NL8102862A - Verwarmingstoestel voor het stoken van kolen en in- richting voor het ombouwen van een verwarmingstoestel van hout op kolen. - Google Patents

Verwarmingstoestel voor het stoken van kolen en in- richting voor het ombouwen van een verwarmingstoestel van hout op kolen. Download PDF

Info

Publication number
NL8102862A
NL8102862A NL8102862A NL8102862A NL8102862A NL 8102862 A NL8102862 A NL 8102862A NL 8102862 A NL8102862 A NL 8102862A NL 8102862 A NL8102862 A NL 8102862A NL 8102862 A NL8102862 A NL 8102862A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
combustion chamber
primary
heater
grille
opening
Prior art date
Application number
NL8102862A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Vermont Castings
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Vermont Castings filed Critical Vermont Castings
Publication of NL8102862A publication Critical patent/NL8102862A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24BDOMESTIC STOVES OR RANGES FOR SOLID FUELS; IMPLEMENTS FOR USE IN CONNECTION WITH STOVES OR RANGES
    • F24B5/00Combustion-air or flue-gas circulation in or around stoves or ranges
    • F24B5/02Combustion-air or flue-gas circulation in or around stoves or ranges in or around stoves
    • F24B5/021Combustion-air or flue-gas circulation in or around stoves or ranges in or around stoves combustion-air circulation
    • F24B5/026Supply of primary and secondary air for combustion
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24BDOMESTIC STOVES OR RANGES FOR SOLID FUELS; IMPLEMENTS FOR USE IN CONNECTION WITH STOVES OR RANGES
    • F24B13/00Details solely applicable to stoves or ranges burning solid fuels 
    • F24B13/02Arrangement or mountings of fire-grate assemblies; Arrangement or mountings of linings for fire-boxes, e.g. fire-backs 

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Solid-Fuel Combustion (AREA)
  • Baking, Grill, Roasting (AREA)
  • Cookers (AREA)
  • Resistance Heating (AREA)

