NL8200643A - Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen. - Google Patents

Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen. Download PDF

Info

Publication number
NL8200643A
NL8200643A NL8200643A NL8200643A NL8200643A NL 8200643 A NL8200643 A NL 8200643A NL 8200643 A NL8200643 A NL 8200643A NL 8200643 A NL8200643 A NL 8200643A NL 8200643 A NL8200643 A NL 8200643A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
flow
measuring line
water
probe
passage
Prior art date
Application number
NL8200643A
Other languages
English (en)
Other versions
NL177077B (nl
Original Assignee
Verheijen Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Verheijen Bv filed Critical Verheijen Bv
Priority to NL8200643A priority Critical patent/NL177077B/nl
Publication of NL8200643A publication Critical patent/NL8200643A/nl
Publication of NL177077B publication Critical patent/NL177077B/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47JKITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
    • A47J31/00Apparatus for making beverages
    • A47J31/44Parts or details or accessories of beverage-making apparatus
    • A47J31/54Water boiling vessels in beverage making machines
    • A47J31/542Continuous-flow heaters
    • A47J31/545Control or safety devices
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47JKITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
    • A47J31/00Apparatus for making beverages
    • A47J31/44Parts or details or accessories of beverage-making apparatus
    • A47J31/58Safety devices

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Apparatus For Making Beverages (AREA)

