NL8006724A - Toevoermechanisme voor tabaksnijmachines. - Google Patents

Description

* -1- 21677/JF/ts

Aanvrager: Rothmans of Pall Mall Canada Limited, Don Mills, Ontario,

Canada.

Korte aanduiding: Toevoermechanisme voor tabaksnijmachines.

5 De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het toevoeren van tabak in de vorm van gedorste tabakfeagjes of hele bladeren aan een snijstation, waarbij de tabak horizontaal wordt voortbewogen en wordt verbrijzeld met de snelheid waarmee deze het station binnentreedt, alsmede op een inrichting voor het vormen van gesneden tabak ,omvattende een boven-10 en benedentabaktransporteur, welke convergeren in de richting van een benedenstrooms einde, een druk uitoefenend orgaan aan het benedenstroomse einde voor het uitoefenen van druk op de tabak op die plaats, een snij-orgaan, grenzend aan het drukuitoefenend orgaan,aangebracht voor het snijden van de tabak,die worden gehouden door het drukuitoefenend orgaan en 15 een transporteerorgaan voor het transporteren van tabak naar het boven-stroomse einde van de transporteurs.

In zijn algemeenheid is de uitvinding gericht op tabaksnijmachines.

Een bekend type tabakversnipperingsinrichting omvat een draaibare drager voor een of meer messen, die tabaksreepjes snijden om te worden ge-20 bruikt bij de vervaardiging van sigaretten van de voorzijde van de continue koek van verdichte tabak. De koek wordt gevormd en de inhoud ervan verdicht door een toevoerinrichting, omvattende een boven- en benedentoe-voertransporteur, welke een geleidelijk smaller wordende baan definiëren, welke zich uitstrekt van een bron van gedorste tabaklagen naar een ver-25 brijzelingsstation, waar de voorzijde van de koek wordt samengeperst tussen een boven- en benedendrukuitoefenend element en beweegt in het bereik van de draaiende messen.

Op bekende wijze wordt een automatische toevoerinrichting gebruikt voor het verschaffen van de bron van tabakbladeren, omvattende een zich 30 naar boven uitstrekkende trechter, waarin de tabakslagen worden gestort.

Een been en weer beweegbare eindwand in de trechter, liggend» tegenover de bovenstroomse hals van de transporteur is gerealiseerd om het voortbewegen van de tabakslagen in de hals te bevorderen. Een dergelijke inrichting is getoond in het Amerikaanse octrooischrift no. 4.090.52T. De tabaksla-35 gen worden enigszins samengedrukt door de zwaartekracht van de kop van de lagen in de trechter, teneinde de toevoer van de versnipperinrichting met betrekking tot wat andersihet geval zou zijn te vergroten.

De laatstbeschreven procedure lijdt aan een aantal nadelen. De tabakslagen treden de inrichting binnen middels een zich vertikaal uit- 8 00 6 72 4 -2- 21677/JF/ts strekkende trechter en neigen een horizontale oriëntatie aan te nemen.

De beweging van de achterwand, welke is vereist om de lagen te bewegen in de hals, doet de tabak naar een vertikale oriëntatie bewegen voor beweging tussen de samendrukkingstransporteurs naar de snijder. Dit effect 5 resulteertL-in de noodzaak een aanzienlijke kracht uit te oefenen op de koek tabak bij de snijder, teneinde te voorkomen, dat hele tabakslagen ongesneden worden uitgetrokken. De uitoefening van deze druk heeft een nadelige invloed op het vulvermogen van de tabak.

Het vulvermogen van gesneden tabak is de mogelijkheid een sigaret-10 tenbuis te vullen. Hoe groter het vulvermogen, des tê harder is de sigaret voor dezelfde hoeveelheid tabak. Voor de economische vervaardiging van sigaretten is het wenselijk dat het vulvermogen zo groot als mogelijk is.

