NL8201884A - Beglazingsprofiel. - Google Patents

Description

\ * - I.

N.0.31063 1

Beglazlngsprofiel.

De uitvinding heeft betrekking op een beglazingsprofiel voor afdichting tussen het glas en de glaslatten of het kozijn, bestaande uit een profiel uit flexibel materiaal met in dwarsdoorsnede gezien een in zijn algemeenheid langgerekte centrale kern waarvan in doorsnede een 5 lange zijkant komt aan te liggen tegen de glaslat respectievelijk het kozijn, terwijl de tegenover liggende lange zijkant voorzien is van een profilering.

Dergelijke beglazingsprofielen zijn bijvoorbeeld beschreven in de brochure "Het ontwerpen van beglazingsdetails voor het plaatsen van 10 dubbel glas in bestaande houten kaders", uitgegeven in mei 1981 door het Stafbureau Nationaal Isolatieprogramma. De profilering aan de van de glaslat afgekeerde zijde van deze beglazingsprofielen bestaat over het algemeen uit een aantal schuin in de richting van het glas uitstekende ribben van onderling gelijke afmetingen. Deze ribben hebben in de 15 eerste plaats ten doel het glas te ondersteunen en hebben verder ten doel een waterdichte afdichting te vormen tussen het glas en de glaslatten. Om de afdichtende functie goed te kunnen realiseren moeten althans de buitenste ribben in de gebruikstoestand veerkrachtig tegen het glas drukken en daarbij bij voorkeur een vloeiende overgang realiseren 20 tussen het glas en de glaslat, zodat via het glasoppervlak omlaag stromend regenwater gemakkelijk en zonder in te dringen tussen het glas en de glaslatten wordt afgevoerd. Om deze afdichtingsfunctie goed te kunnen realiseren moeten de genoemde ribben bij voorkeur dun en elastisch uitgevoerd worden.

25 Anderzijds hebben de ribben ook een ondersteunende functie. De^ buitenste delen van de ribben drukken tegen het glas en houden daardoor het glas vast. Bij verschillende windbelasting zal de druk tussen het glas en de ribben kunnen verschillen en deze drukverschillen moeten door de elasticiteit van de ribben worden opgevangen. Vanwege deze ver-30 schillende belastingen moeten de ribben relatief dik en stijf worden •f uitgevoerd. Bovendien moet er rekening mee worden gehouden dat de afmetingen van de ribben zodanig worden gekozen dat de veerkracht niet door een te sterke vervorming als gevolg van een overmatige belasting geheel of gedeeltelijk verloren gaat.

35 Aan deze bekende beglazingsprofielen worden derhalve tegenstrijdi ge eisen gesteld en de dimensionering van de profilering van het beglazingsprofiel aan de glaszijde zal derhalve het resultaat zijn van een compromis.

8201884 2 ψ- 9

De uitvinding heeft daarentegen ten doel een beglazingsprofiel te verschaffen met een dusdanige profilering dat zonder compromissen aan de verschillende eisen kan worden voldaan.

Aan deze doelstelling wordt bij een beglazingsprofiel van in de 5 aanhef genoemde soort voldaan, doordat de profilering voorzien is van een ongeveer in het midden van de centrale kern buitenwaarts in de richting van het glas uitstekende, relatief minder veerkrachtige verdikking alsmede aan de uiteinden van de lange zijkant vanaf de centrale kern schuin buitenwaarts uitstekende relatief sterker veerkrachtige 10 lippen. Bij dit beglazingsprofiel volgens de uitvinding wordt derhalve een deel van de profilering in hoofdzaak gebruikt voor ondersteuning terwijl een ander deel van de profilering in hoofdzaak wordt gebruikt voor afdichting. De in het midden van de centrale kern buitenwaarts uitstekende, relatief minder veerkrachtige verdikking ondersteunt het 15 glas en vangt de krachten op die vanwege verschillende windbelastingen nabij de rand van het glas optreden. Deze krachten worden enerzijds vanwege de plaatsing van de verdikking in het midden van de centrale kern op uniform verdeelde wijze overgebracht op het gehele beglazingsprofiel en vandaar op de glaslat of het kozijn, terwijl anderzijds van-20 wege de relatief stijve eigenschappen van deze verdikking het gevaar voor plaatselijke overbelasting van het beglazingsprofielmateriaal is geëlimineerd. Anderzijds wordt een goede waterdichte afdichting verkregen tussen het beglazingsprofiel en het glas door de schuin buitenwaarts uitstekende relatief sterker veerkrachtige lip aan het betref-25 fende uiteinde van de centrale kern. Deze veerkrachtige lip wordt tijdens het plaatsen van het glas enigszins weggedrukt en zal derhalve in de gebruikstoestand op afdichtende en toch meegevende wijze aandrukken tegen het glas zodat een waterdichte afdichting wordt verkregen terwijl toch eventuele bewegingen in het glas kunnen worden gevolgd.

