NL8002751A - Dekselconstructie. - Google Patents

Description

V

Dekselconstructie

De uitvinding heeft betrekking op een deksel, die van een kunsthars gevormd is, en die zwenkbaar is zoals een omslag I * • voor een- boek cm de opening te openen en te sluiten.

Poederdozen, olie- en azijnstelletjes en vloeistof-5 houders zijn nu vaak voorzien van een deksel, gevormd van een kunsthars, en met een schamiergedeelte van verminderde dikte, en een dekselgedeelte, dat als één geheel gevormd is met het schamiergedeelte en daarom zwenkbaar is zoals een omslag voor een boek.

Een dergelijk deksel is bruikbaar voor een wijd bereik 10 van toepassingen, daar het zeer eenvoudig van constructie is vergeleken met een gebruikelijk scharnier met een pen. Het werkt ook nauwkeuriger, en is gemakkelijker te hanteren dan een deksel, dat tot één geheel verbonden is net een houderrcmp of een dekselbasis door een lang elastisch onderdeel.

15 Ofscnoon een deksel van het in het voorgaande vermelde type, met een dekselgedeelte, dat als één geheel gevormd is met een schamiergedeelte van verminderde dikte, een aantal voordelen heeft zoals in het voorgaande beschreven is, moeten verschillende middelen voorzien worden om het dekselgedeelte in staat te stellen 20 on zijn stand te bewaren, en levert het deksel heel wat moeite op wanneer het aan een houderrcmp of een dekselbasis verbonden is, daar het harsmateriaal, waaruit het deksel gevormd kan worden, in hoofdzaak beperkt is tot polypopreen.

Behalve deze nadelen is aan de bekende dekselconstructie 25 een ernstig bezwaar verbonden. Dat wil zeggen dat het deksel een groot obstakel is voor de afvoer van de houder, daar de elasticiteit van het scharnier de neiging oplevert om het deksel terug te brengen in zijn gesloten stand wanneer het geopend is.

2

Het is derhalve een oogmerk van de uitvinding cm te voorzien in een deksel, dat gemakkelijk te vormen en net een houder samen te stellen is, en dat gemakkelijk geopend en gesloten kan worden.

5 Een ander oogmerk van de uitvinding is om te voorzien in een deksel, dat de sluiting van een houder verzekert.

Een verder oogmerk van de uitvinding is cm het voor een deksel voor een houder mogelijk te maken cm onder een gewenste hoek ten opzichte van de houder te blijven staan wanneer het geopend 10 is.

De uitvinding is zodoende gekenmerkt door het verschaffen van een been van gewenste lengte, dat zich naar achter uitstrekt vanaf de achterrand van een dékselplaat. Een plat oppervlak, waarop zich een schamierbasis bevindt, wékt een drukkracht op, die omhoog werkt 15 op het vrije einde van het been. Een scharnier en de schamierbasis hebben een voldoende mate van elasticiteit. Het vrije einde van het been kan zich op een geschikte afstand van het scharnier bevinden.

Deze factoren zijn met elkaar gecombineerd om de dékselplaat in staat te stellen cm een gewenste stand te bewaren wanneer deze geopend is, 20 en automatisch in zijn open of gesloten stand te bewegen.

De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden daarvan.

Fig. 1 is een afbeelding, die de basisconstructie volgens 25 de uitvinding gedeeltelijk in doorsnede toont in zijn gesloten stand; fig. 2 toont de open stand van het deksel van fig. 1; fig. 3 is een met fig. 2 corresponderende afbeelding, maar toont een been weggesneden langs een onregelmatige lijn; fig. 4A. en 4B zijn gedeeltelijk afbeeldingen op 30 grotere schaal, die schematisch verschillende vormen van benen voorstellen; fig. 5 is een verticale doorsnede, die een andere uitvoering van de uitvinding toont, welke voorzien is van een paar kraalranden, die op het vrije einde van het been gevormd zijn; 35 fig. 6 is een gedeeltelijke afbeelding op grotere schaal 800 2 7 51 %β * 3 bij de gesloten stand van het in fig. 5 weergegeven deksel; fig. 7 is een gedeeltelijke afbeelding op grotere schaal bij de open stand van het in fig. 5 weergegeven deksel; fig. 8 is een gedeeltelijke verticale doorsnede op 5 grotere schaal, die een naar achter afhellend been bij de gesloten stand van een deksel weergeeft; fig. 9 is een afbeelding, die het been van fig. 8 in de open stand weergeeft; fig. 10 is een afbeelding, die gedeeltelijk in verticale 10 doorsnede een constructie voor de verbinding tussen een deksel en de hals van een houder weergeeft; fig, 11 is een gedeeltelijk weggébroken afbeelding, die een gewijzigde vorm van de in fig. 10 weergegeven constructie toont; 15 fig. 12 is een afbeelding, die gedeeltelijk in verticale doorsnede een andere uitvoering van de constructie voor de verbinding tussen een deksel en de hals van een houder weergeeft; fig. 13 is een gedeeltelijk weggébroken afbeelding, die een gewijzigde vorm van de in fig. 12 weergegeven constructie 20 toont; fig. 14 is een afbeelding, waarin de delen in hun betrekkelijke verband losgenomen beschouwd worden en die gedeeltelijk in verticale doorsnede nog een andere uitvoering van de constructie voor de verbinding tussen een deksel en de hals van een houder weer-25 geeft; fig. 15 is een gedeeltelijke afbeelding op grotere schaal, die de constructie van fig. 14 in de verbonden stand weergeeft; fig. 16 is een afbeelding in perspectief van een poeder-30 doos, waarbij het nieuwe deksel toegepast is, in zijn open stand; fig. 17 is een onderaanzicht van het in fig. 16 weergegeven deksel; fig. 18 is een verticale doorsnede van de poederdoos in zijn gesloten stand; 35 fig. 19 is een verticale doorsnede van de poederdoos 800 27 51 % 4 in zijn open stand; fig. 20 is een gedeeltelijke verticale doorsnede op grotere schaal van de poederdoos in zijn gesloten stand; fig. 21 is een gedeeltelijke verticale doorsnede 5 cp grotere schaal van de poederdoos in zijn open stand; en fig. 22 is een gedeeltelijke verticale doorsnede op grotere schaal, langs een onregelmatige lijn, van een andere vorm van de poederdoos, waarbij het nieuwe deksel toegepast is, in zijn gesloten stand.

