NL7907021A - Door middel van een kabel bedienbare velgrem. - Google Patents

Description

VOB 81Α2

Batavus-Intercycle B.V.

Heerenveen - Nederland

Door middel van een kabel bedienbare velgrem.

De uitvinding heeft betrekking op een velgrem, geschikt voor toepassing bij een rijwiel, omvattende een samenstel van twee, elk voor het dragen van een remorgaan geschikte remhoeven, die door tussenkomst van een van een mantel voorziene kabel elk 5 onder spanning van een veer langs elkaar scharnierend om een as vanuit een rust- of uit gangs stand in de richting van de velgkanten en terug naar de ruststand beweegbaar zijn, waarbij' de ene remhoef, voorzien is van middelen voor koppeling daarvan met de kabel en de andere remhoef voorzien is van middelen voor koppeling daarvan 10 met de kabelmantel, en de velgrem voorzien is van middelen ter bevestiging daarvan aan het rijwielframe door middel van een -centrale bevestigingsbout.

Een dergelijke velgrem is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 76.07^28 en komt voor in twee uitvoeringsvormen die 15 kunnen worden onderscheiden in een velgrem met zijdelingse aantrekking en een velgrem met centrale aantrekking.

De door een veer op de kabelhoeven uitgeoefende veer-spanning leidt ertoe dat in ruststand van de velgrem via de remhoeven de kabel onder trekspanning en de kabel mantel onder druk-20 spanning staat .waarbij de-positionering van de remhoeven ten opzichte van elkaar en van het wielmiddenvlak zodanig. is_ af „te stellen, dat in de rust? o£..uit gangs stand de met de kabelhoeven verbonden remblokjes zich op nagenoeg gelijke afstand van de velgkanten van het betreffende wiel bevinden. Een bekend probleem bij 25 deze door een kabel bedienbare velgrem is dat vaak na slechts kort gebruik van het rijwiel, ter beëindiging van een reinproces, tijdens welk proces de remblokjes tegen de velgkanten worden gedrukt door aantrekken van de kabel via een veelal met het 7907021 ,2s- ' * 2 rijwielstuur verbonden handgreep, bij het ontspannen van de kabel de remblokjes onder invloed van de veerspanning niet meer terugkeren naar de oorspronkelijke rust- of uitgangsstand met nagenoeg gelijke afstand tussen de remblokjes en velgkanten van het wiel.

5 Oorzaken zoals ongelijkmatige vervuiling van de verschillende scharniervlakken van de velgrem en daardoor ongelijke wrijvings-verliezen daar ter plaatse of vervuiling door roestvorming zoals kan optreden binnen het samenstel van kabelmantel en kabel kunnen tot gevolg hebben dat de positie van de remblokjes in de rust-10 stand zich wijzigt en de afstanden van de remblokjes tot de velgkanten niet meer gelijk zijn met zelfs de mogelijkheid dat een van de remblokjes niet meer vrij loopt van de corresponderende velgkant.

Doel van de uitvinding is een verbetering van de velgrem-15 constructie zodanig,, dat het bovengenoemde nadeel niet of nagenoeg niet meer optreedt of in voorkomend geval op eenvoudige en, door de amateur uit te voeren wijze de gewenste rust-oof uitgangsstand met gelijke afstand van de remblokjes tot de corre-. sponderende velgkanten weer kan worden ingesteld.

20 De verbetering volgens de uitvinding van de velgrem van de in de aanhef vermelde soort is daardoor gekenmerkt, dat de velgrem verder is voorzien van een in de vrije seharnierweg van ten minste een van de remhoeven te brengen blokkeringsorgaan.

De uitvinding berust op het inzicht om binnen de slaglengte 25 van_ de kabel tussen uit gangs- of ruststand van de velgrem en de remstand, de terugkeer van de velgrem in de uitgangstand na het remproces niet uitsluitend te laten afhangen van. de vrij op de remhoeven inwerkende krachten waardoor ook de de zé krachten beïnvloedende factoren bij het hervinden van de uitgangsstand zullen 30 doorwerken. Daar factoren, zoals de.weerstandaverliezen die ter plaatse van scharniervlakken optreden door bij voorbeeld vervuiling van de velgrem met modder, zand enz. kunnen voor elk van de remhoeven in ongelijke mate. veranderen met als gevolg een verandering van de uitgangsstand van de velgrem en daardoor 35 het optreden van de ongelijke afstand tussen remblokjes en 7907021 £ —τ>.

