NL8202128A - Ongedierteregelende dierlabel. - Google Patents

Description

- 1 - *

Ongedierteregelende dierlabel.

De uitvinding heeft betrekking op ongedierteregelende aktieve ingredientafleverende systemen voor gebruik bij dieren. In het bijzonder wordt voorzien in een reservoir met vertraagde afgifte, die de aktieve ingredient bevat voor 5 snelle en betrouwbare ontplooiing aan een dieridentificatielabel.

Men kan ongedierteregelende middelen gebruiken samen met dieridentificatielabels of andere inrichtingen die direkt of indirekt aan het dierenlichaam worden verbonden, zoals aan een koe. Zo wordt bijvoorbeeld een oorlabel voor het 10 regelen van de varkensluis beschreven in het Amerikaanse octrooi- sehrift 3·9^·9·7θ8. Deze label heeft een scherp gedeelte, dat door het oor van het dier wordt gestoken, een zakje op een plat oppervlak en een met insecticide geïmpregneerd kussentje dat in het zakje wordt gestoken. Dergelijke labels hebben echter 15 nadelen, daar hun gebruik vereist dat een niet meer inseeticide- werkend zakje, dat reeds aan het dier zit, wordt weggeworpen en de sluitorganen aan het zakje, waarin het kussentje zit, te kunnen breken, waardoor het gehele label weer moet worden vervangen.

20 Andere oorlabels hebben insecticide geïmpreg neerd door het lichaam van de label zelf heen, zoals beschreven in "Tennessee Farm and Home Science", januari - maart 1978, Progress Report Ho. 105; in "The Southwestern Entomologist" deel 2, no. 1, maart 1977 op blz. 8 - 10; en in de "Journal 25 of Economie Entomology" deel 63 (1970) blz. 1688 — 1689; deel 70 (1977) blz. 72 - 75, deel 71 (1978) blz. 7èk - 765, en deel 72 (1979) blz. 215. Het gebruik van dergelijke labels kan echter weer maken dat men niet-insecticidelabels, die reeds aan het dier zitten, moet verwijderen en weggooien. Verder moet, wanneer 30 de geïmpregneerde labels hun doelmatigheid verliezen, een vol komen nieuw label worden bevestigd. Andere aktieve ingredientbe-vattende inrichtingen voor dieren, worden beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 3.756.200 en 3·9^2Λ8θ.

8202 128 J * * - 2 -

Volgens de uitvinding voorziet men dus in een reservoir voor een ongedierteregelende aktieve ingredient, aangepast voor het omringen van een deel van een dieridentifi-catielabel, welk reservoir bestaat uit 5 a) een flexibel bandgedeelte met een druk- gevoelig plakmiddel aan de ene kant van en verbonden met genoemd bandgedeelte, en b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen, waarin een vloeibaar insecticide is geabsorbeerd, welke 10 bewaarplaats niet volledig coextensief is met het bandgedeelte.

Volgens een verder kenmerk van de uitvinding voorziet men in een ongedierteregelende inrichting voor dieren, bestaande uit (i) een dieridentificatielabel, aangepast aan bevestiging aan een dier, en (ii) een reservoir van een onge-15 dierteregelende aktieve ingredient, die een deel van genoemd label omringt, welk genoemd reservoir bestaat uit a) een flexibel bandgedeelte met een druk-gevoelig plakmiddel aan de ene kant ervan en verbonden met genoemd bandgedeelte, en 20 b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen, waarin een vloeibaar insecticide is geabsorbeerd, welke bewaarplaats niet dezelfde uitgebreidheid heeft als het bandgedeelte.

