NL8201047A - Verwarmingsketel voor het verbranden van geperste papierbalen. - Google Patents

Description

- 1 -

Verwar idngsketel voor het verbranden van geperste papier-balen.

De uitvinding heeft betrekking;op een verwarmingsketel voor het verbranden van geperste papierbalen, die bestaat uit een verbrandingskamer met brandstoftoevoeropening, een asval-verzamelkamer, die is aangebracht onder de verbrandingskamer, 5 en uit een brandstoftoevoertunnel, die is aangesloten op de brandstoftoevoeropening. Dergelijke verwarmingsketels zijn volgens het Duitse Gebruiksmodel 8 024 609 bekend.

Hoewel dergelijke verwarmingsketels principieel voldoen aan de eisen van een continue verbranding van geperste stro-10 balen maar ook van geperste papier- en kartonafval, is gebleken, dat verbeteringen daarop nog vereist zijn, in het bijzonder in het gebied van de verbrandingskamer, omdat de perfecte en optimale verbranding van papierbalen, die zijn geperst uit afvalpapier of afvalv erpakkingen, zoals gebleken 15 is zelfs aanzienlijk wordt beinvloed door schijnbare bijkomstigheden. Aan de uitvinding ligt daarom het probleem ten grondslag ook dergelijke "bijkomstigheden" beheersbaar te maken, dat wil zeggen de vuurhaarduitvoering in verbinding met de toevoer van primaire lucht met inbegrip van de afvoer 20 van as moet voor de verbranding van geperste papier- en kartonafval worden verbeterd.

Dit probleem wordt met eenverwarmingsketel van de soort, die in de aanhef is genoemd, volgens de uitvinding opgelost, doordat tussen de verbrandingskamer en de asvalverzamelkamer 25 een spleet voor asval en primaire lucht . is aangebracht in de vorm van een ten minste de halve bodem van de verbrandingskamer in beslag nemend rooster, en verder de asafstrijkelemen-ten, de verbrandingskamerbodem en de brandstoftoevoeropening ten opzichte van elkaar zodanig zijn aangebracht, dat het 30 onderste gebied van de vertikale vuurhaard zich bevindt buiten het werkingsgebied van het asafstrijkelement. Verdere gunstige ontwikkelingen zijn daarbij volgens de uitvinding mogelijk.

Aangezien geperst papierafval zich anders gedraagt, 35 wat de verbranding en asvorming betreft, dan bij voorbeeld geperst stro, is gebleken dat voor de toevoer van primaire lucht een spleet langs de achterwand van de verbrandingska- 8201047 - 2 - mer niet voldoendegeschikt is voor een optimaal wegbranden, omdat papier- en kartonafval in geperste vorm langzameer verbrandt dan de geperste strobalen. Bovendien moet er voor worden gezorgd, dat het vuur in het onderste gebied van het verti-5 kale vuurfront niet door een asafstrijkelement wordt gestoord. Wanneer men aan de verwarmingsketel een uitvoering geeft volgens de onderhavige uitvinding, ontstaat ook voor geperst papier- en kartonafval een optimaal wegbranden.

De as van dergelijk papierafval is namelijk betrekkelijk 10 zwaar en stroomt perfect door een rooster, waarmede er voor is gezorgd, dat primaire lucht van onder kan stromen tegen het reeds in de vuurruimte aanwezige baaldeel waardoor de vuurhaard in het onderste gebied wordt vergroot. Het asafstrijkelement, dat iets hoger is gesteld ten opzichte van het midden 15 van de baal, behoeft slechts het daarboven aanwezige rest-vlak meer of minder zacht van as te ontdoen. Overigens heeft men in dit verband met het asafstrijkelement een element ter beschikking voor het regelen van het vermogen, want wanneer men di t stilzet, blijft de as langer staan voor het vertika-20 le vuurfront, wat zich echter onmiddellijk laat voelen door een vermindering van het vermogen van de verwarmingsketel.

Voor het vrijhouden van de vuurhaard in het onderste gebied door niet plaats vindend afstrijken van as ontstaan verschillende mogelijkhede, die nog nader worden toegelicht.

25 De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld enige uitvoeringsvormen van de verwarmingsketel volgens de uitvinding zijn weergegeven. Daarin toont schematisch: fig. 1 een langsdoorsnede door de verwarmingsketel; 30 fig. 2 een langsdoorsnede door de verwarmingsketel in iets andere uitvoeringsvorm; fig. 3-5 dwarsdoorsneden door de verbrandingskamer van de verwarmingsketel in verschillende uitvoeringsvormen; fig. 6 in zijaanzicht een bijzondere uitvoeringsvorm 35 van het asafstrijkelement en fig. 7 een bovenaanzicht van het asafstrijkelement.

. Zoals uit fig. 1 blijkt, is voor het verbranden van geperste papierbalen de bodem van de verbrandingskamer ten minste voor de helft uitgevoerd als rooster 19, dat wil 40 zeggen in de helft, die zich bevindt onder het asafstrijk- 8201047 - 3 - element 9.

