NL2021003B1 - Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object - Google Patents

Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object Download PDF

Info

Publication number
NL2021003B1
NL2021003B1 NL2021003A NL2021003A NL2021003B1 NL 2021003 B1 NL2021003 B1 NL 2021003B1 NL 2021003 A NL2021003 A NL 2021003A NL 2021003 A NL2021003 A NL 2021003A NL 2021003 B1 NL2021003 B1 NL 2021003B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
holder
tool
assembly
predetermined position
card
Prior art date
Application number
NL2021003A
Other languages
English (en)
Inventor
Marie De Wildt Guillaume
Gerardus Theresia Maria Debets Joseph
Original Assignee
Dynagroup B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Dynagroup B V filed Critical Dynagroup B V
Priority to NL2021003A priority Critical patent/NL2021003B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2021003B1 publication Critical patent/NL2021003B1/nl

Links

Landscapes

  • Credit Cards Or The Like (AREA)

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object. Verder heeft de uitvinding betrekking op een draagbare houder voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object. Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object. Daartoe gebruikt de uitvinding een draagbaar gereedschap waarmee ten minste een gat in het te ontwaarden object aan te brengen is, alsmede een draagbare houder om het object ten opzichte van het gereedschap op een voorafbepaalde positie te positioneren.

Description

Θ 2021003 ©B1 OCTROOI (2?) Aanvraagnummer: 2021003 (51) Int. Cl.:
B26B 27/00 (2018.01) B26F 1/36 (2018.01) (22) Aanvraag ingediend: 29 mei 2018 (30) Voorrang:
(4/) Aanvraag ingeschreven:
december 2019 (43) Aanvraag gepubliceerd:
(73) Octrooihouder(s):
DynaGroup B.V. te SITTARD (72) Uitvinder(s):
Guillaume Marie de Wildt te SITTARD Joseph Gerardus Theresia Maria Debets te SITTARD
Octrooi verleend:
december 2019 (74) Gemachtigde:
ir. J.M.G. Dohmen c.s. te Eindhoven (45) Octrooischrift uitgegeven:
december 2019
54) Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object
57) De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object.
Verder heeft de uitvinding betrekking op een draagbare houder voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object.
Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object. Daartoe gebruikt de uitvinding een draagbaar gereedschap waarmee ten minste een gat in het te ontwaarden object aan te brengen is, alsmede een draagbare houder om het object ten opzichte van het gereedschap op een voorafbepaalde positie te positioneren.
NLB1 2021003
Dit octrooi is verleend ongeacht het bijgevoegde resultaat van het onderzoek naar de stand van de techniek en schriftelijke opinie. Het octrooischrift komt overeen met de oorspronkelijk ingediende stukken.
Korte aanduiding: Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object
Beschrijving
De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object.
Verder heeft de uitvinding betrekking op een draagbare houder voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object.
Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object.
Het is bekend om een persoonsgebonden object, zoals bijvoorbeeld een paspoort te ontwaarden, bijvoorbeeld bij ontvangst van een nieuw paspoort. Daarvoor zijn stroom verbruikende machines ontwikkeld waarmee afhankelijk van het betreffende object een enkel of een aantal ponsgaten op een voorafbepaalde positie in het object worden aangebracht om het object te ontwaarden. Een nadeel van deze bekende machines is dat deze door het gewicht en de afmetingen daarvan niet geschikt is voor een mobiele toepassing, omdat de bekende machine relatief zwaar is en relatief veel ruimte in beslag neemt. Hierdoor zijn deze transport-technisch lastig verplaatsbaar, door de bij transport behorende relatief zware arbeidsomstandigheden. Dergelijke bekende machines bevinden zich derhalve vaak op een vaste positie in een bank of in een overheidslocatie, zoals bijvoorbeeld een gemeentehuis waar nieuwe paspoorten worden uitgegeven en oude paspoorten kunnen worden ontwaard.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding om een samenstel en/of om een houder en/of om een werkwijze te verschaffen voor het mobiel ontwaarden van een persoonsgebonden object, dat wil zeggen waarmee het ontwaarden van persoonsgebonden objecten op continu wisselende locaties mogelijk is. Het is een verder of alternatief doel van de onderhavige uitvinding om een samenstel, houder en/of werkwijze te verschaffen waarmee op relatief eenvoudige en/of op een consistente en voorgeschreven wijze een persoonsgebonden object kan worden ontwaard.