Description

" N/30.287-tM/f.
v ; ........| .............................................. ' .................. .......
I I Verwarmingstoestel voor het stoken van kolen en inrichting ! voor het ombouwen van een verwarmingstoestel van hout op ; kolen.
! :
! I
j De uitvinding heeft in het algemeen betrek- | king op kolen stoken en in het bijzonder op een salonkachel om kolen te stoken met een hoog rendement.
| Kachels om kolen te stoken zijn al jarenlang i 5 beschikbaar. In Europa zijn ze eeuwenlang gebruikt waar betrekkelijk veel kolen zijn. De in de handel verkrijgbare Europese kolenkachels zijn daarom hoog ontwikkeld, verfijnd en in veel gevallen zeer doelmatig.
In Amerika zijn er net als hout betrekkelijk 10 veel kolen, die een betrekkëlijk goedkoop vervangingsmiddel i zijn voor olie, gas of electriciteit. Voor veel mensen bie- i den kolen voordelen boven hout wat betreft verkrijgbaarheid, ! kosten en opslageisen.
Ongelukkigerwijze echter kunnen kolen, anders 15 dan hout, belangrijk variëren in de eigenschappen, die ze | meer of minder geschikt maken om te stoken in een huiskolen-! kachel. Kolen zijn gevormd uit organisch materiaal onder grote druk over de jaren. Variaties.tussen kolen hebben betrekking op de verschillende klimatologische omstandigheden, 20 verschillende mate van bacteriële werking en de druk en i temperatuur tijdens de vorming van de kolen. Bijvoorbeeld kunnen kolen een hoog eigen vochtgehalte hebben tot 40% in bruinkool, verschillende hoeveelheden vluchtige bestanddelen, : waarbij een hoog gehalte aan vluchtige bestanddelen zeer 25 veel rook produceert bij stoken in de meeste ruimteverwar-mingstoestellen, en bijvoorbeeld verschillenden gehalten aan j as en vaste koolstof. Verder worden kolen geleverd met ver-: schillende deeltjesgrootte.
In Amerika in het bijzonder is het kolenstook-30 probleem zeer moeilijk als men probeert om het verbrandings-i rendement zo groot mogelijk te maken. De Europeanen hebben doelmatige kachels ontwikkeld en deze kachels werken met zeer ^ weinig moeilijkheden. Het geheim zit hierin, dat de Europese! ! kacheleigenaars Europese kolen stoken en Europese kolen zijn 35 gelijkmatig van grootte, hebben een betrekkelijk laag asge-j ; halte en de as valt gemakkelijk van de brandende kool af in 8102862 I ! een licht schilferachtig poeder. Europese kolenkachels zijn | ' daarom speciaal ontworpen voor dit type kool en dit type as.
| Ongelukkigerwijze maken de verschillen tussen Amerikaanse en i Europese kolen de Europese kachels in het algemeen ongeschikt | 5 voor een doelmatige werking, wanneer Amerikaanse kolen worden j i i | : gebruikt. Het uitschudden van de as en het onderhouden van de j juiste brandstofbeddikte blijken buitengewoon moeilijk te ! zijn. Amerikaanse anthraciet met variërende grootte en vorm j ] bijvoorbeeld, met zijn hoge gehalte aan vastere asklompen 10 verstopt voortdurend de roosters van de Europese kachels en verhindert de zuurstofstroming.
Daarom is een belangrijk doel van de uitvinding een verwarmingstoestel, waarmee op doelmatige wijze Amerikaanse kolen gestookt kunnen worden. Andere doe-15 len van de uitvinding zijn een kachel voor het stoken van : i kolen, die weinig onderhoud vraagt, een lange levensduur i i heeft, gemakkelijk te gebruiken is en langdurig gelijkmatig brandt. Nog een verder doel van de uitvinding is een ver-I warmingstoestel, dat kan worden omgebouwd om op doelmatige 5 20 wijze kolen of hout te stoken.
I | ! s De uitvinding heeft betrekking op een i i : I verwarmingstoestel, dat geschikt is voor het stoken van ko- j i | len. Het verwarmingstoestel heeft een warmtegeleidend frame ! dat een primaire verbrandingskamer omsluit, een geleidings-25: plaatsamenstel dat in gasverbinding staat met de primaire I verbrandingskamer om een lang inwendig warmtewisselkanaal i te verschaffen en een primair luchttoevoerkanaal voor het leveren van lucht die zuurstof bevat, die de verbranding I in de primaire verbrandingskamer bevordert. Een uitlaatope-j3Q ning voor de verbrandingsproducten is aangebracht aan het j ' I ; bovenste deel van het frame in gasverbinding met het gelei-; . dingsplaatsamenstel en dient als uitlaatpoort voor de ver- ! ; brandingsproducten.
Het verbrandingstoestel heeft een roos-35 tersamenstel voor het vasthouden van de kolen, waarbij het ! i roostersamenstel ten minste twee roosterelementen bezit, die elk draaibaar zijn om een (bij voorkeur horizontale) rotatieas, een voorste verticaal rooster, een achterste 1 verticaal rooster, eerste en tweede verticale zijroosters en 40 steunelementen, die het voorste verticale rooster boven het 81 0 2 8 6 2 -3- ί 1 niveau van de roteerbare roosterelementen ondersteunen om i · ! ; een horizontaal gerichte sleuf te verkrijgen, waardoorheen een slakkensteker kan worden ingestoken om de kolen in de ; primaire verbrandingskamer te stoken.
i c ! | . De uitvinding omvat verder maatregelen om ' Let roo ster same n s t e1 boven de primaire luchttoevoer voor de : primaire verbrandingskamer te ondersteunen en elementen, ! die verhinderen dat de primaire lucht uit de primaire ver-! brandingskamer treedt zonder eerst door het roostersamenstel lo te passeren. De kolentoevoer geschiedt door kolen uit een | bovenste deel van het verwarmingstoestel naar het rooster samenstel toe te voeren, bij voorkeur onder invloed van de I zwaartekracht.
; Volgens een ander aspect hebben de rooster- :15 ' elementen elk. een langwerpig getand deel en een centrale : i ...
.; steunbalk, die in het middenste deel ervan in de richting i ; loodrecht op het vlak. van het getande deel een afmeting | heeft die groter is dan de afmeting van de steunbalk in de | loodrechte richting aan het eind van het getande deel.
20 Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm • ! ' ‘ heeft het langwerpig -getande deel aan zijn einde een ringvormige kraag of flens, die samenwerkt met het verticale zij-: rooster om het roosterelement langs zijn horizontale rotatie-, i as op te nemen. Het roosterelement.kan daardoor in de hori- |25 - zbntale richting niet in zijn langsrichting bewegen.
Het kolentoevoersamenstel in een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft een | vast stortbakelement, dat samenwerkend is verbonden met een j bovenste framedeel om de kolen vanaf een opening in het bo- !30 ; venste framedeel te geleiden en een beweegbaar stortbakele-| i ment, dat verstelbaar is bevestigd op het vaste stortbakele- | ment aan een onderste deel daarvan om de kolen uit het vaste , stortbakelement naar de roosterelementen te geleiden. Het vaste stortbakelement heeft een constructie waarbij een eer-35 jste eri tweede onderdeel samenwerkend elkaar ontmoeten langs i ! een althans nagenoeg verticaal vlak, waardoor de onderdelen j de verstelbare stortbak in een vaste verticale stand houdt ; tijdens de werking van het verwarmingstoestel, j 1 Het schudsysteem, dat de roosterelementen 40. i heen en weer zwenkt, heeft meerdere zwenkarmen, waarbij elke ; 81 0 2 8 6 2 -4- : arm is verbonden met een roosterelement aan een roostereind ; met een als spie uitgevoerde dwarsdoorsnede, waarbij het eind i : i gaat door een overeenkomstig spievormig uitgevoerde opening i in de zwenkarm. De zwenkarmen zijn onderling verbonden met j 5 i een verbindingselement, dat de zwenkarmen synchroon om hun rotatieassen laat zwenken, waarbij een verschuivingselement is aangebracht, dat het verbindingselement heen en weer be- weegt langs een althans nagenoeg rechtlijnige baan, zodat de | ; roosterelementen heen en weer worden gezwenkt om hun rotatie- 10 assen door de zwenkarmen.
Bij voorkeur heeft het verbindingselement een lichaam, waarmede in één geheel voor elke zwenkarm een L-vormige lip is gevormd. Elke lip heeft een eerste dwarsdoorsnede bij het lichaam, waaraan de lip is bevestigd, en een 15 tweede sleutelbaardvormige dwarsdoorsnede opmeen afstand van het lichaam. Elke zwenkarm heeft een opening, waarvan de j ; dwarsdoorsnede overeenkomt met de tweede dwarsdoorsnede en ! aan de opening een dikte, die niet groter is dan de minimum-stand tussen het lipdeel met de tweede dwarsdoorsnede en het 20 lichaam. Daardoor kan een zwenkarm worden vergrendeld op de ! I : L-vormige lip en stabiel en stevig roteren om het deel ervan ' i I ! met de eerste dwarsdoorsnede.
