NL7908558A - Vergrendelingsinrichting voor een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal verschuifbare schuif- ladder. - Google Patents

Vergrendelingsinrichting voor een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal verschuifbare schuif- ladder. Download PDF

Info

Publication number
NL7908558A
NL7908558A NL7908558A NL7908558A NL7908558A NL 7908558 A NL7908558 A NL 7908558A NL 7908558 A NL7908558 A NL 7908558A NL 7908558 A NL7908558 A NL 7908558A NL 7908558 A NL7908558 A NL 7908558A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
ladder
rung
support
sliding
sliding ladder
Prior art date
Application number
NL7908558A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Werner Co Inc R D
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Werner Co Inc R D filed Critical Werner Co Inc R D
Publication of NL7908558A publication Critical patent/NL7908558A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06CLADDERS
    • E06C7/00Component parts, supporting parts, or accessories
    • E06C7/06Securing devices or hooks for parts of extensible ladders
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06CLADDERS
    • E06C1/00Ladders in general
    • E06C1/02Ladders in general with rigid longitudinal member or members
    • E06C1/04Ladders for resting against objects, e.g. walls poles, trees
    • E06C1/08Ladders for resting against objects, e.g. walls poles, trees multi-part
    • E06C1/12Ladders for resting against objects, e.g. walls poles, trees multi-part extensible, e.g. telescopic
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06CLADDERS
    • E06C1/00Ladders in general
    • E06C1/02Ladders in general with rigid longitudinal member or members
    • E06C1/14Ladders capable of standing by themselves
    • E06C1/16Ladders capable of standing by themselves with hinged struts which rest on the ground
    • E06C1/20Ladders capable of standing by themselves with hinged struts which rest on the ground with supporting struts formed as poles
    • E06C1/22Ladders capable of standing by themselves with hinged struts which rest on the ground with supporting struts formed as poles with extensible, e.g. telescopic, ladder parts or struts
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06CLADDERS
    • E06C1/00Ladders in general
    • E06C1/02Ladders in general with rigid longitudinal member or members
    • E06C1/38Special constructions of ladders, e.g. ladders with more or less than two longitudinal members, ladders with movable rungs or other treads, longitudinally-foldable ladders
    • E06C1/39Ladders having platforms; Ladders changeable into platforms

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ladders (AREA)