10 lil de tekeningen wordt een deksel volgens de uitvinding gezien, die van een kunsthars vervaardigd is en voorzien is van een dekselbasis 11, die geschroefd, of passend aangebracht is over een houderrcmp 17 door een cilindrische verbinding 15 in innig contact daaimse, en een dekselbestanddeel 1, dat zich op de bovenwand 15 12 van de dekselbasis 11 bevindt en zwenken kan zoals een omslag voor een boek om een in de bovenwand 12 aangebrachte opening 14 te openen en te sluiten.

Zoals in fig. 1 t/m 3 weergegeven is, is het dekselbestanddeel 1 voorzien van een in hoofdzaak platte dekselplaat 2, en 20 een schamierbasis 6, die zich vanaf de achterrand van de dekselplaat 2 uitstrekt, waartussen een keep of gedeelte van verminderde dikte, die een scharnier 5 vormt, aangebracht is langs een deel van de achterrand van de dekselplaat 2. Een verbinding 10 hangt van de onderzijde van de schamierbasis 6 af. Een been 7, dat een gewenste 25 lengte heeft, strékt zich naar achter vanaf het overblijvende deel van de achterrand van de dekselplaat 2 uit (d.w.z., bij de weergegeven uitvoering, vanaf de achterrand aan weerszijden van het scharnier 5). De bovenwand 12 van de dekselbasis 11 heeft een bovenoppervlak 13, dat tenminste in de achterste helft daarvan, die naar het been 7 30 toegekeerd is, plat is. De dekselbasis 11 heeft een hals 16, die naar de verbinding 10 aan het dekselbestanddeel 1 toegekeerd is, en de verbinding 10 is stevig vastgezet rond de hals 16.

De lengte van het been 7 staat in zeer nauw verband met de hoogte van het scharnier 5 boven het bovenoppervlak 13 van de 35 dekselbasis 11, en is tenminste groter dan de afstand tussen het 800 2 7 51 t At 5 scharnier 5 en het bovenoppervlak 13.

Wanneer een vinger in aangrijping gebracht wordt met een deksel 4 bij de voorrand van de dekselplaat 2 cm de dekselplaat 2 uit zijn gesloten stand, die in fig. 1 weergegeven is, naar zijn 5 open stand te draaien, wordt een één geheel vormend samenstel van de dekselplaat 2 en het been 7 cm het scharnier 5 gedraaid, en wordt het vrije einde van het been 7, waarvan de lengte groter is dan de afstand tussen het scharnier 5 en het bovenoppervlak 13, tegen het bovenoppervlak 13 gedrukt, zodat de schamierbasis 6 elas-10 tische vervorming ondergaat om opwaartse verplaatsing van het scharnier 5 te veroorloven.

De elastische vervorming van de schamierplaat 6 bereikt zijn maximum mate wanneer de dekselplaat 2 in hoofdzaak loodrecht op het bovenoppervlak 13 staat, ofschoon dit enigszins afhangt van 15 de vorm van het vrije einde van het been 7.

Bij verdere draaiing van de dekselplaat 2 wordt de mate van elastische vervorming van de schamierbasis 6 verminderd tot deze nul wordt wanneer de dekselplaat 2 in zijn/1fig. 2 weergegeven stand gedraaid is. De elasticiteit van het scharnier 5, die de 20 neiging oplevert om de dekselplaat 2 in zijn gesloten stand te draaien, en de elasticiteit van de schamierbasis 6, die de neiging oplevert cm deze draaiing van de dekselplaat 2 te verhinderen, zijn met elkaar in evenwicht om de dekselplaat 2 in zijn open stand te houden, met een openingshoek, die bepaald wordt door de lengte van 25 het been 7 en de afstand tussen het scharnier 5 en het bovenoppervlak 13.

Nadatde dekselplaat 2 naar de stand in hoofdzaak loodrecht op het bovenoppervlak 13 gedraaid is, driift de elasticiteit van de schamierbasis 6 de dekselplaat 2 automatisch in zijn in fig.

30 2 en 3 weergegeven open stand, en houdt deze in die stand.

Indien het gewenst is cm de dekselplaat 2 uit zijn in fig. 2 en 3 weergegeven open stand naar zijn gesloten stand te draaien, is het voldoende om hier tegen te duwen met een kracht welke de elasticiteit van de schamierbasis 6 overwint. Nadat de deksel-35 plaat 2 naar een stand in hoofdzaak loodrecht op het bovenoppervlak 800 2 7 51 6 13 teruggedraaid is, drijft de elasticiteit van de scharnierbasis 6 de dekselplaat 2 automatisch in zijn gesloten stand.

Het zal uit de voorgaande beschrijving van de essentiële constructie en werking van het deksel volgens de uit-5 vinding duidelijk zijn dat wanneer de dekselplaat 2, die de opening 14 sluit, geopend wordt, deze in de stand gehouden wordt, die bepaald wordt door de lengte van het been en de afstand tussen het scharnier 5 en het bovenoppervlak 13, maar dat geen functie van vasthouding van de dekselplaat 2 in zijn gesloten stand afgeleid kan worden 10 van de wederzijdse betrekking tussen het scharnier 5, de schamier-basis 6 en het been 7.

Teneinde aan dit probleem het hoofd te bieden is de in fig. 1 t/m 3 weergegeven uitvoering voorzien van een stop 3, die uit de onderzijde van de dekselplaat 2 steekt en er op berekend 15 is om nauwsluitend in de opening 14 te passen bij sluiting van de dekselplaat 2 op een zodanige wijze dat deze niet onbedoeld teruggetrokken kan worden.

Ofschoon het in het voorgaande vermelde middel zeker zijn eigen verdienste heeft, is de stop 3 nodig cm een betrekkelijk 20 stevige passing in de opening 14 tot stand te brengen teneinde niet onbedoeld daaruit teruggetrokken te worden. Bijgevolg is een betrekkelijk sterke kracht vereist om het deksel te openen en te sluiten.

