NL7907803A - Verpakkingsinrichting. - Google Patents

Description

*5· J

’ N/29.318-tM/f.

Verpakkingsinrichting.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een verpakkingsinrichting voor het verpakken van voorwerpen, waarin een aantal stroken van verpakkingsmateriaal wordt· gevoerd door een station, waarin elke strook 5 wordt gevormd tot een zodanige dwarsdoorsnedevorm, dat de stroken de te verpakken voorwerpen kunnen opnemen, waarbij de inrichting een vulstation heeft, waar de voorwerpen worden geplaatst in de stroken, een zich in de lengterichting uitstrekkend lasstation, waarin de lasranden van elke 10 strook materiaal aan elkaar worden gelast om een verpak-kingsbuis te vormen, een dwarslasstation met verhittings-middelen voor het verhitten van de verpakkingsbuizen tussen de voorwerpen en met klemmiddelen voor het klemmen van de verhitte delen van de verpakkingsbuizen tussen de voor-15 werpen, en een scheidingsstation met dwarse snijmiddelen en vasthoudmiddelen, waarbij de verhittings- en klemmiddelen, die behoren tot het dwarse.. las station, zijn aangebracht op een slede, die dwars is aangebracht ten opzichte van de stroken materiaal en die heen en weer beweegbaar is in de 20 langsrichting van de stroken materiaal door middel van een aandrijfinrichting, waarbij de verhittings- en klemmiddelen beweegbaar zijn voor het grijpen en loslaten van de stroken materiaal.

De toenemende vraag met betrekking tot 25 de productiecapaciteit veroorzaakt problemen in verband met verpakkingsapparatuur van de bovengenoemde soort.

Om de productiecapaciteit te vergroten, is het mogelijk het aantal strippen materiaal te vergroten, maar in deze gevallen neemt ook de breedte van de verpakkingsinrichting 30 toe en dus ook het risico, dat de stroken materiaal zullen breken, waardoor de werking van de inrichting wordt onderbroken. Bovendien, hoe meer stroken in de inrichting zijn aangebracht, des te breder de slede moet zijn, die de verhittings- en klemmiddelen van het dwarse lasstation 7907803 * A ' 2 draagt, zodat derhalve hogere eisen moeten worden vervuld met betrekking tot de aandrijfinrichting, die wordt toegepast om de slede heen en weer te bewegen. De massa van de slede en van het dwarse lasstation leiden in het bijzonder 5 tot hoge traagheidskrachten, zodat hoge versnellingen nodig zijn aan het begin van de slag van de slede . en hoge vertragingen aan het eind van de slag. Deze traagheidskrachten beperken dus het aantal slagen per tijdseenheid, en omdat ook het aantal stroken materiaal, waarmede de inrichting 10 kan worden uitgerust, tamelijk beperkt is, beoogt de onderhavige uitvinding het verschaffen van een verpakkingsinrichting van de bovenaangegeven soort, waarbij de productiecapaciteit kan worden vergroot, zonder tegelijk het aantal slagen per tijdseenheid te vergroten.

15 Hiertoe is de inrichting volgens de uit vinding gekenmerkt, doordat de inrichting is voorzien van twee of meer stellen verwarmingsmiddelen en twee of meer stellen klemmiddelen, en de aandrijfinrichting geschikt is om aan de slede een heen en weer gaande beweging te geven, 20 die twee of meer malen groter is dan de lengte van de verpakkingen. Aldus wordt bereikt, dat de te verpakken voorwerpen kunnen worden toegevoerd aan de verpakkingsmachine met een snelheid, die twee of meer malen groter is dan de snelheid van de slede, zodat de productie twee of meer malen 25 kan worden vergroot zonder het aantal slagen per tijdseenheid van het dwarse lasstation te vergroten.