j
Volgens een ander kenmerk van de uitvin-: ding wordt een ombouwpakket geleverd om een kachel voor het 25 stoken van hout om te bouwen op het stoken van kolen. De i | kachel voor het stoken van kolen, bijvoorbeeld de Vigilant | salonkachel van Vermont Castings wordt aanvankelijk geplaatst ί om op doelmatige wijze hout te stoken. De Vigilant houtkachel j ί heeft een warmtegeleidend frame dat een primaire verbrandings-|3Q kamer omsluit, een secundaire verbrandingskamer die in gas-verbinding met de primaire verbrandingskamer staat en een geleidingspiaatsamenstel, dat in gasverbinding met de se-! cundaire verbrandingskamer staat om een lang inwendig warmte-; wisselkanaal te verkrijgen. De Vigilant heeft verder een ver-35 ticaal georiënteerde omlaaggerichte geleidingsplaat, die de i primaire en secundaire verbrandingskamer scheidt, waarin een deel van de geleidingsplaat op een afstand van een bodemvlak | van het frame ligt om een opening te verkrijgen, die de primaire en secundaire verbrandingskamer verbindt en daar-40 tussen een gasverbinding vormt. Een primair luchttoevoer- 8102862 -5- kanaal levert lucht om de verbranding in de primaire ver-: brandingskamer te bevorderen, en een secundair luchttoevoer-kanaal strekt zich uit langs de neerwaarts gerichte gelei-| dingsplaat om voorverwarmde lucht voor de secundaire ver- i i .
| 5i brandingskamer te leveren aan de opening. Een uitlaatopening voor de verbrandingsproducten aan het bovenste deel van het frame staat in gasverbinding met het geleidingsplaatsamenstel om een uitlaatpoort voor de verbrandingsproducten te verschaffen.
10 De inrichting voor het ombouwen van kachels, zoals de Vigilant tot een verwarmingstoestel voor het stoken van kolen omvat een samenstel, dat verhindert dat voorverwarmde lucht aan de opening binnentreedt in de primaire verbrandingskamer en omvat een eerste onderdeel , dat de 15 uitlaatgassen uit de primaire verbrandingskamer richt door een eerste deel van de opening naar de secundaire verbrandingskamer om het lange warmtewisselkanaal te doorlopen en een tweede onderdeel, dat het overige deel van de opening blokkeert om te verhinderen dat secundaire lucht (of ver-20 brandingsproducten) uit de secundaire verbrandingskamer in de primaire verbrandingskamer stromen. Een roostersamenstel yoor het vasthouden van de kolen wordt verschaft, een steun-samenstel om het roostersamenstel boven de primaire luchttoe- ; t | yoer te houden en een samenstel, dat een heen en weer gaande !25' zwenking van het roostersamenstel bewerkstelligt. Tenslotte i 1 wordt een stortbak verschaft, die kolen uit een bovenste j | deel van het verwarmingstoestel naar het roostersamenstel ; richt door toevoer onder invloed van de zwaartekracht. Wat de verdere details betreft kan de ombouw van de Vigilant 30. kachel tot een kachel voor het stoken van kolen het bovenaangegeven algemene plan volgen.
Volgens de bij voorkeur toegepaste uit- I. voeringsvorm van de uitvinding is de kachel echter in het ; ! bijzónder voorzien van een wegneembaar deurelement, dat toe- 35 gang verschaft tot de secundaire verbrandingskamer om de daar- I ! ! in verzamelde as te verwijderen. Verder is een van een i .sleuf voorziene constructie aangebracht voor uit de primaire i verbrandingskamer ontsnappende gassen om deze vluchtige be-; standdelen naar de secundaire verbrandingskamer te richten.
40 Andere doelen, kenmerken en voordelen 8102862 -6- ; ! van de uitvinding zullen blijken uit de volgende beschrij- ! ving van een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de < | ; uitvinding aan de hand van de tekening, waarin:
Fig. 1 is een perspectivisch vooraanzicht j 5 van de buitenzijde van een verwarmingstoestel in een bij j j j voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Fig. 2 is een perspectivisch achteraanzicht ! | van de buitenzijde van het verwarmingstoestel in een bij : voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
1Ó Fig. 3 is een weggesneden perspectivisch | vooraanzicht van de binnenzijde van het verwarmingstoestel ; I ; van fig. 1 en 2, waaruit het voor het stoken van kolen dienende inwendige samenstel is verwijderd.
Fig. 4 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 15 4-4 van fig. 3.
' Fig. 5 is een dwarsdoorsnede volgens de I lijn 5-5 van fig. 4.
Fig. 6 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 6-6 van fig, 4.
; 20 Fig. 7 is een weggesnedèn perspectivisch vooraan zicht' van het verwarmingstoestel van fig. l en 2 met : inbegrip van het voor het stoken van kolen dienende samenstel | in de bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvin-j ; ding, ; 25 Fig. 8 is een dwarsdoorsnede volgens de | ; üjn 8-8 van fig. 7.
| Fig. 9 is een dwarsdoorsnede volgens de ! lijn 9-9 van fig, 8.
Fig. 10 is een dwarsdoorsnede volgens de 30 lijn 10-10 van fig. 9, i ; Fig. 11 is een bovenaanzicht van een hori zontaal roosterelement en fig. 12 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn 12-12 van fig, 7.
i 35 Volgens de bij voorkeur toegepaste uitvoe- : ringsvorjn van de uitvinding is het verwarmingstoestel van fig, 1-12 uitgevoerd voor het doelmatig stoken van kolen en : kan het ook. worden omgebouwd tot een verwarmingstoestel voor ; het stoken van hout, zoals hierna wordt beschreven. Omge-40 keerd kan het verwarmingstoestel aanvankelijk zijn .uitgevoerd , 8102862 -7- als een toestel voor het stoken van hout en kan het worden ; omgebouwd tot een kachel voor het stoken van kolen door ; toepassing van de beginselen en de constructie van de bij ! voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm. In de volgende beschrij-| 5 ving zal het dus duidelijk zijn, dat hoewel de kolenstook-uitvoering van het toestel op de eerste plaats zal worden ! beschreven, het afgebeelde verwarmingstoestel kan worden om- i i | gebouwd van een voor het stoken van hout dienende uitvoering | ; tot een voor het stoken van kolen dienende uitvoering en 10 omgekeerd.
| | Verwijzend naar fig. 1 heeft een verwar- i I mingstoestel 8 volgens de uitvinding een uitwendig frame 10, | i dat bij voorkeur is vervaardigd uit zwaar gietijzer. De zij- . i : i den 12a, 12b, de voorwand 12c met de deuren 12e, 12f, de ; i 15! achterwand 12g, de bovenwand 12h met de deur 14 en de bodem ! 12i van het frame zijn verbonden om een samenhangende lucht-; dichte eenheid te vormen. De voorste zwenkdeuren 12e, 12f I | maken het mogelijk het verwarmingstoestel aan de voorzijde I ; te openen om het desgewenst te laden en om de verbranding te |20 bekijken wanneer het verwarmingstoestel wordt gebruikt als ' open haard. Een bovendeksel 14 van het toestel heeft scharnieren 15a, 15b, waarmee het in een opwaartse stand kan zwen-j ken, zodat kolen kunnen worden geladen in een primaire ver-: hrandingskamer 16 (fig. 3) via een rookvrije laadinrichting 25 3.7 met dubbele deur. Het bovendeksel 14 is verbonden met een ; kleinere deur 17a en de combinatie is ontworpen om de opening ; althans nagenoeg vrij van verbrandingsgassen te houden wan-: neer het bovendeksel of. de deur 14 in de open stand wordt : gezwenkt. Zelfs als de kachel werkt, kunnen duskolen worden 3Q ingelaten door alleen ze te laten vallen in de onder invloed yan de zwaartekracht werkende stortbak 17b voor de primaire I yerbrandingskamer (fig. 7). Een vuurvaste afdichting rondom de bovenframe-opening zórgt dat de deksel 14 luchtdicht past ! op het frame.
35 i Verwijzend naar fig. 2 en 3 wordt lucht ! toegevoerd aan de primaire verbrandingskamer 16 via een pri-; maire inlaatpoort 18 en een primair luchttoevoerstroomkanaal ; | ! 20 (fig, 31. De inlaatpoort 18 wordt thermostatisch geregeld ; | door een thermostaat 21, die een klep 22 bedient, die een 40 opening 23 afdekt (fig. 6) in het achterste framedeel I2g.
81 02 8 6 2 -8- I 1 ! De thermostaat 21 is bijvoorbeeld een 5ΓΙ winding van himetal- i ! .