Volgens nog een verder kenmerk van de uitvinding voorziet men in een reservoir voor een ongedierteregelende 25 aktieve ingredient, aangepast aan het omringen van een gedeelte van een dieridentificatielabel, welk genoemd reservoir bestaat uit a) een buigzaam bandgedeelte met een drukge-voelig plakmiddel aan de ene kant ervan en verbonden met genoemd 30 wandgedeelte, en b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen en een vergruisbare ampul, die een vloeibare insecticide bevat, welke genoemde bewaarplaats niet net zo uitgebreid is als het bandgedeelte en in het bijzonder een dergelijk reservoir, waarin 35 genoemd absorberend kassen een vezelachtige sloop is, die ge- 8202128 « κ - 3 - noemde vergruisbare ampul omringt.

Volgens nog een ander kenmerk van de uitvinding voorziet men in een ongedierteregelende inrichting voor dieren, bestaande uit (i) een dieridentificatielabel, aangepast 5 aan bevestiging aan het dier, en (ii) een reservoir voor een ongedierteregelende aktieve ingredient, dat een gedeelte van genoemde label omringt, dat genoemd reservoir bestaat uit a) een buigzaam bandgedeelte met een drukge-voelig plakmiddel aan de ene kant ervan en verbonden met genoemd 10 bandgedeelte, en b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen en een vergruisbare ampul, die een vloeibaar insecticide bevat, welke genoemde bewaarplaats niet dezelfde uitgebreidheid heeft als het bandgedeelte en in het bijzonder een zodanig 15 ongedierteregelende inrichting, waarin genoemd absorberend kussen een vezelachtige sloop is, die genoemde vergruisbare ampul omringt.

De figuren 1 en 2 tonen de voor- respectievelijk achterkant van een dieridentificatielabel ongedierteregelen- 20 de inrichting volgens de uitvinding.

De figuren 3 en U geven een aktieve ingredient-reservoir weer, dat gebruikt kan worden bij de uitvinding voor respectievelijk na het afsluiten van de bewaarplaats voor de aktieve ingredient. Deze bewaarplaats werd gebruikt bij de in-25 richting, getoond in de figuren 1 en 2.

De figuren 5 en 6 tonen nog twee types van aktieve ingredientreservoir voor gebruik volgens de uitvinding.

De identificatielabel aangepast aan het bevestigen aan het gedeelte van het dier kan praktisch elk dieriden-30 tificatielabel zijn, dat gebruikt wordt in de techniek. Voor beelden hiervan zijn labels, vervaardigd uit een polymeer of metaal met of zonder een ongedierteregelende substantie of andere aktieve ingredient, die in of aan de label zit. In het algemeen bestaat een dergelijk label uit drie met elkaar verbon-35 den segmenten, aangeduid als 2, k respectievelijk 6 in figuur 1, 8202128 4 i - b -

Het eerste segment 2 heeft een configuratie die haar in staat stelt gemakkelijk te worden gestoken in en getrokken door een gedeelte van een dier om te maken dat het label aan het dier blijft. Dit eerste segment kan de vorm hebben van een pijlpunt, 5 zodat zij kan binnendringen in en komen uit de huid van een dier, bijvoorbeeld het oor of het losse vel aan de nek. Het tweede labelsegment t is een halsgedeelte, waarvan een deel in het dier blijft, wanneer de label erdoor wordt gestoken. Voor het gemak van het dier en het gemak van het aanbrengen van de label, zal 10 het volledige halsgedeelte gewoonlijk langer zijn dan wat feite lijk nodig is om binnen het dier te zijn. Men kan het reservoir volgens de uitvinding het meest voordelig bevestigen aan het labelhalsgedeelte, dat uit het dier steekt.

