NL7905650A - Inrichting voor het bereiden van warme dranken. - Google Patents

Description

“'η / /

Apparatenfabriek ANIMO B.V., te Amersfoort.

Inrichting voor het bereiden van warme dranken.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bereiden van warme dranken, omvattende een open doorstroomverwarmings-ketel met een toevoerleiding voor koud water en een uitschenkleiding met een vertikaal op te stellen afvoerpijpdeel voor het uitschenken van een 5 charge warm water, een toestel voor het bereiden van de dranken waarin de uitschenkleiding warm water uit de verwarmingsketel uitschenkt, een verwarmingselement in de verwarmingsketel met een instelbaar orgaan voor het bepalen van de energietoevoer aan het element, een open buffervat voor aangevoerd koud water, waarvan de bodem zich bevindt op een hoogte 10 boven het ondereind van het afvoerpijpdeel waar' dit aansluit aan de doorstroomverwarmingsketel, een voeler in het buffervat die reageert op een waterstand die met een aanzienlijk deel van de hoogte van het buffervat overeenkomt, en een instelbaar toevoerafsluitorgaan in de toevoerleiding voor koud water, waarbij de instelling van het energie-toevoer-15 orgaan, respectievelijk van het toevoerafsluitorgaan onder besturing staat van de voeler.

Een dergelijke inrichting is bekend uit het Zwitserse octrooischrift 255.368. In de bekende inrichting is de voeler een vlotter in het open buffervat, welke vlotter de stand bepaald van het 20 toevoerafsluitorgaan dat in de gesloten stand komt zodra de waterstand in het buffervat de voor de juiste werking van de doorstroomverwarmings-ketel gewenste hoogte bereikt, namelijk de waterstand waarbij het water terwijl het aan de kook is via de afvoerpijp overkookt naar het toestel voor het bereiden van de drank. Het instelbare energietoevoerbepalings-25 orgaan schakelt het elektrische verwarmingselement door middel van een klok voor een door de klokinstelling bepaalde tijd in, als gevolg waarvan de verwarmingsketel een charge warm water aan het bereidingstoestel levert. De hoeveelheid van de charge is op deze wijze niet nauwkeurig bepaald, hetgeen afdoet aan het constant zijn van de kwaliteit van met 7905650 2 opeenvolgende charges warm water bereide porties warme drank. Tot de factoren die invloed uitoefenen op de hoeveelheid behoren de werkelijke waarde van de spanning waarmee het verwarmingselement wordt gevoed, de heersende atmosferische druk en de temperatuur van het aangevoerde koude 5 water. Ook de afzetting van ketelsteen op het verwarmingselement, respectievelijk in de doorstroomverwarmingsketel is een dergelijke factor.

De uitvinding beoogt de genoemde factoren uit te schakelen.

Volgens de uitvinding is een inrichting van de in aanhef omschreven soort gekenmerkt door een open waterreservoir waarin de toe-10 voerleiding voor koud water uitstroomt en die is voorzien van een uitstroom-leiding naar het buffervat in welke uitstroomleiding een instelbaar uitstroomafsluitorgaan is opgenomen, en die voorts is voorzien van een tweede voeler voor het signaleren van een watervulstand, en door een besturingsinrichting voor het toevoerafsluitorgaan, het uitstroomafsluit-15 orgaan en het energietoevoerbepalingsorgaan die het toevoerafsluitorgaan sluit, het uitstroomafsluitorgaan opent en het energietoevoerbepalingsorgaan de energietoevoer laat plaats vinden zodra het water in het waterreservoir is gestegen tot de tweede voeler, en omgekeerd zodra het water in het buffervat is gedaald tot de eerste voeler.

20 Een voordeel van de inrichting volgens de uitvinding is dat het verwarmingselement in de doorstroomverwarmingsketel continue ingeschakeld kan zijn tijdens de bereiding van een charge van de warme drank die groter is dan de inhoud van het waterreservoir. De inhoud van het buffervat kan namelijk voldoende groot gekozen worden om koud water toe te 25 voeren aan de doorstroomverwarmingsketel met behoudt van de werking daarvan, namelijk het overkoken, tijdens het automatisch opnieuw vullen van het waterreservoir.