Elk doel wordt bereikt met de eigenschappen van elk van de onafhankelijke conclusies.
Het samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object omvat:
- een draagbaar gereedschap waarmee ten minste een gat in het te ontwaarden object aan te brengen is;
- een draagbare houder die is voorzien van ten minste een object-positioneerelement om het object op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder, alsmede van ten minste een gereedschap-positioneerelement om het gereedschap op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder om het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde object op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden middels het met behulp van het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde gereedschap aanbrengen van ten minste een gat in het object.
Het draagbare gereedschap is compact en relatief licht qua gewicht en daardoor manueel te hanteren alsmede logistiek gezien eenvoudig te transporteren tussen verschillende locaties. Hetzelfde geldt voor de draagbare houder. Hierdoor wordt een samenstel verschaft dat geschikt is voor een mobiele toepassing, bijvoorbeeld een koeriersdienst, zodat persoonsgebonden objecten, bijvoorbeeld nieuwe paspoorten, kunnen worden bezorgd door een koerier op elke locatie en oude paspoorten met behulp van het samenstel efficiënt aan de deur door de koerier zelf kunnen worden ontwaard.
De houder verzekert verder dat het desbetreffende object op een voorafbepaalde of voorgeschreven wijze efficiënt en consequent door een operator, bijvoorbeeld de koerier zelf, kan worden ontwaard. Met behulp van de houder zijn het object en het gereedschap ten opzichte van elkaar zodanig te positioneren dat het gat of de gaten op een voorafbepaalde of zelfs voorgeschreven wijze met behulp van het gereedschap in het object aan te brengen zijn. De houder is derhalve een hulpmiddel om te verzekeren dat elke gebruiker ongetraind het persoonsgebonden object op de correcte en voorafbepaalde wijze kan ontwaarden. Hierdoor wordt het risico verlaagd dat het persoongebonden object foutief wordt ontwaard, hetgeen allerlei ongewenste gevolgen kan hebben.
In Nederland zijn er richtlijnen hoe ponsgaten in reisdocumenten (paspoort/ID-kaart) dienen te worden aangebracht. Voor een bankkaart is het vaak gewenst om de gaten op een vaste locatie in de kaart aan te brengen, in het bijzonder de posities waar de chip of magneetstrip zich bevindt zodat de chip en/of de magneetstrip door het aanbrengen van een gat of aan aantal gaten worden vernietigd. Zonder houder zou de operator de positie van de gaten zelf dienen vast te stellen, hetgeen indien nauwkeurig uitgevoerd relatief veel tijd zal kosten, maar tevens de kans vergroot dat het object foutief wordt ontwaard.
Met een persoonsgebonden object worden objecten bedoeld die door overheidsinstanties of instellingen zoals een bank worden uitgegeven, bijvoorbeeld een officieel document zoals een paspoort/rijbewijs of een kaart zoals een ID-kaart of betaalkaart of rijbewijs, etc.. Met ontwaarden wordt in dit document bedoeld dat het object ongeldig en/of onbruikbaar wordt gemaakt.
De houder kan ten minste een ondersteuningsoppervlak omvatten voor het ten minste gedeeltelijk ondersteunen van een daarop te positioneren bovenof onderzijde van het object, bij voorkeur een zijde van het object met het grootste oppervlak.
Belangrijk is dat het object door het ondersteuningsoppervlak op een eenvoudige wijze tegen de houder te positioneren is en eventueel met behulp van bevestigingsmiddelen op de houder vast te zetten is op de voorafbepaalde positie.
Het ondersteuningsoppervlak kan het gehele oppervlak van een boven- of onderzijde van het object ondersteunen, maar het is ook mogelijk dat bijvoorbeeld enkel de hoeken van het object of enkel een centraal gebied van een boven- of onderzijde van het object worden ondersteund.
Het persoonsgebonden object kan in principe elke willekeurige vorm hebben.
