NL8102929A

NL8102929A - Veiligheidshaak.

Info

Publication number: NL8102929A
Application number: NL8102929A
Authority: NL
Original assignee: Dupre Sarl
Priority date: 1980-06-18
Filing date: 1981-06-17
Publication date: 1982-01-18
Also published as: DE3123892A1; GB2078293B; GB2078293A; US4432121A; FR2485137B1; IT8122427A0; FR2485137A1; BE889252A; SE8103792L; IT1136680B; SE456110B

Description

• ff j : VO 2053

Betr.: Veiligheidshaak.

De uitvinding heeft ais onderwerp een veiligheidshaak voor veer- krachtige hevestigings- en vastzetkahels van de "sandows"-soort.

Bij vele toepassingen wordt tegenwoordig, gebruik gemaakt van veerkrachtige kabels of koorden, "sandows" genoemd, voor het op imperi-'5 alen van motorvoertuigen en dergelijke stuwen van pakken of reisgoed.

In fig. 1 is de tot op heden toegepaste, algemeen bekende soort ; haak afgebeeld. Het verkeerde gebruik van "sandows" heeft altijd ten ' grondslag gelegen aan vele ernstige lichamelijke ongelukken (in hoofdzaak aan het gezicht). De oorzaken van deze ongelukken zijn ingeschreven en 10 : vinden plaats tijdens het op imperialen van voertuigen stuwen door uit-. : schieten van de metalen haak, waarvan de beugel, open is gegaan, door > uitschieten van de veerkrachtige kabel, voorzien van de plaatsingsring, ·. ; enz., waarbij het samenstel dwars door de schacht van de haak is gegaan.

I : Deze vervormingen en breuken zijn het gevolg van te grote spanningen <15 of cverbelastingen tengevolge.van de afstand, van de verahkeringspunten in vergelijking met de nominale lengte van de. sandows of veerkrachtige < ; kabels. Omdat de. sandows een gelijkblijvende-bruikbare lengte hebben.

; tussen hun twee uiteinden, is het duidelijk, dat.de. gebruiker in af-i hankelijkheid van de behoeften verschillende lengten sandows moet kiezen. 20 : In de practijk is vast te stellen, dat hij een enkele sandow gebruikt 1 met vastgestelde afmetingen voor zeer veranderlijke, belastingen en spanningen, waaruit ongelukken volgen, waarbij een vervorming of breuk ontstaat van de haak, hetgeen het uitschieten meebrengt van het haak-kabelsamenstel naar de gebruiker.

25 Twee met de sociale ontwikkeling verbonden verschijnselen werken mee tot het verergeren van het aantal ongevallen en hun gevolgen voor de fabrikant: - de ontwikkeling van de vrije tijd, die heeft geleid tot een uitbreiding van de klanten en tot behoefte aan het transporteren, dus stuwen van 30 steeds zwaardere en omvangrijker, immers steeds technischer reisgoederen en materieel (b.v. zeilplanken), - de ontwikkeling van de mentaliteit, die heeft geleid tot het door de koper denken, dat de daad van het kopen vergezeld gaat van een "verzekering voor alle risico's" met betrekking tot het gebruik van dit 35 ; produkt, waarbij men steeds veeleisender is geworden met betrekking tot 81 02 9 2 9 ί ! j' 1 -2- j .

de veiligheid van een produkt ongeacht het goede of verkeerde gebruik dat men ervan maakt..

I Rekening houdende met deze beperkingen en verschijnselen bestaat het door de uitvinding nagestreefde doel uit het verschaffen 5 \ van een produkt, dat de gevaren van toepassing door het uitschieten van het haak-kabelsamenstel in het geval van. breuk of vervorming onder- I I / \ drukt of maximaal.vermindert.

Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van ver-j anderlijke regelmogelijkheden van de lengte van sandows teneinde deze j 10 lengte aan te passen aan de afstand tussen de verankeringspunten en aan de.optimale belasting van de kabel, en dit onder voorkoming van het ui.tschiet.en van. het haak-kabelsamenstel in geval van breuk of vervorming.

