NL7905523A

NL7905523A - Apparatus for manufacturing concrete slabs.

Info

Publication number: NL7905523A
Application number: NL7905523A
Authority: NL
Original assignee: Dennert Heinz
Priority date: 1978-07-25
Filing date: 1979-07-16
Publication date: 1980-01-29
Also published as: DE2832548A1; CH639590A5; ATA459779A; IT1122317B; AT371760B; IT7924623A0; DE2832548C2

Description

VV

f S Si Eo/Se/1f S Si Eo / Se / 1

Heinz Dennert te Bischberg Bo ndsrep-Duitsland en Hans Veit Dennert te Schlüsselfeld, Bondsrep.DuitslandHeinz Dennert in Bischberg Bundesrep-Germany and Hans Veit Dennert in Schlüsselfeld, Federal Republic of Germany.

Inrichting voor het vervaardigen van betonplatenDevice for manufacturing concrete slabs

De uitvinding betreft een vorm inrichting voor het vervaardigen van betonplaten met in langsrichting verlopende buisvormige uitsparingen, die een gietinrichting voor het beton vertoont alsmede een vormtafel met langs- en dwars-5 bekistingen en een inrichting voor het inbrengen en uittrek ken van vormbuizen.The invention relates to a molding device for manufacturing concrete slabs with longitudinally extending tubular recesses, which comprises a casting device for the concrete, a molding table with longitudinal and transverse formworks and a device for inserting and pulling out molding tubes.

Betonplaten zijn zeer ekonomische bouwelementen·, die bij voorkeur gebruikt worden als bodsnplaten bij flat-bouw. Zij hebben het voordeel dat zij na het plaatsen onmid— 10 dellijk volledig belastbaar zijn en geen noemenswaardige bouwkundige handelingen meer veroorzaken.Concrete slabs are very economical building elements, which are preferably used as bottom slabs in flat construction. They have the advantage that they are immediately fully taxable after installation and no longer cause any significant construction work.

De in de platen gevormde holle ruimten, met meestal ronde dwarsdoorsnede , dienen ter reducering van het gebruik aan beton en hebben bovendien het voordeel, dat 15 door de vermindering van het eigen gewicht de bouwelementen aanzienlijke statische besparingen aan betonijzer opleveren.The hollow spaces formed in the plates, with mostly round cross-section, serve to reduce the use of concrete and also have the advantage that the building elements yield considerable static savings on reinforcing bar due to the reduction of their own weight.

Voor het vervaardigen van dergelijke betonplaten zijn er in principe twee methodes: 1. De glijmethode; 20 2. De palletmethode.There are basically two methods for manufacturing such concrete slabs: 1. The sliding method; 20 2. The pallet method.

In het kader van deze octrooiaanvrage is uitsluitend de palletmethode van belang welke het mogelijk maakt op éën installatie platen met verschillende lengtes en breedtes te produceren, zodat de verkregen platen op optimale wij-25 ze aangepast kunnen worden aan de door de bouw gestelde ei sen.In the context of this patent application, only the pallet method is important, which makes it possible to produce plates of different lengths and widths on one installation, so that the plates obtained can be optimally adapted to the requirements imposed by the construction industry.

Voor het uitvoeren van de methode worden eerst de vormtafels, de zogenaamde palletten, uitgerust met langs— en dwarsbekistingen, de afstand waarvan overeen moet komen 30 met de langs- en dwarsafmetingen van de te vervaardigen be- 7905523 φ 2 - tonplaat. Als langsbekisting doen in de regel gesloten rails dienst, die op passende wijze , bijvoorbeeld door schroeven, bevestigd worden aan de vormtafel. Als dwarsbekistingen doen van gaten voorziene lijsten dienst, die eveneens bevestigd 5 moeten worden op de vormtafel. De gaten in deze lijsten die nen voor het inbrengen van vormstangen of vormbuizen, hetgeen nodig is om de te vervaardigen betonplaten met de genoemde buisvormige uitsparingen te kunnen uitrusten.To carry out the method, the mold tables, the so-called pallets, are first equipped with longitudinal and transverse formwork, the distance of which must correspond to the longitudinal and transverse dimensions of the 7905523 φ 2 - tonne plate to be manufactured. As a rule, closed rails serve as longitudinal formwork, which are suitably attached to the molding table, for example by screws. Holed moldings serve as transverse formwork, which must also be fixed on the mold table. The holes in these strips serve for the insertion of forming rods or forming tubes, which is necessary in order to be able to equip the concrete slabs to be manufactured with the said tubular recesses.

