NL8104754A

NL8104754A - Flipperkast en daarvoor bestemde spelmogelijkheid.

Info

Publication number: NL8104754A
Application number: NL8104754A
Authority: NL
Original assignee: Bally Mfg Corp
Priority date: 1980-10-29
Filing date: 1981-10-20
Publication date: 1982-05-17
Also published as: JPS5818101B2; IT8149568A0; DE3141122A1; IT1142976B; FR2492673A1; AU7609781A; ES506629A0; ES8303928A1; JPS57103659A; BE890833A; LU83720A1; DK452781A; SE8106339L; CA1186353A; BR8106956A; GB2086239B; GB2086239A; US4354680A

Description

» -1- VO 2UUl'

Flipperkast en daarvoor "bestemde spelmogelijkheid.

De uitvinding heeft "betrekking op een flipperkast, meer in het "bijzonder een flipperkast met een nievcwe speelmogelijkheid.

Het ontwerp van het speelveld van een flipperkast is kritisch met betrekking tot het commerciële succes. Daartoe is een geschikte 5 combinatie van speelmogelijkheden gewenst, zodat het spelen daarmee ook aantrekkelijk wordt. Een flipperkast heeffc een aantrekkelijk, doch bepaald speelformaat met andere mogelijkheden, zoals het spelen met een ' aantal personen, samenstellende of bonusscoringssystemen, en de t'erug-: gave van een bonusbal, waarvoor een grote vraag op de markt bestaat.

10 . Aangezien ervaren spelers selectief zijn in de keuze van een flipperkast waarmee zij moeten spelen, kijken bezitters en toeleveringsbedrijven van dergelijke apparatuur constant naar een nieuw formaat spel en nieuwe mogelijkheden, die zowel voldoen aan de wensen van de speler als van de eigenaar. Onder de mogelijkheden in het spel behoren drempels, 15 : draaibare doorlaten, stootlijsten en speelopeningen.

Doel van de uitvinding is het verschaffen van een flipperkast met een nieuwe spelmogelijkheid.

Bijzonderheden van de uitvinding worden onder verwijzing naar de tekening besproken.

20 Daarin toont: figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een flipperkast voorzien van de middelen volgens de uitvinding; figuur 2 een gedeeltelijke doorsnede over de lijn II-ÏÏ van figuur 1, in het bijzonder de speelmogelijkheid van de flipperkast.

25 De flipperkast volgens de uitvinding omvat een naar omlaag hellend speelveld, een bal, middelen voor het op het speelveld brengen van de bal, een of meer draaibaar gemonteerde flippers nabij het speelveld voor het beïnvloeden van de bewegingen van de bal, alsmede een nieuwe speelmogelijkheid. Deze bestaat uit een buisvormig orgaan, met een invoer 30 en afvoer, welk buisvormige orgaan zich boven het speelveld bevindt en naar omlaag helt vanaf de invoer naar de afvoer, zodat als gevolg varde zwaartekracht een bal, welke de buis binnentreedt, naar de af voer rolt.

De nieuwe speelmogelijkheid omvat een invoerhelling, welke loopt vanaf het speelveld naar de invoer van de buisvormige orgaan, zodat een bal van-35 . af het speelveld naar omhoog in het buisvormige orgaan kan· rollen.

8104754 r t ΓΤ----: ; : — “Ί i : .-2-. ' ! I , : ! i 1 | ! De in. figuur 1 weergegeven flipperkast 10 heeft een eigenlijke .1 I " ; • kast 12, welke op poten 13 steunt ongeveer ter hoogte van het middel ! , van de speler. De kast 12 heeft een glazen havenplaat, waaronder het enigszins hellende en omrande speelveld 15 is aangebracht. Een met de i 5 hand bedienbaar toevoermechanisme 16 bevindt zich onder rechts in de ! j : hoek van het speelveld en wordt gebruikt om een ronde bal 18 naar het I * \ boveneinde van het speelveld 15 te stoten aan het begin van het spel.

* i ? ; De bal rolt dan onder invloed van zijn eigen gewicht over het enigszins i ; hellende speelveld tegen en langs de verschillende richt en trefmiddelen, i ; ' . i -:10 : welke· zich op het speelveld bevinden.

! i ' - . * ' ‘In de weergegeven inrichting zijn enkele de bal richtende I en. uitstotende middelen weergegeven, zoals afvoeropeningen 19, geleidings- ! - · ί | : rals 20, richtmiddelen 22, aanstoot lij sten 2h en terugspeelmiddelen 25.

i : De flippers 26, welke links en rechts door de bedieningsmiddelen 28 } 15 worden gecommandeerd, begrenzen een uitlaat 30.