Een uitvoering van de inrichting met een toevoerinrichting om de te verpakken voorwerpen op de stroken materiaal te plaatsen en de voorwerpen uit te lij-30 nen is volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de toevoerinrichting een transporteur omvat, die is verdeeld in compartimenten en een part heeft, dat twee of meer compartimenten omvat en beweegbaar is van een stand, evenwijdig mé^de stroken materiaal, in welke stand ten minste twee 35 rijen voorwerpen achter elkaar worden gegrepen tussen de transporteur en de stroken, naar een stand, waarin ten 7907803 « * 3 minste twee rijen voorwerpen vrij met de stroken kunnen worden meegevoerd. Volgens deze uitvoering is verzekerd/ dat er voldoende ruimte wordt verkregen tussen de voorwerpen om de verpakkingsbuizen tussen de voorwerpen te lassen.

5 Verdere doelen en voordelen van de uit vindingen zullen duidelijker blijken uit de volgende toelichting van een uitvoering van de inrichting volgens de uitvinding aan de hand van de tekening.

Fig. 1 toont een bovenaanzicht van een 10 bekende verpakkingsinrichting met meerdere verpakkingslijnen.

Fig. 2 is een vooraanzicht van de in fig.

1 afgeheelde verpakkingsinrichting.

Fig. 3, 4 en 5 zijn afbeeldingen, die 15 in eikaars verlengde geplaatst een vertikale doorsnede tonen door een uitvoering van de verpakkingsinrichting volgens de uitvinding.

De in fig. 1 en 2 afgeheelde verpakkingsinrichting is, zoals boven is vermeld, van een op zichzelf 20 bekende constructie en omvat twee spoelframes 1 en 2, die elk een aantal rollen 3 van verpakkingsmateriaal ondersteunen, bijvoorbeeld papier, dat aan één of beide zijden is bedekt met een lasbaar materiaal. De verpakkingsinrichting zelf is in fig. 1 aangegeven met 4 en omvat, zoals 5 25 ook blijkt uit fig. 2 een frame dat gezien in de richting van links naar rechts, een galg 6 ondersteunt, die omlaag uitstekende vingers 7 heeft, waarvan het aantal overeenkomt met het aantal stroken verpakkingsmateriaal en die dwars ten opzichte van de machinerichting zijn uitgelijnd.

30 Stroomopwaarts van de vingers is een rij vormmiddelen 8 aangebracht, eveneens dwars ten opzichte van de richting van de machine en deze vormmiddelen geven een U-vormige dwarsdoorsnede aan de stroken verpakkingsmateriaal tijdens de passage van de stroken door de vormmiddelen. Tussen de 35 vormmiddelen en de vingers 7 is een neerleginrichting aangebracht, die de voorwerpen in de U-vormige stroken neer- 7907803 « * 4 legt, en de voorwerpen worden in de 'dwarsrichting ten opzichte van de richting van de machine uitgelijnd door middel van de vingers 7, Na de vingers 7 ondersteunt het frame 5 een stel in de lengterichting uitstrekkende lasmidde-5 len 9, waardoor de langsranden van elke strook aan elkaar worden gelast, en na deze lasmiddelen volgt een stel vouw-.middelen 10 om de zich in de 'lengterichting uit strekkende, door de lasmiddelen 9 gemaakte lasnaad neer te leggen. Daarna volgen een stel' verhittingsmiddelen 1.1, 12 en een 10 stel klemmiddelen 13, 14, die samen een lasstation vormen om dwarse lassen te maken. Het stel verhittingsmiddelen omvat een zich in de dwarsrichting uitstrekkende bovenrail 11 en een zich in de dwarsrichting uitstekkende onderrail 12 en het stel klemmiddelen omvat een bovenrail 13 en een 15 onderrail 14. De twee bovenrails 11 en 13 zijn onderling verbonden door middel van armen 15 en de twee onderrails 12, 14 zijn onderling verbonden door middel van armen 16.

De bovenrail 13 en de onderrail 16 zijn verbonden met een grijp- en losmaakinrichting 17, waardoor de twee boven-20 rails 11, 13 omhoog kunnen worden bewogen en de twee onder rails 12, 14 tegelijkertijd omlaag kunnen worden bewogen.