Na het aanbrengen van de bekisting op de ge-10 wenste plaats wordt de vorm met de bewapeningsstaven of mat ten uitgerust. Wanneer afzonderlijke staven worden gebruikt moeten deze met behulp van klemmen en dergelijke op de gewenste plaats gefixeerd worden. Na deze voorbereiding van de vorm— • tafel wordt de tafel ingebracht in de plaatsvast opgestelde 15 gietinstallatie. Daarna worden de vormbuizen door de in de dwarsbekisting aanwezige gaten geschoven, waarna zij tenslotte de totale lengte van de vormtafel beslaan. Afsluitend wordt in de regel nog een volgende laag bewapeningsstaven, draden of matten, aangebracht, waarna de vorminrichting gereed is 20 voor het begin van het betonstorten.After applying the formwork to the desired place, the mold is equipped with the reinforcing bars or mats. If individual bars are used, they must be fixed in the desired location with the aid of clamps and the like. After this preparation of the molding table, the table is introduced into the stationary casting installation. The molding tubes are then pushed through the holes in the transverse formwork, after which they finally cover the total length of the molding table. As a rule, a further layer of reinforcing bars, wires or mats is generally provided, after which the molding device is ready for the pouring of concrete.

Na het inbrengen van het beton wordt het beton verdicht door triltechnieken en het oppervlak van de plaat glad gestreken. Daarna worden de vormbuizen met behulp van een buizentrekker weer uit de vormtafel getrokken waarbij 25 de met behulp van de buizen gevormde uitsparingen op grond;1 van de eigen stijfheid van het door trillen verdichte beton ' behouden blijven. De vormtafel wordt dan uit de gietinstallatie gereden en voor het harden van het beton geparkeerd-De gietinstallatie is direkt weer gereed voor een volgende 30 vormtafel. De vormtafel zelf blijft bezet tot het beton de- voor het uitnemen van de plaat noodzakelijke sterkte heeft bereikt. Daarna wordt de plaat uit de bekisting genomen en kan de tafel eventueel na het inriohten op een andere grootte van een plaat opnieuw worden gebruikt.After the concrete has been introduced, the concrete is compacted by vibration techniques and smoothed the surface of the slab. The molding tubes are then pulled out of the molding table again with the aid of a pipe puller, whereby the recesses formed on the ground by means of the tubes are retained due to the inherent stiffness of the concrete compacted by vibration. The molding table is then driven out of the casting installation and parked for hardening the concrete. The casting installation is immediately ready for another molding table. The molding table itself remains occupied until the concrete has reached the strength necessary for removing the plate. The plate is then taken out of the formwork and the table can be reused after another time with another plate size.

35 Bij het inbrengen van de vormbuizen doen zich moeilijkheden voor die groter worden naarmate de te Vervaar- 790 55 23 3 *c digen plaat en derhalve ook de vormtafel langer is. De moeilijkheden vloeien daaruit voort, dat de vormbuizen met toenemende lengte door hun eigen gewicht gaan doorbuigen en daarbij tenslotte met hun spits toelopende einden de reeds inge-5 brachte onderste laag van de wapeningsmatten of staven aangrij pen. In het bijzonder wanneer geen wapeningsmatten geplaatst zijn waarvan de afzonderlijke draden aan elkaar gelast zijn maar alleen draden en staven gelegd zijn, die eventueel met kunststof-klemmen in hun stand vastgehouden worden, bestaat 10 het gevaar, dat de in te brengen vormbuis deze draden of sta ven verschuift en derhalve de positie ervan verstoort.When inserting the molding tubes, difficulties arise which become larger the longer the plate to be manufactured and therefore also the molding table. The difficulties result from this that the molding tubes bend with increasing length due to their own weight and finally with their tapered ends grip the lower layer of the reinforcement mats or rods already inserted. In particular, if no reinforcement mats have been placed, the individual wires of which are welded together, but only wires and rods have been laid, which may be held in their position with plastic clamps, there is a risk that the molding tube to be introduced can be rods and therefore disturbs its position.