- 3 velgkanten. Door daarom "volgens de uitvinding . de vrije scharnierweg van ten minste een van de remhoeven, bij voorkeur van beide remhoeven, door daartoe geschikte blokkeringselementen te beperken onder instelling van een uitgangsstand met gelijke 5 afstand tussen de remblokjes en de velgkanten blijft bij aanslag van een der remhoeven met het corresponderende blokkeringselement tijdens ongelijke terugkeer van de remhoeven naar de uitgangsstand vrije slaglengte van het nog onder voldoende spanning verkerende samenstel van kabelmantel en kabel over, die volledig 10 kan uitwerken op de door vervuiling enz·. achtergebleven an dere remhoef en deze verder zal dwingen tot aanslag met .het andere bijbehorende blokkeringselement.

De uitvinding wordt aan de hand van de tekening, die een uitvoeringsvoorbeeld van de velgrem van het type met zijdelingse 15 aantrekking volgens de uitvinding weergeeft, nader toegelicht.

In de tekening toont fig. 1 de velgrem volgens de uitvinding met uiteengenomen delen; fig. 2 de velgrem in vooraanzicht; 20 fig. 3 de voorkeursuitvoeringsvorm van het blokkerings- orgaan volgens de uitvinding in zijaanzicht, en fig. k een doorsnede van het blokkeringsorgaan volgens de lijn ÏV-IV in fig. 3-

Door 1 is een velgrem met zijdelingse aantrekking voor-25 gesteld waarvan de remhoeven 2 en 3 langs en achter elkaar om de bout h schamierbaar zijn, waarbij de bout k in combinatie met de moer 32 en de veerring 33 tevens dient om de velgrem met de tot het rijwiel behorende vork 5 vast te verbinden.

Door 6 is een uit veerstaaldraad vervaardigde platte veer 30 aangegeven, waarvan de uiteinden op bekende en niet nader getoonde wijze in samenwerking met op elk van de remhoeven 2, 3 aangebrachte nokken deze remhoeven om de bout k als centrum naar buiten dwingt.

Aan de uiteinden bevatten de remhoeven 2 en 3 van de rem-35 blokjes 9 en 10 voorziene..remschoenen 7 respectievelijk 8. Het 7907021 4 w* andere uiteinde van de remboef 2 is door middel van klemschroef 1U verbonden met kabel 12 terwijl bet overeenkomstige uiteinde van de remboef 3 door middel van bet stelscbroevenpaar 13 verbonden is met de kabelmantel 11.

5 De bevestiging van de remhoeven 2, 3 met kabel en kabel mantel 11 respectievelijk 12 is zodanig,_dat bij bet aantrekken van kabel 11 in de richting van pijl B‘ via een niet-getoonde aan het rijvielstuur bevestigde handgreep de remboef 2 tegen de wijzers van de klok in respectievelijk remboef 3 met de wijzers 10. van de klok mee om bout ^ worden geroteerd waardoor uiteindelijk de remblokjes 9 en 10 tegen de velgkanten 22 respectievelijk 23 van de velg 21 (fig. 2) worden gedrukt. (In fig. 2 zijn door 26 en 27 schematisch wielspaken weergegeven en door 2k de om de velg 21 aangebrachte band; 25 stelt schematisch een spatscherm voor.) 15 Indien na het remmen de handgreep weer wordt losgelaten, worden onder invloed van de veerspanning van veer 6 de remhoeven - en dientengevolge de remblokjes 9 en 10 buitenwaarts van de velg kanten af bewogen.

