NL2029101B1 - Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor - Google Patents

Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor Download PDF

Info

Publication number
NL2029101B1
NL2029101B1 NL2029101A NL2029101A NL2029101B1 NL 2029101 B1 NL2029101 B1 NL 2029101B1 NL 2029101 A NL2029101 A NL 2029101A NL 2029101 A NL2029101 A NL 2029101A NL 2029101 B1 NL2029101 B1 NL 2029101B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
lens
cartridge
gripper
intraocular lens
remover
Prior art date
Application number
NL2029101A
Other languages
English (en)
Inventor
Speelman Roelof
Hendrik Dusseljee Jan
Franciscus Simon Harry
Jaddai Zijlstra Tjalke
Wigbolt Idema Floris
Original Assignee
Ophtec Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ophtec Bv filed Critical Ophtec Bv
Priority to NL2029101A priority Critical patent/NL2029101B1/nl
Priority to PCT/NL2022/050496 priority patent/WO2023033648A1/en
Priority to KR1020247010280A priority patent/KR20240046829A/ko
Application granted granted Critical
Publication of NL2029101B1 publication Critical patent/NL2029101B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61FFILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
    • A61F2/00Filters implantable into blood vessels; Prostheses, i.e. artificial substitutes or replacements for parts of the body; Appliances for connecting them with the body; Devices providing patency to, or preventing collapsing of, tubular structures of the body, e.g. stents
    • A61F2/02Prostheses implantable into the body
    • A61F2/14Eye parts, e.g. lenses, corneal implants; Implanting instruments specially adapted therefor; Artificial eyes
    • A61F2/16Intraocular lenses
    • A61F2/1662Instruments for inserting intraocular lenses into the eye
    • A61F2/1664Instruments for inserting intraocular lenses into the eye for manual insertion during surgery, e.g. forceps-like instruments
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61FFILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
    • A61F9/00Methods or devices for treatment of the eyes; Devices for putting-in contact lenses; Devices to correct squinting; Apparatus to guide the blind; Protective devices for the eyes, carried on the body or in the hand
    • A61F9/007Methods or devices for eye surgery
    • A61F9/00709Instruments for removing foreign bodies

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Ophthalmology & Optometry (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Vascular Medicine (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Surgery (AREA)
  • Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
  • Cardiology (AREA)
  • Oral & Maxillofacial Surgery (AREA)
  • Transplantation (AREA)
  • Prostheses (AREA)

Abstract

De onderhavige vinding betreft een intraoculaire lensverwijderaar en bijbehorende werkwijzen waarmee een oculaire lens uit een oog verwijderd kan worden. Een dergelijke lensverwij deraar omvat: — een houder; — een werkzaam met de houder verbonden grijper voorzien van een grijperelement ingericht voor het aangrijpen op de lens; — een grijper-bedieningselement voor het bewegen van het grijperelement ten opzichte van de houder; — een cartridge ingericht voor het geheel of gedeeltelijk bewegen om of over de grijper, waarbij de cartridge beweegbaar met de houder is verbonden; en — een cartridge-bedieningselement voor het bewegen van de cartridge ten opzichte van de houder en de grijper.