30 De andere veerkrachtige lip bij de naar de rand van het glas toe gekeerde korte zijkant zorgt voor een afdichting ten opzichte van vocht dat bijvoorbeeld langs de glaslat zou doordringen tot bij de rand van het glas.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de in 35 het midden van de centrale kern buitenwaarts uitstekende, relatief minder veerkrachtige verdikking gevormd door een deel van de centrale kern met plaatselijk grotere dikte-afmeting en vlakke zijkant aan de glaszijde, welke zijkant in gebruikstoestand evenwijdig verloopt aan het glas waartegen deze vlakke zijkant komt te rusten. Met deze eenvoudige 40 verdikking wordt, samen met de schuin buitenwaarts uitstekende lippen 8201884 3 een driepunts oplegging verkregen waarbij het grootste deel van de op de oplegging inwerkende krachten worden opgevangen door de centrale verdikking.

Volgens een verdere ontwikkeling van de uitvinding wordt de in het 5 midden van de centrale kern buitenwaarts uitstekende, relatief minder veerkrachtige verdikking gevormd door een aantal dicht bij elkaar geplaatste ribbevormige uitsteeksels. In het bijzonder worden twee uitsteeksels toegepast in welk geval in feite een vierpunts opligging wordt gerealiseerd. Worden meerdere uitsteeksels toegepast dan ontstaat 10 een dienovereenkomstige meerpunts oplegging. Het voordeel van een dergelijke meerpunts oplegging is, dat de krachten die in de centrale verdikking optreden op hun beurt beter opgevangen kunnen worden door een aantal ribbevormige uitsteeksels.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van het beglazings-15 profiel volgens de uitvinding bestaan de aan de uiteinden van de centrale kern schuin uitstekende, relatief sterker veerkrachtige lippen uit in doorsnede taps toelopende delen waarvan de zijkanten vloeiend overgaan in de lange zijkant aan de glaszijde van de centrale langgerekte kern respectievelijk in de naar de rand van het glas of naar het 20 midden van het glas toegekeerde korte zijkant van de centrale kern.

Door de taps toelopende vorm van deze delen zullen de uiteinden van deze delen zich gemakkelijk laten verbuigen en zullen derhalve bij het inklemmen van het glas met lichte druk komen aan te rusten tegen het glas en zodoende een blijvend waterdichte afdichting vormen. De krach-25 ten die op deze lippen inwerken zijn, gezien ten opzichte van de krachten die opgevangen worden door de centrale verdikking, gering.

Bij voorkeur worden glaslatten toegepast die niet op afsluitende » wijze op het kozijn worden bevestigd maar die via afstandsmiddelen, bijvoorbeeld op blokjes of iets dergelijks, op het kozijn worden aange-30 bracht. Althans aan de onderkant van het kozijn, zeker in dat geval verdient het de voorkeur dat aan de naar de rand van het glas toegekeerde korte zijkant van het beglazingsprofiel een verdere lip is aangebracht in de vorm van een taps toelopend deel waarvan een zijde in het verlengde ligt van de lange zijkant die rust tegen de glaslat of 35 tegen het kozijn en waarvan de andere zijde schuin verloopt in de richting van de betreffende de korte zijkant van de centrale kern. Daardoor wordt bereikt dat tussen de glaslat en het kozijn binnendringend of opkruipend regenwater niet terecht kan komen tussen de glaslat of het kozijn en het beglazingsprofiel terwijl verder bij plaatselijke lucht-40 drukverhoging bijvoorbeeld als gevolg van windkrachten, het beglazings- 8201884 4 profiel eerder vaster tegen de glaslat of het kozijn wordt aangedrukt en zeker niet daar vanaf wordt getrokken.