Het derde segment 6 van het dierlabel is 15 een betrekkelijk star en vlak gedeelte, dat aanwijzingen kan ontvangen of waarop blijvend aanwijzingen zijn aangebracht. Het derde segment moet grotere dwarsdoorsnededimensies hebben dan de hals, zodat het niet gemakkelijk door de opening in de huid van het dier kan worden getrokken. Aan het derde segment kan 20 een insecticide-inrichting bevestigd zijn zoals geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift 3.9^-9*708, een verhoging om het labelpaneel gemakkelijk in een stencilmachine of andere druk-inrichtingen te plaatsen, zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.357·122, Een gat voor het plaatsen van een ge-25 kleurde knoop, zoals voorzien in het Amerikaanse octrooischrift 3.512.289 of franjes, die het dier kan gebruiken om insecten weg te slaan, zoals in het Amerikaanse octrooischrift 3.952.1)39· Andere dieridentificatielabels om in het oor te steken evenals werktuigen voor het insteken worden geopen-30 baard in de Amerikaanse octrooischriften 3.33^.1)-3^5 3.526.987; 3.552.051; 3.731.1)11)-; 3.8T6.777; 3.896.577; 3.916.90^5 3.955.58Ο; 3.979-8^7; 3.987.57Ο5 k.000.7¾ en Reissue Ho. 29.536. Dierlabels en gereedschap om hen in de borst-, flank- of halshuid van het dier te steken, worden geopenbaard in het Amerikaanse octrooi-35 schrift 3.675.357 en 3.69^-9^9- De ongedierteregelende inrich- 8202128 - 5 -

c? V

tingen volgens de uitvinding zullen gewoonlijk worden gebruikt bij huisdieren zoals vee, schapen en varkens, hoewel zij ook kunnen worden gebruikt bij niet-huisdieren.

Haast de dierlabels, die gestoken worden in 5 en door de huid van een dier, kan het reservoir volgens de uit vinding worden bevestigd aan identificatielabels, die aan het dier bevestigd zijn door organen zoals een halsketting of beenband. Verder worden verschillende identificatielabels gehecht aan het haar van het dier door middel van klem- of schroefin-10 richtingen.

Het reservoir volgens de uitvinding wordt aan het dieridentificatielabel aangebracht door haar in te sluiten of te omringen door een gedeelte van de label voor of nadat de label bevestigd wordt aan het dier. Desgewenst kan men het 15 reservoir aan de label vastmaken slechts wanneer ongedierte, zoals insecten, een bijzonder probleem vormen, zoals in de zomer. Verder kan men afzonderlijke reservoirs met verschillende ongedierteregelende aktieve ingrediënten gelijktijdig of na elkaar gebruiken afhankelijk van de bepaalde ongediertesoort, 20 die men beoogt te bestrijden. Dit kenmerk van de uitvinding brengt voordelen met zich mee boven labels, die geïmpregneerd zijn met aktieve ingrediënten, daar.geïmpregneerde labels kunnen worden aangehecht, wanneer ongedierteregeling niet nodig is en men zal niet gemakkelijk labels uitwisselen, wanneer een verschillende 25 aktieve ingredient gewenst is, in het bijzonder indien dit slechts voor een korte tijd is. Daar het reservoir volgens de uitvinding gemakkelijk kan worden aangebracht en afgekoppeld zonder dat de huid van het dier behoeft te worden doorstoken, zal men eerder geneigd zijn slechts de aktieve ingredient te gebruiken wanneer 30 deze nodig is, waardoor contact van het dier met potentieel gevaarlijke ongedierteregelende ingrediënten tot een minimum wordt beperkt.