Bij voorkeur is met het oog op deze gang van zaken de besturingsinrichting voorzien van een instelorgaan waarmee het aantal malen 30 kan worden ingesteld dat aan het energietoevoerbepalingsorgaan het dalen van de waterstand tot de eerste voeler niet wordt gesignaleerd, opdat de grootte van charge op eenvoudige wijze kan worden bepaald.

Constructief bijzonder voordelig is een uitvoering van de inrichting waarbij het buffervat en het waterreservoir respectievelijk een 35 compartiment zijn van een enkel vat met een enkele tot de bodem van het 7905650 3 vat reikende scheidingswand. Het waterreservoir, het buffervat en de doorstroomverwarmingsketel kunnen namelijk een relactief klein volume hebben als gevolg van het semi-continu ingeschakeld zijn van het elektrische verwarmingselement, waarvan het in en uitschakelen een hinderlijke 5 belasting van het voedingsnet opleveren. In principe is ook het in en uit schakelen van de met het waterreservoir verbonden afsluitorganen een dergelijke hinderlijke belasting, maar verhoudingsgewijs gezien een veel geringere als gevolg van de elektrische aansluitwaarde van de afsluitorganen.

10 De uitvinding zal hierna worden toegelicht met een beschrijving van twee uitvoeringsvoorbeelden.

Fig. 1 toont een schematische voorstelling van een inrichting volgens de uitvinding.

Fig. 2 toont een schematische voorstelling van een voor-15 delige variant van de in fig. 1 getoonde inrichting.

In fig. 1 voert een toevoerleiding 1 via een tuit 2 koud water toe aan een waterreservoir 3. In de bodem van het waterreservoir 3 is een uitstroomleiding 4 met een tuit 5 aangebracht via welke uitstroom-leiding water uit het waterreservoir kan uitstromen naar een buffervat 6 20 in de bodem waarvan een koud water leiding 7 is aangesloten die uitloopt onder in een open doorstroomverwarmingsketel 8. Boven op de doorstroomverwarmingsketel 8 staat een uitschenkleiding die bestaat uit een vertikaal opgesteld deel 9 en een uitschenktuit 10. De inrichting voor het bereiden van warme dranken omvat verder een toestel voor het bereiden 25 van de warme drank waarin via de uitschenkleiding het overkokende water uit de doorstroomverwarmingsketel wordt uitgeschonken. Dit toestel met toe behoren is niet in fig. 1 getekend.

In de toevoerleiding 1 is een toevoerafsluitorgaan 11 opgenomen en in de uitstroomleiding 4 een uitstroomafsluitorgaan 12. De 30 twee afsluitorganen 11 en 12 worden elektrisch bestuurd vanuit een besturingsinrichting 13. In het waterreservoir 3 bevindt zich een voeler 16 waarmee een bepaalde watervulstand van het reservoir via een leiding 17 kan worden gesignaleerd aan de besturingsinrichting 13. In het buffervat 6 bevindt zich een tweede voeler 18 voor het via een leiding 19 35 signaleren van een watervulstand in het buffervat aan de besturings- 7905650 je» 4 inrichting 13.

Het waterreservoir 3 bevindt zich geheel boven het buffervat 6 van welke laatste de bodem zich bevindt op een hoogte boven het ondereind van het afvoerpijpdeel 9 waar dit aansluit aan de door-5 stroomverwarmingsketel 8.

Het toevoerafsluitorgaan 11 is voorzien van een elektrisch bedieningsorgaan 20 dat via een leiding 21 is aangesloten aan de bestu-ringsinrichting 13. Het aardstroomafsluitorgaan 12 is op overeenkomstige wijze voorzien van een elektrisch bedieningsorgaan 22 dat via een 10 leiding 23 is aangesloten aan de besturingsinrichting 13.

In de doorstroomverwarmingsketel 8 bevindt zich een elektrisch verwarmingselement 27 dat via een in/uit-schakelaar 26 is aangesloten aan een netaansluitorgaan 28. De schakelaar 26 is voorzien van een elektrisch bedieningsorgaan 24 dat via een leiding 25 aan de 15 besturingsinrichting 13 is aangesloten.

De inrichting werkt op de volgende wijze.