Bij de bekende procedure, zoals hierboven opgemerkt, neigt de tabak niet gelijkelijk te worden verdeeld over de breedte van de samendrukkingstrans-15 porteurs en in het bijzonder neigt de tabak aan de zijde minder kompact te zijn dan i*n het midden. Dit verschijnsel vereist de uitoefening van zelfs een nog grotere druk op de tabakkoek, bij de snijder buiten die, welke is vereist in het midden, zodat het uittrekken van tabaklagen aan de zijde niet optreedt, waardoor het vulvermogen van de tabak nog verder 20 nadelig wordt beïnvloed.

De uitvinding beoogt de nadelen klevende aan de bekende werkwijze en inrichting op te heffen en voorziet daartoe in een werkwijze van een in de aanhef genoemde soort, welke is gekenmerkt door het vormen van een in het algemeen horizontaal georiënteerde laag tabak, waarbij de tabak wordt 25 doorschoten en zich in het algemeen vlak uitstrekt en het in het algemeen horizontaal transporteren van de laag naar het snijstation, alsmede in een inrichting van een in de aanhef genoemde soort, welke is gekenmerkt, doordat het transporteerorgaan eentrillende transporteur met een gebogen oppervlak omvat.

30 Het probleem dat door de onderhavige uitvinding wordt opgelost is hoe dezelfde doorvoer van tabak te verschaffen door de tabak versnipperings-inrichting, terwijl tegelijkertijd de drukvereisten ter plaatse van de snijder worden verlicht en daardoor het vulvermogen van de gesneden tabak te verbeteren.

35 Volgens de onderhavige uitvinding worden de gedorste laagjes ge vormd in een in het algemeer horizontale laag, waarin de laagjes worden doorschoten en elk laagje zich in het algemeen vlak met betrekking tot de laag uitstrekt, dat wil zeggen in een in het algemeen horizontalè 8 00 6 72 4 Λ * -3- 21677/JF/ts oriëntatie en de laag rechtstreeks wordt getransporteerd in de versnipper-inrichting zonder enige significante verandering in oriëntatie van de laagnes in de laag.

Op deze wijze treden in hoofdzaak alle laagjes de versnipperings-5 inrichting binnen in een horizontale oriëntatie en wezenlijk minder druk behoeft te worden uitgeoefend ter plaatse van de snijder, teneinde te voorkomen, dat deüaegjes worden uitgetrokken, zodat het vul vermogen van de tabaksnippers, welke worden gevormd ter plaatse van de snijder, wezenlijk minder nadelig worden beïnvloed dan volgens de stand van de techniek.

10 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de tabak- laag alleen verdicht door het effect van de zwaartekracht en de trillings-krachten, teneinde de doorvoer van de versnippermachine te vergroten.

Door het verdichten van de tabaklaag door gebruik te maken van alleen de zwaartekracht en trillingskrachten, is veel minder verdichting vereist om 15 te worden bewerkstelligd onder gebruikmaking van de transporteurs in vergelijking met de trechtertoevoerinrichting volgens de stand van de techniek voor dezelfde doorvoer van de tabak.

Aangezien minder verdichtende kracht, behoeft te worden uitgeoefend op de tabakla^gjes door de transporteur en een dergelijke samendrukking de 20 kracht een nadelige invloed heeft op het vulvermogen van de gesneden tabak, behoudt de door de zwaartekracht geïnduceerde voorverdichting,welke wordt bewerkstelligd volgens de onderhavige uitvinding, het vulvermogen van de gesneden tabak verder. Een andere factor, welke relevant is met betrekking tot het vulvermogen van de gesneden tabak is de tijdsduur, waarover fysische 25 kracht wordt uitgeoefend op de tabak, waarbij langere tijdsperioden nadeliger zijn dan kortere tijdsperioden. De onder invloed van de zwaartekracht verdichte tabak wordt onderworpen aan fysische kracht gedurende kortere tijdsperioden volgens de stand van de techniek en dit is de bron van het verder behouden van vulvermogen.