Het reservoir kan elk van een aantal verschillende uitvoeringsvormen hebben. Een rangschikking is een 35 dunne flexibele band of strip van een polymere band met een be- 8202128 - 6 - waarplaats , bijvoorbeeld een absorberend vezelachtig kussen of vilt of gaas met de aktieve ingredient eraan gehecht. Bij voorkeur is de bewaarplaats kleiner dan de band en is dus niet zo uitgebreid als het bandgedeelte. De band wordt dan gebogen rond 5 een betrekkelijk nauw gedeelte van de label en aanzichzelf bevestigd, bijvoorbeeld door een drukgevoelig plakmiddel, dat men dan aanbrengt of dat zich reeds als een laag op de band bevindt. Voorbeelden van deze eerste rangschikking worden getoond in de figuren 3 en De bewaarplaats kan aan elke kant van de band worden 10 aangebracht, hoewel het de voorkeur verdient haar aan te brengen aan de kant van de band, die aan de binnenkant is gelegen, wanneer de band aanzichzelf wordt bevestigd en een gedeelte van de label omringt. Het brengen van de bewaarplaats aan de binnenkant stelt in staat haar beter te beschermen en. maakt een in-15 stelling van aktieve ingredientvrijkoming door middel van het aantal gaten en afmeting van de gaatjes, die in de band worden aangebracht, en waardoor de aktieve ingredient migreert, mogelijk. Wanneer de bewaarplaats zelf de stroming naar buiten van de aktieve ingredient instelt, bijvoorbeeld een katoenen gaas 20 gedrenkt met aktieve ingredient en bekleed met een lichte hars achtige foelie, kan de bewaarplaats natuurlijk aan de buitenkant van de band worden geplaatst, dat wil zeggen de kant van de band, die niet in contact is met de label. Bij deze rangschikking is de bewaarplaats in wezen een kous van een absorberend 25 materiaal, zoals een natuurlijke vezel, bijvoorbeeld katoen of wol, of een synthetische vezel of schuim, zoals een polyurethan-schuim. Anderzijds kan een vernietigbare ampul binnen een absorberende vezelachtige sloof de bewaarplaats zijn. Wanneer een dergelijk reservoir moet worden gebruikt, wordt deze beves-30 tigd aan de label en de ampul met aktieve ingredient wordt gebroken en de aktieve ingredient drenkt zich in de sloof.

Hoewel het reservoir eenvoudigweg direkt kan worden bevestigd slechts aan de label in plaats van aan zichzelf, zal dit vaak problemen geven, daar de label kan zijn bekleed 35 met vet, olie, dierlijk voedsel of andere vreemde stoffen. Door- 8202128 - 7 - dat het reservoir een gedeelte van de label omringt en aan zichzelf is gehecht eerder dan alleen maar aan de labels worden duidelijk voordelen verkregen. De label behoeft niet schoon te zijn of zelfs droog om het reservoir op zekere wijze te ont-5 plooien.

Een tweede rangschikking voor het reservoir volgens de uitvinding is een enkellaags Of veellaags polymere band, zoals getoond in figuur 5? waarin een aktieve ingredient aanwezig is in één of meer vaste polymeerlagen en geleidelijk 10 migreert naar een of beide platte oppervlakken. De band wordt om een deel van de label gebogen en aan zichzelf bevestigd door middelen zoals plakmiddel, een nietje, klinknagel of andere bevestigingsmaterialen. Anderzijds kan de band aan zichzelf worden gehecht zonder een plakmiddel of mechanisch hechtmiddel door 15 éên eind ervan te voorzien van weerhaken of flanken en het andere einde van een opening, waarin de kant met weerhaken of flanken kan worden gestoken zonder gemakkelijk te worden teruggetrokken, bijvoorbeeld zoals getoond in figuur 6.

Materialen en methodes voor hun vervaardiging 20 voor de tweede uitvoeringsvorm van het reservoir volgens de uitvinding worden geopenbaard in de Amerikaanse octrooischriften 3.705.938; 3.857.93^; 3.8β^Λ68; 102.991; en k.160.335, die hier als ingelast moeten worden beschouwd. Deze octrooisehriften beschrijven methodes voor aanbrenging op een vast niet-poreus 25 polymeersubstraatvel van een vaste niet-poreuze laag van een polymere samenstelling, die een aktief middel bevat, dat in staat is te migreren van de laag in en door het substraat heen. Het migrerende aktieve middel wordt in de laag opgenomen in een hoeveelheid voldoende om een effectief aktiviteitsniveau op een 30 buitenoppervlak van het substraat te produceren. Polymere stro ken, die een ongedierteregelend middel bevatten, dat homogeen gedispergeerd is door tenminste een gedeelte van de polymere matrix heen, zijn in de handel verkrijgbaar als Vapona-strips, zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.9^9*708; 35 door J.W. Gillett in Residue Review deel kU, blz. 115 en 161 8202128 4 - 8 - (1972) en in het Journal of Economie Entomology, deel 63, hls.· 1688 - 1689 (1970) en deel 69, hls. 757 - 760 (1976).