Description

INTRAOCULAIRE LENSVERWIJDERAAR VOOR HET VERWIJDEREN VAN EEN
INTRAOCULAIRE LENS (I0L), EN WERKWIJZEN DAARVOOR
De vinding betreft een intraoculaire lensverwijderaar waarmee een intraoculaire lens, ofwel
IOL, uit een oog kan worden verwijderd. Een dergelijke lens is veelal via een incisie in het oog gebracht en ter plaatse vastgezet met behulp van haptische elementen. Dergelijke lenzen worden ook wel aangeduid als implantaatlens of kunstlens en worden geïmplanteerd ter vervanging of eventueel als aanvulling op de oorspronkelijke lens.
Om verschillende redenen kan het noodzakelijk of gewenst zijn een eerder geplaatste
IO intraoculaire lens te verwijderen uit het oog. Hiertoe wordt een incisie in het oog gemaakt om de lens te kunnen verwijderen. Om de afmetingen van de incisie zo klein mogelijk te houden wordt de lens in het oog bijvoorbeeld gevouwen en/of ingeknipt om de afmetingen van de lens te verkleinen voordat deze door de incisie uit het oog wordt gevoerd. Hiervoor zijn een aantal handelingen vereist die een grote precisie vergen om beschadigingen aan het oog te vermijden bij het verwijderen van de lens. Om dit risico te verkleinen wordt er gebruik gemaakt van hulpgereedschappen bij de verwijdering van de intraoculaire lens. Zo heeft Dr. Fukuoka (Handaya
Co.) een gereedschap ontwikkeld dat is voorzien van cen grijperelement dat aangrijpt op de lens en waarmee de lens vervolgens door de incisie is te voeren. Een ander gereedschap wordt beschreven in WO 2020/150213 Al en betreft een geleider waar een separate grijper doorheen gevoerd kan worden om aan te grijpen op de lens. Na manipulatie met de grijper en het terugtrekken van de grijper in de geleider wordt het geheel terug door de incisie gevoerd om de lens uit het oog te verwijderen. Een nadeel van een dergelijk gereedschap is dat ten minste een deel van de relevante bewegingen met de te verwijderen lens uitgevoerd dient te worden in de directe nabijheid van het endotheel, waarbij een risico bestaat van een toebrengen van onherstelbare schade hieraan.
De onderhavige vinding heeft tot doel bovenstaande problemen op te heffen of ten minste te verminderen en een intraoculaire lensverwijderaar met bijbehorende werkwijze te verschaffen die verder bij voorkeur eenvoudig en veilig in gebruik is.
Dit doel wordt bereikt met een intraoculaire lensverwijderaar volgens de vinding voor het verwijderen van een intraoculaire lens, waarbij de lensverwijderaar omvat: — een houder: — een werkzaam met de houder verbonden grijper voorzien van een grijperelement ingericht voor het aangrijpen op de lens; — een grijper-bedieningselement voor het bewegen van het grijperelement ten opzichte van de houder; — een cartridge ingericht voor het geheel of gedeeltelijk bewegen om of over de grijper, waarbij de cartridge beweegbaar met de houder is verbonden; en
— een cartridge-bedieningselement voor het bewegen van de cartridge ten opzichte van de houder en de grijper.
De lensverwijderaar volgens de vinding is voorzien van een houder waarmee een gebruiker de lensverwijderaar vast kan houden en waarin een grijper beweegbaar is voorzien. De grijper is aan het uiteinde voorzien van een grijperelement dat is ingericht voor het aangrijpen op de te verwijderen lens. Deze aangrijping kan op diverse wijzen worden gerealiseerd, bijvoorbeeld met cen haakvormig element, een klemelement en/of een ander geschikt element. Desgewenst wordt met behulp van een hulpgereedschap de lens gepositioneerd ten opzichte van het grijperelement zodanig dat het grijperelement aangrijpt op de te verwijderen lens. De grijper is beweegbaar i0 voorzien ten opzichte van de houder en kan bediend worden met een grijper-bedieningselement.
Na het inbrengen door de incisie van de lensverwijderaar kan de grijper worden bewogen ten opzichte van de houder zodanig dat het grijperelement buiten de houder treedt en aan kan grijpen op de lens. Na het vastpakken van de lens kan de grijper weer worden bewogen ten opzichte van de houder zodanig dat de lens inwendig wordt gevoerd en de lensverwijderaar met lens door de incisie gevoerd kan worden.
Volgens de vinding is voorts een beweegbare cartridge voorzien die beweegbaar is ten opzichte van de houder en de grijper, in het bijzonder beweegbaar ten opzichte van het grijperelement. De cartridge is hierbij voorzien om geheel of ten minste gedeeltelijk over het grijperelement, en in het bijzonder de daarmee in contact gebrachte lens, gebracht kan worden door middel van een relatieve translerende en/of roterende beweging. Door de cartridge te bewegen ten opzichte van de houder en het grijperelement, nadat het grijperelement bij voorkeur in contact is met de te verwijderen lens, kan het vouwen en/of strekken van de lens ten gevolge van de beweging van de cartridge worden uitgevoerd op een veilige afstand van in het bijzonder het endotheel zodat het risico op beschadiging daarvan wordt teruggedrongen of zelfs geheel wordt opgeheven. Bijkomend kan het vouwen en/of strekken van de lens op gecontroleerde wijze worden uitgevoerd zonder dat bijvoorbeeld de houder bewogen hoeft te worden. Deze beweging van de cartridge wordt uitgevoerd met een cartridge-bedieningselement zodanig dat een gebruiker op effectieve wijze de cartridge kan laten bewegen.
Genoemde bedieningselementen kunnen op verschillende posities op of aan de verwijderaar worden voorzien, bijvoorbeeld centraal op de houder of op een andere gewenste positie op de verwijderaar om een zo gunstig mogelijk bedieningsgemak voor een gebruiker te realiseren.
De cartridge is volgens de vinding beweegbaar voorzien ten opzichte van zowel de houder als de grijper en in het bijzonder ten opzichte van het grijperelement. Hierdoor wordt een effectieve en veilige beweging tussen deze onderdelen van de lensverwijderaar mogelijk gemaakt, waarbij het risico op beschadiging van het oog verder wordt beperkt. De cartridge is hierbij bij voorkeur ingericht voor het vouwen van de lens. Dit vouwen wordt gerealiseerd tijdens de relatieve beweging van de cartridge over het grijperelement met de lens, waarbij bij voorkeur de lens ook in enige mate wordt gestrekt. De intraoculaire lensverwijderaar is ingericht om het mogelijk te maken het vouwen {en eventuele strekken) uit te voeren in het {menselijk) oog. Bij voorkeur wordt de lens hierbij in het (menselijk) oog gevouwen aan of in het uiteinde van de cartridge. Het resultaat van deze vouw- en eventuele strekbeweging van de lens is dat de afmetingen van de lens worden gereduceerd en volstaan kan worden met een beperkte incisie. Door de grote mate van controle over de genoemde relatieve bewegingen kan de afmeting van de lens eveneens gecontroleerd worden verkleind binnen een vrij beperkte bandbreedte. Dit maakt het mogelijk de incisie verder te verkleinen, in het bijzonder tot een incisie met een lengte van minder dan 3,5 mm, bij voorkeur zelfs minder dan 3,2 mm.
In een voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de lensverwijderaar een cartridge-translatiemechanisme ingericht voor ten opzichte van de houder en grijper transleren van de cartridge.
Met behulp van het cartridge-translatiemechanisme kan de cartridge op effectieve wijze verschuiven ten opzichte van de houder en de grijper, en daarbij in het bijzonder schuiven over ten minste een deel van het grijperelement en daarmee over een lens. Dit cartridge- translatiemechanisme wordt bij voorkeur actief bediend met behulp van het cartridge- bedieningselement. Optioneel is dit cartridge-bedieningselement integraal voorzien met de cartridge. Alternatief is dit cartridge-bedieningselement via een separaat mechanisme aangebracht op of aan de houder.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de lensverwijderaar een cartridge-rotatiemechanisme ingericht voor het ten opzichte van de houder en grijper roteren van de cartridge.
