NL8103711A - Banddrijfwerk met een automatisch spanningregelmechanisme. - Google Patents
Banddrijfwerk met een automatisch spanningregelmechanisme. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8103711A NL8103711A NL8103711A NL8103711A NL8103711A NL 8103711 A NL8103711 A NL 8103711A NL 8103711 A NL8103711 A NL 8103711A NL 8103711 A NL8103711 A NL 8103711A NL 8103711 A NL8103711 A NL 8103711A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- wheel
- driving
- tire
- driven
- axial center
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16H—GEARING
- F16H7/00—Gearings for conveying rotary motion by endless flexible members
- F16H7/08—Means for varying tension of belts, ropes, or chains
- F16H7/10—Means for varying tension of belts, ropes, or chains by adjusting the axis of a pulley
- F16H7/14—Means for varying tension of belts, ropes, or chains by adjusting the axis of a pulley of a driving or driven pulley
- F16H7/16—Means for varying tension of belts, ropes, or chains by adjusting the axis of a pulley of a driving or driven pulley without adjusting the driving or driven shaft
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Devices For Conveying Motion By Means Of Endless Flexible Members (AREA)
- Transmissions By Endless Flexible Members (AREA)
- Transmission Devices (AREA)
- Gear Transmission (AREA)
- Pulleys (AREA)
Description
O* A
]
Reg.Nr. 116.179 RV/jb
Banddrijfwerk met een automatisch spanningregelmechanisme.
Be uitvinding heeft betrekking op een banddrijfwerk, en meer in het bijzonder op een banddrijfwerk. voorzien van een automatisch spanningregelmechanisme onder toepassing van een overbrengstelsel, bestaande uit.· een ringvormig onderdeel mét 5 een inwendige tandkrans op de binnenomtrek daarvan gevormd en een klein tandwiel met een diameter kleiner dan de diameter van de inwendige tandkrans, welk kleine tandwiel in ingrijping is met de inwendige tandkrans van het ringvormige onderdeel. Be uitvinding heeft ook betrekking op een banddrijfwerk van het in het voorgaan-10 de vermelde type, voorzien van een middel om te voorkomen dat de inwendige tandkrans buiten ingrijping met het rondsel raakt.
Een banddrijfwerk volgens de stand van de techniek, waarbij een getande band (bekend onder het handelsmerk van tijdband) toegepast wordt, die zich tussen een aandrijfwiel en 15 een aangedreven wiel uitstrekt, heeft tekortkomingen doordat, wanneer de op de band inwerkende aandrijfkracht te groot wordt, de getande band uitgerekt wordt aan de aandrijfzijde daarvan terwijl de niet-aandrijvende zijde van de band verslapt wordt, zodat het verslapte gedeelte van de band de neiging heeft om op de tanden 20 van het aangedreven wiel te bewegen wanneer de band in contact komt met het aangedreven wiel, hetgeen resulteert in niet-aandrijvende rotatie daarvan. Om dergelijke niet-aandrijvende rotatie te ver-- mijden, is een door een veer aangedrukte spanrol aangebracht om zodoende de verslapte zijde van de band aan te grijpen, waarbij ?5 een aanvullende spanning op het verslapte gedeelte van de band uitgeoefend wordt. De spanrol volgens de stand van de techniek heeft echter tekortkomingen doordat, wanneer de niet-aandrijvende zijde verslapt wordt en slap hangt boven een bepaalde limiet uit, de spanning van het verslapte gedeelte van de band de neiging 30 heeft om erg gering te worden en de niet-aandrijvende rotatie ge-makkelijk veroorzaakt wordt. Zodoende is de spanrol volgens de stand van de techniek geen ideaal middel om de spanning van de 8103711 - 2 - banή in een benddrijfwerk automatisch te regelen.
Het is derhalve een oogmerk van_ de uitvinding om de in het voorgaande vermelde tekortkomingen van de stand van de techniek te ondervangen door te voorzien in een verbeterd band-5 drijfwerk: met een automatisch spanningregelmechanisme. Bij een uitvoering van het banddrijfwerk volgens de uitvinding Strekt een band zich uit tussen een aandrijfwiel en een ringvormig aangedreven onderdeel, dat in aangrijping is met een aangedreven wiel, en varieert de afstand tussen de assen van het aandrijfwiel en het 10 aangedreven ringvormige onderdeel afhangende van de op de band inwerkende aandrijfkracht, om zodoende de bandspanning automatisch optimaal te stellen. Hierdoor wordt voorkomen dat de band enige niet-aandrijvende rotatie uitvoert , en. wordt de duurzaamheid van de band verbeterd.
