren.
Voorbeeld III
15 De werkwijzen van voorbeeld I werden herhaald onder toepassing van ethylacetaat als het esterverdunningsmiddel. Na injectie van de hars werd de zandvulling een nacht in een oven geplaatst, die op 204°C was ingesteld. Vervolgens werd een porienvolume (90 ml) 1,0 N base (NaOH) gelnjecteerd.
20 Als verdere waardering van de verstevigingssterkte werd olie bij 204°C continu gedurende een week door de vulling gecirculeerd. Dit werd tot stand gebracht door het zandvullingsapparaat onderdeel te maken van een gesloten kringloop. Olie stroomde uit een reservoir in een pomp en vandaar in de oven, waar het geleid werd door een koperspiraal om de 25 olie op 204°C te brengen. Vervolgens werd de olie door de kern geleid en buiten de oven terug naar het oliereservoir.
Geen afname in permeabiliteit werd vastgesteld als gevolg van de versteviging. Na een week werd de buisnippel uit de oven verwijderd en gekoeld. De doppen werden verwijderd en het bleek, dat het zand nog 30 stevig verstevigd was.
Voorbeeld IV
De werkwijzen van voorbeeld I werden herhaald onder toepassing van een 8-procents oplossing van FeClg als de zure katalysator. Onder deze omstandigheden bracht de FeCl3 samenstelling geen versteviging te-35 weeg. De permeabiliteit bleef echter goed.
Voorbeeld V
De werkwijzen van voorbeeld IV werden herhaald onder toepassing van een 8-procents FeCl3 oplossing als katalysator-injectiemiddel ge-volgd door vervanging met een 4:1 (gew/vol) mengsel van Quacorr 1300 en 40 ethylacetaat.
8202307 # >ί?“ 11
Zoals In voorbeeld IV was geen versteviging aan te . tonen en <Je permeabiliteit bleef goed.
Voorbeeld VI
De handelingen van voorbeeld I werden toegepast op een veldproef 5 onder toepassing van Kern River Field zand. De versteviging was uitste-kend, maar er was een zeer geringe permeabiliteit omdat de dikte van de verstevigde laag te groot was, waardoor blokkering van de porienruimte veroorzaakt werd.
Voorbeeld VII
10 De werkwijzen van voorbeeld VI werden heraald op het Kern River
Field zand, behalve dat twee adsorptiemiddelen gelnjecteerd werden, magnesiumchloride alsmede zinkchloride. Een molverhouding Mg^/Zn*-** van twee op een werd gebruikt. De concentratie van ZnCl2 in de waterige oplossing was dezelfde als gebrnikt bij voor-15 beeld I, 8 gew/vol.%. Het experiment resulteerde in een goede opper-vlakte-versteviging van het zand, terwijl de permeabiliteit erdoor te-rugkeerde.
4 8202307

Claims (20)