Description

N/29.297-St/lb 4
Vergrendelingsinrichting voor een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal verschuifbare schuifladder.
De uitvinding betreft een vergrendelingsinrichting voor de instelbare blokkering van een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal uitzetbaar en intrekbaar geleide schuifladder door aangrijping van een sport 5 van de schuifladder.
Uitzetbare trapladders van deze soort zijn algemeen bekend en hebben een A-vormig trapladderonderstel en een daarin verticaal verschuifbaar geleide schuifladder, die in verschillende hoogtestanden kan worden vastgezet.
10 Het A-vormige onderstel bestaat daarbij uit twee aan de bovenzijde scharnierend verbonden en daardoor samenklapbare steuntrapladders, waarbij de schuifladder tussen deze in de uitgeklapte stand schuin staande steunladders van het onderstel verschuifbaar is opgenomen. De schuifladder kan 15 in een uitgeschoven stand worden geplaatst en vastgezet om de hoogte van de trapladder te vergroten, terwijl de schuifladder ook naar een onderste stand tussen de steunladders kan worden teruggetrokken als het trapladdersamenstel moet worden opgeborgen. Het A-vormige onderstel verschaft een 20 stabiele ondersteuning voor de uitschuifbare schuifladder.
Bij dergelijke uitzetbare trapladders is het een probleem om de schuifladder op betrouwbare en gemakkelijk bedienbare wijze in de gewenste stand veilig te blokkeren, zodanig, dat de gebruiker voor het instellen van de schuif-25 ladder slechts minimale handelingen hoeft te verrichten.
Bij een bekende trapladder van deze soort is een blokkeerorgaan voor de trapladder aanwezig, dat met de hand bedienbaar is en dat op êên van de schuine steunladders is aangebracht en daarbij einddelen van de sporten 30 van de schuifladder- kan opnemen. Er zijn voorts trapladders van de onderhavige soort bekend, die aan weerszijden van het onderstel vergrendelingsorganen hebben, die door de werking van de zwaartekracht worden bediend en de sporten van de schuifladder aan beide einden daarvan kunnen aan-35 grijpen.
De uitvinding beoogt een vergrendelingsinrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, 790 85 58 -2 - > * « * die een veilige vergrendeling van de schuifladder in de uitgeschoven of teruggetrokken stand waarborgt. Voorts beoogt de uitvinding zulk een vergrendel-ingsinrichting zo uit te voeren, dat deze de betrokken sport van de schuifladder over 5 althans het grootste deel van de sportlengte ondersteunt.
Een ander doel van de uitvinding is, de genoemde vergrendelingsinrichting zo uit te voeren, dat deze snel en gemakkelijk door de gebruiker kan worden gehanteerd en wel doordat de schuifladder zondermeer kan worden uitgeschoven, 10 maar in de betrokken uitgeschoven stand automatisch tegen terugschuiven wordt vergrendeld.
De vergrendelingsinrichting als boven bedoeld is volgens de uitvinding gekenmerkt door een steunorgaan, dat onder een willekeurig gekozen sport van de schuifladder 15 kan grijpen, welk steunorgaan scharnierend aan het twee-potige trapladderonderstel is bevestigd en verdraaibaar is tussen een steunstand, waarin het steunorgaan zich dwars op het bewegingsvlak van de schuifladder uitstrekt, en een vrijgeefstand, waarin het steunorgaan zich naast dit be-20 wegingsvlak uitstrekt en de schuifladder in dit vlak kan worden verschoven.
In de tekening is een uitvoeringsvoorbeeld van een twee-potige trapladder met uitzetbare schuifladder en voorzien van een vergrendelingsinrichting volgens de 25 uitvinding afgebeeld.