15 Om het in het voorgaande vermelde oogmerk te vervullen, omvat een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding een aangedreven wiel met een axiaal middelpunt daarvan aangebracht op een lijn, een aandrijvend binnenwiel met een axiaal middelpunt daarvan aangebracht op de genoemde ene lijn, welk aandrijvend bin-20 nenwiel tanden op de omtrek daarvan gevormd heeft, een aandrijvend buitenwiel van ringvormig model, waarvan het axiale middelpunt verplaatsbaar is, welk aandrijvend buitenwiel een inwendige tand-krans op het binnenomtreksvlak daarvan gevormd heeft, welke inwendige tandkrans in ingrijping is met de tanden op het aandrijvende 25 binnenwiel, en een band, die in aandrijvende aangrijping is met het aangedreven wiel en het aandrijvende buitenwiel, welke band een zodanige lengte heeft dat het axiale middelpunt van het aandrijvende buitenwiel zich verplaatsen kan in een naar de slappe, zijde verschoven zone, begrensd aan de slappe zijde van de band door de 30 genoemde ene lijn en een loodlijn op deze ene lijn ter plaatse van het axiale middelpunt'van het aandrijvende binnenwiel, om zodoende de spanning van de band automatisch te regelen.
Een andere voorkeursuitvoering van de uitvinding omvat een aandrijfwiel met een axiaal middelpunt daarvan aan-'35 gebracht op één lijn, een aangedreven binnenwiel met een axiaal 8103711 a» * t - 3 - middelpunt daarvan aangebracht op de genoemde ene lijn, welk aangedreven binnenwiel tanden op de omtrek daarvan gevormd heeft, een aangedreven buitenwiel van ringvormig model, waarvan het axiale middelpunt verplaatsbaar is, welk aangedreven buitenwiel een in-5 vendige tandkrans op het binnen-omtreksvlak daarvan gevormd heeft, welke inwendige tandkrans in ingrijping is met de tanden op het aangedreven binnenwiel, en een band, die in aandrijvende aangrij-ping is met het aandrijfwiel en het aangedreven buitenwiel, welke band een zodanige lengte heeft dat het axiale middelpunt van het 10 aangedreven buitenwiel zich verplaatsen kan in een naar de slappe zijde verschoven zone, begrensd aan de slappe zijde van de band door de genoemde ene lijn en een loodlijn op de genoemde ene lijn ter plaatse van het axiale middelpunt van het aangedreven binnenwiel, om zodoende de spanning van de band automatisch te regelen.
15 Een ander oogmerk van de uitvinding is om te voorzien in een banddrijfwerk, die of het in hefc voorgaande vermelde aandrijvende binnenwiel in ingrijping heeft met de in het voorgaande vermelde inwendige tandkrans van het aandrijvende buitenwiel of het in het voorgaande vermelde aangedreven binnenwiel in 20 ingrijping heeft met de in het voorgaande vermelde inwendige tandkrans van het aangedreven buitenwiel, waarbij het banddrijfwerK voorzien is van een buiten aangrijping raking voorkomend middel dat een leiplaatorgaan bevestigd heeft aan ten-minste één zijvlak van hetzij het aandrijvende binnenwiel of het aandrijvende buiten-25 wiel hetzij het aangedreven binnenwiel of het aangedreven buitenwiel, om zodoende de zijbanden van de ineengrijpende wielen te geleiden om te voorkomen dat de inwendige tandkrans buiten aangrijping met het daarmee in ingrijping verkerende viel raakt.
Een -verder oogmerk van de uitvinding is om te 30 voorzien in een banddrijfwerk van het laatstgenoemde type met het buiten aangrijping raking voorkomende middel, waarbij ten--minste een gedeelte van de omtrek van het leiplaatorgaan zich naar buiten uitstrekt voorbij het buitenvlak van de in het voorgaande vermelde band in een positie waar de band in aangrijping is met of 35 het aandrijvende buitenwiel of het aangedreven buitenwiel.
8103711 P '*» * • - h - '
De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van in de tekeningen weergegeven uitvoerings-voorbeelden daarvan.
Figuur 1 is een gedeeltelijk weggesneden 5 schematisch zijaanzicht van· een banddrijfwerk volgens de stand van de techniek, waarbij een getande band toegepast wordt; figuur 2 is een gedeeltelijk weggesneden . schematisch! zijaanzicht van een eerste uitvoering van het banddrijf-werk volgens de uitvinding; 10 figuur 3 is een gedeltelijk weggesneden . schematisch zijaanzicht van een tweede uitvoering van het banddrijf-werk volgens de uitvinding; figuur 1* is een voor de toelichting dienend schema, waarin de werking van de uitvinding weergegeven is; 15 figuur 5 is een gedeeltelijk weggesneden zij aanzicht van een banddrijfwerk, dat voorzien is van een automatisch spanningregelmechanisme en een buiten aangrijping raking voorkomend middel volgens de uitvinding; figuur 6 is een doorsnede volgens VI-VI in 20 figuur,?: figuur 7 is een schematisch zijaanzicht va een gewijzigde uitvoering van het banddrijfwerk van figuur 5 volgens de uitvinding; en
figuur 8 is een doorsnede volgens VIJI-VIII
, 25 in figuur 7.