Door het voorzien van een cartridge-rotatiemechanisme kan de cartridge in enige mate roteren ten opzichte van de grijper en in het bijzonder het grijperelement. Uit testen is gebleken dat het hiermee eenvoudiger is de cartridge over het grijperelement met de lens te bewegen, ook indien de lens niet optimaal ten opzichte van het grijperelement is gepositioneerd en een grotere weerstand kan geven bij het in de cartridge brengen daarvan. Het is in het bijzonder gebleken dat het roteren van de cartridge bij het bewegen over het grijperelement en de lens de weerstand van de lens tegen de vervorming bij het invoeren in de cartridge aanzienlijk wordt verkleind. Dit verhoogt niet alleen het gebruiksgemak, het reduceert verder het risico op beschadiging van het oog.
Het cartridge-rotatiemechansime is optioneel geïntegreerd met de cartridge zelf en kan door directe aangrijping van de gebruiker op de cartridge worden geactiveerd. Alternatief is de cartridge roteerbaar met behulp van een mechanisme en een bedieningselement aangebracht op of aan de houder.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding is de verwijderaar voorzien van een werkzaam met de cartridge verbonden cartridge-geleider ingericht voor het geleiden van de cartridge in een gecombineerde translerende en roterende beweging.
Door gelijktijdig een translerende en roterende beweging van de cartridge ten opzichte van in het bijzonder het grijperelement uit te voeren wordt een gecontroleerde beweging van de cartridge over de lens mogelijk gemaakt, waarbij het risico op extra weerstand van de lens tegen de gewenste vervorming daarvan bij het in het inwendige van de cartridge brengen verder wordt gereduceerd. Door het voorzien van een daarvoor bestemde cartridge-geleider kan het bedieningsgemak voor een gebruiker verder worden vergroot. Bij voorkeur maakt de cartridge gebruik van een schroef- of wokkelbeweging ten opzichte van de houder en de grijper, in het bijzonder het grijperelement. Het is gebleken dat een dergelijke beweging het mogelijk maakt de lens op effectieve wijze in een vervormde toestand in het inwendige van de cartridge te brengen. In één van de momenteel geprefereerde uitvoeringsvormen volgens de vinding is de bediening van het cartridge-translatiemechanisme en het cartridge-rotatiemechanisme geïntegreerd in het cartridge-bedieningselement. Hiermee wordt het gebruiksgemak verder vergroot.
In een voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de lensverwijderaar een geïntegreerd bedieningselement waarin het grijper-bedieningselement en het cartridge- bedieningselement zijn geïntegreerd.
Door de bedieningselementen van de grijper en de cartridge te integreren in een gecombineerd bedieningselement wordt het bedieningsgemak voor de gebruiker verder vergroot.
Bijkomend wordt de werking van de verwijderaar verder vereenvoudigd zodat bediening daarvan eenduidig is. Een verder voordeel van het voorzien van een geïntegreerd bedieningselement is dat een gebruiker de verwijderaar tijdens het gehele proces op eenzelfde wijze vast kan houden en bijvoorbeeld niet de houder in een andere positie hoeft te nemen om elementen van de verwijderaar te kunnen bedienen. Dit vergroot de algehele beheersing bij het verwijderen van een lens.
In een momenteel geprefereerde uitvoeringsvorm is het geïntegreerde bedieningselement voorzien van een geleidebaan voor beweging van de cartridge en een additionele geleider voor beweging van de grijper. Door een geleidebaan voor de cartridge en een separate geleider voor de grijper te voorzien kan de gewenste beweging voor de afzonderlijke elementen hierop worden afgestemd. Het is gebleken dat met name het voorzien van een geleidebaan een beheerste beweging van in het bijzonder de cartridge mogelijk maakt. Hierbij is het mogelijk de translerende beweging van de cartridge te combineren met een roterende beweging van de cartridge om de verwijdering van een lens verder te vergemakkelijken,
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de lensverwijderaar een houderrotatie-element ingericht voor het aangrijpen op de houder voor het daarmee roteren van de houder ten opzichte van cartridge.
Door het voorzien van een houderrotatie-element is het mogelijk de cartridge en de houder op effectieve wijze onderling te roteren. Door het voorzien van een separaat houderrotatie-element kan een gebruiker naar wens de cartridge roteren ten opzichte van de houder, bijvoorbeeld afhankelijk van de daadwerkelijke positionering van de lens op het grijperelement. Dit vergroot de 5 flexibiliteit voor gebruiker bij het verwijderen van een lens.
In een verdere uitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de lensverwijderaar één of meer lensgeleiders die zijn ingericht voor het met het grijperelement geheel of gedeeltelijk vouwen van de lens.
Door het voorzien van de lensgeleiders die bij voorkeur werkzaam zijn verbonden met het
IO grijperelement kan de te verwijderen lens op effectieve wijze worden gepositioneerd ten opzichte van het grijperelement en de cartridge, waarna de cartridge op effectieve wijze hieroverheen bewogen kan worden met behulp van een translerende en/of een roterende beweging. De lensgeleiders zorgen hierbij bij bijvoorkeur voor het in positie brengen en houden van de te verwijderen lens en maken het samen met het grijperelement mogelijk om de lens geheel of gedeeltelijk te vouwen en mogelijk te strekken, en optioneel voor te voawen voorafgaand aan het in het inwendige brengen van de lens in de cartridge.
Bij voorkeur is één van de één of meer lensgeleiders voorzien van een drukvorm. Een dergelijke drukvorm maakt het mogelijk de lens in enige mate te drukken in de drukvorm om deze voor te vervormen en in het bijzonder voor te vouwen voordat deze in het inwendige van de cartridge gebracht wordt. Een dergelijke drukvorm betreft bijvoorbeeld een komvorm. Optioneel is een dergelijke komvorm voorzien van een opening waar de lens gedeeltelijk in aangebracht kan worden om daarmee de lens te fixeren in positie. Experimenten hebben aangetoond dat een drukvorm, en in het bijzonder een komvorm, op effectieve wijze ervoor zorgt dat de lens wordt voorgevouwen, en eventueel in enige mate reeds wordt gestrekt, om daarna in het inwendige van de cartridge gebracht te kunnen worden door de beweging van de cartridge ten opzichte van het grijperelement. In een mogelijke uitvoeringsvorm is het grijperelement hierbij voorzien van een vormelement om dit voorvouwen van de lens te bewerkstelligen bij het positioneren van de lens in de cartridge. Hier wordt wordt een controleerde vervorming van de lens verder vereenvoudigd en beter beheersbaar.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding is het grijperelement ingericht om in een in hoofdzaak opwaartse richting aan te grijpen op de lens.
Door het grijperelement in een in hoofdzaak opwaartse richting aan te laten grijpen op de lens wordt in gebruik van de lensverwijderaar het risico op beschadiging van oog(delen) verder verminderd. Doordat bij voorkeur het bedieningselement ook aan de bovenzijde, of in gebruik in hoofdzaak opwaarts gerichte zijde, van de houder is voorzien beweegt het grijperelement in hoofdzaak in die opwaartse richting.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding is het grijperelement onder een hoek met de houder aangebracht.
Door het grijperelement onder een hoek met de houder aan te brengen kan de positie van de houder ten opzichte van het oog tijdens het verwijderen van de lens uit het oog worden aangepast.
Zo is het bijvoorbeeld mogelijk door het voorzien van een dergelijke hoek om zogeheten diepliggende ogen eenvoudiger te bedienen met de lensverwijderaar bij het verwijderen van een lens. De hoek kan desgewenst worden afgestemd op de daadwerkelijke behoefte en vorm.
De vinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een intraoculaire lensverwijderaar volgens een uitvoeringsvorm van de vinding.
Het zal duidelijk zijn dat een dergelijke vervaardiging op diverse wijzen kan worden gerealiseerd, waarbij bijvoorbeeld gebruik wordt gemaakt van zogeheten injection molding en compression molding.
De onderhavige vinding heeft voorts tevens betrekking op een werkwijze voor het verwijderen van een intraoculaire lens, omvattende de stappen: — het voorzien van een intraoculaire lensverwijderaar in een uitvoeringsvorm volgens de onderhavige vinding; — het in of op een aangebrachte incisie brengen van de lensverwijderaar; — het in contact met het grijperelement brengen van de te verwijderen lens; — het met het grijperelement aangrijpen op de lens; — het ten minste gedeeltelijk over de lens bewegen van de cartridge, zodanig dat de lens wordt gevouwen; en — het uithalen van de intraoculaire lensverwijderaar met de lens.
Genoemde werkwijzen voor het vervaardigen van een lensverwijderaar volgens de vinding en/of het uithalen van een lens met behulp van een dergelijke lensverwijderaar bieden soortgelijke voordelen en effecten als beschreven voor de intraoculaire lensverwijderaar. In het bijzonder verschaft de werkwijze een effectieve en gebruikersvriendelijke mogelijkheid voor het verwijderen van een lens uit een oog. Een bijzonder bijkomend voordeel is dat het risico op beschadiging van het oog hierbij wordt gereduceerd of zelfs geheel wordt vermeden.
Verdere voordelen, kenmerken en details van de vinding worden toegelicht aan de hand van voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, waarbij verwezen wordt naar de bijgevoegde tekeningen, waarin tonen: — Figuur 1A een aanzicht van een lensverwijderaar in een uitvoeringsvorm volgens de vinding; — Figuur 1B een detailaanzicht van het grijperelement van de lensverwijderaar uit figuur 1A;
— Figuur IC een aanzicht van een lensverwijderaar in een alternatieve uitvoeringsvorm volgens de vinding; — Figuur ID een aanzicht van een lensverwijderaar in een alternatieve uitvoeringsvorm volgens de vinding; — Figuur 2A een verdere uitvoeringsvorm van een lensverwijderaar volgens de vinding; — Figuur 2B een aanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm met alternatief bedieningselement voor de lensverwijderaar uit figuur 2A met daarin getoond het grijperelement; — Figuur 2C een doorsnede van een verdere alternatieve lensverwijderaar; — Figuur 3A een aanzicht van een nog verdere uitvoeringsvorm van de lensverwijderaar volgens de vinding; — Figuur 3B een doorsnede van de lensverwijderaar uit figuur 3A; — Figuur 3C een aanzien van de lensverwijderaar uit figuren 3A-B verder voorzien van een cartridge; en — Figuur 4 een aanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm van de lensverwijderaar volgens de vinding.
Lensverwijderaar 2 (figuur 1A) is voorzien van houder 4. Aan eerste uiteinde 6 van houder 4 is cartridge 8 voorzien die ten opzichte van houder 4 kan transleren in richting A en kan roteren in richting B. Cartridge 8 is voorzien van uiteinde 10 welke in gebruik wordt gepositioneerd ter plaatse van de incisie in het oog. Uiteinde 10 is in de getoonde uitvoeringsvorm voorzien van vervormingselement 12 waarmee een lens gevouwen en eventueel gestrekt wordt bij het bewegen van cartridge 10 over deze lens. Voorts is in de getoonde uitvoeringsvorm cartridge 8 voorzien van cartridge-bedieningselement 14 in de vorm van aangebrachte ribben 15 om een gebruiker voldoende grip op cartridge 8 te geven.
In houder 4 is voorts grijper 16 aangebracht met aan voorzijde 6 aangebracht grijperelement 18. Bedieningselement 20 is aangebracht in uitsparing 22 in houder 4 en kan worden bewogen tussen een ingetrokken (achterste) positie waarbij grijperelement 18 ten minste gedeeltelijk in cartridge 8 en/of houder 4 is gepositioneerd. en een actieve (voorste) positie (getoond in figuur 1A) waarin grijperelement 18 verder uitsteekt uit uiteinde 10 van cartridge 8. In de getoonde uitvoeringsvorm is houder 4 aan achterzijde 24 verder voorzien van houderrotatie-element 26, bij voorkeur voorzien van gripelementen 28. Houderrotatie-element 26 kan roteren in richting C en maakt het mogelijk om een relatieve beweging te realiseren tussen grijperelement 18 en cartridge 8.
Grijperelement 18 (figuur 1B) is voorzien van grijper 30 en langsgeleider 32. Schematisch is lens L aangegeven, welke reeds is gepositioneerd in grijperelement 18, daarbij eventueel gebruikmakend van een additioneel hulpgereedschap. Grijper 30 is verder voorzien van vormelement 34 in de vorm van een kromming. Bij het in richting A schuiven van cartridge 8 over grijperelement 18 en lens L wordt vormelement 34 neerwaarts gedrukt en geeft daarmee een (extra) duwend effect op lens L in de komvorm 36 van langsgeleider(s) 32. Om deze beweging mogelijk te maken is groef 38 voorzien in grijperelement 16. Het zal duidelijk zijn dat groef 38 op diverse wijzen kan worden vormgegeven, waaronder als spiraalvormige groef.
Bij het verwijderen van lens L met behulp van lensverwijderaar 2 moet eerst een incisie worden gemaakt in het oog. Lensverwijderaar 2 wordt vervolgens ten opzichte van de incisie geplaatst waarbij uitlaat 10 wordt gebracht ter hoogte van de incisie zodanig dat voorzijde 12 zich uitstrekt tot in het oog. Na deze positionering wordt hendel 20 voorwaarts geschoven (zoals getoond in figuur 1A) waardoor grijper 30 van grijperelement 18 eveneens voorwaarts wordt de bewogen en uitsteekt aan de voorzijde van lensverwijderaar 2. Vervolgens wordt lens L gepositioneerd in grijperelement 18 {figuur 1B). Na de positionering van lens L in grijperelement 18 wordt cartridge 8 door de gebruiker in richting A voorwaarts bewogen door aangrijping op elementen 14,15 waardoor uitlaat 10 verder door de incisie heen wordt bewogen, geheel of gedeeltelijk over grijperelement 18 met lens L, terwijl houder 4 in eenzelfde positie blijft. Hierbij wordt grijper 30 verder gedrukt tegen lens L doordat vorm 34 naar lens L wordt gedrukt bij het schuiven van cartridge 8, in het bijzonder uitlaat 10 daarvan, over grijperelement 18. Hierdoor wordt lens L in enige mate voorgevormd, in het bijzonder voorgevouwen. Voorts wordt cartridge 8 verder geschoven in richting A zodanig dat grijperelement 18 grotendeels of geheel in het inwendige van cartridge 8 is gebracht. Houder 4 wordt hierbij bij voorkeur gefixeerd in eenzelfde positie. Dit maakt het mogelijk lens L ook in eenzelfde positie in het oog te houden terwijl cartridge 8 daaroverheen wordt geschoven. Voorts kan de bediener bij het plaatsen van cartridge 8 over lens L deze cartridge 8 ook roteren in richting B om de weerstand tegen vervorming van lens
L te verkleinen. Alternatief of aanvullend kan een gebruiker ook houderrotatie-element 26 gebruiken voor de relatieve (rotatie) beweging van houder 4 en grijperelement 18. Voorafgaand of tijdens het bewegen van cartridge 8 kan hendel 20 terug worden bewogen om grijperelement verder in te trekken. Na het terugtrekken van hendel 20 en het voorwaarts bewegen van cartridge 8 met een optionele rotatiebeweging kan houder 4 van verwijderaar 2 terug uit de incisie worden getrokken, waarbij de lens in het inwendige wordt meegevoerd. Hendel 20 wordt in de getoonde uitvoeringsvorm bij voorkeur terugbewogen voorafgaand aan de beweging van cartridge 8 om lens
L te positioneren ten opzichte van geleiders 32.
In een alternatieve uitvoeringsvorm is lensverwijderaar 2” (figuur 1C) voorzien van houder 4 en cartridge 8 aan eerste uiteinde 6 van houder 4. Een verschil met lensverwijderaar 2 (figuur 1A-