1. Werkwijze voor het selectief verstevigen van zandkorrels, die een boorgat omgeven in een ondergrondse formatie van relatief hoge tem-peratuur, met het kenmerk, dat men 5 een stroombare samenstelling van een zuur-zoutkatalysator verschaft, de katalysatorsamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwinnen, de zuur-zoutkatalysator laat adsorberen op het oppervlak van de zandkorrels, welke zuur-zoutkatalysator een gedispergeerde zuur- zoutkata-10 lysatorlaag vorm op het oppervlak de zandkorrels, een harssamenstelling, die een polymeriseerbaar hars bevat, verschaft, de harssamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk cm de natuurlijke formatiedruk te overwinnen en de hars op de plaats van de geadsorbeerde zuur-zoutkatalysator polyme-15 riseert onder vorming als reactieprodukt van een polymeer, dat doelma-tlg de zandkorrels verstevigt zonder in hoofdzaak de permeabiliteit door de verstevigde formatie te verminderen.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men als de zuur zoutkatalysator ZnCl2> AICI3, CrCl3 of ZrCl^ toepast.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men als polymeriseerbare hars furfurylalcohololigomeer toepast.
4. Werkwijze volgens conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat men voorts een estersamenstelling verschaft, die een ester is van een zwak orga-25 nisch zuur, waarbij het organische zuur onvoldoende sterk is can de po-lymerisatie van de harssamenstelling te katalyseren, de estersamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwinnen en de ester hydrolyeert met het water, dat wordt voortgebracht als bijpro-30 dukt van de polymerisatiereactie, waarbij de hydrolysereactie dient om de mate van de harspolymerisatiereactie te regelen door de hoeveelheid water beschikbaar voor de depolymerisatiereactie te beperken.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat men als ester een alkylacetaat met een klein aantal koolstofatomen in de alkyl- 35 groep toepast, welke alkylgroep 2 tot 8 koolstofatomen bevat.
6. Werkwijze volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat men als ester ethylacetaat of propylacetaat toepast.
7. Werkwijze voor de selectieve versteviging van zandkorrels, die een boorgat omgeven in een ondergrondse formatie van relatief hoge tem- 40 peratuur, met het kenmerk, dat men 8202307 ,-ir «► een stroombare samenstelling van een zuur-zoutkatalysator verschaft, de katalysatorsamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwlnnen, de zuur-zoutkatalysator op het oppervlak van de zandkorrels laat adsor-5 beren, waarbij de zuur-zoutkatalysator een gedispergeerde zuur- zout-katalysatorlaag vormt op het oppervlak van de zandkorrels, een mengsel bestaande uit een polymeriseerbare hars en een ester van een zwak organisch zuur verschaft, waarbij het organische zuur onvol-doende sterk is cm de polymerisatie van de polymeriseerbare hars te ka-10 talyseren, de harssamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwinnen, de hars op de plaats van de geadsorbeerde zuur-zoutkatalysator polyme-riseert voor de vorming als reactieprodukt van een polymeer, dat werk-15 zaam is om de zandkorrels te verstevigen zonder in hoofdzaak de permea-biliteit daardoor te verminderen en de ester met het water, dat als bijprodukt van de polymerisatiereactie wordt voortgebracht, hydrolyseert, waarbij de hydrolysereactie dient om de mate van de harspolymerisatiereactie te regelen door de hoeveelheid 20 water beschikbaar voor de depolymerisatiereactie te beperken.
8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat men als zuur zoutkatalysator ZnCl2» AICI3, CrClj of ZrCl4 toepast.