! lisch materiaal, die is verbonden met de klep 22 door een i ! buigzame ketting 24. Het verwarmingstoestel 8 is ook voor-! zien van een klepregelhefboom 25, een draaibare schoorsteen-| 5 pijpkraag en een met de hand te bedienen nachtluchtinlaat- | poort 27 in het zijdeel 12a (de nachtluchtinlaatpoort 27 wordt ! gebruikt wanneer het toestel werkt voor het stoken van hout) ; Zie de Amerikaanse octrooiaanvrage 046.326, ingediend 7 juni 1979 (een continuation van de Amerikaanse octrooiaan- I i **
I I
|l0 vrage 837.608, ingediend 28 september 1977), waarbij hier
! I
naar deze beide octrooiaanvragen wordt verwezen.
I ' Verwijzend naar fig. 3 zijn de elementen ! die nodig zijn voor het op doelmatige wijze stoken van ko- | len verwijderd en waarin op doelmatige wijze hout kan 15 worden gestookt, stroont de door de opening 23 (fig. 6) I binnentredende primaire lucht door het primaire luchttoevoer-kanaal 20 naar de primaire verbrandingskamer 16. De primaire . verbrandingskamer is in het algemeen gevormd door de althans nagenoeg vertifaaal georiënteerde, zich neerwaarts uitstrek-|20 kende vuurhaardachterplaat 28, de zijwanden 12a en 12b van | i het frame, de voordeuren 12e, 12f en de voorwand 12c van
: I
| | het frame en het bovenpaneel I2h en het bodempaneel 12i I . van het frame,
Het rechterdeel 29 van de vuurhaardachter-25' plaat 28 zorgt verder voor een gedeeltelijke scheiding i tussen de primaire verbrandingskamer 16 en datgene, dat | bij het stoken van hout wordt gebruikt als secundaire ver brandingskamer 3Q, Tijdens het stoken van hout staat.de | i secundaire verbrandingskamer in gasverbinding met de pri-I 3Q! maire verbrandingskamer via een opening 31 in de vuurhaard- I ; achterplaat 28. Zoals hierna wordt beschreven, is deze ope- ! ! nfng tijdens het stoken van kolen gedeeltelijk geblokkeerd | en dient deze gedeeltelijk om de verbrande gassen naar een lang warmtewisselkanaal te richten. Een gecombineerd pri-35 mair/secundair luchttoevoerstroomkanaal 32 (fig. 4) wordt i j voor de primaire en secundaire verbrandingskamer gevormd yana.f de thermostatisch geregelde inlaatpoort 18 en omvat | een eerste geperforeerde sectie 36 (fig. 41, die zich uit-
Strekt van de inlaatpoort 18 tot althans nagenoeg het begin :40 van de secundaire verbrandingskamer en een tweede geperfo-8102862 % -9- ί reerde of van openingen voorziene leiding 38/ die zich uit-I strekt binnen de secundaire verbrandingskamer langs een i onderste sectie van het vuurhaardachterplaatdeel 29 rondom de opening 31.
! 5I Verder is een derde luchttoevoerkanaal 40 i aangebracht, dat kan worden gebruikt om lucht toe te voeren uit de met de hand geregelde inlaat 27 (fig. 2) aan de se-: cundaire verbrandingskamer om een minimale stookwerking van hout te onderhouden tijdens de nacht of andere bepaalde ilO perioden van werking met lage warmte-opbrengst. Het luchttoevoerkanaal 40 voert verder aanvullende zuurstof voor j secundaire verbranding in de secundaire verbrandingskamer van de producten van de primaire verbranding bij het stoken van hout.
15 Achter de vuurhaardachterplaat 28 bevindt zich een aantal aansluitende rookkanalen 104, 106, 108 (fig.
| ; 4). Deze kanalen richten de afgewerkte rookgassen uit de ! I secundaire verbrandingskamer langs een lang warmtewisselka-| ! naai, eerst naar het linkereind van het toestel (gezien vanaf i20 de voorzijde), dan in een opwaarts kanaal of doorgang 106 | terug naar het rechterdeel van de kachel en dan verder om-| hoog in het bovenste kanaal 108 en terug naar het linkerdeel ί : van de kachel, waar ze uiteindelijk uittreden door de 1 schoorsteenpijpkraag 26. De secundaire verbrandingskamer, 25 samen met de rookkanalen vormt de vuurgang. Daar de hitte I ! van de rookgassen aanzienlijk is en wordt overgebracht op ' i ; de oppervlakken van de kachel, wanneer de rookgassen de kana-: len doorlopen, wordt een belangrijke hoeveelheid warmte af-| i gegeyen aan het vertrek inplaats van dat deze verloren gaat j3Q door de schoorsteen. Daar de kanalen grenzen aan de primaire : verbrandingskamer, worden hogere temperaturen gehandhaafd binnen de primaire verbrandingskamer, hetgeen helpt om de .!. vluchtige gasvormige producten uit de brandende brandstof te verbranden, j 35 De schoorsteenpijpkraag 26 is bij voorkeur i draaibaar, zodat het toestel met een horizontale afvoer of een verticale afvoer kan werken. De schoorsteenpijpkraag is 1 bevestigd aan een schuin achterdeel 50, dat is bevestigd op | het achterste en bovenste framedeel van het toestel. De 40 schoorsteenpijpkraag is bevestigd op het schuine vlak van het 81 02 8 62 -10- 1 achterste deel door twee kraagbouten 56 (waarvan slechts één ! is afgebeeld). De twee bouten zijn aan tegenovergestelde zij-| ; den van de schoorsteenpijpkraag bevestigd, i - Verwijzend naar fig. 4 en 6 levert de i 5 I thermostatisch geregelde inlaatpoort 18 lucht voor de pri- : ί maire luchtstroom 20 alsmede de primaire/secundaire lucht- : stroom 32. De omgevingslucht treedt binnen door de opening 23 in de frame-achterwand 12g en wordt bijna onmiddellijk : verdeeld over de stroomkanalen 20/ 32 door een verdeelplaat 10 ! 70. Dat deel van de binnenkomende lucht dat passeert in het wordt ! stroomkanaal 32“gericht langs de vuurhaardachterplaat 28 en , gedwongen een baan grenzend aan de vuurhaardachterplaat te : volgen door een opsluitdeel 72. Het opsluitdeel 72 richt de ; luchtstroom naar de opening 31 in de plaat 28. Langs het :15 stroomkanaal 22 zijn er echter openingen 73 in d;e vuurhaardachterplaat 28, die een deel van de stroom richten naar de : primaire verbrandingskamer. Om bij het stoken van hout een althans nagenoeg gelijkmatige stroom van lucht in de opening 31 te verkrijgen, wordt het dwarsdoorsnede-oppervlak van 20 i het toevoerkanaal, dat is gevormd door het opsluitdeel 72 in ί combinatie met de vuurhaardachterplaat 28 belangrijk groter | i naarmate het kanaal de opening nadert, zoals in fig. 4 is afgebeeld., . Dit bevordert de noodzakelijke volumedistributie ! I van de stroom om een althans nagenoeg gelijkmatige luchtstroom |25 in de opening te bevorderen. Aan de opening 31 eindigt het | opsluitdeel 72 op een afstand en evenwijdig uitgelijnd aan de | ! vuurhaardachterplaat 28, bijvoorbeeld bij 80 (fig.3), zodat j de stroom van secundaire lucht althans nagenoeg ongehinderd I in de secundaire kamer bij de opening 31 stroomt, De aan de 30 ; opening 31 toegevoerde secundaire lucht wordt ook voorverwarmd tengevolge van de nabijheid van de vuurhaardachterplaat 28, zodat het rendement van de secundaire verbrandings-I kamer (bij het stoken van hout) wordt vergroot.
Dat deel van de door de opening 23 passe-35 | rende omgevingslucht, dat het primaire stroomkanaal 20 volgt | j passeert door de vuurhaardachterplaat 28 bij de onderzijde j ; i van deze plaat (fig.3) en wordt geleverd aan de primaire ; verbrandingskamer langs de zijwand 12a. Een leidingsysteem i kan desgewenst worden toegepast bij het stoken van hout.
40 De primaire lucht wordt geleverd om een continue stroom van 8102862 -11- ! I de verhrandingonderhoudende zuurstof over de gehele bodemdiep-! te van de verbrandingskamer te bevorderen.
Verwijzend naar fig. 4 en 5 heeft het gelei-j !dingsplaatsamenstel dat de rookgassen langs het bochtige | 5 warmtewisselkanaal in de ruimte tussen de vuurhaardachterplaat j 28 en de achterwand 12g richt, een onderste geleidingsplaat ! |9Q. en een bovenste geleidingsplaat 92. De afgebeelde onderste | Igeleidingsplaat 9Q heeft twee gegoten plaatdelen 94 en 96, | die elkaar ontmoeten langs hun lengte om de geleidingsplaat 90 10 te vormen, wanneer de vuurhaardachterplaat 28 op zijn plaats : l I wordt gebracht, De geleidingsplaat 90 strekt zich althans na- : i I genoeg uit vanaf de zijwand 12b naar een punt bij de zijwand 12a, De afgebeelde geleiding 92 strekt zich boven de geleidingsplaat 90. uit en heeft een paar platte gegoten steundelen 15 98, 10Q, die een geleidingsplaat 102 ondersteunen, die zich i althans nagenoeg vanaf de zijwand 12a naar een punt bij de : ! zijwand 22b uitstrekt. De rookgassen worden daardoor vanaf i het horizontale kanaal 104 naar het horizontale kanaal 106 gericht en dan naar het derde horizontale kanaal 108, waaruit 12Q ze uittreden via de schoorsteenpijpkraag 26.