Bij persoonsgebonden objecten zoals een paspoort of een kaart is de vorm een standaard rechthoekige vorm met standaardafmetingen. Dergelijke gestandaardiseerde persoonsgebonden objecten volgen de norm ISO/IEC 7810 hetgeen een norm is die vier formaten voor identiteitskaarten specifieert: ID-1 (bankpassen), ID-2 (ID-kaart), ID-3 (paspoort) en ID-000 (SIM kaart).
De lengte van de te ontwaarden persoonsgebonden objecten is groter dan de breedte en de breedte is groter dan de hoogte. De hoogte bedraagt normaliter maximaal 10% van de breedte. De boven- en onderzijde van dergelijke objecten zijn de twee qua oppervlak identieke zijden verschaft door de lengte- en breedteafmeting van het object, terwijl de vier randen door de hoogte- met de lengte- of de breedteafmeting van het object worden gevormd. De vier randen van het object strekken zich tussen de boven- en onderzijde uit.
Elke houder kan ten minste voor een specifiek objectformaat zijn geconfigureerd. Het is echter tevens mogelijk dat een houder voor verschillende objectformaten is geconfigureerd. Tevens is het mogelijk dat een kaart anders geconfigureerd is dan een andere type kaart. Bijvoorbeeld een bankpas met een magneetstrip en een andere bankpas met een chip. De houder kan zodanig zijn uitgevoerd dat verschillende kaartconfiguraties op de voorgeschreven wijze kunnen worden ontwaard. Indien slechts een type object met behulp van het samenstel dient te worden ontwaard, is het uiteraard mogelijk om de houder zo uit te voeren dat hiermee enkel een specifiek object-type mee te ontwaarden is.
Het object-positioneerelement van de houder kan zijn gevormd door het ondersteuningsoppervlak, bij voorkeur door ten minste delen van randen die het ondersteuningsoppervlak definiëren. Door de vorm van het ondersteuningsoppervlak zodanig te kiezen dat deze qua afmetingen ten minste gedeeltelijk correspondeert met een aanlegoppervlak van het object, kan de operator visueel eenvoudig vast stellen of het object op de gewenste voorafbepaalde positie ten opzichte van de houder is gepositioneerd voor het aanbrengen van ten minste een gat erin op een voorgeschreven wijze. Tevens kan het ondersteuningsoppervlak ten minste gedeeltelijk zijn voorzien van verzonken of verhoogde randen, waartegen ten minste een deel van de rand(en) van het object te positioneren is om het object op de voorafbepaalde positie ten opzichte van de houder uit te lijnen. Op deze wijze is een gebruiksvriendelijke houder verschaft waarmee visueel en tactiel een object op de voorafbepaalde positie ten opzichte van de houder te positioneren is.
Tevens kan het object-positioneerelement zijn gevormd door ten minste een markering die is aangebracht op het ondersteuningsoppervlak waarmee door het uitlijnen van het object ten opzichte van de markering het object op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden is. Het object kan visueel door een operator worden uitgelijnd met de markering of een aantal markeringen om het object op de gewenste voorafbepaalde positie ten opzichte van de houder te positioneren.
Het object-positioneerelement kan tevens of aanvullend zijn gevormd door ten minste twee aanlegelementen, waarbij de ten minste twee aanlegelementen zodanig ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd dat tegen een eerste aanlegelement ten minste gedeeltelijk een eerste zich tussen de boven- en onderzijde zich uitstrekkende zijrand van het object aan te leggen is en tegen een tweede aanlegelement ten minste gedeeltelijk een tweede zich tussen de boven- en onderzijde zich uitstrekkende zijrand van het object aan te leggen is.
De aanlegelementen kunnen gescheiden op afstand van elkaar zijn gelegen. Het voordeel hiervan is dat bijvoorbeeld twee pinvormige uitsteeksels als aanlegelementen kunnen worden gebruikt, waardoor de vervaardiging van de twee pinvormige uitsteeksels relatief eenvoudig is en relatief weinig materiaal benodigd.
Als alternatief of aanvullend kunnen de aanlegelementen in elkaar overgaan en een hoek met elkaar insluiten, bij voorkeur een loodrechte hoek. In de hoek kan dan op eenvoudige wijze een hoek van het object worden gepositioneerd, hetgeen het makkelijker maakt voor een operator om het object op de voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder.