9. Werkwijze volgens conclusie 7 of 8,met het kenmerk, dat men als polymerisatiehars furfurylalcohololigomeer toepast.
10. Werkwijze volgens conclusies 7 tot 9, met het kenmerk, dat men als ester een alkylacetaat toepast, waarbij de alkylgroep 2 tot 8 kool-stofatomen bevat.
11. Werkwijze volgens conclusies 7 tot 10, met het kenmerk, dat men als ester ethylacetaat of propylacetaat toepast.
12. Werkwijze volgens conclusies 7 tot 11, met het kenmerk, dat men een mengsel van polymeriseerbare hars en ester toepast, dat een verhouding van ongeveer 4:1 (gewicht/volume) hars op ester bevat.
13. Werkwijze voor het selectief verstevigen van zandkorrels, die een boorgat omgeven in een ondergrondse formatle van relatief hoge tem-35 peratuur, met het kenmerk, dat men een stroombare samenstelling van een eerste adsorptiemiddelzout verschaft, welke eerste zout een zure katalysator is, de katalysatorsamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwinnen, 40 een stroombare samenstelling van een tweede adsorptiemiddelzout ver- 8202307 ·ϊ*7*-*~ *gr schaft, welke tveede zout geen zure katalysator is, de tweede zoutsamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwinnen, de eerste en tweede zouten laat adsorberen op het oppervlak van de 5 zandkorrels, welke eerste en tweede zouten een gedispergeerde zoutlaag vormen op het oppervlak van de zandkorrels, een harssamenstelling, die een polymeriseerbare hars bevat, verschaft, de harssamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de natuurlijke formatiedruk te overwinnen en 10 de hars op de plaats van de geadsorbeerde zuur-zoutkatalysator polyme-riseert onder vorming als reactieprodukt van een polymeer, dat werkzaam is om de zandkorrels te verstevigen zonder in hoofdzaak de permeabili-teit door de verstevigde formatie te verminderen.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat men als 15 zuur zoutkatalysator ZnCl£, AICI3, CrCl^ of ZrCl^ toepast.
15. Werkwijze volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat men als tweede adsorptiemiddelzout MgCl2 toepast.
16. Werkwijze volgens conclusies 13 tot 15, met het kenmerk, dat men de eerste en tweede adsorptiemiddelzouten verschaft in dezelfde 20 stroombare samenstelling.
17. Werkwijze volgens conclusies 13 tot 16, met het kenmerk, dat men een kation molverhouding van het eerste zout tot het tweede zout toepast van opgeveer een of twee.
18. Werkwijze volgens conclusies 13 tot 17, met het kenmerk, dat 25 men een estersamenstelling verschaft, die een ester van een zwak organisch zuur bevat, waarbij het organische zuur onvoldoende sterk is om de po-lymerisatie van de harssamenstelling te katalyseren, de estersamenstelling in het boorgat leidt bij een voldoende druk om de 30 natuurlijke formatiedruk te overwinnen en de ester hydrolyseert met het water, dat wordt voortgebracht als bij-produkt van de polymerisatiereactie, waarbij de hydrolysereactie dient om de mate van de harspolymerisatiereactie te regelen door de hoeveel-heid water beschikbaar voor de depolylerisatiereactie te beperken.
19. Werkwijze volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat men als ester een alkylacetaat toepast, waarbij de alkylgroep 2 tot 8 koolstof-atomen bevat.
20. Werkwijze volgens conclusie 18 of 19, met het kenmerk, dat men als ester ethylacetaat of propylacetaat toepast. 40 +1-1-1-1-1-1-1-1 I 1 I I s 8202307
NLAANVRAGE8202307,A 1981-06-08 1982-06-08 Werkwijze voor het selectief verstevigen van zandkorrels rond een boorputgat in een onderaardse formatie. NL189620C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/271,426 US4427069A (en) 1981-06-08 1981-06-08 Sand consolidation methods
US27142681 1981-06-08