De afstand tussen de verhittingsmiddelen en de klemmiddelen komt overeen met de lengte van de te vervaardigen verpakkingen. H;et lasstation met de verhittings- en klemmidde-25 len wordt gedragen door een slede, die zich in de dwars richting van de inrichting uitstrekt, en die beweegbaar is ondersteundop het frame van de inrichting. De slede is heen en weer beweegbaar in de richting van de machine met een slaglengte, die overeenkomt met de lengte van de te 30 vervaardigen verpakkingen, en de slede wordt aangedreven door middel van een aandrijfinrichting (niet afgeheeld1.

Na het dwarse lasstation volgt een regelpaneel 2Q en na het regelpaneel is een snij- en vast-houdstation 21 aangebracht, gevolgd door een rollentrans-35 porteur 22 voor de afgescheiden verpakkingen.

De in fig. 1 en 2 afgeheelde verpak- 7907803 * * 5 king werkt op de volgende manier: voordat de inrichting in werking wordt gesteld, worden de stroken materiaal gevoerd door de vormmiddelen 8, onder de vingers 7, door de lasmiddelen 9, door de naad-5 vouwmiddelen 10, tussen de hoven- en onderrails 11, 13 resp. 12, 14, die uit elkaar zijn bewogen, en naar het station 21 en door de snij- en vasthoudmiddelen daarvan naar buiten. Het zal dus duidelijk zijn, dat door een heen en weer gaande slagbeweging te geven aan de grijp- en los-10 maakinrichting 17 en door de rails van het lasstation te sluiten voor het begin van de voorwaartse slag en de rails te openen aan het eind van de slag, de stroken materiaal stapsgewijs zullen worden gevoerd door de inrichting en voorwerpen, die voor de vingers 7 zijn neergelegd en zijn 15 uitgelijnd door de vingers, zullen worden opgesloten in verpakkingen, die zullen worden afgescheiden van de stroken materiaal aan het station 21.

Zoals boven is genoemd tonen fig. 3, 4 en 5 een doorsnede_door een verpakkingslijn van een uitvoering 20 van de verpakkingsinrichting volgens de onderhavige uitvinding, die evenals de verpakkingsinrichting, die is toegelicht in verband met fig. 1 en 2 een aantal verpakkings-lijnen, namelijk êën voor elke strook materiaal, omvat.

Opgemerkt wordt echter, dat de stroken materiaal in fig. 2 25 worden bewogen van links naar rechts, terwijl de voorwerpen volgens fig. 3, 4 en 5, geplaatst zoals boven is uiteengezet, worden bewogen van rechts naar links.

Wat betreft de algemene constructie komt de uitvoering van de verpakkingsinrichting volgens de onder-30 havige uitvinding volgens fig. 3, 4 en 5 overeen met de inrichting, die is toegelicht in verband met fig. 1 en 2.

In jfeats van een enkel stel.klepmiddelen en een enkel stel verhittingsmiddelen omvat de inrichting volgens fig.

3-5 echter twee stellen verhittingsmiddelen en twee stellen 35 klemmiddelen. De twee stellen verhittingsmiddelen bestaan uit vier rails 30, 31, 32 en 33, die paarsgewijs tegenover 7907803