Ofschoon de open stand van de dekselplaat 2 bepaald wordt door de lengte van het been 7 en de afstand tussen het scharnier 5 25 en het bovenoppervlak 13 leidt overmatige verlenging van het been 7 vergeleken met de afstand tussen het scharnier 5 en het bovenoppervlak 13 tot een onnodige toename in de kracht die vereist is cm de dekselplaat 2 te openen of te sluiten. Dit betekent dat de lengte van het been 7 zijn eigen beperking ten opzichte van de afstand 30 tussen het scharnier 5 en het bovenoppervlak 13 heeft, onder het zodoende begrenzen van de open stand van de dekselplaat 2.

Eten verder probleem van de in fig. 1 t/m 3 weergegeven fundamentele constructie is dat de dekselplaat 2 altijd een openingshoek heeft, die groter dan 90° is, ofschoon een kleinere hoek, bij-35 voorbeeld ongeveer 90°, vaak voldoende is, afhangende van de inhoud 800 2 7 51 fr ir 7 van de houder 17.

De in het voorgaande vermelde problemen kunnen bijvoorbeeld opgelost worden door het vormen van het vrije einde van het been 7 met een specifieke vormgeving zoals in fig. 4A weergegeven is.

5 In de eerste plaats is een kraalrand 8, die een gewenste uitsteékhoogte heeft, aan de onderzijde van het been 7 bij zijn vrije einde gevormd teneinde de dekselplaat 2 tegen de bovenwand 12 te drukken wanneer deze zich. in zijn gesloten stand bevindt. Wanneer de dekselplaat 2 zich in zijn gesloten stand bevindt, licht de kraal-10 rand 8 het einde van de schamierbasis 6 nabij het scharnier 5, en oefent de elasticiteit van de zo gelichte schamierbasis 6 een kracht qp de dekselplaat 2 uit onder het tegen het bovenoppervlak 13 van de bovenwand 12 drukken daarvan. Een dergelijke kracht dient ook om de stop 3 in de opening 14 te drukken, onder het zodoende verzekeren 15 van de sluiting van de opening 14. De kraalrand 8 draagt niets bij tot de kracht, die voor het openen of sluiten van de dekselplaat 2 vereist is, maar de dekselplaat 2 kan geopend of gesloten worden met een mate van kracht die identiek is aan hetgeen vereist is bij de in fig. 1 t/m 3 weergegeven uitvoering.

20 De openingshoek van de dekselplaat 2 kan vergroot worden door een kraalrand 9 met een gewenste uitsteékhoogte aan de bovenzijde van het been 7 bij zijn vrije einde aan te brengen zoals in fig. 4B weergegeven is. De schamierbasis 6 blijft elastisch vervormd tot de dekselplaat 2 verdere draaiing om het been 7 over een hoek 25 corresponderende met de hoogte van de kraalrand 9 voltooit. Met andere woorden wordt de hoek van de dekselplaat 2 in zijn open stand vergroot in een mate die net de hoogte van de kraalrand 9 correspondeert.

Een dergelijk deksel, waarvan de dekselplaat 2 wijder open gehouden kan worden, is bijzonder doeltreffend als een deksel voor een olie-30 of azijnstelletje.

Een deksel, die beide kraalranden 8 en 9 heeft, kan zichzelf automatisch in zijn gesloten stand houden, en kan een wijdere openingshoek bewaren wanneer het geopend is. Fig. 5 t/m 7 tonen een dergelijk deksel bij wijze van voorbeeld.

35 Wanneer de dekselplaat 2 zich in zijn gesloten stand 800 2 7 51 δ bevindt, wordt de scharnierbasis 6 elastisch vervormd daar zijn einde iets opgeheven wordt door de kraalrand 8 zoals in fig. 6 weergegeven is, er wordt hierdoor qp de dekselplaat 2 een kracht uitgeoefend, met een draaipunt ter plaatse van de kraalrand 8, een kracht-5 punt ter plaatse van het scharnier 5 en een werkingspunt ter plaatse van de stop 3, waarbij de stop 3 in de opening 14 gedrukt wordt. Wanneer de dekselplaat 2 zich in zijn open stand bevindt, houdt de kraalrand 9 deze onder een wijdere openingshoek zoals in fig. 7 weergegeven is, 10 Tenslotte kan de openingshoek van de dekselplaat 2 verminderd worden door een bovenste gedeelte 91 van het been 7 af te snijden in een patroon dat afhelt van het scharnier 5 naar het vrije einde van het been 7 zoals in fig. 4B weergegeven is. Het verdient de voorkeur cm de kraalrand 8 aan te brengen, in aanvulling 15 op het afsnijden van het bovenste gedeelte van het been, en het niveau van de achterste helft van het bovenoppervlak 13 dat naar het been 7 toegekeerd is te verlagen met een hoogte die met de uitsteking van de kraalrand 8 correspondeert, zoals in fig. 4B weergegeven is.

20 De verwijdering van het bovenste gedeelte 9' van het been 7 en de aanbrenging van de kraalrand 8 zoals nu beschreven vonten een constructie, die in hoofdzaak identiek is aan wat gerealiseerd wordt door een naar achter afhellend been 7 zoals in fig. 8 en 9 weergegeven, waarvan nu een beschrijving volgt.

25 Zelfs indien de kraalrand 8 aangebracht wordt, werkt deze in het geheel niet, daar het bovenoppervlak 13 dat naar het been 7 toegekeerd is omlaag verplaatst is over een hoogte die met de uitsteking van de kraalrand 8 correspondeert. Derhalve bevindt de dekselplaat 2 zich in zijn gesloten stand, die in fig. 8 30 weergegeven is, precies in dezelfde stand als weergegeven is voor de reeds beschreven fundamentele constructie. Wanneer de dekselplaat 2 naar zijn open stand gedraaid wordt, herstelt de scharnierbasis 6 zijn oorspronkelijke vorm na elastische vervorming eerder met een hoek die met de verminderde hoogte van het bovenste gedeelte 35 9' correspondeert, zoals in fig. 9 weergegeven is, zodat de dekselplaat 800 2 7 51 9 2 open gehouden kan worden na een kleinere draaiingshoek.

Bij het deksel volgens de uitvinding wordt door de aanbrenging van de kraalranden 8 en 9 op het been 7 en de verwijdering van het bovenste gedeelte 91 van het been 7 de dekselplaat 5 2 in staat gesteld om zijn gesloten stand te bewaren, en open te blijven onder een gewenste hoek.