De ongedierteregelende aktieve ingredient, die men volgens de uitvinding gebruikt, is er een die doodt, 5 verzvakt, terugdringt, steriliseert, muteert of anderszins het vervelende of de schadelijke effecten van enig levend organisme, samenhangend met een dier, vermindert. Voorbeelden van vervelende of schadelijke levende organismen, zijn onder andere vormen, schimmels, bacteriën, insecten en andere lagere vormen van leven.

10 Het ongedierte, dat men speciaal volgens de uitvinding beoogt te bestrijden, zijn insecten en meer in het bijzonder vliegen, zoals de huisvlieg, gezichtsvlieg, stalvlieg, horenvlieg en teken, die vee kunnen vervelen of ziektes verspreiden.

Bijzondere ongediertebestrijdende aktieve 15 ingrediënten zijn in de damp aktieve ingrediënten of terugdringers of contacteffectieve insecticides, zoals de pyrethroides, vaaronder vallen natuurlijke en synthetische materialen, zoals pyrethrine, resmethrine, fenvaleraat, cyhalothrine, decamethrine, bioresmethrine, permethrine en cypermethrine. Bijzonder doel-20 matig zijn de cyclopropaancarboxylaatpyrethroides van de formule, vaarin R 3-fenoxybenzyl en R^ chloor is voor permethrine, R°4 -cyaan 3-fenoxybenzyl en R^ chloor is voor cypermethrine, en RcK -cyaan-3-fenoxybenzyl en R^ trifluormethyl is voor cyhalothrine. Deze en andere cyclopropaancarboxylaatpyrethroides vorden be-25 schreven in de Amerikaanse octrooischriften 1+.021+.163 en if-. 178.38U. De aktieve ingredient kan als zodanig vorden gebruikt, in een oplosmiddel of drager, in de vorm van een poeder of in combinatie met een andere aktieve of inerte ingredient, bijvoorbeeld een kleurstof, reukstof of antioxydant. Bij voorkeur is de 30 aktieve ingredient een vloeistof, vaaronder een gom of half- vloeistof valt, en vordt als zodanig gebruikt of sterk geconcentreerd om te voorzien in het grootste effect met het minste ongemak en gevicht.

Ook een deel van de uitvinding maakt uit de 35 verkvijze voor het bestrijden van ongedierte, zoals insecten, 8202 1 2 8 r - 9 - die samenhangen met een dier, -waarbij men rond een dieridentifi-eatielabel direkt of indirekt verbonden aan het dier het onge-dierteregelende aktieve ingredientreservoir, zoals beschreven, ontplooit.

5 Figuur 1 geeft een ongedierteregelende inrich ting 8 volgens de uitvinding weer. De inrichting 8 bestaat uit een dieridentificatielabel 10 met als reservoir 12 van een onge-diertebestrijdende aktieve ingredient, die een deel van de label omringt. De label bestaat uit een eerste of topsegment 2 die 10 flanken, weerhaken, vleugels of andere tegenhoudorganen heeft, die plooibaar en deformeerbaar zijn om het steken ervan in en door de huid van het dier mogelijk te maken. Het tweede of hals-gedeelte ^ van de label is smaller dan zowel het top- als lichaamsgedeelte ervan. Het nekgedeelte ^ is lang genoeg om een 15 deel ervan in staat te stellen binnen het vel van het dier te blijven, bijvoorbeeld wanneer de label een oorlabel is, waarbij het kopgedeelte 2 zal uitsteken achteruit het oor en het lichaamsgedeelte 6 aan de voorkant van het oor met het halsgedeelte, dat het kop- en lichaamsdeel verbindt, stekend door het oor heen. 20 Het derde of lichaamsdeel 6 van de label is betrekkelijk star en plat met schouders breder dan het halsgedeelte, zodat de label aan het dier blijft na plaatsing ervan. Het lichaamsgedeelte kan blanco blijven voor aanbrenging van welke gewenste aanwijzing dan ook door de veehouder, hoewel de kleur of zelfs de 25 aanwezigheid van een label alleen al kan voorzien in voldoende aanwijzing of informatie voor differentiëring van het dier. De label getoond in figuur 1 wordt voorzien van aanwijzingen Indoor bedrukking, profilering of gravering. Het reservoir 12 is een hechtende bandage voorzien van een gaas, dat de aktieve in-30 gredient bevat, zoals getoond in de figuren 3 en en is beves tigd doordat zij over zichzelf is gewikkeld aan het halsgedeelte U.