Men was derhalve gedwongen de lengte van de vormtafel te beperken in afhankelijkheid van de eigen stijfheid van de gebruikte buizen. De uitvinding stelt zich ten doel een vorm-15 inrichting van het beschreven type zodanig te verbeteren,dat de schadelijke doorbuiging van de vormbuizen vermeden of geëlimineerd wordt, zodat principieel geen beperking wat betreft de lengte van de vormtafel meer bestaat.It was therefore forced to limit the length of the mold table depending on the inherent stiffness of the tubes used. The object of the invention is to improve a molding device of the type described in such a way that the harmful deflection of the molding tubes is avoided or eliminated, so that in principle there is no longer any limitation with regard to the length of the molding table.

Dit wordt volgens de uitvinding bereikt dóórdat 20 tenminste één bij voorkeur afneembare brugvormige hulptraver- se aangebracht is, die de vormtafel dwars op de langsrich-ting ervan overspant en die in vertikale richting verschuifbare draagarmen vertoont, aan de benedeneinden waarvan telkens een dwars op de langsas uitstekend verlengsel aanwezig 25 is, waarbij de afstanden en diameters van de draagarmen en de breedte van de verlengsels telkens zodanig zijn gekozen, dat zij in de tussenruimte kunnen grijpen, die zich bij ingestoken vormbuizen tussen de buizen bevinden en dat de draag— armen over ongeveer 90° om hun langsassen draaibaar zijn.This is achieved according to the invention in that at least one preferably detachable bridge-shaped auxiliary beam is arranged, which spans the molding table transversely to its longitudinal direction and which has vertically displaceable supporting arms, at the lower ends of which a transverse to the longitudinal axis protruding extension is present, wherein the distances and diameters of the support arms and the width of the extensions are each chosen such that they can engage in the interspace, which are located between the tubes when mold pipes are inserted and that the support arms are approximately Can be rotated 90 ° about their longitudinal axes.

3 0 Tenminste één van deze brugvormige hulptravef— sen wordt bij de voorbereiding van de vorminrichting na het inbrengen van de met wapeningsmatten of wapeningsstaven resp. draden uitgeruste vormtafel in de ihrichting zodanig geplaatst, dat de vormtafel dwars op de langsrichting ervan 35 overspannen wordt. Met voordeel wordt bij gebruik van slechts één hulptraverse deze ongeveer in het middeii van de langs- 790 5 5 23 j# 4 ί richting van de vormtafel geplaatst. De hulptraverse wordt op doelmatige wijze zodanig omlaag gebracht, dat de met ver— lengsels uitgeruste draagarmen juist boven het oppervlak van de vormtafel en de daarop liggende wapening hangen. De aan 5 de ondereinden van de draagarmen aanwezige verlengsels kunnen echter ook op het oppervlak van de vormtafel resp. de daar aanwezige wapeningsmatten of staven liggen. Een nauwkeurige hoogte van deze delen behoeft daarbij niet aangehouden te worden, daar de hulpannen in de langsrichting ervan, derhalve 10 in de hoogterichting verschuifbaar zijn en de hulptraverse zelfs ook dan nog verder omlaag gebracht kan worden, wanneer de verlengsels van de draagarmen reeds op de genoemde delen stoten. Wanneer op de vormtafel een of meer langsbekistingen aangebracht zouden zijn, dan storen deze het plaatsen van de 15 hulptraverse niet, aangezien een draagarm die zich in het gebied van de langsbekisting bevindt hier tegenaan kan stoten zonder het verdere omlaag brengen van de brug te hinderen.At least one of these bridge-shaped auxiliary engravings is prepared during the preparation of the molding device after the insertion of the reinforcing mats or reinforcing bars, respectively. wire-fitted mold table in the direction such that the mold table is spanned transversely to its longitudinal direction. Advantageously, when only one auxiliary crossbar is used, it is placed approximately in the center of the longitudinal direction of the molding table. The auxiliary traverse is effectively lowered such that the support arms equipped with extensions hang just above the surface of the molding table and the reinforcement lying thereon. However, the extensions present at the lower ends of the support arms can also be placed on the surface of the molding table or. the reinforcement mats or bars present there. It is not necessary to maintain an accurate height of these parts, since the auxiliary arms can thus be displaced in the longitudinal direction, and the auxiliary crossbar can even be lowered even then, if the extensions of the support arms are already on the said parts. If one or more longitudinal formworks were provided on the molding table, these would not interfere with the placing of the auxiliary crossbeam, since a support arm located in the area of the longitudinal formwork could hit it without hindering the further lowering of the bridge.

