NL7905415A

NL7905415A - YARN FEED BODY.

Info

Publication number: NL7905415A
Application number: NL7905415A
Authority: NL
Original assignee: Yoshida Kogyo Kk
Priority date: 1978-07-18
Filing date: 1979-07-11
Publication date: 1980-01-22
Also published as: HK33487A; GB2027460A; SG47185G; MY8600203A; FR2431563A1; IT1119028B; ES482940A1; GB2027460B; CH638843A5; JPS5932382B2; JPS5516943A; AU4848079A; CA1121584A; AU523153B2; DE2928696A1; FR2431563B1; IT7968449A0; BR7904631A

Description

<<

VV

* YOSHIDA KOGYO K.K., te Tokio, Japan.* YOSHIDA KOGYO K.K., Tokyo, Japan.

Garentoevoerorgaan.Yarn feeder.

De uitvinding heeft betrekking op een inslaggarentoevoer-orgaan dat kan worden gebruikt in schietspoelloze weefgetouwen zoals naaldweefgetouwen.The invention relates to a weft yarn supply member which can be used in shuttle looms such as needle looms.

Bekende inslaggarentoevoerorganen omvatten in hoofdzaak 5 een spoel waaromheen een inslaggaren wordt gewikkeld en van waaraf het inslaggaren wordt toegevoerd of af gegeven met een constante snelheid aan een vuldrager in responsie op de rotatie van de spoel synchroon met de werking van de vuldrager. Er is een behoefte aan een inrichting die is opgenomen in de inslaggarenvoeder voor het wisselen van de snelheid van 10 het inslaggaren teneinde verschillende garenbehoeften te bevredigen voor verschillende breedten van de stof die moet worden vervaardigd of om verschillende garenrekken te compenseren die een gevolg zijn van verschillende waarden van omgevingstemperatuur en -vochtigheid.Known weft yarn feeders mainly comprise a coil about which a weft yarn is wound and from which the weft yarn is fed or delivered at a constant speed to a filler carrier in response to the rotation of the coil in synchronism with the operation of the filler carrier. There is a need for a device included in the weft yarn feeder to change the weft yarn speed to meet different yarn needs for different widths of fabric to be manufactured or to compensate for different yarn racks resulting from different values of ambient temperature and humidity.

Het is een oogmerk van de uitvinding om een garentoevoer-15 orgaan te leveren dat middelen heeft voor het leveren van een garen met verschillende toevoersnelheden bij een constante rotatiesnelheid van het garentoevoerorgaan.It is an object of the invention to provide a yarn feeder which has means for supplying a yarn with different feed rates at a constant rotational speed of the yarn feeder.

Een ander oogmerk van de uitvinding is het leveren van een garentoevoerorgaan dat een overbrengingsmechanisme heeft voor het 20 continu en geleidelijk wisselen van de diameter van het garenwikkelorgaan.Another object of the invention is to provide a yarn feeding member which has a transmission mechanism for continuously and gradually changing the diameter of the yarn winding member.

Volgens de uitvinding is dit bereikt met een garentoevoerorgaan dat een spil bezit die in axiale richting loopt door een spoel en een paar van aandrijftandwielen heeft aan de einden van de spoel.According to the invention, this is accomplished with a yarn feeder having a spindle that runs axially through a bobbin and has a pair of drive gears at the ends of the bobbin.