; : ’ Een stel buitenomgaande geleidingen 32 bevinden zich aan de J ' * ; ! zijkant van het speelveld. Wanneer een bal eenmaal een dergelijke door- r „ ; laat is gepasseerd, is deze verloren en moet een volgende bal ter beschik- 1 i ! ί king staan om verder te spelen, dan wel is het spel voorbij. Een munt-20 ’ mechanisme 3¼ bevindt zich aan de voorzijde van de kast voor het opnemen vanhet juiste aantal munten, zodat een bepaald aantal spelers het spel kan aanvangen. Een achterkast 36 is voorzien van glas en heeft verschillende decoratieve en op het spel betrekking hebbende aanduidingen. De (' indicatiemiddelen 38 geven aan, welke speler aan de beurt is, terwijl 25 ! de score kO wordt aangegeven in digitale gegevens voor de betreffende speler.

Andere indicatiemiddelen, zoals bijv. lampjes hebben betrek-i king op de score, welke bal in het spel is, enz.

- De inrichting kan variëren met betrekking tot de bijzonderhe-30 den gericht op de score, terwijl de bal over het speelveld beweegt alsmede tegen de verschillende richt- en trefmiddelen. Wanneer een bal een trefmiddel raakt en dan al dan niet wordt teruggespeeld, heeft dit invloed op de score van de speler of een combinatie daarvan. Middelen als omschreven in de Amerikaanse octrooischriften U.093.232 en U.198.051 35 kunnen zijn toegepast met betrekking tot de totale score en voor het door lichtjes weergeven van de verschillende handelingen een en ander —— overeenkomstig een bepaalde logica van de inrichting, terwijl een bal " BTO 4 7 5 4 • S'.' --; .......— -- “ j ~~ ’ ί ..-3- • op het speelveld caramboleert.

Volgens de uitvinding is de speelmogelijkheid k2 boven het speelveld 15 aangebracht. Zoals blijkt uit figuur 2 bestaat deze uit een transparante cylindrisch gevormd buisvormig orgaan UU met een invoer k6 5 en een afvoer k8. Het buisvormige orgaan U8 is boven het speelveld 15 opgesteld en wordt aan de ene zijde bij 50 gesteund en aan de andere zijde bij 52, zodanig, dat dit orgaan vanaf de invoer k6 naar de afvoer 1*8 helt. De hellingshoek van het orgaan kk naar omlaag moet voldoende ' zijn om er zeker van te zijn, dat een bal, welke bij de invoer k6 in het; '10 . buisvormige orgaan kk komt steeds onder invloed van zijn eigen gewicht ’ naar de afvoer kQ rolt, waarbij wordt voorkomen, dat de bal binnen het ; buisvormige orgaan blijft steken.

Een helling 5¾ bevindt zich aan de invoer en strekt zich uit vanaf het speelveld 15 naar de invoer k6 van het husvormige orgaan kk 15 zodat een bal, welke zich op het speelveld beweegt, via de hélling 5^· en de invoer k6 in het buisvormige orgaan kk kan komen.

Alle delen van het buisvormige orgaan A^, welke zich boven het speelveld 15 bevinden en waar de bal zich in kan verplaatsen, bevinden zich op een voldoende afstand boven het speelveld 15, zodat een 20 bal 18 ongestoord onder het. buisvormig orgaan Uij· kan doorrollen.

De afvoer van het buisvormige orgaan hh is een holte, welke in de bodem van de buis W is gesneden met een voldoende diameter zodat de bal vrij uit het buisvormige orgaan op het speelveld 15 kan vallen.

25 Hoewel het bedoelde orgaan getekend is als een buisvormig deel, is de uitvinding ook van toepassing op andere organen, welke een baan boven het speelveld vormen. Hoewel is weergegeven, dat het buisvor-. mige orgaan vanaf de invoer naar de afvoer helt, is het ook mogelijk de bal van-de invoer naar.de afvoer van het buisvormige orgaan te stoten.

30 Voorts kunnen lampjes zich uitstrekken over de bodem van het buisvormige orgaan W·, welke steeds oplichten wanneer een bal in het buisvormige orgaan kk komt. Dit vereist een schakelorgaan aan de invoer van het buisvormige orgaan kk of langs de helling 5k om de lampjes te kunnen ontsteken. De lampjes en de bedrading kunnen:, zich in een buis- 35 vormig deel bevinden, dat loopt langs de bodemzijde van het buisvormige orgaan kk.

---- Uit het bovenstaande blijkt, dat de inrichting volgens de uit- 8104754 ‘

V

' >, % - I · -It- ' ί .- I , ί vinding nieuveispeelmogelijkheden biedt. j ( ï 1 ‘ 1 Het is duidelijk, dat bepaalde uitvoeringsvormen anders dan | i beschreven en besproken, mogelijk zijn zonder buiten het kader van de | I uitvinding te treden. ‘ ! ! · i i » .