« V

6 elkaar zijn opgesteld met een afstand tussen de paren, die overeenkomt met de lengte van de vereiste verpakking. De twee stellen klemmiddelen bestaan uit vier klemrails 34, 35, 36 en 37, die ook paarsgewijs tegenover elkaar zijn 5 opgesteld met een onderlinge afstand, die overeenkomt met de lengte van de vereiste verpakking. Alle rails 30-37 strekken zich uit in de dwarsrichting van de inrichting en kunnen dus alle stroken materiaal tussen zich grijpen. De rails 30, 31, 34 en 35, die zijn geplaatst boven de stroken 10 materiaal, zijn onderling verbonden door middel van stangen 38 en de rails onder de stroken materiaal zijn ook onderling verbonden door middel van stangen 39. De verhittingsmiddelen en de klemmiddelen zijn op dezelfde manier als in de inrichting van fig. 1 en 2 ondersteund door een slede, die in 15 fig. 3 schematisch is aangegeven bij 40 en die zich ook in de dwarsrichting van de inrichting uitstrekt en beweegbaar is ondersteund op zich in de langsrichting uitstrekkende rails ten opzichte van het frame (niet afgebeeld) van de inrichting. De bovenrails en de onderrails 30, 31, 34, 35 20 resp. 32, 33, 36, 37 zijn beweegbaar voor het grijpen en loslaten van de stroken materiaal door middel van een inrichting, die overeenkomt met de inrichting 17 in fig. 2 en die is aangegeven bij 41 in fig. 3. Bovendien is de slede 40 en het daaruit ondersteunde dwarslasstation met de 25 rails 30-37 beweegbaar in de langsrichting van de inrichting door middel van een aandrijfinrichting 42 . De aandrijf inrichting omvat een pneumatische motor, waardoor een krukarm 43 heen en weer kan worden gezwenkt langs een hoek van 180°. Door middel van een pen 44 is de krukarm 43 ver-30 bonden met een regelstang 45, die door een pen 46 zwenkbaar is verbonden met het frame van de machine, dat symbolisch is aangegeven bij 47. Door de krukarm 43 180° te zwenken uit de in fig. 3 afgeheelde stand, worden de slede 40 en de daardoor ondersteunde middelen naar links in fig. 3 be-35 wogen overeenkomstig de lengte van twee verpakkingen. Met andere woorden wordt de slede 40 bewogen met een slagbewe- 7907803 r · 7 ging, waarvan de slaglengte overeenkomt met de lengte van twee verpakkingen.

ligplaats van een scheidingsstation met maar één stel snijmiddelen, zoals de inrichting van fig. 1 5 en 2, heeft de inrichting van fig. 3-5 een snijstation 48 met twee stellen snijmiddelen 49, 50 en 51, 52, die zijn aangebracht op een onderlinge afstand, die overeenkomt met de lengte van één verpakking. Het stel 51, 52 dient op op zichzelf bekende wijze om de einden van de stroken mate-10 riaal vast te houden onmiddellijk na een snijbewerking.

Een toevoerstation voor de verpakkings-lijn is afgebeeld in fig. 5, waarin 55 een transportband is, waarop de te verpakken voorwerpen 56 in rijen achter elkaar worden toegevoerd. Het zal duidelijk zijn, dat elke 15 rij voorwerpen 56 evenveel artikelen omvat als het aantal verpakkingslijnen. Na de transporteur 55, gezien de richting van de beweging van de voorwerpen, volgt een zwenkbare rollentafel 57, die zwenkbaar is ondersteund om een as 58, zodat de tafel 57 kan worden gezwenkt uit de in volle lij-nen afgebeelde stand naar de met streepjeslijnen afgebeelde stand. De rollen van de rollentafel zijn aangegeven met 60 59 en een aanslag is zwenkbaar verbonden met de tafel door een as 61, zodat een flens 62 van de aanslag omhoog en omlaag kan worden gezwenkt tussen twee aangrenzende rollen 25 59, zodat een rij voorwerpen kan worden uitgelijnd op de rollentafel na op de rollentafel te zijn overgebracht van de transporteur 55. Na deze uitlijning van een rij voorwerpen kan de rij worden overgebracht op een volgende transporteur 64 door de tafel 57 te zwenken naar de in 30 streepjeslijnen afgebeelde stand en de flens 62 terug te trekken. De transporteur 64 levert de voorwerpen 56 in rijen af aan een toevoertransporteur 65¾ or middel van duwvingers 66 is verdeeld in compartimenten, waarvan de breedte overeenkomt met de lengte van de voorwerpen 56. De 35 transporteur loopt om twee rollen 67 en 68 en twee stellen rollen 69 en 70. Het stel rollen 70 is door niet in 7907803 i % 8 de tekening afgeheelde middelen beweegbaar uit de in fig.