Zoals duidelijk is uit de voorgaande beschrijving van de schamierbasis 6 en het been 7, die samenwerken om de dekselplaat 2 te openen of te sluiten en deze in zijn open of gesloten stand 10 te houden, is het nodig cm de schamierbasis 6 stevig en met hoge stabiliteit aan de dekselbasis 11 te bevestigen teneinde stabiliteit te verzekeren bij de draaiing van de dekselplaat 2 wanneer deze geopend of gesloten wordt. De stevige verbinding van de scharnier-basis 6 aan de dekselbasis 11 komt tot stand door de verbinding 15 10 die van de schamierbasis 6 afhangt, en een samengaande ver binding 16 die aan de dekselbasis 11 gevormd is. Verschillende uitvoeringen zijn mogelijk voor de samengaande verbindingen 10 en 16, maar die welke in het volgende beschreven zullen worden zijn wenselijk vanuit het standpunt van fabricage, verbinding en 20 gedrag.

In fig. 10 wordt eerst gezien dat de verbinding 16 aan de dekselbasis 11 voorzien is van een in hoofdzaak cilindrische pasgroef 16b gevormd door een kraag 16a aan het boveneinde van de cilindrische verbinding 15 of het buitenoppervlak daarvan, en een 25 opsluitkraag 16c die het boveneinde van de pasgroef 16b vormt.

De verbinding 10 aan de schamierbasis 6 omvat een pasring 10a die van het achtereinde van de schamierbasis 6 afhangt en er op berekend is om nauwsluitend in de pasgroef 16b aan de dekselbasis te passen, en een opsluitkraag 10b die op het binnenoppervlak van de pasring 10a 30 gevormd is en omhoog gekeerd is cm stevig in aangrijping te komen met de omlaag gekeerde opsluitkraag 16c aan de dekselbasis 11. Bij de in fig. 10 weergegeven constructie wordt de verbinding 10, die êën geheel vormt met de schamierbasis 6, verbonden met de verbinding 16 aan de dekselbasis 11 over een vergroot oppervlakgebied, zodat 35 stabiele vasthouding van de schamierbasis 6 op de meest zekere wijze 800 27 51 10 verzekerd kan worden. Een gewijzigde vorm van de in fig. 10 weergegeven constructie is in fig. 11 weergegeven.

Zoals in de tweede plaats in fig. 12 wordt gezien omvat de daarin weergegeven verbinding 10 een afhangend onderdeel 5 10c dat omlaag steekt vanaf de onderzijde van de scharnierbasis 6 en een lengte heeft die gelijk is aan de dikte van de bovenwand 12.

Het afhangende onderdeel 10c is aan zijn ondereinde gevormd met een zicih zijdelings uitstrekkend opsluituitsteeksel lOd. De verbinding 16 aan de dekselbasis 11 wordt gevormd door een gat 16d dat door 10 de bovenwand 12 aangebracht is en waarin het afhangende onderdeel 10c nagenoeg dicht passend aangebracht wordt. Ofschoon de in fig.

12 weergegeven constructie eenvoudiger van constructie en gemakkelijker te hanteren is dan die van fig. 10, kan de scharnierbasis 6 niet zo stevig vastgehouden worden als zijn tegenhanger in fig. 10.

15 Derhalve is het wenselijk cm het afhangende onderdeel 10c in staat te stellen tot elastische vervorming met de scharnierbasis 6, zodat deze elastische vervorming een aanvullende kracht verschaffen kan cm de scharnierbasis 6 in positie te houden. Een gewijzigde vorm van de in fig. 12 weergegeven constructie is in fig. 13 weergegeven.

20 Daar de verbinding 16 bij de in fig. 12 of 13 gevormde constructie gevormd wordt door het in de bovenwand 12 aangebrachte gat 16d, is het wenselijk cm voor de dekselbasis 11 een dubbele cilindrische wandconstructie toe te passen, net een cilindrische binnenwand, die de cilindrische verbinding 15 vormt, en een cilindrische buitenwand, 25 en het gat 16d in dat gedeelte van de bovenwand 12 te vormen, dat zich tussen de binnen- en buitenwanden bevindt.

Een derde verkozen verbindingsuitvoering is in fig.

14 en 15 weergegeven. De verbinding 10 cmvat een afhangend onderdeel 10e, dat omlaag steekt vanaf de onderzijde van de scharnierbasis 6 30 en een lengte heeft, die voldoende groter is dan de dikte van de bovenwand 12. De verbinding 16 wordt gevormd door een gat 16e door dat'de bovenwand 12 aangebracht is. Het afhangende onderdeel 10e strekt zich door het gat 16e uit en heeft een ondereinde dat omlaag steekt uit het gat 16e en afgeplat wordt door verwarming zoals bij 35 H weergegeven is, waarbij de scharnierbasis 6 aan de dekselbasis 11 800 2 7 51 11 verbonden wordt. Ofschoon de in fig. 14 en 15 weergegeven constructie een zeer bevredigende ondersteuning voor de schamierbasis 6 verschaft in tegenstelling tot die van fig. 12, vereist deze op bezwaarlijke wijze één bijkomende stap bij de fabricageverrichting, d.w.z. af-5 platting door verwarming zoals bij H. Evenals het geval is bij de in fig. 12 weergegeven uitvoering is het wenselijk cm een dubbele. cilindrische wandconstructie toe te passen voor de in fig.

14 en 15 weergegeven dekselbasis 11, en het gat 16e aan te brengen in dat gedeelte van de bovenwand 12, dat zich tussen een binnenwand, 10 die de cilindrische verbinding 15 vormt, en een buitenwand bevindt.

Zoals duidelijk is uit de voorgaande beschrijving omvat het deksel volgens de uitvinding het dekselbestanddeel 1 en de dekselbasis 11, die afzonderlijk gevormd en met elkaar verbonden worden, maar het dekselbestanddeel 1 en de dekselbasis 11 behoeven niet 15 noodzakelijk uit dezelfde kunsthars gevormd te worden. Indien het geheel in één stuk uit een en hetzelfde harsmateriaal gevormd wordt, is het zeer waarschijnlijk dat het scharnier 5 de nodige mechanische sterkte missen kan, en polypropeen wordt momenteel beschouwd het optimum materiaal te zijn waaruit het dekselbestanddeel 1 gevormd kan 20 worden. Aan de andere kant kan de dekselbasis 11, die geen elastische vervorming in enig deel daarvan in het bijzonder behoeft te ondergaan, gevormd worden uit elke geschikte kunsthars die gemakkelijk te vormen en goedkoop is en een goed uiterlijk verschaft.