Fig. 1 is een perspectivisch aanzicht van de trapladder, waarbij enkele delen zijn weggesneden om de vergrendelingsinrichting te laten zien en waarbij de trapladder het ene einde van een door dunne onderbroken 30 lijnen aangegeven steigeronderdeel, ondersteunt; fig. 2a is een aanzicht van het boveneinde van de trapladder van fig. 1 met de daar aangebrachte vergrendelingsinrichting, die in dit geval tegen de bovenzijde van een sport van de schuifladder aanligt bij 35 het uitschuiven daarvan; fig. 2b is een dergelijk bovenaanzicht als fig. 2a, waarbij de vergrendelingsinrichting bij de verdere opwaartse verplaatsing van de schuifladder vanuit de stand van fig. 2a is verdraaid; 40 fig. 2c is weer een dergelijk bovenaanzicht als 790 85 58 jr - 3 - fig. 2a, waarbij de vergrendelingsinrichting in de blokkeer-stand staat en een sport van de schuifladder ondersteunt; fig. 3a is een doorsnede volgens de lijn Illa-Illa van fig. 2a; 5 fig. 3b is een doorsnede volgens de lijn Illb-
Illb van fig. 2b; fig. 3c is een doorsnede volgens de lijn ÏIIc-IIIc van fig. 2c; en fig. 4 is een zijaanzicht van een detail en 10 toont een deel van de vergrendelingsinrichting.
Bij het in fig. 1 als geheel door 1 aangeduide trapladdersamenstel is de verticale schuifladder in een ten dele uitgeschoven stand door de vergrendelingsinrichting volgens de uitvinding vastgezet, waarbij is 15 aangegeven, dat de schuifladder kan dienen voor de ondersteuning van het ene einde van een steigerplatform S. De bovenzijde van het trapladdersamenstel is in de bovenaanzichten van de fig. 2a, 2b en 2c nader weergegeven. Het trapladdersamenstel 1 heeft een A-vormig onderstel 3 en een 20 schuifladder 5. De schuifladder 5 bestaat uit twee zijrails 7 en een aantal deze zijrails verbindende laddersporten 9. Het A-vormige onderstel 3 wordt gevormd door een paar steunladders 21a en 21b, die elk bestaan uit twee zijrails 19 en een aantal daartussen liggende treden 17. Elke steun-· 25 ladder 21a en 21b eindigt aan de bovenzijde in een bovenste trede 15a resp. 15b.
De steunladders 21a en 21b zijn aan hun bovenzijden door bouten of dergelijk scharnierend aan elkaar verbonden. Daarbij zijn aan de boveneinden van de zijrails 30 van de steunladder 21b en aan de bovenste trede 15b door klinknagels 33 een paar hoekprofielen vastgezet, terwijl op overeenkomstige wijze aan de boveneinden van de zijrails van de steunladder 21a en aan de bovenste trede 15a eveneens door klinknagels een paar hoekprofielen 13 zijn aangebracht, 35 die over kleine afstand binnenwaarts ten opzichte van de hoekprofielen 11 versprongen liggen. De hoekprofielen 11 en 13 aan corresponderende zijden van het onderstel 1 zijn door een bout- en -moerverbinding 35 aan elkaar vastgezet, welke verbindingen tevens een scharnieras vomen voor 40 de relatieve verdraaiing van de steunladders 21a en 21b 790 85 58 * ' · - 4 - tussen de getekende open stand en een samengeklapte stand.
Aan elke zijde van het A-vormige onderstel is tussen de beide steunladders 21a en 21b een spreidorgaan 23 aangebracht. Elk spreidorgaan heeft een paar spreid-5 stangen 37, die scharnierend aan de zijrails van de steunladders vastzitten, waartoe de einden van deze spreidstangen elk door een bout aan een scharniersteun 39 zijn verbonden, die door klinknagels tegen de betrokken zijrail is vastgezet (fig. 1). De andere, naar elkaar toegekeerde einden van 10 aan de zelfde zijde van het onderstel liggende spreidstangen 37 zijn, bijvoorbeeld door klinken, scharnierend aan een onderste leibus 25 vastgezet. Aan deze onderste leibus 25 is door twee klinknagels het bovenste deel van een plaatvormig aanslagstuk 26 voor de spreidstangen 37 vastgezet, 15 waarvan het onderste deel ten opzichte van de leibus 25 buitenwaarts weggebogen ligt, waarbij de spreidstangen 37 in de ruimte tussen dit aanslagstuk en de leibus opgenomen zijn. De klinknagels, die de spreidarmen 37 aan de onderste leibus 25 verbinden, verbinden bij voorkeur, 20 zoals getekend, de spreidarmen ook aan