4 in volle lijnen afgebeelde stand naar de met streepjeslijnen aangegeven stand. De stellen rollen 69 en 70 vormen een part van de transporteur 65/ dat twee door middel van 5 duwvingers 66 gevormde compartimenten omvat, zodat twee rijen voorwerpen evenwijdig aan elkaar kunnen worden opgenomen langs dit part. De transporteur 65 werkt samen met een goot 71, waarvan het ondereind is voorzien van een sleuf, zodat tongen 72 zijn gevormd en elke tong uitsteekt 10 in een overeenkomstige strook materiaal 73, die is gebogen tot een U-vormige dwarsdoorsnede, waarin ook de rollen van de stellen rollen 69 en 70 zijn aangebracht. Ook de transporteur 65 is verdeeld in nieuwe stroken, die in het algemeen overeenkomen met de breedte van de U-vorm van de 15 stroken materiaal, zodat twee voorwerpen achter elkaar kunnen worden ingestoken in elke strook materiaal. In de in fig. 4 afgebeelde stand van het transporteurpart tussen de rollen 69 en 70 worden twee rijen voorwerpen vastgehouden in een bepaalde onderlinge stand en door het vooreind 20 van het part van de transporteur in kwestie op te lichten, zullen de twee rijen voorwerpen worden vrijgelaten, zodat de rijen kunnen worden meegenomen door middel van de stroken materiaal, wanneer de stroken voorwaarts worden bewogen door de slagbeweging van de slede 40.

25 Zoals in het geval van de inrichting van fig. 1 en 2 wordt ook een zich in de langsrichting uitstrekkende las van elke strook materiaal gemaakt, nadat de randen van de stroken naar elkaar toe zijn gevouwen, en wel door middel van de zich in langsrichting uitstrekkende 30 lasmiddelen 75, fig. 4, waarbij de zich in de langsrichting uitstrekkende, daardoor gemaakte lasnaad wordt neergelegd door middel van een neervouworgaan 76, fig. 3.

De in fig. 3-5 afgebeelde inrichting werkt op de volgendemanier: 35 rijen voorwerpen 56 worden toegevoerd aan de inrichting door middel van de transporteur 55 met een be- 7907803 9 trekkelijk hoge snelheid, bijvoorbeeld 70-80 rijen per minuut. Door middel van de tafel 57 worden de rijen een beetje van elkaar gescheiden, zodat ze, wanneer ze door de transporteur 64 worden afgeleverd aan de goot 71, kunnen 5 worden gegrepen door de duwvingers 66 en dus hun rijenplaatsing kunnen behouden. Na te zijn bewogen naar de in fig. 4 afgebeelde stand, waarin de twee gegrepen rijen een bepaalde stand innemen, kunnen de rijen de voorwaartse strook van het dwarslasstation afwachten. Deze voorwaartse strook 10 wordt begonnen door de verhittings- en klemrails in fig. 3 naar elkaar toe te bewegen, waarna een slag wordt gegeven aan de slede 40 door middel van de aandrijfinrichting 42. Deze slaglengte komt overeen met de lengte van twee vereiste verpakkingen. Tijdens deze slag worden de stroken 15 materiaal verhit tussen drie rijen voorwerpen door middel van de verhittingsrails 30-33 en tegelijkertijd wordt een klemming van de stroken materiaal tussen drie voorafgaande rijen voorwerpen uitgevoerd, die zijn verhit door middel van de verhittingsrails tijdens de voorgaande slag. Onmid-~20 dellijk voordat de voorwaartse slag begint, wordt het vooreind van de compartiment—transporteur 65 opgelicht door het stel rollen 70 op te lichten, zoals is aangegeven door middel van de pijl 74 in fig. 4, waardoor de twee eerder gegrepen rijen voorwerpen worden vrijgelaten en door de 25 stroken materiaal kunnen worden meegevoerd tijdens het transport, dat wordt veroorzaakt door de voorwaartse slag. Ondertussen worden de volgende rijen voorwerpen tegengehouden door de duwvingers 66, maar deze kunnen door middel van de duwvingers worden bewogen naar de in fig. 4 afge-30 beelde stand, zodat ze gereed zijn om te worden vrijgelaten bij het begin van de volgende slag.