Description

* Ér Jr N.0. 30772 1
Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindi-catiemiddelen.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bereiden van dranken, voorzien van een koud water reservoir dat vla een leiding aangesloten is op een doorstroomverwarming, gepositioneerd op een niveau onder dit koud water· reservoir, en een vanaf de doorstroomverwar-5 ming opwaarts verlopende stijgleiding.
Inrichtingen voor het bereiden van warme dranken, bijvoorbeeld koffie of thee, voorzien van doorstroomverwarmingen, hebben het nadeel dat na langere of kortere gebruiksduur, afhankelijk van de hardheid van het gebruikte water, in het bijzonder in en in de nabijheid van de 10 doorstroomverwarming afzettingen optreden, die in het algemeen bekend staan onder de benaming kalkaanslag. Door deze kalkaanslag wordt de doorstroompassage door de verwarming en door althans een deel van de stijgleiding nauwer en wordt bovendien de warmte-overdracht vanaf de warmtebron in de doorstroomverwarming naar het door deze verwarming 15 stromende water verslechterd. Bij een te sterke kalkaanslag kan de temperatuur van de doorstroomverwarming zover oplopen dat zelfs gevaar voor beschadiging van de verwarming bestaat.
In de gebruiksaanwijzing van een dergelijke inrichting zal dan ook in het algemeen het voorschrift opgenomen zijn dat een dergelijke in-20 richting met bepaalde tussenpozen moeten worden gereinigd van kalkaanslag, bijvoorbeeld met behulp van een in de handel verkrijgbaar ontkal-kingsmiddel. Een dergelijke reinigingsbehandeling moet wel met een zekere regelmaat uitgevoerd worden om de inrichting in goede conditie te houden. De behandeling wordt in de praktijk echter veelal te laat uit-25 gevoerd en soms zelfs geheel vergeten met alle mogelijke schadelijke gevolgen van dien.
De uitvinding heeft nu ten doel een inrichting voor het bereiden van dranken te voorzien van middelen die tijdens het gebruik van de inrichting een indicatie verschaffen omtrent de mate van kalkafzetting en 30 daarmee aan de gebruiker een aanwijzing geven dat een reinigingsbehandeling moet worden uitgevoerd.
Deze doelstelling wordt bij een inrichting van in de aanhef genoemde soort gerealiseerd door een althans met een gedeelte van de stijgleiding parallel verlopende meetleiding waarvan althans het boven-35 einde uitmondt in de stijgleiding terwijl in de meetleiding tenminste een passage met relatief kleine doorstroomopening aanwezig is in de meetleiding boven deze passage een sonde is aangebracht voor het waar- 8200643 «ί* * ' Ν 9·
' 2 V
nemen van het watemiveau in de meetleiding. Tijdens de werking van de inrichting zal het door de doorstroomverwarming verwarmde water opgestuwd worden door de stijgleiding en een deel van dit water zal vanuit de stijgleiding ook terecht komen in de meetleiding, via de verbinding 5 tussen de stijgleiding en het boveneinde van de meetleiding. Aan het einde van het bereidingsproces bevindt zich geen water meer in de stijgleiding en, wanneer de relatief nauwe passage aan het onderuiteinde van de meetleiding nog steeds open is, dan zal ook in de meetleiding geen water meer aanwezig zijn, althans niet op het niveau waarop de 10 sonde is geplaatst. Wanneer echter.inmiddels de kalkafzetting zover is gevorderd dat deze nauwe passage grotendeels of geheel met kalkaanslag is gevuld dan zal er na het beëindigen van het bereidingsproces water in de meetleiding achter blijven ter hoogte van de sonde, of het water zal nog maar zo langzaam dalen, dat dit door de meetschakeling, waarop 15 de sonde is aangesloten, kan worden gedetecteerd.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting mondt het onderuiteinde van de meetleiding uit in het bovenste deel van de doorstroomverwarming. In dat geval zal er zowel via het bovenuiteinde als via het onderuiteinde water van een voldoend hoge temperatuur geleverd kunnen 20 worden aan de meetleiding, waardoor de kalkafzetting in de meetleiding tenminste in dezelfde mate plaats vindt als in de doorstroomverwarming en in de stijgleiding.
Een konstruktief eenvoudiger uitvoeringsvorm wordt verkregen indien het onderuiteinde van de meetleiding uitmondt in de stijgleiding. 25 Een compacte opbouw wordt gerealiseerd indien de tenminste ene passage met relatief kleine doorstroomopening wordt aangebracht nabij de uitmonding van het onderuiteinde van de meetleiding.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de tenminste ene passage tussen het ondereinde van de meetleiding en de stijg-30 leiding gerealiseerd door middel van een afdichtend in het ondereinde van de meetleiding passend plaatje voorzien van een met het gewenste aantal passages corresponderend aantal openingen. Daardoor is het mogelijk om, door verwisseling van het genoemde plaatje, de inrichting aan te passen aan bijvoorbeeld de capaciteit van de inrichting, het ge-35 bruiksdoel enzovoort.
Verdere voordelen en kenmerken van de uitvinding zullen worden beschreven aan de hand van de bijgaande figuren.
In figuur 1 is schematisch een uitvoeringsvoorbeeld van een in-richting voor het bereiden van dranken geïllustreerd waarin de uitvin-40 ding wordt toegepast.
8200643 < si > r V 3
Figuur 2 illustreert in meer detail alhoewel schematisch een mogelijke realisatie van de nauwe doorstroompassage.
De in figuur 1 getoonde inrichting bevat een koud water reservoir 1, via een leiding 2 aangesloten op een doorstroomverwarming 3, welke 5 doorstroomverwarming gepositioneerd is op een niveau onder dit koud water reservoir. Vanaf de bovenzijde van de doorstroomverwarming verloopt een stijgleiding 4 in opwaartse richting, waarbij het bovenste gedeelte van deze stijgleiding is afgebogen teneinde het door de doorstroomverwarming verhitte water te kunnen leveren aan een filtereenheid 6. Deze 10 filtereenheid 6 is geplaatst bovenop een drankopvangreservoir 7. Op het koud water reservoir 1 is tevens een koud water toevoerleiding 8 aangesloten via welke, na het openen van de kraan 9, koud water kan worden ingevoerd in het koud water reservoir 1. Een dergelijke inrichting is in meer detail beschreven in het Nederlandsche octrooischrift 158.067.