Een ander doel is het verwezenlijken van een eenvoudige haak, ! 15 i' die met alle veiligheid een eenvoudig hanteren mogelijk maakt van .

] ; :’ veerkrachtige kabels met het oog op. hun.regeling.

De uitvinder heeft reeds haken verschaft.,, die. een regelmogelijkheid. geven van de spanning van.de veerkrachtige kabelstreng.

Dit is in het bijzonder het geval in de Franse octrooiaanvrage· 20; 2.1+27.508 en de bijbehorende aanvullingsaanvragen 78.22.059 en 78.37070 op naam van aanvrager.

Volgens de uitvinding wordt beoogd de voorgestelde haken nog te verbeteren door het op een bijzondere en rationelere wijze verdelen van de krachten als gevolg van belastingen van de veerkrachtige kabels .25 op het samenstel van de haak. Tenslotte is de regeling van de spanning van de veerkrachtige kabelstrengen vereenvoudigd en gemakkelijker gemaakt. Verder is het volgens de uitvinding mogelijk de veerkrachtige kabels zonder gereedschappen noch bijzondere technieken te monteren.

Bekend zijn de Franse octrooischriften 515.102 en 2.1+01.353, 30 en de Amerikaanse octrooischriften 1.36l.2l+9 en 1.1+59*329. Deze litera-tuurplaatsen hebben geen betrekking op de toepassing van veerkrachtige kabels, die "sandows" worden genoemd, waarvan de samenstelling en de daaruit voortvloeiende begrenzingen specifiek zijn en zonder enig verband met andere soorten kabels, zoals draadkabels of touwkabels.

35 Verder zijn de beoogde doeleinden en de gedachten van deze genoemde BI 02 9 2 9 ! i ί . : '· -3- octrooischriften totaal verschillend van die volgens de onderhavige ; aanvrage, hetgeen de heschreven uitvoeringsvormen niet anticipeerbaar maakt voor de kenmerken van de. uitvinding.

Volgens een eerste kenmerk van de uitvinding, is.de veiligheids-5 haak opmerkelijk,, andat hij. een kop omvat, in de vorm,van. een haak., ί die aan zijn onderste gedeelte is verlengd, enerzijds loodrecht op zijn lengtevlak en anderzijds aan weerszijden van. zijn onderste verbindings-eindgedeelte in de vorm van een dwarstunnel, die.de doorgang mogelijk : maakt van twee parten van een veerkrachtige kabel of sandow, in tweeën 10 gevouwen, welke tunnel een gesp bepaalt, en een uitstekend gedeelte, dat een bek vormt en met de betreffende wand van de. haak een open vernauwing bepaalt, waarbij de haak volgens de uitvinding zodanig is, i dat na het terugvoeren van het uiteinde van. de. kabel voor het vormen : van een lus, deze wordt aangebracht in de tunnel.en vervolgens zodanig .15 wordt aangetrokken, dat de lus langs de uitwendige ontrek loopt van de kop van de haak cm tenslotte tot aangrijping en door automatisch klemmen tot vastklemmen te komen in. het inwendige van de open en ge-: profileerde vernauwing.

Volgens een ander kenmerk is de vernauwing voor het opnemen en 20 : het vastklemmen van de lus van de veerkrachtige kabel over een hoek verspringend aangebracht t.o.v. de richting van de trekkracht, zodat de plaatsing van de kabel zich beweegt in twee verschillende opeenvolgende vlakken. De trekkracht stelt zich in in de richting van de dikte van het onderste lichaam van de haak.· / 25 De uitvinding wordt nader toegelicht aan de'hand van de tekening, waarin: fig. 1 de haak toont, zoals deze volgens de bekende stand van de techniek wordt gebruikt; fig. 2 een ruimtelijk aanzicht is van een eerste variant van 30 de onderhavige haak na aangrijping en uiteindelijke plaatsing van de veerkrachtige kabel; fig. 3 een aanzicht is in de richting van de pijl III in fig. 2; fig. een zijaanzicht is, dat in het bijzonder verschillende standen toont van de veerkrachtige kabel na het in de leitunnel 35 van de haak brengen daarvan tot aan zijn uiteindelijke verankeringsstand; F1T2 9 29 ' J+- fig. 5 een doorsnede is volgens de lijn V-V in fig. U; fig. 6 een tweede, uitvoeringsvariant toont van de haai.; fig. 7 eendoorsnede is volgens de lijn VII-VII in fig. 5; fig. 8 een aanzicht is van de in fig. 6 afgeheelde uitvoerings-5 variant, waarbij de verschillende spanningen zijn. weergegeven van het vrije einde en het gespannen einde; fig. 9 het gedeeltelijk losgemaakt zijn toont van het vrije einde, waarbij het gespannen einde in de verankeringsholte is gestoken en 10 fig. 10 schematische de aanbrenging toont van een tussenliggende haak aan het gespannen part.

De. in fig. 2 weergegeven haak wordt in zijn algemeenheid aan-! geduid door C en is uit een stuk vervaardigd, van., een willekeurig kunst stofïnateri aal en der gelijke.

: 15 , Volgens de uitvinding omvat de haak drie kenmerkende gebieden, t.w. respectievelijk de. kop 1 van de haak, de lei tunnel 2 voor de veerkrachtige kabel met een slap part CE en een gespannen part CE1, en het verankeringsmiddel 3 van deze laatste parten.

De amgebogen kop 1 van de haak is aan zijn onderste gedeelte 1 2 3 20 : tegenover het einde 1 van de haak verlengd door een verbreding 1 , die uitsteekt en de zijde begrenst van de opening van de haak. door het 3 halverwege liggen tussen de einden van de haak, welke verbreding 1 vervolgens is verlengd volgens een versmalling van zijn doorsnede tot k aan de voet 1 van de haak. Volgens een belangrijk kenmerk van de uit-25 vinding zijn aan weerszijden van de voet 1^ en loodrecht op de lengte-hartlijn XX van de haak een. lei- en inlaattunnel 2 voor de veerkrachtige kabel en een verankeringsmiddel 3 daarvoor verwezenlijkt.

Volgens een eerste uitvoeringsvariant, zoals afgebeeld in de fig. 2 en tl, bevindt het verankeringsmiddel 3 zich aan de zijde van het 30 eindgedeelte van de haak, waarbij de lei- en inlaattunnel 2 zich aan de andere zijde bevindt aan het achtergedeelte van de haak. Een tweede variant is afgebeeld, fig. 6, waarbij een omkering is toegepast van de plaatsen van het verankeringsmiddel en van de tunnel.

Volgens een ander kenmerk van de uitvinding zijn het verankerings-35 middel en de tunnel 2 zodanig aangebracht, dat zij zich niet in het 81 02 9 2 9 ' I : -5- ' zelfde vlak bevinden, als gevolg waarvan na aangrijping en uiteindelijke plaatsing van de kabel in zijn opneming, een plooi wordt veroorzaakt van de kabel, zoals blijkt uit fig. die het dus mogelijk maakt een nieuwe verdeling tot stand te brengen van de trekkrachten van de kabel ' 5 ; door ontbinding, zoals aan'geduid door de pijlen F1-F2.

. 1 Het verarikeringsmiddel 3 omvat een gedeelte, dat een bek 3 | 2 : vormt, die zijn oorsprong vindt aan de voet 1 van de haak en zich voort- i · zet volgens een vooraf bepaald profiel in de richting van het eindge- ' k 1 ...

1 deelte 1 van de kop van de haak. Deze bek 3 bepaalt met de geleidelij- 3 · · 10 ke verdikking 1 , die zich m het middengedeelte van. de haak bevindt, I een holte ν’ of vernauwing, waarin de veerkrachtige kabel .wordt aangegrepen en vastgehouden. Deze holte met een. langwerpige vorm,, is aangebracht volgens een lengtehartlijn YY, die in hoofdzaak in.het gebied | loopt van de voet van de haak, die. vlak is, waardoor een grote stijfheid I 15 ’ daarvan wordt gegarandeerd, waarbij in het geval van sterke spanningen op de kabel, de resulterende kracht F3 in de dikte van de voet van de haak is gericht..