Figuur 2 is een aanblik van de andere kant van de inrichting getoond in figuur 1. Het reservoir 12 is voorzien 35 van openingen 16 om het mogelijk te maken dat het aktieve middel 8202128 - 10 - 9 door het gaas heen gaat naar het oppervlak van het reservoir, waar het dan verdeeld wordt over het dier. In de loop van het zichzelf belikken en bekrassen evenals bij het in contact komen met andere dieren, worden uiterst kleine maar effectieve hoe-5 veelheden van de aktieve ingredient afgeschuurd van de inrich ting en afgezet over het dier.

Figuur 3 geeft een niet gemonteerd reservoir 18 weer volgens de uitvinding, geconstrueerd uit een dun vel van flexibel polymeer, dat voorzien is van een laag van een druk-10 gevoelig plakmiddel waarop een bewaarplaats 20 van de aktieve ingredient is gebracht, bijvoorbeeld een katoengaas gedrenkt in een insecticide. Het reservoir is voorzien van twee eindoren 22 om het reservoir aan zichzelf te bevestigen rond de dierlabel en een centrale flap 2h die gebruikt kan worden om de bewaar-15 plaats 20 te beschermen tegen vocht, zonlicht of andere elemen ten, die de aktieve ingredient kunnen verslechteren of verdunnen. Nadat de aktieve ingredient op zijn plaats is in bewaarplaats 20, kan men de centrale flap 2k omhoog brengen met rand 26 en wikkelen rond het deel van het reservoir, waarop de bewaarplaats 20 is aangebracht, zoals getoond in figuur U. De aktieve ingredient zal dan migreren door het polymeervel of door openingen, die geperst zijn in het reservoir om geleidelijk beschikbaar te komen aan de andere kant van het reservoir, getoond in figuur 3.

Het langzaam vrijkomen van de aktieve ingredient kan ook worden 25 bereikt op andere wijzen, zoals bedekken van de bewaarplaats 20 met een metaalfoelie, waardoorheen de aktieve ingredient niet kan migreren en haar te laten migreren door het polymeervel heen of door de erin geponste gaten. Anderzijds kan men, nadat de onderrand 26 omhoog getrokken is en rond het reservoir, de ak-30 tieve ingredient eenvoudigweg laten sijpelen uit de bewaarplaats, door de kleine scheurtj es, die aanwezig zullen zijn aan de randen van de band, bijvoorbeeld aan de verbinding van 'de centrale flap 2k aan het reservoir. Wanneer de centrale flap 2k niet aanwezig is of korter is dan getoond in figuur 3 , kunnen te voren 35 gaten geponst worden in het reservoir onder de bewaarplaats 20 8202128 pn——---- - 11 - ·*, m v om te voorzien in een pad voor de aktieve ingredient. Een voorbeeld van een geschikt reservoir voor gebruik volgens de uitvinding is een plakband van het type Band-Aid op het gaasgedeelte waarvan men een aktieve ingredient kan afzetten.