| i Het verwarmingstoestel heeft ook een klep, | ; waardoor het toestel kan worden gebruikt als salonkachel en | als open haard. In de stand van fig. 5 kan het toestel worden ! |gebruikt als open haard, waarbij de rookgassen uittreden uit 25 de primaire verbrandingskamer langs een baan, die in het al-! gemeen is aangegeven met de pijl 114. Wanneer de klep gesloten is, dat wil zeggen geplaatst in de stand die met de i istreepjeslijn 215 is aangegeven, werkt het verwarmingstoestel als kachel en treden de verwarmingsgassen bij het stoken van 30 hout althans nagenoeg uit zoals is aangegeven door de pijl i 220(fig, 31, (Wanneer brandstof wordt geladen in het toestel yia het bovendeksel 24, moet de schoorsteen geopend zijn of i | anders zal de rook uit de opening in het bovenpaneel 12h I ; stromen).
35 Verwijzend naar fig, 2 en 5 heeft de achter- ! wand I2g een rij golven 122, 124, 126, die buitenwaarts uit-steken uit hét vlak van de achterwand 12g. Deze golven vormen 'aanvullende warmtestralingsoppervlakken voor het verwarmings-;toestel om de aan de omgevingslucht afgeleverde warmte te 40 vergroten. Verder vormen de golven een geschikt middel om 8102862 -12- ! I nachtlucht te voeren uit de met de hand geregelde inlaatpoort j27 naar de secundaire verbrandingskamer via het nachtlucht-I stroomkanaal 40. De onderste golf 126 is afgesloten door een |plaat 130 en wordt gebruikt om de nachtlucht in of ten minste ! i I 5inaar de secundaire verbrandingskamer te voeren.
; i ..
Verwijzend naar fig. 7, waarin de aanvullende I ;onderdelen voor het stoken van kolen zijn toegevoegd, omvat de kachel 8, wanneer deze is uitgevoerd voor het stoken van kollen, een roostersamenstel 140, een stortbaksamenstel 17b, 10'en meerdere geleidingsplaten met inbegrip van opstaande ge-leidingsplaten 142, 144. Een asbak 146 is ook aangebracht.
Door het toevoegen van deze onderdelen wordt de kachel van ieen voor het stoken van hout omgebouwd tot een uitvoering ivoor het stoken van kolen.
;15 i Het roostersamenstel 140 heeft een aantal i roteerbare roosterelementen 152, 154, 156, die zijn aangebracht i in een horizontaal vlak en die aan hun omtrek worden omringd door een verticaal roostersamenstel met een verticaal achterste rooster 160, een verticaal voorste rooster 162 en ver-20 ticale zijroosters 164 en 166 (in fig. 7 en 8). De elementen van het roostersamenstel vormen de kolenondersteuningskorf, waarin de verbranding van de kolen plaatsvindt.
De kolen worden naar het roostersamenstel i gericht door het stortbaksamenstel 17b. Het afgeheelde stort-25 baksamenstel 17b heeft een vaste bovenste stortbak 172 en een j instelbaar onderste stortbakdeel 174. Door de hoogte van het ionderste stortbakdeel 174 boven het platte bovenvlak van de roosterelementen 152, 154, 156 in te stellen, welke hoogte : :op de eerste plaats afhangt van de deeltjesgrootte van de ko- :30 len om een kolenstookbed met een geschikte dikte te verkrij-: gen, kan een kolenstookzone met de juiste vormgeving worden | . verkregen.
De primaire lucht treedt binnen in de pri-;maire verbrandingskamer op een niveau onder het roostersamen-35 Stel. Nogmaals wordt vermeld, dat de primaire lucht binnen- ; I ' . : treedt via één van twee kanalen. Het eerste kanaal 20 levert ; de primaire lucht aan het linkerdeel van het toestel, terwijl !. het tweede kanaal 32 primaire lucht levert door de openingen : i 73 in de vuurhaardachterplaat 28. Het is belangrijk, dat deze; 40 lucht niet om het roostersamenstel· en hét daarin ondersteunde 81 02 8 62 -13- ! ί bed van brandende kolen heen stroomt en daarom wordt een ge-leidingsplaatconstructie toegepast, die verhindert dat de i primaire lucht om het kolenbed heen stroomt. Aan de linker-! : zijde van het roostersamenstel verhindert de geleidingsplaat i 5! 144 hier.in combinatie met het zijrooster 164, dat de primaire lucht om het roostersamenstel aan het linker deel van het : i ! ; toestel heen stroomt, waarbij de voorzijde van de geleidings-i ; plaat 144 past op het voorpaneel 12h van het verwarmingstoe- ; stel. Een soortgelijke constructie met de geleidingsplaat ilO: 142 en het verticale rooster 166 verhindert, dat de primiare | I lucht om het kolenbed aan de rechterzijde van de primiare i verbrandingskamer heen stroomt. Aan de voorzijde van het ! i roostersamenstel heeft de verticale geleidingsplaat 162 een ' daarop bevestigde pakking 180, die een afdichtende aanraking ; ί |15 i met de voordeuren 12e en 12f levert, wanneer deze gesloten i j zijn. Deze constructie verhindert, dat primaire lucht aan de voorzijde van de kachel om het roostersamenstel heen | stroomt.
Aan de achterzijde van de primaire ver-20 brarïïtngskachel blokkeert de verticale achterplaat de baan ' i | i van primaire lucht, die tracht daar om het kolenbed heen te i stromen. Aan deze achtersectie is verder het linkerdeel van ί ! j de opening 31 tot op ten minste de verticale geleidingsplaat ! 142 geblokkeerd door een plaatelement 182, dat verhindert 25 dat primaire lucht en/of verbrandingsproducten daardoorheen ontsnappen en dat verhindert, dat secundaire lucht daaraan geleverd wordt en dat in samenwerking met de vuurhaardach-terplaat 28, het verticale achterrooster 160 en het zijrooster 142 verhindert, dat primaire lucht om het roostersamen-30 stel heen stroomt. Verder is het blokkeerelement 182 bij ; voorkeur een te verwijderen deur, die desgewenst kan worden Ι verwijderd om het verwijderen van zich naar achteren verzame-| ! lende as toelaten. Een asbak 146 is aangebracht onder het ! roostersamenstel, De verbrandingsproducten treden uit de 35 primaire verbrandingskamer via sleuven 188.
Verwijzend naar fig. 7 en 8 wordt het roostersamenstel alsvolgt in de kachel gemonteerd. Te begin-I | nen met de lege primaire verbrandingskamer van fig, 3 wordt | ; eerst de rechter zijgeleidingsplaat 142 op zijn plaats ge- .40 bracht. Vervolgens wordt hetverticale achterrooster 160 in „ 81 02 8 62 -14- I I zijn werkstand geschoven bij de zijgeleidingsplaat 142 en ge-! j deeltelijk daardoor ondersteund. De geleidingsplaat 142 ver-i hindert dus een langsbeweging van het achterrooster 160 en | ; helpt een voorwaartse dwarsbeweging van het rooster 160 te i ; ' 5 verhinderen door een passende uitstekende rib 189. De rib 189 grijpt althans nagenoeg afdichtend aan op het achterrooster : om te verhinderen, dat de verbrandingsgassen op andere wijze j ; dan door de sleuven 189a uittreden en dat primaire lucht om de primaire verbrandingskamer heen stroomt.
10 Vervolgens wordt de linkergeleidingsplaat I ; 144 ingeschoven in de primaire verbrandingskamer en ondersteunt | ; door het verticale achterrooster aan één- zijde en door een uit- ; ; stekende lip, die uitsteékt aan het voorste framedeel 12c.
; Vervolgens wordt een schudmechanisme 192 buiten de kachel ge- l ! jisimonteerd en in de kachel bij zijn werkstand geplaatst. Het j ! schudmechanisme, zoals meer in detail hieronder wordt be-:schreven, heeft een aantal zwenkarmen 194, die een verbin-! ;dingselement 19& verbinden met de horizontale roosterelementen 152, 154, 156, Het verbindingselement 196 wordt in een al-20 thans nagenoeg rechtlijnige richting bewogen door een stang !l9.8, die op zijn beurt is verbonden met een schudhendel 200 I aan de voorzijde van de kachel.
! Vervolgens worden de horizontale roosterele menten 152, 154, 156 ingeschoven, eerst in de roosterondersteu-25 ningsopeningen, die zijn aangebracht in de rechtergeleidings-;plaat 142 en daarna in de roosterondersteuningsopeningen, die zijn aangebracht in de linkergeleidingsplaat 144. Alvorens te worden aangebfacht in de openingen van de linkergeleidings-;plaat worden de einden 202 van de horizontale roosterelementen ;3Q door steunopeningen 203 van de zwenkarmen 194 en dan door de openingen in de geleidingsplaat 144 gestoken. De roosterele-! menten worden naar links tot hun uiterste aanslagstand bewogen i (overeenkomend met het eind van de spieconstructie op de einden 2021 en daarna wordt het verticale rechter rooster 166 35 en het verticale linker rooster 164 op hun plaats gebracht.