In figuur Ί is 1 een aandrijfwiel, is 2 een aangedreven wiel, is 3 een band, is 3a de aandrijfzijde van de band, is 3b de slappe zijde van de band, is U een veer, en is 5 een spanrol. In figuur 2 tot en met figuur k is 10 een aangedreven 30 wiel, is 11 een axiaal middelpunt van het aangedreven wie], is 12 een aandrijvend binnenwiel, is 13 een axiaal middelpunt van het aandrijvende binnenwiel, is 1¾ een aandrijvend buitenwiel, is 15 een naar de slappe zijde verschoven zone, is 16 een axiaal middelpunt van het aandrijvende buitenwiel, is 17 een band, is 17a de : 35 aandrijfzijde van de band, is 17b de slappe zijde van de band, is 8103711 , ' -· . » - 5 - 20 een aandrijfwiel, is 21 een axiaal middelpunt van het aandri j f-viel, is 22 een aangedreven binnenwiel, is 23 een axiaal middelpunt van het aangedreven binnenwiel, is 2¾ een aangedreven buiten-viel, is 25 een naar de slappe zijde verschoven zone, is 26 een 5 axiaal middelpunt van het aangedreven buitenviel, is 27 een band, is 27a de aandrijfzijde van de band, en is 27b de slappe zijde van de band. In figuur 5 t/m figuur 3 is 31 een aandrijfschijf, toont 31a tanden om in ingrijping te verkeren met een getande band, is 31b een inwendige tandkrans, is 32 een aangedreven schijf, is 33 10 een getande band, is 3^ een aandrijftandviel, is 35 een aandrijfas, is 36 een leiplaat, is 37 een bout, en is 38 een moer.
Vervolgens worden de voorkeursuitvoeringen beschreven.
Alvorens op de details van de uitvinding in 15 te gaan zal een kort overzicht gegeven worden van een banddrijf- werk volgens de stand van. de techniek aan de hand van figuur 1.
Een typerend banddrijfwerk volgens de stand van de techniek heeft een aandrijfwiel 1, een aangedreven wiel 2, en een getande band 3, die zich daartussen uitstrekt. Wanneer een grote aandrijfkracht op 20 de getande band 3 uitgeoefend wordt, wordt de aandrijfzijde 3a van de band 3 elastisch uitgerekt terwijl veroorzaakt wordt dat de slappe zijde 3b van de band 3 slap hangt. Als gevolg hiervan heeft de het slaphangende gedeelte van de band 3'neiging om op het aangedreven wiel 2 te bewegen wanneer de band 3 in contact komt met het >' 25 aangedreven wiel 2, hetgeen resulteert in niet-aandrijvende rota tie, wat een tekortkoming van het banddrijfwerk volgens de· stand van de techniek is. Om deze tekortkoming te ondervangen, is het de practijk geweest om een spanrol 5 toe te passen, die verend tegen de slappe zijde Jb van de band 3 aangedrukt wordt door een 30 veer It, om zodoende te verhinderen dat de slappe zijde 3b overmatig slap hangt.
Indien de mate van de slaphanging van de slappe zijde 3b van de band 3 echter te groot wordt zoals met de streepstippellijn 3b' in figuur 1 weergegevén is, wordt de uitrek-35 king van de veer It, die op de spanrol 5 inwerkt, groot en neemt de 8103711 .-6- verende kracht om de spanrol 5 omhoog te drukken af, zodat 4e spanning van de slappe zijde 3b omgekeerd evenredig wordt aan de aandrijfkracht. Meer in het bijzonder wordt voor een bepaalde'grote spanning op de aandrijfzijde 3a van de band 3 de spanning op de 5 slappe zijde 3b van de band 3 gering, zodat de niet-aandrijvende rotatie geroakkelijk veroorzaakt kan worden. Zodoende vormt het mechanisme volgens de stand van de techniek zoals in figuur 1 weergegeven geen ideaal middel om de bandspanning afgaande op de aandrijfkracht te regelen.