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8202307A true NL8202307A (nl) 1983-01-03
NL189620B NL189620B (nl) 1993-01-04
NL189620C NL189620C (nl) 1993-06-01

Family

ID=23035504

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8202307,A NL189620C (nl) 1981-06-08 1982-06-08 Werkwijze voor het selectief verstevigen van zandkorrels rond een boorputgat in een onderaardse formatie.

Country Status (6)

Country Link
US (2) US4427069A (nl)
CA (1) CA1182629A (nl)
DE (1) DE3221630C2 (nl)
GB (1) GB2099886B (nl)
NL (1) NL189620C (nl)
NO (1) NO159745C (nl)

Families Citing this family (47)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4669543A (en) * 1986-05-23 1987-06-02 Halliburton Company Methods and compositions for consolidating solids in subterranean zones
US4678032A (en) * 1986-05-23 1987-07-07 Mobil Oil Corporation Polymer and method for permeability profile control under severe reservoir conditions
US4649998A (en) * 1986-07-02 1987-03-17 Texaco Inc. Sand consolidation method employing latex
US4800960A (en) * 1987-12-18 1989-01-31 Texaco Inc. Consolidatable gravel pack method
US4842072A (en) * 1988-07-25 1989-06-27 Texaco Inc. Sand consolidation methods
US4903770A (en) * 1988-09-01 1990-02-27 Texaco Inc. Sand consolidation methods
US4895207A (en) * 1988-12-19 1990-01-23 Texaco, Inc. Method and fluid for placing resin coated gravel or sand in a producing oil well
US4938287A (en) * 1989-10-23 1990-07-03 Texaco Inc. Sand consolidation methods
US4936385A (en) * 1989-10-30 1990-06-26 Halliburton Company Method of particulate consolidation
US5005648A (en) * 1990-01-02 1991-04-09 Texaco Inc. Treating underground formations
US5005647A (en) * 1990-01-02 1991-04-09 Texaco Inc. Treating underground formations
US5040604A (en) * 1990-01-02 1991-08-20 Texaco Inc. Sand consolidation method
US5082057A (en) * 1990-12-14 1992-01-21 Marathon Oil Company Sand consolidation treatment for a hydrocarbon production well bore using an overdisplacement fluid
CA2062395A1 (en) * 1991-06-21 1992-12-22 Robert H. Friedman Sand consolidation methods
US5377759A (en) * 1993-05-20 1995-01-03 Texaco Inc. Formation treating methods
US5423381A (en) * 1993-10-29 1995-06-13 Texaco Inc. Quick-set formation treating methods
US5443123A (en) * 1994-03-14 1995-08-22 Halliburton Company Method of particulate consolidation
US5692566A (en) * 1996-01-22 1997-12-02 Texaco Inc. Formation treating method
US5806593A (en) * 1996-07-22 1998-09-15 Texaco Inc Method to increase sand grain coating coverage
US5712314A (en) * 1996-08-09 1998-01-27 Texaco Inc. Formulation for creating a pliable resin plug
US6177484B1 (en) 1997-11-03 2001-01-23 Texaco Inc. Combination catalyst/coupling agent for furan resin
GB9915354D0 (en) * 1999-07-02 1999-09-01 Cleansorb Ltd Method for treatment of underground reservoirs
US6632778B1 (en) 2000-05-02 2003-10-14 Schlumberger Technology Corporation Self-diverting resin systems for sand consolidation
US6450260B1 (en) 2000-07-07 2002-09-17 Schlumberger Technology Corporation Sand consolidation with flexible gel system
DE10044535A1 (de) * 2000-09-05 2002-04-04 Vng Verbundnetz Gas Ag Filter und Verfahren zur Herstellung
US7338924B2 (en) * 2002-05-02 2008-03-04 Exxonmobil Upstream Research Company Oil-in-water-in-oil emulsion
US6732800B2 (en) 2002-06-12 2004-05-11 Schlumberger Technology Corporation Method of completing a well in an unconsolidated formation
US6702021B1 (en) 2002-11-15 2004-03-09 Halliburton Energy Services, Inc. Methods and drilling fluids for drilling well bores and sealing pipe strings therein
US6951250B2 (en) * 2003-05-13 2005-10-04 Halliburton Energy Services, Inc. Sealant compositions and methods of using the same to isolate a subterranean zone from a disposal well
US7013973B2 (en) * 2003-11-11 2006-03-21 Schlumberger Technology Corporation Method of completing poorly consolidated formations
EP1555385A1 (en) 2004-01-16 2005-07-20 Services Petroliers Schlumberger SA Method of consolidating an underground formation
US7343974B2 (en) * 2004-06-03 2008-03-18 Shell Oil Company Method and apparatus for performing chemical treatments of exposed geological formations
US20060167133A1 (en) * 2005-01-24 2006-07-27 Jan Gromsveld Sealant composition comprising a crosslinkable material and a reduced amount of cement for a permeable zone downhole
US8703659B2 (en) * 2005-01-24 2014-04-22 Halliburton Energy Services, Inc. Sealant composition comprising a gel system and a reduced amount of cement for a permeable zone downhole
US7696133B2 (en) * 2005-06-02 2010-04-13 Shell Oil Company Geosynthetic composite for borehole strengthening
US7122690B1 (en) 2006-02-14 2006-10-17 E. I. Du Pont De Nemours And Company Process to prepare metal complex of N,N-bis(2-hydroxyethyl)glycine
US7347264B2 (en) * 2006-06-16 2008-03-25 Halliburton Energy Services, Inc. Methods and compositions for well completion in steam breakthrough wells
US7510011B2 (en) * 2006-07-06 2009-03-31 Schlumberger Technology Corporation Well servicing methods and systems employing a triggerable filter medium sealing composition
US7740068B2 (en) * 2007-02-09 2010-06-22 M-I Llc Silicate-based wellbore fluid and methods for stabilizing unconsolidated formations
US7823642B2 (en) * 2007-09-26 2010-11-02 Schlumberger Technology Corporation Control of fines migration in well treatments
US7975764B2 (en) 2007-09-26 2011-07-12 Schlumberger Technology Corporation Emulsion system for sand consolidation
US7617872B1 (en) * 2008-05-09 2009-11-17 Schlumberger Technology Corporation System and method for perforated well sand control
US8579029B2 (en) * 2008-12-31 2013-11-12 Schlumberger Technology Corporation System, method and treatment fluid for controlling fines migration
US8215393B2 (en) 2009-10-06 2012-07-10 Schlumberger Technology Corporation Method for treating well bore within a subterranean formation
US9840656B2 (en) 2013-09-20 2017-12-12 Halliburton Energy Services, Inc. Latent curing agent compatible with low pH frac fluids
CN111732722B (zh) * 2019-03-25 2022-09-23 中国石油化工股份有限公司 一种聚合物及其制备方法与在作为或制备控砂剂中的应用
US11492531B1 (en) 2021-10-12 2022-11-08 Halliburton Energy Services, Inc. Sand consolidation with a curable resin and filtercake removal fluid