B) wordt gevormd door de afwezigheid van hendel 20 die is vervangen door bedieningselement 20’. Een verder verschil wordt gevormd door de oriëntatie van grijperelement 18 welke is voorzien van grijper 30 en langsgeleider 32, welke omgekeerd is ten opzichte van de oriëntatie van lensverwijderaar 2 (vergelijk met figuur 1B). Hendel 20° is ingericht voor het aantrekken van grijper 30. Grijper 30 is verder voorzien van vormelement 34 in de vorm van een kromming. Na het vastpakken van een lens door grijper 30 wordt, bij het schuiven van cartridge 8 over grijperelement 18, vormelement 34 opwaarts gedrukt in richting H en geeft daarmee een (extra) duwend effect op een lens aanwezig in komvorm 36 van langsgeleider(s) 32. Om deze beweging mogelijk te maken is groef 38 voorzien in grijperelement 16. Zoals hiervoor aangegeven is in deze getoonde uitvoeringsvorm een andere oriëntatie voorzien waarbij grijper 30 is geroteerd ten opzichte van de grijper in lensverwijderaar 2 (figuur 1A-B) over zo’n 180 graden. Dit heeft als voordeel dat bij het verwijderen van een lens het risico op beschadiging aan (delen van) het oog worden geminimaliseerd. Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat deze oriëntatie ook toegepast kan worden op andere uitvoeringsvormen van de lensverwijderaar.
Bedieningselement 20° {figuur 1C) is roteerbaar rond as 50 die is aangebracht in en/of tussen as-houders 52 van houder 4. Het indrukken van element 20° (figuur 1C) zorgt er voor dat grijper 30 ten minste gedeeltelijk in cartridge 8 terecht komt. Hierbij wordt grijper 30 verder gedrukt tegen de lens doordat vorm 34 naar verder tegen de lens wordt gedrukt bij de relatieve beweging van grijper 30 ten opzichte van cartridge 8, in het bijzonder uitlaat 10 daarvan, welke is voorzien van uitsparing 11 en/of groef 38. Hierdoor wordt de lens in enige mate voorgevormd, in het bijzonder voorgevouwen. Voorts wordt cartridge 8 verder geschoven zodanig dat grijperelement 18 grotendeels of geheel in het inwendige van cartridge 8 is gebracht. Deze werking komt grotendeels overeen met de werking van lensverwijderaar 2 (figuur 1A-B). Voor de realisatie van de beweging van grijper 30 is element 20° (figuur 1C) met een uiteinde werkzaam verbonden met een translatiemechanisme. Hiermee wordt de translerende beweging van grijper 30 mogelijk gemaakt.
Bij voorkeur wordt gelijktijdig met deze translerende beweging een roterende beweging van grijper 30 gerealiseerd door rotatiemechanisme, bijvoorbeeld uitgevoerd met behulp van een pen- groefmechanisme. Door rotatiemechanisme wordt de translerende beweging van grijper 30 op effectieve wijze gecombineerd met de roterende beweging van grijper 30. Het zal duidelijk zijn dat translatiemechanisme en rotatiemechanisme op verschillende wijzen uitgevoerd kunnen worden.
Voorbeelden van dergelijke mechanismen worden getoond in verdere uitvoeringsvormen.
Lensverwijderaar 2° (figuur 1C) toont hendel 20’ waarmee grijper 30 en langsgeleider(s) 32 naar elkaar toe worden bewogen. In alternatieve lensverwijderaar 277 (figuur 1D) worden genoemde elementen eveneens naar elkaar bewogen door het indrukken hendel 20°’. Deze beweging kan worden gerealiseerd door bijvoorbeeld geleiders 32, 32° voorwaarts te bewegen door het indrukken van hendel 20°, 207’, en/of grijper 30, 30° terug te trekken in de richting van houder 4 door het indrukken van hendel 20°, 20°". Het zal duidelijk zijn dat diverse mogelijkheden realiseerbaar zijn in de verschillende uitvoeringsvormen. In lensverwijderaar 2°" (figuur 1D) is voorts spiraalvormige groef 38’ voorzien. Spiraalvormige groef 38’ kan linksom of rechtsom draaiend zijn aangebracht en worden afgestemd op een beoogde gebruiker. Het zal duidelijk zijn dat de diverse uitvoeringsvormen voor een dergelijke groef getoond in de verschillende uitvoeringen verwisselbaar en/of combineerbaar zijn.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van lensverwijderaar 102 (figuur 2A) is houder 104 voorzien met aan uiteinde 106 daarvan aangebracht cartridge 108 met uiteinde 110. In deze getoonde uitvoermgsvorm zijn bedieningselementen voor cartridge 108 en grijperelement 118 van grijper 116 geïntegreerd in bedieningselement 120, Hiermee zijn tevens bewegingen van grijperelement 118 en cartridge 108 geïntegreerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van grijpermechanisme 142 dat via verbinding 144 werkzaam is verbonden in groef of geleidebaan 146
IO van bedieningselement 120. Bedieningselement 120 is met scharnier 140 scharnierbaar verbonden met houder 104. Cartridgemechanisme 148 beweegt cartridge 108 ten opzichte van houder 104, waarbij mechanisme 148 met behulp van koppeling of verbinding 150 is aangebracht in geleidebaan 152 van bedieningselement 120. Door het indrukken van element 120 in richting D beweegt mechanisme 148 met cartridge 108 voorwaarts in de richting van uiteinde 106, waarbij tevens grijperelement 118 wordt bewogen met behulp van mechanisme 142.
Alternatieve uitvoeringsvorm 102’ {figuur 2B) is voorzien van eenzelfde soort werking, waarbij ten behoeve van de beweging van cartridge 108 een gedeeltelijk tandwiel 153 is voorzien.
Door het bewegen van bedieningselement 122 in richting D wordt met behulp van tandwiel 153 en bijbehorend tandwiel(deel) aan cartridgemechanisme 148 (niet getoond) een translerende en/of roterende beweging van cartridge 108 bewerkstelligd.
Een verdere alternatieve uitvoeringsvorm 102°" (figuur 2C) is voorzien van bedieningselement 120° roteerbaar rond as 160 die is aangebracht in en/of tussen as-houders 162 van houder 104. Het indrukken van element 120’ (figuur 2C) beweegt cartridge 108 ten minste gedeeltelijk over grijper 116. Hierbij wordt grijper 116 verder gedrukt tegen de lens doordat grijperelement 118 de lens duwt in of tegen komvorm 134 bij het bewegen van cartridge 108, in het bijzonder uitlaat 110 daarvan, over grijperelement 18. Hierdoor wordt de lens in enige mate voorgevormd, in het bijzonder voorgevouwen. Voorts wordt cartridge 108 verder geschoven zodanig dat grijperelement 116 grotendeels of geheel in het inwendige van cartridge 108 is gebracht. Voor de realisatie van de beweging van grijper 116 is element 120° met uiteinde 164 werkzaam verbonden met translatiemechanisme 166 die werkzaam is verbonden met grijperelement 118. Hiermee wordt de translerende beweging van grijper 116 mogelijk gemaakt.
Bij voorkeur wordt gelijktijdig met deze translerende beweging een roterende beweging van cartridge 108 gerealiseerd door rotatiemechanisme 168, waarbij pen 170 beweegt in spiebaan 172 in rotatie-element 174, als een soort pen-groefmechanisme. Rotatiemechanisme 168 is werkzaam verbonden met cartridge 108. Bij voorkeur is aan de voorzijde van rotatiemechanisme 168 een pen- groef of schroefdraadverbinding 176 voorzien voor geleiding van de rotatiebeweging. Door rotatiemechanisme 168 wordt de translerende beweging van cartridge 108 ten opzichte van grijper 116 op effectieve wijze door translatiemechanisme 166 gecombineerd met de roterende beweging van cartridge 108.
Lensverwijderaars 102, 102°, 102” zijn voorzien van respectievelijke bedieningselementen 120, 120°, 122 die in de getoonde uitvoeringsvorm met behulp van pen 140 aangebracht in de uitsparing 154 in houder 104 scharnierbaar zijn verbonden met deze houder 104. Grijpers 116 en grijperelementen 118 zijn in de getoonde uitvoeringsvorm voor lensverwijderaars 102, 102°, 102” op eenzelfde wijze uitgevoerd. Hiertoe is lens L (figuur 2B) plaatsbaar in grijper 116 en wordt daarbij vastgehouden door grijperelement 118. Grijper 116 is hierbij voorzien van geleiders 132.
IO Cartridge 108 is voorzien van vouwelement 112.
Bij gebruik van lensverwijderaars 102, 102°, 102°’ wordt eerst een incisie aangebracht in het oog. Verwijderaars 102,102°, 102’ worden vervolgens (gedeeltelijk) geplaatst in de incisie waarbij cartridgeuitiaat 110 zich (gedeeltelijk) uitstrekt door de incisie en zich daarbij derhalve bevindt ter plaatse van deze incisie. Bij het inbrengen van verwijderaar 102, 192’, 102°" is hendel 120, 122 bij voorkeur ingedrukt, bijvoorbeeld in richting D, zodat grijper 116 zich geheel of gedeeltelijk in het inwendige van verwijderaar 102, 102’, 102’’ bevindt, Na het positioneren van verwijderaar 102, 102’ met uiteinde 106 in het oog wordt in deze uitvoering bedieningselement 120, 122 losgelaten.
Bij voorkeur is een optioneel veerelement (schematisch aangeduid met element 156) voorzien waardoor element 120,122 weer terug beweegt. Hier wordt opgemerkt dat een dergelijk optioneel veerelement 156 ook in de andere uitvoeringsvormen toepasbaar is. Vervolgens kan, eventueel met een extern hulpgereedschap, lens L worden gemanipuleerd en worden gebracht in grijperelement 118. Door vervolgens bedieningselement 120, 122 bijvoorbeeld opnieuw in richting D te drukken, daarbij bijvoorbeeld tegen een optionele veerwerking in, wordt grijperelement 118 enigszins inwaarts getrokken waardoor de lens wordt voorgevouwen met behulp van geleiders 132 en wordt bij voorkeur op gecontroleerde wijze cartridge 108 voorwaarts bewogen met een translerende en bij voorkeur eveneens enigszins roterende beweging waarbij vormelement 112 over een kleine hoek roteert en lens L verder vouwt en bij voorkeur enigszins strekt om deze in het inwendige van cartridge 108 te brengen. Tijdens deze beweging blijft houder 104 in eenzelfde positie. Hierna wordt lensverwijderaar 102, 102°, 102” teruggetrokken uit de incisie en is lens L verwijderd uit het oog.
In een verdere alternatieve uitvoeringsvorm is lensverwijderaar 202 (figuur 3A-B) voorzien van houder 204 waarin en waarbij cartridge 208 aan uiteinde 206 beweegbaar is voorzien.
Grijperelement 216 met komvormige grijpers 218 is relatief beweegbaar ten opzichte van cartridge 208 met behulp van bedieningselement 220. Vouwelement 212 van cartridge 208 verzorgt het in gebruik samendrukken van beide grijperelementen 218 waartussen lens L is geplaatst. Door komvorm 256 en openingen 258 waar lens L gedeeltelijk doorheen steekt is lens L gefixeerd en wordt deze bij het samendrukken van grijperelementen 218 gevouwen en deels gestrekt bij het vooruitschuiven van cartridge 208. Bedieningselement 220 is hierbij met scharnierpen 240, aangebracht in uitsparing 254, verbonden met houder 204. Door beweging in richting E of F kan, met behulp van een rotatiebeweging in richting G, de rotatie worden omgezet in een translatie van cartridge 208. Genoemde rotatie is schematisch aangegeven rondom punt 259 en het translatiemechanisme is schematisch weergegeven met 260. Het zal duidelijk zijn dat diverse uitvoeringen voor dergelijke mechanismen volgens de vinding mogelijk zijn. In de getoonde uitvoeringsvorm is translatiemechanisme 260 {figuur 3B) aangebracht in houder 204. Door mechanisme 259 wordt rotatie van hendel 220 omgezet in translatie van as 262 van translatiemechanisme 260. Veermechanisme 264 levert in de getoonde uitvoeringsvorm een veerkracht waarmee grijper 216 in een rustpositie wordt gebracht tenzij hendel 220 wordt gebruikt om grijper 216 te bewegen ten opzichte van cartridge 208 (en houder 204). Optioneel wordt de translerende beweging van grijper 216 gecombineerd met een roterende beweging, bijvoorbeeld op soortgelijke wijze als getoond in figuur 2C voor lensverwijderaar 102°’. Optioneel wordt lensverwijderaar 202 voorzien van (handmatig) bedienbare cartridge 208’ (figuur 3C) die grotendeels overeenkomt met cartridge 8, 8’ uit figuren 1A,C,D.
Lensverwijderaar 202 wordt voor het verwijderen van lens L uit een oog met cartridge 208, 208’, zich deels uitstrekkend door een incisie, geplaatst ten opzichte van een oog. Bij het inbrengen is bedieningselement 220 neerwaarts gedrukt in richting E waarbij grijperelementen 118 zich grotendeels of geheel in het inwendige van cartridge 208, 208’ bevinden. Na het positioneren van verwijderaar 202 wordt element 220 in richting F bewogen waardoor grijperelement 218 uitsteken uit cartridge 208, 208’. Vervolgens wordt, optioneel met een hulpgereedschap, lens L gepositioneerd tussen de beide grijperelementen 218 waarbij randen van lens L in de getoonde uitvoeringsvorm deels uitsteken door openingen 258.
Na het positioneren van lens L wordt element 220 door de gebruiker geplaatst in richting E waardoor een rotatie rondom scharnier 258 wordt gerealiseerd en bijvoorbeeld cartridgemechanisme 260 ervoor zorgt dat cartridge 208 schuift over geleiderelementen 258, waarbij lens L wordt gevouwen en voor het grootste deel verdwijnt in het inwendige van cartridge 208. Hierna wordt houder 204 bewogen en teruggetrokken, en daarmee weggehaald van de incisie waarmee lens L wordt verwijderd uit het oog.
In een verdere alternatieve uitvoeringsvorm is lensverwijderaar 302 (figuur 4) voorzien van houder 304 die aan uiteinde 306 is voorzien van cartridge 308. Grijper 316 is voorzien met grijperelement 318 die kan bewegen ten opzichte van geleider 332 als op soortgelijke wijze als besproken in relatie tot lensverwijderaar 2 in figuur 1B. Na het correct positioneren en bij voorkeur voorvouwen van lens L is cartridge 308 beweegbaar in richting H en schuift daarbij over grijper 118 waardoor lens L verder wordt gevouwen en voor het grootste deel verdwijnt in het inwendige van cartridge 308. De bediening van grijperelement 118 vindt plaats met behulp van bedieningselement 320.
Bij het verwijderen van lens L wordt verwijderaar 302 geplaatst ten opzichte van een incisie waarbij cartridge 308, in het bijzonder met cartridgeuitlaat 310 zich uitstrekt door de incisie heen.
Na het positioneren van verwijderaar 302 in het oog wordt met behulp van het bewegen van bedieningselement 320 in richting 1 grijperelement 318 naar voren verschoven zodanig dat lens L gepositioneerd kan worden ten opzichte van grijperelement 318, eventueel met behulp van een hulpgereedschap. Hierna wordt grijperelement 318 inwaarts getrokken door bediening van hendel 320, waarbij lens L enigszins wordt voorgevouwen. Daarna wordt cartridge 308 bewogen in
IO richting H over grijperelement 318 heen. Deze beweging kan plaatsvinden met behulp van een mechanisme of als alternatief met behulp van een handmatige duwbeweging door de gebruiker.
Deze gebruiker grijpt daarbij aan op aangrijpingselementen 314 die bij voorkeur daarvoor speciaal zijn gevormd. Nadat lens L ten minste voor het grootste deel in het inwendige van cartridge 308 is gebracht kan houder 304 worden teruggetrokken van de incisie waardoor lens L uit het oog is verwijderd.
Het zal duidelijk zijn dat het mogelijk is diverse onderdelen en elementen van de verschillende uitvoeringsvorm voor lensverwijderaar 2, 2°, 277, 102, 102°, 1027’, 202, 302 met elkaar te combineren. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk met een additioneel hoekverbinding grijperelementen 18, 118, 218 ook onder een hoek met de respectievelijke houder te brengen.
Voort is het mogelijk bedieningselementen 20, 20, 207°, 120, 120, 122, 220, 320 geïntegreerd of juist separaat te voorzien voor geïntegreerde of separate beweging van grijperclementen 18, 118, 218, 318 en cartridge 8, 8’, 108, 208, 208’, 308 ten opzichte van elkaar alsmede van houder 4, 104, 204, 304.
Voor de vervaardiging van lensverwijderaar 2, 2°, 2", 102, 102°, 102", 202, 302 kunnen diverse technieken worden gebruikt. Hierbij kunnen bijvoorbeeld gietprocessen worden gebruikt voor het vormen van onderdelen die vervolgens bij voorkeur in een gecontroleerde omgeving worden samengesteld, waarbij bijvoorbeeld bedieningselementen 20, 20°, 20°’, 122, 1207, 220, 320 worden vastgeklikt. De diverse bewegingsmechanismen en/of rotatiemechanismen zoals de mechanismen 142,148 uit figuur 2A kunnen geheel of gedeeltelijk worden toegepast in de andere getoonde uitvoeringsvormen en/of kunnen ook enigszins door de vakman in een gewijzigde uitvoeringsvorm worden toegepast.
De onderhavige vinding is geenszins beperkt tot de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.