10 Bij èeneerste uitvoering van het banddrijf- werk volgens de uitvinding, die in figuur 2 weergegeven is, heeft een aangedreven wiel 10 een axiaal middelpunt 11 daarvan aangebracht op een lijn A en heeft een aandrijvend binnenwiel 12 een axiaal middelpunt 13 daarvan aangebracht op dezelfde lijn A. Een 15 ringvormig aandrijvend buitenwiel 1U, dat verplaatsbaar is, heeft een inwendige vertanding op het binnenomtreksvlak daarvan gevormd, en het aandrijvende binnenwiel 12 heeft drijfwerktanden op het buitenomtreksvlak daarvan gevormd om zodoende in ingrijping te komen met de inwendige vertanding van het aandrijvende buitenwiel 1¾. 20 Een naar de slappe zijde verschoven zone 15 onder de in het voorgaande vermelde lijn A wordt begrensd door de in het voorgaande vermelde lijn A en een loodlijn B op de lijn A, die zich omlaag uitstrekt vanaf het axiale middelpunt 13 van het aandrijvende binnenwiel· 12, en het aandrijvende buitenwiel 1¾ heeft een axiaal 25 middelpunt 16 daarvan verplaatsbaar in de naar de slappe zijde ve:— schoven zone .15. Een getande band 17 strekt zich uit tussen het aandrijvende'buitenwiel 1¾ en het aangedreven wiel 10 , en de lengte van de band 17 is zo gekozen dat de in het voorgaande vermelde verplaatsing van het axiale middelpunt 16 van het aandrijvende 30 buitenwiel 1¾ veroorloofd wordt. De aandrijfzijde 17a van de band 17 strekt zich uit boven de in het voorgaande vermelde lijn A van het aangedreven wiel 10 tot het aandrijvende buitenwiel lil, terwijl de slappe zijde 17b van de band 17 zich uitstrekt onder de in het voorgaande vermelde lijn A van het aandrijvende buitenwiel ik tot -35 het aangedreven wiel 10. Ofschoon bij de voorgestelde uitvoering 8103711 - 7 - een getande band toegepast is, is de uitvinding niet beperkt tot de toepassing van de getande band.
Figuur 3 toont een andere uitvoering van de uitvinding, waarbij een aandrijfwiel 20 een axiaal middelpunt 21 5 daarvan aangebracht heeft op één lijn A en een aangedreven binnenwiel 22 een axiaal middelpunt 23 daarvan aangebracht heeft op de lijn A. Het aangedreven binnenwiel 22 heeft drijfwerktanden op de omtrek daarvan gevormd, welke drijfwerktanden in ingrijping zijn met een op het binnenomtreksvlak van een ringvormig aangedreven 10 buitenwiel 2k gevormde inwendige tandkrans. Een naar de slappe zijde verschoven zone 25 onder de in het voorgaande vermelde lijn A wordt begrensd door de in het voorgaande vermelde lijn A en een loodlijn B op de lijn A, die zich omlaag uitstrekt vanaf het axiale middelpunt 23 van het aangedreven binnenwiel 22, en het aange-15 dreven buitenwiel 2k is verplaatsbaar onder het in de naar de „slappe zijde verschoven zone 25 houden van een axiaal middelpunt 26 daarvan.
Een getande band 27 strekt zich uit tussen het aandrijfwiel 70 en het aangedreven buitenwiel 2k en de lengte van de band 27 is zo 20 gekozen dat de in het voorgaande vermelde verplaatsing van het aangedreven buitenwiel 2¾ veroorloofd wordt, waarbij het axiale mi 1-delpunt 26 daarvan in de naar de slappe zijde verschoven zone 25 gehouden wordt. De aandrijfzijde 27a van de hand 27a van de band 27 strekt zich uit boven de in het voorgaande vermelde lijn A van 25 het aangedrevefl buitenwiel 2h tot het aandrijfwiel 20, terwijl de slappe zijde 27b van de band 27 zich uitstrekt onder de in het voorgaande vermelde lijn A van het aandrijfwiel 20 tot het aangedreven buitenwiel 2k.
In het kort komt de uitvoering van figuur 3 30 tot stand onder toepassing van het verplaatsbare aandrijvende tandwielorgaan van de uitvoering van figuur 2 als een verplaatsbaar aangedreven tandwielorgaan in figuur 3, terwijl het aandrijfwiel van figuur 3 niet verplaatsbaar gemaakt wordt.
De werking en het effect van het drijfwerk 35 met de in het voorgaande vermelde constructie volgens de uitvinding 8103711 - 8 - i ‘ zial nu toegelicht worden aan de hand van figuur it. In de figuur komt het aandrijvende "binnenwiel 12 in ingrijping met het aandrijvende buitenwiel 1U ter plaatse van een punt S. Een loodlijn C van het punt S naar een 'bovenste raaklijn aan zowel het aangedreven 5 wiel 10 als het aandrijvende buitenwiel 1^t heeft een voet T,. welke bovenste raaklijn de lijn van de aandrijfzijde 17a van de band 17 vertegenwoordigt. Een loodlijn D van het punt S naar een onderste raaklijn aan zowel het aangedreven wiel 10 als het aandrijvende buitenwiel 1*t heeft een voet I, welke onderste raaklijn de lijn 10 van de slappe zijde 17b van de band 17 vertegenwoordigt. Wanneer het aandrijvende binnenwiel 12 in de zin van de wijzers van het uurwerk roteert, wordt een aandrijfkracht X op de aandrijfzijde 17a van de band 17 uitgeoefend door tussenkomst van het aandrijvende buitenwiel 1U.. Indien de lengte van de loodlijn C van het punt S naar de 15 voet T vertegenwoordigd wordt door TS en de lengte van de loodlijn 0 tussen het punt S en de voet I vertegenwoordigd wordt door IS, dan wordt de op de slappe zijde 17b van de band 17 uitgeoefende spanning onder de in het voorgaande vermelde gesteldheden gegeven door (TS/IS)X.