Het zal uit de voorgaande beschrijving duidelijk zijn 25 dat de uitvinding heel wat uitstekende resultaten oplevert vanuit het oogpunt van fabricage, samenstelling en gébruik. Het deksel volgens de uitvinding is eenvoudig van constructie, gemakkelijk te vervaardigen en samen te stellen, en bruikbaar voor een zeer wijd bereik van toepassingen, daar de dekselplaat 2 gemakkelijk in zijn 30 open stand gehouden kan worden, die naar wens gevarieerd kan worden, en ook stevig in zijn gesloten stand gehouden kan worden.

De aandacht wordt nu gericht op fig. 16 t/m 22, die poederdozen of cosmetiekétui's tonen, waarbij het nieuwe deksel toegepast is.

35 De poederdoos, waarbij het nieuwe deksel toegepast is 800 2 7 51 12 zoals bij wijze van voorbeeld in de tekeningen weergegeven is, is er een die algemeen gebruikt wordt. Deze omvat een houder 111 met een holte 112 voor het opnemen van een bus, waarin zich gelaats-poeder bevindt, en een deksel 101 die een achterrand heeft welke daarvan 5 aan het bovenoppervlak van de houder 111 bij de achterrand/verbonden is.

Het deksel 101 is zwenkbaar cm de achterrand daarvan, en cmvat een hoofdbestanddeel 102, dat een binnenoppervlak heeft, dat in het midden gevormd is met een holte 103, waarin een spiegel 10 117 vastgezet is. De houder 111 is bij zijn voorrand gevormd met een uitsparing 114, die een opsluitonderdeel 115 vormt, dat in aan-grijping te brengen is met een opsluitonderdeel 105, dat als één geheel gevormd is met een vingerlip 104 aan de voorrand van het dekselbestanddeel 102, zodat het deksel 101 in zijn gesloten stand 15 gehouden kan worden.

Het dekselbestanddeel 102 heeft een in hoofdzaak plat achterrandgedeelte, dat in dikte verminderd is om een scharnier 107 te vormen (bij de in de tekeningen weergegeven uitvoering in het middengedeelte van de achterrand van het dekselbestanddeel 102), 20 en een schamierbasis 108 die tot één geheel daarmee verbonden is.

De schamierbasis 108 heeft een plat onderoppervlak, waarvan een aanbrengonderdeel 109 afhangt, dat een gewenste lengte heeft. Een paar benen 106, die een gewenste lengte hébben, strekken zich naar achter uit vanaf de achterrand van het dekselbestanddeel 102 aan 25 weerszijden van het scharnier 107. Het bovenoppervlak 113 van de houder 111, waarop het deksel 101 rusten kan, is plat, althans in een achtereindgedeelte daarvan, waarin een gat 116 aangebracht is voor het daarin opnemen van het aanbrengonderdeel 109. De verbinding van het deksel 101 met de houder 111 komt tot stand door 30 stevige aangrijping van het aanbrengonderdeel 109 in het gat 116.

Zoals duidelijk worden zal uit de volgende beschrijving, die verband houdt met het openen en sluiten van het deksel 101, werkt een zeer sterke kracht in op het gebied, waar het deksel 101 verbonden is met de houder 111, wanneer het deksel 101 geopend is. Teneinde 35 een stevige en stabiele ondersteuning voor het deksel 101 met betrekking 800 2 7 51 * i 13 tot de houder 111 te verschaffen is het derhalve wenselijk dat het vrije einde van het aanbrengonderdeel 109, dat uit het gat 116 steekt, vastgezet wordt door afplatting onder warmte zoals weergegeven, in plaats van eenvoudig in het gat 116 aangebracht te 5 .worden. Behalve deze afplatting is het mogelijk om zijn toevlucht te nemen tot andere middelen zoals het vormen van een ondersnijding, of een bijkomend vastzetonderdeel, een elk zodanig middel is aanvaardbaar indien het er toe dient om de schamierbasis 108 aan het achtereinde van het bovenoppervlak 113 van de houder 111 te bevestigen 10 zonder enige onvaste beweging van de schamierbasis 108 te veroorzaken.

Wanneer de vinger in aangrijping gébracht wordt met brengen de vingerlip 104 cm een vereiste kracht voor het buiterfcangrijping > van de opsluitonderdelen 105 en 115 uit te oefenen teneinde het deksel 101 te openen vanuit zijn gesloten stand, die door onderlinge 15 aangrijping van de opsluitonderdelen 105 en 115 bewaard wordt, wordt het dekselbestanddeel 102 er toe gebracht cm te draaien cm het scharnier 107, en worden de achtereinden van de benen 106, die zich achter het scharnier 107 bevinden, tegen het platte bovenoppervlak 113 van de houder 111 gedrukt. Indien het deksel 101 verder 20 gedraaid wordt, veroorzaken de benen 106, waarvan de achterste of vrije einden tegen het bovenoppervlak 113 gedrukt blijven, verplaatsing van het scharnier 107 van het oppervlak 113 af, en elastische vervorming van de schamierbasis 108 op een zodanige wijze dat zijn rand waarbij het scharnier 107 omhoog verplaatst wordt.

25 De elastische vervorming van de schamierbasis 108 bereikt zijn maximum mate wanneer het deksel 101 loodrecht op het bovenoppervlak 113 staat zoals in fig. 21 weergegeven is.

Bij verdere draaiing van het deksel 101 nadat het loodrecht op het bovenoppervlak 113 is kamen te staan, begint de 30 schamierbasis 108 tot zijn oorspronkelijke vorm terug te keren na zijn maximum elastische vervorming, en wanneer het deksel 101 in zijn open stand gedraaid is, die met getrokken lijnen in fig. 21 weergegeven is, zoals bepaald wordt door de lengte van het verlengstuk van de benen 106, dat met getrokken lijnen weergegeven is, 35 d.w.z. de afstand tussen het scharnier 107 en de vrije einden van 800 2 7 51 14 de benen 106, en de hoogte van het scharnier 107 boven het bovenoppervlak 113, herstelt de schamierbasis 108 zijn oorspronkelijke stand die met getrokken lijnen in fig. 21 weergegeven is.