Om de bout U zijn verder aangebracht de blokkeringsele-20 menten 15 en 1$, waarbij de bout U is geleid door in de bevesti-gingsdelen 17 en 19 van deze blokkerings element en uitgespaarde openingen en denkelementen door het aantrekken van de bout k met behulp van de moer 32 tezamen met de remhoeven worden vast-geklemd in hun vooraf ingestelde positie. De blokkeringselementen 25 15 en 16 bevatten aanslagnokken 18 en 20. De instelling van de positie van de blokkeringselementen 15 en 16 en de werking daarvan is dan als volgt te omschrijven.

Door rotatie van de blokkeringselementen 15 en 16 volgens de pijlen A in fig. 2 wordt de positie van genoemde elementen'T5 30 en 16 in aanslag met de remhoeven 2 respectievelijk 3 zodanig ingesteld, dat de afstanden van de remblokjes 9 en 10 tot de respectieve velgkanten 22 en 23 praktisch gelijk zijn, waarmede de ruststand van de remhoeven 2 en 3 van de velgrem is bepaald. Indien mettertijd door de eerdergenoemde oorzaken zoals ongelijke 35 vervuiling van de scharniervlakken ter plaatse van de bout U de 7907021 5 afstand tussen de remblokjes 9 en 10 tot de velgkanten 22 — __ respectievelijk. 23 gewijzigd is, wordt deze afwijking door de blokkerings element en automatisch gecorrigeerd: hij het ontspannen van de kabel ter beëindiging van het remproces zal het over-5 blijvende deel van de slaglengte van de kabel, na het in aanslag komen van één van de remhoeven met het corresponderende blokke-ringselement daarvan, beschikbaar zijn en worden benut voor het verder terug dwingen van de achtergebleven remhoef tot aanslag daarvan met het daarmede corresponderende blokkeringselement.

10 Daardoor is automatisch de juiste uitgangststand met de daarbij behorende gelijke afstand tussen de remblokjes en de respectieve velgkanten weer ingenomen.

Bij het in fig. 3 en fig. I* getoonde blokkeringselement is de aanslagnok 30 boogvormig uitgevoerd waardoor door de 15 gevormde binnenbocht 31 extra ruimte beschikbaar is om ook bij relatief ver volgens de pijlen A (fig. 2) in positie gebrachte blokkeringselementen 15 en 16 vrij . baan te laten aan de veer 6.

Uiteraard kunnen aan de hierboven beschreven en in de tekening toegeliehte velgrem wijzigingen worden aangebracht 20 zonder daarbij het kader van de uitvinding te verlaten, waarbij overigens de uitvinding ook van toepassing is op een velgrem met centrale aantrekking.

7907021

Claims (3)

1. Velgrem, geschikt voor toepassing "bij een rijwiel, omvattende een samenstel van twee, elk voor het dragen van een rem-orgaan geschikte remhoeven, die door tusenkomst van een van een mantel voorziene kabel elk onder spanning van een veer langs 5 elkaar scharnierend om een as vanuit een rust- of uitgangsstand in de richting van de velgkanten en terug naar de ruststand beweegbaar zijn, waarbij de ene remhoef voorzien is van middelen voor koppeling daarvan met de kabel en de andere remhoef voorzien is van middelen voor koppeling daarvan met de kabel mant el, en de 10 velgrem voorzien is van middelen ter bevestiging daarvan· aan het rijwielframe door middel van een centrale bevestigingsbout, met het kenmerk, dat de velgrem verder is voorzien van een in de vrije scharnierweg vanten..minste -·;ββη van de remhoeven te brengen blokkeringsorgaan.

2. Rem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het blokkerings orgaan een uit een plat materiaal vervaardigde orgaan is, omvattende een bevestigingsdeel en een aanslag-deel, waarbij het bevestigingsdeel is voorzien van een opening voor doorvoer van de centrale bevestigingsbout en het aanslagdeel 20 van een in de vrije scharnierweg ven de remhoef aan te brengen aanslagnok.

3. Rem volgens conclusie. 2, met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel boogvormig is uitgevoerd. U. Rem volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, 25 dat voorzien is in twee, afzonderlijk voor elk van de remhoeven dienende blokkeringsorganen. 7907021