5 Figuur 4 geeft het reservoir van figuur 3 weer nadat het klaargemaakt is voor ontplooiing. Reservoir 28 volgens de uitvinding kan worden bevestigd aan een dierlabel, zoals getoond in de figuren 1 en 2, nadat de leidrand 26 van de centrale flap, zoals getoond in figuur 3, omhoog is getrokken en 10 rond het reservoir voor bescherming van de bewaarplaats. Wanneer het reservoir 28 wordt gebogen, kan het aan zichzelf worden bevestigd door het drukgevoelige plakmiddel door hetzij een hechtend oppervlak van het ene oor in contact te brengen met de niet-kleverige achterkant van het andere eindoor, welk resultaat ge-15 toond wordt in figuur 1, of de twee kleverige eindvlakken kunnen aan elkaar worden gehecht. Inhet eerste geval kan het reservoir ook worden gehecht aan de flap zelf, daar slechts één kleverig oppervlak van een eindoor zal worden gebruikt om het reservoir aan zichzelf te hechten.

20 Figuur 5 geeft een gelamineerde of enkelvoudige vaste polymeerstrip 30 weer, die geïmpregneerd is met een aktieve ingredient en die kan worden ontvbuwdals een reservoir, dat een deel van een dierlabel volgens de uitvinding omringt. Dergelijke enkelvoudig of meervoudig gelaagde strippen worden 25 weergegeven in het Amerikaanse octrooischrift 3.705.938, zoals boven beschreven.

Figuur 6 toont een zelfbindend aktieve ingre-dientreservoir 32 volgens de uitvinding. Het reservoir 32 kan van een veerkrachtig polymeermateriaal zijn met aktieve ingre-30 dient aanwezig in een bewaarplaats, die kleiner is dan het reser voir, zoals in de bewaarplaats van figuur 3, of zij kan even uitgebreid zijn als het reservoir, zoals het reservoir van figuur 5. In laatstgenoemd reservoir is de aktieve ingredient homogeen gedispergeerd door de polymere grondmassa heen of is aanwezig in 35 één of meer lagen van een laminaat en migreert naar het reser- 8202128 «r « * - 12 - voiroppervlak om langzame vrijkoming van de aktieve ingredient te geven. Om het reservoir van figuur 6 te ontplooien, wordt het rond een halsgedeelte van een dierlatei gebogen en een of meer van de gebaarde pijlpunt vormige uitsteeksels 3^· worden gestoken 5 door de opening 36 om een deel van de dierlabel te omringen. De vorm en het aantal van de speerpuntuitsteeksels 3^ kan aanzienlijk variëren zolang het effect maar is dat men het reservoir de dierlabel kan laten omringen en dat het aan zichzelf kan worden gehecht met het oog op het feit, dat êên of meer delen 10 van het reservoir worden getrokken door een opening in het reser voir, maar niet meer gemakkelijk kunnen worden teruggetrokken.

Het reservoir volgens de uitvinding kan naast het ontplooien aan een dierlabel gebruikt worden samen met pluim-veekooien om ongedierte te bestrijden, zoals de Noordelijke 15 pluimveemijt. In het bijzonder kunnen êên of meer reservoirs worden geplaatst op de bodem of aan de zijkant van een pluimvee-kooi en de lukrake bewegingen van de vogels in de kooi zullen enig contact verzekeren met het reservoir om bestrijding van* mijten te bewerkstelligen. Het reservoir kan worden gewikkeld 20 rond twee aangrenzende roosterdraden van de kooi of het kan wor den bevestigd aan een platte of smalle starre strook materiaal, die gemaakt kan zijn van hout, metaal, plastic en dergelijke, bijvoorbeeld een houten neerdruktong of een grote wasknijper.

De strook met reservoir eraan kan dan gemakkelijk worden gesto-25 ken in de kooi en eruit worden teruggetrokken indien gewenst, bijvoorbeeld wanneer de aktieve ingredient is uitgewerkt of het gebruik ervan niet langer vereist is. Wanneer een grote wasknijper wordt gebruikt, kan aan elke top ein reservoir worden bevestigd en de wasknijper kan worden gestoken in twee kooien met de-30 zelfde beweging, dat wil zeggen êên top in êên kooi en een andere in de aangrenzende vogelkooi, hetgeen leidt tot een aanzienlijk voordeel in tijd besteed door de pluimveehouder.