30 Bij de hierboven aangegeven procedure volgens de stand van de tech niek oefent de kop van tabak in de trechter fysische kracht uit op de isagnes in het benedenste deel van de trechter en de tabak welke wordt toegevoerd naar de snijder wordt onderworpen een samentrekking tussen de transporteur over de hele weglengte naar de mond van de snijder. Daardoor vereist 35 de procedure volgens de stand van de techniek niet alleen de uitoefening van de aanzienlijke druk op de tabakslaagjaster plaatse van de snijder, teneinde te voorkomen dat uittrekking optreedt als gevolg van de desoriëntatie van de laag Senas’, eveneens een aanzienlijke fysische kracht wordt uit- 8006724 -4- 21677/JF/ts geoefend op elk tabakslaagje gedurende een aanzienlijke tijdsperiode voordat deze de snijder bereikt. Het vulvermogen van de tabak wordt aanzienlijk verslechterd door de druk waaraan de tabak wordt onderworpen.

De verdichting van de tabak door gebruik te maken van alleen de 5 zwaartekracht en trillingskracht, kan volgens de uitvinding worden uitgevoerd door het aanbrengen van de gelaagde tabakslaag op een trillende transporteur welke de laagjes in de laag onderwerpt aan trillingen, welke tot gevolg hebben, dat dejaag^ verdicht worden dankzij hun eigen gewicht en onder invloed van de zwaartekracht. Het transport van de gelaagde laag 10 naar de versnipperingsinrichting kan worden bereikt door het gebruiken van een triltransporteur met een bewegend oppervlak of door benutting van de zwaartekracht door het aanbrengen van de triltransporteur op een naar boven n toe hellende hoek van niet meer dan 45 met betrekking tot de horizontaal , in het algemeen minder dan 30°. De door de zwaartekracht geïnduceerde 15 verdichting door het transport, kan eveneens worden bereikt door een gelijksoortige naar boven toe hellende triltransporteur, maar in plaats van het vormen van een dikke laag tabaklaagjes, bevattende al de tabakla^gjes welke dienen te worden toegevoerd aan de versnipperingsinrichting, wordt aanvankelijk een dunne laag laagjes gevormd op de trillende laag en de 20 dikke laag, die de versnipperingsinrichting binnentreedt is gevormd door het in elkaar schuiven van de laagjes van de dikke laag in laagjes daar vooruit op de triller, terwijl de laagjes over de transporteur bewegen.

De hoek van de transporteur en de trillingssnelheid uitgeoefend op de tabak in de laatstgenoemde procedure, worden dusdanig bestuurd, 25 dat het vormen van golvingen in de lagen wordt voorkomen, aangezien dergelijke golvingen een nadelig effect neigt hebben op de werking van de versnipperinrichting, die een uniforme dikte van de tabak ter plaatse van de snijder vereist.

Teneinde het probleem op te heffen van de niet gelijkmatige ver-30 deling vankag,js over de breedte van de tabak in de snijder, is in een in het bijzonder de voorkeur vendienende uitvoeringsvorm van de uitvinding het oppervlak waarop de tabaklaag wordt gevormd en getransporteerd naar de versnipperingsinrichting transversaal gebogen.

Samenvattend voorziet de onderhavige uitvinding in een nieuwe 35 werkwijze en inrichting voor het toevoeren van tabakslaag£saan een tabak-snijmachine, teneinde een verbeterd vulvermogen van de tabaksnippers te bewerkstelligen in vergelijking met de stand van de techniek.

ïabkksnippers met een wezenlijk minder nadelig beïnvloed vul- 8006724 -5- 21677/JF/ts vermogen resulteert uit een tabakslaagversnipperingsmachine wanneer de laagjee worden gevormd in een tabakslaag, waarin delaag^s horizontaal zijn georiënteerd en voorverdicht worden zonder gebruik van welke kracht dan ook verschillend van de zwaartekracht en trilling en de tabakslaag wordt 5 toegevoerd aan de snij-inrichting zonder een wezenlijke verandering in de oriëntatie van de tabaklaag. De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van meerdere voorkeursuitvoeringsvormen en onder verwijzing naar de tekening, waarin:

Fig. 1 een schematisch zijaanzicht is van een tabakssnijprocedure 10 in overeenstemming met een uitvoeringsvorm volgens dé onderhavige uitvinding ;

Fig. 2 een doorsnedetekening is langs de lijn II-II van fig. 1;

Fig. 3 een schematisch zijaanzicht is van de tabakssnijprocedune in overeenstemming met een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding; en 15 Fig. 4 een schematisch zijaanzicht is van een tabakssnijprocedure in overeenstemming met een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding.

In de figuren 1 en 2 van de tekening, convergeren een boven- en benedentranspörteur respectievelijk 10 en 12 naar een benedenstroomse hals, waar een tweetal,bestaande uit een boven- en benedendrukplaat 14 en 16 zijn 20 gemonteerd voor het uitoefenen van druk op een tabakkoek 18, die zich daartussen bevindt. Een draaiende trommeldrager 20 heeft een aantal snijmessen 22 langs de omtrek gemonteerd voor het snijden van reepjes tabak 24 van de koek 18.

De tabaksreepjes 24 worden gebruikelijk toegevoerd aan een condi-25 tioneringseenheid ( niet getoond), welke de vochtinhoud en/of temperatuur van de reepjes verandert, voorafgaand aan de inbrenging van de geconditioneerde reepjes in de verdeler van een sigarettenvervaardigingsmachine.

Bij een kenmerkende fabriekswerking is voorzien in een aantal van dergelijke versnipperinrichtingen.

30 In overeenstemming met deze uitvoeringsvorm van de uitvinding is een trillende transporteur 26 boven en onder een hoek met betrekking tot de transporteur 10 aangebracht en tabakslaagjes zijn daarop aangebracht door de tabaksregen 27 in een dunne laag 28 gelijkelijk verdeeld over de transporteur 26 en waarin de laagjes in hoofdzaak horizontaal liggen.

35 De trillende transporteur 26 verdicht de laagjes in de dunne laag voor en met behulp van de zwaartekracht worden de tabakslaagjes langs de helling van de transporteur 26 toegevoerd aan de bovenstroomse hals tussen de transporteurs 10 en 11. De hoek van de transporteur 26 met betrekking tot 8 00 6 72 4 -6- 21677/JF/ts de horizontaal wordt dusdanig gekozen, dat de tabakslaagjes in de laag 28 onderling verweven met de voorwaarts aangrenzende laagjes, teneinde een dikke samengedrukte laag 30 op te bouwen aan de bovenstroomse hals tussen de transporteurs 10 en 12. De dikke laag 30 bevat de hoeveelheid laagjes 5 welke gewenst zijn te passeren door de versnippereenheid en als gevolg van de voorverdichting en het doorschieten is deze van een dikte, die minder is dan de vertikale hoogte van de hals, zodat het bovenoppervlak van de laag 30 binnen de hals samenvalt met het bovenoppervlak 10.

Het gebruik van een trillende transporteur 26 aangebracht onder 10 een matige hoek, kenmerkend rond 20 tot 30 0 met betrekking tot de transporteur 10 heeft tot gevolg, dat de tabakslaagjes horizontaal worden georiënteerd en onderling worden verweefd, teneinde een voorverdichting te bereiken zonder het gebruik van uitwendige kracht voorafgaand aan de samendrukking tussen de transporteurs 10 en 12. Het verdient te voorkeur 15 ( zoals te zien in fig. 2) dat de trillende transporteur 26 is gebogen langs de lengte ervan, teneinde de eerder opgemerkte neiging aan de ongelijkmatige verdeling van tabak over de breedte van de verdichtingstransporteurs 10 en 12 te conpenseren.

Aangezien de tabakslaagjes in de tabakslaag 30 horizontaal zijn 20 georiënteerd, zijn voorverdicht en zijn doorschoten, behoeft minder druk te worden uitgeoefend door de elementen 14 en 16 teneinde bladuittrekking uit de tabakkoek 18 te voorkomen dan het geval is in de inrichting volgens de stand van de techniek, waarbij een trechteraanvoer wordt gebruikt voor dezelfde doorvoer van tabak.

25 Bovendien verschaft het gebruik van de het gebogen transporteur- oppervlak op de trillende transporteur 26 een gelijkmatigere verdeling van tabak over de breedte van de tabakkoek 18 dan het geval is volgens de stand van d e techniek en dit draagt verder bij tot het verminderde drukvereiste. Gebleken is dat het drukvereiste kan worden verminderd tot 30 minder dan de helft dan wat conventioneel werd gebruikt bij de trechter-toevoerinrichting volgens de stand van de techniek.

Bij de tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding, getoond in fig.

3, wordt de dikke laag 30 rechtstreeks op de trillende transporteur 26 gevormd uit een regen van laagjes 27 door het aanbrengen van de laag in 35 een horizontale oriëntatie op de transporteur 26 in een in hoofdzaak uniforme verdeling over de breedte daarvan.

In dit geval is de transporteur 26 horizontaal aangebracht en is van het type, dat longitudinale beweging oplegt aan de laag 30 om dezetoe te voeren aan de bovenstroomse hals tussen de transporteurs 10 en 8006724 -7- 21677/JF/ts 12. Voorverdichting van de laagjes in de laag 30 zonder gebruik van kracht wordt bereikt door trilling.

Bij de uitvoeringsvorm van fig. 2, wordt derhalve de dikke laag 30 rechtstreekse gevormd op de transporter 1126 in plaats van de worden 5 gevormd door doorschieting van de laagjes uit een aanvankelijk ; dunne laag 28, zoals bij de uitvoeringsvorm van fig, 1. De dikke laag 30 wordt voorverdicht door trilling.

Fig. 4 toont een variant van de uitvoeringsvorm van fig. 3, waarbij .de trillende transporteur 26 is aangebracht onder een naar boven ge-10 richte hoek met betrekking tot de horizontaal, zodat.beweging van de dikke laag 30 naar de bovenstroomse hals tussen de transporteurs 10 en 12 wordt bereikt door de zwaartekracht. Voorverdichting van de dikke laag 30 treedt °P als een gevolg van trillingen van de transporteur 26,

De mogelijkheid te werken met minder samendrukking van de tabak 15 in de tabakskoek 18 bij de snijder 20 onder toepassing van samendrukkings-kracht bij de transporteurs 10 en 12 gedurende een kortere tijdsperiode, als een gevolg van de voorverdichting en geschikte laagjesoriëntatie in overeenstemming met de onderhavige uitvinding, resulteert een sterk verminderde nadelige invloed op het vulvermogen van de tabaksreepjes 24, 20 wanneer deze opvolgend worden gebruikt bij de vervaardiging van sigaretten, hetgeen tot een economischer gebruik van tabak leidt, in vergelijking met procedures . volgens de stand van de techniek.

Een consistentere snijbreedte van de tabak van stuk tot stuk wordt bereikt onder gebruikmaking van de procedure volgens deze uitvin-25 ding, zodat de kwaliteit van de tabaksnippers, welke worden vervaardigd is verbeterd met betrekking tot die welke worden vervaardigd met de procedure volgens de stand van de techniek.

Bovendien kan de invoerstroomsnelheid worden gevarieerd in welk geval de fysische hoogte van de tabakskoek 18 varieert. Deze doorvoerva-30 riatie hangt alleen af van de stroomingang naar de snijder, in plaats van door gebruik te maken”van de samendrukking zoals bij de stand van de techniek. Een zeer korte opslagperiode is vereist bij de procedure volgens deze uitvinding.