In zijn met getrokken lijnen in fig. 21 weergegeven 5 stand wordt het deksel 101 naar zijn gesloten stand gedreven door de elasticiteit van het scharnier 107, maar zijn draaiing naar de gesloten stand wordt door de schamierbasis 108 verhinderd.

Derhalve wordt het deksel 101 onder een draaiingshoek gehouden, die met de getrokken lijnen in fig. 21 weergegeven is, zoals bepaald 10 wordt door de lengte van het verlengstuk van de benen 106 en de hoogte van de scharnier 107 boven het bovencppervlak 113.

Derhalve kan, indien de lengte van het verlengstuk van de benen 106 en de hoogte van het scharnier 107 boven het bovenoppervlak 113 goed gekozen zijn, de openingshoek van het deksel 101 zoals 15 met de getrokken lijnen in fig. 21 weergegeven is ingesteld worden waar de spiegel 116 op geschikte wijze gébruikt kan worden, zodat wanneer het deksel 101 geopend wordt, het automatisch stoppen kan bij een openingshoek die een geschikt gébruik van de spiegel 117 veroorlooft.

20 Teneinde het deksel 101 te sluiten is het voldoende om het in de richting te draaien, die het sluit zoals het geval is bij elke bekende poederdoos. Volgens de uitvinding verloopt, indien het deksel 101 in de sluitrichting iets voorbij zijn met streep-stippellijnen in fig. 21 weergegeven stand gedraaid wordt, de rest 25 van de sluitverrichting automatisch door de elasticiteit van de schamierbasis 108 met een kracht die de automatische aangrijping van het opsluitonderdeel 105 met het opsluitonderdeel 115 veroorlooft cm zodoende de poederdoos te sluiten.

De poederdoos volgens de uitvinding kan zodoende 30 op zeer geschikte wijze gebruikt worden, daar de samenwerking van de benen 106, het scharnier 107 en de schamierbasis 108 automatische instelling van het deksel 101 onder een voorverkozen openingshoek, en automatische sluiting van het deksel 101 bij de onderlinge aangrijping van de opsluitonderdelen 105 en 115 tot stand brengt. Daar de verbinding 35 van het deksel 101 met de houder 111 eenvoudig tot stand komt door 800 27 51 1 . 15 het aanbrengonderdeel 109 en het gat 116 is er geen mogelijkheid dat enige afmetingfout bij de vorming van de samenhangende delen een ernstig probleem veroorzaken kan, maar een wijd bereik van afiretingtoleranties is toelaatbaar voor deze delen.

het 5 Indien het gehele deksel 101, dat'scharnier 107 omvat, in één stuk gevormd is, is het wenselijk om het van polypropeen te vormen teneinde de goede sterkte van het scharnier 107 te bewaren.

Ofschoon bij de in het voorgaande beschreven uitvoering door de onderlinge aangrijping van de opsluitonderdelen 105 en 115 10 het deksel 101 in zijn gesloten stand gehouden wordt, omvat een andere uitvoering van de poederdoos, die in fig. 22 weergegeven is, een kraalrand 110, die omlaag steekt van het vrije einde van elk been 106. Wanneer het deksel 101 zich in zijn gesloten stand bevindt, de drukken de kraalranden 110, die eén geheel vormen met'benen 106, 15 tegen het bovenoppervlak 113 van de houder 111, zodat het scharnier 107 iets opgeheven wordt door boven de elasticiteit van de schamier-basis 108 uit te gaan, waarbij het vrije einde van het deksel 101 tegen de houder 111 gedrukt wordt. Dit betékent dat de kraalranden 110 er toe dienen cm het deksel 101 in zijn gesloten stand te houden.

20 Derhalve is het, indien de dikte of mate van uitstéking van de kraalranden 110 goed gekozen wordt, mogelijk cm het deksel 101 in zijn gesloten stand te houden, zonder enig opsluitonderdeel 105 of 115 nodig te hébben. Dankzij zijn uitstekende afdichtwerking, die bereikt wordt doordat het deksel 101 tegen de houder 111 drukt, 25 verschaft de in fig. 22 weergegeven uitvoering een bijzonder bruikbare poederdoos, die bedoeld is voor het opnemen van een goedkoop kosmetisch middel, dat een parfum bevat, dat berging in een hoogst af gedichte houder vereist.

Het zal uit de voorgaande beschrijving duidelijk zijn 30 dat de poederdoos volgens de uitvinding heel wat uitstekende resultaten oplevert vanuit het standpunt van gébruik, fabricage en kosten, daar het deksel 101 automatisch in zijn open stand, die geschikt is voor het gébruik van de spiegel 117, gehouden kan worden en automatisch naar zijn gesloten stand teruggébracht kan worden 35 bij uitoefening van een geringe mate van draaiende stootkracht 800 2 7 51 16 daarop, en daar het ook gemakkelijk te vormen en samen te stellen is met een wijd bereik van afmetingtoleranties zonder enige noodzaak tot nastreving van enige bijzondere vormnauwkeurigheid voor die gedeelten van het deksel 101 en de houder 111, welke met 5 elkaar verbonden worden.

Kort samengevat is in het voorgaande een deksel beschreven, dat van een kunsthars vervaardigd is en zwenkbaar is zoals een anslag voor een boek cm de opening van een houder te openen of te sluiten. Een of meer benen van gewenste lengte, die 10 zich naar achter uitstrekken vanaf het achtereinde van een deksel-plaat, stellen de dekselplaat in staat cm een gewenste open stand te bewaren, en automatisch in zijn open en gesloten standen te bewegen. Deze vermogens van de dekselplaat hangen af van de kracht die opgewekt wordt door een plat oppervlak, dat een schamierbasis 15 draagt, cm het vrije einde van het been cmhoog te drukken, de elasticiteit van een scharnier en de schamierbasis, en de afstand die bepaald wordt tussen het scharnier en vrije einde van het been, dat bewogen is. Het deksel is bijzonder geschikt voor een poederdoos voor een kosmetisch middel, of dergelijke.