Zoals hierboven is toegelicht zullen tijdens de voorwaartse slag alle stroken materiaal overeenkomstig twee rijen voorwerpen worden bewogen, zodat twee 35 rijen voorwerpen zullen worden toegevoerd aan het schei-dingsstation 48, dat aan het eind van de voorwaartse slag de 7907805

JO

voorste rijen voorwerpen zal scheiden. Wanneer deze scheiding is gebeurd, zullen de vooreinden van de stroken materiaal worden vastgehouden door middel van de snijmid-delen 51, 52 zoals eerder is toegelicht en nu kunnen de 5 verhittings- en klemrails uit elkaar worden bewogen en kan de teruggaande slag worden uitgevoerd, waarna de inrichting gereed is voor een nieuwe werkcyclus.

Volgens de boventoegelichte uitvoering is de inrichting voorzien van twee stellen verhittingsmidde-10 len en twee stellen klemmiddelen en werkt de aandrijfinrichting 42 met een slaglengte, die overeenkomt met de lengte van twee verpakkingen. Daardoor is bereikt, dat de lassnelheid daalt tot de helft van de snelheid waarmede de artikelen aankomen bij de verpakkingsinrichting,maar het 15 zal duidelijk zijn, dat als een verdere vermindering van de snelheid, waarmee de heen en weer gaande beweging van het dwarslasstation wordt uitgevoerd, is vereist, het dwarslasstation kan worden voorzien van drie of meer stellen verhittings- en klemmiddelen.

20 7907803

Claims (2)

1. Verpakkingsinrichting voor het verpakken van voorwerpen, waarbij een aantal stroken verpakkingsmateriaal wordt' gevoerd door een station waarin elke strook wordt gevormd tot een zodanige dwarsdoorsnedevorm, 5 dat de stroken de te verpakken voorwerpen kunnen opnemen, welke inrichting is voorzien van een vulstation, waar de voorwerpen worden geplaatst in de stroken, een zich in de lengterichting uitstrekkend lasstation, waarin de langs-randen van elke strook materiaal aan elkaar worden gelast 10 om een verpakkingsbuis te vormen, een dwarslasstation met verhittingsmiddelen voor het verhitten van verpakkingsbui-zen tussen'de voorwerpen en met klemmiddelen om de verhitte delen van de verpakkingsbuizen tussen de voorwerpen te klemmen, en een scheidingsstation met dwarse snijmiddelen 15 en vasthoudmiddelen, waarbij de verhittings- en klemmiddelen, die behoren bij het dwarse lasstation, zijn aangebracht op een slede, die dwars ten opzichte van de strook materiaal is geplaatst en heen en weer beweegbaar is in de langsrichting van de stroken materiaal door middel van 20 een aandrijfinrichting, waarbij de verhittings- en klemmiddelen beweegbaar zijn voor het grijpen en loslaten van de stroken materiaal, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van twee of meer stellen verhittingsmiddelen (30, 32; 31, 33) en twee of meer stellen klemmid-25 delen (34, 36; 35,37), waarbij de aandrijfinrichting (42) geschikt is om aan de slede (40) een heen en weer gaande beweging te geven, die twee of meer malen groter is dan de lengte van de verpakkingen.

2. Verpakkingsinrichting volgens conclu-30 sie 1 voorzien van een toevoerinrichting om de te verpakken voorwerpen te plaatsen op de stroken materiaal en om de voorwerpen uit te lijnen,m et het kenmerk, dat de toevoerinrichting is voorzien van een transporteur (65), die is verdeeld in compartimenten (66) en een part 7907803 (van 69-70 , fig. 4) heeft, dat twee of meer compartimenten bevat en beweegbaar is uit een stand evenwijdig aan de stroken materiaal, in welke stand ten minste twee rijen voorwerpen (56) achter elkaar zijn opgenomen tussen de 5 transporteur (65) en de stroken, naar een stand, waarin ten minste deze twee rijen voorwerpen vrij samen met de stroken kunnen worden meegevoerd. 7907803