NL8201230A

NL8201230A - Wrijvingswiel-overbrenging voor de aandrijving van een roterende zeefinrichting.

Info

Publication number: NL8201230A
Application number: NL8201230A
Authority: NL
Original assignee: Coop Landbouw Aan Verkoop
Priority date: 1982-03-24
Filing date: 1982-03-24
Publication date: 1983-10-17
Also published as: EP0090471B1; US4583415A; DE3361960D1; EP0090471A1

Description

82203 vA/mm

Korte aanduiding : Wrijvingswiel-overbrenging voor de aandrijving van een roterende zeefinrichting.

De üitvinding heeft betrekking op een inrichting voor de aandrijving van een roterende zeefinrichting, voorzien van tenminste ëën aandrijfaggregaat dat via een overbrenging is gekoppeld met ëën of meer roteerbare zeefoppervlakken, die 5 in een huis zijn ondergebracht.

Een inrichting van deze soort is beschreven in de Europese octrooiaanvrage, publicatienummer 0 027 296. Hierbij wordt de overbrenging tussen de hoofd-aandrijfmotor en de roterende zeefoppervlakken gevormd door een tandwielkast, 10 waarvan de uitgaande as rechtstreeks met de zeefoppervlakken is verbonden. Dit heeft tot gevolg, dat plotselinge of piekbe-lastingen op de zeefoppervlakken als stoten of schokken naar het aandrijfaggregaat worden overgebracht, dat hier tegen moet worden beveiligd. In de Europese octrooiaanvrage publicatie-15 nummer 0 027 297 is als beveiliging tegen schokken het aandrijf aggregaat zwenkbaar bevestigd, terwijl het aggregaat een uit-stekendereactie-arm draagt, die in een veerinrichting is bevestigd, waardoor het opnemen van de stoten en schokken mogelijk wordt.

20 Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een overbrenging tussen het aandrijfaggregaat en de zeefoppervlakken, welke eenvoudig is, lage opbouwmaten, heeft en eenvoudig kan worden onderhouden of verwisseld.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat 25 de overbrenging tenminste één wrijvingswiel omvat, waarvan het loopvlak in aanraking kan worden gebracht met tenminste één ringvormig aandrijfoppervlak aan de roteerbare zeefoppervlakken.

8201230 - 2 -

Door toepassing van deze wrijvingswieloverbrenging wordt een eenvoudige, goedkope constructie verkregen, die gemakkelijk kan worden onderhouden respectievelijk vernieuwd, zonder dat grote demontage-of .morjtage werkzaamheden noodzake-5 lijk zijn. Bij stoot-of schokbelastingen kan een grotere of kleinere slip van het wrijvingswiel optreden, zonder dat deze schokbelastingen op het aandrijfaggregaat worden overgenracht.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de overbrenging voorzien van een instelbare veerin-10 richting waarmede het wrijvingswiel tegen het ringvormige aandrijf oppervlak wordt aangedrukt. Door deze instelbare veerkracht wordt een optimale aandrukkingskracht van het wrijVingswiel tegen het aandrijfoppervlak verkregen, waardoor bij excessieve stoten of schokken slip in de overbrenging optreedt en 15 het aandrijfaggregaat gespaard blijft.

Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de uit-vindina draagt het wrijvingswiel een luchtband. Deze luchtband kan gemakkelijk variaties in de onrondheid van het ringvormige aandrijfoppervlak opnemen en absorbeert op soepele wijze de 20 kleine schokken of stoten die op het zeefoppervlak worden uitgeoefend, terwijl er pas bij zeer grote schok of stootbelas-tingen slip optreedt.

Bij een weer andere, gunstige uitvoeringsvorm van de uitvinding is het aandrijfaggregaat vrij van het huis van de 25 zeefoppervlakken opgesteld, waarbij het aandrijfoppervlak vanaf de buitenzijde van het huis voor het wrijvingswiel van de overbrenging toegankelijk is. Deze constructie heeft het bijkomende voordeel, dat het aandrijfaggregaat niet onder het huis van de inrichting is aangebracht, maar vrij toegankelijk is, 30 waardoor het voor onderhoud en/of eventuele vernieuwing gemakkelijk toegankelijk is, wat eveneens geldt voor het wrijvingswiel.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening in gedeeltelijke axiale 35 dwarsdoorsnede van een uitvoeringsvorm.