Claims (16)

  1. CONCLUSIES
    {. Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens {IOL), de lensverwijderaar omvattende: — een houder: — een werkzaam met de houder verbonden grijper voorzien van een grijperelement ingericht voor het aangrijpen op de lens; — een grijper-bedieningselement voor het bewegen van het grijperelement ten opzichte van de houder; — een cartridge ingericht voor het geheel of gedeeltelijk bewegen om of over de grijper, waarbij de cartridge beweegbaar met de houder is verbonden; en — een cartridge-bedieningselement voor het bewegen van de cartridge ten opzichte van de houder en de grijper.
  2. 2. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 1, waarbij de cartridge is ingericht voor het vouwen van de lens.
  3. 3. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 1 of 2, verder omvattende een cartridge- translatiemechanisme ingericht voor het ten opzichte van de houder en grijper transleren van de cartridge.
  4. 4. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 1, 2 of 3, verder omvattende een cartridge-rotatiemechanisme ingericht voor het ten opzichte van de houder en grijper roteren van de cartridge.
  5. 5. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 3 en 4, verder voorzien van een werkzaam met de cartridge verbonden cartridge-geleider ingericht voor het geleiden van de cartridge in een gecombineerde translerende en roterende beweging.
  6. 6. Intraoculaire lensverwijderaar volgens één van de voorgaande conclusies, omvattende een geïntegreerd bedieningselement waarin het grijper-bedieningselement en het cartridge- bedieningselement zijn geïntegreerd.
  7. 7. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 6, waarbij het geïntegreerde bedieningselement is voorzien van een geleidebaan voor beweging van de cartridge en een geleider voor beweging van de grijper.
  8. 8. Intraoculaire lensverwijderaar volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende houderrotatie-element ingericht voor het aangrijpen op de houder voor het roteren van de houder ten opzichte van de cartridge.
  9. 9. Intraoculaire lensverwijderaar volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende één of meer lensgeleiders ingericht voor het met het grijperelement geheel of gedeeltelijk vouwen van de lens.
  10. 10. Intraoculaire lensverwijderaar volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste één van de één of meer lensgeleiders is voorzien van een drukvorm.
  11. 11. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 9, waarbij de drukvorm een komvorm omvat.
  12. 12. Intraoculaire lensverwijderaar volgens conclusie 9, 10 of 11, waarbij het grijperelement is voorzien van een vormelement voor het voorvouwen van de lens bij het positioneren in de cartridge.
  13. 13. Intraoculaire lensverwijderaar één van de voorgaande conclusies, waarbij het grijperelement is ingericht om in een in hoofdzaak opwaartse richting aan te grijpen op de lens.
  14. 14. Intraoculaire lensverwijderaar één van de voorgaande conclusies, waarbij het grijperelement onder een hoek met de houder is aangebracht.
  15. 15. Werkwijze voor het vervaardigen van een intraoculaire lensverwijderaar volgens één van de voorgaande conclusies.
  16. 16. Werkwijze voor het verwijderen van een intraoculaire lens (IOL), omvattende de stappen: — het voorzien van een intraoculaire lensverwijderaar volgens één van de voorgaande conclusies 1-14; — het in of op een aangebrachte incisie brengen van de lensverwijderaar;
    — het in contact met het grijperelement brengen van de te verwijderen lens; — het met het grijperelement aangrijpen op de lens; — het ten minste gedeeltelijk over de lens bewegen van de cartridge, zodanig dat de lens wordt gevouwen; en — het uithalen van de intraoculaire lensverwijderaar met de lens.
NL2029101A 2021-09-01 2021-09-01 Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor NL2029101B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2029101A NL2029101B1 (nl) 2021-09-01 2021-09-01 Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor
PCT/NL2022/050496 WO2023033648A1 (en) 2021-09-01 2022-09-01 Intraocular lens remover and methods
KR1020247010280A KR20240046829A (ko) 2021-09-01 2022-09-01 안구 내 렌즈 리무버 및 방법들