het plaatvormige onderste deel van het aanslagstuk 26. Het aldus gevormde spreidorgaan 23 verhindert, dat de steunladders 21a en 21b van het onderstel 1 bij het openen daarvan te ver uit elkaar kunnen worden ge-spreid, terwijl anderzijds bij het s'amen-25 klappen van dit onderstel de onderste leibus 25 omhoog kan schuiven als de spreidstangen 37 omhoog draaien. Het bovenste deel van het aanslagstuk 26 begrenst de neerwaartse draaibeweging van de spreidstangen 37 om hun draaipunten aan de leibus 25, zodat in de gespreide stand van het 30 onderstel 1 de onderste leibus 25 niet tot voorbij, de schar-niersteunen 39 aan de steunladders omlaag kan zakken. De beide onderste leibussen 25 zijn door verbindingsstangen 38 onderling verbonden, welke stangen 38 ter weerszijden van de schuifladder 5 lopen en de hieronder te beschrijven 35 schuifbeweging van de schuifladder niet hinderen. De verbindingsstangen 38 verstevigen de spreidorganen 23 en coördineren de bewegingen daarvan.
•.Aan elke zijde van het A-vormige onderstel 1 is voorts een bovenste leibus 27 aangebracht, die door 40 de zelfde bout 35 is vastgezet, welke ook de hoekprofielen 790 85 58 J» - 5 - 11 en 13 aan die zijde scharnierend met elkaar verbinden.
De zijrails van de schuifladder 5 lopen passend in de door de bovenste en onderste leibussen gevormde goten, waarbij deze zijrails in deze goten vrij op en neer kunnen 5 bewegen maar door de leibussen verhinderd worden om voorwaarts, achterwaarts en zijwaarts te kantelen. De leibussen 25 en 27 zijn aan de naar binnen gekeerde zijden van sleuven 63 voorzien, waardoor de sporten van de schuifladder 71 bij de verticale bewegingen van deze ladder kunnen passeren. Bij voor-10 keur is de breedte van deze sleuven 63 slechts weinig groter, dan de diameter van deze laddersporten. Het uitschuiven en neerlaten van de schuifladder 5 geschiedt in een verticaal vlak, dat door de langsassen van de laddersporten en door de door de bouten 35 gevormde scharnieras tussen de steun-15 ladders 21a en 21b loopt en daarbij de bovenhoek tussen de gespreide steunladders in gelijke delen deelt. De beide leibussen 25 en 27 zijn zo gevormd, dat zij de bewegingsmogelijkheid van de schuifladder 5 met minimale speling tot dit vlak beperken, waardoor de stabiliteit van het ladder-20 samenstel wordt verhoogd.
Aan de buitenzijde van de onderste einden van de zijrails 7 van de schuifladder 5 zijn aanslagen 28 aangebracht, die verhinderen, dat de schuifladder in opwaartse 'richting door de onderste leibussen 25 heen kan worden ge-25 trokken. Als echter op nog te beschrijven wijze de schuifladder 5 van de vergrendelingsinrichting daarvoor is vrijgemaakt en het laddersamenstel op zijn kant is neergelegd, kan de schuifladder 5 met zijn boveneinde geheel uit de leibussen 27 en 25 worden getrokken. Hierna kan de losse 30 schuifladder 71 desgewenst als een afzonderlijke ladder worden gebruikt. Aan de ondereinden van de zijrails 7 van de schuifladder 5 zijn rubber doppen 71 aangebracht, die bij afzonderlijk gebruik van de schuifladder poten met de gewenste wrijvingsweerstand tegen verschuiving vormen.
35 Op elk van de beide bovenste leibussen 27 is ter ene zijde van de doorlaatsleuf 63 een armsteun 55 en ter andere zijde van deze sleuf een armsteun 57 bevestigd.