De hoeveelheid aan de kook gebracht water die door de doorstroomverwarmingsketel 8 zal worden geleverd, wordt tevoren ingesteld met behulp van een door middel van een elektrische leiding 15 met de 20 besturingsinrichting verbonden instelorgaan 14. Deze hoeveelheid wordt in het hier beschreven voorbeeld bepaald door de inhoud van het waterreservoir totaan de voeler 16 welke inhoud als eenheid fungeert.

Bij het in bedrijf stellen van de inrichting zal in het algemeen de waterhoogte in het buffervat 6 overeen-komen met de voeler 25 18. De besturingsinrichting zal het verwarmingselement via de schakelaar 26 niet eerder inschakelen dan nadat is gebleken dat de waterstand in het waterreservoir 3 overeenkomt met de voeler 16. Het element 27 in de ketel 8 blijft ingeschakeld via de schakelaar 26 tot het ogenblik waarop het met het instelorgaan 14 ingestelde aantal cycli van vullen van het 30 waterreservoir 3 en ledigen daarvan is volbracht.

In fig. 2 is een variant voorgesteld van de in fig. 1 getekende inrichting. Het waterreservoir is in deze variant een compartiment 31 van een vat 60 welk compartiment van het buffervat 61 is gescheiden door een scheidingswand 62. De compartimenten 31 en 61 zijn door openingen 35 in de bodem met elkaar verbonden door een uit de delen 41 en 51 samenge- 7905653

Claims (4)

1. Inrichting voor het bereiden van warme dranken, omvat tende een open doorstroomverwarmingsketel met een toevoerleiding voor koud water en een uitschenkleiding met een vertikaal op te stellen afvoerpijpdeel voor het uitschenken van een charge warm water, een toestel voor het bereiden van de drank waarin de uitschenkleiding warm water uit de 30 verwarmingsketel uitschenkt, een open buffervat voor aangevoerd koud water, waarvan de bodem zich bevindt op een hoogte boven het ondereind van het afvoerpijpdeel waar dit aansluit aan de doorstroomverwarmingsketel, een voeler in het buffervat die reageert op een waterstand die met een aanzienlijk deel van de hoogte van hé: buffervat overeenkomt, een verwarmings-35 element in de verwarmingsketel met een instelbaar orgaan voor het bepalen 7905659 *»· van de energietoevoer aan het element, en een instelbaar toevoerafsluit-orgaan in de toevoerleiding voor koud water, waarbij de instelling van het energietoevoerorgaan, respectievelijk van het toevoerafsluitorgaan onder besturing staat van de voeler, gekenmerkt door een open waterreservoir 5 waarin de toevoerleiding voor koud water uitstroomt en die voorzien van een uitstroomleiding naar het buffervat in welke uitstroomleiding een instelbaar uitstroomafsluitorgaan is genomen, en die voorts is voorzien van een tweede voeler voor het signaleren van een watervulstand en door een besturingsinrichting voor het toevoerafsluitorgaan, het uitstroom-10 afsluitorgaan en het energietoevoerbepalingsorgaan die het toevoerafsluit orgaan sluit, het uitstroomafsluitorgaan opent en het energietoevoerbepalingsorgaan de energietoevoer laat plaats vinden zodra het water in het waterreservoir is gestegen tot de tweede voeler, en omgekeerd zodra het water in het buffervat is gedaald tot de eerste voeler.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de besturingsinrichting is voorzien van een instelorgaan waarmee het aantal nalen kan worden ingesteld dat aan het energietoevoerbepalingsorgaan het dalen van de waterstand tot de eerste voeler niet wordt gesignaleerd.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 20 dat het buffervat en het waterreservoir respectievelijk een compartiment zijn van één enkel vat met één enkele tot de bodem van het vat reikende scheidingswand.

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de eerste voeler is aangebracht in het waterreservoir. 25 7905650 —<c Verbetering van errata in de beschrijving behorende bij de oetrooiaanvra-ge no. T9»05650 Ned, voorgesteld door aanvrager d.d. 21 september 1979. blz. regel 8: "aardstroomafsluitorgaan 12" moet gelezen worden als "uitstroomafsluitorgaan 12” I v ~ C? ίΐ'*-9*· y JEV/EM 7905650