20 Zodoende overschrijdt de spanning op de slappe zijde 17b van de band 17 nooit de op de aandrijfzijde 17a van de band 17 veroorzaakte spanning, en is de spanning op de slappe zijde 17b van de band 17 in hoofdzaak evenredig aan de spanning op de aandrijfzijde 17a daarvan. Als gevolg hiervan voorkomt de in het 25 voorgaande vermelde constructie volgens de uitvinding op doeltreffende wijze het bewegen van de band 17 op het aangedreven wiel als de band in contact komt met het aangedreven wiel en de daaruit voortvloeiende niet-aandrijvende rotatie, welke beweging en niet-aandrijvende rotatie in het banddrijfwerk volgens de stand van de 30" techniek optreden. In het voorgaande is de werking van de uitvoering van figuur 2 toegelicht aan de hand van figuur U, en de werk-king van de uitvoering van figuur 3 blijkt de terzake deskundige uit de voorgaande beschrijving, zodat de beschrijving van de werking hier niet herhaald zal worden bij de uitvoering van figuur 3.
8103711 - 9 -
Ofschoon het banddrijfwerk volgens de uitvinding bij voorkeur toegepast wordt op aandrijfmechanismen van rijwielen, kan de onderhavige uitvinding ook toegepast worden bij vele andere industriële mechanismen.
5 Zoals in het voorgaande beschreven, is bij het banddrijfwerk volgens de uitvinding de spanrol, die bij de stand van de techniek toegepast is, geëlimineerd en wordt de effectieve afstand tussen het aandrijfwiel en het aangedreven wiel in hoofdzaak in evenredig verband met de grootte van de aandrijfkracht 10 automatisch veranderd om zodoende een spanning op de losse zijde van de band te verschaffen, die samengaat me't de spanning op de aandrijfzijde daarvan, waardoor de niet-aandrijvende rotatie van de band voorkomen en de duurzaamheid van de band verbeterd wordt. Bovendien kan bij het banddrijfwerk volgens de uitvinding de weer-15 stand tegen aandrijving optimaal gehouden worden bij verschillende belastingen, en kan het automatische spanregelmechanisme van het banddrijfwerk volgens de uitvinding gemakkelijke toegepast worden op een wijde verscheidenheid van industriële gebieden.
Figuur 5 t/m figuur 8 tonen twee andere uit-20 voeringen van de uitvinding. Bij de uitvoering van figuur 5 heeft een ringvormige aandrijfschijf 31, die met het aandrijvende bui en-wiel 1 it van figuur 2 correspondeert, tanden 31a op het buitenom-treksvlak daarvan gevormd om zodoende in ingrijping te verkeren met de tanden van een getande band 33 en een op het binnenomtreksvlak 25 daarvan gevormde inwendige tandkrans 31b. Een aangedreven schijf t 32 heeft tandvieltanden 32a op het buitenomtreksvlak daarvan gevormd om zodoende in ingrijping te verkeren met de getande band 33 die zich uitstrekt tussen de aandrijfschijf 31 en de aangedreven schijf 32. Een aandrijftandwiel 3^, dat met het aandrijvende bin-30 nenwiel 32 van figuur Z correspondeert, is in ingrijping met de in het voorgaande vermelde inwendige vertanding 31b en is één geheel daarmee vormend bevestigd aan een aandrijfas 35·
Bij het beschouwen van figuur 5 en 6 wordt gezien dat een paar ringvormige leiplaten 36 aangebracht zijn op 35 tegenovergestelde oppervlakken van de aandrijfschijf 31 van deze 8103711 if* "V .
- 10 - - " uitvoering. De leiplaten 36 zijn aan- de aandrijfschijf 31 beves- tigd door bouten 3T en moeren 38 om zodoende het aandrijftandwiel 3*+ tussen de twee leiplaten 36 vast te houden.
Figuur 7 en 8 stellen een andere uitvoering 5 de uitvinding voor, waarbij een paar ringvormige leiplaten 36 aan een aandrijftandwiel 3^ bevestigd zijh door bouten 37 en moeren 38. Ten^minste een gedeelte van de buitenomtreksrand van elke lei- ' plaat 36 strekt zich naar buiten voorbij het buitenvlak van de getande band 33 uit bij een stand, waar de band 33 in aangrijping 10 komt met de aandrijfschijf 31.· Indien het gewenst is om de band 33 te geleiden bij de stand waar de band 33 in aangrijping komt met het aandrijfwiel 31 onder toepassing van de leiplaten 36 die bevestigd zijn aan de ringvormige aandrijfschijf met de inwendige töndkrans 31b, moet de buitendiameter van de leiplaat 36 groter 15 zijn dan de diameter van de aandrijfschijf 31 met de band 33 daarop gewonden. Indien de leiplaten 36 gemonteerd zijn op het aandrijftandwiel 3¾ zoals in figuur 7 en 8 weergegeven, kan de geleiding van de band 33 bij de stand waar de band 33 in aangrijping komt met de aandrijfschijf 31 gerealiseerd worden met een erg kleine 20 buitendiameter van de leiplaat 36, daar de. aandrijfschijf 31 verplaatst is ten opzichte van het aandrijftandwiel 3¾ en een gedeelte van de buitenomtreksrand van de leiplaat 36 zich naar buiten uitstrekt voorbij het buitenvlak van de band 33 bij de stand waar de band 33 in aangrijping komt met de aandrijfschijf 31.