De voornoemde holte 1^ heeft een doorsnede, die kleiner is ; dan de diameter van de ingestoken veerkrachtige kabel, teneinde deze 6 2 20 vast te houden. Aan de andere kant kunnen uitsteeksels 1 en. 3 zijn voorzien, die naar elkaar zijn gericht en aangebracht bij de ingang van de holte cm de plaatsing van de veerkrachtige kabel of sandow door vastklemmen te verzekeren. In de holte kunnen eveneens gebieden met een kleinere doorsnede zijn voorzien, die op elkaar, volgen voor het ver-25 zekeren van het vasthouden en klemmen van alle doorsneden van sandows.

De leitunnel 2 bevindt zich in het verlengde van de VQet van de haak, loodrecht of nagenoeg loodrecht daarop, en is uitgevoerd op een wijze voor het mogelijk maken van het aangrijpen van de veerkrachtige kabel na het omkeren van het vrije part voor het bepalen van een lus 8.

30 Deze laatste, zoals afgebeeld in fig. U, wórdt dan in de leitunnel 2 gestoken en wordt vervolgens volgens het lengtevlak van de haak getrokken voor het volgen van de uitwendige cmtrek van de kop 1 van de haak, waarna de lus wordt aangegrepen in de voomoemde holte 1 ^, waarin de lus wordt vastgehouden door vastdrukken en vastklemmen. Duidelijk 35 is in fig. de plaats afgebeeld van de kabel aan de haak met de ver- 81 0 2 9 2 9 | ; -6- kregen plooi van de kabel volgens zijn eindlus en volgens de parten ' CE-CE1. Het is duidelijk, dat er een betere verdeling is van krachten als gevolg van trekspanning, uitgeoefend op de kabel, en een vergemakkelijking van de montering. De regeling van de trekspanning en de lengte 5 ' van. het vrijblijvende part wordt zeer gemakkelijk verkregen door het losmaken van de lus uit de. holte 1^ onder het in het inwendige van de kop van de haak blijven...

3

Zoals afgebeeld in fig. 5, kunnen de inwendige wand 3 van de ver-

T

ankermgsbek en de tegenoverliggende wand T , die zich bevindt aan de k 8 ; 10 voet van de haak, een middennbbe 3 -1 hebben, die zodoende een vernauwing bepalen van de doorsnede van de. holte en.het vastklemmen ver— zekeren van de lus van de veerkrachtige kabel. Ook kan aan de, uitwendige: 9 . .

wand 1 van de voet van de haak en uitmondende m de verankerings— 10 .. . . . , .

tunnel 2 een ribbe 1 zijn voorzien, die de onafhankelijke geleiding ! 15 : verzekert van de parten vande. kabel, zoals dit blijkt uit fig. 7·

In fig. 6 is een uitvoeringsvariant afgebeeld van de onderhavige ' -\ haak (aangeduid door het verwijzingscijfer k) met een kop ^ , een.tunnel ‘2 k voor aangrijping van de. üus van de veerkrachtige, kabel en een verankeringsbek 4 , die met de achterwand 4 van de voet .Ir van de. haak : g '20: een geprofileerde holte Ir bepaalt, voor het mogelijk maken van het aangrijpen en door klemmen vastdrukken van.de lus van de kabel. Deze haak omvat alle of een gedeelte van de.voornoemde eigenschappen, beschreven voor de eerste variant. Met het verwijzingscijfer 5 is schematisch een pal aangeduid,, die de sluiting verzekert en de gren-25 deling van de haak aan zijn verankeringspunt.

De voordelen blijken duidelijk uit de beschrijving, waarbij in het bijzonder worden onderlijnd: het nieuwe ontwerp van de verahkeringshaak, uitgedacht voor zijn toepassing met veerkrachtige kabels of sandows, waarvan de specifi- .