800 2 7 51

Claims (12)

1. Deksel, vervaardigd van een kunsthars, en bestaande uit een dekselbasis, die een cilindrische verbinding heeft, welke geschroefd, of passend aangébracht is over de hals van een houderromp in innig contact daarmee, en een dekselbestanddeel, dat zich op 5 de bovenwand van die dekselbasis bevindt en zwenkbaar is zoals een aanslag voor een boek om een in die bovenwand aangébrachte opening te openen of te sluiten, gekenmerkt doordat het dekselbestanddeel (1) bestaat uit een dekselplaat (2), die op de genoemde bovenwand (12) rusten kan, waarbij een in hoofdzaak plat achtereincUgedeelte 10 van de schamierplaat in dikte verminderd is cm een scharnier (5) te vonten, een schamierbasis (6) nabij dit scharnier, die één geheel daarmee vormend van de onderzijde van de schamierbasis (6) afhangt, en een been (7) van gewenste lengte, dat naar achter uitsteekt vanaf het achtereinde van de dekselplaat (2), welk been onderbroken is 15 in het gebied van het scharnier (5), terwijl de dekselbasis (11) bestaat uit de genoemde bovenwand (12), die een bovenoppervlak (13) heeft, dat plat is althans in de achterste helft daarvan, die naar het been (7) toegekeerd is, en een verbinding (16), die tegenovergesteld aan de genoemde verbinding (10) gevormd is voor het stevig 20 aangrijpen en vasthouden van de genoemde verbinding (10).

2. Deksel, vervaardigd van een kunsthars, en bestaande uit een dekselbasis, die een cilindrische verbinding heeft, welke geschroefd, of passend aangebracht is over de hals van een houder-romp in innig contact daarmee, en een dekselbestanddeel, dat zich 25 op de bovenwand van die dekselbasis bevindt en zwenkbaar is zoals een omslag voor een boek om een in die bovenwand aangebrachte opening te openen of te sluiten, gekenmerkt doordat het dekselbestanddeel (1) bestaat uit een dekselplaat (2), die op de genoemde bovenwand (12) rusten lean, waarbij een in hoofdzaak plat achtereind^gedeelte 30 van die dekselplaat in dikte verminderd is om een scharnier (5) te vormen, een schamierbasis (6) nabij het scharnier, een verbinding (4), die één geheel daarmee vormend vanaf de onderzijde van de schamierbasis (6) afhangt, een been (7) van gewenste lengte, dat zich naar achter uitstrekt vanaf de achterrand van de dekselplaat 800 2 7 51 (2), welk. been onderbroken is in het gebied van het scharnier (5), en een kraalrand (8), die aan de onderzijde van het been (7) bij het vrije einde daarvan gevormd is en een gewenste uitsteeklengte heeft, terwijl de dekselbasis (11) voorzien is van de genoemde 5 bovenwand (12), die een bovenoppervlak (13) heeft, dat plat is althans in de achterste helft daarvan, die naar het been (7) toegekeerd is, en een verbinding (16), die tegenovergesteld aan de genoemde verbinding (10) gevormd is voor het stevig aangrijpen en vasthouden van de genoemde verbinding (10).

3. Deksel, vervaardigd van een kunsthars, en bestaande uit een dekselbasis, die een cilindrische verbinding heeft, welke geschroefd, of passend aangebracht is over de hals van een houderrcmp een in innig contact daarmee, en/dekselbestanddeel, dat zich op de bovenwand van de dekselbasis bevindt en zwenkbaar is zoals een omslag voor 15 een boek om een in die bovenwand aangebrachte opening te openen of te sluiten, gekenmerkt doordat het dekselbestanddeel (1) bestaat uit een dekselplaat (2), die op de genoemde bovenwand (12) rusten kan, waarbij een in hoofdzaak plat achtereindgedeelte van de dekselplaat in dikte verminderd is cm een scharnier (5) te vormen, een schamier-20 basis (6) nabij het scharnier, een verbinding (10), die één geheel daarmee vormend van de onderzijde van de schamierbasis (6) afhangt, een been (7) van gewenste lengte, dat zich naar achter uitstrekt vanaf het achtereinde van de dekselplaat (2), welk been onderbroken is in het gebied van het scharnier (5), en een kraalrand (9), die aan de 25 bovenzijde van het been (7) bij het vrije einde daarvan gevormd is en een gewenste uitsteekhoogte heeft, terwijl de dekselbasis (11) de genoemde bovenwand (12) cravat, die een bovenoppervlak (13) heeft, dat plat althans in de achterste helft daarvan, die naar het been (7) toegekeerd is, en een verbinding (16), die zich tegenovergesteld het 30 aan de genoemde verbinding (10) gevormd is voor/stevig aangrijpen en vasthouden van de genoemde verbinding (10).

4. Deksel, vervaardigd van een kunsthars, en bestaande uit een dekselbasis, die een cilindrische verbinding heeft, welke geschroefd, of passend aangebracht is over de hals van een houder-35 romp in innig contact daarmee, en een dekselbestanddeel, dat zich 800 2 7 51 op de bovenwand van de dekselbasis bevindt en zwenkbaar is zoals een omslag voor een boek cm de in die bovenwand gevormde opening te openen of te sluiten, gekenmerkt doordat het dekselbestanddeel (1) bestaat uit een dekselplaat (2), die op de genoemde bovenwand (12) 5 rusten kan, waarbij een in hoofdzaak plat achtereindgedeelte van de dekselplaat in dikte verminderd is cm een scharnier (5) te vormen, een schamierbasis (6) nabij het scharnier, een verbinding (10), die êën geheel daarmee vormend van de onderzijde van de schamierbasis (6) afhangt, een been (7) van gewenste lengte, dat 10 zich naar achter uitstrekt vanaf het achtereinde van de dekselplaat (2), welk been onderbreken is in het gebied van het scharnier (5), en een kraalrand (8) die aan de onderzijde van het been (7) bij het vrije einde daarvan gevormd is en een gewenste uitsteekhoogte heeft, welk been (7) een bovenste gedeelte (9') verwijderd heeft langs 15 de lengte daarvan van de basis tot het vrije einde daarvan, terwijl de dekselbasis (11) de genoemde bovenwand (12) cmvat, die een bovenoppervlak (13) heeft, dat plat is althans in de achterste helft. daarvan, die naar het been (7) toegekeerd is, en een verbinding (16), die tegenovergesteld aan de genoemde verbinding (10) gevormd is voor 20 het stevig aangrijpen en vasthouden van de genoemde verbinding (10).