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2029101A NL2029101B1 (nl) 2021-09-01 2021-09-01 Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2029101B1 true NL2029101B1 (nl) 2023-03-17

Family

ID=79018487

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2029101A NL2029101B1 (nl) 2021-09-01 2021-09-01 Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor

Country Status (3)

Country Link
KR (1) KR20240046829A (nl)
NL (1) NL2029101B1 (nl)
WO (1) WO2023033648A1 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20030088253A1 (en) * 2001-11-07 2003-05-08 Seil Randolph L Dual action ophthalmic implant extractor
EP1820474A2 (en) * 2001-09-07 2007-08-22 Steven B. Siepser Intraocular lens extracting device
US20140135820A1 (en) * 2012-11-13 2014-05-15 Alcon Research, Ltd. Disposable capsulorhexis forceps
US20140358155A1 (en) * 2013-05-28 2014-12-04 Charles DeBoer Intraocular lens peripheral surgical systems
WO2020150213A1 (en) 2019-01-15 2020-07-23 Baylor College Of Medicine Surgical device for iol exchange

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN106102669A (zh) * 2014-01-07 2016-11-09 侯赛因·耶梯柯 异物提取器

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1820474A2 (en) * 2001-09-07 2007-08-22 Steven B. Siepser Intraocular lens extracting device
US20030088253A1 (en) * 2001-11-07 2003-05-08 Seil Randolph L Dual action ophthalmic implant extractor
US20140135820A1 (en) * 2012-11-13 2014-05-15 Alcon Research, Ltd. Disposable capsulorhexis forceps
US20140358155A1 (en) * 2013-05-28 2014-12-04 Charles DeBoer Intraocular lens peripheral surgical systems
WO2020150213A1 (en) 2019-01-15 2020-07-23 Baylor College Of Medicine Surgical device for iol exchange

Also Published As

Publication number Publication date
WO2023033648A1 (en) 2023-03-09
KR20240046829A (ko) 2024-04-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA2751099C (en) Intraocular lens implanter
US4934363A (en) Lens insertion instrument
US7422604B2 (en) Preloaded IOL injector
US7947049B2 (en) IOL injector
EP0363213A2 (en) Intraocular lens insertion instrument
JP6982011B2 (ja) 伸縮式プランジャーを備える眼内レンズ送達機器
KR102445286B1 (ko) 안구내 렌즈를 이식하는 인젝터를 위한 카트리지
US5292324A (en) Endwise adjustable forceps for lens implantation in eye
US20230078517A1 (en) Folding device for intraocular lens injector
NL2029101B1 (nl) Intraoculaire lensverwijderaar voor het verwijderen van een intraoculaire lens (iol), en werkwijzen daarvoor
US11701222B2 (en) Injector assembly employing compressed gas and a mechanical brake for presenting an intraocular lens to a patient
US20230190455A1 (en) Injector assembly for inserting an intraocular lens and injector
US11357621B2 (en) Lever-actuated drive
JP3839190B2 (ja) 眼内レンズ挿入装置
RU2819301C2 (ru) Исполнительный механизм выдвижной крышки для картриджа интраокулярной линзы
CN113329718A (zh) 用于容纳人造晶状体的装置和用于折叠人造晶状体的方法
US10405972B2 (en) Systems and methods for intraocular lens deployment
US6206887B1 (en) Optical lens deformation and insertion into the eye
KR20220047769A (ko) 안구내 렌즈 카트리지를 위한 패키징-보조 작동
US20230240837A1 (en) Removable cap actuation for an intraocular lens cartridge
JP2022546295A (ja) 眼内レンズカートリッジのための格納式キャップの作動
KR20220050913A (ko) 패키지-통합된 수동 작동형 안구내 렌즈 카트리지 및 렌즈 전달 장치
CN117580546A (zh) 眼内透镜插入器具