Alhoewel het beglazingsprofiel zonder meer kan worden ingeklemd tussen de glaslat respectievelijk het kozijn en het glas verdient het 5 de voorkeur dat het beglazingsprofiel aan de lange zijkant die tegen de glaslat of het kozijn komt te rusten voorzien is van een uitstekend be-vestigingsdeel bestemd om te worden ingestoken in een corresponderende sleuf in de glaslatof het kozijn. Daarmee kunnen bijvoorbeeld de glaslatten in de bijbehorende beglazingsprofielen tot één konstruktiedeel 10 verenigd worden hetgeen zowel de plaatsing van het glas vergemakkelijkt als ook de konstruktie van het geheel verstevigt.

Verdere voordelen en kenmerken van de uitvinding zullen duidelijk worden aan de hand van de navolgende beschrijving van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding, waarbij gerefereerd wordt naar de bijgaande 15 figuren.

Figuur 1 toont een doorsnede door een kozijn waarin dubbel glas is geplaatst gebruik makend van onder andere beglazingsprofielen volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont in meer detail een doorsnede door een beglazings-20 profiel volgens de uitvinding.

In de figuur is een doorsnede gegeven door een kozijn waarin dubbel glas is geplaatst. Het onderste gedeelte van het kozijn is aangeduid met lb en het bovenste gedeelte van het kozijn is aangeduid met la. In dit kozijn is het dubbel glas aangebracht dat als component aan-25 geduid is met 2 en opgebouwd is uit twee lagen glas waartussen zich droge lucht bevindt. Het dubbel glas wordt aan de buitenzijde opgesloten en vastgezet door middel van glaslatten 3a, 3b en beglazingsprofielen 4a, 4b volgens de uitvinding. Aan de kozijnzijde wordt het glas ondersteund door verdere profielen 5a, 5b die op het kozijn zijn beves-30 tigd door middel van de bevestigingslatten 6a, 6b. Het profiel 5b is identiek aan het profiel 4a, 4b maar de ondersteuning en afdichting aan de kozijnzijde kan ook worden bereikt met een anders uitgevoerd profiel zoals geïllustreerd is met het profiel 5a. In plaats van een afzonderlijk profiel kan aan de kozijnzijde ook gebruik gemaakt worden van 35 slappe stopverf, kit of andere op zichzelf bekende hulpmiddelen.

De profielen 4a, 4b zijn in figuur 2 in meer detail geïllustreerd. Het in figuur 2 in doorsnede getoonde profiel bestaat uit een langgerekte centrale kern 10 waarvan één zijde in de gebruikstoestand komt aan te rusten tegen de glaslat 11. In het in figuur 2 geïllustreerde 40 uitvoeringsvoorbeeld is aan deze zijde van het beglazingsprofiel verder 8201884 % 5 een geribbeld uitstekend deel 12 aangebracht die dienst doet voor het bevestigen van het beglazingsprofiel aan de glaslat doordat dit geribbelde uitstekende deel 12 wordt ingebracht in een sleuf 13 in de glaslat 11.

5 Aan de zijde van de langgerekte centrale kern 10 tegenover de glaslat 11, dat wil zeggen de zijde die in de bedrijfstoestand toegekeerd is naar het glas, is een profilering aangebracht voorzien van een ongever in het midden van de centrale kern 10 buitenwaarts in de richting van het glas uitstekende verdikking 14 en aan de uiteinden van de 10 centrale kern schuin buitenwaarts schuin in de richting van het glas uitstekende lippen 15 en 16.

In het geïllustreerde uitvoeringsvoorbeeld is de centrale verdikking 14 uitgevoerd in de vorm van twee ribbevormige uitsteeksels 14a en 14b. Bij het plaatsen van het glas zorgen deze ribbevormige uitsteek-15 seis 14a en 14b in eerste instantie voor het vastklemmen van het glas. Deze ribbevormige uitsteeksels zijn derhalve relatief massief uitgevoerd en hebben daardoor een relatief lage veerkracht. Deze relatief lage veerkracht is voldoende om de in het glas optredende bewegingen als gevolg van variërende windbelastingen op te vangen zonder dat in 20 het materiaal van het beglezingsprofiel een overmatige belasting optreedt.