15 In het onderstaande zal de werking van deze inrichting in het algemeen kort worden besproken waarbij voor nadere details echter naar dit Nederlandsche octrooischrift 158.067 wordt verwezen.
Bij het begin van een bereidingsproces staat het water op het onderste niveau A. Door het openen van de kraan 9 wordt via de leiding 8 20 water ingevoerd in het koud water reservoir 1 tot het niveau B is bereikt, hetgeen door een sonde 14 wordt aangegeven. Daarna wordt de kraan 9 gesloten, de doorstroomverwarming 3 wordt in werking gesteld en er wordt water geleverd via de stijgleiding 4 aan de filtereenheid 6 net zolang, tot het water in het reservoir 1 gedaald is tot het niveau 25 A, hetgeen met een sonde 15 wordt aangegeven. Daarna kan de inrichting stoppen of de kraan 9 kan opnieuw worden geopend om koud water toe te voeren in het reservoir 1 om deze gehele bereidingsstap te herhalen.
Het aantal malen dat een dergelijke "charge" wordt verwerkt is instelbaar.
30 Afhankelijk van de hardheid van het gebruikte water zal er na kor ter of langer gebruik van de inrichting kalkafzetting plaats vinden, welke kalkafzetting het sterkst zal zijn in de hoger gelegen delen van de doorstroomverwarming 3 en in de stijgleiding 4. Om deze kalkafzetting te meten is nu volgens de uitvinding een meetleiding 10 aange-35 bracht parallel langs een gedeelte van de stijgleiding 4. De meetleiding 10 is aan de bovenzijde via een ruime opening aangesloten op de stijgleiding 4 zodat water daar gemakkelijk van de stijgleiding in de meetleiding kan stromen. De onderzijde van de meetleiding 10 is, via een in figuur 1 schematisch weergegeven passage 5 met relatief kleine 40 doorstroomopening aangesloten op de stijgleiding 4. Nabij het bovenein- 8200643 Λ •J*' 4 de van de meetleiding is een sonde 11 geplaatst, waarmee het al dan niet aanwezig zijn van water in de meetleiding kan worden geconstateerd. Deze sonde bevindt zich in ieder geval op een niveau boven het niveau waarop er bij normale werking van de inrichting water achter-5 blijft in de inrichting na afloop van het bereidingsproces.
Tijdens het bereidingsproces stijgt het kokende water op vanuit de doorstroomverwarming 3 en wordt opwaarts gestuwd door de stijgleiding 4. Een deel van dit kokende water zal terecht komen in de meetleiding 10. Zolang de relatief nauwe doorstroompassage 5 aan de onderzijde van 10 de meetleiding 10 niet verstopt is zal er na afloop van het leverings-proces, althans ter hoogte van de sonde 11 geen water in de meetleiding meer aanwezig zijn, omdat het water daaruit via deze relatief nauwe doorstroompassage 5 aan de onderzijde kan wegvloeien, zodat het water-niveau in de meetleiding 10 in ieder geval zal dalen onder het niveau 15 van de sonde 11.
Als echter het kalkafzettingsproces zover is voortgeschreden dat deze relatief nauwe doorstroompassage 5 door kalkafzetting geheel afgedicht is, dan zal er na een bereidingsproces water in de meetleiding 10 blijven staan en de aanwezigheid van dit water wordt gedetecteerd door 20 de sonde 11 die een signaal kan afgeven aan een meldinrichting 16, bijvoorbeeld voorzien van een lampje, waarmee aan de gebruiker wordt gemeld dat een ontkalkingsbehandeling uitgevoerd moet worden.
Alhoewel in figuur 1 schematisch een enkele doorstroomopening is getoond, is het ook mogelijk om een aantal relatief kleine doorstroom-25 openingen toe te passen. Een meer praktische oplossing is geïllustreerd in figuur 2, waarin een detaildoorsnede is geïllustreerd van de aansluiting van het ondereinde van de meetleiding 10 op de stijgleiding 4. In deze uitvoeringsvorm is de stijgleiding 4 voorzien van een opening in de zijwand alsmede van een rond deze opening aangebrachte aansluit-30 stomp 12. Het uiteinde van de meetleiding 10 is ingevoerd in deze aan-sluitstomp waarbij een van een aantal openingen voorzien plaatje 13 door de meetleiding 10 in de aansluitstomp 12 wordt ingeklemd. De bevestiging van de meetleiding 10 in de aansluitstomp 12 en de eventuele afdichting tussen de rand van het plaatje 13 en de aansluitstomp 12 kan 35 op willekeurige bekende wijze worden gerealiseerd.
Om te voorkomen dat tijdens het bereidingsproces de meldinrichting aanspreekt worden bij voorkeur maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat de meldinrichting pas na afloop van het leveringsproces door de sonde 11 geactiveerd kan worden. In de inrichting van figuur 1 zijn 40 bijvoorbeeld de sonden 14 en 15 aanwezig in het koud water reservoir 1 8200643 v ' •l·' «Sr 5 ’ r* om de niveau*s A en B te bewaken. Aan het einde van een charge-levering, wanneer het waterniveau gedaald is tot het niveau A in het reservoir 1, zal de met 15 aangegeven sonde een signaal leveren. Door dit signaal zal bij voorkeur met vertraging het signaal van de sonde 11 5 vrijgegeven worden. De meeste inrichtingen, werkend volgens het principe beschreven in het genoemde Nederlandse octrooischrift 158.067 zijn voorzien van een stuureenheid die een stopsschakelaar heeft, waarmee het bereidingsproces op elk willekeurig moment beëindigd of onderbroken kan worden. In dat geval kan de sonde 11 nog in kontakt staan met 10 water bij het optreden van dit stopsignaal zonder dat dit echter mag leiden tot activering van de meldinrichting.