Modificaties zijn mogelijk binnen de strekking van de uitvinding.

CONCLUSIES.

8006724

Claims (9)

1. Werkwijze voor het toevoeren van tabak in de vorm van gedorste tabaklaagjsof hele bladeren aan ' een snijstation, waarbij de tabak hori-5 zontaai wordt voortbewogen en wordt verbrijzeld met de snelheid waarmee deze het station binnentreedt, gekenmerkt door het vormen van een in het algemeen horizontaal georiënteerde laag tabak, waar bij de tabak wordt doorschots en zich in het algemeen vlak uitstrekt en het in het algemeen horizontaal transporteren van de laag naar het snijstation.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de laag voorafgaand aan het binnentreden van het snijstation wordt samengedruk zonder het gebruik van kracht, anders dan de zwaartekracht en trilling.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het samendruk-15 ken van de laag wordt bewerkstelligd door het onderwerpen van de laag aan heen en weer gaande trilling, die in het algemeen longitudinaal op de laag is gericht.

4. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het vormen van een relatief dunne laag tabak op een transporterend oppervlak, waarbij de 20 tabak in hoofdzaak vlak is georiënteerd met betrekking tot de laag en in hoofdzaak gelijkmatig is verdeeld over de breedte van de laag, het onderwerpen van de dunne laag aan trilling, waarbij de tabak in de laag verdicht zonder het gebruik van welke andere kracht dan ook dan de zwaartekracht en trilling, het transporteren van de dunne laag naar het snijsta*· 25 tion, het doorschieten van de tabak in de dunne laag met longitudinaal aangrenzenden tabak voor het vormen van een relatief dikke laag onderling verweven»verdichte tabak, bevattende de hoeveelheid tabak, die gewenst is om te worden toegevoerd aan het snijstation en het toevoeren van de relatief dikke laag aan het snijstation zonder in hoofdzaak de oriëntatie van 30 de tabak in de laag te wijzigen.

5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het transporterende oppervlak is geheld, waardoor het transporteren wordt bereikt door de zwaartekracht.

6. Werkwijze volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de snelheid 35 . en de kracht van het transporteren van de dunne laag minder wordt gehouden dan die welke de vorming van tabakshopen veroorzaakt.

7. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het rechtstreeks dp een transporterend oppervlak vormen van een relatief dikke laag tabak, bevattende de hoeveelheid tabak, die is ge- 8006724 _9- 21677/jp/ts wenst op te worden toegevoerd aan het snijstation uit tabak in de vorm van iele bladeren of gedorste laagjes en waarbij de tabak in hoofdzaak vlak met betrekking tot de laag is georiënteerd en in hoofdzaak gelijkelijk is verdeeld over de breedte van 5 de laag, het onderwerpen van de dikke laag aan trilling, waardoor de tabak in de laag verdicht zonder gebruik van welke kracht dan ook, anders dan de zwaartekracht en trilling en het transporteren van de verdichte laag haar het snijstation zonder het in hoofdzaak wijzigen van de oriëntatie van de tabak in de dikke laag.

8. Inrichting voor het vormen van gesneden tabak,* omvattende een boven en benedentabaktransporteur, welke convergeren in de richting van een benedenstrooms einde, een druk-uitoefenerid orgaan aan het benedenstroomse einde voor het uitoefenen van druk op de tabak op die plaats, een snij-orgaan, grenzend aan het drukuitoefenend orgaan aangebracht voor het snij- 15 den van de tabak, die wordt gehouden door het druk-rdtoefenend 1 orgaan en een transporteerorgaan voor het transporteren van tabak naar het boven-stroomse einde van de transporteurs, met het kenmerk, dat het transporteerorgaan een trillende transporteur ( 26) met een gebogen oppervlak omvat.

9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de trillende transporteur boven en onder een hoek met betrekking tot het bovenstroomse einde van de transporteurs (10, 12) is aangebracht. Eindhoven, december 1980. 8 0 0 6 72 4