Na het inzetten van de traverse in de vorminrichting kunnen de vormbuizen ingeschoven worden. Wanneer de puntvormige.ein- 20 den van de vormbuis ongeveer het midden van de vormtafel bereikt hebben, beginnen zij onder invloed van het eigen gewicht omlaag te bewegen.en komen zij op de zijdelings uitstekende verlengsels van de draagarmen en worden daardoor ondersteund. Zij vinden daar derhalve een vast punt waarop zij 25 bij verder inschuiven van de buizen gesteund worden. Het e±.-gen gewicht van de buizen wordt door dit punt opgevangen, zodat de storende doorbuiging van de buizen achterwege blijft.After inserting the traverse into the molding device, the molding tubes can be pushed in. When the pointed ends of the molding tube have reached approximately the center of the molding table, they begin to move down under the influence of their own weight, and they come onto the laterally protruding extensions of the support arms and are thereby supported. There they therefore find a fixed point at which they are supported when the tubes are retracted further. The e ± gene weight of the tubes is absorbed by this point, so that the disturbing deflection of the tubes is omitted.

In de regel zal ermee kunnen worden volstaan \ v alleen een dergelijke hulptraverse ongeveer in het midden van 30 de vormtafel aan te brengen. Bij een bijzonder lange vormta— fel is het echter zonder meer mogelijk ook nog een tweede of meerdere bruggen aan te brengen, zodat een passendè geleiding over een willekeurig lange vormtafel bereikt kan worden.As a rule, it will suffice to arrange only such an auxiliary crossbar approximately in the middle of the mold table. With a particularly long mold table, however, it is readily possible to provide a second or more bridges, so that a suitable guide can be achieved over a randomly long mold table.

De brugvormige hulptraversen hebben met voor-35 deel aan hun einden aanzetstukken voor de geleiding en bevestiging van de traverse aan het gestel van de vormmachine of 7905523 5 * «r vormtafel. Deze aanzetstukken vergemakkelijken het inbouwen van de traverse in de vormmachine na het inbrengen van de vormtafel en maken het mogelijk de bruggen vertikaal te heffen of omlaag te brengen.The bridge-shaped auxiliary crossbars have, at their ends, extensions for guiding and securing the crossbeam to the frame of the forming machine or 7905523 5 * «form table. These attachments facilitate the installation of the cross-bar into the molding machine after insertion of the molding table and allow the bridges to be lifted or lowered vertically.