Wanneer de doorstroompassage aan de onderzijde van de meetleiding 10 open is dan zal er bij beëindiging van het bereidingsproces geen water meer in de meetleiding 10 ter hoogte van de meetsonde 11 aanwezig 15 zijn zodat de sonde 11 geen signaal levert en de meldinrichting niet wordt geactiveerd. Is de doorstroompassage aan de onderzijde van de meetleiding 10 echter door kalkafzetting te klein geworden respectievelijk geheel afgesloten, dan zal er ofwel water met een zeer langzaam dalend niveau in de meetleiding 10 aanwezig zijn ofwel een stilstaande 20 hoeveelheid water tot aan de bovenzijde van de meetleiding 10 aanwezig zijn en in beide gevallen kan nu de sonde 11 bij beëindiging van het bereidingsproces, ook na een eventuele vertraglngstijd, nog in kontakt staan met water, dat zich in de meetleiding 10 bevindt waardoor de meldinrichting wordt geactiveerd nadat het signaal van de sonde 11 25 daarvoor is vrijgegeven.
Wanneer de nauwe doorstroompassage aan het onderuiteinde van de meetleiding nog niet geheel verstopt is, maar wel gedeeltelijk door kalkafzetting is opgevuld, dan zal na beëindiging van het bereidingsproces het waterniveau in de meetleiding 10 langzaam dalen. Volgens een 30 verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt nu een tweede, in de figuur niet getoonde sonde in de meetleiding 10 geplaatst op een niveau onder de eerste sonde 11 maar boven het niveau waarop er eventueel bij beëindiging van het normale bereidingsproces water in de inrichting achterblijft. Beide sonden in de meetleiding 10 worden aangesloten op 35 een meetinrichting, waarin het mogelijk is om het tijdverschil te meten tussen het tijdstip waarop het signaal van de bovenste meetsonde 11 optreedt en het tijdstip waarop het signaal van de verdere, niet geïllustreerde sonde in de meetleiding 10 optreedt. Is dit tijdverschil rela- * tief kort, dan impliceert dit dat de kalkaanslag nog relatief gering is 1 8200643 en het water nog met enige snelheid door de meetleiding naar beneden 6 kan dalen. Wordt dit tijdverschil echter groter, dan vormt dat een indicatie voor het feit dat de kalkafzetting toeneemt.
In de meetinrichting kan een eerste signaal opgewekt worden waarmee het reeds genoemde meldorgaan, bijvoorbeeld een rood waarschuwings-5 lampje, wordt geactiveerd indien het gemeten tijdverschil groter is dan een vooraf bepaalde waarde. De meetinrichting kan verder zodanig uitge-voerd zijn dat een tweede meldorgaan door een tweede signaal van de meetinrichting wordt geactiveerd indien het tijdverschil ligt in een vooraf bepaald gebied onder deze vooraf bepaalde waarde. Dit tweede 10 meldorgaan wordt dus geactiveerd als het water nog snel genoeg daalt om het eerste meldorgaan niet in werking te stellen, maar toch al zo langzaam, dat er sprake is van een zekere mate van kalkaanslag. Activering van dit tweede meldorgaan, bijvoorbeeld een anders gekleurd lampje, betekent dat niet al te lang meer gewacht moet worden met het uitvoeren ) 15 van een reinigingsbehandeling. Bet voordeel van dit tweede meldorgaan is, dat de gebruiker de gelegenheid heeft om de reinigingsbehandeling bijvoorbeeld in zijn werkzaamheden voor een komende periode in te passen, zonder dat deze reinigingsbehandeling al direct een dringend karakter heeft.
20 De in het bovenstaande als voorbeeld genomen inrichting kan ook zodanig uitgevoerd zijn dat het reservoir 1 in rusttoestand van de inrichting altijd vol is (niveau B in figuur 1). Ih de rusttoestand staat de sonde 11 dan in kontakt met water. Wordt nu hèt~bereidingsproces_in deze inrichting gestart, dan daalt het water in het reservoir 1 tot het 25 niveau A, waarna de kraan 9 wordt geopend om nieuw water in te voeren tot het niveau B weer is bereikt, waarna eventueel een nieuwe "charge" kan worden verwerkt.
In overeenstemming met de uitvinding kan nu, wanneer het water in het reservoir 1 gedaald is tot niveau A, maar voordat de kraan 9 wordt 30 geopend, gemeten worden of de sonde 11 al dan niet in kontakt staat met water. Staat de sonde 11 niet in kontakt met water dan is er nog geen sprake van kalkafzetting, of de kalkafzetting is nog slechts gering. Is de sonde 11 wel in kontakt met water, dan is er sprake van kalkafzetting. Ook in dat geval kan er gebruik gemaakt worden van een tweede 35 sonde onder de eerste sonde 11 of van een vertragingsorgaan om op de boven besproken wijze vast te stellen of het water in de meetleiding nog daalt, zij het langzamer dan in de situatie zonder kalkafzetting, of dat het water helemaal niet meer daalt. Op soortgelijke wijze als in het bovenstaande is besproken kan dan tenminste een meldorgaan worden 40 geactiveerd.
8200643 7 F—' ------- · — ΐ?·· «<t?· * van een bekend type is besproken zal het duidelijk zijn dat de uitvinding ook bij koffiezetinrichtingen van ander type kunnen worden toegepast. Wordt de uitvinding bijvoorbeeld toegepast bij een koffiezetmachine van een huishoudelijk type, voorzien van een koud water reser-5 voir, een doorstroomverwarming en een stijgleiding, dan kan in principe de meetleiding 10 op ongeveer dezelfde plaats parallel aan de stijgleiding 4 worden aangebracht; Het verschil met de in figuur 1 getekende inrichting is, dat bij een dergelijke koffiezetmachine van een huishoudelijk type er geen water in de inrichting achterblijft. Nadat al het 10 water door de inrichting is verwerkt zal de temperatuur in de door- stroomverwarming toenemen totdat een thermostaat de temperatuurstijging beperkt. De doorstroomverwarming wordt dan gebruikt voor het verwarmen van een warmhoudplaat, waarop de koffiepot geplaatst kan worden. De werking van de meetleiding 10 en de sonde 11 is in dat geval identiek, 15 alleen het signaal voor het vrijgeven van de meldinrichting zou nu bijvoorbeeld afkomstig kunnen zijn van de thermostaat waarmee de door-stroomverwarming in dergelijke huishoudelijke koffiezetmachines over het algemeen wordt bewaakt.
8200643