De in de richting van het midden van het glas uitstekende lip 15 is in zijn algemeenheid taps toelopend uitgevoerd, zodat de buitenste punt van deze lip 15 zeer soepel is en derhalve gemakkelijk meegeeft 25 tijdens de plaatsing van het glas. Deze lip 15 zal daarom afsluitend komen aan te rusten tegen het glas en zodoende dienst doen als regenke-ripg. Bij voorkeur gaat deze lip aan de andere lange zijde van de centrale kern 10 over in een verdere lip 17 die een- vloeiende overgang realiseert tussen het beglazingsprofiel en de glaslat 11, waardoor de mo-30 gelijkheid dat water binnendringt tussen de glaslat en het profiel wordt geëlimineerd.

Vanwege de soepele eigenschappen van in het bijzonder het uiteinde van de lip 15 is het mogelijk om aan de hand van de stand van deze lip na montage af te lezen of het glas op de juiste wijze is geplaatst. 35 Tijdens montage zal namelijk dit buitenste gedeelte van de lip 15 plat tegen het glas komen aan te liggen en derhalve in dezelfde richting als het glas wijzen. Aan de buitenzijde valt nu door degene die het glas plaatst gemakkelijk te zien of een strook met een vooraf bepaalde breedte van deze lip plat tegen het glas gedrukt is en derhalve in de-40 zelfde richting als het glas gepositioneerd is. Gebleken is dat een 8201884 *v 6 platte rand van +2 mm een bruikbare indiactie vormt.

De lip 16 aan de rand van het glas toegekeerde zijde van het be-glazingsprofiel heeft in hoofdzaak dezelfde functie als de lip 15 aan de tegenover liggende zijde. In het bijzonder wanneer de glaslat 11 op 5 een ventilerende wijze is bevestigd, dat wil zeggen dat de glaslat 11 niet rechtstreeks op het kozijn is geplaatst maar onder tussenvoeging van steunblokjes 7, zoals getoond is in figuur 1, zal het mogelijk zijn dat er water via de ventilatiespleet binnendringt tot bij het glas en de lip 16 zorgt nu voor een waterkering op dit punt. Door windbelasting 10 kan het voorkomen dat de luchtdruk in de ventilatiespleet, dat wil zeggen aan de kozijnzijde van het beglazingsprofiel toeneemt. Om nu te vermijden dat het profiel door luchtdrukverhoglng de neiging heeft om af te wijken van de glaslat verdient het de voorkeur om aan deze korte zijkant een verdere lip 17 aan te brengen waarvan één zijde vlak aan-15 ligt tegen de glaslat terwijl de andere zijde tesamen met de ernaar toegekeerde zijkant van de lip 16 een uitsparing definiëert. Bij druk-verhoging in de ventilatiespleet zullen de lippen 17 en 16 nog sterker tegen de glaslat 11 respectievelijk tegen het glas aangedrukt worden, hetgeen de afdichtende en ondersteunende werking alleen maar verhoogt. 20 Wordt dit profiel ook aan de kozijnzijde gebruikt zoals het profiel 5b in figuur 1 dan dient deze verdere lip 16 in hoofdzaak voor extra tochtwering.

Het beglazingsprofiel volgens de uitvinding kan met voordeel ook worden toegepast aan de kozijnzijde van het glas zoals in figuur 1 bij 25 het onderkozijn lb is geïllustreerd. De ondersteunende en afdichtende functie van het beglazingsprofiel is in dit geval geheel zoals in het bovenstaande is beschreven. Alleen de waterkering van de bovenste lip 15 heeft in dit geval geen betrekking op regenwater maar op eventueel condens- en/of schoonmaakwater. Zoals blijkt uit figuur 1 worden in dit 30 geval bij voorkeur bevestigingslatten 6b gebruikt die voorzien zijn van een uitsparing welke uitsparing tesamen met het kozijn la een sleuf bepaalt waarin het bevestigingsdeel 12 van het beglazingsprofiel kan worden ingebracht.