Aan de armsteun 57 en aan de betrokken leibus 27 is door een enkele bout 41 met moer een draaiarm 51 draaibaar be-40 vestigd, waarbij de beide draaiarmen 51 door een een hand- 790 85 58 »· ·* ' - 6 - -. greep vormende dwarse profielstang 53 met elkaar zijn verbonden. Deze dwarsstang 53 heeft een zich tussen de beide draaiarmen 51 uitstrekkende onderste plaatvormige ribbe 54 en een opstaande plaatvormige ribbe 56, die aan de boven-5 zijde in een buitenwaarts omgezette lip 58 eindigt, door middel waarvan de dwarsstang 53 kan worden aangegrepen. De naar binnen gekeerde zijde van de ribbe 56 valt ongeveer samen met de van de scharnierbouten 41 afgekeerde zijranden van de sleuven 63 in de bovenste leibussen 27, terwijl de 10 lip 58 in het vlak van de bovenranden van deze leibussen ligt. In fig. 3c is te zien, dat de mate van ondersteuning van de laddersport 9 ten dele bepaald wordt door de breedte van de onderste ribbe 54. Desgewenst kan deze onderste ribbe 54 zo breed worden gemaakt, dat hij de gehele breedte van 15 de sleuf 63 overbrugt, maar, zoals in de tekening is aangegeven, is het veelal voldoende om een smallere ribbe 54 toe te passen mits de sport 9 aan zijn onderzijde door deze ribbe wordt ondersteund.
De armsteunen 55 dragen de draaiarmen 51 en ver-20 hinderen dat deze tot onder de gewenste steunstand van fig.
3c omlaag kunnen draaien. Aan elke draaiarm 51 is een veer 59 toegevoegd, die met zijn ene einde in een groef 61 van de draaiarm grijpt en om de scharnierbout 51 is gewonden , terwijl het andere einde van deze veer haakvormig om de betrok-25 ken armsteun 57 grijpt. De dwarsstang of handgreep 53 en de beide draaiarmen 51 zijn vast aan elkaar geklonken en vormen aldus een stijve eenheid. De veren 59 trachten de draaiarmen 51 tegen de armsteunen 55 gedrukt te houden en ondersteunen aldus de werking van de zwaartekracht.
30 In de fig. 2c en 3c is te zien, dat de dwars stang 53 en de beide draaiarmen 51 onder een laddersport 9 -van de schuifladder 5 liggen en daardoor het omlaag schuiven van deze ladder verhinderen. Bij voorkeur ondersteunen, zoals getekend, de draaiarmen de onderzijde van de sport dichtbij 35 de beide einden daarvan, waarbij deze draaiarmen derhalve elk dichter bij een einde van de sport dan bij het midden daarvan liggen. De dwarsstang of handgreep 53 strekt zich onder de laddersport tussen de draaiarmen uit. Als de schuifladder 5 wordt belast, bijvoorbeeld doordat de gebruiker 40 daarop klimt, ondersteunt de dwarsstang 53 het gedeelte van 790 85 58 t - 7 - de onderzijde van de betrokken sport, dat tussen de beide draaiarmen 51 ligt. Aldus wordt een vergrendeling voor het blokkeren van de schuifladder tegen omlaag/schuiven verkregen. Aangezien de schuifladder een aantal sporten heeft, kan de 5 gebruiker de ladder naar keuze op verschillende hoogten instellen.
De schuifladder 5 kan omhoog worden bewogen door de ladder zo ver omhoog te trekken, dat de betrokken sport van de vergrendelingsinrichting vrijkomt. De handgreep 10 53 en de draaiarmen 51 kunnen dan door aangrijping van.de bovenzijde van de handgreep uit de baan van de laddersporten worden getrokken, waarbij derhalve de vergrendelingsinrichting tot in een stand naast het verticale bewegingsvlak van de schuifladder wordt gedraaid. In deze stand van de vergrende-15 lingsinrichting kunnen de sporten van de schuifladder onbelemmerd op en neer bewegen. Als de gebruiker de handgreep los laat, keert de vergrendelingsinrichting naar zijn steun-stand onder de gekozen laddersport terug.
De beschreven vergrendelingsinrichting maakt het 20 voorts mogelijk om de schuifladder 5 opwaarts naar buiten te schuiven zonder dat de gebruiker de vergrendelingsinrichting zelf hoeft te bedienen. In de fig. 2A, 3A, 2b en 3b is te zien, dat als de schuifladder omhoog wordt bewogen de laddersporten tegen de onderzijden van de 25 draaiarmen 51 oplopen, waardoor deze uit de baan van de sporten weggedrukt worden en waarbij de draaiarmen met hun onderzijden langs de bovenzijden en zijkanten van de laddersporten glijden. De vergrendelingsinrichting wordt daardoor naar de vrijgeefstand gedraaid, waarin de schuifladder verder 30 omhoog geschoven kan worden. Nadat de betrokken laddersport de draaiarmen is gepasseerd worden deze armen automatisch door de veren 59 naar de steunstand tegen de armsteunen teruggezwenkt. Deze veren zorgen er derhalve voor, dat de draaiarmen 51 en de dwarsstang of handgreep 53 vanzelf de 35 steunstand innemen, waarin zij de schuifladder 5 ondersteunen en tegen omlaagzakken borgen.
