NL2020557B1 - Rotary press for dewatering of a humid mass, such as a sludge or pulp - Google Patents

Claims (16)

1. Roterende pers (1) voor het ontwateren van een vochtige massa zoals een slib of pulp, omvattend: een rotor omvattend (10) een naaf (11) en gemonteerd om in een rotatierichting (R) rond een centrale as (X) te rotereren, waarbij de rotor verder een veelvoud aan schoepen (20a-20h) omvat, waarbij elke schoep een proximaal eind (21 a-21 h) heeft dat aan de naaf (11) is bevestigd en een distaai eind (22a-22h) dat op afstand van de naaf (11) is geplaatst; een scherm (30), dat de rotor (1) ten minste gedeeltelijk omringt en is gerangschikt om contact te maken met distale einden (22a-22h) van de schoepen tijdens rotatie van de rotor, waarbij het roosterscherm is ingericht voor het daardoorheen laten passeren van vloeistof terwijl het het passeren van vaste stoffen in hoofdzaak blokkereert, en waarbij langs de rotatierichting van de rotor (10) en in een vlak normaal op de centrale as (X) de afstand van het roosterscherm (30) tot de centrale as (X) afneemt over een boog van ten minste 120 graden; een inlaat (2) omvattend een doorgang voor vochtige massa naar een locatie tusen twee naast elkaar gelegen schoepen van het veelvoud aan schoepen; een uitlaat (3) die langs de rotatierichting stroomafwaarts van de de doorgang is gerangschikt, voor het toelaten dat ontwaterde massa passeert weg uit tussen twee naast elkaar gelegen schoepen van het veelvoud aan schoepen; waarbij elke schoep een flexibel gedeelte (23a-23h) omvat dat zich uitstrekt tussen de naaf en het distale eind (22a-22h), waarbij het flexibele gedeelte is ingericht om, bij contact van het distale eind met het roosterscherm tijdens rotatie van de rotor en wanneer bezien in projectie op het vlak, te buigen over een ingesloten buighoek (β) van ten minste 90 graden.

2. Roterende pers volgens conclusie 1, waarbij het roosterscherm een binnenoppervlak heeft dat naarde centrale as is gekeerd is en is gevormd als een cilindersegment dat parallel is aan de centrale as (X) en zich uitstrekt over een boog van 180 graden of meer.

3. Roterende pers volgens conclusie 1 of 2, waarbij het flexibele gedeelte (23a-23h) van elke schoep een lengte heeft groter dan een kleinste radiale afstand tussen de centrale as en het roosterscherm.

4. Roterende pers volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij het flexibele gedeelte (23a-23h) van elke schoep een elastisch materiaal omvat en/of is voorzien van een veer om het distale eind voorte spannen weg van het proximale eind af.

5. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het flexibele gedeelte (23a-23h) van elke schoep gevormd is als een elastisch vel tussen het proximale eind en het distale eind, en is ingericht om op zodanige wijze te buigen dat het flexibele gedeelte op afstand blijft van het roosterscherm (30).

6. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het distale eind (22a-22h) van elke schoep een in hoofdzaak stijf gedeelte omvat om contact te maken met het roosterscherm.

7. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het flexibel gedeelte (23a-23h) van elke schoep is ingericht om het de schoep mogelijk te maken om te buigen tijdens rotatie van de rotor tussen een positie bij of nabij de inlaat waarin het distale eind van de schoep op een eerste afstand van de centrale as (X) is, naar een positie op afstand van de inlaat (2) waarin het distale eind van de schoep op een tweede afstand van de centrale as is, waarbij de eerste afstand ten minste 1,5 keer zo groot is als de tweede afstand.

8. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies, omvattend een eerste en een tweede zijwand (40,50) die zich dwars op de rotatie-as (R) uitstrekken, waarbij een samenpersruimte voor de vochtige massa wordt gevormd tussen de eerste en tweede zijwand (40,50) en twee naast elkaar gelegen van de flexibele schoepen die een distaai eind in contact met het roosterscherm hebben.

9. Roterende pers volgens conclusie 8, waarbij voor de twee naast elkaar gelegen flexibele schoepen, het volume van de samenpersruimte wanneer de rotor (10) op een eerste hoekpositie is ten minste twee keer, bij voorkeur ten minste drie keer, het volume is van de samenpersruimte tussen dezelfde twee schoepen wanneer de rotor op een andere tweede hoekpositie is.

10. Roterende pers volgens conclusie 8 of 9, waarbij de eerste en/of tweede zijwand een transparant deel omvatten om zicht op de laterale randen van de flexibele gedeeltes van de schoepen mogelijk te maken.

11. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies verder omvattend een schoonsproeisysteem (60) voor het schoonmaken van het buitenoppervlak van het roosterscherm, waarbij het schoonsproeisysteem een veelvoud aan sproeimonden omvat dat gemonteerd is op een arm die zich in een vlak normaal aan de centrale as uitstrekt, waarbij het systeem verder een actuator omvat voor het bewegen van de arm in een richting parallel aan de centrale as, en waarbij het veelvoud aan sproeimonden is gerangschikt om tijdens beweging van de arm vloeistof op in hoofdzaak het gehele buitenoppervlak te sproeien.

12. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de inlaat is voorzien van een overloopwand (7) met een overlooprand (8) die de inlaat (2) partitioneert in de doorgang voor vochtige massa naar een locatie tussen twee naast elkaar gelegen schoepen van het veelvoud aan schoepen, en een afzonderlijke omleiding die is verbonden met de uitlaat.

13. Roterende pers volgens conclusie 12, verder omvattend een inlaatklep (4) die in de doorgang is gerangschikt, ingericht voor het selectief openen of sluiten van de doorgang.

14. Roterende pers volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattend een actuator (5) voor het aandrijven van rotatie van de rotor, en een aanstuurinrichting (85) voor het aansturen van de actuator voor het aandrijven van rotatie van de rotor met een snelheid van 5 rpm of minder, bij voorkeur 1 rpm of minder, meer bij voorkeur gelijk aan of kleiner dan 0,5 rpm.

15. Werkwijze voor het ontwateren van een vochtige massa zoals een slib of pulp, gebruikmakend van een roterende pers (1) die een rotor (10), en een roosterscherm (30) dat de rotatie langs een rotatierichting van de rotor ten minste gedeeltelijk omringt omvat, waarbij langs de rotatie richting en in een vlak normaal op de centrale as (X) van de rotor de afstand van het roosterscherm (30) tot de centrale as (X) afneemt langs een boog van ten minste 120 graden; en waarbij de rotor een naaf (11) en een veelvoud aan schoepen (20a-20h) die aan de naaf zijn bevestigd omvat, waarbij elke schoep een proximaal eind (21 a-21 h) heeft dat aan de naaf (11) is bevestigd en een distaai eind (22a-22h) dat op afstand van de naaf (10) is geplaatst, en elke schoep een flexibel gedeelte (23a-23h) omvat dat zich uitstrekt tussen de naaf en het distale eind (21), waarbij de werkwijze omvat: het roteren van de rotor met een snelheid van 5 rpm of minder op een zodanige wijze dat ten minste een van de schoepen met zijn distale eind contact maakt met het roosterscherm, en zodanig dat het flexibele gedeelte van de schoep, wanneer bezien in projectie op het vlak, wordt gebogen over een ingesloten buighoek van ten minste 90 graden.

16. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij de roterende pers een roterende pers volgens een van conclusies 1-14 is.