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2604172A (en) * 1946-04-15 1952-07-22 Standard Oil Dev Co Method for consolidating and plugging formations
US3373813A (en) * 1965-07-09 1968-03-19 Gulf Research Development Co Method for permeably consolidating an incompetent formation with heat-curable resin
US3437145A (en) * 1967-03-30 1969-04-08 Halliburton Co Method of consolidating loose sands using furfuryl alcohol compositions
US3544530A (en) * 1968-10-01 1970-12-01 Hitco Furfuryl alcohol co-polymers
GB1247856A (en) * 1968-10-25 1971-09-29 Union Oil Co Consolidation of incompetent earth formations
US3548944A (en) * 1969-04-23 1970-12-22 Chevron Res Method for sealing earth formations
US3612181A (en) * 1970-02-16 1971-10-12 Exxon Production Research Co Method for consolidating incompetent formations
US3630285A (en) * 1970-05-22 1971-12-28 Amoco Prod Co Acidizing high-temperature wells
US3850249A (en) * 1972-07-19 1974-11-26 Chevron Res Method for delaying the setting of an acid-settable liquid in a terrestrial zone
GB1511589A (en) * 1976-10-20 1978-05-24 Halliburton Co Method of consolidating loose or incompetent subterranean formations

Also Published As

Publication number Publication date
CA1182629A (en) 1985-02-19
NL189620C (nl) 1993-06-01
US4427069A (en) 1984-01-24
NO821895L (no) 1982-12-09
DE3221630A1 (de) 1982-12-23
GB2099886A (en) 1982-12-15
DE3221630C2 (de) 1994-02-10
GB2099886B (en) 1985-04-11
NO159745C (no) 1989-02-01
US4512407A (en) 1985-04-23
NO159745B (no) 1988-10-24
NL189620B (nl) 1993-01-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8202307A (nl) Werkwijze voor het verstevigen van zand.
US5199492A (en) Sand consolidation methods
US5285849A (en) Formation treating methods
US5293939A (en) Formation treating methods
CA1307457C (en) Sand consolidation methods
US2747670A (en) Method of increasing oil recovery
US4800960A (en) Consolidatable gravel pack method
US5247993A (en) Enhanced imbibition oil recovery process
US4428427A (en) Consolidatable gravel pack method
US20100181071A1 (en) Process and system for creating enhanced cavitation
US3749174A (en) Method for selective plugging of wells
CN106967403A (zh) 一种油田储层大孔道或特高渗透条带封堵剂及其制备方法
CA2009117A1 (en) Altering subterranean formation permeability
WO1998012416A1 (en) Control of proppant flowback in hydraulically fractured wells
HU205789B (en) Method for treating underground layers in presence of cross-linking agent with polymer of acrylamide base gelling in situ
EP0180406B1 (en) Method of treating a subterranean formation
US4938287A (en) Sand consolidation methods
US5358565A (en) Steam injection profile control agent and process
WO2019067393A1 (en) REDUCTION OF WATER PERMEABILITY IN UNDERGROUND FORMATIONS USING PETROLEUM PRODUCTS
US4034811A (en) Method for sealing a permeable subterranean formation
US5257664A (en) Steam injection profile control agent and process
US2595184A (en) Method for consolidating or for plugging sands
US2828820A (en) Novel compositions of matter and methods and steps of making and using the same
US2270006A (en) Sealing porous formations
Hess et al. Chemical method for formation plugging

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 19960101