Uit het voorgaande volgt, dat de bovenste en onderste leibussen 27 en 25 de beweging van de schuifladder 5 beperken tot een opwaartse en neerwaartse schuifbeweging 40 in een verticaal vlak. Als de draaiarmen 51 in de steunstand 790 85-58 * -. 8 “* ' * staan en de gewenste laddersport ondersteunen, verhindert de vergrendelingsinrichting voorts een neergaande schuifbeweging van de schuifladder. Dit wordt bereikt, doordat de vergrendelingsinrichting zich dan dwars op en door het verticale be-5 wegingsvlak van de schuifladder .uitstrekt· Een opwaartse en neerwaartse beweging is echter mogelijk, als de vergrendelingsinrichting in de vrijgeefstand wordt geplaatst, hetgeen weer mogelijk is door de draaibare bevestiging van de vergrendelingsinrichting aan het onderstel 1 van het traplad-10 dersamenstel ter ene zijde van het genoemde verticale be- wegingsvlak, zodat de vergrendelingsinrichting naar de vrijgeef stand omhoog kan worden geklapt. Aan de andere zijde van het verticale bewegingsvlak zijn steunen voor de vergrendelingsinrichting aangebracht als deze naar de steunstand 15 terugkeert.
De beschreven vergrendelingsinrichting vergemakkelijkt aanmerkelijk de hantering van de schuifladder door de gebruiker, omdat hij de schuifladder kan uitschuiven door deze eenvoudig omhoog te trekken of te drukken, zonder dat 20 hij daarbij de vergrendelingsinrichting op enigerlei wijze rechtstreeks, hoeft te bedienen. Daarbij wordt de schuif ladder met grote betrouwbaarheid tegen omlaag schuiven vastgehouden. Bij gebruik van de schuifladder, dus als deze de last van een· persoon en/of van bepaalde apparatuur of een 25 steigeronderdeel moet dragen, verschaffen de draaiarmen en de handgreep een ondersteuning voor de betrokken laddersport onder een groot deel van de lengte daarvan, bij voorkeur onder ten minste de halve lengte van de sport. De -schuifladder kan niet ongewild omlaag bewegen, omdat de hand-30 greep door de gebruiker bewust teruggetrokken moet worden voor hij de schuifladder kan laten zakken.
Het beschreven trapladdersamenstel met verticale schuifladder kan uit verschillende materialen worden vervaardigd. Een lichteen goedkope uitvoering kan bijvoorbeeld 35 worden verkregen door het laddersamenstel uit hout te vervaardigen. Een meer stevige en zwaarder belastbare constructie kan worden verkregen door het laddersamenstel uit metaal, zoals aluminium, te vervaardigen. In beide gevallen worden de vergrendelingsinrichting en de daarmee samenhangende i 790 85 58 - 9 - V» * onderdelen bij voorkeur uit een sterk metaal, zoals staal of aluminium gefabriceerd. Een laddersamenstel, dat in het bijzonder geschikt is voor gebruik bij werkzaamheden van .elektrische aard kan van een met glasvezels versterkte 5 kunststof worden vervaardigd.
De hiervoor beschreven uitvoeringsvorm van de vergrendelingsinrichting volgens de uitvinding voldoet aan de genoemde oogmerken van de uitvinding. De beschreven inrichting maakt het mogelijk om de schuifladder van een 10 twee-potig trapladderonderstel betrouwbaar in de uitgeschoven stand te blokkeren, waarbij de inrichting eenvoudig kan worden bediend. De inrichting verschaft daarbij een zeer stevige ondersteuning voor de schuifladder, doordat zij onder een groot deel van de betrokken laddersport grijpt. De 15 vergrendelingsinrichting maakt het daarbij mogelijk om zondermeer de schuifladder uit te schuiven, maar verhindert automatisch het ongewild intrekken van de schuifladder.
» 790 85 58