8202128

Claims (10)

1. Reservoir voor een ongediertebestrijdende aktieve ingredient, aangepast om een deel van een dieridentifi-eatielabel te omringen, met het kenmerk, dat genoemd reservoir 5 "bestaat uit a) een "buigzaam "bandgedeelte met een druk-gevoelig plakmiddel op de ene kant ervan en verbonden met genoemd "bandgedeelte, en "b) een "bewaarplaats voor een absorberend kussen, 10 waarin een vloeibaar insecticide is geabsorbeerd, welke genoemde bewaarplaats niet even uitgebreid is als bet bandgedeelte.

2. Ongedierteregelende inrichting voor dieren, met het kenmerk, dat zij bestaat uit (i) een dieridentificatie-label aangepast om verbonden te worden aan een dier en (;ii) een 15 reservoir voor een ongedierteregelende aktieve ingredient, dat een gedeelte van genoemde label omringt, welk genoemd reservoir bestaat uit a) een buigzaam bandgedeelte met een drukge-voelig plakmiddel op de ene kant ervan en verbonden met genoemd 20 bandgedeelte, en b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen, waarin een vloeibaar insecticide is geabsorbeerd, welke genoemde bewaarplaats niet even uitgebreid is als het bandgedeelte.

3. Reservoir voor een ongedierteregelende aktieve ingredient, aangepast om een deel van een dieridentifica-tielabel te omringen, met het kenmerk, dat genoemd reservoir bestaat uit a) een flexibel bandgedeelte met een druk- 30 gevoelig plakmiddel aan de ene kant ervan en verbonden met ge noemd bandgedeelte, en b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen en een vergruisbare ampul, die een vloeibaar insecticide bevat, welke genoemde bewaarplaats niet even uitgebreid is als 35 het bandgedeelte. 8202128 * -Hi ll. Reservoir volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat genoemd absorberend kussen een vezelachtige sloop is, die genoemde vergruisbare ampul omringt.

5. Ongedierteregelende inrichting voor dieren, 5 met het kenmerk, dat deze bestaat uit (i) een dieridentifieatie- label, aangepast om verbonden te worden met een dier, en (ii) een reservoir voor een ongedierteregelende aktieve ingredient, j. dat een deel van genoemde label omringt, en genoemd reservoir bestaat uit 10 a) een buigzaam bandgedeelte met een drukge- voelig plakmiddel op de ene kant ervan en verbonden met genoemd bandgedeelte, en b) een bewaarplaats voor een absorberend kussen en een vergruisbare ampul, die een vloeibaar insecticide m 15 bevat, welke genoemde bewaarplaats niet even uitgebreid is als het bandgedeelte.

6. Ongedierteregelende inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat genoemd absorberend kussen een vezelachtige sloop is, die genoemde vergruisbare ampul omringt. 20 7· Een reservoir of ongedierteregelende in richting volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat genoemd insecticide een contact effectief insecticide is.

8. Een reservoir of ongedierteregelende inrichting volgens conclusie J, met het kenmerk, dat het contact 25 effectieve insecticide een cyclopropaancarboxylaatpyrethroide is.

9. Een reservoir of ongedierteregelende inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het insecticide de formule op het formuleblad heeft, waarin R is 3-fenoxybenzyl of

30 K -cyaan 3-fenoxybenzyl en R is chloor of ¢(-cyaan 3-fenoxy benzyl en R.| trifluormethyl is.

10. Ongedierteregelende inrichting volgens conclusie 2 of met het kenmerk, dat genoemde dieridentificatrelabel (i) bestaat uit een eerste segment, dat aangepast is om 35 te dringen in en te komen uit een gedeelte van een dier om de 8202128 !“ 1--: ^ ' - - 15 - label aan het dier te laten blijven.

11. Ongedierteregelende inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat genoemde dieridentificatie-label (i) bestaat uit een verder segment, dat betrekkelijk star 5 en vlak is en ingericht is om er aantekeningen op te zetten. 8202128