! [Het rooster 166 wordt rechts van een flens of kraag 206 ge-! plaatst en rust in de afgebeelde uitvoeringsvorm op het rechter eind 2(18. van de horizontale roosterelementen. Van elk rooster-; element wordt de flens 206 links van het verticale rechter 4Q rooster 166 geplaatst om een zijwaartse rechtse beweging van 81 02 8 6 2 -15- : i : ;de horizontale roosterelementen te verhinderen. De horizontale j i ; roosterelemten worden dus opgenomen en daardoor in de .langs-‘ irichting in de werkstand vastgehouden.
I ; Het laatste element van het roostersamenstel, 5 het voorste verticale rooster 162 wordt geschoven in opneem-groeven aan het rechter resp. linker verticale rooster.
I
iDaardoor wordt het voorste verticale rooster opgenomen en I tegen horizontale beweging vastgehouden; de in elkaar grij-! !pende constructie van de verticale zijroosters en het verticale ! 10 voorste rooster verhindert dat de zijroosters in horizontale !zijwaartse richting bewegen.
Het aldus verkregen roostersamenstel vormt i een kolenondersteuningskorf. De onderzijde 207 van de verti-; cale roosterelementen zijn bij voorkeur getand om de primaire ! i , 15 lucht verder in het kolenbed te richten.
Elk. van de afgebeelde horizontale rooster-; elementen 152, 154, 156 heeft dezelfde constructie (zie fig.
11I. Elk horizontaal roosterelement heeft aan een eind, Bijvoorbeeld het eind 208, de flens of kraag 206, en aan zijn 20 andere eind 20.2 een deel 21Q met een spievormige dwarsdoorsnede, dat past op een overeenkomstig spievormig uitgevoerde | J zone in de zwenkarmen 194 van het schudsamenstel. Het deel ! 210 met spievormige dwarsdoorsnede heeft een beperkte legnte.
Het centrale deel van de horizontale rooster-25 elementen is getand, zódat een rij tanden 212 aan elke zijde ! ; van een centrale steunbalk. 214 uitsteekt (fig. 8 en 11) . In de werkstand vormen deze roosterelementen een althans nagenoeg ; gesloten oppervlak voor het ondersteunen van de kolendeeltjes, welk: oppervlak toch voldoende geopend is om de as er j 30. doorheen te laten vallen.
De steunbalk 214 is bijzonder gunstig uitge-j voerd om het kromtrekken van het roosterelement tegen te gaan.
! I De steunbalk heeft daarom een grotere verticale uitgestrekt-I heid in het midden dan aan zijn einden. Deze grotere vertica-; 35 le uitgestrektheid zórgt voor een grotere ondersteuning, die i op doelmatige wijze het kromtrekken van de horizontale roos-i tefelementen onder de hoge temperaturen tegengaat, waaraan ; deze kunnen worden blootgesteld tijdens het branden van de : kolen.
I40 Verwijzend naar fig. 8, 9 en 10 heeft het 8102862 -16- ’ schudsamenstel 192 zoals boven is opgemerkt, een verbindings-; element 196 dat de zwenkarmen 194 verbindt, zodat als het ver-i ; bindingselement wordt bewogen langs een althans nagenoeg recht-i lijnige baan door de stang 198, de zwenkarmen alle tegelijk I 5 : daarmee bewegen en om betreffende horizontale assen 220 van de betreffende horizontale roostersamenstellen zwenken. Elke zwenkarm heeft twee openingen, de eerste bovenste opening 203 waardoorheen het spievormige eind 202 van het horizontale roosterelement steekt, en de tweede opening, een sleutelvor-10 : mige opening 224, die is uitgevoerd rondom en onder een | : sleutelvormig deel van een L-vormige lip 226 te zwenken, die êên geheel vormt met het verbindingselement 194. Elke zwenkarm is roteerbaar om de L-vormige lippen 226 bevestigd doordat de zwenkarm met een aanzienlijke hoek, bij voorkeur gro-;15 i ter dan 45° met de verticaal (fig. 9) aan de sleutelgatvor-: mige opening 224 over de lip 226 is geschoven en daarna de ; zwenkarm in zijn verticale stand is geroteerd. Elke zwenkarm kan om de lip 226 over een beperkte hoek roteren, ter-: wijl de zwenkarm stabiel en stevig daaraan bevestigd blijft.
20 De schudstang 198 die. tevoren aan zijn vrije eind in een : ! . i opening aan het eind van het verbindingselement 196 is ge- : i 1 plaatst, steekt aan zijn andere eind door de voorzijde van i ! ! het verwarmingstoestel en is verbonden met de sch.udhendel j ; 200 om daardoor bewogen te worden. Zoals boven is opgemerkt, 25 ! omvat het stortbaksamenstel het vaste bovenste stortbakele-: ment 172 en een beweegbaar onderste stortbakelement 174.
| : Het bovenste stortbakelement heeft in êên geheel daarmee I ! gevormde lippen 201, die rusten op het bovenste framedeel ; 12h aan de laadopening daarin. Het hele stortbaksamenstel |30. kan dus gemakkelijk worden verwijderd, bijvoorbeeld als het | gewenst is hout te stoken.
Het stortbakelement 172 bestaat uit twee i onderdelen, die op elkaar passen langs althans nagenoeg ver-; ticale naden 24Q en aan de naden bijvoorbeeld met een schroef-:35 i verbinding zijn verbonden. Het bovenste stortbakelement 172 ! heeft een deur 17a aan de bovenzijde daarvan, die is verbonden met de bovenste deur 14, zodat wanneer de bovenste deur wordt geopend de onderste deur daarna automatisch daarmee i open gaat. Op deze wij zé wordt de condensatie aan de boven-4Q zijde van de stortbak verminderd en wordt de hoeveelheid gas-; 81 0 2 8 6 2 -17- ! sen, die in het te verwarmen vertrek stroomt, verminderd.In leen bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding t ! zijn de stortbakelementen met elkaar verbonden, zodat het bo-ivenste stortbakelement 172 het onderste stortbakelement 174 i 5 met een perspassing vasthoudt. De perspassing wordt bevorderd ΐ ï door ribben 242 op de bovenste stortbakelementen en een lip 244 op het onderste stortbakelement. De ribben en de lipcon-!structie verschaffen een verhoogde mate van stabiliteit aan i | het rstortbaksysteem.
10 Het blokkeerdeel 182 sluit dat deel van |de opening 31 dat zich uitstrekt in datgene, wat een enigszins !verkleinde primaire verbrandingskamer wordt. Dit blokkeerdeel iwordt bij voorkeur met een schroef gemonteerd, zodat het periodiek kan worden verwijderd om de as van achter de vuurhaard-15 achterplaat 28 te verwijderen. De as verzamelt zich &ar tij-j idens de normale werking van de kachel.
In bedrijf wordt de klep in de open Stand geplaatst om hogere schoorsteentemperatuur te verkrij-gen, bijvoorbeeld wanneer het toestel in de lente of herfst ;20 werkt of wanneer de kolen pas zijn aangestoken. De klep maakt ;het dus op gunstige wijze mogelijk de kachel aan te passen ;aan verschillende bedrijfsomstandigheden. Aldus wordt een !verwarmingstoestel voor het stoken van kolen verkregen, waarbij een grote hoeveelheid primaire lucht om een rooster-25 samenstel wordt toegevoerd, dat is voorzien van geleidings-platen, die de primaire lucht door het roostersamenstel en vandaar door bet brandende kolenbed richten, waarbij de ilucbt wordt verhit, terwijl het daardoorheen passeert om het verbrandingsrendement in de primaire verbrandingskamer 3Q te helpen verbeteren. Wanneer de klep gesloten is, wordt de lucht, wanneer deze uittreedt uit de primaire verbrandingskamer,- naar de geleidingsplaat 142 (die de enige uitlaatope-ning voor verbrandingsproducten heeft) geperst en daardoor gericht om uittreden door het rechterdeer 250 van de opening :3531. De verbrandingsproducten passeren daarbij door het boven-beschreven lange warmtewisselkanaal, waardoor een toestel voor het stoken van kolen met hoger rendement wordt verkregen.
De afgeheelde inrichting voor het verwijderen van de as is speciaal doelmatig voor Amerikaanse ko- 40. len. Het asverwij deringssysteem maakt gebruik van een dubbele 8102862 -18- . j' " " '·.......... ..................." : ; werking, waardoor beweging van de schudhendel 200 een axiale !. rotatie van de horizontale roosterelementen 152, 154, 156 S | veroorzaakt en tegelijk de voorste verticale geleidingsplaat | 162 wordt ondersteund door de verticale zij roosters boven ! 5 het vlak van de horizontale, roosterelementen, zodat een slak-| kensteker kan worden gestoken in een sleuf 252 tussen de on-j / derzijde van het voorste verticale rooster en het bovenvlak : van de horizontale roosterelementen om verder op gunstige wijze te helpen de as te verwijderen. De slakkensteker is '10 een althans nagenoeg afgeplatte pook, die past in de sleuf ! 252.
i
De uitvinding is niet beperkt tot de beschre-: ven uitvoeringsvormen, die binnen het kader van de uitvinding i 1 : gewijzigd kunnen worden.
15 ; I i ! !
[ ’ I
i 1 ; i I : ‘ ! i i i 1 ' | ; I | i 'i [ _ j 8102862