5 De in de traverse ingebouwde draagarmen zijn bij voorkeur in de zone van de traverse omringd door een lagerbus, waarbij de bus en de arm telkens met messing en groef in elkaar grijpen en waarbij elke van de bussen over een dwarshefboom verbonden is met een gemeenschappelijke 10 instelstang. Een dergelijke inrichting waarborgt dat alle draagarmen na het inbrengen van de buis gemeenschappelijk rond hun langsassen kunnen worden gedraaid, waarbij de draaihoek mogelijkerwijs 90° moet bedragen. Na het uitvoeren van de draaiing kan de traverse gemakkelijk naar boven toe 15 afgenomen worden zonder dat de zijdelings uitstekende ver leng seis die voordien ter ondersteuning onder de buizen hebben gegrepen daar vastgehouden worden. Het verwijderen van de traverse is noodzakelijk om aansluitend nog andere wape— hingsmatten of staven te kunnen inbrengen en om het beton-20 gieten alsmede het aansluitende verdichten en gladstrijken van het oppervlak van het beton snel uit te kunnen voeren, zonder dat de hulptraverse hierbij stoort. Voor het instellen van draagarmen is het bij inrichtingen van de gebruikelijke grootte voldoende een handhefboom te gebruiken, maar 25 er kan uiteraard ook een elektromotor of een hydraulische of pneumatische installatie aangebracht worden.The supporting arms built into the crossbar are preferably surrounded in the area of the crossbar by a bearing bush, wherein the bush and the arm mesh with each other with tongue and groove and each of the bushes is connected to a common 10 via a cross lever. adjustment rod. Such a device ensures that all supporting arms can be rotated jointly about their longitudinal axes after insertion of the tube, the angle of rotation possibly having to be 90 °. After the rotation has been carried out, the crossbar can be easily removed upwards without the laterally protruding extension previously gripped under the tubes being held there for support. Removal of the cross-bar is necessary in order to be able to insert further reinforcement mats or bars and to be able to pour the concrete as well as to carry out the subsequent compaction and smoothing of the surface of the concrete without disturbing the auxiliary cross-bar. . It is sufficient to use a manual lever for adjusting the suspension arms in devices of the usual size, but an electric motor or a hydraulic or pneumatic installation can of course also be provided.

De uitvinding wordt aan de hand van de tekeningen verduidelijkt. In de tekeningen toont:The invention is elucidated with reference to the drawings. In the drawings shows:

Figuur 1 een perspektivisch aanzicht van de 30 gehele inrichting,Figure 1 shows a perspective view of the entire device,

Figuur 2 een perspektivisch aanzicht van een deel van de inrichting, in het bijzonder de hulptraverse alsmede enkele ingebrachte vormbuizen,*Figure 2 shows a perspective view of a part of the device, in particular the auxiliary traverse as well as some molded tubes inserted, *

Figuur 3 en 4 een vergrote perspektivische 35 weergave van de draagarmen met aangezette verlengsels in de werk en ruststand, .Figures 3 and 4 show an enlarged perspective view of the suspension arms with extensions applied in the working and resting position,

79055237905523

'MM

6 ί6 ί

Figuur 5 een schematisch, zijaanzicht door een deel van de hulptraverse,Figure 5 shows a schematic side view through a part of the auxiliary traverse,

Figuur 6 een vergroot perspektivisch aanzicht van een draagarm met een geleidingsbus.Figure 6 is an enlarged perspective view of a support arm with a guide sleeve.

5 De in fig.l getekende vorminrichting vertoont een gietinrichting 1, een vormtafel 2, en een inrichting 3 voor het inbrengen en uittrekken van vormbuizen. De gietinrichting 1 is in het getekende uitvoeringsvoorbeeld aangebracht op een gestel 4, en daarop in langsrichting verrijdbaar. 10 In het gebied voor de vorminrichting zijn nog andere vormtafels 2’ opgesteld, die reeds meer of minder gereed zijn voor het inbrengen in de gietinrichting.The molding device shown in Fig. 1 has a casting device 1, a molding table 2, and a device 3 for inserting and extracting molding tubes. In the illustrated exemplary embodiment, the casting device 1 is mounted on a frame 4 and can be moved in the longitudinal direction thereon. In the area in front of the molding device, still other molding tables 2 are arranged, which are already more or less ready for insertion into the molding device.