Elke aandrijftandwiel wordt in ingrijping gehouden met een aantal 25 aangedreven tandwielen die draaibaar zijn ondersteund op een van de flenzen van de spoel. Een aantal garenstangen loopt in axiale richting langs en zijn opgesteld rond de as van de spoel. Elke garenstang heeft een eindgedeelte dat gekoppeld is met een in axiale richting in een lijn liggend paar van de aangedreven tandwielen op de spoelflenzen via 79054 15 2 4» -I-*·Each drive gear is engaged with a plurality of driven gears rotatably supported on one of the flanges of the spool. A number of threaded rods run in an axial direction and are arranged around the axis of the bobbin. Each spool rod has an end portion coupled to an axially aligned pair of the driven gears on the spool flanges via 79054 15 2 4 »-I- * ·

'•JJ

pennen die met speling lopen door gebogen geleidingsgroeven in de spoelflenzen. Een knop is aan een einde van de spil bevestigd. Door het draaien van de knop worden de aandrijftandwielen in hoekrichting bewogen teneinde tot gevolg te hebben dat de aangedreven wielen worden 5 gedraaid, waarna de garenstangen in radiale richting naar buiten of naar binnen worden bewogen teneinde de diameter te veranderen van een cylindrische configuratie die gezamelijk wordt bepaald door de garenstangen en waaromheen een inslaggaren moet worden gewikkeld.pins running with clearance through curved guide grooves in the coil flanges. A button is attached to one end of the spindle. By turning the knob, the drive gears are angled to cause the driven wheels to be rotated, and then the spool rods are moved radially outward or inward to change the diameter of a cylindrical configuration that becomes common determined by the thread rods and around which a weft yarn is to be wound.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand 10 van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is weergegeven.The invention will now be further elucidated with reference to the drawing, which shows by way of example an embodiment of a device according to the invention.

Fig. 1 een schematisch bovenaanzicht van een naaldweef-getouw met een garentoevoerorgaan volgens de uitvinding, fig. 2 in perspectief op grotere schaal het garentoevoer- 15 orgaan, fig. 3 een langsdoorsnede van het garentoevoerorgaan van fig. 2, fig. 4 een doorsnede volgens de lijn IV-IV van fig. 3, fig. 5 hetzelfde als in fig. 4 doch met garenstangen die 20 in radiale richting naar buiten zijn geplaatst, fig. 6 een doorsnede volgens de lijn VI-VI van fig. 3, en fig. 7 een doorsnede volgens de lijn VII-VII van fig. 3.Fig. 1 is a schematic top plan view of a needle-weaving loom with a yarn supplying member according to the invention, FIG. 2 shows the yarn supplying member in perspective on a larger scale, FIG. 3 shows a longitudinal section of the yarn supplying member of FIG. 2, FIG. line IV-IV of fig. 3, fig. 5 the same as in fig. 4 but with threaded rods which are placed radially outwards, fig. 6 a section according to the line VI-VI of fig. 3, and fig. 7 is a section on line VII-VII of FIG. 3.

Een weefmachine of getouw 1 dat schematisch in fig. 1 is weergegeven, omvat in hoofdzaak een aantal weeflussen 2 voor het 25 scheiden van een aantal kettingdraden 3 teneinde achtereenvolgende kettingvakken te vormen, een aanslagriet 4 die heen en weer beweegbaar is voor het aanslaan van een ingestoken vulling 5 tegen de rand van een smalle stof 6 die wordt vervaardigd, een vuldrager 7 die draaibaar is teneinde een vulling 5 te plaatsen over het kettingvak, en een zelfkant-30 vormende grendelnaald 8 die heen en weer beweegbaar is langs de stof 6 voor het vastnemen en knopen van lussen van vullingen 5 met voorgaande vullussen. Het getouw 1 bezit ook een inslaggarenvoeder 9 die synchroon kan worden aangedreven met de werking van de vuldrager 7 voor het positief voortbewegen van een inslag 10, en een spanningscompensator 35 11 die zich bevindt tussen de vuldrager 7 en het inslaggarentoevoerorgaan 7905415A weaving machine or loom 1, which is schematically shown in fig. 1, mainly comprises a number of weaving loops 2 for separating a number of warp threads 3 in order to form successive warp compartments, a stop reed 4 which can be moved back and forth for striking a inserted filling 5 against the edge of a narrow fabric 6 being fabricated, a filling carrier 7 rotatable to place a filling 5 over the chain pocket, and a selvedge-forming locking needle 8 movable back and forth along fabric 6 for gripping and knotting loops of fillings with previous filler loops. The loom 1 also includes a weft yarn feeder 9 which can be driven synchronously with the operation of the fill carrier 7 for positively advancing a weft 10, and a tension compensator 35 located between the fill carrier 7 and the weft yarn feeder 7905415

XX

3 9 voor het houden van de inslag 10 onder een constante spanning terwijl de inslag 10 wordt toegevoerd aan de vuldrager 7.39 for keeping the weft 10 under a constant tension while the weft 10 is supplied to the filling carrier 7.