Claims (10)

1. Vergrendelingsinrichting voor de instelbare blokkering van een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal uitzetbaar en intrekbaar geleide schuifladder door aangrijping van een sport van de schuifladder, g e k e n - 5 merkt door een steunorgaan, dat onder een willekeurig gekozen sport van de schuifladder kan grijpen, welk steunorgaan scharnierend aan het twee-potige trapladderonderstel is bevestigd en verdraaibaar is tussen een steunstand, waarin het steunorgaan zich dwars op het bewegingsoppervlak van 10de schuifladder uitstrekt, en een vrijgeefstand, waarin het steunorgaan zich naast dit bewegingsvlak uitstrekt en de schuifladder in dit vlak kan worden verschoven.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het steunorgaan is uitgevoerd met 15 een paar armen voor de ondersteuning van de betrokken schuif-laddersport nabij de einden daarvan, welke armen zijn verbonden door een dwarsstang, die de laddersport tussen de armen over ten minste de halve sportlengte kan ondersteunen.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, 2Om et het kenmerk, dat het steunorgaan onder de werking staat van terugstelmiddelen, die het steunorgaan naar de steunstand trachten te bewegen.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de terugstelmiddelen bestaan uit 25één of meer veren.
5. Inrichting volgens conclusie 2, 3 of 4, met het'kenmerk, dat de armen ter ene zijde van het verticale bewegingsvlak van de schuifladder draaibaar aan het trapladderonderstel zijn bevestigd, waarbij aan 30de andere zijde van dit verticale bewegingsvlak armsteunen zijn aangebracht, waarop de draaiarmen kunnen rusten als zij in de steunstand staan.
6. Inrichting volgens één der conclusies 2-5, met het kenmerk, dat de dwarsstang een zich tussen 35de draaiarmen uitstrekkende onderste ribbe en een loodrecht op deze onderste ribbe omhoog stekende ribbe heeft, die zo is geplaatst dat een laddersport daarlangs tot in aanligging * met de onderste ribbe kan bewegen als de draaiarmen de steun.- 790 8 5 58 -11 - stand innemen.
7. Inrichting volgens één der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het scharnierend aan het trapladderonderstel bevestigde steunorgaan vanuit 5 de steunstand door een opwaartse kracht tegen de werking van een terugstelveer in naar de vrijgeefstand kan worden gezwenkt.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het steunorgaan in zijn steunstand 10 de onderzijde van een daarop rustende schuifladdersport over ten minste de halve lengte van die sport aangrijpt.
9. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het steunorgaan in de steunstand de onderzijde van de daarop rustende schuifladdersport nabij 15 elk einde van deze sport en over een deel van het daartussen liggende sportgedeelte aangrijpt.
10. Vergrendelingsinrichting volgens conclusie 7, 8 of 9, met het kenmerk, dat het steunorgaan in de steunstand door een aan het trapladderonderstel 20 bevestigde steun tegen omlaag draaien wordt vastgehouden. « 790 85 58
NL7908558A 1978-12-11 1979-11-26 Vergrendelingsinrichting voor een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal verschuifbare schuif- ladder. NL7908558A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US96821078 1978-12-11
US05/968,210 US4240522A (en) 1978-12-11 1978-12-11 Extension trestle ladder

