NL2033661B1

NL2033661B1 - Samenstel van een schoen en een inzetstuk dat in de schoen is aangebracht

Info

Publication number: NL2033661B1
Application number: NL2033661A
Authority: NL
Inventors: Sleutjes Igor
Original assignee: Sleutjes Igor
Priority date: 2022-12-02
Filing date: 2022-12-02
Publication date: 2024-06-06

Abstract

Een inzetstuk 1 om in een schoen 21 aan te brengen om uitschieten te voorkomen, heeft een zooldeel 3 dat op bovenzijde 23a van de zool 23 van de schoen 21 ter plaatse van of nabij het hakdeel 23b van de zool 23 dient te worden aangebracht. Het inzetstuk 1 heeft ook fixeermiddelen 5 voor het vastzetten van het zooldeel 3 in de schoen 21, en een band 7 die met beide uiteinden 7a en 7b aan het zooldeel 3 is bevestigd en een lus vormt waar een voet ingebracht kan worden zodat de band 7 om de wreef aanwezig is. Bij voorkeur is de band 7 elastisch en zijn de fixeermiddelen 5 gevormd door tweezijdige plakband.

Description

Samenstel van een schoen en een inzetstuk dat in de schoen is aangebracht

BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel van een schoen en een inzetstuk dat in de schoen is aangebracht, welk inzetstuk: - een zooldeel omvat dat op bovenzijde van de zool van de schoen aanwezig is, alsmede - een band die met beide uiteinden aan het zooldeel is bevestigd en een lus vormt waar een voet ingebracht kan worden zodat de band om de wreef aanwezig is, welke band zich vanaf het zooldeel schuin omhoog in de richting van de neus van de schoen uitstrekt.

Stand van de techniek

Een dergelijk samenstel is bekend uit US 3 555 706. In dit samenstel heeft het inzetstuk een orthopedisch doel om voet van een gebruiker in het midden beter te ondersteunen. Hierdoor is de band nabij het midden van de zool van de schoen aanwezig. Schoenen en met name sneakers worden door de jeugd vaak gedragen zonder de veters vast te maken. Hierdoor komt het regelmatig voor dat een voet uit de schoen schiet.

Samenvatting van de uitvinding

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een samenstel van een schoen en een dat in de schoen is aangebracht om uitschieten te voorkomen. Hiertoe 1s het samenstel volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de band met de naar het achterste uiteinde van de schoen toegekeerde rand ter plaatse van de zool tegen het hielstuk van de schoen aanwezig is en het zooldeel van het inzetstuk losneembaar is vastgezet op de zool van de schoen. Hierdoor is de voet ter plaatse van de enkel opgesloten tussen het hielstuk van de schoen en de band van het inzetstuk zodat de voet niet onbedoeld uit de schoen kan schieten. Om het inzetstuk op de juiste plaats in een schoen vast te kunnen zetten zijn de afmetingen van het zooldeel van het inzetstuk zodanig dat het uiteinde van het inzetstuk tegen de achterzijde van de schoen aangebracht kan worden. Hierbij is de afstand van het bovenste deel van de band tot het uiteinde van het zooldeel dat tijdens gebruik nabij de achterzijde van de schoen aanwezig is bij voorkeur tussen 5 en 10 cm om de voet van de gebruiker goed op te kunnen sluiten.

Een uitvoermgsvorm van het samenstel volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat het inzetstuk voorts fixeermiddelen omvat voor het losneembaar vastzetten van het zooldeel op de zool van de schoen. De fixeermiddelen zijn bij voorkeur gevormd door (tweezijdig) plakband en/of klittenband (velcro-tape).

Een verdere uitvoeringsvorm van het samenstel volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de band met de beide uiteinden op afstand van de zijranden van het zooldeel aan het zooldeel is bevestigd. Hierdoor is de kans op het losraken van het zooldeel door veelvuldig gebruik kleiner dan indien de band met de uiteinden nabij de randen van het zooldeel aan het zooldeel vastgemaakt zouden zijn.

De band heeft bij voorkeur een vorm van een conische koker om tijdens gebruik beter op de wreef van een voet aan te sluiten en daardoor steviger om de voet aanwezig te zijn.

Voorts is de band bij voorkeur elastisch zodat de voet er gemakkelijk ondergebracht kan worden en de band stevig om de wreef klemt.