I ' I -I " . ! ! - . ' i - ί : ' , | ' · . i

ί 1 ·· · I

• I * r ’ ' ^ l ; v I ! .; ' ‘ . -[- ;

i !. " . - - . - I

j I · »-- ·· · .. ! ! · i . · * i "ί v·: . . -. ' . .1- . I . ' - . ' 1 ; ' . . . | l 'v '·.··-·' · · ! ’ ί · ' - i ! ; . · · · i i ; . .

' - ! ·· · f r < i i - i i ' · .

1 i j 8104754

Claims

1. Flipperkast, bestaande uit een naar omlaag hellend speel- , veld, een bal, middelen voor het op het speelveld brengen van een bal, een of meer draaibaar gemonteerde flippers nabij het speelveld voor het ! 5 beïnvloeden van de bewegingen van de bal, voorzieningen, bestaande uit een baldragend orgaan, dat een baan bepaalt, waarover een bal kan rollen ‘ welk orgaan een invoer en een af voer heeft, zodanig, dat deze baan zich : boven het speelveld bevindt, middelen voor het overbrengen van een speel- ! r , · bal uit het speelveld naar de invoer van het baldragende orgaan, alsmede J * * i ;10 : middelen voor het doen be^-wegen van de bal vanaf de invoer van het ’ de bal steunende orgaan, over een baan via de afvoer terug naar het speel veld. r » ►

2. Flipperkast volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de f overbrengende middelen bestaan uit een helling aan de invoer, welke zich 15 vanaf het speelveld tot de invoer van het baldragende orgaan uit strekt, zodat een bal van het speelveld naar omhoog naar het de bal dragende orgaan kan rollen.

“ 3. Flipperkast volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het • i de bal dragende orgaan boven het speelveld is opgesteld, zodanig dat 20 . deze baan naar omlaag helt vanaf de invoer naar de afvoer, waarbij als gevolg van zijn eigen gewicht een bal, welke het orgaan binnentreedt over die baan naar de afvoer rolt.

4. Flipperkast volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het de bal dragende orgaan bestaat uit een buis, waarbinnen de bal kan rollen. 25

5- Flipperkast volgens conclusie U, met het kenmerk, dat een gedeelte van het buisvormige orgaan waarbinnen de bal rolt, transparant is.

6. Speelveld voor een flipperkast, bestaande uit een bal dragend orgaan, dat een baan vormt, waarover een bal kan rollen, welk 30 . orgaan een invoer en een afvoer heeft en zich boven het speelveld bevindt, middelen aanwezig zijn voor het brengen van een speelbal vanaf het speelveld naar de invoer van het een bal dragende orgaan en middelen voor het bewegen van de bal van de invoer van dat orgaan naar de afvoer via een baan terug naar het speelveld. 35 ?. Speelveld volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de overbrengende middelen bestaan uit een helling aan de invoer, welke zich van het speelveld naar de invoer van het een bal dragende orgaan uitstrekt, zodat een bal vanaf het speelveld naar omhoog in het baldragende 8 1 0 4 7 5 4 T ' 1 ‘ ' I ' , f ; · r*- •I I · ! orgaan kan rollen. * I I I ! 8. Speelveld volgens conclusie 6, met he-t kenmerk, dat de ι ! i I bewegende middelen bestaan uit een ondersteuning voor het de bal dragen- i { .'; i de orgaan boven het speelveld, zodanig dat deze baan naar omlaag helt i · : ! 5' vanaf de invoer naar de-.afvoer van dat orgaan, waarbij de zwaartekracht ; I oorzaak is, dat een bal, welke het een bal dragende lichaam binnentreedt ; . r * over die baan naar de afvoer rolt. j ι 9· -Speelveld volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het ' ' ' de-bai-dragende orgaan bestaat uit een buis, waarbinnen de bal kan rollen. "i > ’.· · ' ' ' . ' i · 10; :u:-. 10. Speelveld volgens, conclusie 93 met het kenmerk, dat het -! • *'·-·'· ’···.. 1 j 1 gedeelte van het buisvormige orgaan, waarbinnen de bal rolt, transparant - I : - - . · I ; ! is. :· .. · · t - : i . · ' . " - . .;|j ' ;.;,v V .... ... . > . 15; · V . V ·. ; - . \ r . . ï. ' - - V ' K - I -ι :' · .ι : · ! ·· .· ' " ' ' - i - } i - ' . * : * . ... / · j. . ’ : ’ ' ί f i * ·· ; . ; ι *· I v’ · ί 'v· · ·. -8^1 0 4 7 54------------