Claims (14)

  1. 2. Verwarmingstoestel volgens conclusie 1, 20 waarbij de roosterelementen elk bestaan uit een langwerpig ! gedeelte met tanden een een centrale steunbalk, met het i , · : I kenmerk, dat de steunbalk (214) in een afmeting lood-! recht op het vlak. van het getande deel (212) in het midden | een grotere uitgestrektheid heeft dan aan de einden van het 25 getande deel (212).. | ! 3. Verwarmingstoestel volgens conclusie 1, ! m e t h. e t k. e n m e r k, dat het langwerpige getande deel (212) een eerste en tweede uitstekend langwerpig steundeel (202, 208) aan de betreffende einden ervan heeft, welke steun-|3Q delen samenwerken mét steunopeningen om de roosters langs ; ; horizontale rotatieassen te plaatsen, waarbij het eerste | steundeel (208) is voorzien van een flens (206) die samen-| werkt met een verticaal zijrooster (166) om het roosterele-s ment op te sluiten langs de horizontale rotatieas. 35 4» Verwarmingstoestel volgens conclusie 1, met h. e t k e n m e r k, dat een vast stortbakelement ι (172) samenwerkend wordt ondersteund door het bovenste frame-; : j : ; ι deel om de kolen vanaf een opening in dit deel te richten ί.......... en een beweegbaar stortbakelement (174) verstelbaar is beves- t 81 02 8 6 2 -20- tigd op het vaste stortbakelement (172) aan het onderste deel ; daarvan om de kolen uit het vaste stortbakelement naar het roostersamenstel te richten, waarbij het vaste stortbakelement (172) een eerste en tweede onderdeel omvat, die elkaar 5 samenwerkend ontmoeten langs althans nagenoeg verticale : naden en waartussen het verstelbare stortbakdeel in een vaste : stand kan worden bevestigd.
  2. 5. Verwarmingstoestel volgens conclusie 1, I met het 'kenmerk, dat het voorste verticale roos-:10 ter (162) aan de naar de voorzijde van het verwarmingstoestel ; gekeerde zijde een pakking heeft, die een afdichting vormt, : wanneer de voordeuren (12e, 12f) van het verwarmingstoestel ; zijn gesloten, zodat de primaire lucht van onder het rooster-; samenstel niét tussen de voordeuren en het voorste verticale j15| rooster om de kolenverbrandingszone heen kan stromen.
  3. 6. Verwarmingstoestel volgens conclusie 1, | gekenmerkt door een klep, die beweegbaar is tussen een eerste stand (1101 waarin de uittredende verbrandings- i producten van het toestel een hoge schoorsteentemperatuur i 20 hebben en een tweede stand (116) waarin de verbrandingspro-; ducten het toestel verlaten met een lagere schoorsteentempe-: ratuur, : i
  4. 7, Verwarmingstoestel volgens conclusie 3, niet het k e n m e r k, dat het eerste steundeel (202) i 25^ van elk roosterelement een spievormige dwarsdoorsnede (210) heeft, waarbij de middelen (192) om het rooster heen en weer : te zwenken zijn voorzien van een aantal zwenkarmen (194) ; iwaarbij elke arm met een roosterelement is verbonden aan de ; spievormige dwarsdoorsnede van het eerste steundeel, dat !30 steekt door een overeenkomstige spievormige opening in de | : zwenkarm, terwijl een verbindingselement (190) de zwenkarmen | met elkaar verbindt om synchroon te zwenken om de rotatieassen, | waarbij een schuifstang (198) is aangebracht om het verbindingselement althans nagenoeg rechtlijnig heen en weer te 35 zwenken, zódat de roosterelementen door de zwenkarmen om hun ! zwenkassen heen en weer gezwenkt worden. ' 8, Verwarmingsteostel volgens conclusie 7, |me t h e t k. e n m e r k, dat het verbindingselement (1961 ! is voorzien van een lichaam waarmede in êên geheel voor elke ; 40 zwenkarm een L-vormige lip (226} is gevormd, die een deel met 8102862 -21- I ; een eerste dwarsdoorsnede bij .het lichaam heeft en een op | ] een afstand van het lichaam liggend deel met een tweede sleu- | ; telbaard~vormige dwarsdoorsnede/ waarbij elke zwenkarm een I ! opening heeft, waarvan de dwarsdoorsnede overeenkomt met het i I I 5; deel met de tweede dwarsdoorsnede, waarbij de dikte aan deze opening niet groter is dan de minimumstand tussen het lipdeel met de tweede dwarsdoorsnede en het lichaam,zodat de zwenk-, arm op de L-vormige lip kan worden vergrendeld en Stevig en ' stabiel over een beperkte hoek kan roteren om het deel daar-10 van met de eerste dwarsdoorsnede.
  5. 9. Verwarmingstoestel volgens êên der voorgaande conclusies, voorzien van een warmtegeleidend frame, dat een primaire verbrandingskamer omsluit, een geleidingsplaatsamenstel, dat in gasverbinding met de primaire 15 verbrandingskamer staat en een lang inwendig warmtewissel-kanaal vormt, en een primair luchttoevoerkanaal, dat lucht levert om de verbranding in de primaire verbrandingskamer te bevorderen, waarbij aan het bovendeel van het frame een : uitlaatopening voor verbrandingsproducten is gevormd, die in i 20 gasverbinding met het geleidingsplaatsamenstel staat om een | uitlaatpoort voor de verbrandingsproducten te vormen , m e t j he t k e n m e r k, dat de middelen (142, 144) het roos-! | tersamenstel ondersteunen boven de primaire luchttoevoer ! (20.) voor de primaire verbrandingskamer (16) waarbij midde- 25: len (142, 144, 182) zijn aangebracht, die verhinderen dat ij | i de primaire lucht uit de primaire verbrandingskamer (16) kan ; treden zonder door het roostersamenstel (140)te passeren, ί 10. Verwarmingstoestel volgens conclusie ; i ; 9, m e t het k e n m e r k, dat de steunopeningen voor i i3Q| de roosterelementen zijn aangebracht in de laatstgenoemde ; middelen (142, 144, 182).
  6. 11. Inrichting voor het ombouwen van een L •verwarmingstoestel van het stoken van hout op kolen, welk verwarmingstoestel is voorzien van een warmtegeleidend frame 35 dat een primaire verbrandingskamer omsluit, een secundaire i verbrandingskamer, die in gasverbinding met de primaire . verbranding staat, en een geleidingsplaatsamenstel, dat in ! ; gasverbinding met de secundaire verbrandingskamer staat en I ! een lang inwendig warmtewisselkanaal vormt, waarbij een ver- | 40. ticaal georiënteerde, neerwaarts gerichte vuurhaardachter- 81 02 8 62 -22- plaat de primaire en secundaire verbrandingskamers scheidt, ; waarbij een deel van deze plaat op een afstand ligt van het i . j ; bodemvlak van het frame om een opening te vormen, die de pri- j i maire en secundaire verbrandingskamers verbindt om de gasver- ! 5; binding daartussen te vormen, waarbij een primair luchttoe- ; voerkanaal lucht levert om de verbranding in de primaire ver-; brandingskamer te bevorderen en een secundair luchttoevoer-| kanaal zich ten minste langs de neerwaarts gerichte vuurhaard-achterplaat uitstrekt om voorverwarmde lucht te leveren voor i | ·. jlO de secundaire verbrandingskamer aan de opening, waarbij aan ! ! ' het bovenste deel van het frame een uitlaatopening in gas- j ! | verbinding met het geleidingsplaatsamenstel staat en een I uitlaatpoort voor de verbrandingsproducten vormt, welke in-' richting is g e k e n m e r k t door middelen om te verhin-15 deren, dat voorverwarmde lucht aan de opening in de primaire verbrandingskamer binnentreedt, welke middelen zijn voorzien van middelen (142) die de uitlaatgassen uit de primaire verbrandingskamer door een eerste deel van de opening richten naar de secundaire verbrandingskamer, zodat de gassen het 20 lange warmtewisselkanaal doorlopen, middelen (182) die het i overige deel van de opening blokkeren om te verhinderen, dat de lucht passeert tussen de primaire en secundaire verbrandingskamer, een roostersamenstel (140) om de kolen vast te | houden, middelen (142, 144) om het roostersamenstel boven de |25: primaire luchttoevoer voor de primaire verbrandingskamer te ! ; ondersteunen, middelen (192) om het roostersamenstel heen en : weer te zwenken en middelen (17b) om onverbrande kolen uit : het bovenste deel van het verwarmingstoestel naar het roos- ! : tersajtienstel te richten, I ! · 30. 3.2, Inrichting Volgens conclusie 11, waar- : hij het roostersamenstel ten minste twee roosterelementen bevat, die elk roteerbaar zijn om een betreffende horizontale ! ; as, een voorste verticaal rooster, een achterste verticaal 1. rooster en een eerste en tweede verticaal zij rooster, g e - 35. e n m e r k t door middelen (104, 166) voor het ondersteu-I nen van het voorste verticale rooster boven het niveau van ! de roteerbare roosterelementen,ten einde een horizontale | sleuf. (.252) te vormen waardoorheen een slakkensteker kan wor- ! i den geschoven om de kolen in de primaire verbrandingskamer [ ! 40 (161 te stoken', 81 02 8 6 2 -2 3- *
  7. 13. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij I | de roosterelementen elk een langwerpig deel met tanden en een centrale steunbalk omvatten, met het kenmerk, dat | j de steunbalk (214) in het midden ervan een afmeting loodrecht 5; op het vlak van het getande deel (212) heeft, die groter is i . : ' dan de afmeting in deze richting aan de einden van het getan-I de deel (212). ; i
  8. 14. Inrichting volgens conclusie 11, gekenmerkt door een zijgeleidingsplaat (144), middelen IQ1 om de zijgeleidingsplaat op een afstand van de bodem van het i frame te ondersteunen, ten einde een opening te vormen, waardoorheen een deel van de primaire luchttoevoer kan passeren naar de ruimte tussen de roosterelementen en de framebodem, Waarbij de roostersteunmiddelen (142, 144) steunopeningen in 15' de zijgeleidingsplaat (144). en de uitlaatgasrichtmiddelen (142) omvatten voor het ondersteunen van de roosterelementen ! | voor hun zwenkbeweging.
  9. 15. Inrichting volgens conclusie 14, waarbij elk roosterelement bestaat uit een langwerpig getand deel met ! 20 een eerste en tweede langwerpig steundeel (202, 208) die aan de betreffende einden ervan uitsteken en die met de steun- i openingen samenwerken om de roosters te plaatsen langs hori- ! 1 zontale rotatieassen ,m et het kenmerk, dat het | | eerste langwerpige steundeel (208) een flens (206) heeft, die 25· samenwerkt met het verticale zijrooster· (166) om het rooster-! ; op ; element langs de horizontale rotatieas te sluiten.
  10. 16. Inrichting volgens conclusie 14, g e -! k. e n merkt door een vast stortbakelement (172), dat : i i samenwerkt met het bovenste framedeel om de kolen uit een I 30 opening uit het bovenste framedeel te richten, een beweeg-| baar stortbakelement (174) dat verstelbaar is bevestigd op j ; het vaste stortbakelement (172) aan het onderste deel daar-: van om de kolen uit het vaste stortbakelement naar de rooster^ : elementen te geleiden, waarbij het vaste stortbakelement (172) 35' bestaat uit een eerste en tweede onderdeel, die elkaar samen-! j werkend ontmoeten langs althans nagenoeg verticale naden en ! : waartussen het verstelbare stortbakelement in een vaste stand j met een perspassing kan worden bevestigd.
  11. 17. Inrichting volgens conclusie 12, me t i.... ..... 40. h e t k e n m e r k, dat het voorste verticale foorster (162) 81 02 8 6 2 :LC i : * -24- | laan de naar de voorzijde van het verwarmingstoestel gekeerde I zijde ervan een pakking (180) heeft, die een afdichting vormt i :wanneer de voordeuren (12e, 12f) van het verwarmingstoestel j ;gesloten zijn, waardoor de primaire lucht van onder het roos-i 5 -tersamenstel niet tussen de voordeuren en het voorste verti-| cale rooster om de kolenverbrandingszone heen kan passeren.
  12. 18. Inrichting volgens conclusie 11, m e t . ! ! i !het kenmerk, dat elk roosterelement een eerste | jsteundeel (202) met een spievormige dwarsdoorsnede (210) 10 heeft, en de middelen (192) voor het heen en weer zwenken van |de roosterelementen een aantal zwenkarmen (194) omvatten, waarbij elke arm met het roosterelement is verbonden aan de spievormige dwarsdoorsnede van het eerste steundeel, dat door ; I een overeenkomstige spievormige opening in de zwenkarm steekt, 15 waarbij de zwenkarmen met elkaar zijn verbonden door een ver-jbindingselement (196) om synchroon te zwenken om de rotatie-| assen, en waarbij een schuifstang (198) het verbindingselement in een althans nagenoeg rechtlijnige richting heen en weer kan bewegen, zodat de roosterelementen door de zwenkarmen 20 om hun rotatieassen heen en weer worden gezwenkt.
  13. 19. Inrichting volgens conclusie 18, me t : 1 ih. e t k e n m e r k., dat het verbindingselement (196) een lichaam heeft, dat een in één geheel daarmee verbonden L-vor-! mi ge lip (226) voor elke zwenkarm heeft, welke lippen op af-125 Stand van elkaar liggen, waarbij elke lip bij het lichaam een | deel.met een eerste dwarsdoorsnede en op een afstand van het | lichaam een deel met een tweede sleutelbaardvormige dwarsdoor-j snede heeft en waarbij elke zwenkarm een opening heeft, waar-I yan de dwarsdoorsnede overeenkomt met de tweede dwarsdoorsnede, 30 waarbij de dikte van de zwenkarm aan de opening niet groter is |dan de minimum afstand tussen het lipdeel met de tweede dwars-! doorsnede en het lichaam, zodat de zwenkarm kan worden ver-grendeld op de L-vormige lip en stabiel en vast kan roteren . over een beperkte hoek om het deel ervan met de eerste dwars-35 doorsnede,
  14. 11 I ' 20. Inrichting volgens conclusie 11, met i het k e n m e r k, dat de hlokkeermiddelen (182) losneem- baar op hun plaats kunnen worden bevestigd, zodat de blokkeer^ i middelen 11821 kunnen worden verwijderd om de toegang te ver- i 40. schaffen tot de secundaire verbrandingskamer (30) ten einde de 8102862 * -25- daarin verzamelde as te kunnen verwijderen. i 21. Inrichting volgens conclusie 11, met i : ! i I i het kenmerk, dat de middelen (142) om de uitlaat- ί i | i gassen uit de primaire verbrandingskamer naar de secundaire | ! | 5 verbrandingskamer te richten zijn voorzienmn sleufopeningen (189a) aan het bovenste deel ervan om een gasverbinding van | de primaire verbrandingskamer (16) naar de secundaire ver-! brandingskamer (30) te vormen. : I 22. Inrichting volgens conclusie 11, ge- ' 10 kenmerkt door een klep, die beweegbaar is tussen een eerste stand (110) waarin de uittredende verbrandingsproduc-ten van het toestel een hoge schoorsteentemperatuur hebben, en een tweede stand (116) waarin de uit het toestel tredende : verbrandingsproducten een lagere schoorsteentemperatuur heb ben. ; i I ; I I : i i ; j ; i j ! i i 1 ij* ; ’ L... ! i I 81 02 8 62
NL8102862A 1980-07-07 1981-06-15 Verwarmingstoestel voor het stoken van kolen en in- richting voor het ombouwen van een verwarmingstoestel van hout op kolen. NL8102862A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US16633080A 1980-07-07 1980-07-07
US16633080 1980-07-07