De houder kan tevens zijn voorzien van daarop aangebrachte aanwijzingen, bijvoorbeeld gedrukt of in de vorm van een sticker, hoe het object ten opzichte van de houder dient te worden gepositioneerd.
De houder kan zijn ingericht voor het losneembaar bevestigen van het object aan de houder in de voorafbepaalde positie. Dit verschaft meer gebruiksgemak van het samenstel en/of van de houder, omdat de operator het object niet meer hoeft vast te houden in de voorafbepaalde positie, waardoor de hierdoor vrijgekomen hand van de operator voor andere handelingen kan worden gebruikt, bijvoorbeeld voor het aanbrengen van een gat met behulp van het gereedschap.
Indien het object op de gewenste voorafbepaalde positie ten opzichte van de houder is gepositioneerd, kan het object door de operator worden vastgehouden of middels een bevestigingsmiddel, bijvoorbeeld een klem die kan zijn uitgevoerd in de vorm van een paperclip-achtige klem, losneembaar tijdelijk worden gefixeerd qua positie. Na het aanbrengen van de gaten kan het object los worden gelaten of kan het bevestigingsmiddel los worden gemaakt. Het ontwaarde object kan daarna van de houder worden genomen en bijvoorbeeld worden overhandigd aan de eigenaar.
Het gereedschap-positioneerelement kan een uitsparing in de houder of een opneemelement omvatten waarin een deel van het gereedschap te positioneren is. Op deze wijze kan op eenvoudige en gebruiksvriendelijke wijze het gereedschap met behulp van de houder op de juiste wijze ten opzichte van het object worden gepositioneerd.
Ten minste een deel van de uitsparing of het opneemelement kan een vorm omvatten die correspondeert met de vorm van het daarin te positioneren deel van het gereedschap zodanig dat dit deel van het gereedschap tegen een rand van de uitsparing of het opneemelement is gelegen voor het op de voorafbepaalde positie positioneren van het gereedschap ten opzichte van de houder.
Verder is het mogelijk om de houder zo uit te voeren dat de houder en het gereedschap losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn.
Hiervoor kan middels een klemverbinding de houder en het gereedschap manueel losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn.
Tevens is het mogelijk om middels ten minste een magneet, de houder en het gereedschap manueel losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn. Dergelijke magneten kunnen zijn geïntegreerd in de behuizing van de houder, nabij de uitsparing of in het opneemelement. Het gereedschap dient voor een dergelijke losneembaar verbinding te zijn vervaardigd van een materiaal waarmee een magneetverbinding tot stand te brengen is.
Met behulp van het draagbare gereedschap kunnen door het uitoefenen van een manuele kracht gaten in het te ontwaarden object aan te brengen zijn.
Hierdoor kan het gereedschap relatief compact en relatief licht qua gewicht worden uitgevoerd. Tevens verbruikt het gereedschap geen elektrische energie voor het ontwaarden van het object. Hierdoor zijn er geen problemen met kabels of batterijen die kunnen leegraken en opnieuw opgeladen dienen te worden. Het manueel te bedienen gereedschap kan daardoor altijd en op elke willekeurige locatie door een operator worden gebruikt.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object zoals gedefineerd in conclusie 18.
Met behulp van deze werkwijze kan een object eenvoudig, mobiel, en/of op een consistente wijze worden ontwaard. Door de draagbare houder en het draagbare gereedschap is deze werkwijze in het bijzonder geschikt om te worden uitgevoerd aan huis. Verder wordt, om herhalingen te voorkomen, voor de werkwijze verwezen naar de hierboven uiteengezette beschrijving van de houder en het samenstel, in het bijzonder de voordelen daarvan, die eveneens van toepassing zijn op de werkwijze.
De uitvinding zal nu aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld getoond in de figuren nader worden uitgelegd.
Figuur 1 toont een houder volgens de uitvinding waarop een object gepositioneerd kan worden op een voorafbepaalde positie ten opzichte van de houder;
Figuur 2 toont een samenstel volgens de uitvinding.
In de figuren worden dezelfde onderdelen voorzien van dezelfde verwijzingstekens.
In figuur 1 is de draagbare houder 1 voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object 3 getoond, terwijl in figuur 2 het samenstel 100 voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object 3 is getoond omvattende de houder 1 en een draagbaar gereedschap 5. In figuur 2 is voor de duidelijkheid het object 3 niet getoond.
Het persoonsgebonden object 3 is in figuur 1 weergegeven, in de vorm van een kaart 3, bijvoorbeeld een ID-kaart. Zoals hiervoor beschreven kan de kaart 3 ook een bankpas of rijbewijskaart zijn of zelfs een officieel document zoals een paspoort.
Middels het gereedschap 5 is door het gebruiken van het hefboommechanisme daarvan een ponshandeling uit te voeren door het uitoefenen van een manuele kracht door een gebruiker voor het aanbrengen van ten minste een gat (niet getoond) in de kaart 3. Het gereedschap 5 is bij voorkeur van een ferromagnetisch materiaal vervaardigd.
Het gereedschap 5 omvat de vorm van een tang die is voorzien van drie via scharnierassen 11, 12, 13 verbonden hefbomen 14, 15, 16. Door deze constructie is de benodigde manuele kracht voor het aanbrengen van een ponsgat in de kaart 3 minimaal. Twee hefbomen 14, 16 zijn voorzien van handgrepen 14a, 16a. De in een normale gebruikstoestand onderste hefboom 14 is Y vormig, dat wil zeggen op een van de handgreep 14a afgekeerd uiteinde is de hefboom 14 voorzien van twee benen die een ruimte daartussen omvatten voor een middels de hefbomen 14, 15, 16 te bedienen ponselement (niet getoond) van het gereedschap.
De draagbare houder 1 is voorzien van ten minste een objectpositioneerelement 21 om de kaart 3 op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder 1, alsmede van ten minste een gereedschappositioneerelement 25a-c om het gereedschap 5 op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder 1 om de op de voorafbepaalde positie gepositioneerde kaart op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden middels het met behulp van het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde gereedschap 5 aanbrengen van ten minste een gat (niet getoond) in de kaart 3.
De draagbare houder 1 is verder voorzien van een kaartondersteuningsoppervlak 27 voor het ten minste gedeeltelijk ondersteunen van een daarop te positioneren boven- of onderzijde van de kaart 3. Bij de kaart 3 wordt de een van de twee zijden van de kaart 3, dus de boven- of onderzijde, met het grootste oppervlak op het ondersteuningsoppervlak 27 gepositioneerd hetgeen is weergegeven door de gestippelde lijnen in figuur 1 die aanduiden dat de vier hoeken van de rechthoekige kaart 3 samenvallen met de vier buitenste hoeken van het ondersteuningsoppervlak 27.
In het getoonde voorbeeld is het object-positioneerelement 21 voor de kaart 3 gevormd door het ondersteuningsoppervlak 27, in het bijzonder door de randen 21a, 21b die het ondersteuningsoppervlak 27 voor de kaart definiëren. Deze randen 21a, 21b zorgen ervoor dat een gebruiker eenvoudig visueel en/of tactiel de kaart 3 op de voorafbepaalde positie kan positioneren.
Voor of na het op de voorafbepaalde positie positioneren van de kaart 3 wordt in het gereedschap-positioneerelement in de vorm van een uitsparing 25a-c in de houder 1 een deel van het gereedschap 5 gepositioneerd. Het deel van het gereedschap wordt in het getoonde voorbeeld gevormd door het onderste been van de hefboom 14.
Het meer naar het centrum van de houder 1 gelegen deel van de uitsparing omvat een vorm die correspondeert met de vorm van het uiteinde van het onderste been van de hefboom 14 zodanig dat het been, bij voorkeur enigszins opgesloten, tegen een achterste rand 25a1, 25b1 van de uitsparing 25a, 25b, 25c te positioneren is voor het op de voorafbepaalde positie positioneren van het gereedschap 5 ten opzichte van de houder 1.
Indien de kaart 3 op de voorafbepaalde positie op de houder 1 is gepositioneerd, kan het gereedschap 5 door een gebruiker met de handen worden bediend voor het aanbrengen van een gat in de kaart 3 voor het ontwaarden van de kaart 3.
In Nederland dient een ID-kaart te worden ontwaard door het aanbrengen van drie ponsgaten op drie specifieke posities van de ID-kaart. Derhalve omvat de getoonde houder drie uitsparingen 25a-c voor het kunnen aanbrengen van drie ponsgaten in de kaart 3. Uiteraard kunnen er meer of minder uitsparingen worden voorzien in de houder.
De houder 1 is geconfigureerd voor het ontwaarden van meer dan één type persoonsgebonden object, dat wil zeggen met behulp van de houder 1 kan ook een kaart worden ontwaard die een ander formaat en eventueel een andere configuratie heeft dan de kaart 3. De andere kaart (niet getoond) kan bijvoorbeeld een bankpas zijn met een magneetstrip.
De houder 3 omvat voor de andere kaart een verder objectpositioneerelement dat is gevormd door ten minste een markering 23 die is aangebracht op het ondersteuningsoppervlak 27 waarmee door het uitlijnen van de andere kaart ten opzichte van de markering 23 de andere kaart op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden is, bijvoorbeeld door het aanbrengen van gaten in de magneetstrip door het gereedschap 5 eerst in uitsparing 25a te positioneren voor het vormen van een eerste gat in de magneetstrip en eventueel vervolgens in uitsparing 25b voor het vormen van een tweede gat in de magneetstrip.
De houder 5 en in het bijzonder de uitsparingen 25a-c daarvan en het gereedschap kunnen losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn bijvoorbeeld middels een verbinding. Dit kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd door de uitsparingen 25a-c van de houder zo te dimensioneren dat het been van het gereedschap 5 met een manuele kracht in de uitsparingen kan worden gebracht voor het verschaffen van een tijdelijke koppeling (klemverbinding) tussen het been en de uitsparing 25a-c. Voor het verbreken van de koppeling kan het gereedschap met de hand uit de uitsparing 25a-c worden getrokken. 13. In de getoonde houder 1 zijn magneten (niet getoond) voorzien in openingen 33 in de bodemwand 31. Middels ten minste een magneet, zijn de houder en het gereedschap dat is vervaardigd van een ferromagnetisch materiaal manueel losneembaar aan elkaar te verbinden voor het verschaffen van een tijdelijke koppeling.
Hoewel niet getoond in de figuren kan het object-positioneerelement tevens zijn gevormd door ten minste twee aanlegelementen, waarbij de ten minste twee aanlegelementen zodanig ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd dat tegen een eerste aanlegelement ten minste gedeeltelijk een eerste zich tussen de boven- en onderzijde uitstrekkende zijrand van de kaart 3 te positioneren is en tegen een tweede aanlegelement ten minste gedeeltelijk een tweede zich tussen de boven- en onderzijde uitstrekkende zijrand van de kaart 3 te positioneren is. Dergelijke aanlegelementen kunnen bijvoorbeeld twee uit het ondersteuningsoppervlak van de houder uitstekende pinnen zijn die gescheiden op afstand van elkaar zijn gelegen, waarbij een hoek van de kaart 3 tussen de pinnen kan worden gepositioneerd voor het op een voorafbepaalde positie positioneren van de kaart 3 ten opzichte van de houder 1.
Tevens kunnen de aanlegelementen (niet getoond), zoals de rand 21a,21b in de hoeken van de getoonde houder 1, in elkaar overgaan en een hoek met elkaar insluiten, waarbij de hoek voor het ontwaarden van de kaart 3 een loodrechte hoek is.
Verder kan de houder 1 zijn voorzien van kaart-bevestigingsmiddelen (niet getoond) of kunnen losse kaart-bevestigingsmiddelen (niet getoond) worden gebruikt voor het losneembaar bevestigen van de kaart 3 aan de houder 1, zodat een gebruiker de kaart 3 niet op de voorafbepaalde positie hoeft te blijven vasthouden voor het ontwaarden van de kaart 3.
Verder kan de buitenrand 41 of bevestigd aan de buitenrand 41 van de houder 1 een of een aantal opneemelementen (niet getoond) als gereedschapspositioneerelement omvatten om het gereedschap 5 op de voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder 1 voor het ontwaarden van de kaart.
In plaats van gaten kunnen eventueel met behulp van een gereedschap (niet getoond) perforaties in het persoonsgebonden object, zoals de kaart 3, worden aangebracht om het object te ontwaarden.