Beknopte omschrijving van de tekeningen

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van het inzetstuk en een schoen voorzien van het inzetstuk volgens de uitvinding. Hierbij toont:

Figuur | de schoen met het daarin aangebrachte inzetstuk in zijaanzicht;

Figuur 2 de in figuur 1 weergegeven schoen in bovenaanzicht;

Figuur 3 het inzetstak in zijaanzicht;

Figuur 4 het in figuur 3 weergegeven in vooraanzicht; en

Figuur 5 het in figuur 3 weergegeven inzetstak in bovenaanzicht.

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen

In de figuren 1 en 2 is een schoen 21 met daarin aangebracht een inzetstuk 1 volgens de uitvinding weergegeven. Het inzetstuk 1 heeft een zooldeel 3 dat op bovenzijde 23a van de zool 23 van de schoen 21 tot tegen het hielstuk 26 van de schoen 21 is aangebracht. Het zooldeel 3 is met fixeermiddelen 5 losneembaar op de zool 23 vastgezet.

Het inzetstuk 1 heeft een elastische band 7 die met beide uiteinden 7a en 7b aan het zooldeel 3 is bevestigd. Deze band 7 vormt een lus waar een voet ingebracht kan worden zodat de band 7 om de wreef aanwezig is. De band 7 heeft een vorm van een conische koker waarbij de naar het achterste uiteinde 25 van de schoen 21 toegekeerde rand 7d van de band 7 ter plaatse van de zool 23 tegen het hielstuk 26 van de schoen 21 aanwezig is.

In de figuren 3, 4 en 5 is het inzetstuk afzonderlijk weergegeven. Het zooldeel 3 is aan de onderzijde voorzien van fixeermiddelen 5 gevormd door een zelfklevende laag, bijvoorbeeld dubbelzijdige plakband, voor het vastzetten van het zooldeel 3 op de bovenzijde van de zool van een schoen. De elastische band 7 is met de beide uiteinden 7a en 7b op afstand van de zijranden 3b van het zooldeel 3 aan het zooldeel 3 bevestigd. Deze band 7 heeft een conische vorm zodat deze goed om de wreef aansluit.

De afstand 9 van het bovenste deel 7c van de band 7 tot het uiteinde 3a van het zooldeel 3, dat tijdens gebruik tegen de achterzijde 25 van de schoen 21 aanwezig is, is tussen 5 en 10 cm om ervoor te zorgen dat de voet goed opgesloten is tussen het hielstuk 26 van de schoen 21 en de band 7.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader.

Claims

CONCLUSIES:
I. Samenstel van een schoen en een inzetstuk dat in de schoen is aangebracht, welk inzetstuk (1): - een zooldeel (3) omvat dat op bovenzijde (23a) van de zool (23) van de schoen (21) aanwezig is, alsmede - een band (7) die met beide uiteinden (7a, 7b) aan het zooldeel (3) is bevestigd en een lus vormt waar een voet ingebracht kan worden zodat de band (7) om de wreef aanwezig is, welke band (7) zich vanaf het zooldeel (3) schuin omhoog in de richting van de neus (24) van de schoen (21) uitstrekt, met het kenmerk, dat de band (7) met de naar het achterste uiteinde (25) van de schoen (21) toegekeerde rand (7d) ter plaatse van de zool (23) tegen het hielstuk (26) van de schoen (21) aanwezig is en het zooldeel (3) van het inzetstuk (1) losneembaar is vastgezet op de zool (23) van de schoen (21). 2 Samenstel van een schoen en een inzetstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afstand (9) van het bovenste deel (7c) van de band (7) tot het uitemde (3a) van het zooldeel (3) dat tijdens gebruik nabij de achterzijde (25) van de schoen (21) aanwezig is tussen 5 en 10 cm is.
3. Samenstel van een schoen en een inzetstuk volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het inzetstuk (1) voorts fixeermiddelen (5) omvat voor het losneembaar vastzetten van het zooldeel (3) op de zool (23) van de schoen (21).
4. Samenstel van een schoen en een inzetstuk volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de fixeermiddelen (5) gevormd zijn door plakband en/of klittenband.
5. Samenstel van een schoen en een inzetstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de band (7) met de beide uiteinden (7a, 7b) op afstand van de zijranden (3b) van het zooldeel (3) aan het zooldeel (3) is bevestigd.
6. Samenstel van een schoen en een inzetstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de band (7) een vorm heeft van een conische koker.
7. Samenstel van een schoen en een inzetstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de band (7) elastisch is.