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8102862A true NL8102862A (nl) 1982-02-01

Family

ID=22602805

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8102862A NL8102862A (nl) 1980-07-07 1981-06-15 Verwarmingstoestel voor het stoken van kolen en in- richting voor het ombouwen van een verwarmingstoestel van hout op kolen.

Country Status (11)

Country Link
JP (1) JPS5743129A (nl)
BE (1) BE889519A (nl)
CA (1) CA1150575A (nl)
DE (1) DE3126631A1 (nl)
DK (1) DK298381A (nl)
FR (1) FR2486206A1 (nl)
GB (1) GB2081884B (nl)
IN (1) IN156074B (nl)
NL (1) NL8102862A (nl)
NO (1) NO812293L (nl)
SE (1) SE8104174L (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2121162B (en) * 1982-06-01 1986-10-08 Vermont Castings Solid fuel stoves
US4683868A (en) * 1986-04-09 1987-08-04 Vermont Castins, Inc. Wood burning stove having glass cleaning system
GB0907586D0 (en) * 2009-05-01 2009-06-10 Brown Nigel G K Granular fuel basket feeding applicator

Also Published As

Publication number Publication date
BE889519A (fr) 1982-01-06
NO812293L (no) 1982-01-08
IN156074B (nl) 1985-05-11
JPS5743129A (en) 1982-03-11
SE8104174L (sv) 1982-01-08
DK298381A (da) 1982-01-08
GB2081884A (en) 1982-02-24
FR2486206A1 (fr) 1982-01-08
DE3126631A1 (de) 1982-05-27
CA1150575A (en) 1983-07-26
FR2486206B1 (nl) 1983-12-30
GB2081884B (en) 1985-06-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4136662A (en) Wood burning stove
US6913011B1 (en) Tapered grill, smoker and fireplace device
US20090038603A1 (en) Pellet stove
NL8301778A (nl) Brandstofverbrandende verwarmingsinrichting.
US5347977A (en) Combination of a baking oven and a stove
JP4785980B1 (ja) 燃焼装置
NL8102862A (nl) Verwarmingstoestel voor het stoken van kolen en in- richting voor het ombouwen van een verwarmingstoestel van hout op kolen.
US4248203A (en) Wood burning stove
US5351633A (en) Balanced pressure solid fuel heating unit
US4304217A (en) Anti-smoke emitting stove
US223041A (en) Improvement in heating-stoves
US216206A (en) Improvement in open-front stoves
US635566A (en) Air-tight heating-stove.
US326328A (en) Broiler
US390304A (en) mcbride
US156813A (en) Improvement in stoves
US389351A (en) Territory
US201086A (en) Improvement in cooking-ranges
US367054A (en) Half to joseph henry russell
USRE12043E (en) Axel mauritz lanner
US20230355033A1 (en) Multi-point adjustable center-box smoker grill
US64465A (en) Marshall
NL8120083A (nl)
US757595A (en) Fire-grate or fireplace.
US377208A (en) Territoey

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed