NL7907908A - CATHODE FOR AN ELECTROCHEMICAL CELL AND CELL FITTED WITH THIS CATHOD. - Google Patents

CATHODE FOR AN ELECTROCHEMICAL CELL AND CELL FITTED WITH THIS CATHOD. Download PDF

Info

Publication number
NL7907908A
NL7907908A NL7907908A NL7907908A NL7907908A NL 7907908 A NL7907908 A NL 7907908A NL 7907908 A NL7907908 A NL 7907908A NL 7907908 A NL7907908 A NL 7907908A NL 7907908 A NL7907908 A NL 7907908A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cathode
cell
oxide
silver
anode
Prior art date
Application number
NL7907908A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Mallory & Co Inc P R
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Mallory & Co Inc P R filed Critical Mallory & Co Inc P R
Publication of NL7907908A publication Critical patent/NL7907908A/en

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01MPROCESSES OR MEANS, e.g. BATTERIES, FOR THE DIRECT CONVERSION OF CHEMICAL ENERGY INTO ELECTRICAL ENERGY
    • H01M4/00Electrodes
    • H01M4/02Electrodes composed of, or comprising, active material
    • H01M4/24Electrodes for alkaline accumulators
    • H01M4/34Silver oxide or hydroxide electrodes
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01MPROCESSES OR MEANS, e.g. BATTERIES, FOR THE DIRECT CONVERSION OF CHEMICAL ENERGY INTO ELECTRICAL ENERGY
    • H01M10/00Secondary cells; Manufacture thereof
    • H01M10/24Alkaline accumulators
    • H01M10/32Silver accumulators
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E60/00Enabling technologies; Technologies with a potential or indirect contribution to GHG emissions mitigation
    • Y02E60/10Energy storage using batteries

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Electrochemistry (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Battery Electrode And Active Subsutance (AREA)
  • Secondary Cells (AREA)
  • Primary Cells (AREA)

Description

- 1 -- 1 -

Kathode voor een elektrochemische cel, alsmede cel voorzien van deze kathode.Cathode for an electrochemical cell, as well as a cell equipped with this cathode.

De uitvinding heeft betrekking op kathodes voor elektrochemische cellen, in het bijzonder oplaadbare elektrochemische cellen, die monovalent zilveroxyde bevatten, en meer in het bijzonder op kathodes met een verbeter-5 de oplaadbaarheid.The invention relates to cathodes for electrochemical cells, in particular rechargeable electrochemical cells containing monovalent silver oxide, and more particularly to cathodes with improved chargeability.

In de gebruikelijke cel, die monovalent zilveroxyde bevat, wordt het zilveroxyde gevormd tot de kathode en geplaatst in een celbehuizing, en wordt elektroliet toegevoegd. Een keerlaag of separator wordt geplaatst in de 10 cel teneinde de kathode te scheiden van een anode, die eveneens is geïncorporeerd in de cel. In de voltooide cel is het elektroliet in contact met de kathode, de anode, de separator, en het huis. Bij ontladen van de cel wordt het monovalente zilveroxyde in de kathode gereduceerd tot 15 elementaire zilver. De reductie van het zilveroxyde wordt verondersteld laagsgewijs plaats te vinden, beginnende bij het tussenvlak van de kathode en de separator, en zich voortzettende weg van de separator.In the conventional cell containing monovalent silver oxide, the silver oxide is formed into the cathode and placed in a cell housing, and electrolyte is added. A barrier or separator is placed in the cell to separate the cathode from an anode, which is also incorporated in the cell. In the finished cell, the electrolyte is in contact with the cathode, the anode, the separator, and the housing. Upon discharge of the cell, the monovalent silver oxide in the cathode is reduced to 15 elemental silver. The reduction of the silver oxide is believed to occur in layers, starting at the interface of the cathode and the separator, and continuing away from the separator.

Teneinde de zilveroxydekathode te gebruiken in een 20 secundaire cel, moet het laagsgewijze proces worden omgekeerd gedurende de heropladingscyclus. In de meeste gevallen kan het laagsgewijze proces niet volledig worden omgekeerd, en dit resulteert in een onvolledige omzetting van het zilver tot monovalent zilveroxyde. De gedeeltelijke omkeer-25 baarheid van het laagsgewijze proces begrenst de capaciteit van de cel om een lading te accepteren en begrenst het aantal ontladings-opladingscycli, die de cel kan ondergaan, alvorens deze volledig is uitgeput.In order to use the silver oxide cathode in a secondary cell, the layering process must be reversed during the recharge cycle. In most cases, the layering process cannot be completely reversed, and this results in an incomplete conversion of the silver to monovalent silver oxide. The partial reversibility of the layering process limits the capacity of the cell to accept a charge and limits the number of discharge-charge cycles that the cell can undergo before it is completely depleted.

Als gevolg van het onvermogen om het laagsgewijze 30 proces volledig om te keren, kunnen pogingen om de cel opnieuw op te laden resulteren in een overlading. Bij overlading van een cel die zilveroxyde bevat, kan zich gas zoals waterstof en zuurstof vormen aan elektrodes. Deze gassen veroorzaken een drukopbouw in de cel, welke er op 35 zijn beurt voor zorgt, dat de cel kapot gaat.Due to the inability to completely reverse the layering process, attempts to recharge the cell may result in overcharging. When transferring a cell containing silver oxide, gas such as hydrogen and oxygen can form on electrodes. These gases cause a build-up of pressure in the cell, which in turn causes the cell to break.

Een andere faktor, die het gebruik van monovalent zilver- 790 7 9 08 - 2 - oxyde in secundaire cellen beperkt, is het onvermogen om de ontledingstoestand van de cel vast te stellen en daardoor de juiste tijd op de cel opnieuw op te laden. De bepaling van de ontledingstoestand is moeilijk-, omdat een 5 cel, die monovalent zilveroxyde bevat, een vlakke spannings-kromme produceert bij ontlading, en er geen duidelijke spanningsafval is, totdat de cel zo dicht bij zijn volledige ontlading is, dat een volledige nieuwe oplading niet meer mogelijk is. Het aantal ontladings-opladingscycli is dan IQ. lager, dan wanneer de cel slechts gedeeltelijk zou zijn ontladen.Verder zal bij uit meer cellen samengestelde batterijen volledige ontlading van êên cel voor de ander resulteren in omgekeerde celwerking met mogelijke ongewenste effekten zoals gasontwikkeling en lekkage.Another factor, which limits the use of monovalent silver oxide in secondary cells, is the inability to determine the decomposition state of the cell and thereby recharge the correct time on the cell. Determination of the decomposition state is difficult because a 5 cell containing monovalent silver oxide produces a flat voltage curve on discharge and there is no apparent voltage drop until the cell is so close to its full discharge that a completely new one charging is no longer possible. The number of discharge-charge cycles is then IQ. lower than if the cell had only been partially discharged. Furthermore, with multi-cell batteries, complete discharge of one cell for the other will result in reverse cell operation with possible undesirable effects such as gas evolution and leakage.

J-5 Het onvermogen om de ontledingstoestand van de zilveroxydecel te bepalen heeft het gebruik van dergelijke cellen beperkt tot primaire batterijen en tot toestanden die tijdsgeregelde ontladings-opladings-opladingscycli inhouden. Dergelijke tijdsgeregelde cycli kunnen echter 2Q toch nog resulteren in cellen, die worden ontladen tot een punt, waar zij niet makkelijk meer een heroplading opnemen, aangezien slechts de tijd, maar niet de werkelijke celcapaciteit wordt gemeten. Om deze en andere redenen is tot nog toe monovalent zilveroxyde niet op grote schaal 25 gebruikt in secundaire cellen.J-5 The inability to determine the decomposition state of the silver oxide cell has limited the use of such cells to primary batteries and to states involving time-controlled discharge-charge-charge cycles. However, such time-controlled cycles can still result in cells being discharged to a point where they no longer readily recharge, since only time but not actual cell capacity is measured. For these and other reasons, hitherto monovalent silver oxide has not been widely used in secondary cells.

Het is nu een doel van de uitvinding om een kathode te verschaffen, die het vermogen van een secundaire, monovalent zilveroxyde-bevattende cel om herhaaldelijke ontladings-opladingscycli te ondergaan, aanmerkelijk 3Q verbeterd.It is now an object of the invention to provide a cathode which significantly improves the ability of a secondary monovalent silver oxide-containing cell to undergo repeated discharge-charge cycles.

De kathode volgens de uitvinding bevat daartoe monovalent zilveroxyde en een metaal, gekozen uit de groep van zilver, nikkel en mengsels daarvan, nagenoeg homogeen gedispergeerd door de kathode.To this end, the cathode according to the invention contains monovalent silver oxide and a metal, selected from the group of silver, nickel and mixtures thereof, dispersed almost homogeneously through the cathode.

35 Er wordt aangenomen, dat de verbeterde heroplaad- baarleid van deze kathode het gevolg is van het feit, dat bij ontlading van de cel het toegevoegde metaal er voor zorgt, dat het elementaire zilver, voortgebracht in de kathode, nagenoeg uniform wordt afgezet door de 40 cel heen in plaats van dat er lagen worden gevormd. Bij 790 7 9 08 - 3 - het opnieuw opladen wordt he.t afgezette elementaire zilver nagenoeg uniform omgezet tot monovalent zilveroxyde. De mate van oplaadbaarheid van de cel wordt vergroot, indien de cel wordt opgeladen voordat deze volledig is 5 uitgeput. Naarmate er minder elementair zilver wordt gevormd en naarmate de anode minder ontladen is, kan de cel beter worden opgeladen, aangezien er naarmate er meer zilveroxyde aanwezig is in de matrix van elementair zilver, het zilver meer uniform wordt omgezet tot zilveroxyde.It is believed that the improved rechargeable lead of this cathode is due to the fact that upon discharge of the cell, the added metal causes the elemental silver produced in the cathode to be deposited almost uniformly by the 40 cells instead of layers being formed. At 790 7 9 08-3 recharging, the deposited elemental silver is converted almost uniformly into monovalent silver oxide. The degree of cell rechargeable is increased if the cell is charged before it is completely depleted. The less elementary silver is formed and the less the anode is discharged, the better the cell can be charged, as the more silver oxide is present in the matrix of elementary silver, the more uniformly the silver is converted to silver oxide.

IQ Zilver of nikkel of een mengsel van zilver en nikkel wordt gebruikt in de kathode, aangezien in aanwezigheid van elk (of een mengsel van beidel er zich. elementair zilver zal vormen nagenoeg uniform door de kathode heen in plaats van in lagen. Het toegevoegde zilver is in de 15 vorm van een fijnverdeeld poeder, dat bij voorkeur een deeltjesgrootte heeft van 3 tot 10 micron. Het toegevoegde nikkel is bij voorkeur in de vorm van een poeder, dat onregelmatig gevormde deeltjes bevat van kleine dwarsdoorsnede en met een gemiddelde deeltjesgrootte van ongeveer 20 2 tot 4 micron en een groot specifiek oppervlaktegebied.IQ Silver or nickel or a mixture of silver and nickel is used in the cathode, since in the presence of each (or a mixture of both, elemental silver will form substantially uniformly throughout the cathode rather than in layers. The added silver is in the form of a finely divided powder, which preferably has a particle size of 3 to 10 microns The added nickel is preferably in the form of a powder, which contains irregularly shaped particles of small cross section and with an average particle size of about 20 2 to 4 microns and a large specific surface area.

Een voorkeursnikkelpoeder is carbonylnikkel in het bijzonder carbonylnikkel dat wordt verkocht onder het handelsmerk "Type 255 Carbonyl Nickel" door The International Nickel Company, Inc., New York, N.Y. 10005. Dit voorkeursnikkel 25 heeft een zeer groot specifiek oppervlaktegebied en een zeer geringe schijnbare dichtheid.A preferred nickel powder is carbonyl nickel, especially carbonyl nickel sold under the trademark "Type 255 Carbonyl Nickel" by The International Nickel Company, Inc., New York, N.Y. 10005. This preferred nickel 25 has a very large specific surface area and a very low apparent density.

Nikkel is het voorkeursadditief voor de kathode; het is goedkoper dan zilver en in verband met het grote specifieke oppervlaktegebied van de voorkeursvorm voor nikkel 3Q is minder nikkel nodig in de kathode dan het geval zou zijn voor zilver om dezelfde resultaten te verkrijgen. Met de huidige prijstoename van zilver zijn acceptabele substituten steeds van groter wordend belang.Nickel is the preferred additive for the cathode; it is cheaper than silver and due to the large specific surface area of the preferred shape for nickel 3Q, less nickel is needed in the cathode than it would be for silver to achieve the same results. With the current price increase for silver, acceptable substitutes are increasingly important.

Een verdere funktie van het zilver en/of nikkel in de 35 kathode is het reduceren van mogelijk aanwezig bivalent zilverperoxyde, dat zich vormt gedurende de opladingscyclus. De aanwezigheid van zilverperoxyde zou zeer schadelijk zijn voor het funktioneren van de cel, aangezien het zilverperoxyde een hogere spanning produceert bij ontlading dan 4G het monovalente zilveroxyde, en deze overspanning kan een 79079 08 - 4 - , ^ inrichting, die van energie wordt voorzien door de cel schaden.A further function of the silver and / or nickel in the cathode is to reduce any bivalent silver peroxide present that forms during the charge cycle. The presence of silver peroxide would be very detrimental to the functioning of the cell, since the silver peroxide produces a higher voltage on discharge than 4G the monovalent silver oxide, and this span can be powered by a 79079 08-4 device powered by harm the cell.

De aanwezigheid van elementaire zilver en/of nikkel in de kathode ten tijde, dat de cel wordt geassembleerd, 5 maakt het mogelijk, dat een volledig opgeladen cel nog enigszins verder wordt geladen, wanneer deze voor het eerst in gebruik wordt genomen, aangezien eventueel bivalent zilverperoxyde, voortgebracht gedurende deze lading zal reageren met het aanwezige metaal en worden gereduceerd 10 tot monovalent zilveroxyde. De mate van overlading, die de cel kan tolereren, hangt af van de hoeveelheid metaal, aanwezig in de kathode, en van de mate van partiële ontlading, ingebouwd in de anode in de cel. Dit is een belangrijk aspect, aangezien in veel toepassingen de cel onderworpen 15 kan zijn aan een ladingsperiode, voordat enige ontlading is opgetreden„The presence of elemental silver and / or nickel in the cathode at the time the cell is assembled allows a fully charged cell to be charged somewhat further when it is first used, since it may be bivalent silver peroxide generated during this charge will react with the metal present and be reduced to monovalent silver oxide. The amount of overcharge that the cell can tolerate depends on the amount of metal present in the cathode, and on the amount of partial discharge built into the anode in the cell. This is an important aspect, since in many applications the cell may have been subject to a charge period before any discharge has occurred.

De kathode volgens de uitvinding kan zodanig worden gemodificeerd, dat deze behalve zijn vaste bestanddelen een tweede actief materiaal bevat, gekozen uit kwik-II-20 oxyde, cadmiumoxyde, cadmiumhydroxyde, en mangaandioxyde, welk materiaal een sprongspanning voortbrengt bij ontlading. Deze spanningssprong geeft aan, dat het tijd is om de cel opnieuw te laden. Dit maakt het mogelijk, dat de cel wordt opgeladen, voordat deze volledig is uitgeput, zodat deze 25 gemakkelijker een nieuwe oplading accepteert. De sprongspanning wordt voortgebracht, nadat het monovalente zilver-oxyde is ontladen tot uitputting ten opzichte van de anode, op welk tijdstip het tweede actieve materiaal begint te ontladen. Een meetbare spanningsval of sprong kan dan 30 worden gedetecteerd, aangezien de ontlading van het monovalente zilveroxyde ten opzichte van zink 1,55 volt bedraagt, terwijl die van het tweede actieve materiaal ten opzichte van de zink 1,35 volt is voor mangaandioxyde, 1,3 volt voor kwik-II-oxyde, 0,9 volt voor cadmiumhydroxyde, 35 en 0,5 volt voor cadmiumoxyde.The cathode of the present invention can be modified to contain, in addition to its solid components, a second active material selected from mercury II-20 oxide, cadmium oxide, cadmium hydroxide, and manganese dioxide, which material generates a burst voltage upon discharge. This voltage jump indicates that it is time to recharge the cell. This allows the cell to be charged before it is completely depleted, so that it more easily accepts a new charge. The jump voltage is generated after the monovalent silver oxide has been discharged to exhaustion relative to the anode, at which time the second active material begins to discharge. A measurable voltage drop or jump can then be detected, since the discharge of the monovalent silver oxide to zinc is 1.55 volts, while that of the second active material to the zinc is 1.35 volts for manganese dioxide, 1, 3 volts for mercury II oxide, 0.9 volts for cadmium hydroxide, 35 and 0.5 volts for cadmium oxide.

De spanningssprong kan visueel worden waargenomen, bijv. wanneer een weergeefindicator verflauwd, of kan elektronisch worden gemeten. Een elektronische schakeling kan worden gebruikt om de spanning van de batterij te bewaken, 40 en een laag energetische inrichting zoals een licht-emitte- 790 7 9 08 - 5 - rende diode kan worden gebruikt door de schakeling om aan te geven, dat de spanning is afgevallen en het tijd is om de cel opnieuw te laden. Verder kan de elektronische schakeling automatisch de cel opladen na de spanningsafval.The voltage jump can be seen visually, e.g. when a display indicator fades, or it can be measured electronically. An electronic circuit can be used to monitor the voltage of the battery, 40 and a low-energy device such as a light-emitting diode 790 7 9 08 - 5 - can be used by the circuit to indicate that the voltage has dropped out and it is time to reload the cell. Furthermore, the electronic circuit can automatically charge the cell after the voltage drop.

5 De relatieve hoeveelheden monovalent zilveroxyde, elementair zilver of nikkel of een mengsel daarvan, en het tweede actieve materiaal, aanwezig in de kathode, bepaalt de relatieve ontladingsperiodes van elk. Bij voorkeur is de ontladingsperiode van het monovalente zilveroxyde van 10 ongeveer 50 tot 80 % van de totale capaciteit van de cel.The relative amounts of monovalent silver oxide, elemental silver or nickel or a mixture thereof, and the second active material contained in the cathode determine the relative discharge periods of each. Preferably, the discharge period of the monovalent silver oxide is from about 50 to 80% of the total capacity of the cell.

Een cel volgens de uitvinding, ontladen tot deze graad, kan weer gemakkelijk worden opgeladen. Een dergelijke ontladingsperiode vereist een hoeveelheid van tweede actief materiaal van ongeveer 60 tot ongeveer 20 gew3 % 15 van de kathode, waarbij de rest van de kathode zilveroxyde en het metaal is.A cell according to the invention, discharged to this degree, can easily be charged again. Such a discharge period requires an amount of second active material from about 60 to about 20% by weight of the cathode, the remainder of the cathode being silver oxide and the metal.

De hoeveelheid zilver of nikkel of een mengsel daarvan, aanwezig in de kathode, moet voldoende zijn om het mogelijk te maken, dat het monovalente zilveroxyde nagenoeg uniform 20 wordt gereduceerd door de kathode heen, en om te reageren met enig bivalent zilverperoxyde, dat is gevormd. De hoeveelheid van het zilver of nikkel of het mengsel daarvan in de cel kan niet groot zijn, aangezien het de celcapaciteit reduceert. De voorkeurshoeveelheid zilver of nikkel of 25 een mengsel daarvan is van ongeveer 10 tot ongeveer 40 gew.The amount of silver or nickel or a mixture thereof present in the cathode should be sufficient to allow the monovalent silver oxide to be reduced substantially uniformly through the cathode and to react with any bivalent silver peroxide formed . The amount of the silver or nickel or mixture thereof in the cell cannot be large since it reduces cell capacity. The preferred amount of silver or nickel or a mixture thereof is from about 10 to about 40 wt.

% van de kathode.% of the cathode.

De anode van een cel, die de kathode volgens de uitvinding bevat, bevat bij voorkeur geamalgeerd zink en zinkoxyde met een geschikt gelmiddel. Het zinkoxyde is 30 aanwezig in de anode, opdat de cel onmiddellijk kan worden geladen, wanneer deze is geïnstalleerd. Met het zinkoxyde aanwezig in de anode kan de lading plaatsvinden zonder overlading en produktie van ongewenste zijreacties zoals de produktie van gas. Het gelmiddel absorbeert het elektro-35 liet en doet de anode zwellen, waardoor het elektroliet binnen de cel wordt gestabiliseerd.The anode of a cell containing the cathode according to the invention preferably contains amalgamated zinc and zinc oxide with a suitable gelling agent. The zinc oxide is present in the anode so that the cell can be charged immediately when installed. With the zinc oxide present in the anode, the charge can take place without overloading and producing unwanted side reactions such as gas production. The gelling agent absorbs the electrolyte and swells the anode, stabilizing the electrolyte within the cell.

Het elektroliet, dat wordt gebruikt bij de kathode volgens de uitvinding, is bij voorkeur van alkalisch type.The electrolyte used in the cathode according to the invention is preferably of an alkaline type.

Het voorkeurselektroliet bevat 30 tot 40 gew. % kalium-4Q hydroxyde of natriumhydroxyde, terwijl de rest water is.The preferred electrolyte contains 30 to 40 wt. % potassium-4Q hydroxide or sodium hydroxide, the rest being water.

790 7 9 08 v .-** - 6 -790 7 9 08 v .- ** - 6 -

Elèktroliet kan additioneel 4 tot 8 gew. % zinkoxyde bevatten. Dit zinkoxyde helpt om gasvorming te voorkomen gedurende het gebruik van de cel.Electrolite can additionally add 4 to 8 wt. % zinc oxide. This zinc oxide helps to prevent gassing during the use of the cell.

Het aantal en het rendement van de ontladings-opladings-5 cycli van een cel, die de kathode volgens de uitvinding bevat, kan verder worden verbeterd door het gebruik van een verbeterd separator- of keerlaagorgaan tussen de kathode en de anode. Deze separator omvat bij voorkeur ten minste ëën laag gekozen uit geregeneerd cellulose (cellofaan), 10 bestraald polyetheen, poreus polyvinylchloride, en micro-poreus polypropeen.The number and efficiency of the discharge-charge cycles of a cell containing the cathode of the invention can be further improved by using an improved separator or barrier member between the cathode and the anode. This separator preferably includes at least one layer selected from regenerated cellulose (cellophane), irradiated polyethylene, porous polyvinyl chloride, and microporous polypropylene.

Het voorkeurskeerlaagorgaan bevat een dubbele laag van keerlaagmateriaal zoals een 0,03 mm laag cellofaan en een 0,03 mm laag van bestraald polyetheen. Het keerlaag-15 orgaan, dat de meeste voorkeur heeft, bestaat uit twee lagen van 0,03 mm cellofaan, en twee lagen van 0,03 mm bestraald polyetheen.The preferred barrier layer member contains a double layer of barrier layer material such as a 0.03 mm layer of cellophane and a 0.03 mm layer of irradiated polyethylene. The most preferred baffle member consists of two layers of 0.03 mm cellophane and two layers of 0.03 mm irradiated polyethylene.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. In de tekening toont: 20 fig. 1 een doorsnede van een cel volgens een voorkeursuitvoering van de uitvindtIng;T'r': .....The invention will now be further elucidated with reference to the drawing. In the drawing: Fig. 1 shows a cross section of a cell according to a preferred embodiment of the invention; T'r ': .....

fig. 2 een grafiek, waarin de gemiddelde ontladings-spanning is uitgezet als funktie van de tijd voor een 10 cel's groep, 25 fig. 3 een grafiek, die de gemiddelde capaciteit van een 20 cel's groep met twee celrijen vergelijkt bij elke cyclus van een serie ontladings-opladingscycli, en fig. 4 een schematische weergave van het gebruik bij een mogelijke toepassing van een cel vervaardigd volgens 30 de uitvinding.Fig. 2 is a graph plotting the average discharge voltage as a function of time for a 10 cell group, Fig. 3 is a graph comparing the average capacity of a 20 cell group with two cell rows at each cycle of a series of discharge-charge cycles, and FIG. 4 is a schematic representation of the use in a possible application of a cell manufactured according to the invention.

In fig. 1 is een enkelvoudige "knoop"-cel getoond.In Figure 1, a single "button" cell is shown.

De kathodehouder 12 kan van elk geschikt materiaal zijn, dat niet reageert met de kathode 14, bijv. nikkel-geplateerd staal. De kathode 14 bevat monovalent zilveroxyde, kwik-II-35 oxyde, en elementair zilver of nikkel of een mengsel daarvan, nagenoeg uniform gedispergeerd door de kathode 14. Het kwik-II-oxyde kan worden vervangen door andere materialen, bijVo mangaandioxyde, cadiumoxyde en cadmiumhydroxyde, welke een ontladingsspanning hebben die verschilt van die 40 van het zilveroxyde. De kathode 14 is gescheiden van een 790 7 9 08 - 7 - anode 16 door een keerlaagorgaan of separator 18 en een absorptielaag 19.The cathode holder 12 can be of any suitable material that does not react with the cathode 14, e.g. nickel plated steel. Cathode 14 contains monovalent silver oxide, mercury II-35 oxide, and elemental silver or nickel or a mixture thereof, dispersed almost uniformly through cathode 14. The mercury II oxide can be replaced with other materials, such as manganese dioxide, cadium oxide and cadmium hydroxide, which have a discharge voltage different from that of the silver oxide. The cathode 14 is separated from a 790 7 9 08 - 7 anode 16 by a barrier layer or separator 18 and an absorption layer 19.

Het keerlaagorgaan 18 bevat bij voorkeur twee of meer lagen keerlaagmateriaal, geconstrueerd uit êën of 5 meer lagen geregenereert cellulose (cellofaan) en ëën of meer lagen bestraald polyetheen. Bij een voorkeursuitvoering worden twee lagen van elk materiaal gebruikt voor het vormen van de separator. Deze separator weerstaat de vorming van bruggen of dendrieten tussen de kathode 10 en anode gedurende het opladen. Dergelijke materiaalbruggen zorgen voor kortsluiting van de cellen, waarin zij zich vormen. Het keerlaagorgaan volgens de cel van de uitvinding helpt aldus kortsluiting te voorkomen gedurende oplading.The baffle member 18 preferably contains two or more layers of baffle material constructed of one or more layers of regenerated cellulose (cellophane) and one or more layers of irradiated polyethylene. In a preferred embodiment, two layers of each material are used to form the separator. This separator resists bridging or dendrites between the cathode 10 and anode during charging. Such material bridges short-circuit the cells in which they form. The baffle member of the cell of the invention thus helps to prevent short circuits during charging.

15 De absorptielaag 19 is getoond gelegen tussen de anode 16 en de separator 18. Deze absorptielaag 19 houdt het elektroliet binnen de cel. De absorptielaag 19 bestaat uit een mat van niet-geweven katoenvilt.The absorption layer 19 is shown located between the anode 16 and the separator 18. This absorption layer 19 keeps the electrolyte within the cell. The absorption layer 19 consists of a mat of non-woven cotton felt.

De anode 16 bevat een mengsel van zink, zinkoxyde 20 en kwik. De anodehouder 20 kan bestaan uit elk geschikt geleidend materiaal, waarbij het voorkeursmateriaal staal is met een uitwendige beplating van nikkel en een inwendige beplating van koper. Het spreekt vanzelf, dat er geen reaktie moet plaatsvinden met de anode 16„ De anodehouder 25 20 wordt op zijn plaats gehouden en elektrisch gesepareerd van de kathodehouder 12 door een beslagring 22. De beslag-ring 22 voorkomt, dat er enig materiaal kan ontsnappen uit de cel of daarin binnentreden. Het elektroliet kan elk geschikt alkalisch elektroliet zijn van bekend type.Anode 16 contains a mixture of zinc, zinc oxide 20 and mercury. The anode holder 20 may consist of any suitable conductive material, the preferred material being steel with nickel outer plating and copper inner plating. It goes without saying that there should be no reaction with the anode 16. The anode holder 25 is held in place and electrically separated from the cathode holder 12 by a ferrule 22. The ferrule 22 prevents any material from escaping enter or enter the cell. The electrolyte can be any suitable alkaline electrolyte of known type.

30 Voorkeurselektrolieten zijn kaliumhydroxydeoplossingen, die toevoegingen zoals zinkoxyde kunnen bevatten.Preferred electrolytes are potassium hydroxide solutions, which may contain additives such as zinc oxide.

In fig. 2 geeft lijn A grafisch de gemiddelde ont-ladingsspanning V weer als funktie van de tijd T (uren) voor een 10 cel's groep. Elke cel bevat een kathode ver-35 vaardigd volgens de uitvinding, welke monovalent zilver-oxyde bevat, kwik-II-oxyde en elementair zilver, nagenoeg uniform gedispergeerd door de kathode, een geamalgeerde zink en zinkoxyde-anode, en een waterig kaliumhydroxyde-elektroliet.In Figure 2, line A graphically depicts the average discharge voltage V as a function of time T (hours) for a 10 cell group. Each cell contains a cathode made according to the invention, which contains monovalent silver oxide, mercury II oxide and elemental silver, dispersed substantially uniformly through the cathode, an amalgamated zinc and zinc oxide anode, and an aqueous potassium hydroxide electrolyte .

40 Initieel ontladen de 10 cellen bij 1,5 volt, de onjpl^c^r^fs^p^ïgiing van monovalent zilveroxyde. Na een - 8 - gemiddelde tijd van ongeveer 102 uur valt de spanning af van 1,5 volt tot 1,3 volt, hetgeen de uitputting aangeeft van de zilveroxydecomponent van de kathode en het begin van de ontlading van het kwik-II-oxyde. Deze spanningsval 5 is het signaal, dat het tijd wordt de cel opnieuw op te laden. Van de feitelijke 10 cellen in de groep was de vroegste ontlading van het kwik-II-oxyde na 100 uur en de laatste na 104 uur.40 Initially, the 10 cells discharge at 1.5 volts, the formation of monovalent silver oxide. After an average time of about 102 hours, the voltage drops from 1.5 volts to 1.3 volts, indicating depletion of the silver oxide component of the cathode and initiation of the discharge of the mercury II oxide. This voltage drop 5 is the signal that it is time to recharge the cell. Of the actual 10 cells in the group, the earliest mercury II oxide discharge was after 100 hours and the latest after 104 hours.

De spanningsafval tussen 120 uur en 130 uur is 10 kenmerkend voor de ontladingskromme van een kathode, die kwik-II-oxyde bevat. Deze spanningsafval treedt op, omdat, als de cel ontlaadt, het oppervlaktegebied van de anode afneemt en de hoeveelheid beschikbaar elektroliet vermindert. Deze twee faktoren zorgen ervoor dat de inwendige weerstand 15 van de cel toeneemt. Deze toename van de inwendige weerstand blijkt uit een spanningsafval van de spanning van de cel. Tussen 150 uur en 165 uur was het kwik-II-oxyde in alle 10 cellen uitgeput. De gemiddelde totale capaciteit van elk van de 10 cellen was ongeveer 160 uur zoals werd 20 geconsteerd uit de scherpe afval en spanning, getoond in fig. 2. Na 165 uur werkte geen van de cellen meer.The voltage drop between 120 hours and 130 hours is characteristic of the discharge curve of a cathode containing mercury II oxide. This voltage drop occurs because as the cell discharges, the surface area of the anode decreases and the amount of available electrolyte decreases. These two factors cause the internal resistance of the cell to increase. This increase in internal resistance is evidenced by a voltage drop in the voltage of the cell. The mercury II oxide was exhausted in all 10 cells between 150 hours and 165 hours. The average total capacity of each of the 10 cells was approximately 160 hours as was determined from the sharp debris and stress shown in Figure 2. After 165 hours, none of the cells were out of action.

Kromme B toont de ontladingskromme van een kenmerkende cel die een capaciteit heeft van 160 uur, en die bestaat uit een gebruikelijke zilveroxydekathode en een zinkanode.Curve B shows the discharge curve of a typical cell, which has a capacity of 160 hours, and which consists of a conventional silver oxide cathode and a zinc anode.

25 Deze cel begint te ontladen bij 1,5 volt en zet de ontlading bij deze spanning voort totdat nagenoeg al het zilver-oxyde in de kathode is uitgeput. Kenmerkend ontlaadt de cel met de zilveroxydekathode bij een constante spanning tot nagenoeg volledige uitputting, op welk punt de 3Q spanning snel afvalt. De constantheid van de spanning maakt het moeilijk om de ontladingstoestand van de cel vast te stellen. Dit probleem is opgelost door de toevoeging van een tweede actief materiaal zoals kwik-II-oxyde, teneinde een spanningssprong te produceren op een bepaald 35 punt in de ontlading van de cel, zoals getoond in kromme A.This cell begins to discharge at 1.5 volts and continues to discharge at this voltage until substantially all of the silver oxide in the cathode is exhausted. Typically, the silver oxide cathode cell discharges at a constant voltage to nearly complete exhaustion, at which point the 3Q voltage drops rapidly. The constancy of the voltage makes it difficult to determine the state of discharge of the cell. This problem has been solved by the addition of a second active material such as mercury II oxide to produce a voltage jump at some point in the discharge of the cell, as shown in curve A.

Fig. 3 toont het vermogen van een cel, die de kathode volgens de uitvinding bevat, om een lading te accepteren na herhaalde ontladings-opladingscycli. De hoeveelheid lading C (mA-uur) die de cel kan accepteren, ver-40 minderd met het aantal cycli N, en bereikt een vast niveau 790 7 9 08 Λ~ * - 9 - van ongeveer 55 mA-uur na ongeveer 15 cycli. Dit vaste niveau is gebleken voort te duren voor ten minste 50 cycli.Fig. 3 shows the ability of a cell containing the cathode of the invention to accept a charge after repeated discharge-charge cycles. The amount of charge C (mA-hour) that the cell can accept, decreased by the number of cycles N, and reaches a fixed level 790 7 9 08 Λ ~ * - 9 - of about 55 mA-hour after about 15 cycles . This fixed level has been shown to persist for at least 50 cycles.

Fig. 3 laat zien, dat een cel die ontladen is tot het punt, waarbij het zilveroxyde wel maar het kwik-II-oxyde 5 niet is uitgeput, en die vervolgens opnieuw wordt geladen, veel meer mA-uur aan nuttig verbruik kan leveren dan een cel, die eenvoudigweg ontladen is tot volledige uitputting.Fig. 3 shows that a cell discharged to the point where the silver oxide is depleted but the mercury II oxide 5 and then recharged can provide much more mA-hours of useful consumption than a cell , which is simply discharged to full exhaustion.

Fig. 4 geeft een schematisch blokschema van het gebruik bij een mogelijke toepassing van een cel, vervaar-10 digd volgens de uitvinding, met een kathode, die kwik-II-oxyde bevat alsook zilveroxyde. De cel 2 levert vermogen aan een elektronische inrichting 1, bijv. een horloge of rekenmachientje, en in samenloop daarmee bewaakt een elektronische schakeling 3 van bekende constructie de 15 spanningsuitgang van de cel. Wanneer de spanningsuitgang van de cel afvalt als gevolg van de uitputting van het zilveroxyde en de daarop volgende ontlading van het kwik- II-oxyde, detecteert de celbewakingsschakeling 3 deze verandering en genereert een signaal, dat een licht-emissie-20 diode 4 doet werken. De spanning, voortgebracht door het kwik-II-oxyde binnen de kathode levert voldoende spanning om de elektronische schakeling en de licht-emissiediode te bekrachtigen. De signaalgenerator 3 kan vanzelfsprekend zodanig zijn ontworpen, dat deze andere signalen voort-25 brengt al naar dit gewenst is, teneinde de gebruiker er van op de hoogte te stellen dat de spanning is afgevallen, en dat het tijd is om de cel opnieuw op te laden.Fig. 4 is a schematic block diagram of the use in a possible use of a cell made according to the invention with a cathode containing mercury II oxide as well as silver oxide. The cell 2 supplies power to an electronic device 1, eg a watch or calculator, and in conjunction with this an electronic circuit 3 of known construction monitors the voltage output of the cell. When the voltage output of the cell drops due to the depletion of the silver oxide and the subsequent discharge of the mercury II oxide, the cell monitoring circuit 3 detects this change and generates a signal which makes a light-emitting diode 4 operate . The voltage generated by the mercury II oxide within the cathode supplies enough voltage to power the electronic circuit and the light-emitting diode. The signal generator 3 may, of course, be designed to generate other signals as desired, to inform the user that the voltage has dropped and it is time to restart the cell. load.

De thans volgende voorbeelden van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding zijn gegeven om de constructie 3Q en doelmatigheid van de uitvinding toe te lichten. In deze voorbeelden, alsook in de gehele beschrijving en conclusies zijn alle percentages gewichtspercentages, tenzij anders worden aangegeven.The following examples of preferred embodiments of the invention have been given to illustrate the construction and the efficiency of the invention. In these examples, as well as throughout the description and claims, all percentages are weight percentages unless otherwise indicated.

VOORBEELD IEXAMPLE I

35 Er werd een cel geconstrueerd onder gebruikmaking van de volgende materialen en procedure. De kathode bevat 49 % monovalent zilveroxyde, 3 % mangaandioxyde, 30 % kwik-II-oxyde en 18 % zilver, nagenoeg homogeen gedisper-geerd door de kathode. De anode bevat 15 % zlnkoxyde, 4Q een amalgaam van 68 % zink en 13 % kwik, en 4 % van een gelmiddel. Vier lagen van een keerlaagmateriaal, bestaande 790 7 9 08 - 10 - v* *· bestaande uit twee lagen elk. van cellofaan en bestraald polyetheen, werden gebruikt voor het vormen van een barrière tussen de anode en de kathode. Een laag van niet geweven katoenvilt werd gebruikt als absorbent. De kathode, de anode, 5 het keerlaagorgaan, het absorbent en een elektroliet, dat bestond uit 35 % kaliumhydroxyde, 6 % zinkoxyde, en 59 % water, werden aangebracht in een celhuis, waarbij het elektroliet in contact was met de anode, de kathode, het keerlaagorgaan, het absorbent, en het huis. Hetzelfde deksel IQ werd vervólgens op zijn plaats gekrompen met een beslagring.A cell was constructed using the following materials and procedure. The cathode contains 49% monovalent silver oxide, 3% manganese dioxide, 30% mercury II oxide and 18% silver, dispersed almost homogeneously throughout the cathode. The anode contains 15% zinc oxide, 4% an amalgam of 68% zinc and 13% mercury, and 4% of a gelling agent. Four layers of a retaining layer material, consisting of 790 7 9 08 - 10 - v * * · consisting of two layers each. of cellophane and irradiated polyethylene, were used to form a barrier between the anode and the cathode. A layer of non-woven cotton felt was used as an absorbent. The cathode, the anode, the baffle member, the absorbent, and an electrolyte, which consisted of 35% potassium hydroxide, 6% zinc oxide, and 59% water, were placed in a cell housing with the electrolyte in contact with the anode, the cathode , the baffle organ, the absorbent, and the housing. The same lid IQ was then crimped into place with a ferrule.

De ontladingskromme A in fig. 2 is de gemiddelde van 10 cellen, op deze wijze geconstrueerd.The discharge curve A in Fig. 2 is the average of 10 cells constructed in this way.

VOORBEELD IIEXAMPLE II

Er werd een cel geconstrueerd onder gebruikmaking 15 van de volgende materialen en procedure. De kathode bevatte 52 % monovalent zilveroxyde, 3 % mangaandioxyde, 30 % kwik-II-oxyde, en 15 % nikkel, nagenoeg homogeen gedisper-geerd door de kathode. De anode bevatte 15 % zinkoxyde, een amalgaam van 68 % zink en 13 % kwik, en 4 % van een 20 gelmiddel. Vier lagen van een keerlaagmateriaal, bestaande uit twee lagen elk van cellofaan en bestraald polyetheen, werden gebruikt voor het vormen van een keerlaag tussen de anode en de kathode. Een laag van niet geweven katoenvilt werd gebruikt als een absorbent. De kathode, de anode, 25 de keerlaag, het absorbent, en elektroliet, bestaande uit 35 % kaliumhydroxyde, 6 % zinkoxyde, en 59 % water, werden aangebracht in een celhuis, waarbij het elektroliet in contact was met de anode, de kathode, het keerlaagorgaan, het absorbent, en het huis. Vervolgens werd hetzelfde 30 deksel op zijn plaats gekrompen met een beslagring. Deze cel had bij ontlading een onzuiverheidskromme overeenkomstig aan die van kromme A in fig. 2.A cell was constructed using the following materials and procedure. The cathode contained 52% monovalent silver oxide, 3% manganese dioxide, 30% mercury II oxide, and 15% nickel dispersed almost homogeneously throughout the cathode. The anode contained 15% zinc oxide, an amalgam of 68% zinc and 13% mercury, and 4% of a gelling agent. Four layers of a barrier layer material, consisting of two layers each of cellophane and irradiated polyethylene, were used to form a barrier between the anode and the cathode. A layer of non-woven cotton felt was used as an absorbent. The cathode, the anode, the barrier, the absorbent, and the electrolyte, consisting of 35% potassium hydroxide, 6% zinc oxide, and 59% water, were placed in a cell housing, the electrolyte being in contact with the anode, the cathode, the baffle organ, the absorbent, and the housing. Then the same lid was crimped into place with a ferrule. This cell had an impurity curve similar to that of curve A in Figure 2 on discharge.

- conclusies - 790 7 9 08- conclusions - 790 7 9 08

Claims (10)

1. Kathode voor een elektrochemische cel, en bevattende monovalent zilveroxyde, met het kenmerk, dat een metaal, dat bestaat uit nikkel, zilver, of een mengsel van nikkel en zilver, nagenoeg homogeen gedispergeerd is 5 door de kathode.An electrochemical cell cathode and containing monovalent silver oxide, characterized in that a metal consisting of nickel, silver, or a mixture of nickel and silver is dispersed almost homogeneously through the cathode. 2. Kathode volgens conclusie l,met het kenmerk, dat het metaal nikkel is.Cathode according to claim 1, characterized in that the metal is nickel. 3. Kathode volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het nikkel een carbonylnikkel is.Cathode according to claim 2, characterized in that the nickel is a carbonyl nickel. 4. Kathode volgens conclusie 1, 2 of 3,met het kenmerk, dat de kathode het metaal bevat in een hoeveelheid van ongeveer 10 tot ongeveer 40 gew. % van de kathode.Cathode according to claim 1, 2 or 3, characterized in that the cathode contains the metal in an amount of from about 10 to about 40 wt. % of the cathode. 5. Kathode volgens conclusie 1, 2, 3 of 4, met 15 het kenm’erk7 dat “een tweede actief materiaal, gekozen uit kwik-II-oxyde, cadmiumoxyde, cadmiumhydroxyde en mangaandioxyde aan de kathode is toegevoegd.Cathode according to claim 1, 2, 3 or 4, characterized in that "a second active material, selected from mercury II oxide, cadmium oxide, cadmium hydroxide and manganese dioxide, is added to the cathode. 6. Kathode volgens conclusie 5, met het ken merk, dat de kathode het tweede actieve materiaal bevat 20 in een hoeveelheid van ongeveer 20 tot 60 gew. % van de kathode.Cathode according to claim 5, characterized in that the cathode contains the second active material in an amount of about 20 to 60 wt. % of the cathode. 7. Elektrochemische cel, gekenmerkt door een kathode volgens één der voorgaande conclusies, een anode, bij voorkeur bestaande uit zink, een separator tussen 25 de kathode en de anode, en een elektroliet, aangebracht binnen de cel in contact met de kathode, de anode, en de separator.7. Electrochemical cell, characterized by a cathode according to any one of the preceding claims, an anode, preferably consisting of zinc, a separator between the cathode and the anode, and an electrolyte arranged inside the cell in contact with the cathode, the anode , and the separator. 8. Cel volgens conclusie 7,met het kenmerk, dat de anode zink, kwik en zinkoxyde bevat. 790 7 9 08 -12 “τνCell according to claim 7, characterized in that the anode contains zinc, mercury and zinc oxide. 790 7 9 08 -12 “τν 9. Cel volgens conclusie 7 of 8, i e t h. e t kenmerk., dat de separator ten minste ëên laag heeft, gekozen uit geregeneerd cellulose, bestraald polyetheen, poreus polyvinylchloride, en microporeus polypropeen.Cell according to claim 7 or 8, i e t h. It is characterized in that the separator has at least one layer selected from regenerated cellulose, irradiated polyethylene, porous polyvinyl chloride, and microporous polypropylene. 10. Cel volgens conclusie 7 of 8,met het ken merk, dat de separator ten minste ëên laag heeft van geregenereerd cellulose en ten minste ëên laag van bestraald polyetheen. 790 7 9 08Cell according to claim 7 or 8, characterized in that the separator has at least one layer of regenerated cellulose and at least one layer of irradiated polyethylene. 790 7 9 08
NL7907908A 1978-10-30 1979-10-29 CATHODE FOR AN ELECTROCHEMICAL CELL AND CELL FITTED WITH THIS CATHOD. NL7907908A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US95647978A 1978-10-30 1978-10-30
US95647978 1978-10-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7907908A true NL7907908A (en) 1980-05-02

Family

ID=25498283

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7907908A NL7907908A (en) 1978-10-30 1979-10-29 CATHODE FOR AN ELECTROCHEMICAL CELL AND CELL FITTED WITH THIS CATHOD.

Country Status (12)

Country Link
JP (1) JPS5560275A (en)
AU (1) AU522825B2 (en)
BE (1) BE879687A (en)
CA (1) CA1149868A (en)
DE (1) DE2942921A1 (en)
DK (1) DK456279A (en)
FR (1) FR2440622A1 (en)
GB (1) GB2033139B (en)
IL (1) IL58433A (en)
IT (1) IT1124816B (en)
NL (1) NL7907908A (en)
SE (1) SE7908806L (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS57849A (en) * 1980-06-04 1982-01-05 Sony Ebaredei Kk Alkaline battery
EP0170411A1 (en) * 1984-06-29 1986-02-05 Union Carbide Corporation Galvanic cell

Family Cites Families (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL98163C (en) * 1953-07-24
DE1205597B (en) * 1959-10-22 1965-11-25 Witte & Sutor Kondensatoren U Process for the production of a gas-tight sealed accumulator with silver electrode
NL265075A (en) * 1960-05-24
US3332801A (en) * 1963-11-12 1967-07-25 Catalyst Research Corp Electrodes for batteries
US3520729A (en) * 1967-07-14 1970-07-14 Varta Ag Batteries having a positive silver-oxide electrode
DE1771522A1 (en) * 1968-06-04 1972-03-09 Varta Ag Silver oxide electrode for alkaline primary elements and process for their production
DE1939713A1 (en) * 1969-08-05 1971-03-04 Varta Ag Method of manufacturing a silver oxide electrode
US3772083A (en) * 1972-05-01 1973-11-13 Wurlitzer Co Battery cell construction
JPS50160727A (en) * 1974-06-17 1975-12-26
US4015055A (en) * 1975-09-29 1977-03-29 Union Carbide Corporation Metal oxide cells having low internal impedance
CH607342A5 (en) * 1976-04-01 1978-12-15 Leclanche Sa
JPS52131130A (en) * 1976-04-26 1977-11-02 Suwa Seikosha Kk Enclosed silver oxide storage cell
DE2732082C3 (en) * 1976-07-16 1985-01-03 Hitachi Maxell, Ltd., Ibaraki, Osaka Galvanic silver (II) oxide cell and process for their manufacture
FR2857834B1 (en) * 2003-07-24 2007-03-02 Jose Lopez UNIVERSAL ATTACHMENT

Also Published As

Publication number Publication date
CA1149868A (en) 1983-07-12
AU522825B2 (en) 1982-06-24
JPS5560275A (en) 1980-05-07
IL58433A (en) 1982-12-31
IL58433A0 (en) 1980-01-31
FR2440622A1 (en) 1980-05-30
IT1124816B (en) 1986-05-14
DK456279A (en) 1980-05-01
BE879687A (en) 1980-02-15
AU5186879A (en) 1980-05-15
GB2033139A (en) 1980-05-14
IT7926891A0 (en) 1979-10-29
GB2033139B (en) 1983-01-26
SE7908806L (en) 1980-05-01
DE2942921A1 (en) 1980-05-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP3494378B2 (en) Manganese dioxide positive electrode for rechargeable battery and battery incorporating the electrode
US5424145A (en) High capacity rechargeable cell having manganese dioxide electrode
US5569553A (en) Battery design for achieving end-of-life indication during electrical discharge
JPH08510355A (en) Additive for primary electrochemical cells with manganese dioxide cathode
JP4024538B2 (en) Alkaline battery with improved anode
JP2009517805A (en) Rechargeable alkaline manganese batteries with reduced capacity degradation and improved cycle life
US5607796A (en) Rechargeable alkaline electrochemical cell
JPH0744043B2 (en) Lithium secondary battery
US3288642A (en) Rechargeable dry cell having gelled electrolyte
KR100308313B1 (en) Battery
US4292383A (en) Bilevel rechargeable cell
PL105549B1 (en) GALVANIC CELL WITH NEGATIVE ELECTRODE FROM STRONG ELECTROFATIVE METAL WITH ANHYDROUS ELECTROLYTE
NL7907908A (en) CATHODE FOR AN ELECTROCHEMICAL CELL AND CELL FITTED WITH THIS CATHOD.
JP2962326B1 (en) Nickel-hydrogen storage battery for backup power supply
JP2858862B2 (en) Metal-hydrogen alkaline storage battery
US3457111A (en) Alkaline storage battery with be(oh)2 in the electrolyte
JP2755682B2 (en) Metal-hydrogen alkaline storage battery
EP0801432B1 (en) Rechargeable alkaline electrochemical cell
JPH05258771A (en) Lithium secondary battery
JP3101622B2 (en) Nickel-hydrogen alkaline storage battery
JPS6199277A (en) Metal-hydrogen alkaline storage battery
JP3550193B2 (en) Negative electrode and secondary battery using the same
JPS63124367A (en) Alkaline zinc storage battery
JP2538303B2 (en) Zinc electrode for alkaline storage battery
RU2076402C1 (en) Negative electrode of nickel hydrogen cell

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed