NL2020247B1 - Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element. - Google Patents

Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element. Download PDF

Info

Publication number
NL2020247B1
NL2020247B1 NL2020247A NL2020247A NL2020247B1 NL 2020247 B1 NL2020247 B1 NL 2020247B1 NL 2020247 A NL2020247 A NL 2020247A NL 2020247 A NL2020247 A NL 2020247A NL 2020247 B1 NL2020247 B1 NL 2020247B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pins
axis
rotation
fastening element
pin
Prior art date
Application number
NL2020247A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Martinus Antonius Maria Oosterholt Gerhard
Leonardus Maria Verkuijlen Johannes
Original Assignee
Double O Systems B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Double O Systems B V filed Critical Double O Systems B V
Priority to NL2020247A priority Critical patent/NL2020247B1/en
Priority to PCT/NL2018/050890 priority patent/WO2019139471A1/en
Priority to EP18842671.2A priority patent/EP3737532A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2020247B1 publication Critical patent/NL2020247B1/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B15/00Screwdrivers
    • B25B15/001Screwdrivers characterised by material or shape of the tool bit
    • B25B15/004Screwdrivers characterised by material or shape of the tool bit characterised by cross-section
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B23/00Details of, or accessories for, spanners, wrenches, screwdrivers
    • B25B23/02Arrangements for handling screws or nuts
    • B25B23/08Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation
    • B25B23/10Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation using mechanical gripping means
    • B25B23/105Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation using mechanical gripping means the gripping device being an integral part of the driving bit
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B23/00Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool
    • F16B23/0069Specially shaped nuts or heads of bolts or screws for rotations by a tool with holes to be engaged with corresponding pins on the tool or protruding pins to be engaged with corresponding holes on the tool
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B25/00Screws that cut thread in the body into which they are screwed, e.g. wood screws
    • F16B25/0005Screws that cut thread in the body into which they are screwed, e.g. wood screws of the helical wire type

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Connection Of Plates (AREA)

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het aangrijpen op een bevestigingselement, zoals een schroef of een bout, welke inrichting omvat: — een lichaam; — een aantal pennen, elk met een eerste en een tweede uiteinde, welke pennen zich langs elkaar en parallel aan een tussen de pennen lopende rotatieas uitstrekken naar de tweede vrije uiteinden en welke pennen met de eerste uiteinden aan het lichaam zijn aangebracht waarbij nabij en bij voorkeur aan het tweede uiteinde van ten minste een eerste pen van de pennen een uitsteeksel bevestigd is, welk uitsteeksel zich van de eerste pen ten opzichte van de rotatieas in tangentiele richting uitstrekt. De uitvinding heeft voorts betrekking op een combinatie van de inrichting en een bevestigingselement, zoals een schroef of bout, en op een bevestigingselement, zoals een schroef of bout.The invention relates to a device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, which device comprises: a body; - a number of pins, each with a first and a second end, which pins extend alongside each other and parallel to an axis of rotation running between the pins to the second free ends and which pins are arranged with the first ends on the body, near and near a protrusion is preferably attached to the second end of at least a first pin of the pins, which protrusion extends tangentially from the first pin relative to the axis of rotation. The invention further relates to a combination of the device and a fastening element, such as a screw or bolt, and to a fastening element, such as a screw or bolt.

Description

Inrichting voor het aangrijpen op een bevestigingselement, zoals een schroef of een bout, combinatie van de inrichting en het bevestigingselement, en een bevestigingselement.Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het aangrijpen op een bevestigingselement, zoals een schroef of een bout, welke inrichting omvat: - een lichaam; - een aantal pennen, elk met een eerste en een tweede uiteinde, welke pennen zich langs elkaar en parallel aan een tussen de pennen lopende rotatieas uitstrekken naar de tweede vrije uiteinden en welke pennen met de eerste uiteinden aan het lichaam zijn aangebracht.The invention relates to a device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, which device comprises: a body; - a number of pins, each with a first and a second end, which pins extend alongside each other and parallel to an axis of rotation running between the pins to the second free ends and which pins are arranged on the body with the first ends.

Een dergelijke inrichting, ook wel bekend als schroevendraaier, is bekend uit publicatie US 4164967 A. Deze publicatie toont tevens een bevestigingselement (een schroef) met een lichaam met een met de rotatieas coaxiale as, rondom het lichaam van een eerste axiaal uiteinde richting een tweede axiaal uiteinde aangebracht schroefdraad en een aantal in het tweede axiale uiteinde aangebrachte gaten. Door de pennen van de inrichting in de gaten van het bevestigingselement te steken, en vervolgens het bevestigingselement te roteren rondom de rotatieas is het met het bevestigingselement mogelijk om respectievelijk objecten aan elkaar te bevestigen, of om met het bevestigingselement aan elkaar bevestigde objecten weer van elkaar los te maken, afhankelijk van de gekozen draairichting ten opzichte van het verloop van het schroefdraad dat aangebracht is rondom het bevestigingselement.Such a device, also known as a screwdriver, is known from publication US 4164967 A. This publication also shows a fastening element (a screw) with a body with an axis coaxial with the axis of rotation, around the body of a first axial end towards a second threaded axially end and a number of holes arranged in the second axial end. By inserting the pins of the device into the holes of the fastening element, and then rotating the fastening element around the axis of rotation, it is possible with the fastening element to respectively attach objects to each other, or to separate objects fixed to each other with the fastening element. releasable, depending on the chosen direction of rotation with respect to the course of the thread which is arranged around the fastening element.

Deze inrichting heeft nadelen. Met name wanneer relatief grote krachten met de inrichting op het bevestigingselement worden uitgeoefend, dan zal na verloop van tijd slijtage ontstaan in het bevestigingselement, waarbij met name aan het tweede axiale uiteinde materiaal wegslijt, wat het bevestigingselement ongeschikt voor verder gebruik maakt. Tevens vormt stabiele plaatsing van de pennen van de inrichting in de gaten van het bevestigingselement een probleem.This device has disadvantages. In particular when relatively large forces are exerted on the fastening element with the device, wear will eventually occur in the fastening element, whereby material will wear away at the second axial end in particular, which renders the fastening element unsuitable for further use. Stable placement of the pins of the device in the holes of the fastening element also forms a problem.

Daarnaast is uit publicatie DE 3537141 Al een inrichting voor het aangrijpen op een bevestigingselement bekend, welke inrichting een pen omvat welke de vorm heeft van een afgeplatte richting een uiteinde van de pen uitlopende kegel. Deze pen wordt gebruikt in combinatie met een eveneens in deze publicatie beschreven bevestigingselement met een afgeplat kegelvormig gat, welk gat coaxiaal verloopt met de afgeplatte kegelvormige pen. Hierbij is de opening in het bevestigingselement voor het inbrengen van de inrichting dusdanig klein dat het nodig is om de inrichting onder een hoek van ongeveer 30 graden ten opzichte van de kegelas in te brengen. Dergelijke techniek is door deze manier van inbrengen enkel toepasbaar op inrichtingen met één pen en niet op de inrichting volgens US 4164967 A, met meerdere rondom een rotatieas aangebrachte pennen.In addition, publication DE 3537141 A1 discloses a device for engaging a fastening element, which device comprises a pin which has the shape of a flattened cone and an end of the pin extending outwardly. This pin is used in combination with a fastening element also described in this publication with a flattened cone-shaped hole, which hole runs coaxially with the flattened cone-shaped pin. The opening in the fastening element for inserting the device is hereby so small that it is necessary to insert the device at an angle of approximately 30 degrees with respect to the conical axis. Due to this way of insertion, such a technique can only be applied to devices with one pin and not to the device according to US 4164967 A, with several pins arranged around an axis of rotation.

Het is nu een doel van de uitvinding om de bovengenoemde problemen te verminderen of zelfs te voorkomen.It is now an object of the invention to reduce or even prevent the above problems.

Dit doel wordt bereikt met een inrichting volgens de aanhef, waarbij nabij en bij voorkeur aan het tweede uiteinde van ten minste een eerste pen van de pennen een uitsteeksel bevestigd is, welk uitsteeksel zich van de eerste pen ten opzichte van de rotatieas in tangentiële richting uitstrekt.This object is achieved with a device according to the preamble, wherein a protrusion is attached near and preferably at the second end of at least a first pin of the pins, which protrusion extends tangentially from the first pin relative to the axis of rotation. .

Door het voorzien van een uitsteeksel aan een eerste pen wordt deze pen wanneer deze in een gat van een bevestigingselement wordt gestoken op afstand gehouden van ten minste een deel van de omtrekswand van het gat, of, anders gezegd, wordt een spleet gevormd tussen de omtrekswand van het gat in het bevestigingselement en het uitsteeksel en de eerste pen van de inrichting, wat de kans op slijtage in het bevestigingselement vermindert. Omdat de met de inrichting op het bevestigingselement uitgeoefende krachten doorgaans in de draairichting het hoogst zijn en de kans op slijtage hier derhalve het hoogst is, strekt het uitsteeksel zich bij voorkeur in de tangentiële richting uit.By providing a protrusion on a first pin, this pin, when inserted into a hole of a fastening element, is kept at a distance from at least a part of the peripheral wall of the hole, or, in other words, a gap is formed between the peripheral wall of the hole in the mounting element and the protrusion and the first pin of the device, which reduces the risk of wear in the mounting element. Since the forces exerted on the fastening element by the device are generally highest in the direction of rotation and the risk of wear here is therefore highest, the protrusion preferably extends in the tangential direction.

Bovendien bestaat de mogelijkheid om, wanneer het uitsteeksel harder is dan het in tangentiële richting aangrenzende deel van het bevestigingselement waarin de eerste pen gestoken is, een deel van dit materiaal weg- of samen te drukken of snijden, waardoor de eerste pen en daarmee de inrichting steviger in het bevestigingselement ligt. Hierdoor is het ook mogelijk om parallel aan de rotatieas een trekkracht uit te oefenen terwijl de kans kleiner is dat de inrichting uit het bevestigingselement daarbij losschiet. Een zich in tangentiële richting uitstrekkend uitsteeksel zorgt ervoor dat het uitsteeksel zich bij draaiing rondom de rotatieas vastgrijpt.Moreover, if the protrusion is harder than the tangentially adjacent part of the fastening element into which the first pin is inserted, it is possible to squeeze or cut away part of this material, whereby the first pin and hence the device more firmly in the mounting element. As a result, it is also possible to exert a tensile force parallel to the axis of rotation, while the chance of the device coming loose from the fastening element is smaller. A protrusion extending in tangential direction ensures that the protrusion grips around the axis of rotation during rotation.

Plaatsing van het uitsteeksel aan het tweede uiteinde van de eerste pen is daarbij voordelig omdat het uitsteeksel hierbij eerder in het gat zal steken dan wanneer het uitsteeksel slechts nabij het tweede uiteinde is aangebracht. Hierdoor ligt de eerste pen en daarmee de inrichting stabieler in het gat.Placing the protrusion on the second end of the first pin is advantageous here because the protrusion will stick in the hole earlier than when the protrusion is only provided near the second end. As a result, the first pin and thus the device lie more stable in the hole.

Het aantal pennen is bij voorkeur twee of meer dan twee. Voorkeur heeft een aantal pennen kleiner dan zes, omdat gebruik van meer pennen de omvang van de inrichting en het daarmee gebruikte bevestigingselement zou vergroten en/of de afmetingen van de pennen dusdanig zou verkleinen dat deze instabiel worden en sneller afbreken.The number of pins is preferably two or more than two. Preference is given to a number of pins smaller than six, because the use of more pins would increase the size of the device and the fixing element used therewith and / or reduce the dimensions of the pins in such a way that they become unstable and break down more quickly.

Bij voorkeur is aan de eerste pen eveneens in tangentiële richting in het verlengde van het uitsteeksel maar dan aan de andere kant van de rotatieas naast het (eerste) uitsteeksel ook een verder uitsteeksel met bij voorkeur dezelfde eigenschappen als het eerste uitsteeksel bevestigd. Bij voorkeur is of zijn aan meerdere of zelfs elk van de pennen een of meerdere al dan niet aan het (eerste) uitsteeksel gelijke uitsteeksels bevestigd. Het is dus mogelijk dat alle hiervoor en in het vervolg aan de eerste pen toegekende eigenschappen ook van toepassing zijn op de andere pennen.Preferably, a further protrusion with preferably the same properties as the first protrusion is also attached to the first pin also in tangential direction in line with the protrusion but then on the other side of the axis of rotation in addition to the (first) protrusion. Preferably, one or more protrusions, whether or not attached to the (first) protrusion, are attached to several or even each of the pins. It is therefore possible that all the properties assigned to the first pin in the foregoing and in the following also apply to the other pins.

Het lichaam kan bijvoorbeeld een stift omvatten en/of een handvat en kan bijvoorbeeld langwerpig zijn, met de lengterichting parallel aan de rotatieas.The body can for instance comprise a pin and / or a handle and can for instance be elongated, with the longitudinal direction parallel to the axis of rotation.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is het vrije uiteinde van het uitsteeksel spits.In a first preferred embodiment of the device according to the invention, the free end of the protrusion is pointed.

Een spits, mogelijk ook wel bekend als scherp of puntig uiteinde verkleint het raakoppervlak van de inrichting met de omtrekswand van de gat waarin de inrichting is gestoken, en maakt het daarmee makkelijker om materiaal weg-of samen te drukken of snijden ten opzichte van uitsteeksels met een relatief groot raakoppervlak. Dit spitse uiteinde ligt bij voorkeur aan het tweede uiteinde van de eerste pen.A pointed, possibly also known as a sharp or pointed end, reduces the contact surface of the device with the peripheral wall of the hole into which the device is inserted, and thus makes it easier to squeeze or compress material with respect to protrusions with a relatively large contact area. This pointed end is preferably located at the second end of the first pin.

In een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding omvat de eerste pen een penas, heeft het uitsteeksel de vorm van een afgeplatte met de penas coaxiale kegel, welke kegel uitloopt richting het tweede uiteinde van de eerste pen.In a second preferred embodiment of the device according to the invention, the first pin comprises a pin axis, the protrusion has the shape of a flattened cone coaxial cone with the pin axis, which cone extends towards the second end of the first pin.

Doordat het uitsteeksel aan alle kanten van de eerste pen uitsteekt, en dus een zich haaks op de penas uitstrekkende flens vormt, wordt de omtrekswand van het gat waarin de eerste pen steekt aan alle kanten op afstand gehouden van de eerste pen, waardoor de kans op slijtage verder vermindert. Bovendien vereenvoudigt het gebruik, omdat de inrichting minder precies in het gat van een bevestigingselement geplaatst hoeft te worden. De vorm van een afgeplatte met de penas coaxiale kegel heeft daarbij het verdere voordeel dat de inrichting hierdoor makkelijker en daarmee goedkoper te produceren is. Bovendien reduceert dit de kans op verwondingen aan de inrichting. In een bijzonder voordelige uitvoering loopt de kegelvorm daarbij uit naar het vrije spitse uiteinde van het uitsteeksel.Because the protrusion protrudes on all sides of the first pin, and thus forms a flange extending perpendicularly to the pin axis, the circumferential wall of the hole into which the first pin protrudes is kept at all sides at a distance from the first pin, so that the risk of further reduces wear. Moreover, the use is simplified because the device needs to be placed less precisely in the hole of a fastening element. The shape of a flattened cone coaxial with the pin axis has the further advantage that the device is hereby easier and therefore cheaper to produce. Moreover, this reduces the risk of injury to the device. In a particularly advantageous embodiment, the conical shape then extends to the free pointed end of the protrusion.

In een derde voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding liggen de tweede uiteinden van de pennen in hoofdzaak in een vlak haaks op de rotatieas.In a third preferred embodiment of the device according to the invention, the second ends of the pins lie substantially in a plane perpendicular to the axis of rotation.

Hierdoor liggen de tweede uiteinden op gelijke hoogte in de gaten van het bevestigingselement, hetgeen de stabiliteit van de plaatsing van de inrichting in het bevestigingselement vergroot. Bij voorkeur liggen bovendien ook de eerste uiteinden in een ander vlak parallel aan het vlak waarin de tweede uiteinden liggen, omdat dit de stabiliteit van plaatsing verder vergroot.As a result, the second ends lie at the same height in the holes of the fixing element, which increases the stability of the arrangement of the device in the fixing element. Moreover, the first ends are preferably also lying in a different plane parallel to the plane in which the second ends are located, because this further increases the stability of placement.

Onder in hoofdzaak wordt hierbij onder meer verstaand dat aan de tweede uiteinde bijvoorbeeld ook een halfronde kop kan zijn aangebracht.What is meant here is essentially that, for example, a semicircular head can also be arranged at the second end.

In een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is de dwarsdoorsnede van het lichaam puntsymmetrisch ten opzichte van een op de rotatieas liggend punt.In a fourth preferred embodiment of the device according to the invention, the cross-section of the body is point-symmetrical with respect to a point lying on the axis of rotation.

Een dergelijke niet-ronde dwarsdoorsnede, gezien vanuit een richting parallel aan de rotatieas, maakt het eenvoudiger om de rotatie rondom de rotatieas aan te drijven met een aandrijving zoals een motor van bijvoorbeeld een schroefboormachine.Such a non-circular cross-section, viewed from a direction parallel to the axis of rotation, makes it easier to drive the rotation around the axis of rotation with a drive such as a motor of, for example, a screw-drilling machine.

In een vijfde voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is ten minste een van de pennen ten opzichte van de andere pennen in een richting haaks op de rotatieas verplaatsbaar aan het lichaam bevestigd.In a fifth preferred embodiment of the device according to the invention, at least one of the pins is movably attached to the body relative to the other pins in a direction perpendicular to the axis of rotation.

Door ten minste één of zelfs meerdere of alle van de pennen in een richting haaks op de rotatieas verplaatsbaar te maken ten opzichte van de andere pennen bestaat de mogelijkheid om met één inrichting op verschillende bevestigingselement aan te grijpen.By making at least one or even several or all of the pins displaceable in a direction perpendicular to the axis of rotation with respect to the other pins, it is possible to engage different fixing elements with one device.

In een zesde voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding zijn de pennen in radiale richting op gelijke afstand van de rotatieas aangebracht.In a sixth preferred embodiment of the device according to the invention, the pins are arranged in the radial direction at an equal distance from the axis of rotation.

Plaatsing van de pennen op gelijke afstand van de rotatieas maakt het eenvoudiger om de pennen juist in een bevestigingselement te plaatsen, gegeven dat corresponderend met de locatie van de pennen in het bevestigingselement op gaten zijn aangebracht.Placement of the pins at an equal distance from the axis of rotation makes it easier to correctly place the pins in a mounting element, given that holes corresponding to the location of the pins in the mounting element are provided on holes.

In een zesde voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding zijn de pennen gelijkmatig rondom de rotatieas verdeeld.In a sixth preferred embodiment of the device according to the invention, the pins are evenly distributed around the axis of rotation.

Gelijkmatige verdeling van de pennen maakt het eenvoudiger om de pennen juist in een bevestigingselement te plaatsen, gegeven dat corresponderend met de locatie van de pennen in het bevestigingselement op gaten zijn aangebracht. Dit geldt nog sterker wanneer de pennen in radiale richting op gelijke afstand van de rotatieas zijn aangebracht.Even distribution of the pins makes it easier to correctly place the pins in a mounting element, given that holes corresponding to the location of the pins in the mounting element are provided on holes. This is even more true when the pins are arranged in the radial direction at the same distance from the axis of rotation.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een combinatie van een inrichting volgens de uitvinding en een bevestigingselement, zoals een schroef of bout, welk bevestigingselement omvat: - een lichaam met een as; - rondom het lichaam van een eerste axiaal uiteinde richting een tweede axiaal uiteinde aangebracht schroefdraad; en - een aantal in het tweede axiale uiteinde aangebrachte gaten waarbij de as parallel aan en bij voorkeur coaxiaal met de rotatieas van de inrichting is geplaatst en waarbij de pennen van de inrichting ten minste met de tweede uiteinden in de gaten steken.The invention furthermore relates to a combination of a device according to the invention and a fixing element, such as a screw or bolt, which fixing element comprises: - a body with a shaft; - screw thread arranged around the body of a first axial end towards a second axial end; and - a number of holes arranged in the second axial end, the shaft being arranged parallel to and preferably coaxially with the axis of rotation of the device and wherein the pins of the device protrude into the holes at least with the second ends.

Het schroefdraad kent daarbij een verloop zodanig dat het bevestigingselement ten opzichte van een opening waarin het bevestigingselement geplaatst is bij verdraaiing rondom de as in axiale richting verschuift.The screw thread has a course such that the fastening element shifts in axial direction relative to an opening in which the fastening element is positioned.

Het is daarbij mogelijk dat een deel nabij het tweede axiale uiteinde breder is dan het deel waarop het schroefdraad is aangebracht, om zodoende een kop te vormen.It is thereby possible that a part near the second axial end is wider than the part on which the screw thread is arranged, so as to form a head.

De inrichting en/of het bevestigingselement kunnen bijvoorbeeld van een metaal zijn gemaakt. Tussen de inrichting en het bevestigingselement of als onderdeel van ten minste één van beide kan een magnetisch element zijn aangebracht om de verbinding tussen de inrichting en het bevestigingselement te versterken.The device and / or the fixing element can for instance be made of a metal. A magnetic element may be provided between the device and the mounting element or as part of at least one of the two to strengthen the connection between the device and the mounting element.

De gaten kunnen doorgaande gaten zijn, echter in een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de combinatie volgens de uitvinding is ten minst één gat een blind gat, waarbij een tweede uiteinde van een van de pennen tegen de bodem van het blinde gat aanligt.The holes may be continuous holes, but in a first preferred embodiment of the combination according to the invention, at least one hole is a blind hole, a second end of one of the pins abutting the bottom of the blind hole.

Blinde gaten hebben als voordeel dat de inrichting stabieler in het bevestigingselement kan worden aangebracht. Bij voorkeur zijn daarom alle gaten blinde gaten.Blind holes have the advantage that the device can be arranged in a more stable manner in the fixing element. Preferably, therefore, all holes are blind holes.

In een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de combinatie volgens de uitvinding zijn de pennen en de gaten waarin de pennen steken in de richting van de rotatieas gezien gelij kvormig.In a second preferred embodiment of the combination according to the invention, the pins and the holes into which the pins project in the direction of the axis of rotation are similar.

Gelijkvormigheid, zoals bijvoorbeeld een cilindrische pen in combinatie met een cilindrisch gat waarin de pen steekt, draagt bij aan het gemak om de pennen in de gaten te steken.Conformity, such as, for example, a cylindrical pin in combination with a cylindrical hole into which the pin protrudes, contributes to the ease of inserting the pins into the holes.

In een derde voorkeursuitvoeringsvorm van de combinatie volgens de uitvinding is het tweede axiale uiteinde van het bevestigingselement voorzien is van een met de as coaxiale, met de gaten samenvallende cirkelvormige groef.In a third preferred embodiment of the combination according to the invention, the second axial end of the fixing element is provided with a circular groove coaxial with the axis and coinciding with the holes.

Door aan het tweede axiale uiteinde van het bevestigingselement een cirkelvormige groef te voorzien welke samenvalt met de gaten, is het mogelijk om de pennen eerst in de groef te laten vallen, om vervolgens door rotatie om de as van het lichaam de pennen in de gaten te laten vallen. De afstand van het tweede axiale uiteinde van het lichaam tot de bodem van de groef is derhalve kleiner dan de afstand van het tweede axiale uiteinde van het lichaam tot een eventueel aanwezige bodem van het gat.By providing a circular groove at the second axial end of the fixing element which coincides with the holes, it is possible to first allow the pins to fall into the groove, and then to rotate the pins into the holes by rotation about the axis of the body. drop. The distance from the second axial end of the body to the bottom of the groove is therefore smaller than the distance from the second axial end of the body to any bottom of the hole.

Overigens is het daarbij ook mogelijk dat de groef slechts een gedeelte van de cirkelvorm doorloopt, bijvoorbeeld dat de groef bestaat uit twee gescheiden boogvormige groefdelen, welke groefdelen elk met een uiteinde samenvallen met een gat.Incidentally, it is also possible that the groove only extends through a part of the circular shape, for example that the groove consists of two separate arcuate groove parts, which groove parts each coincide with one end with a hole.

Het aan de tweede uiteinden van de pennen voorzien van een halfronde kop is hierbij voordelig, omdat de pennen hierdoor makkelijker in de groef vallen.Providing a semicircular head at the second ends of the pins is advantageous here, as the pins hereby fall more easily into the groove.

In een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van de combinatie volgens de uitvinding is de hardheid van het uitsteeksel van de inrichting hoger dan de hardheid van het in tangentiële richting aan het uitsteeksel grenzende deel van het bevestigingselement.In a fourth preferred embodiment of the combination according to the invention, the hardness of the protrusion of the device is higher than the hardness of the part of the fastening element adjacent the protrusion in tangential direction.

Dit maakt het makkelijker om met het uitsteeksel het aan het uitsteeksel grenzende deel van het bevestigingselement weg- of samen te drukken of snijden.This makes it easier with the protrusion to squeeze or cut away the part of the fastening element adjacent to the protrusion.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een bevestigingselement, zoals een schroef of bout, welk bevestigingselement omvat: - een lichaam met een as; - rondom het lichaam van een eerste axiaal uiteinde richting een tweede axiaal uiteinde aangebracht schroefdraad; en - een aantal in het tweede axiale uiteinde aangebrachte gaten waarbij het tweede axiale uiteinde van het bevestigingselement voorzien is van een met de as coaxiale, met de gaten samenvallende cirkelvormige groef.The invention further relates to a fastening element, such as a screw or bolt, which fastening element comprises: - a body with a shaft; - screw thread arranged around the body of a first axial end towards a second axial end; and a number of holes provided in the second axial end, the second axial end of the fixing element being provided with a circular groove coaxial with the holes and coinciding with the holes.

Deze en andere aspecten van de uitvinding worden verder toegelicht aan de hand van de bijgaande tekeningen.These and other aspects of the invention are further elucidated with reference to the accompanying drawings.

Figuur 1 toont een dwarsdoorsnede van een een combinatie volgens de uitvinding.Figure 1 shows a cross-section of a combination according to the invention.

Figuur 2 toont een doorsnede van de combinatie volgens figuur 1 langs de lijn II-II.Figure 2 shows a cross-section of the combination according to Figure 1 along the line II-II.

Figuur 3 toont in dwarsdoorsnede een bevestigingselement volgens de uitvinding.Figure 3 shows a fastening element according to the invention in cross-section.

Figuur 4 toont in bovenaanzicht het bevestigingselement volgens figuur 3.Figure 4 shows the mounting element according to Figure 3 in top view.

Figuur 5 toont de schroevendraaier volgens de combinatie volgens figuur 1.Figure 5 shows the screwdriver according to the combination according to Figure 1.

Figuur 6 toont een dwarsdoorsnede van de combinatie volgens figuur 1.Figure 6 shows a cross-section of the combination according to Figure 1.

Figuur 7 toont in dwarsdoorsnede en lengtedoorsnede een eerste variant op een pen voor een inrichting volgens de uitvinding.Figure 7 shows in cross section and longitudinal section a first variant of a pin for a device according to the invention.

Figuur 8 toont in dwarsdoorsnede en lengtedoorsnede een tweede variant op een pen voor een inrichting volgens de uitvinding.Figure 8 shows in cross section and longitudinal section a second variant of a pin for a device according to the invention.

Figuur 9 toont in dwarsdoorsnede en lengtedoorsnede een derde variant op een pen voor een inrichting volgens de uitvinding.Figure 9 shows in cross-section and longitudinal section a third variant of a pin for a device according to the invention.

In figuren 1 en 2 zijn een schroef 1 en een schroevendraaier 2 getoond. Schroef 1 omvat een as 3 met een eerste axiaal uiteinde 4 en een tweede axiaal uiteinde 5. Schroef 1 is vanaf het eerste axiale uiteinde 4 richting het tweede axiaal uiteinde 5 voorzien van rondom schroef 1 aangebracht schroefdraad 6. In de schroef zijn twee op gelijke afstand van as 3 en gelijk rondom as 3 verdeelde blinde gaten 7, 8 met bodems 9, 10 en omtrekswanden 11, 12 aangebracht. Schroevendraaier 2 heeft twee pennen 20, 21 met een penas 22, 23, welke pennen 20, 21 met eerste uiteinden 24, 25 bevestigd zijn aan lichaam 26, en welke met tweede uiteinden 27, 28 liggen tegen de bodems 9, 10 van gaten 7, 8. Tussen de pennen 20, 21 loopt een met as 3 coaxiale rotatieas 29, ten opzichte van welke rotatieas 29 de pennen voorzien van een zich in tangentiële richting uitstekend uitsteeksel 30, 31 welk de vorm heeft van afgeplatte met penassen 22, 23 coaxiale kegels die uitlopen richting tweede uiteinden 27, 28 uiteinden van pennen 20, 21. De pennen 20, 21 kunnen ten opzichte van elkaar en/of ten opzichte van de rotatieas 29 haaks op de rotatieas 29 verplaatsbaar zijn. In figuur 5 is getoond dat het lichaam 26 een meerhoekig en gezien langs de rotatieas 29 puntsymmetrisch lichaam is voor de bevestiging aan een schroefboormachine. Alternatief is bevestiging aan een handvat zoals bijvoorbeeld bekend uit US 4164967 A.Figures 1 and 2 show a screw 1 and a screwdriver 2. Screw 1 comprises a shaft 3 with a first axial end 4 and a second axial end 5. From the first axial end 4 towards the second axial end 5, screw 1 is provided with a screw thread 6 arranged around screw 1. arranged at a distance from axis 3 and blind holes 7, 8 with bases 9, 10 and circumferential walls 11, 12 distributed equally around axis 3. Screwdriver 2 has two pins 20, 21 with a pin shaft 22, 23, which pins 20, 21 with first ends 24, 25 are attached to body 26, and which with second ends 27, 28 lie against the bottoms 9, 10 of holes 7 8. A rotation axis 29 coaxial with axis 3 runs between the pins 20, 21, with respect to which rotation axis 29 the pins are provided with a protrusion 30, 31 protruding in tangential direction, which shape is flattened with pin axes 22, 23 cones extending towards second ends 27, 28 ends of pins 20, 21. The pins 20, 21 can be displaced perpendicular to the axis of rotation 29 relative to each other and / or relative to the axis of rotation 29. Figure 5 shows that the body 26 is a polygonal and point-symmetrical body viewed along the axis of rotation 29 for attachment to a screw-drilling machine. Alternatively, attachment to a handle is known, for example, from US 4164967 A.

Figuren 3 en 4 tonen een variant 100 op de schroef 1, waarbij gelijke delen met gelijke cijfers zijn aangegeven. Ten opzichte van de schroef 1 verschilt de schroef 100 in de zin dat naast gaten 107, 108 in het tweede axiale uiteinde 105 ook een met de gaten 107, 108 samenvallende cirkelvormige groef 132, waarvan de bodem 133 minder diep ligt dan de bodems 109, 110 van gaten 107, 108.Figures 3 and 4 show a variant 100 on the screw 1, wherein equal parts are indicated with the same numerals. The screw 100 differs from the screw 1 in that in addition to holes 107, 108 in the second axial end 105 also a circular groove 132 coinciding with holes 107, 108, the bottom 133 of which is less deep than the bottoms 109, 110 of holes 107, 108.

In figuur 6 is getoond hoe pen 20 met uitsteeksel 30 de omtrekswand 11 samendrukt op het moment van rotatie van de pen 20 rondom rotatieas 29, waardoor pen 20 wordt verplaatst in tangentiële richting Θ.Figure 6 shows how pin 20 with protrusion 30 compresses the peripheral wall 11 at the moment of rotation of the pin 20 around axis of rotation 29, whereby pin 20 is displaced in tangential direction Θ.

In figuren 7 tot en met 9 zijn een aantal varianten 200, 300, 400 op de inrichting volgens de uitvindingen getoond. Ten opzichte van de eerder getoonde varianten is in variant 200 de pen 201 voorzien van een niet-spits rondlopend uitsteeksels 202 dat niet afgeplat kegelvormig uitloopt vanaf pen 201. In variant 300 is de pen 301 voorzien van spitse uitsteeksels 302, 303 die niet rondom de gehele omtrek van de pen 301 uitsteken. In variant 400 is de pen 401 slechts aan één kant voorzien van een spits uitsteeksel 402. De varianten 300, 400 dienen in een schroef 1 geplaatst te worden zodanig dat uitsteeksels 302 of 303 respectievelijk 402 in tangentiële richting tegen een omtrekswand 11, 12 van een gat van schroef 1 ligt.Figures 7 to 9 show a number of variants 200, 300, 400 on the device according to the inventions. In comparison with the variants shown earlier, in variant 200 the pin 201 is provided with a non-pointed circumferential protrusion 202 which runs non-flattened conically from pin 201. In variant 300 the pin 301 is provided with pointed protrusions 302, 303 which are not around the protrude the entire circumference of the pin 301. In variant 400, the pin 401 is provided on one side only with a pointed protrusion 402. The variants 300, 400 must be placed in a screw 1 such that protrusions 302 or 303 or 402 tangentially against a circumferential wall 11, 12 of a hole of screw 1.

Vanzelfsprekend is het ook mogelijk om bij de inrichting per pen een verschillende vormgeving te kiezen, bijvoorbeeld door één pen vorm te geven als pen 20 (de eerste pen) en een andere pen vorm te geven als een meer traditionele pen zoals bekend uit US 4164967 A.It is of course also possible to choose a different design per pin in the device, for example by designing one pin as pin 20 (the first pin) and shaping another pin as a more traditional pin as known from US 4164967 A .

Claims (14)

1. Inrichting voor het aangrijpen op een bevestigingselement, zoals een schroef of een bout, welke inrichting omvat: - een lichaam; - een aantal pennen, elk met een eerste en een tweede uiteinde, welke pennen zich langs elkaar en parallel aan een tussen de pennen lopende rotatieas uitstrekken naar de tweede vrije uiteinden en welke pennen met de eerste uiteinden aan het lichaam zijn aangebracht met het kenmerk dat nabij en bij voorkeur aan het tweede uiteinde van ten minste een eerste pen van de pennen een uitsteeksel bevestigd is, welk uitsteeksel zich van de eerste pen ten opzichte van de rotatieas in tangentiële richting uitstrekt.Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, which device comprises: - a body; - a number of pins, each with a first and a second end, which pins extend alongside each other and parallel to an axis of rotation running between the pins to the second free ends and which pins are arranged with the first ends on the body, characterized in that a protrusion is fixed near and preferably at the second end of at least a first pin of the pins, which protrusion extends tangentially from the first pin relative to the axis of rotation. 2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het vrije uiteinde van het uitsteeksel spits is.Device as claimed in claim 1, wherein the free end of the protrusion is pointed. 3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de eerste pen een penas omvat, en waarbij het uitsteeksel de vorm heeft van een afgeplatte met de penas coaxiale kegel, welke kegel uitloopt richting het tweede uiteinde van de eerste pen.Device as claimed in claim 1 or 2, wherein the first pin comprises a pin axis, and wherein the protrusion has the shape of a flattened cone coaxial cone, which cone extends towards the second end of the first pin. 4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de tweede uiteinden van de pennen in hoofdzaak in een vlak liggen haaks op de rotatieas.Device as claimed in claim 1, 2 or 3, wherein the second ends of the pins lie substantially in a plane perpendicular to the axis of rotation. 5. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de dwarsdoorsnede van het lichaam puntsymmetrisch is ten opzichte van een op de rotatieas liggend punt.Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the cross-section of the body is point-symmetrical with respect to a point lying on the axis of rotation. 6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste een van de pennen ten opzichte van de andere pennen in een richting haaks op de rotatieas verplaatsbaar aan het lichaam is bevestigd.Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein at least one of the pins is movably fixed to the body relative to the other pins in a direction perpendicular to the axis of rotation. Ί. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de pennen in radiale richting op gelijke afstand van de rotatieas zijn aangebracht.Ί. Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the pins are arranged in the radial direction at an equal distance from the axis of rotation. 8. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de pennen gelijkmatig rondom de rotatieas zijn verdeeld.Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the pins are evenly distributed around the axis of rotation. 9. Combinatie van een inrichting volgens een van de voorgaande conclusies en een bevestigingselement, zoals een schroef of bout, welk bevestigingselement omvat: - een lichaam met een as; - rondom het lichaam van een eerste axiaal uiteinde richting een tweede axiaal uiteinde aangebracht schroefdraad; en - een aantal in het tweede axiale uiteinde aangebrachte gaten waarbij de as parallel aan en bij voorkeur coaxiaal met de rotatieas van de inrichting is geplaatst en waarbij de pennen van de inrichting ten minste met de tweede uiteinden in de gaten steken.A combination of a device according to any one of the preceding claims and a fastening element, such as a screw or bolt, which fastening element comprises: - a body with a shaft; - screw thread arranged around the body of a first axial end towards a second axial end; and - a number of holes arranged in the second axial end, the shaft being arranged parallel to and preferably coaxially with the axis of rotation of the device and wherein the pins of the device protrude into the holes at least with the second ends. 10. Combinatie volgens conclusie 9, waarbij is ten minst één gat een blind gat, en waarbij een tweede uiteinde van een van de pennen tegen de bodem van het blinde gat aanligt.The combination of claim 9, wherein at least one hole is a blind hole, and wherein a second end of one of the pins abuts the bottom of the blind hole. 11. Combinatie volgens conclusie 9 of 10, waarbij de pennen en de gaten waarin de pennen steken in de richting van de rotatieas gezien gelijkvormig zijn.11. Combination as claimed in claim 9 or 10, wherein the pins and the holes into which the pins project in the direction of the axis of rotation are similar. 12. Combinatie volgens conclusie 9, 10 of 11, waarbij het tweede axiale uiteinde van het bevestigingselement voorzien is van een met de as coaxiale, met de gaten samenvallende cirkelvormige groef.12. Combination as claimed in claim 9, 10 or 11, wherein the second axial end of the fixing element is provided with a circular groove coaxial with the axis and coinciding with the holes. 13. Combinatie volgens een van de conclusies 9 tot en met 12, waarbij de hardheid van het uitsteeksel van de inrichting hoger is dan de hardheid van het in tangentiële richting aan het uitsteeksel grenzende deel van het bevestigingselement.A combination according to any of claims 9 to 12, wherein the hardness of the protrusion of the device is higher than the hardness of the part of the fastening element adjacent the protrusion in tangential direction. 14. Bevestigingselement, zoals een schroef of bout, welk bevestigingselement omvat: - een lichaam met een as; - rondom het lichaam van een eerste axiaal uiteinde richting een tweede axiaal uiteinde aangebracht schroefdraad; en - een aantal in het tweede axiale uiteinde aangebrachte gaten met het kenmerk dat het tweede axiale uiteinde van het bevestigingselement voorzien is van een met de as coaxiale, met de gaten samenvallende cirkelvormige groef.A fastening element, such as a screw or bolt, which fastening element comprises: - a body with a shaft; - screw thread arranged around the body of a first axial end towards a second axial end; and - a number of holes arranged in the second axial end, characterized in that the second axial end of the fixing element is provided with a circular groove coaxial with the holes and coinciding with the holes.
NL2020247A 2018-01-09 2018-01-09 Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element. NL2020247B1 (en)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020247A NL2020247B1 (en) 2018-01-09 2018-01-09 Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element.
PCT/NL2018/050890 WO2019139471A1 (en) 2018-01-09 2018-12-27 Device for engaging a fastening element such as a screw or a bolt
EP18842671.2A EP3737532A1 (en) 2018-01-09 2018-12-27 Device for engaging a fastening element such as a screw or a bolt

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020247A NL2020247B1 (en) 2018-01-09 2018-01-09 Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2020247B1 true NL2020247B1 (en) 2019-07-15

Family

ID=61581682

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2020247A NL2020247B1 (en) 2018-01-09 2018-01-09 Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP3737532A1 (en)
NL (1) NL2020247B1 (en)
WO (1) WO2019139471A1 (en)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2313168A (en) * 1996-05-17 1997-11-19 Benjamin Charles Lynes Security fasteners
US20070212190A1 (en) * 2006-01-20 2007-09-13 Monday John S Low profile fastening system
US20120312130A1 (en) * 2011-06-08 2012-12-13 Jason Bauer Fasteners and fastening systems

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4164967A (en) 1978-03-27 1979-08-21 Breuers Konrad K Screwdriver
DE3537141A1 (en) 1985-10-18 1987-04-23 Thomas Siebker Screw-screwdriver system with conical groove

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2313168A (en) * 1996-05-17 1997-11-19 Benjamin Charles Lynes Security fasteners
US20070212190A1 (en) * 2006-01-20 2007-09-13 Monday John S Low profile fastening system
US20120312130A1 (en) * 2011-06-08 2012-12-13 Jason Bauer Fasteners and fastening systems

Also Published As

Publication number Publication date
WO2019139471A1 (en) 2019-07-18
EP3737532A1 (en) 2020-11-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1273272B1 (en) Fixing device for bone portions
JP2800066B2 (en) Apparatus for joining at least two members
HU225124B1 (en) Tool joint
US8549963B2 (en) Torque socket
TWI385312B (en) Drive system
NL8001307A (en) DRILL / SOCKET KEY COMBINATION.
US20070217887A1 (en) Screw
US8043196B1 (en) Jump rope assembly having enhanced strength
EP2829489A1 (en) Snap fastener
WO1997037605A1 (en) Cap for locking a member into a groove
CA2813658C (en) Screw head and tool for use therewith
US10399207B2 (en) Polishing brush
NL2020247B1 (en) Device for engaging a fastening element, such as a screw or a bolt, combination of the device and the fastening element, and a fastening element.
US20180283436A1 (en) Screw insert and tool for use with screw insert
CA2790954A1 (en) Drive formation for a rotary drive
EP3885072A1 (en) Screwdriver for threaded plug and tightening device
EP1248003A3 (en) Thread forming screw
US11067113B2 (en) Screw insert and tool for use with screw insert
CA3158856A1 (en) Screw drive
US20220161402A1 (en) Screw Remover
EP3828395A1 (en) Threaded plug and protective element for a plug
US20040110109A1 (en) Device for relocating a lower jaw relative to an upper jaw
EP2822782B1 (en) Self-locking nipple for wheel spoke and method and apparatus for manufacturing same
NL1004912C2 (en) Improved hub brake for a bicycle
JP6712416B2 (en) External fixator

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20240201