In de tekening is een gedeelte weergegeven van de omtrek van het roteerbare, bovenwaarts hellende, kegelvormige zeefoppervlak 1, dat om een (niet weergegeven), vertikale as draaibaar is in het huis 2. Aan de bovenzijde van het zeefop- 8201230 - 3 - pervlak 1 wordt (niet weergegeven) te zeven materiaal toegevoerd, waarvan de fijne component door het zeefoppervlak 1 heenvalt en de grove component over de rand van het zeefoppervlak wordt afgevoerd. Om de aandrijving tegen deze grove compo-5 nent te beschermen, is buiten de omtrek van het zeefoppervlak 1 de beschermingswand 3 ter plaatse van de uit-stekende kast 23 aangebracht. Deze beschermingswand 3 heeft een doorlaatopening 4 waardoorheen het horizontale been 5 steekt van het rondom de omtrek van het zeefoppervlak 1 lopende T-profiel 6. Aan 10 het horizontale been 5 is het ringvormige aandrijfoppervlak 7 bevestigd, waarvan de (denkbeeldige) rotatie-as samenvalt met de rotatie-as van het zeefoppervlak 1.

Dit ringvormige aandrijfoppervlak 7 is door een nis 8 in het huis 2 toegankelijk voor de luchtband 9 waarvan het 15 loopvlak 10 tegen het aandrijfoppervlak 7 aanligt. De luchtband 10 is bevestigd op het wiel 11 waarvan de naaf 12 met behulp van een bus 13 en een opsluitmoer 14 met ringplaat 15 is bevestigd op de uitgaande as 16 van het aandrijfaggregaat dat algemeen wordt aangeduid met 17. Dit aandrijfaggregaat om-20 vat een bij voorkeur elektrische motor 18 en een tandwiel-reductiekast 19 welke met behulp van een flens 20 en een aantal (niet weergegeven) moeren en bouten is bevestigd aan de schuifplaat 21. Deze schuifplaat 21 is van en naar het huis 2 verschuifbaar in (niet weergegeven) geleiders en is aan zijn 25 van het huis 2 afgekeerde zijde voorzien van een vertikale flens 22, terwijl onder aan het vaste deel van de uitstekende kast 23 voor de aandrijving, een eveneens vertikale flens 24 is bevestigd. Dokr deze flenzen 22 en 24 zijn in één lijn verlopende, van schroefdraad voorziene gaten aangebracht waar-30 door de schroefstang 25 loopt. Om deze schroefstand 25 is een drukveer 26 aangebracht, die is opgesloten tussen de flens 22 en een drukring 27 welke weer onder druk staat van een stel moer 28 die over de schroefstang 25 verplaatsbaar is. Met deze schroef 28 kan de druk worden ingesteld waarmede de luchtband 35 9 tegen het ringvormige oppervlak 7 wordt aangedrukt, terwijl de schuifplaat 21 steeds verend verschuifbaar blijft in zijn (niet weergegeven) geleiders.

8201230

Claims

1. Inrichting voor de aandrijving van een roterende zeefinrichting, voorzien van tenminste een aandrijfaggregaat dat via een overbrenging is gekoppeld met één of meer, roteer-5 bare zeefoppervlakken, die in een huis zijn ondergebracht, met het kenmerk, dat de overbrenging tenminste een wrijvingswiel (9-11) omvat, waarvan het loopvlak (10) in aanraking kan worden gebracht met tenminste een ringvormig aandrijfoppervlak (7) aan de roteerbare zeefoppervlakken (1).

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de overbrenging is voorzien van een instelbare veerinrichting (26-28), waarmede het wrijvingswiel (9-11) tegen het ringvormige aandrijfoppervlak (7) wordt aangedrukt.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 15 dat het wrijvingswiel een luchtband (9) draagt.

4. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het aandrijfaggregaat (17) vrij van het huis (2) van de zeefoppervlakken (1) is opgesteld, waarbij het aandrijfoppervlak (7) vanaf de buitenzijde van het 20 huis (2) voor het wrijvingswiel (9-11) van de overbrenging toegankelijk is.

5. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de rotatie-as van het wrij-vingswiel (9-11) evenwijdig loopt aan de vertikale rotatie- 25 as van de zeefoppervlakken (1).

6. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het ringvormige aandrijfoppervlak (7) aan de buitenomtrek (5,6) van de zeefoppervlakken (1) is aangebracht.

7. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 1-6, met het kenmerk, dat het ringvormige aandrijfoppervlak (7) met zijn rotatie-as vertikaal is aangebracht en de vorm heeft van een rechte cirkelcylinder.

8. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 35 1-7, met het kenmerk, dat de flens (20) van het aandrijfaggregaat (17) is bevestigd aan een schuifplaat (21) welke in geleiders verschuifbaar is naar en van het ringvormige aandrijf-oppervlak ( 7).

9. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 8201230 * - $ - 1-8, met het kenmerk, dat tussen een flens (22) van de schuifplaat (21) en een flens (24) van het vaste deel (23) van het huis(2)een drukveer (26) is aangebracht waarvan de veerspanning met behulp van instelmiddelen (27,28) kan worden 5 ingesteld. 8201230