5. Deksel volgens een der conclusies 1 t/m 4, gekenmerkt doordat de verbinding (16) voorzien is van een cilindrische pasgroef (16b), gevormd door een kraag (16a) op het buitencitrtreksoppervlak 25 van de cilindrische verbinding (15) aan het boveneinde daarvan, en een opsluitkraag (16c), die langs een rand van de groef (16b) gevormd is, terwijl de verbinding (10) aan het dekselbestanddeel voorzien is van een pasring (10a), die als één geheel met de schamierbasis (6) gevormd is en dichtbij de pasgroef (16b) in aangrijping te 30 brengen is, en een opsluitkraag (10b), die rond het binnenomtréks-oppervlak van de pasring (10a) gevormd is en omhoog gekeerd is voor stevige aangrijping met de opsMkraag (16c).

6. Deksel volgens een der conclusies 1 t/m 4, gekenmerkt doordat de verbinding (10) aan het dekselbestanddeel een als een 35 geheel daarmee gevormd afhangend onderdeel (10c) omvat, dat omlaag 800 2 7 51 steekt van de scharnierbasis (6) en een ondereinde heeft, dat met een zijdelings uitstekend opsluitgedeelte (lOd) gevormd is, terwijl de verbinding (16) aan de dekselbasis gevormd is door een gat (16d), dat aangebracht is door het achtereindgedeelte 5 van de bovenwand (12) tegenovergesteld aan het afhangende onderdeel (10c) en berekend is qp het opnemen van het afhangende onderdeel (10c) daardoor in dicht passend verhand daarmee.

7. Deksel volgens een der conclusies 1 t/m 4, gekenmerkt doordat de verbinding (10) aan het dékselbestanddeel bestaat uit 10 een afhangend onderdeel (10e) van gewenste lengte, dat omlaag steekt van de schamierbasis (6), terwijl de verbinding (16) aan de dekselbasis gevormd is door een gat (16e), dat door het achtereindgedeelte van de bovenwand (12) tegenovergesteld aan het afhangende onderdeel (10e) aangebracht is, welk afhangende onderdeel (10e) zich door 15 het gat (16e), uitstrekt in bijna dicht passend verband daarmee, en een ondereinde heeft, dat uit het gat (16e) steekt en afgeplat is onder warmte (H) cm het afhangende onderdeel (10e) aan de genoemde bovenwand te bevestigen.

8. Deksel volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat 20 dat gedeelte van het bovenoppervlak (13) van de genoemde bovenwand (121, dat naar de dekselplaat (2) toegekeerd is, zich op een hoogte-niveau bevindt, die groter is dan dat gedeelte van het bovenoppervlak (13), dat naar het been (7) toegekeerd is, in een mate die ongeveer gelijk is aan de uitsteekhoogte van de kraalrand (8).

9. Poederdoos, vervaardigd van een kunsthars, en bestaande uit een houder voor een kosmetisch middel, en een deksel, die aan het bovenoppervlak van de houder bij het achtereinde daarvan verbonden is, en zwenkbaar is zoals een omslag voor een boek on de houder te openen of te sluiten, gekenmerkt doordat het deksel (101) 30 bestaat uit een hoofdbestanddeel (102), waarbij een in hoofdzaak plat achtereindgedeelte van het hoofdbestanddeel in dikte verminderd is cm een scharnier (107) te vormen, een schamierbasis (108) nabij het scharnier, een aanbrengonderdeel (109), dat van de onderzijde van de schamierbasis (108) afhangt, en een been (106) van gewenste 35 lengte, da± zich naar achter uitstrékt vanaf het achtereinde van 800 2 7 51 V het hoofdbestanddeel (102), welk been onderbroken is in het gebied van het scharnier, terwijl de houder (111) voorzien is van het genoemde bovenoppervlak (113), dat plat is althans in het achtereindgedeelte daarvan, terwijl het deksel (101) aan de houder ver-5 bonden is, en een gat (116) in het achtereindgedeelte daarvan tegenovergesteld aan het aaribrengonderdeel (109) van het deksel (101) aangebracht is voor het daarin opnemen van het aanbrengonderdeel (109) cm dit voor elke onvaste beweging te behoeden.

10. Poederdoos, vervaardigd van een kunsthars, en 10 bestaande uit een houder voor een kosmetisch middel, en een deksel, dat aan het bovenoppervlak van de houder bij het achtereinde daarvan verbonden is, en zwenkbaar is zoals een cmslag voor een boek om de houder te openen of te sluiten, gekenmerkt doordat het deksel (101) bestaat uit een hoofdbestanddeel (102), waarbij een in hoofdzaak 15 plat achtereindgedeelte van dit hoofdbestanddeel in dikte verminderd is cm een scharnier (107) te vormen een schamierbasis (108) nabij het scharnier, een aanbrengonderdeel (109), dat van de onderzijde van de schamierbasis (108) afhangt, een been (106) van gewenste lengte, dat zich naar achter uitstrekt vanaf het achtereinde van 20 het hoofdbestanddeel (102), welk been onderbroken is in het gebied van het scharnier, en een kraalrand (110), die van de onderzijde van het been (106) bij het vrije einde daarvan afhangt en een gewenste uitsteekhoogte heeft, terwijl de houder (111) een bovenoppervlak (113) heeft, dat plat is althans in het achtereindgedeelte 25 daarvan, waar het deksel (101) verbonden is met de houder, en een gat (116), dat in het achtereindgedeelte daarvan tegenovergesteld aan het aanbrengonderdeel (109) van het deksel (101) aangebracht is voor het daarin opnemen van het aanbrengonderdeel (109) om het voor elke onvaste beweging te behoeden.

11. Poederdoos volgens conclusie 9 of 10, gekenmerkt doordat het aanbrengonderdeel (109) een ondereinde heeft, dat uit het genoemde gat (116) uitsteekt en afgeplat wordt onder warmte, waarbij het deksel (101) aan de houder (111) bevestigd wordt.

12. Inrldting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de 35 beschrijving en/of tekeningen. 800 27 51