De getekende gietinrichting vertoont een brug-vormige hulptraverse 5, die de vormtafel 2 dwars op de langs-15 richting ervan overspant. Aan de traverse is een groot aan tal draagarmen 6 bevestigd, die in vertikale richting aangebracht en verschuifbaar zijn. De traverse is aan de einden 8 en 8 * uitgerust met aanzetstukken 9 en 9', die dienst doen voor de geleiding en de bevestiging van de traverse, bijvoor-20 beeld aan het gestel 4.The drawn casting device has a bridge-shaped auxiliary cross beam 5, which spans the molding table 2 transversely of its longitudinal direction. A large number of support arms 6, which are arranged in a vertical direction and are slidable, are attached to the cross-beam. At the ends 8 and 8 *, the cross-bar is equipped with extensions 9 and 9 ', which serve to guide and fix the cross-bar, for example to frame 4.

In figuur 2 is een deel vergroot aangegeven.Part 2 is shown enlarged.

Uit de figuur is de traverse5 met een van de dragende aan— zetstukken 9 te zien en er is aangegeven, dat de traverse daarin met behulp van een tandwieldrijfwerk 10 in hoogte in— 25 stelbaar is.The cross-section 5 with one of the supporting attachments 9 can be seen from the figure and it has been indicated that the cross-section can be adjusted in height by means of a gear wheel 10.

Bovendien zijn de draagarmen 6 duidelijk herkenbaar waarbij aan de ondereinden telkens verlengsels 7 aangebracht zijn. De verlengsels zijn in het getekende geval zodanig uitgevoerd, dat zij aan weerszijden dwars ten opzich— 30 te van de langsas uitsteken. In deze toestand vormen zij voor de vormbuis 11 een ondersteuning , welke het doorbuigen van de vormbuis, welke zal optreden zonder ondersteuning tengevolge van het eigen gewicht, verhindert. De in fig.2 rechts getekende vormbuis 11 is voor de duidelijkheid onderbroken 35 ge-tekend, terwijl de links getekende buis 111 juist in de machine geschoven wordt. Uit de figuur blijkt dat de buis aan 7905523 *> 7 te de voorzijde een torpedo-achtige punt 12 vertoont, waarmee de buis eerst in de zone van het links aangegeven verlengsel 7 komt. Zelfs wanneer de buis daar reeds enigszins zou zijn doorgebogen, zorgt deze punt ervoor dat de buis bedrijfs-zeker over het in aanmerking komende verlengsel 7 glijdt en 5 bij het verder inschuiven weer gelicht wordt. De draagarmen 6 zijn in de traverse 5 draaibaar en in de richting van de langsas ervan in hoogte verschuifbaar gelagerd. Deze lagering kan met behulp van lagerbussen verkregen worden, die in fig.In addition, the support arms 6 are clearly recognizable, with extensions 7 each being arranged at the bottom ends. In the drawn case the extensions are designed in such a way that they protrude on both sides transversely of the longitudinal axis. In this state, they form a support for the molding tube 11 which prevents the deflection of the molding tube which will occur without support due to its own weight. The molding tube 11 shown on the right in Fig. 2 is shown interrupted for clarity, while the tube 111 shown on the left is just slid into the machine. It can be seen from the figure that the tube at 7905523 *> 7 at the front has a torpedo-like point 12, with which the tube first enters the zone of the extension 7 indicated on the left. Even if the tube would already have been slightly bent there, this point ensures that the tube slides reliably over the eligible extension 7 and 5 is lifted again as it is retracted. The supporting arms 6 are rotatable in the cross-bar 5 and bearable in height in the direction of its longitudinal axis. This bearing can be obtained with the aid of bearing bushes, which are shown in fig.

6 nader zijn aangegeven. Fig.2 toont uitsluitend dat deze 10 lagerbussen telkens een dwarshefboom 13 vertonen en dat alle dwarshefbomen verbonden zijn met de gemeenschappelijke instel-stang 14, welke tenslotte een met de hand te bedienen hefboom 15 vertoont, welke voor het verdraaien van de draagarmen in de richting van de pijl 16 verplaatst moet worden.6 are further indicated. Fig. 2 only shows that these 10 bushings each have a transverse lever 13 and that all transverse levers are connected to the common adjusting rod 14, which finally has a manually operable lever 15, which rotates the support arms in the direction of the arrow 16 must be moved.

15 In fig.3 is één van de vormbuizen 11 gedeelte^ lijk vergroot weergegeven. De buis is in de inrichting geschoven en ligt onder op de beide verlengsels 7 van de naburige draagarmen 6. De draagarmen zijn in lagerbussen 17 geleid en daarin in hoogte verstelbaar. De bussen- zijn verbonden met 20 dwarshefbomen 13, waarbij de hefbomen bevestigd zijn aan een gemeenschappelijke instelstang 14.Fig. 3 shows one of the molding tubes 11 partially enlarged. The tube is slid into the device and lies at the bottom of the two extensions 7 of the adjacent support arms 6. The support arms are guided in bearing bushes 17 and are adjustable in height therein. The bushes are connected to 20 cross levers 13, the levers being attached to a common adjustment rod 14.

Zodra alle vormbuizen 11 in de machine gebracht zijn, wordt de stang 14 in de richting van de in fig.4 aange— geven pijl 18 verschoven. Daarbij draaien de draagarmen 6 25 en derhalve ook de verlengsels 7 in de richting van de in fig.4 aangegeven pijl 19. Zodra zij de in fig.4 aangegeven stand hebben bereikt, kan de gehele hulptraverse naar boven uit de inrichting gelicht werden. Opdat dit mogelijk is, moeten de afstanden en diameters van de draagarmen 6 en de breed-30 te van de verlengsels 7 telkens zodanig worden gekozen, dat zij in de tussenruimten passen, welke zich bevinden tussen de ingeschoven vormbuizen. >As soon as all the molding tubes 11 have been introduced into the machine, the rod 14 is moved in the direction of the arrow 18 shown in Fig. 4. The supporting arms 6 and thus also the extensions 7 thereby rotate in the direction of the arrow 19 shown in Fig. 4. As soon as they have reached the position shown in Fig. 4, the entire auxiliary crossbar can be lifted upwards out of the device. In order for this to be possible, the distances and diameters of the support arms 6 and the width of the extensions 7 must each be chosen so that they fit into the spaces located between the retracted molding tubes. >

Fig.5 toont een aanzicht op de brede zijde van de hulptraverse. De stand van het verlengsel 7 is zoals in 35 fig.4 is aangegeven. De verlengsels kunnen dus in de tussen- 790 5 5 23Fig. 5 shows a view on the wide side of the auxiliary traverse. The position of the extension 7 is as shown in Fig. 4. The extensions can therefore be used in the 790 5 5 23

Claims

1. Molding device for the production of 20 concrete slabs with longitudinal tubular recesses, with a molding table with longitudinal and transverse formwork, a pouring device for the concrete movable along the length of the molding table, a device for inserting and pulling out molding tubes as well as at least one transverse bridge-shaped auxiliary crossbeam spanning the mold table with vertically displaceable support arms for the molding tubes, characterized in that the auxiliary crossbeam (5) is fixed and removably mounted on the molding device and that at the lower ends of the supporting arms (6) are always provided transversely to its longitudinal axis (7), the distances and diameters of the support arms (6) and the width of the extension (7) being selected in each case, that they can intervene. the interstices located between the inserted molding tubes (11) and that the support arms (6) are rotatable about 90 ° about their longitudinal axes. 7905523 9 “I

Molding device according to claim 1, characterized in that the bridge-shaped auxiliary crossbeam (5) has extensions (9,9 ') at its ends (8,8') for guiding and securing the crossbeam. 5

Device according to claims 1 or 2, characterized in that the support arms (6) are surrounded in the region of the cross-bar (5) by a bearing bush (17), the bush and the arm being mutually tongue-and-groove and wherein each of the sleeves (17) are connected to a common inflation rod (14) over a transverse lever 10 (13). t »> 790 5 5 23