30 teiten bijzonder zijn, de betere verdeling van belastingkrachten met betrekking tot de sterkste gedeelten van de haak, de vergrote veiligheid voor de gebruiker, die een veranderlijke regeling kan verzekeren van de spanning van de parten van de sandow 35 onder volkomen veilige omstandigheden. In fig. 8 is in het bijzonder ~ 81 02 9 2 9 ( i -—---———' --------------------------------------------------------------------- i I : -7 - het spanningsverschil afgeheeld van het vrije part t.o.v. het gespannen part door verschillen in doorsnede. Er is dus een mogelijkheid tot vergrote veiligheid aanwezig. Yoor het verzekeren van de. regeling van. de spanning van de sandow, verschaft de onderhavige haak aan de. ge-5 bruiker de mogelijkheid vooraf een van.de parten onafhankelijk, van de j andere los te maken uit dè verankeringsholte en vervolgens het verankerd blijvende part los te maken. Hiervoor is in fig. 9 bet gedeeltelijk losgemaakt zijn weergegeven van het vrije part,, waarbij het ge-i spannen part nog vast is gestoken in de verankeringsholte. Het losmaken 10 en het regelen vinden volledig veilig plaats, - de vergrote veiligheid, van de gebruiker, die een veranderlijke ! [ regeling kan verzekeren van de spanning van de sandow, waarbij de nuttige lengte (gespannen part ) van de sandow in. grote, mate .veranderlijk: , kan zijn, 15 - in. fig. 10 is een. aanvullende toepassing afgebeeld van de haak aan een gespannen part, welke haak een. tussenliggend.verankeringspunt bepaalt'tussen de einden van het gespannen.part, - eveneens wordt onderstreept,, dat de, haak wordt onderworpen, aan. krachten in een aantal, richtingen, wanneer hij is gemonteerd aan de .20: imperiaal van. een voertuig, en dat hi j.tengevolge van zijn.inventieve ontwerp belangrijke garanties verschaft, - de sandow vertoont zuivere uiteinden als gevolg van een met warmte supersoon doorsnijden, - tenslotte is de vervaardiging van de haak eenvoudig en goedkoop.

25 De uitvinding is op geen enkele wijze beperkt tot deze toepassingsmanieren en evenmin tot de uitvoeringsvormen van deze verschillende gedeelten, zoals meer in het bijzonder aangegeven, waarbij zij daarentegen alle varianten omvat.

81 02 9 2 9

Claims

5· Haak volgens de conclusies 1 en b, met het kenmerk, dat het O verankeringsmiddel een gedeelte omvat dat een bek (Ir3) vormt, die .............Π&ΊΤ2 9 2 9............................................................. i * ! j“"~ — “ ; e I- ; -9- : ’ t , ! i j : zich. uitstrekt vanaf de. voet van de haak en zich volgens een vooraf- ; bepaald profiel voortzet in de richting van het eindgedeelte. van de. : kop van de haak, welke hek met.de tegenoverliggende geprofileerde 6 ; wand van de haak een holte () bepaalt, waarin de. sandow wordt aange-5 ; grepen en vast gehouden.,
6. Haak volgens conclusie h of 5» met het kenmerk,, dat de. holte j I (r-U°) langwerpig is en aangebracht volgens een lengtehartlijn (Yï), ! die in hoofdzaak in het gebied, loopt van de voet van de haak. r . . j : 7· Haak volgens conclusie 4 of 5> met het kenmerk, dat de, holte 10 (l^-U^) aanliggende opeenvolgende'gebieden heeft met een verkleinde t doorsnede voor het verzekeren van de plaatsing en het door klemmen. ; vastdrukken van de sandow. I : 8. Haak volgens de conclusies 1 en 2, met.het. kenmerk, dat de in- i o t I ; wendige wand (3°) van de verankeringsbek (3 ) en de tegenoverliggende 15 ; wand (1 ) een middenribbe (3-1 ) vertonen, die een versmalling bepalen I van de doorsnede van de holte (1 ^) en het vastklemmen van de lus ; ! van. de sandow verzekeren.
9. Haak volgens conclusie 1, met het. kenmerk, dat aan de uitwendige ! ; wand () van de voet van de haak en uitmondende in de verankerings- 20. tunnel (2) een ribbe (1^°) is voorzien voor het verzekeren van het onafhankelijk geleiden van de parten van de sandow, 8102929