Claims (12)

1. Inrichting voor het bereiden van dranken, voorzien van een koud water reservoir dat' via een leiding aangesloten is op een doorstroomverwarming, gepositioneerd op een niveau onder dit koud water reser- 5 voir, en een vanaf de doorstroomverwarming opwaarts verlopende stijg-leiding gekenmerkt door een althans langs een gedeelte van de stijgleiding verlopende meetleiding waarvan althans het bovenuiteinde uitmondt in de stijgleiding, terwijl in de meetleiding tenminste een passage met relatief kleine doorstroomopening aanwezig is en verder 10 in de meetleiding boven deze passage een sonde is aangebracht voor het waarnemen van het watemiveau in de meetleiding.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het onderuiteinde van de meetleiding uitmondt in het bovenste deel van de doors troomverwarming.
3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het onderuiteinde van de meetleiding uitmondt in de stijgleiding.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tenminste ene passage met relatief kleine doorstroomopening aangebracht is nabij de uitmonding van het 20 onderuiteinde van de meetleiding.
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tenminste ene passage met relatief kleine doorstroomopening wordt gerealiseerd door middel van een afdichtend in de meetleiding passend plaatje voorzien van een met het gewenste aantal 25 passages corresponderend aantal openingen.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tenminste ene passage met relatief kleine doorstroomopening gepositioneerd is op korte afstand van het afleveruiteinde van de doorstroomverwarming.
7. Inrichting volgens een dr voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de sonde een uitgangssignaal afgeeft aan een meldinrichting, welke meldinrichting door de sonde in de geactiveerde toestand kan worden gebracht nadat de te leveren hoeveelheid koud water uit het koud water reservoir in de doorstroomeenheid is verwarmd en via 35 de stijgleiding aan de filtereenheid is geleverd.
8. Inrichting volgens· conclusie 7, voorzien van middelen waarmee een signaal kan worden afgegeven wanneer al het koude water is geleverd, met het kenmerk, dat de meldinrichting vrijgegeven kan worden na ontvangst van een signaal afkomstig van deze genoemde middelen.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het 8200643 ¥ .% ' signaal van de genoemde middelen wordt toegevoerd aan een tij dorgaan, waarmee dit signaal over een vooraf bepaalde tijd wordt vertraagd.
10. Inrichting volgens conclusie 7, voorzien van een thermostaat voor het meten van de temperatuur van de doorstroomverwarming, met het 5 kenmerk, dat deze thermostaat een vrijgeefsignaal levert aan de meldinrichting.
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in de meetleiding een tweede sonde is aangebracht onder de eerste sonde maar boven de passage met relatief nauwe 10 doorstroomopening, en dat beide sonden zijn verbonden met een meetschakeling waarmee het tijdverschil wordt gemeten van de tijdstippen waarop de signalen van de eerste en tweede sonde optreden.
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de meetschakeling het eerste meldorgaan activeert wanneer het tijdverschil 15 boven een vooraf bepaalde waarde ligt, terwijl een tweede meldorgaan wordt geactiveerd indien het tijdverschil ligt binnen een vooraf bepaald traject onder deze vooraf bepaalde waarde. ********** 8200643
NL8200643A 1982-02-18 1982-02-18 Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen. NL177077B (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8200643A NL177077B (nl) 1982-02-18 1982-02-18 Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8200643 1982-02-18
NL8200643A NL177077B (nl) 1982-02-18 1982-02-18 Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL8200643A true NL8200643A (nl) 1983-09-16
NL177077B NL177077B (nl) 1985-03-01