In figuur 1 is de situatie geïllustreerd die ontstaat wanneer een 35 reeds bestaand kozijn wordt voorzien van een beglazing gebruikmakend van een beglazingsprofiel volgens de uitvinding. Het zal echter duidelijk zijn dat nieuwe kozijnen kunnen worden voorbereid voor gebruik van het beglazingsprofiel volgens de uitvinding door de kozijndelen la en lb uit één stuk te vervaardigen met de respectievelijke steunlatten 6a 40 en 6b en daarin na het uitfreezen van de betreffende sleuven de begla- 8201884 7 zingsprofielen te monteren.

Bij het plaatsen van de beglazing worden op de gebruikelijke wijze de'afstandsblokjes 8 toegepast om ervoor te zorgen dat het dubbel glas 2 aan alle zijden een zekere afstand heeft tot aan het omringende ko-5 zijn.

In het bovenstaande is er vanuit gegaan dat het profiel wordt toegepast in een houten kozijn met houten glaslatten en bevestigingslat-ten. Er bestaat echter geen enkel bezwaar om de kozijnen, glaslatten en bevestigingslatten te vervaardigen uit andere materialen zoals kunst-10 stof of aluminium.

Bij beproeving van het profiel volgens de uitvinding volgens de NEN-norm 3631 is gebleken dat het profiel voldoet aan de hoogste klasse K10.

Het zal duidelijk zijn dat binnen het kader van de uitvinding di-15 verse wijzigingen en varianten mogelijk zijn.

t 8201884

Claims (7)

1. Beglazingsprofiel voor afdichting tussen het glas en de glaslatten of het kozijn, bestaande uit een profiel uit flexibel materiaal met in dwarsdoorsnede gezien een in zijn algemeenheid langgerekte cen- 5 trale kern, waarvan een in doorsnede lange zijkant komt aan te liggen tegen de glaslat respectievelijk het kozijn, terwijl de tegenover liggende lange zijkant voorzien is van een profilering, met het kenmerk, dat de profilering voorzien is van een ongeveer in het midden van de centrale kern buitenwaarts uitstekende, relatief minder veerkrachtige 10 verdikking alsmede aan de uiteinden van de lange zijkant vanaf de centrale kern schuin buitenwaarts uitstekende, relatief sterker veerkrachtige lippen.

2. Beglazingsprofiel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de in het midden van de centrale kern buitenwaarts uitstekende, relatief 15 minder veerkrachtige verdikking wordt gevormd door een deel van de centrale kern met plaatselijk grotere dikte-afmeting en een vlakke zijkant aan de glaszijde, in gebruikstoestand evenwijdig aan het glas waartegen deze vlakke zijkant komt te rusten.

3. Beglazingsprofiel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de 20 in het midden van de centrale kern benedenwaartse uitstekende, relatief minder veerkrachtige verdikking wordt gevormd door een aantal dicht bij elkaar geplaatste ongeveer even ver uitstekende ribben.

4. Beglazingsprofiel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het aantal gelijk is aan twee.

5. Beglazingsprofiel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat.de aan de uiteinden van de centrale kern schuin uitstekende relatief sterkere veerkrachtige lippen bestaan uit in doorsnede taps toelopende delen waarvan de zijkanten vloeiend overgaan in de lange zijkant aan de glaszijde van de centrale langgerekte kern respec- 30 tievelijk in de naar de rand van het glas of naar het midden van het glas toegekeerde korte zijkant van de centrale kern.

6. Beglazingsprofiel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat aan de naar de rand van het glas toegekeerde korte zijkant een verdere lip is aangebracht in de vorm van een taps toelopend deel waarvan één zijde 35 in het verlengde ligt van de lange zijkant die rust tegen de glaslat of tegen het kozijn en waarvan de andere zijde schuin verloopt in de richting van de betreffende korte zijkant van de centrale kern.

7. Beglazingsprofiel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan de zijde die tegen de glaslat of het kozijn komt 40 te rusten een uitstekend bevestigingsdeel is aangebracht bestemd om te 8201884 ‘ 9 worden ingestoken in een corresponderend sleuf in de glaslat of het ko zijn. *********** 8201884