Voor de eis van een vrijmaken van het telkens onderste baalgebied en van een intensieve vuurvorming in dit gebied bestaan verscheidene mogelijkheden.

5 Volgens fig. 1 kan dit plaats vinden door lagere aan brenging van het roosterv lak ten opzichte van de onderrand 1' van de toevoeropening 1 voor brandstof. Volgens fig. 2 is het echter ook mogelijk het asafstrijkelement 9 iets naar boven te verplaatsen en volgens fig. 5 is het mogelijk de 10 vmirruimte in dwarsdoorsnede ellipsvormig >. respektievelijk ovaal uit te voeren, waardoor gedwongen bij centrisch gericht asafstriijkelement 9 het onderste gebied van de zich vormende vuurhaard daardoor niet wordt bereikt.

Niet slechts om vervaardigingstechnisc he redenen is 15 gunstig de toevoertunnel cirkelvormig uit te voeren (voor corresponderend geperste balen, die meer eenvoudige persinrichtingen verlangen), maar ook om verbrandingstechnische redenen, want daarmede wordtdebrandstof dadelijk toegevoerd aangepast aan het cirkelvormige werkingsgebied van het 20 draaiende asafstrijkelement 9 afgezien van het feit dat men van de cirkelvorm beter tot aan in dwarsdoorsnede ovaalvormige baalvervorming kan komen in het geb ied van de verbran-dingskamer 4.

De roosters 19 zijn, zoals uit de tekening blijkt, con-25 caaf naar omlaag door gewelfd of in dwarsdoorsnede V-vormig (fig. 4) uitgevoerd. Om het verbranden te bevorderen, is het noodzakelijk de warmte in de verbrandingskamer 4 te houden, dat wil zeggen deze verbrandingskamer kan voordelig, zij het op bekende wijze, worden bekleed met vuurvast mate-30 riaal, waarbij vormgevende vlakken onmiddellijk aan het vuurvaste . materiaal mee kunnen zijn gevormd, die de eventuele hoekige baal in dwarsdoorsnede onder de toevoerdruk cirkel-of ovaalvormig vervormen.

Het asafstrijkelement 9 behoeft overigens niet voor het 35 regelen van de toevoersnelheid axiaal verschuifbaar en van c arre spenderende impulsgeefelementen zijn voorzien, maar equivalent werkende middelen kunnen ook zijn aangebracht aan de transportelementen (niet weergegeven) in de toevoertunnel 14, die reageren wanneer een bepaalde tegendruk bij het oplopen 40 van de brandstofprop op het asafstrijkelement 9 ontstaat, 8201047 - 4 - i ' ' dat overigens in dit geval bestuurd door geschikte tasters on middellijk blijft staan om daarmede een vernieling van de frontale vuurhaard te verhinderen.

Voor de optimale verbranding van geperste papierbalen 5 is het overigens ook als een verdere ontwikkeling gunstig gebleken het asafstrijkelement volgens de fig. 6,7 in de vorm van een vlakke pijlvormig uitgevoerde lijst 21 aan te brengen, waarvan het voorvlak is bezet mét vaanachtig kleine verlengstukken 22, die ten opzichte van hun draaikringen 10 iets hoekig zijn geplaatst.

-Conclusies- 8201047

Claims (6)

1. Verwarmingsketel voor het verbranden van geperste pa-pierbalen, bestaand uit een verbrandingskamer met brandstof-toevoeropening, een asvalverzamelkamer, die is aangebracht onder de verbrandingskamer, en uit een brandstoftoevoertunnel, 5 die is aangesloten op de brandstoftoevoeropening, met het kenmerk, dat tussen de verbrandingskamer (4) en de asvalverzamelkamer een asval- en primaire luchtspleet in de vorm van een rooster (19) is aangebracht, dat zich uitstrekt over ten minste de halve bodem van de verbrandingska-10 mer, en asafstrijkelementen (9), de verbrandingskamerbodem (3) en de brandstoftoevoeropening (1) ten opzichte van elkaar zodanig zijn aangebracht, dat het onderste gebied van de vertikale vuurhaard zich bevindt buiten het werkingsgebied van het asafstrijkelement (9).

2. Verwarmingsketel volgens conclusie 1, m e t het kenmerk , dat het rooster (19) dwars op de toevoerrich-ting van de brandstof concaaf naar omlaag doorgewelfd of vlak V-vormig is uitgevoerd.

3. Verwarmingsketel volgens conclusie 1, m e t het 20kenmerk , dat het vlak van het rooster (19) dieper is geplaatst dan de onderrand (1') van de brandstoftoevoeropening (1).

4. Verwarmingsketel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de brandstoftoevoeropening 25 (1) en de toevoertunne- (14), die daarop aan de toevoerzijde aansluit, in dwarsdoorsnede cirkelvormig zijn uitgevoerd.

5. Verwarmingsketel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verbrandingskamer (4) in dwarsdoorsnede ellipsvormig is uitgevoerd met vertikaal 30 lopende grote hoofdas (20).

6. Verwarmingsketel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verbrandingskamer (4) is bekleed met vuurvast materiaal. 8201047