Family

ID=19839278

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8200643A NL177077B (nl) 1982-02-18 1982-02-18 Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL177077B (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0144111A1 (en) * 1983-11-30 1985-06-12 Verheijen B.V. Apparatus for preparing beverages comprising scale indication means
EP0350199A2 (en) * 1988-07-06 1990-01-10 Black & Decker Inc. Coffee brewing system
EP0350197A2 (en) * 1988-07-06 1990-01-10 Black & Decker Inc. Automatic coffee brewing apparatus

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0144111A1 (en) * 1983-11-30 1985-06-12 Verheijen B.V. Apparatus for preparing beverages comprising scale indication means
EP0350199A2 (en) * 1988-07-06 1990-01-10 Black & Decker Inc. Coffee brewing system
EP0350197A2 (en) * 1988-07-06 1990-01-10 Black & Decker Inc. Automatic coffee brewing apparatus
EP0350199A3 (en) * 1988-07-06 1990-05-30 Black & Decker Inc. Coffee brewing system
EP0350197A3 (en) * 1988-07-06 1990-06-06 Black & Decker Inc. Automatic coffee brewing apparatus

Also Published As

Publication number Publication date
NL177077B (nl) 1985-03-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4531046A (en) Beverage brewing apparatus with constant temperature water reservoir
US4464981A (en) Beverage making machine with hot water faucet
US4917005A (en) Beverage brewer with brewing temperature interlock
US4478139A (en) Beverage making machine
EP0244010B1 (en) Equipment for supplying hot water
US5372061A (en) Espresso/cappuccino apparatus and method
US4825758A (en) Coffee and tea making or brewing apparatus
JP3747156B2 (ja) 石灰沈着の電子的監視のための装置
RU2759316C2 (ru) Устройство для приготовления горячих напитков
GB2187936A (en) Beverage-making device
EP0079235B1 (en) Improvements in coffee-making machines
US4413552A (en) Coffee making machine
AU598618B2 (en) A coffee or tea brewing machine
US3552298A (en) Drip-type coffee maker
CN103889288A (zh) 流加热器
NL8200643A (nl) Inrichting voor het bereiden van dranken voorzien van kalkaanslagindicatiemiddelen.
NL9001631A (nl) Toestel voor het leveren van kokend water.
US7503287B2 (en) System, method and apparatus for heating water
CN101352314B (zh) 一种电热器具清洗提示方法及装置
NL1004985C2 (nl) Stoomketel met heet wateraftapmogelijkheid.
NL1003276C2 (nl) Inrichting voor het leveren van warm water.
JP3201680B2 (ja) 飲料抽出装置の給湯装置
US2065211A (en) Infusion making apparatus
US3425338A (en) Coffee brewing device
JP2018110695A (ja) 給湯装置

Legal Events

Date Code Title Description
A1C A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
R1B Notice of opposition during period of laying open
NP1G Not automatically granted patents, but text of patent specification modified with respect to the text of examined patent application
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 19950901