NL7904681A - Rookafleider voor een pijp- of sigarettenmondstuk. - Google Patents

Description

Η-· λ . VO 7961 -1-

Enea Buzz!

Gavirate (Yarese), Italië.

Bookaf leider voor een pijp- of sigarettenmondstuk.

. . De laatste tijd zijn rokers meer en meer overgegaan op liet roken van sigaretten met een mondstuk alsmede op het roken van een pijp» Zoals bekend, blijft bij het pijproken de tabaksrook in de mond van de roker, om van de smaak te genieten, 5 terwijl bij het roken van sigaretten' zonder mondstuk de tabaks- ' _ in rook. -wordt geïnhaleerd en/de longen terechtkomt. Om deze redenen zijn veel rokers overgegaan op een pijp respectievelijk op een sigaret met mondstuk. Bij het pijproken, alsook bij het roken van sigaretten met een mondstuk, moet de rook een langere 10 . weg door het mondstuk doorlopen, waarbij een aanzienlijk deel van de nicotine en teer zich in het mondstuk afzet voordat de rook in de mond van de roker komt.. Terwijl enerzijds het roken van sigaretten met een mondstuk en het pijproken -het genoemde voordeel heeft, bestaat anderzijds het nadeel, dat de in het 15 mondstuk geleide rook met een- zekere kracht op een bepaalde plaats Tan de mond of de tong terechtkomt, hetgeen plaatselijke ontstekingen van de tong of de mond tot gevolg kan hebben.

Boogd wordt een rookafleider voor pijp- of sigarettenmondstukken, welke genoemd nadeel niet heeft.

20 Deze rookafleider wordt in het uitstroomeinde van het mondstuk aangebracht en is zo uitgevoerd, dat deze de rookstroom in tenminste twee of meer deelstromen verdeelt, zodat de rook in de mond van de roker in verschillende richtingen wordt gestrooid.

25 Ter verduidelijking van de uitvinding zal thans onder verwijzing naar de tekening een rookafleider worden beschreven.

790 4 6 8 1 ..... -2- * r^' '

In de tekening toont:

Fig. 1 een Horizontale dwarsdoorsnede door de uitlaat-opening van een mondstuk, alsmede een in dit mondstuk aanhreng-hare rookafleider volgens de uitvinding, op vergrote schaal; -5' fig. 2 een vertikale doorsnede van een voor het opnemen van een rookafleider ingerichte pijp; fig. 2a vergrotend detail van de. inrichting volgens fig. 2; ' fig. 3,. ^ en 5 drie aanzichten,. van hoven, vanaf de 10 zijde en van voren van een rookafleider.

Volgens de tekening is een rookafleider Voorzien van een element met een kopdeel A en een voetdeel B. Op het vlakke voetdeel B is aan de hoven- en onderzijde telkens een ver- ' hoging aangehracht. In het mondstuk zijn corresponderende uit-15 sparingen aangehracht, zodat het voetdeel met. zijn verhogingen in deze verdiepingen van het mondstuk kan snappen.

In het kopdeel A kunnen boringen C en/of aan de binnenzijde uitsparingen D zijn aangehracht waardoor de in het mondstuk aangezogen lucht kan uitstromen en in de mond van de 20 roker naar verschillende richtingen worden verdeeld, zoals door pijlen is aangegeven.

De rookafleider kan willekeurig voor reinigingsdoeleinden , uit het mondstuk worden uitgenomen en weer aangehracht.

79 0 4 6 81

Claims (3)

1. Rookafleider voor een mondstuk van een pijp- of sigaret» .met het kenmerk, dat de rookafleider een voor het aahbrengen. in de uitstroomopening van het mondstuk geschikt, vlak voetdeel;(B) en een tegen de uitstroomopening van het mond- 5 stuk aanliggend kopdeel (A) heeft, dat zo is uitgevoerd, dat de door het mondstuk aangezogen lucht in. meerdere deelstromen en richtingen, wordt verdeeld.

2. Rookafleider volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in het kopdeel (A) twee of meer boringen (C) voor het uit- TO stromen van de rook in verschillende richtingen-zijn aangebracht..

3. Rookafleider volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat aan de binnenzijde van het kopdeel (A) uitsparingen (D) voor het ' uittreden van de rook in verschillende richtingen zijn aangebracht . 15 1*. Rookafleider volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het voetdeel (B) is voorzien van uitsteeksels , welke kunzen.ssmerraerken met corresponderende verdiepingen aangëbracht in het mondstuk. 790 4 6 8 1