Claims (20)

  1. CONCLUSIES
    1. Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object, bijvoorbeeld een officieel document zoals een paspoort of een kaart zoals een ID-kaart of betaalkaart, omvattende:
    - een draagbaar gereedschap waarmee ten minste een gat in het te ontwaarden object aan te brengen is;
    - een draagbare houder die is voorzien van ten minste een object-positioneerelement om het object op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder, alsmede van ten minste een gereedschap-positioneerelement om het gereedschap op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder om het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde object op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden middels het met behulp van het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde gereedschap aanbrengen van ten minste een gat in het object.
  2. 2. Draagbare houder voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object, waarbij de houder is voorzien van ten minste een object-positioneerelement om het object op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder, alsmede van ten minste een gereedschap-positioneerelement om een gereedschap op een voorafbepaalde positie te positioneren ten opzichte van de houder om het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde object op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden middels het met behulp van het op de voorafbepaalde positie gepositioneerde gereedschap aanbrengen van ten minste een gat in het object.
  3. 3. Samenstel of houder volgens conclusie 1 of 2, waarbij de houder ten minste een ondersteuningsoppervlak omvat voor het ten minste gedeeltelijk ondersteunen van een daarop te positioneren boven- of onderzijde van het object, bij voorkeur een zijde van het object met het grootste oppervlak.
  4. 4. Samenstel of houder volgens conclusie 3, waarbij het objectpositioneerelement is gevormd door het ondersteuningsoppervlak, bij voorkeur door ten minste delen van randen die het ondersteuningsoppervlak definiëren.
  5. 5. Samenstel of houder volgens conclusie 3 of 4, waarbij het objectpositioneerelement is gevormd door ten minste een markering die is aangebracht op het ondersteuningsoppervlak waarmee door het uitlijnen van het object ten opzichte van de markering het object op een voorafbepaalde wijze te ontwaarden is.
  6. 6. Samenstel of houder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het object-positioneerelement is gevormd door ten minste twee aanlegelementen, waarbij de ten minste twee aanlegelementen zodanig ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd dat tegen een eerste aanlegelement ten minste gedeeltelijk een eerste zich tussen de boven- en onderzijde uitstrekkende zijrand van het object te positioneren is en tegen een tweede aanlegelement ten minste gedeeltelijk een tweede zich tussen de boven- en onderzijde uitstrekkende zijrand van het object te positioneren is.
  7. 7. Samenstel of houder volgens conclusie 6, waarbij de aanlegelementen gescheiden op afstand van elkaar zijn gelegen.
  8. 8. Samenstel of houder volgens conclusie 6 of 7, waarbij de aanlegelementen in elkaar overgaan en een hoek met elkaar insluiten, bij voorkeur een loodrechte hoek.
  9. 9. Samenstel of houder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het gereedschap-positioneerelement een uitsparing in de houder of een opneemelement omvat waarin een deel van het gereedschap te positioneren is.
  10. 10. Samenstel of houder volgens conclusie 9, waarbij ten minste een deel van de uitsparing of het opneemelement een vorm omvat die correspondeert met de vorm van het daarin te positioneren deel van het gereedschap zodanig dat dit deel van het gereedschap tegen een rand van de uitsparing of van het opneemelement is gelegen voor het op de voorafbepaalde positie positioneren van het gereedschap ten opzichte van de houder.
  11. 11. Samenstel of houder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de houder en het gereedschap losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn.
  12. 12. Samenstel of houder volgens conclusie 11, waarbij middels een klemverbinding de houder en het gereedschap manueel losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn.
  13. 13. Samenstel of houder volgens conclusie 11 of 12, waarbij middels ten minste een magneet, de houder en het gereedschap manueel losneembaar aan elkaar bevestigbaar zijn.
  14. 14. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij met behulp van het draagbare gereedschap door het uitoefenen van een manuele kracht ten minste een gat in het te ontwaarden object aan te brengen is.
  15. 15. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij middels het gereedschap door het gebruiken van het hefboommechanisme een ponshandeling uit te voeren is voor het door het uitoefenen van een manuele kracht aanbrengen van ten minste een gat in het object.
  16. 16. Samenstel of houder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de houder is geconfigureerd voor het ontwaarden van meer dan één type persoonsgebonden object.
  17. 17. Samenstel of houder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de houder is ingericht voor het losneembaar bevestigen van het object aan de houder in de voorafbepaalde positie.
  18. 18. Werkwijze voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object, bijvoorbeeld een officieel document zoals een paspoort of een kaart zoals een ID-kaart of betaalkaart, omvattende de volgende stappen:
    - het gebruiken van een draagbaar gereedschap waarmee, bij voorkeur door het uitoefenen van een manuele kracht, ten minste een gat in het te ontwaarden object aan te brengen is;
    - het gebruiken van een draagbare houder die is voorzien van ten minste een objectpositioneerelement waarmee het object op een voorafbepaalde positie wordt gepositioneerd ten opzichte van de houder, alsmede van ten minste een gereedschappositioneerelement waarmee het gereedschap op een voorafbepaalde positie wordt gepositioneerd ten opzichte van de houder, waarbij middels de houder en het gereedschap het object op een voorafbepaalde wijze wordt ontwaard middels ten minste een gat dat met behulp van de houder en het gereedschap op een voorafbepaalde positie in het object wordt aangebracht.
  19. 19. Werkwijze volgens conclusie 18, waarbij het object rechthoekig van vorm is, waarbij de lengte groter is dan de breedte en de breedte groter is dan de hoogte.
  20. 20. Werkwijze volgens conclusie 18 of 19, waarbij voor qua afmetingen en/of configuratie verschillende typen objecten, bijvoorbeeld een document en een kaart of een ID-kaart en een betaalkaart, verschillende houders worden gebruikt die elk zijn ingericht aan de afmetingen en/of configuratie van het te ontwaarden objecttype.
    1/1
NL2021003A 2018-05-29 2018-05-29 Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object NL2021003B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2021003A NL2021003B1 (nl) 2018-05-29 2018-05-29 Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2021003A NL2021003B1 (nl) 2018-05-29 2018-05-29 Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2021003B1 true NL2021003B1 (nl) 2019-12-04

Family

ID=68727617

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2021003A NL2021003B1 (nl) 2018-05-29 2018-05-29 Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2021003B1 (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
ATE368264T1 (de) Verfahren, einrichtung und system zur automatisierten, auf kontextinformationen basierenden selektiven datenbereitstellung durch identifikationsmittel
US9804393B1 (en) Virtual reality headset
CN103810635A (zh) 贷款业务处理流程核查实现方法及装置
EP3079103A1 (en) Electronic system for consulting and verifying the authenticity, validity and restriction of documents using proximity data reading technology
NL2021003B1 (nl) Samenstel voor het ontwaarden van een persoonsgebonden object
US2278288A (en) Gang punch
EP2770484B1 (de) Lesegerät für ein Dokument, Verfahren zum Lesen eines Datenobjekts und Computerprogrammprodukt
CN205608764U (zh) 一种证件的识别系统及证件
EP2949096B1 (de) Bereitstellung von positionsdaten mittels eines distance-bounding protokolls
CN106780951A (zh) 单据校验方法及装置
US20160098704A1 (en) Donation device and method
US3260445A (en) Magnetically operated card punching machine
US2906335A (en) Credit card punching device
CN105913548A (zh) 一种交易凭条电子化的方法及凭条打印系统
DE102017216628A1 (de) Versiegelungsvorrichtung zu einer Versiegelung von zumindest einer Aufbewah-rungs- und/oder Verpackungsvorrichtung für Gebrauchsgüter, insbesondere Werk-zeugmaschinen, und/oder zu einer Versiegelung von zumindest einer Information
DE102020000455A1 (de) Kassenbon-System
AT504658B1 (de) Sicherungsobjekt
CN214504413U (zh) 一种电子单据查询装置
DE102013201730A1 (de) Bereitstellung von Positionsdaten mittels eines Distance-Bounding Protokolls
US20220215497A1 (en) Registration of emergencies
US20080073896A1 (en) Method of attaching pages to a credit card sized cover
GB2518851A (en) Packaging
US20050156369A1 (en) Method and apparatus for binding paper sheets and similar materials
RU66967U1 (ru) Идентификатор для учета продвижения товара на рынке
NL2001330C2 (nl) Methode voor het opnemen van de foto en handtekening voor een reisdocument.