Zoals het duidelijkst in de fig. 2 en 3 zichtbaar is omvat het inslaggarentoevoerorgaan 9 een spoel 12 met een holle as 13 5 en een paar cirkelvormige flenzen 14 en 15 op de einden van de holle as 13. De cirkelvormige flenzen 14 en 15 hebben een paar ringvormige flenzen of velgen 16 respectievelijk 17, die in axiale richting van elkaar af uitsteken. Een paar cirkelvormige deksels 18 en 19 is op de velgen 16 respectievelijk 17 gemonteerd. Een paar tandwielkamers 20 en 10 21 is aangebracht tussen de flens 14 en hetdeksel 18 en tussen de flens 15 en het deksel 19.As most clearly seen in Figs. 2 and 3, the weft yarn feeder 9 comprises a bobbin 12 with a hollow shaft 13 5 and a pair of circular flanges 14 and 15 on the ends of the hollow shaft 13. The circular flanges 14 and 15 have a pair of annular flanges or rims 16 and 17, respectively, which protrude from each other in axial direction. A pair of circular covers 18 and 19 are mounted on the rims 16 and 17, respectively. A pair of gear chambers 20 and 10 21 are disposed between the flange 14 and the cover 18 and between the flange 15 and the cover 19.

Het deksel 18 heeft een axiaal bevestigingsuitsteeksel 22 met een axiale uitsparing 23 voor het vergrendelen!ontvangen van een aandrijfas 24 (fig. 1), die draaibaar is om zijn eigen hartlijn met een 15 constante snelheid.The cover 18 has an axial mounting projection 22 with an axial recess 23 for locking receiving a drive shaft 24 (Fig. 1) rotatable about its own axis at a constant speed.

Een spil 25 loopt in axiale richting door de holle as 13 en is draaibaar ondersteund door de deksels 18 en 19. Een paar van in axiale richting op een afstand van elkaar gelegen aandrijfwielen 26 en 27 is op de spil 25 bevestigd en bevindt zich in de respectieve 20 tandwielkamers 20 en 21 aan de einden van de spoel 12. De spil 25 heeft een uitwendig van schroefdraad voorzien eindgedeelte 28 dat buiten het deksel 19 uitsteekt. Een moer 29 is over het van schroefdraad voorziene eindgedeelte 28 geschroefd. Een in omtreksrichting vanribbels. voorziene knop 30 is aan het van schroefdraad voorziene eindgedeelte 28 bevestigd.A spindle 25 passes axially through the hollow shaft 13 and is rotatably supported by the covers 18 and 19. A pair of axially spaced drive wheels 26 and 27 are mounted on the spindle 25 and are located in the respective gear chambers 20 and 21 at the ends of the spool 12. The spindle 25 has an externally threaded end portion 28 which protrudes beyond the cover 19. A nut 29 is screwed over the threaded end portion 28. A circumferential ridge. provided button 30 is attached to the threaded end portion 28.

25 De spil 25 kan worden gedraaid rond zijn eigen hartlijn door het draaien van de knop 30 met de hand, en kan niet-draaibaar in zijn stand worden gehouden tenopzichte van het deksel 19 door het aanhalen van de moer 29 tegen het deksel 19.The spindle 25 can be rotated about its own axis by turning the knob 30 by hand, and held non-rotatably in position relative to the cover 19 by tightening the nut 29 against the cover 19.

In elk van de tandwielkamers 20 en 21 is een aantal 30 aangedreven tandwielen 31 of 32 (in de weergegeven uitvoeringsvorm zijn er zes stuks) draaibaar ondersteund op pennen 33 die op de flens 14 of 15 en het deksel 18 of 19 zijn gemonteerd. De pennen 33 liggen in hoek-richting op een afstand van elkaar en zijn geplaatst rond de aandrijf-tandwielen 26 en 27. De aandrijf tandwielen 26 en 27 worden in ingrijping 35 met de respectieve aangedreven wielen 31 en 32 gehouden. Elk van de 790 5 4 15 Λ 4 * aangedreven wielen 31 in de kamer 20 vormt een paar met en wordt in axiale richting in een lijn gehouden met een van de aangedreven wielen 32 in tandwielkamer 21. Aangrenzende aangedreven wielen 31 of 32 in de tandwielkamer 20 of 21 zijn in axiale richting ten opzichte van 5 elkaar verplaatst teneinde een onderlinge beïnvloeding of aanraking te voorkomen (fig. 7).In each of the gear chambers 20 and 21, a plurality of driven gears 31 or 32 (in the illustrated embodiment, there are six pieces) are rotatably supported on pins 33 mounted on the flange 14 or 15 and the cover 18 or 19. The pins 33 are angularly spaced and disposed about the drive gears 26 and 27. The drive gears 26 and 27 are held in engagement with the respective driven wheels 31 and 32. Each of the 790 5 4 15 Λ 4 * driven wheels 31 in the chamber 20 pairs with and is axially aligned with one of the driven wheels 32 in gear chamber 21. Adjacent driven wheels 31 or 32 in the gear chamber 20 or 21 are displaced in axial direction with respect to each other to prevent mutual influence or contact (Fig. 7).

Zoals het duidelijkst in de fig. 4 en 5 zichtbaar is, heeft elk van de flenzen 14 en 15 een aantal gebogen geleidingsgroeven 34 die in hoekrichting op gelijke afstanden van elkaar zijn opgesteld 10 en in hoofdzaak in radiale richting lopen van de holle as 13, Elk van de gebogen geleidingsgroeven 34 loopt in hoofdzaak halverwege rond een van de pennen 33. Elke geleidingsgroef 34 bezit een uitgespaarde schouder 35 die zich daarlangs uitstrekt. De gebogen geleidingsgroeven 34 en de flens 14 liggen in axiale richting in een lijn met de gebogen geleidings- 15 groeven 34 in de flens 15 en vormen daarmee paren.As most clearly seen in FIGS. 4 and 5, each of the flanges 14 and 15 has a plurality of curved guide grooves 34 equidistantly angularly spaced 10 and extending substantially radially from the hollow shaft 13, Each of the curved guide grooves 34 extends substantially halfway around one of the pins 33. Each guide groove 34 has a recessed shoulder 35 extending along it. The curved guide grooves 34 and the flange 14 are axially aligned with the curved guide grooves 34 in the flange 15 and form pairs therewith.

Een aantal garenstangen 36 met cirkelvormige dwarsdoorsnede loopt in axiale richting langs en zijn in radiale richting opgesteld rond de holle as 13. Elk van garenstangen 36 heeft een paar eind-gedeelten die zijn gekoppeld met een paar van de aangedreven tandwielen 20 31 en 32 via een paar pennen 37 en 38 die excentrisch zijn gekoppeld met het paar van de aangedreven respectieve wielen 31 en 32, en lopen met speling door een paar van de groeven 34 in de respectieve flenzen 14 en 15. De eindgedeelten van elke garenstang 36 zijn schuifbaar opgenomen op een paar van de van uitsparingen voorziene schouders 35 en de flenzen 25 14 en 15. Het inslaggaren 10 wordt gewikkeld rond de garenstangen 36 die gezamelijk een op een cilinder gelijkend uiterlijk vormen. Het inslaggaren 10 wordt op poatieve richting gevoeddoor rotatie van het garen-toevoerorgaan 9 rond zijn eigen hartlijn met een constante snelheid.A plurality of circular cross-section yarn rods 36 extend axially and are arranged radially about the hollow shaft 13. Each of thread rods 36 has a pair of end portions coupled to a pair of the driven gears 31, 32 and 32 via a pair of pins 37 and 38 which are eccentrically coupled to the pair of the driven respective wheels 31 and 32, and play with clearance through a pair of the grooves 34 in the respective flanges 14 and 15. The end portions of each yarn bar 36 are slidably received on a pair of the recessed shoulders 35 and the flanges 14 and 15. The weft yarn 10 is wrapped around the yarn rods 36, which together form a cylinder-like appearance. The weft yarn 10 is fed in the desired direction by rotation of the yarn feeder 9 about its own axis at a constant speed.

Indien het nodig is om de snelheid van het inslaggaren 30 10 te veranderen, wordt de knop 30 geroteerd teneinde de spil 25 te draaien. De aandrijfwielen 26 en 27 worden gezamelijk met de spil 25 gedraaid teneinde tot gevolg te hebben dat de aangedreven wielen 31 en 32 op de pennen 33 worden gedraaid. De pennen 37 en 38 worden dan langs de groeven 34 bewogen, Waarna de garenstangen 36 in radiale richting 35 naar buiten of naar binnen bewegen (fig. 4 en 5) . Dienovereenkomstig 790 54 15If it is necessary to change the speed of the weft yarn 10, the knob 30 is rotated to rotate the spindle 25. The drive wheels 26 and 27 are rotated together with the spindle 25 to result in the driven wheels 31 and 32 being rotated on the pins 33. The pins 37 and 38 are then moved along the grooves 34, after which the yarn rods 36 move outward or inward in the radial direction 35 (Figures 4 and 5). Accordingly 790 54 15

Claims

15 CONCLUSIONS

1. Yarn feeder characterized in that it comprises: a) a spool having a hollow shaft and a pair of circular flanges at the ends of the hollow shaft, each of the circular flanges having a number of radial guide grooves which are angular spaced apart, b) a spindle extending through the hollow shaft and rotatable therein, c) a pair of spaced apart drive wheels attached to the shaft and arranged at the axial ends of the Coil, d) a plurality of spaced pairs of driven wheels rotatably mounted on the respective flanges, the driven wheels in each pair aligned in axial direction with each driving wheels engaged with the respective pairs of the driven wheels, and e) a plurality of rods extending in the axial direction along and radially arranged about the axis, each of which the rods have a pair of end portions that are eccentrically coupled to the respective driven wheels in a pair via a corresponding pair of the guide grooves in the flanges, the rods 7905415 being able to move outward or inward radially relative to the axis in response to spindle rotation.

2. A yarn feeder according to claim 1, characterized in that each of the guide grooves has a curved shape and extends around the centerline of one of the driven wheels.

The yarn feeder according to claim 1, characterized in that the center lines of the driven wheels on each of the flanges are spaced apart at an angle and around one of the drive wheels.

Yarn feeder according to claim 1, characterized in that adjacent driven wheels on each of the flanges are displaced in axial direction relative to each other in order to avoid mutual interference.

Yarn supplying member according to claim 1, 15, characterized in that the rods have a circular cross section.

Yarn feeder according to claim 1, characterized in that the flanges have a pair of rims directed away from each other, comprising a pair of covers mounted on the respective covers and covering the drive wheels and driven wheels on the flanges. Yarn supplying member according to claim 6, characterized in that one of the covers has fasteners for coupling to a drive shaft.

Yarn feeder according to claim 7, characterized in that a button is attached to one end of the spindle passing through the other cover.

9. Yarn feeder as shown in the drawing and / or discussed on the basis thereof. 30 790 5415