25 De 'functie en effecten van de leiplaten 36 zullen nu toegelicht worden.
De inwendige tandkrans, die gevormd is op het binnenomtreksvlak van een verplaatsbare ringvormige aandrijfschijf en los in ingrijping komt met een tandwiel, verschaft de neiging 30 tot buiten aangrijping raking van het tandwiel om verschillende redenen: te weten, schuinte van tandvlakken, die door een hewer-kingsfout veroorzaakt zijn, versnelde slijtage van de tandvlakken | als gevolg van ongelijkmatige contacten van de samenwerkende tan- ! den, en ongelijkmatige slijtage van de tandvlakken, die door her- -35 haalde wrijvingscontacten gedurende de lange bedrijfslevensduur I .....__________ 8103711 - 11 - daarvan veroorzaakt worden. De in het voorgaande vermelde schuinte, versnel—de slijtage, en ongelijkmatige slijtage verschaffende neiging om een zijdelingse bewegingscomponent van de inwendige tand-krans in de richting van de rotatieas daarvan op te wekken, hetgeen 5 tot buiten ingrijping raking van de inwendige tandkrans van het tandwiel leidt. Ofschoon de opwekking van de in het voorgaande vermelde zijdelingse bewegingscomponent bij het in losse ingrijping verkerende paar, dat uit de inwendige tandkrans en het tandwiel bestaat, onderdrukt kan worden door toepassing van dubbele schroef-10 lijnvormige vertandingen in het paar, wanneer het banddrijfwerk met het automatische spanningregelmechanisme van de in het vocr-. gaande vermelde constructie van de uitvinding gemonteerd wordt op rijwielen, voertuigen, of andere bewegende machines, heeft de inwendige tandkrans, die in losse ingrijping verkeert met het tand-15 viel, de neiging om buiten ingrijping te komen met het tandwiel als gevolg van trillingen of schuine werking daarvan zelfs indien de dubbele schroeflijnvormige vertandingen daarbij toegepast worden . .
De uitvinding voorkomt deze buiten ingrijping 20 raking van de inwendige tandkrans van het tandwiel, dat in losse ingrijping daarmee verkeert, op een bedrijfszekere wijze, door een ringvormig leiplaatorgaan te monteren aan of de inwendige tandkrans of het tandwiel.
Meer in het bijzonder is bij een automatisch , 25 spanningregelmechanisme van een band 33, die zich uitstrekt tussen een verplaatsbare ringvormige schijf 31 met een inwendige tandkrans 31b op het binnenomtreksvlak daarvan gevormd om zodoende de losse ingrijping tot stand te brengen tussen een tandwiel 3^ en een schijf 32, die zich van de ringvormige schijf 31 op een variabele 30 afstand bevindt, de ringvormige schijf 31 met de inwendige tandkrans 31b vatbaar voor de in het voorgaande vermelde zijdelingse beweging ten opzichte van het tandwiel 3**. De onderhavige uitvinding voorkomt de in het voorgaande vermelde zijdelingse beweging en hetdaaruit voortvloeiende buiten ingrijping komen van de inwen--35 dige tandkrans 31b van het tandwiel 3^ door montering van een ring- 8103711 4 -v * Λ - τ2 - vormig leiplaatorgaan 36 op dé zijwand van of de inwendige tandkrans 31¾ of het tandwiel 3^. Zodoende verbetert de uitvinding de duurzaamheid van vertandingen door de in het voorgaande vermelde voorkoming van de zijdelingse beweging van de inwendige tandkrans, 5 waardoor de buiten ingrijping raking van de inwendige tandkrans van een daarmee samenwerkend tandwiel zelfs onder trillende of schuine gesteldheden voorkomen wordt, en worden de industriële ge- . . het bieden, waarop het banddrijfwerk met''automatisch spanningregelme-chanisme toegepast kunnen worden, aanzienlijk uitgebreid.