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7908558A true NL7908558A (nl) 1980-06-13

Family

ID=25513912

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7908558A NL7908558A (nl) 1978-12-11 1979-11-26 Vergrendelingsinrichting voor een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal verschuifbare schuif- ladder.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US4240522A (nl)
JP (1) JPS5581994A (nl)
AU (1) AU526911B2 (nl)
BR (1) BR7907958A (nl)
CA (1) CA1123799A (nl)
DE (1) DE2949636A1 (nl)
ES (1) ES253567Y (nl)
FR (1) FR2444152A1 (nl)
GB (1) GB2036845B (nl)
NL (1) NL7908558A (nl)
NZ (1) NZ192044A (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB9022043D0 (en) * 1990-10-10 1990-11-21 Daniels Seymour C Stair apparatus
DE69117009T2 (de) * 1990-11-06 1996-07-25 Mayer Oskar Foods Verpackung für Lebensmittel mit unterteilter steifer Basisschale
US5740575A (en) * 1995-09-29 1998-04-21 Gordon; Julian D. Ramp systems
US5922376A (en) * 1996-01-02 1999-07-13 Privert; Peter Nestable food and beverage package
CA2215873C (en) * 1997-09-10 2003-12-02 J.M. Schneider Inc. Improvements in packages for a food tray
US8992388B2 (en) 2011-06-10 2015-03-31 Gym-Mark, Inc. Modular ladder frame playground system
US11131103B2 (en) * 2016-03-22 2021-09-28 Werner Co. Assembly, plank adapter for a work stand and method
CN109025781A (zh) * 2018-10-29 2018-12-18 中航鼎衡造船有限公司 一种滑动型人字梯

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US838831A (en) * 1906-01-04 1906-12-18 Daniel W Church Extension step-ladder.
US947810A (en) * 1908-10-27 1910-02-01 Wright L Glidden Extension ladder and trestle.
US1140390A (en) * 1913-04-29 1915-05-25 Fred H Moulton Extension-trestle.
US1965311A (en) * 1933-09-09 1934-07-03 Herman B Gaffers Combined extension ladder and trestle
US2210803A (en) * 1938-08-25 1940-08-06 Stanley E Dunn Extension ladder
US2144440A (en) * 1938-09-16 1939-01-17 Herman B Gaffers Extension ladder trestle
US2947378A (en) * 1959-06-29 1960-08-02 Bergur L Brynjolfsson Extensible trestle
JPS4912354U (nl) * 1972-05-15 1974-02-01

Also Published As

Publication number Publication date
GB2036845A (en) 1980-07-02
NZ192044A (en) 1982-05-25
BR7907958A (pt) 1980-07-08
DE2949636A1 (de) 1980-06-19
CA1123799A (en) 1982-05-18
ES253567Y (es) 1981-12-01
AU526911B2 (en) 1983-02-03
JPS5581994A (en) 1980-06-20
ES253567U (es) 1981-06-16
FR2444152B1 (nl) 1983-06-17
JPS6342069B2 (nl) 1988-08-19
AU5364379A (en) 1980-07-10
FR2444152A1 (fr) 1980-07-11
GB2036845B (en) 1983-01-06
US4240522A (en) 1980-12-23

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20200270945A1 (en) Stepladder adapted for use as a single ladder or an extension ladder
US4798262A (en) Tripodal support
CN109072670B (zh) 架高工作平台及相关方法
US4053028A (en) Apparatus suitable for use as stairways, stepladders and the like
US5590739A (en) Adjustable extension stepladder
US3112010A (en) Safety ladder
US6951265B2 (en) Foldable stairway ladder
US5481988A (en) Telescoping work platform
US4421206A (en) Ladder
EP3290630A1 (en) Hybrid stepladder and method
NL7908558A (nl) Vergrendelingsinrichting voor een in een twee-potig trapladderonderstel verticaal verschuifbare schuif- ladder.
US20220316274A1 (en) Stepladder folding leg
US3016975A (en) Fire escape slide
US5582268A (en) Safety platform
US3414082A (en) Ladder leg equalizers
EP0674741A1 (fr) Echafaudage reglable destine a prendre appui sur une surface en pente
US3515243A (en) Lift device
US4556126A (en) Adjustable vehicle platform for a mechanic
US5085291A (en) Safety ladder
GB2211237A (en) Support platform
US5915498A (en) Ladder with nesting lateral support braces
US3111193A (en) Combination step-extension ladder with an adjustable pail shelf
DE19745978A1 (de) Leiter mit Seitenhilfsbühnenabstützung
NL2029224B1 (en) Portable ladder with a stand off device
NL9200827A (nl) Stelling.

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed