NL7903765A

NL7903765A - Een vaartuig uitgerust met een tuigage.

Info

Publication number: NL7903765A
Application number: NL7903765A
Authority: NL
Original assignee: Henricus Antonius Maria Staari
Priority date: 1979-05-14
Filing date: 1979-05-14
Publication date: 1980-11-18

Description

V

Eenrieus A.M. Staarink te Delft.

De uitvinding heeft betrekking op een vaartuig, uitgerust met een tuigage.

Bekende kleine zeilvaartuigen bevestigen hun tuigage aan een mast, die gestaagd of ongestaagd vast verbonden is met het vaartuig.

Een ander bekend type zeilvaartuig, ook wel zeilplank geheten, heeft een ongestaagde mast die via een kogelscharnier of vergelijkbare 5 inrichting naar alle kanten flexibel met het vaartuig is verbonden.

De mast wordt via een giek met behulp van lichaamskracht staande gehouden. Door manipulatie van de giek wordt een evenwicht tussen de krachten op het zeil, het lichaamsgewicht en de krachten op de plank tot stand gebracht, waardoor koersvaren en manoeuvres mogelijk worden.

10 De laatste komen tot stand zonder stuurinrichting. De grootte van het zeiloppervlak wordt beperkt door het lichaamsgewicht van de zeiler en varieert afhankelijk van de windkracht van 4-7 m2.

De onderhavige uitvinding beoogt een nieuw zeilconcept te verschaffen met kenmerken van zowel een zeilplank als een zeilboot.

15 Dit oogmerk wordt bereikt doordat het vaartuig uitgerust is met een tuigage met het kenmerk dat deze tuigage in langsscheepse richting star is opgesteld tussen voor- en achterstag, doch dwarsscheeps naar beidé zijden (naar loef) ruim 30° t.o.v. het vaartuig kan overhellen, waarbij de tuigage midscheeps automaties kan worden geblokkeerd en 20 waarbij een zwaardinrichting is aangebracht, waarvan bij verkleining van het oppervlak zowel de dikte-lengre verhouding van de horizontale doorsnede van het zwaard groter wordt alswel het lateraalpunt naar-voren verschuift en waarbij een trapeze-inrichting aanwezig is welke tijdens de manoeuvres niet ontkoppeld behoeft te worden en waarbij 25 een schootvoering aanwezig is die tijdens de manoeuvres permanent kan worden vastgehouden en waarbij het dekplan zodanig is uitgevoerd dat horizontaal hangend in de trapeze op diverse manieren en standen goede 7903765 9 J 2 grip verkregen kan worden bij het varen op alle koersen.

Door deze maatregelen kan het zeil tijdens het varen zodanig door de bemanning worden gemanipuleerd dat het zeilpunt boven of voorbij het lateraalpunt kan worden gebracht. Hierdoor verkleint het oppervlak en 3 ontstaat tevens een vertikale omhoog gerichte krachtenkomponent, in tegenstelling tot de vertikale neerwaartse krachtenkomponent bij hellende zeilboten. Uitsluitend de dwarsscheepse en vertikale krachtenkomponent staan in direkt evenwicht met het lichaamsgewicht van de bemanning. Hierdoor kan 10 per persoon meer zeiloppervlak gevoerd worden dan bij een surfplank het geval is, wat in principe de snelheid verhoogt.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening waarin figuur I een zij-aanzicht, figuur II een vooraanzicht varend over een boeg, figuur III het dekplan, figuur IV een dwarsdoorsnede 15 van het dekplan, figuur V het zwaardprincipe, figuur VI het principe van de automatiese blokkeerinrichting en figuur VII de mastkonstruktie laat zien.

Figuur I toont het zeilplan, bestaande uit een boomfok (1) aan een aerodynamiese mast (2) die gestaagd is met voor- (3) en achterstag (4). 20 Het zeilpunt is zo laag mogelijk.

Hangend in de trapeze kan de bemanning bij een overstag-manoeuvre tussen de mast en achterstag naar het andere boord gaan zonder de trapeze te hoeven ontkoppelen en de schoot te hoeven los te laten.

De schootvoering is zo uitgevoerd dat slechts één schoot achter de 25 mast uit een blok (5) komt, waarmee het fok over beide boegen bediend kan worden.

' De automatiese blokkeerinrichting is zodanig ingericht dat varend met de mast overhellend naar loef (6) deze midscheeps blokkeert wanneer de mast vanuit deze positie naar lij zou overhellen. Via lijntjes (7) 30 kan deze blokkering naar één zijde opgeheven worden. Bij kentering * t wordt deze blokkeerstand gebruikt om het vaartuig via het zwaard weer op te richten.

Het dekplan (8) is zo uitgevoerd dat het vaartuig middels de positie van de voeten op het dek bij alle koersen en windkracht altijd 35 horizontaal gevaren kan worden.

7903765

Claims

5 Van het topje van de mast wordt een staalkabel gespannen naar het einde van een korte giek (10). Over buis en kabel is over de totale lengte een slurf van zeildoek aangebracht (11), waarin zich een even grote luchtzak bevindt. Nadat vóór- en achter-lijk zijn gespannen kan de slurf tot het gewenste profiel opgepompt worden (12). Eonklusies: 10 1· Een vaartuig, uitgerust met een tuigage met het kenmerk dat deze tuigage in langsscheepse richting star is opgesteld doch dwarsscheeps naar beide zijden ruim 30° t.o.v. het vaartuig kan overhellen waarbij de tuigage midscheeps automaties kan worden geblokkeerd en waarbij een zwaardinrichting is aangebracht waarvan 15 bij verkleining van het oppervlak zowel de dikte/lengte-verhouding van de horizontale doorsnede van het zwaard groter wordt alswel het lateraalpunt naarvoren verschuift, en waarbij een trapeze-inrichting aanwezig is, welke tijdens de manoeuvres niet ontkoppeld behoeft te worden en waarbij een schootvoering aanwezig is die 20 tijdens de manoeuvres permanent kan worden vastgehouden en waarbij het dekplan zodanig is uitgevoerd dat horizontaal hangend in de trapeze op diverse manieren en standen goede grip verkregen kan worden bij het varen op alle koersen.
2. Een vaartuig volgens konklusie 1 met het kenmerk dat de mast een 25 aerodynamiese vorm vertoont, die om zijn vertikale as verdraaid kan worden. Deze aerodynamiese vorm kan verkregen worden door een slurf over een ronde buis aan te brengen, voor- en achter-lijk te spannen en vervolgens de ontstane inwendige ruimte op te blazen tot het gewenste profiel. ,
3. Een vaartuig volgens een der voorgaande konklusies'met het kenmerk dat de zijstagen uit een enkele doorlopende lijn bestaan welke over twee blokken gevoerd wordt die op het dek bevestigd zijn. Het deel van de stag midden tussen de blokken is verdikt uitgevoerd en gevangen in een schommelarm, die gekanteld de verdikking naar één zijde vrijlaat, doch terugkomend in een slot valt. 7903765