10 Bij de uitvoeringen van de uitvinding, die in figuur 5-8 voorgesteld zijn, is de inwendige tandkrans aangebracht op een aandrijfschijf, maar het is ook mogelijk om een inwendige tandkrans op een aangedreven schijf 32 a.an te.brengen en het leiplaatorgaan te monsteren op of de aldus gevormde inwendige 15 tandkrans van de aangedreven vielschijf of een tandwiel, dat met de inwendige tandkrans samenwerkt, om zodoende de in het voorgaande vermelde functies en effecten van de uitvinding te vervullen.
Bij de uitvoering van figuur 7 en 8 geleidt een gedeelte van de omtreksrand van het leiplaatorgaan 36 de band 20 33 altijd voor en gedurende de aangrijping van de band 33 met de schijf 31, zodat flenzen van de schijf 31 achterwege gelaten kunnen worden.-In het bijzonder wanneer de schijf voorzien is van tanden om met een getande band samen ie werken, verbetert de eliminatie van de flenzen het nuttig effect van -de bewerking de 25 schijf sterk en wordt hierdoor massa-produktie van de schijf vergemakkelijkt .
Ofschoon de uitvinding met een zekere mate van verb izondering beschreven is, dient wel te worden verstaan dat de gegeven beschrijving alleen bij wijze van voorbeeld bedoeld’ is 30 en dat men zijn toevlucht nemen, kan tot talrijke wijzigingen in constructiedetails en de combinatie en * uitvoering van delen zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
; Bij hét overbrengen van rotatie-energie van een aandrij.fwiel op een. aarigedreven wiel door tussenkomst van een -35 band wordt bij het hierbeschreven banddrijfwerk gebruik gemaakt 8103711 > * - - 13 - van een ringvormig buitenwiel, waarbij of het aandrijf- of aangedreven wiel aangebracht is in het centrale holle gedeelte daarvan, welk ringvormige buitenwiel een inwendige tandkrans op het binnen-omtreksvlak daarvan gevormd heeft om zodoende werkzaam in aangrij-5 ping te komen met hét buitenomtreksvlak van het in het centrale holle gedeelte daarvan aangebrachte wiel, ten-'einde energie van het buitenwiel op het wiel daarin over te brengen. De band strekt zich uit tussen het buitenomtreksvlak van het buitenwiel en het resterende exemplaar van de aandrijf- en aangedreven wielen, en het 10 buitenwiel is verplaatsbaar ten opzichte van het in de centrale holle ruimte daarvan aangebrachte wiel afhangende van de spanning van de band. Het banddrijfwerk kan een middel omvatten om te voorkomen dat de inwendige tandkrans van het buitenwiel buiten ingrij-ping raakt met het wiel dat in de centrale holle ruimte van het 15 buitenwiel aangebracht is.
j 8103711
Claims (5)
1. Banddrijfwerk met een automatisch span-ningregelmechanisme, "bestaande uit een aangedreven wiel met een axiaal middelpunt daarvan aangebracht op een lijn, een aandrijvend 5 binnenwiel met een axiaal middelpunt daarvan aangebracht op de genoemde ene lijn, welk aandrijvend binnenwiel tanden op de omtrek daarvan gevormd heeft, een aandrijvend buitenwiel van ringvormig model, waarvan het axiale middelpunt verplaatsbaar is, welk aandrijvend buitenwiel een inwendige tandkrans op het binnenomtreks-10 vlak daarvan gevormd heeft, welke inwendige tandkrans in ingrij-p'ing is met de tanden van het aandrijvende binnenwiel, en een band die aandrijvend in aangrijping komt met het aangedreven wiel en het aandrijvende buitenwiel, welke band een zodanige lengte heeft dat het axiale middelpunt van het aandrijvende buitenwiel 15 zich verplaatsen kan in een naar de slappe zijde verschoven zone, die begrensd wordt aan de slappe zijde van de band door de genoemde ene lijn en een loodlijn op deze ene lijn ter plaatse van het axiale middelpunt van het aandrijvende binnenwiel, om zodoende de spanning van de band automatisch te regelen.
2. Banddrijfwerk met een automatisch span- ningregelmechanisme, bestaande uit een aangedreven wiel met een axiaal middelpunt daarvan aangebracht op één lijn, een aandrijvend binnenwiel met een axiaal middelpunt daarvan aangebracht op de genoemde ene lijn, welk aandrijvend binnenwiel tanden op de omtrek 25 daarvan gevormd heeft, een aandrijvend.buitenwiel van ringvormig ! — model, waarvan het axiale middelpunt verplaatsbaar is, welk aan drijvend buitenwiel een inwendige tandkrans op het binnenomtreks-. vlak daarvan gevormd heeft, welke inwendige tandkrans in ingrijping is met de tanden van het aandrijvende binnenwiel, en een band die 30 aandrijvend in aangrijping komt met het aangedreven wiel en het aandrijvende buitenwiel, welke band een zodanige lengte heeft dat het axiale middelpunt van het aangedreven buitenwiel zich verplaatsen kan in een naar de slappe zijde verschoven zone, die begrensd wordt aan de slappe zijde van de band door de genoemde . 35 ene lijn en een loodlijn op deze ene lijn ter plaatse van het axi- 8103711 I 5 - 15 - ale middelpunt van het aangedreven binnenwiel, om zodoende de spanning van de band automatisch te regelen.
3. Banddrijfwerk volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het banddrijfwerk voorts bestaat uit een buiten aan-5 grijping raking voorkomend middel, voorzien van een leiplaatorgaan, dat gemonteerd is op de zijwand van of het aandrijvende buitenwiel of het aandrijvende binnenwiel dat in ingrijping is met de inwendige tandkrans van het aandrijvende buitenwiel, om zoodoende te voorkomen dat het aandrijvende binnenwiel buiten ingrijping met 10 de inwendige tandkrans raakt. U. Banddrijfwerk volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat ten-minste een gedeelte van de omtrek van het lei-plaatorgaan zich naar buiten uitstrekt voorbij het buitenvlak van de band bij een stand waar de band in aangrijping komt met het 15 aandrijvende buitenwiel.
5· Banddrijfwerk volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat het banddrijfwerk voorts bestaat uit een buiten aangrijping raking voorkomend middel, voorzien van een lëiplaator-gaan, dat gemonteerd is op een zijwand van of het aangedreven bui-20 tenwiel of het aangedreven binnenwiel dat in ingrijping is met de inwendige tandkrans van het aangedreven buitenwiel, om zodoende te voorkomen dat het aangedreven binnenwiel buiten ingrijping met de inwendige tandkrans raakt.
6. Drijfwerk volgens conclusie 5, gekenmerkt 25 doordat ten-minste een gedeelte van de omtrek van het leiplaat- orgaan zich naar buiten uitstrekt voorbij het buitenvlak van de band bij een stand waar de band in aangrijping krant met het aangedreven buitenwiel. ?. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld 30 in de beschrijving en/of tekeningen. 8103711
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP1980134609U JPS5846282Y2 (ja) | 1980-09-24 | 1980-09-24 | 内歯々車と内接噛合する外歯々車の噛合外れ防止装置 |
JP13460980 | 1980-09-24 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8103711A true NL8103711A (nl) | 1982-04-16 |
NL183104B NL183104B (nl) | 1988-02-16 |
NL183104C NL183104C (nl) | 1988-07-18 |
Family
ID=15132394
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8103711A NL183104C (nl) | 1980-09-24 | 1981-08-06 | Riemdrijfwerk met automatische riemspanningsregeling. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
JP (1) | JPS5846282Y2 (nl) |
NL (1) | NL183104C (nl) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS59115293A (ja) * | 1982-12-16 | 1984-07-03 | セキシンエンジニアリング株式会社 | スライドダンパ− |
-
1980
- 1980-09-24 JP JP1980134609U patent/JPS5846282Y2/ja not_active Expired
-
1981
- 1981-08-06 NL NL8103711A patent/NL183104C/nl not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL183104B (nl) | 1988-02-16 |
NL183104C (nl) | 1988-07-18 |
JPS5846282Y2 (ja) | 1983-10-21 |
JPS5758157U (nl) | 1982-04-06 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4342559A (en) | Drive system | |
EP0031215B1 (en) | Cycle derailleur | |
RU2597045C1 (ru) | Ременная приводная система | |
US4198876A (en) | Multi-stage sprocket assembly for a bicycle | |
EP0710192B1 (de) | Regelverfahren für ein stufenloses umschlingungsgetriebe | |
US20080073172A1 (en) | Park-position mechanism for engine | |
EP0005942B1 (en) | Cable conveyor system | |
US6022284A (en) | Apparatus for changing gear ratio in bicycles, especially in race bicycles | |
US3938403A (en) | Multiratio power transmitting device | |
JPH02293292A (ja) | 多段ギヤ装置 | |
CA1311742C (en) | Rope traction device | |
US6482121B2 (en) | Parallel dual shaft drive apparatus | |
JPS5899819A (ja) | 車輛用伝動装置及び同装置における駐車ブレ−キ | |
CN100572258C (zh) | 卷扬牵引机 | |
EP0218598A1 (de) | Differentialsperr-reibkupplung, gesteuert durch parallel wirkende viskosekupplung | |
US4182194A (en) | Free wheel hub with coaster brake | |
NL8103711A (nl) | Banddrijfwerk met een automatisch spanningregelmechanisme. | |
DE4420053A1 (de) | Rotationsübertragungsvorrichtung | |
DE2743595C2 (de) | Fliehkraftkupplung | |
US3344677A (en) | Rolling link bicycle chain | |
US4750376A (en) | Variable gear ratio/speed drive | |
DE69500447T2 (de) | Gangschaltungssystem | |
JPS5888258A (ja) | 浮動内接歯車組の防塵装置 | |
DE19609750A1 (de) | Stufenlos schaltbares Variogetriebe | |
EP0066929B1 (en) | Change-speed driving gear |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |