NL2020062B1 - OPPLOOIBAAR UITSTALREK MET SCHARNIERENDE EN TELESCOPISCH INGERICHTE ZlJWANDEN EN WERKWIJZE VOOR HET UITSTALLEN ERVAN - Google Patents
OPPLOOIBAAR UITSTALREK MET SCHARNIERENDE EN TELESCOPISCH INGERICHTE ZlJWANDEN EN WERKWIJZE VOOR HET UITSTALLEN ERVAN Download PDFInfo
- Publication number
- NL2020062B1 NL2020062B1 NL2020062A NL2020062A NL2020062B1 NL 2020062 B1 NL2020062 B1 NL 2020062B1 NL 2020062 A NL2020062 A NL 2020062A NL 2020062 A NL2020062 A NL 2020062A NL 2020062 B1 NL2020062 B1 NL 2020062B1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- shelf
- display rack
- side walls
- shelves
- sidewalls
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47F—SPECIAL FURNITURE, FITTINGS, OR ACCESSORIES FOR SHOPS, STOREHOUSES, BARS, RESTAURANTS OR THE LIKE; PAYING COUNTERS
- A47F5/00—Show stands, hangers, or shelves characterised by their constructional features
- A47F5/10—Adjustable or foldable or dismountable display stands
- A47F5/108—Adjustable or foldable or dismountable display stands adapted for regular, e.g. daily, transport, filled with articles to a display area
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47B—TABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
- A47B31/00—Service or tea tables, trolleys, or wagons
- A47B31/04—Service or tea tables, trolleys, or wagons foldable
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47B—TABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
- A47B43/00—Cabinets, racks or shelf units, characterised by features enabling folding of the cabinet or the like
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47B—TABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
- A47B45/00—Cabinets, racks or shelf units, characterised by features enabling enlarging in height, length, or depth
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47B—TABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
- A47B87/00—Sectional furniture, i.e. combinations of complete furniture units, e.g. assemblies of furniture units of the same kind such as linkable cabinets, tables, racks or shelf units
- A47B87/02—Sectional furniture, i.e. combinations of complete furniture units, e.g. assemblies of furniture units of the same kind such as linkable cabinets, tables, racks or shelf units stackable ; stackable and linkable
- A47B87/0207—Stackable racks, trays or shelf units
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62B—HAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
- B62B3/00—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
- B62B3/02—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving parts being adjustable, collapsible, attachable, detachable or convertible
- B62B3/022—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving parts being adjustable, collapsible, attachable, detachable or convertible folding down the body to the wheel carriage or by retracting projecting parts
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62B—HAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
- B62B3/00—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
- B62B3/02—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving parts being adjustable, collapsible, attachable, detachable or convertible
- B62B3/025—Foldable roll containers
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62B—HAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
- B62B3/00—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
- B62B3/14—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor characterised by provisions for nesting or stacking, e.g. shopping trolleys
- B62B3/16—Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor characterised by provisions for nesting or stacking, e.g. shopping trolleys vertically stackable
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62B—HAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
- B62B2206/00—Adjustable or convertible hand-propelled vehicles or sledges
- B62B2206/06—Adjustable or convertible hand-propelled vehicles or sledges adjustable in height
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Transportation (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Display Racks (AREA)
Abstract
De uitvinding betreft een uitstalrek, een kit, en een werkwijze voor het uitstallen van goederen. Het uitstalrek omvat een compacte en één of meerdere uitgestalde toestanden. Het uitstalrek omvat planken, die kunnen ondersteund worden door scharnierbaar bevestigde, schuifbaar aangehechte, en telescopisch ingerichte zijwanden. De kit omvat een uitstalrek en een reclamewand voor het uitstalrek. De methode betreft het spatiëren van twee planken door middel van twee zijwanden door het uitoefenen van een kracht op één van beide planken en het scharnieren en schuiven van de zijwanden tot een positie in essentie loodrecht op beide planken.
Description
TECHNI SCH DOMEIN De uitvinding heeft betrekking op een uitstalrek en een werkwijze voor het uitstallen van goederen. Het uitstalrek heeft een opgeplooide toestand en één of meerdere uitgestalde toestanden. De uitvinding correspondeert met IPC A47B 43/00 en IPC A47B 45/00.
STAND DER TECHNIEK WO 2011/104 623 beschrijft een telescopische uitstalstructuur met meerdere kolommen, die elk ten minste twee holle delen hebben, waarbij een gedeelte van het tweede deel in het eerste deel kan schuiven. De uitstalstructuur omvat kaders voor legplanken die gespatieerd worden door middel van de kolommen. Doordat de kolommen holle delen omvatten met een minimale lengte, kunnen de kaders niet tot tegen elkaar geschoven worden wat geen optimale compactheid oplevert voor het transport van de uitstalstructuur. Verder omvat de uitstalstructuur geen variabel aantal uitstalbare kaders en/of legplanken omdat de minimale lengte van de holle delen een niet te verwaarlozen minimale spatiéring van de kaders inhoudt. Verder vergt het opbouwen van de uitstalstructuur het simultaan trekken aan een eerste kader, het tegenhouden van een tweede kader, en het induwen van meerdere aanhechtingselementen voor het telescopisch uittrekken van de kolommen. Deze combinatie van handelingen is voor een enkele persoon moeilijk of onmogelijk uit te voeren. Verder kunnen objecten ook gemakkelijk door de zijwanden van de uitstalstructuur vallen. De zijwanden omvatten immers geen middel voor het steunen van bv. rechtopstaande boeken.
CN 103 239 074 beschrijft een draagbaar en vouwbaar goederenrek dat een rechthoekig frame omvat. Het rechthoekige frame omvat vier kolommen, een basisplaat omvattende doorgaande gaten in de vier hoeken, en bevestigingsklemmen. De kolommen zijn metalen verbindingsstangen die kunnen in- en uitschuiven.
Het goederenrek omvat legplanken die kunnen gespatieerd worden door middel van de kolommen. Doordat de kolommen uitschuiibare delen omvatten met een minimale lengte, kunnen de legplanken niet tot tegen elkaar geschoven worden wat geen optimale compactheid oplevert voor het transport van de uitstalstructuur. Verder omvat het goederenrek ook geen variabel aantal uitstalbare legplanken. Verder kunnen objecten ook gemakkelijk door de zijvlakken van het goederenrek vallen. De zijvlakken omvatten immers geen middel voor het steunen van bv. rechtopstaande boeken.
US 8 256 630 beschrijft een kaderstructuur met twee zijpanelen en een vouwbaar kader gekoppeld aan de zijpanelen voor het vouwen tussen een uitgestalde en een opgevouwde toestand. Het vouwbaar kader omvat een verbindingsstuk gedragen tussen de zijpanelen, een schuifbaar scharnierpunt schuifbaar gekoppeld met het verbindingsstuk, en twee vouwbare armen die het verbindingsstuk met de zijpanelen verbinden. Elk van de vouwbare armen heeft een bovenuiteinde scharnierbaar gekoppeld met het schuifbaar scharnierpunt en een onderuiteinde scharnierbaar gekoppeld met een zijpaneel.
De kaderstructuur omvat geen variabel aantal uitstalbare legplanken. De afstand tussen de legplanken kan bovendien niet ingesteld worden.
De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor ten minste enkele van bovenvermelde problemen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING In een eerste aspect betreft de uitvinding een uitstalrek voor het uitstallen van goederen. Het uitstalrek omvat een eerste plank, een tweede plank, en een paar van telescopisch ingerichte zijwanden. Het uitstalrek is geconfigureerd voor scharnierbare bevestiging van de zijwanden aan de eerste plank en schuifbare aanhechting van de zijwanden aan de tweede plank.
In een voorkeursuitvoering omvat elk van de zijwanden een onderrand en een bovenrand. De zijwanden zijn geconfigureerd voor het ondersteunen van de tweede plank. De eerste plank is ingericht voor het scharnierend bevestigen van beide onderranden van het paar van zijwanden. De tweede plank is ingericht voor het schuifbaar aanhechten van beide bovenranden van het paar van zijwanden. Elk van de zijwanden is telescopisch ingericht voor het instellen van minstens twee verschillende afstanden tussen de onderrand en de bovenrand.
in een voorkeursuitvoering omvat het paar van aan de eerste plank scharnierend bevestigde en aan de tweede plank schuifbaar aangehechte zijwanden een steuntoestand, waarbij de zijwanden in essentie loodrecht staan op beide planken.
Bij voorkeur is het paar van zijwanden vanuit de steuntoestand inklapbaar naar elkaar toe.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een kit omvattende een uitstalrek volgens het eerste aspect van de uitvinding en een behuizing voor het uitstalrek. Het uitstalrek omvat een beoogde opstelling. De kit is ingericht voor het bevestigen van de behuizing aan het uitstalrek in de beoogde opstelling. De behuizing omvat een reclamewand geschikt voor het minstens gedeeltelijk afdekken van de planken en/of de zijwanden van het uitstalrek in de beoogde opstelling. De reclamewand van de bevestigde behuizing is verder geconfigureerd voor het nemen van producten van minstens één van de planken.
In een derde aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het spatiëren van een eerste en een tweede plank voor het uitstallen van goederen. Er worden twee zijwanden voorzien voor het gespatieerd ondersteunen van de tweede plank op de eerste plank. De tweede plank is initieel gepositioneerd op de eerste plank. De zijwanden zijn hierbij gepositioneerd tussen de eerste plank en de tweede plank, en substantieel parallel aan beide planken. Elk van de zijwanden omvat een eerste en een tweede rand. Er wordt een opwaartse kracht uitgeoefend op de tweede plank. Daarbij wordt voor minstens één van de zijwanden: a. de eerste rand in essentie evenwijdig aan het oppervlak van één van beide planken geschoven; en/of b. de zijwand rond een rotatieas geroteerd, waarbij de rotatieas in essentie coaxiaal is met de tweede rand en in essentie evenwijdig aan een oppervlak van één van beide planken; en/of c. de afstand tussen de eerste en de tweede rand veranderd. De uitvinding is voordelig omwille van verschillende redenen.
Vooreerst omvat het uitstalrek een compacte transporttoestand waarbij alle planken in essentie op elkaar gestapeld zijn en de paren van zijwanden zich tussen de planken in bevinden. Hierbij wordt de minimale omvang van de transporttoestand in essentie bepaald door de dikte van de planken. Een tweede voordeel betreft het gemak van het overgaan van de transporttoestand naar een uitgestalde toestand. Doordat een paar van zijwanden scharnierbaar bevestigd is aan een onderliggende (eerste) plank en schuifbaar aangehecht is aan een bovenliggende (tweede) plank, worden, wanneer de bovenliggende plank op de onderliggende plank ligt, door het uitoefenen van een opwaartse kracht op de bovenliggende plank de zijwanden automatisch mee rechtgetrokken. Een paar handen van een enkele operator volstaat hierbij om de bovenliggende plank op te heffen. Een derde voordeel betreft de aanwezigheid van zijwanden. Deze kunnen het vallen van voorwerpen uit het rek helpen tegengaan. Verder omvat de kit een behuizing die nog meer zijvlakken kan afschermen voor het verder tegengaan van het vallen van voorwerpen uit het rek. Een vierde voordeel betreft de aanpasbaarheid van de afstand tussen de verschillende planken door de telescopisch ingerichte zijwanden.
BESCHRIJVING VAN DE FI GUREN Figuren 1, 2, 3, 4, 7, 9, 10 en 12 zijn schematische voorstellingen van uitvoeringsvormen van uitstalrekken en/of werkwijzen volgens de huidige uitvinding. Figuur 5 is een detailvoorstelling van verschillende componenten van een eerste uitvoeringsvorm van een uitstalrek volgens de huidige uitvinding. Figuren 11 en 13 zijn detailvoorstellingen van verschillende componenten van een tweede uitvoeringsvorm van een uitstalrek volgens de huidige uitvinding. Figuren 6 en 14 zijn schematische voorstellingen van uitvoeringsvormen van een kit volgens de huidige uitvinding, omvattende een uitstalrek en een behuizing.
Figuren 8 en 17 zijn schematische voorstellingen van compacte transportwijzen van meerdere uitstalrekken volgens de huidige uitvinding.
Figuur 15 is een detailvoorstelling van een uitvoeringsvorm van een uitstalrek volgens de huidige uitvinding omvattende een koelinstallatie. Figuur 16 toont een detailvoorstelling van verschillende componenten van een 5 koelinstallatie voor een uitvoeringsvorm van een uitstalrek volgens de huidige uitvinding.
GEDETAI LLEERDE BESCHRIJVING De uitvinding betreft een uitstalrek, een kit, en een werkwijze voor het uitstallen van goederen. In de gedetailleerde beschrijving worden de drie aspecten volgens de huidige uitvinding nader toegelicht aan de hand van voorkeursuitvoeringen, figuren, en voorbeelden.
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technisch en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.
“Een”, “de” en “het” refereren in dit document naar zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
Wanneer “ongeveer” of “rond” in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term “ongeveer” of “rond” gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “behelzen”, “behelzende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek. De term “draadloze communicatie” refereert in dit document aan eender welke technologie voor het draadloos overbrengen van data. Een niet-limitatieve lijst van voorbeelden van signalen die kunnen verzonden en/of ontvangen worden met behulp van draadloze communicatie omvat mechanische golven, geluidsgolven, elektromagnetische golven, radiogolven en lichtsignalen. Een niet-limitatieve lijst van voorbeelden van technologieën voor draadloze communicatie omvat 2G, 3G, 3G+, 3GPP, 4G, 4G+, 5G, 6LowPAN, Bluetooth, Bluetooth 4.0, Bluetooth 4.1, Bluetooth
4.2, Bluetooth 5, Bluetooth Low-Energy, CDMA, CDMA2000, Cellular, Dash7, EDGE, EDGE Evolution, EV-DO, Flash-OFDM, GPRS, GSM, HIPERMAN, HSPA, iBurst, IEEE
802.11a, IEEE 802.11ac, IEEE 802.11b, IEEE 802.119, IEEE 802.11n, IEEE 802.15.4, {EEE 802.15.4-2006, IEEE 802.16, IEEE 802.16-2009, IEEE 802.16m, IEEE 802.20, |IPv4, IPv6, LoRaWAN, Low Rate WPAN, LTE, NarrowBand-ioT, Near Field Communication, Neul, RFID, RTT, Sigfox, Thread, UMTS, UMTS W-CDMA, UMTS-TDD, UWB, Weightless, Wi-Fi, WiMAX, Wireless USB, WLAN, WWAN, ZigBee en Z-Wave. In een eerste aspect betreft de uitvinding een uitstalrek voor het uitstallen van goederen. Figuren 1 en 9 tonen schematische voorstellingen van uitvoeringsvormen van uitstalrekken volgens de huidige uitvinding. Het uitstalrek omvat een eerste plank (101), een tweede plank (102), en een paar van telescopisch ingerichte zijwanden (103). Het uitstalrek is geconfigureerd voor scharnierbare bevestiging (105) van de zijwanden {103) aan de eerste plank (101) en schuifbare aanhechting (104) van de zijwanden (103) aan de tweede plank (102). In een voorkeursuitvoering omvat elk van de zijwanden (103) een onderrand en een bovenrand. De zijwanden (103) zijn geconfigureerd voor het ondersteunen van de tweede plank (102). De eerste plank (101) is ingericht voor het scharnierend bevestigen (105) van beide onderranden van het paar van zijwanden (103). De tweede plank (102) is ingericht voor het schuifbaar aanhechten (104) van beide bovenranden van het paar van zijwanden (103). Elk van de zijwanden is telescopisch ingericht voor het instellen van minstens twee verschillende afstanden tussen de onderrand en de bovenrand.
in een voorkeursuitvoering omvat het paar van aan de eerste plank (101) scharnierend bevestigde (105) en aan de tweede plank (102) schuifbaar aangehechte
(104) zijwanden (103) een steuntoestand (Figuren 1C en 9C), waarbij de zijwanden (103) in essentie loodrecht staan op beide planken (101, 102). Bij voorkeur is het paar van zijwanden (103) vanuit de steuntoestand inklapbaar naar elkaar toe (overgang figuur 1C naar 1B; overgang figuur 9C naar 9B).
In een tweede aspect betreft de uitvinding een kit omvattende een uitstalrek volgens het eerste aspect van de uitvinding en een behuizing voor het uitstalrek. Figuren 6 en 14 tonen schematische voorstellingen van uitvoeringsvormen van kits volgens de huidige uitvinding. Het uitstalrek (601) omvat een beoogde bestelling. De kit is ingericht voor het bevestigen van de behuizing (602, 603) aan het uitstalrek (601) in de beoogde opstelling. De behuizing (602, 603) omvat een reclamewand (603) geschikt voor het minstens gedeeltelijk afdekken van de planken en/of de zijwanden van het uitstalrek in de beoogde opstelling. De reclam ewand (603) van de bevestigde behuizing is verder geconfigureerd voor het nemen van producten van minstens één van de planken (Figuren 6D, 6E, 14C en 14E). In een derde aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het spatiëren van een eerste (101) en een tweede (102) plank voor het uitstallen van goederen. Er worden twee zijwanden (103) voorzien voor het gespatieerd ondersteunen van de tweede plank (102) op de eerste plank (101}. De tweede plank (102) is initieel gepositioneerd op de eerste plank (101) (Figuren 1A en 9A). De zijwanden (103) zijn hierbij gepositioneerd tussen de eerste plank (101) en de tweede plank (102), en substantieel parallel aan beide planken (101, 102). Elk van de zijwanden (103) omvat een eerste en een tweede rand. Er wordt een opwaartse kracht uitgeoefend op de tweede plank (102). Daarbij wordt voor minstens één van de zijwanden (103): a. de eerste rand in essentie evenwijdig aan het oppervlak van één van beide planken geschoven (104) (Figuren 1B en 9B); en/of b. de zijwand rond een rotatieas geroteerd (105) (Figuren 1B en 9B; hoek a), waarbij de rotatieas in essentie coaxiaal is met de tweede rand en in essentie evenwijdig aan een oppervlak van één van beide planken; en/of c. de afstand tussen de eerste en de tweede rand veranderd (Figuren 1D en 9F). De uitvinding is voordelig omwille van verschillende redenen. Vooreerst omvat het uitstalrek een compacte transporttoestand waarbij alle planken in essentie op elkaar gestapeld zijn en de paren van zijwanden zich tussen de planken in bevinden (Figuren 1A, 3A, 4A, 8A, 8B, 8C, 9A, 12A en 17A). Hierbij wordt de minimale omvang van de transporttoestand in essentie bepaald door de dikte van de planken.
Een tweede voordeel betreft het gemak van het overgaan van de transporttoestand naar een uitgestalde toestand. Doordat een paar van zijwanden scharnierbaar bevestigd is aan een onderliggende (eerste) plank en schuifbaar aangehecht is aan een bovenliggende (tweede) plank, worden, wanneer de bovenliggende plank op de onderliggende plank ligt, door het uitoefenen van een opwaartse kracht op de bovenliggende plank de zijwanden automatisch mee rechtgetrokken (Figuren 1B en 9B). Een paar handen van een enkele operator volstaat hierbij om de bovenliggende plank (102) op te heffen.
Een derde voordeel betreft de aanwezigheid van zijwanden (103). Deze kunnen het vallen van voorwerpen uit het rek helpen tegengaan. Verder omvat de kit een behuizing (602, 603) die nog meer zijvlakken kan afschermen voor het verder tegengaan van het vallen van voorwerpen uit het rek.
Een vierde voordeel betreft de aanpasbaarheid van de afstand tussen de verschillende planken door de telescopisch ingerichte zijwanden (Eiguren 1D en 9F). In een voorkeursuitvoering van de werkwijze, worden het schuiven (stap a.) en het roteren (stap b.) simultaan en voor beide zijwanden tegelijkertijd uitgevoerd (Figuren 1B en 9B) tot beide zijwanden in essentie loodrecht ten opzichte van beide planken gepositioneerd zijn (Figuren 1C en 9C). Hierna kan de afstand tussen de eerste en de tweede rand voor beide zijwanden tegelijkertijd worden veranderd (stap c.) (Eiguren 1D en 9E).
Genoemde stappen van de werkwijze kunnen manueel uitgevoerd worden. Genoemde stappen kunnen alternatief ook machinaal worden uitgevoerd. Verder kan de werkwijze ook het machinaal aanbrengen van een behuizing omvatten. De werkwijze kan eveneens het machinaal plaatsen van producten op minstens één van de planken omvatten. Op deze wijze kan in een productieomgeving het uitstalrek machinaal opgebouwd worden, bekleed worden met de behuizing en gevuld worden met producten, waarna het gevulde uitstalrek wordt getransporteerd naar een winkel. Het lege uitstalrek kan dan in de winkel ingeklapt worden tot de transporttoestand, en vervolgens terug naar de productieom geving gebracht worden.
in een alternatieve voorkeursuitvoering van de werkwijze zou de tweede plank (102) eerst aan één zijde kunnen opgetild worden. Hierbij worden beide zijwanden (103)
scharnierend geroteerd rond de scharnierbare bevestiging (105), maar wordt de bovenrand van slechts één van beide zijwanden (103) via de schuifbare aanhechting (104) ten opzichte van de tweede plank (102) verplaatst. Hierna kan dan de bovenrand van de andere zijwand via de schuifbare aanhechting (104) ten opzichte van de tweede plank (102) verplaatst worden. Op deze wijze staan beide zijwanden (103) recht, voor het gespatieerd ondersteunen van de tweede plank (102) op de eerste plank (101), met beide zijwanden (103) in essentie orthogonaal op beide planken (101, 102) (Figuren 1C en 9C).
Figuren 2, 4D, 11 en 15A tonen uitvoeringsvormen van uitstalrekken volgens de huidige uitvinding omvattende minstens twee planken. Het uitstalrek omvat een onderplank (1, 1303), een bovenplank (3; 1301) en nul, één of meerdere tussenplanken (2; 1302). De onderplank, de bovenplank en elk van de tussenplanken omvat een bovenzijde en een onderzijde. Het uitstalrek omvat verder één of meerdere paren van zijwanden (4, 1306, 1307, 1308, 1311) voor het ondersteunen van een tussenplank of de bovenplank. Elk van de zijwanden omvat een onderrand en een bovenrand. Het aantal paren van zijwanden is bij voorkeur gelijk aan één meer dan het aantal tussenplanken. De bovenzijde van elke tussenplank en van de onderplank is ingericht voor het scharnierend bevestigen (61; 1324) van beide onderranden van een paar van zijwanden. Hierbij zijn bij voorkeur de scharnierassen van het paar van zijwanden in essentie evenwijdig. De onderzijde van elke tussenplank en van de bovenplank is ingericht voor het schuifbaar aanhechten (60; 1321) van beide bovenranden van een paar van zijwanden. Elk van de zijwanden is telescopisch ingericht (1306, 1311) voor het instellen (1307, 1308) van minstens twee verschillende afstanden tussen de onderrand en de bovenrand. Een paar van aan een eerste plank scharnierend bevestigde en aan een tweede plank schuifbaar aangehechte zijwanden omvatten een steuntoestand waarbij de zijwanden in essentie loodrecht staan op beide planken. Bij voorkeur zijn de zijwanden van genoemd paar in de steuntoestand in essentie parallel aan elkaar. Het paar zijwanden in de steuntoestand is inklapbaar naar elkaar toe.
In figuur 1 wordt een schematische representatie weergegeven van een voorkeursuitvoering van een uitstalrek en een werkwijze voor het opstellen ervan. Het uitstalrek omvat ten minste twee planken (101, 102) die door middel van een paar van zijwanden (103) kunnen gespatieerd worden. Elk van de planken (101, 102) omvat een bovenzijde en een onderzijde. Elk van de zijwanden (103) omvat een onderrand en een bovenrand. De bovenzijde van de onderliggende plank (101) en de onderrand van de zijwanden (103) zijn ingericht voor het scharnierbaar bevestigen (105) van de zijwanden (103) aan de bovenzijde van de onderliggende plank (101). Hierbij zijn de scharnierassen (105) van beide zijwanden (103) in essentie evenwijdig. Verder zijn de onderzijde van de bovenliggende plank (102) en de bovenrand van de zijwanden (103) ingericht voor het schuifbaar aanhechten van de zijwanden (103) aan de onderzijde van de bovenliggende plank (102). De zijwanden (103) zijn verder telescopisch ingericht voor het instellen van ten minste twee verschillende afstanden tussen de onderrand en de bovenrand. Hierbij kunnen de zijwanden ingericht zijn voor het stabiel ondersteunen van de bovenliggende plank op een discreet aantal afstanden van de onderliggende plank. De zijwanden kunnen ook ingericht zijn voor het stabiel ondersteunen van de bovenliggende plank op een continuum van afstanden van de onderliggende plank. In een uitvoeringsvorm omvat het uitstalrek een positioneringselement (106) voor elke zijwand. Het positioneringselement (106) is geschikt voor het tegenhouden en ondersteunen van een scharnierbaar bevestigde zijwand en omvat twee langwerpige starre steunelementen. Een eerste steunelement omvat een scharnierpunt voor aanhechting met de onderliggende plank (101). Het tweede steunelement omvat een scharnierpunt voor aanhechting met de zijwand (103). Beide steunelementen omvaiten verder een derde scharnierpunt waar de steunelementen aan elkaar verbonden zijn. Het derde scharnierpunt van de steunelementen laat een scharnierende beweging van de zijwanden (103) ten opzichte van de onderliggende plank toe. De positioneringselementen worden bij voorkeur allemaal aan hetzelfde zijvlak van het uitstalrek bevestigd, i.e. het achtervlak.
De positioneringselementen zijn voordelig omdat het de stabiliteit van de ondersteuning door de zijwanden verbetert. Verder kunnen door de positioneringselementen de zijwanden niet overplooien naar buiten toe. De bevestiging van de positioneringselementen aan het achtervlak laat toe om ongehinderd goederen in het uitstalrek te zetten en uit het uitstalrek te nemen langs de voorzijde, i.e. het vlak dat tegenover het achterviak ligt. In figuren 1A en 9A ligt de bovenliggende plank (102) op de onderliggende plank (101). De twee zijwanden (103) voor het gespatieerd ondersteunen van de bovenliggende plank (102) op de onderliggende plank (101) zijn gepositioneerd tussen de planken (101, 102) in. Hierbij zijn de zijwanden (103) in essentie evenwijdig met beide planken (101, 102). Door het uitoefenen van een opwaartse kracht (figuren 1B en 9B) op de bovenliggende plank (102) wordt de bovenliggende plank (102) opwaarts bewogen.
De opwaartse kracht wordt via de schuitbare aanhechting (104) overgedragen op de zijwanden (103). Daardoor worden simultaan de schuifbare aanhechtingen verschoven naar de uiteindes van de bovenliggende plank (102) toe, alsook de hoek a tussen de zijwanden {103} en de onderliggende plank (101) vergroot.
Indien positioneringelementen (106) aanwezig zijn, worden deze ook opengeklapt aan het derde scharnierpunt.
Uiteindelijk worden de zijwanden (103) in een positie gebracht waar ze onderling in essentie evenwijdig zijn en waar ze in essentie loodrecht staan op beide planken (figuren 1C en 9C). Daarbij is de hoek a’ ongeveer 90°. Bij voorkeur is de hoek o ten minste 85° en ten hoogte 95°, bij grotere voorkeur ten minste 87° en ten hoogste 93°, en bij grootste voorkeur ten minste 89° en ten hoogste 91°. Verder zijn de zijwanden ook telescopisch verlengbaar ingericht.
Eens de zijwanden in essentie loodrecht op de onderliggende plank staan kunnen door het uitoefenen van een verdere opwaartse of neerwaartse kracht de zijwanden verlengd of verkort worden, i.e. de afstand tussen de onderrand en de bovenrand van elke zijwand kan gewijzigd worden (figuren 1D en 9E). in een uitvoeringsvorm van het uitstalrek omvat de bovenzijde van een onderliggende plank een paar bevestigingsmiddelen, waarbij elk bevestigingsmiddel twee of meerdere in essentie op één lijn liggende bevestigingsgaten omvat.
Bij voorkeur omvat elk bevestigingsmiddel ten minste vier bevestigingsgaten.
Verder omvat de onderrand van elke zijwand twee of meerdere in essentie op één lijn liggende scharniergaten.
Bij voorkeur omvat elke zijwand ten minste vier scharniergaten.
De zijwanden kunnen scharnierbaar bevestigd worden aan de onderliggende plank door het aanbrengen van één of meerdere cilindervormige connectiesystemen door één of meerdere bevestigingsgaten en door één of meerdere scharniergaten.
Bij voorkeur worden iwee connectiesystemen aangebracht per zijwand, elk connectiesysteem aangebracht door twee bevestigingsgaten en twee scharniergaten.
Een voorbeeld van een connectiesysteem is een bout die kan afgesloten worden door een moer.
In een voorkeursuitvoering omvat de eerste plank een paar bevestigingsmiddelen, waarbij elk bevestigingsmiddel twee of meerdere, bij voorkeur vier, scharnieropeningen (1324) omvat voor het met één of meerdere, bij voorkeur twee, langwerpige connectiesystemen (1313} scharnierend bevestigen van een onderrand van een zijwand aan het bevestigingsmiddel.
Verder zijn de scharnieropeningen van het bevestigingsmiddel geconfigureerd voor het in essentie loodrecht op de eerste plank verzinken van de onderrand van de zijwand in de eerste plank (Figuren 9C en 9D; Figuren 10C en 10D). Bij voorkeur is de afstand tussen de onderrand en de bovenrand van een zijwand telescopisch instelbaar wanneer de onderrand van de zijwand verzonken is in de eerste plank (Figuren 9E en 9F; Figuren 10E en 10F). Bij voorkeur omvat het bevestigingsmiddel een vergrendelsysteem (1325, 1326) voor het verhinderen van het optillen van de verzonken zijwand uit de eerste plank bij het telescopisch aanpassen van de afstand tussen de onderrand en de bovenrand.
Dit is voordelig omdat in deze voorkeursuitvoering de zijwanden stabiel rechtop kunnen gehouden worden doordat het verzonken gedeelte van een zijwand minstens gedeeltelijk omgeven wordt door de onderliggende (eerste) plank. Daarbij kan de onderliggende (eerste) plank raakwanden met het verzonken gedeelte van de zijwand omvatten die het scharnieren van de zijwand tegengaan. Om een paar van zijwanden terug in te klappen naar elkaar toe, moeten deze eerst uit de onderliggende (eerste) plank getild worden.
In een voorkeursuitvoering van het uitstalrek omvat minstens één van de planken en de zijwanden een metaal of een legering, bij voorkeur staal of aluminium.
Dit is voordelig omwille van verschillende redenen. Ten eerste biedt een metaal of een legering de mogelijkheid om dunne planken te maken met voldoende stevigheid voor de boogde toepassing. Ten tweede kunnen de elementen waaruit de zijwanden en/of de planken in essentie gemaakt zijn, eenvoudig gemaakt worden startende van een plaat uit een metaal of een legering door het lasersnijden, ponsen, en plooien van de plaat. Ten derde is een metaal of een legering een duurzaam materiaal wat het veelvuldig en langdurig gebruik van een uitstalrek volgens deze voorkeursuitvoering toelaat. Ten vierde kunnen planken en zijwanden uit een metaal of een legering gemakkelijk gereinigd worden.
In een voorkeurstuitvoering omvat een plank en/of een zijwand een kunststof. Bij voorkeur omvat een plank, bij voorkeur elke plank, een dekplaat uit kunststof. Alternatief kan een plank, bij voorkeur elke plank, uit kunststof gemaakt zijn. Bij voorkeur omvat de kunststof polypropyleen. Meer bij voorkeur omvat de kunststof glasvezelversterkt polypropyleen. in een voorkeursuitvoering worden instructies voor het opstellen en/of inklappen van een uitstalrek geprint op een kunststof gedeelte van een plank.
Dit is voordelig omwille van verschillende redenen.
Een kunststof is gemakkelijk te reinigen, zonder dat daarbij glans verloren gaat.
Bovendien weegt kunststof minder dan een metaal of een legering.
Polypropyleen (polypropeen, PP) is goed bestand tegen chemische oplosmiddelen, basen en zuren.
Een plank/dekplaat uit polypropyleen is bijgevolg goed bestand tegen agressieve kuismiddelen.
Verder is polypropyleen ook goed bestand tegen bacteriegroei, en daarom geschikt voor het uitstallen van levensmiddelen.
In een uitvoeringsvorm van het uitstalrek omvat elke zijwand (4a, 4b} een paar uitstekende haakelementen (11) en elke bovenliggende plank één of meerdere railsystemen (22) geschikt voor het schuifbaar inhaken van elk van de haakelementen van elke zijwand van een paar van zijwanden.
In een alternatieve voorkeursuitvoering van het uitstalrek omvat een bovenliggende (tweede} plank twee of meerdere schuifgleuven (1321) voor het met één of meerdere langwerpige connectie-elementen (1322) schuifbaar aanhechten van een bovenrand van een zijwand.
Bij voorkeur zijn deze schuifgleuven schuifuitsparingen.
Bij voorkeur zijn de schuifgleuven in essentie recht.
Bij voorkeur kan een bovenrand van een zijwand met één langwerpig connectie-element in een corresponderend paar van schuifgleuven schuitbaar aangehecht worden.
Dit is voordelig omdat de schuifgleuven de schuifbare bewegingsvrijheid van de bovenrand van de zijwand bepalen.
Verder kan een bovenrand gemakkelijk via de één of meerdere langwerpige connectie-elementen aan de schuifgieuven bevestigd worden.
Verder gaat het langwerpig connectie-element het loskomen van een zijwand van de bovenliggende (tweede) plank tegen.
In een uitvoeringsvorm van het uitstalrek omvatten de telescopisch ingerichte zijwanden een eerste kader (4a), een tweede kader (4b) en een aanhechtingssysteem (10) met twee ten opzichte van elkaar verplaatsbare hechtingselementen.
Hierbij is het tweede kader uitschuifbaar ten opzichte van het eerste kader.
De kaders zijn verder ingericht om enkel te bewegen bij krachten volgens de uitschuifrichting.
Het eerste kader kan daartoe ten minste gedeeltelijk in het tweede kader geschoven worden, of het tweede kader ten minste gedeeltelijk in het eerste kader.
Het buitenste kader omvat daartoe ten minste gedeeltelijk afgesloten zijwanden of rails voor het ten minste gedeeltelijk omgeven van het binnenste kader en voor het tegengaan van beweging van het binnenste kader ten opzichte van het buitenste kader in elke bewegingsrichting loodrecht op de uitschuifrichting. Het eerste kader omvat verder twee of meerdere paren van uitsparingen. Het aanhechtingssysteem is verder geschikt om aan het tweede kader aangebracht te worden en om het tweede kader vast te zetten ten opzichte van het eerste kader door middel van plaatsing van de twee hechtingselementen in een paar van uitsparingen.
in een voorkeursuitvoering omvat een, en bij voorkeur elke, telescopisch ingerichte zijwand: e een kader (1307, 1311); e één of meerdere uitschuifelementen (1306) omvattende uitsparingen, de één of meerdere uitschuifelementen uitschuifbaar ten opzichte van het kader; en e een aanhechtingssysteem (1308, 1314) omvattende twee ten opzichte van elkaar verplaatsbare hechtingselementen.
Het aanhechtingssysteem is hierbij geconfigureerd om aan, en bij voorkeur in, het kader aangebracht te worden om het kader vast te zetten ten opzichte van de één of meerdere uitschuifelementen door middel van plaatsing van de hechtingselementen in uitsparingen van de één of meerdere uitschuitelementen. Bij voorkeur zijn de uitschuifelementen en het kader geconfigureerd voor het tegengaan van verplaatsingen van de uitschuifelementen ten opzichte van het kader loodrecht op de telescopische uitschuifrichting. Bij voorkeur is het aanhechtingssysteem eenvoudig manueel verplaatsbaar relatief ten opzichte van het kader, voor het uithalen van de hechtingselementen uit de uitsparingen, zodat de uitschuifelementen relatief ten opzichte van het kader telescopisch in- of uitgeschoven kunnen worden. Bijgevolg kan een enkele operator niet alleen de zijwanden minstens gedeeltelijk rechtzetten door het optillen van de bovenliggende (tweede) plank, aangezien de zijwanden automatisch mee scharnieren en schuiven, maar kan dezelfde enkele operator verder ook een paar van zijwanden telescopisch verlengen of inkorten.
In een voorkeursuitvoering van het uitstalrek omvat het uitstalrek verder minstens drie wielen. Bij voorkeur omvat het uitstalrek vier wielen. Bij voorkeur omvat het uitstalrek verder een verrolbaar steunkader omvattende de ten minste drie en bij voorkeur vier wielen (83, 1390, 1391}. Eén of meerdere van de wielen kunnen ook een remsysteem omvatten. Figuur 2 geeft een schematische representatie weer van een uitvoeringsvorm van het uitstalrek volgens de huidige uitvinding. Het uitstalrek omvat een steunkader (1) met vier wielen (63) voor het verrollen van het uitstalrek. Meerdere planken (2, 3} worden door middel van paren van scharnierbaar bevestigde
(61), schuifbaar aangehechte (60), en telescopisch ingerichte zijwanden (4) van elkaar gespatieerd. De onderzijde van de onderste plank hoeft bovendien niet ingericht te zijn met een railsysteem voor het schuifbaar aanhechten van zijwanden en de bovenzijde van de bovenste plank hoeft niet ingericht te zijn voor het scharnierend bevestigen van zijwanden. De aanwezigheid van wielen komt de ergonomie voor een operator bij het verplaatsen het uitstalrek, in compacte en in uitgestalde toestand, ten goede. De remsystemen kunnen het ongewild verrollen van het uitstalrek, bv. tijdens uitstalling van goederen in een winkelruimte, tegengaan.
ln een voorkeursuitvoering omvat een plank van het uitstalrek een rand voor het tegengaan van het uitvallen van producten uit het uitstalrek. Bij voorkeur omvatten de plank en de rand naast de uitgestalde toestand eveneens een ingeklapte toestand, waarbij de rand niet hoger dan de bovenzijde van de plank uitsteekt. De rand in uitgestalde toestand kan een horizontaal profiel omvatten welke door verticale dragers kan gedragen worden. De verticale dragers kunnen plooibaar zijn, om de verticale dragers en het horizontaal profiel zijdelings in de plank te schuiven. Additioneel of alternatief kan een gedeelte van de behuizing van de kit, eens de behuizing aangebracht is aan het uitstalrek, een rand vormen voor het tegengaan van het uitvallen van producten uit het uitstalrek.
in een voorkeursuitvoering omvat een plank van het uitstalrek een aanschuifmechanisme voor het verplaatsen van producten op een plank van de achterzijde van het rek naar de voorzijde. Het aanschuifmechanisme kan manueel bediend worden door een operator of kan voorzien zijn om geautomatiseerd de producten te verplaatsen. in een uitvoeringsvorm omvat een uitstalrek, bij voorkeur de onderplank, uitsparingen, holtes en/of protrusies voor het connecteren van meerdere uitstalrekken aan elkaar tot een rij of een eiland van uitstalrekken.
In een voorkeursuitvoering omvat het uitstalrek een weegsensor. De weegsensor omvat een communicatiemodule en een weegsysteem op één of meerdere planken. Het weegsysteem laat toe om het gewicht van de producten op een bepaalde plank te bepalen. Bij aanwezigheid van in essentie identieke producten en bij kennis van het gewicht van een enkel product laat dit toe om de hoeveelheid producten op een plank te bepalen. De weegsensor is geconfigureerd om continu, op vooraf bepaalde tijdstippen, of bij wegname van een product data uit te sturen via de communicatiemodule waarbij de data geschikt is voor het monitoren van de hoeveelheid producten op elke plank die voorzien is van een weegsysteem. Dergelijke weegsystemen zijn welgekend in het desbetreffende veld. Een voorbeeld wordt beschreven in US 2005/0 086 133.
De weegsensor laat een automatisch inventarisbeheer toe. Verder laat de weegsensor toe om bestellingen voor het aanvullen van de stock te plaatsen op basis van de huidige aanwezige hoeveelheid producten en/of de snelheid van productafname, i.e. de hoeveelheid producten die in een bepaalde hoeveelheid tijd uit het uitstalrek worden genomen. Verder laat de weegsensor een distributeur ook toe om het reclamebudget te optimaliseren naar algemene afname over een grote regio, of productafname in een bepaald handelsgebied. In een uitvoeringsvorm is de weegsensor een weegplaat, geschikt voor positionering op of integratie in een plank van het uitstalrek. De weegplaat omvat twee platen en één of meerdere kracht- en/of afstandssensoren gepositioneerd tussen de twee platen. Verder kan de weegplaat ook een verend materiaal gepositioneerd tussen de twee platen omvatten. Bij voorkeur bestaan de twee platen uit plexiglas. Een voorbeeld van een krachisensor is een krachtgevoelige weerstand (Engels: force sensitive resistor (FSR}). Een voorbeeld van een afstandssensor is een capacitieve sensor. Afstandsdata van een afstandssensor kan omgezet worden in een gewicht. Dit kan bv. door berekening aan de hand van elastische eigenschappen van het verend materiaal, of bv. door kalibratie. Bij voorkeur omvat de weegplaat de communicatiemodule en is deze eveneens gepositioneerd tussen de twee platen. De communicatiemodule van de weegsensor is bij voorkeur een module voor draadloze communicatie, meer bij voorkeur een Bluetooth lage-energiechip (BLE chip). Bij voorkeur omvat de weegplaat een batterij, meer bij voorkeur een coincell of lithium - polymeer accu. Meest bij voorkeur is de communicatiemodule geconfigureerd om data uit te sturen bij een gewichtsverandering. De weegplaat is voordelig omdat deze energiebesparende voorzieningen omvat. Verder zijn bij voorkeur alle componenten gepositioneerd tussen de twee platen, en is de weegplaat bijgevolg gemakkelijk te hanteren en verplaatsen, en is deze eveneens robuust voor veelvuldig gebruik. in een alternatieve uitvoeringsvorm is de weegsensor een textiel omvattende één of meerdere druksensoren. Het textiel kan gekleefd worden op een plank van het uitstalrek. Bij voorkeur is het textiel locatiegevoelig, meer bij voorkeur met een nauwkeurigheid van ten hoogste 10 cm, nog meer bij voorkeur ten hoogste 8 cm, bij nog grotere voorkeur ten hoogste 6 cm, bij zelfs nog grotere voorkeur ten hoogste 4 cm, zoals een nauwkeurigheid van 4 cm, 2 cm, 1 cm, 0.5 cm, 0.25 cm, of eender welke waarde daartussen of daaronder.
Aan de hand van deze sensor kan het afnemen van een aantal producten en de corresponderende afnamelocatie gemonitord worden.
Kennis van het gewicht van een product en/of het steunoppervlak van een product kan in deze uitvoeringsvorm gebruikt worden om de hoeveelheid aanwezige producten op een plank, alsook hun locatie te monitoren.
Typisch worden producten langs de voorzijde afgenomen.
Na afname van enkele producten, kunnen de resterende producten zich op de plank aan de achterzijde van het rek bevinden, wat moeilijker te bereiken valt.
Het rek kan daarvoor voorzien zijn van een aanschuifmechanisme voor het verplaatsen van producten van de achterzijde van het rek naar de voorzijde.
Bij voorkeur omvat het textiel een module voor draadloze communicatie, meer bij voorkeur op basis van Bluetooth technologie.
Bij voorkeur zijn meerdere planken van het uitstalrek voorzien van een dergelijk textiel.
Een voorbeeld van een dergelijke textielomvattende druksensor is de Physiosense sensor {Physiosense GmbH). Additioneel of alternatief omvat het uitstalrek een weegsensor aan een wiel van het uitstalrek.
Bij voorkeur omvat het uitstalrek een weegsensor aan elk van de wielen van het uitstalrek.
Deze weegsensoren laten toe om de productafname van het hele uitstalrek te monitoren.
Dit is voordelig wanneer het uitstelrek eenzelfde type producten met een in essentie zelfde gewicht omvat (bv. in essentie identieke flessen ketchup), of wanneer afname van verschillende types producten op basis van gewichtsverschillen van de verschillende types producten (bv. flessen ketchup enerzijds en potten mayonaise anderzijds} duidelijk onderscheidbaar is.
Additioneel of alternatief omvat het uitstalrek minstens één van een temperatuursensor, een locatiesensor, een gassensor, en een vochtigheidssensor.
Een locatiesensor kan gebaseerd zijn op BLE, NEC, Wi-Fi of GPS.
Elk van de temperatuursensor, gassensor en vochtigheidssensor is voordelig om de omgevingscondities voor vervalbare producten te monitoren.
Voorbeelden van vervalbare producten zijn fruit, groenten en planten.
Bij voorkeur is de gassensor een elektrochemische gassensor.
Een voorbeeld van een gassensor is een ethyleensensor.
Een gassensor kan verder voordelig zijn om lekken bij gevaarlijke producten te monitoren.
in een voorkeursuitvoering omvat het uitstalrek verder een detectiesysteem voor het monitoren van de aandacht van een consument. Het detectiesysteem kan daarbij één of meerdere van volgende apparaten omvatten: een infraroodsensor, een oogdetectiesysteem, een camera, een Wi-Fi tracker, en een Bluetooth lage energie baken (bv. een iBaecon). Deze apparaten kunnen geconfigureerd zijn voor het monitoren van de alstand en de positie van consumenten ten opzichte van het uitstalrek, het gezichtsveld van consumenten, de tijdspanne die consumenten aan het uitstalrek spenderen, en de leeftijd, het geslacht, de etniciteit en de gelaatsuitdrukkingen van consumenten. Dergelijke apparaten zijn welgekend in het desbetreffende veld. Voorbeelden worden beschreven in US 2013/0 117 053.
Het detectiesysteem laat toe om het consumentengedrag vast te leggen en te analyseren. Op basis van deze informatie kan de plaatsing van het uitstelrek in een winkel, de plaatsing van producten op de verschillende planken van het uitstalrek, alsook de reclamewand van de kit volgens de huidige uitvinding geoptimaliseerd worden.
In een voorkeursuitvoering omvat het uitstalrek een promotiechip voor het uitsturen van promotiedata naar en/of ontvangen van herkenningsdata van een gebruikerstoestel van een klant via draadloze communicatie. Een voorbeeld van een gebruikerstoestel is een smartphone. Bij voorkeur is de promotiedata klantspecifiek. De klant kan bv. een account bij een winkel hebben, welke gekoppeld is aan zijn gebruikerstoestel. Het gebruikerstoestel kan bv. een applicatie omvatten voor het tonen van een klantenkaart op een scherm van het gebruikerstoestel, voor online shoppen, en dergelijke. De promotiechip kan de klant herkennen aan de hand van het gebruikerstoestel, en geconfigureerd zijn om klantspecifieke promotiedata weer te geven op het scherm van het gebruikerstoestel. Bij voorkeur is de promotiechip een RFID chip.
Verder kan het uitstalrek één of meerdere elektronische prijsaanduidingen omvatten. Hierbij kan een elektronische prijsaanduiding een scherm, een batterij en een module voor draadloze communicatie omvatten. Data betreffende een nieuwe prijs voor weergave op het scherm van de elektronische prijsaanduiding kan dan via de module voor draadloze communicatie ontvangen worden. Dergelijke elektronische prijsaanduidingen zijn welgekend in het desbetreffende veld. Voorbeelden worden beschreven in US 6 570 492.
in een voorkeursuitvoering omvat het uitstalrek een communicatiemodule en minstens één van een weegsensor, een temperatuursensor, een locatiesensor, een gassensor, een vochtigheidssensor, een iníraroodsensor, een oogdetectiesysteem, een camera, een Wi-Fi tracker, een Bluetooth-lage-energiebaken, een RFID promotiechip, en een elektronische prijsaanduiding. Hierbij kan genoemde communicatiemodule data betrefiende meerdere sensoren, systemen, en dergelijke versturen. Alternatief kan een communicatiemodule per sensor, systeem, en dergelijke voorzien zijn.
In een voorkeursuitvoering omvat het uitstalrek verder een koelinstallatie. De koelinstallatie is geschikt om bij plaatsing van de behuizing van de kit volgens het tweede aspect van de huidige uitvinding producten op de planken koel te houden tot een vooraf bepaalde maximale temperatuur. Dergelijke koelinstallaties zijn welgekend in het desbetreffende veld. Een voorbeeld wordt gegeven in US 6 360
548.
In een voorkeursuitvoering omvat het uitstalrek een koelinstallatie, minstens één temperatuursensor, en een feedbackloop voor het aansturen van de koelinstallatie op basis van de metingen met de minstens één temperatuursensor. Alternatief of additioneel kan het uitstalrek minstens één temperatuursensor en een waarschuwingssysteem omvatten voor het waarschuwen wanneer een gemeten temperatuur buiten een vooraf ingesteld interval ligt. Het waarschuwingssysteem kan een auditieve of visuele waarschuwing op het uitstalrek genereren en alternatief of additioneel een auditieve of visuele waarschuwing genereren op een gebruikerstoestel (zoals bv. een smartphone, desktop, ..) communicatief gekoppeld met het uitstalrek. Passend gekoelde producten vergen minder bewaarmiddelen. Verder zorgt het passend koelen ervoor dat de producten effectief hun vervaldatum halen. Dit zorgt voor minder onnodig weggegooide producten.
In een uitvoeringsvorm kan het uitstalrek voorzien zijn van een elektrisch aangedreven koelinstallatie aan de onderzijde of aan de bovenzijde van het uitstalrek. De planken zijn dan bij voorkeur voorzien van openingen en/of rasters voor luchtstroming door middel van gedwongen convectie. Alternatief kan het uitstalrek voorzien zijn van droogijs, welke een vaste vorm van koolstofdioxide omvat. Bij voorkeur is het droogijs aan de bovenzijde van het uitstalrek gepositioneerd. De lucht in de nabijheid van het droogijs wordt gekoeld. De densiteit van de gekoelde lucht zorgt ervoor dat deze door natuurlijke convectie zakt door de openingen en/of rasters van de planken zodat de gekoelde lucht elke plank kan bereiken. De oplossing met droogijs is voordelig omdat er geen stroom of batterij moet voorzien worden, wat nuttig kan zijn voor buitenlocaties zoals bv. festivals, stadscentra, … in een voorkeursuitvoering worden één of meerdere aspecten van de huidige uitvinding op de markt gebracht onder de naam Proteus. Figuur 3 toont een schematische voorstelling van een werkwijze voor het opstellen van een uitvoeringsvorm van een uitstalrek volgens de huidige uitvinding. In figuur 3A wordt een uitstalrek omvattende een verrolbaar steunkader (1) in compacte toestand weergegeven. Door het uitoefenen van een opwaartse kracht op de op één na onderste plank, worden de zijwanden tussen de op één na onderste plank en de onderste plank recht getrokken. Daarbij scharnieren de zijwanden (4) aan de scharnierbare bevestiging {61} aan de onderrand met de onderste plank en schuiven de zijwanden (4) aan de bovenrand langs de op één na onderste plank (figuren 3B en 3C). Eens de zijwanden (4) recht staan kunnen deze door een gepaste verdere opwaartse kracht telescopisch verlengd worden (figuren 3E en 3E). In een uitvoeringsvorm moeten daartoe eerst de twee aanhechtingen van het aanhechtingssysteem naar elkaar toe geduwd worden zodat deze uit het paar van uitsparingen komen opdat de twee kaders ten opzichte van elkaar telescopisch kunnen bewegen. Door het aanbrengen van de aanhechtingen in een ander paar van uitsparingen worden beide kaders terug vastgezet ten opzichte van elkaar. Na het rechtzetten en het mogelijks verlengen of verkorten van de onderste zijwanden, kunnen andere paren van zijwanden worden rechtgezet en mogelijks verlengd of verkort worden (figuren 3G tot en met 3M). De lengte van de verschillende paren van telescopisch verlengbare zijwanden kan voor elk paar anders gekozen worden. Er kan ook geopteerd worden om twee tegen elkaar liggende planken niet te spatiëren, en zo een uitstalrek met minder legplanken te bekomen.
In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding betreft de huidige uitvinding:
1. Een uitstalrek voor het uitstallen van goederen, het uitstalrek omvattende: — een onderplank, een bovenplank en nul, één of meerdere tussenplanken, de onderplank, de bovenplank, en elk van de tussenplanken omvattende een bovenzijde en een onderzijde; en — één of meerdere paren van zijwanden voor het ondersteunen van een tussenplank of de bovenplank, elk van de zijwanden omvattende een onderrand en een bovenrand, het aantal paren van zijwanden bij voorkeur gelijk aan één meer dan het aantal tussenplanken, met het kenmerk, dat — de bovenzijde van elke tussenplank en van de onderplank ingericht is voor het scharnierend bevestigen van beide onderranden van een paar van zijwanden; — de onderzijde van elke tussenplank en van de bovenplank ingericht is voor het schuifbaar aanhechten van beide bovenranden van een paar van zijwanden; en — elk van de zijwanden telescopisch ingericht is voor het instellen van ten minste twee verschillende afstanden tussen de onderrand en de bovenrand, waarbij een paar van aan een eerste plank scharnierend bevestigde en aan een tweede plank schuifbaar aangehechte zijwanden een steuntoestand omvatten waarbij de zijwanden in essentie parallel zijn aan elkaar en loodrecht op beide planken, het paar van zijwanden in de steuntoestand inklapbaar naar elkaar toe.
2. Een uitstalrek volgens voorgaande omschrijving 1, waarbij: — de bovenzijde van elke tussenplank en van de onderplank een paar van bevestigingsmiddelen omvat, elk bevestigingsmiddel omvattende twee of meerdere in essentie op één lijn liggende bevestigingsgaten, bij voorkeur elk bevestigingsmiddel omvattende vier bevestigingsgaten; en — de onderrand van elke zijwand twee of meerdere in essentie op één lijn liggende scharniergaten omvat, bij voorkeur vier scharniergaten, waarbij de scharniergaten van een zijwand en de bevestigingsgaten van een bevestigingsmiddel geschikt zijn voor het scharnierend bevestigen van de zijwand aan het bevestigingsmiddel door het aanbrengen van één of meerdere cilindervormige connectiesystemen, bij voorkeur twee connectiesystemen, door één of meerdere bevestigingsgaten en door één of meerdere scharniergaten, bij voorkeur elk connectiesysteem aangebracht door twee bevestigingsgaten en twee scharniergaten.
3. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 en 2, waarbij de bovenrand van elke zijwand een paar uitstekende haakelementen omvat, en waarbij de onderzijde van elke tussenplank en van de bovenplank één of meerdere railsystemen omvat geschikt voor het schuifbaar inhaken van elk van de haakelementen van elke zijwand van een paar van zijwanden.
4. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 3, waarbij elk van de telescopisch ingerichte zijwanden een eerste kader, een tweede kader en een aanhechtingssysteem met twee ten opzichte van elkaar verplaatsbare hechtingselemenien omvat, het tweede kader uitschuifbaar ten opzichte van het eerste kader, het eerste kader omvattende twee of meerdere paren van uitsparingen, het aanhechtingssysteem geschikt om aan het tweede kader aangebracht te worden en om het tweede kader vast te zetten ten opzichte van het eerste kader door middel van plaatsing van de twee hechtingselementen in een paar van uitsparingen.
5. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 4, het uitstalrek omvattende voor elke zijwand een positioneringselement, het positioneringselement geschikt voor het ondersteunen van een scharnierbaar bevestigde zijwand in steuntoestand, het positioneringselement omvattende een eerste en een tweede langwerpig star steunelement, het eerste steunelement omvattende een eerste scharnierpunt voor aanhechting aan de plank waaraan de scharnierbaar bevestigde zijwand bevestigd is, het tweede steunelement omvattende een tweede scharnierpunt voor aanhechting aan de zijwand, en de twee steunelementen omvattende een derde scharnierpunt waar de steunelementen scharnierend met elkaar verbonden zijn voor het inklappen van de zijwanden in steuntoestand naar elkaar toe.
6. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 5, het uitstalrek omvattende een verrolbaar steunkader, het steunkader omvattende ien minste drie wielen, bij voorkeur vier wielen, het steunkader en de onderplank ingericht voor het bevestigen van de onderplank aan het verrolbaar steunkader.
7. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 6, waarbij de onderplank, de bovenplank, en de tussenplanken elk een in essentie rechthoekige bovenzijde omvatten, de rechthoekige bovenzijdes in essentie omvattende eenzelfde lengteafmeting en eenzelfde breedteafmeting, de afmetingen geschikt voor het ten minste voor 90%, bij voorkeur ten minste voor 95%, en bij grotere voorkeur ten minste voor 98%, bedekken van het draagopperviak van een Chep pallet met een geheel aantal niet-overlappende rechthoeken met deze lengte- en breedteafmeting.
8. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 7, de onderplank, de bovenplank, de tussenplanken, en de zijwanden omvattende een metaal of een legering, bij voorkeur omvattende staal of aluminium, bij grotere voorkeur in essentie gemaakt uit gegalvaniseerd staal met een dikte van ongeveer 0.8 mm of uit aluminium met een dikte van ongeveer 1.2 mm.
9. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 8, het uitstalrek omvattende een sensor, de sensor omvallende een communicatiemodule en een weegsysteem op ten minste één van de tussenplanken en/of op de onderplank, de sensor geconfigureerd voor het overbrengen van data geschikt voor het monitoren van de hoeveelheid producten op elke plank voorzien van een weegsysteem.
10. Een uitstalrek volgens voorgaande omschrijving 9, waarbij de sensor verder een detectiesysteem omvat voor het monitoren van de aandacht van consumenten, het detectiesysteem omvallende één of meerdere van volgende apparaten: een infraroodsensor, een oogdetectiesysteem, een camera, een Wi-Fi tracker, een Bluetooth lage energie baken, waarbij één of meerdere van de apparaten geschikt zijn voor het monitoren van de afstand en de positie van consumenten ten opzichte van het uitstalrek, het gezichtsveld van consumenten, de tijdspanne die consumenten aan het uitstalrek spenderen, en de leeftijd, het geslacht, de etniciteit en de gelaatsuitdrukkingen van consumenten.
11. Een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 10, het uitstalrek omvattende een koelinstallatie.
12. Een kit omvattende een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 11 en een behuizing voor het uitstalrek, het uitstalrek omvattende een beoogde opstelling, de kit ingericht voor het bevestigen van de behuizing aan het uitstairek in de beoogde opstelling, de behuizing omvattende een reclamewand, de reclamewand geschikt voor het ten minste gedeeltelijk afdekken van de planken en/of de zijwanden van het uitstalrek in de beoogde opstelling, de reclamewand van de bevestigde behuizing verder geschikt voor het nemen van producten op de bovenzijden van ten minste één van de planken.
13. Een werkwijze voor het spatiéren van een eerste en een tweede plank voor het uitstallen van consumptiegoederen, de eerste en de tweede plank omvattende een bovenoppervlak en een onderoppervlak, de werkwijze omvattende de stappen: — het voorzien van twee zijwanden voor het gespatieerd ondersteunen van de tweede plank op de eerste plank, de tweede plank gepositioneerd op de eerste plank, de zijwanden gepositioneerd tussen de eerste en de tweede plank, de zijwanden substantieel parallel aan beide planken, elk van de zijwanden omvattende een eerste contactrand en een tweede contactrand; — het uitoefenen van een opwaartse kracht op de eerste plank en het daarbij voor ten minste één van de zijwanden: a. schuiven van de eerste contactrand in essentie evenwijdig aan een oppervlak van één van beide planken; en/of b. roteren van de zijwand rond een rotatieas, de rotatieas in essentie coaxiaal met de tweede contactrand en in essentie gelegen aan een oppervlak van één van beide planken; en/of c. veranderen van de afstand tussen de eerste en de tweede contactrand.
14. Een werkwijze volgens voorgaande omschrijving 13, waarbij het schuiven (stap a.) en het roteren (stap b.) simultaan en voor beide zijwanden tegelijkertijd wordt uitgevoerd tot beide zijwanden in essentie loodrecht ten opzichte van beide planken gepositioneerd zijn, waarna het veranderen van de afstand tussen de eerste en de tweede contactrand (stap c.) voor beide zijwanden tegelijkertijd wordt uitgevoerd.
15. Een werkwijze volgens voorgaande omschrijving 14 voor het spatiëren van twee planken van een uitstalrek volgens één der voorgaande omschrijvingen 1 tot en met 11. In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende voorbeelden die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
VOORBEELD 1 in figuur 4 wordt een voorkeursuitvoering van een uitstalrek en een werkwijze voor het opstelien ervan schematisch voorgesteld. In figuur 4A wordt het uitstalrek in compacte toestand getoond. Het uitstalrek omvat een steunkader (7) op wielen, waaraan een onderplank (8) bevestigd is door middel van een vastgeschroefd haakelement (5). Het uitstalrek omvat verder twee tussenplanken (2), en een bovenplank (3). De tussenplanken (2) zijn voorzien van uitsparingen (21) voor het gemakkelijk vastgrijpen van een tussenplank (2) met een paar grijpers (9). Door middel van een opwaartse kracht uitgeoefend op de grijpers (9), kunnen de onderste zijwanden (4) eerst rechtgetrokken en vervolgens telescopisch verlengd worden. Bij het rechttrekken (figuur 4B} scharnieren de zijwanden (4) aan de scharnierbare bevestiging (61) van de onderrand.
Bij het rechttrekken (figuur 4B) schuiven (60) de zijwanden (4) ook aan de onderzijde van de bovenliggende tussenplank (2). Er wordt ook een positioneringselement (12) opengeklapt ter ondersteuning van de zijwanden (4) en voor het tegengaan van overplooien van de zijwanden.
Na het rechtzetten van het onderste paar zijwanden kan het volgende paar worden rechtgezet (figuur 4C). VOORBEELD 2 Figuur 5 geeft een schematische detailvoorstelling van verschillende componenten van het uitstalrek uit het eerste voorbeeld weer.
Het steunkader (7) met vier wielen is geschikt om de onderplank (8) te bevestigen.
Daartoe wordt een paar van haakelementen 5 in de daartoe voorziene uitsparingen van het steunkader ingehaakt en vervolgens vastgevezen met behulp van vijzen of bouten (64) in de daartoe voorziene gaten (16) in de onderplank (8). Verder omvat de onderplank (8), alsook de tussenplanken (2), twee bevestigingselementen.
Een bevestigingselement omvat vier op één lijn liggende gaten (19) aan de bovenzijde van de desbetreffende plank.
Verder omvatten de zijwanden een eerste kader (4a) en een tweede kader (4b). Het tweede kader (4b) kan ten opzichte van het eerste kader (4a) telescopisch uitgeschoven worden.
Verder omvat de zijwand ook een aanhechtingssysteem (10) dat aan het tweede kader bevestigd kan worden.
Het aanhechtingssysteem omvat een paar naar elkaar toe beweegbare hechtingselementen voor het vastzetten van het tweede kader (4b) ten opzichte van het eerste kader (4a) door middel van plaatsing van de hechtingselementen in een paar van uitsparingen in het eerste kader (4a). Het eerste kader (4a) omvat scharniergaten voor het met twee bouten (13) en moeren scharnierbaar bevestigen van het eerste kader aan de bevestigingsgaten van de onderplank (8) of een tussenplank (2). Het tweede kader (4b) omvat verder een paar haakelementen (11} voor het schuifbaar aanhechten van het tweede kader (4b) aan een railsysteem (22) aan de onderzijde van een tussenplank (2) of een bovenplank (3). Verder omvat het uitstalrek ook per zijwand een positioneringselement (12) omvattende twee starre steunelementen.
Eén van beide steunelementen wordt scharnierbaar bevestigd aan de plank waaraan de zijwand scharnierbaar bevestigd wordt.
Het andere steunelement wordt scharnierbaar bevestigd aan de zijwand zelf.
De twee steunelementen worden verder ook scharnierbaar bevestigd aan elkaar.
Het positioneringselement (12) dient ter ondersteuning van de zijwanden en om het overplooien van de zijwanden tegen te gaan.
VOORBEELD 3 in figuur 6 wordt een voorkeursuitvoering van de kit volgens het tweede aspect van de huidige uitvinding schematisch weergegeven. Het uitstalrek (601) van de kit omvat een beoogde opstelling. De beoogde opstelling omvat welke paren van zijwanden rechtgezet zijn, en voor elk paar van rechtgezette zijwanden de afstand tussen de bovenrand en de onderrand van de zijwanden. Deze afstand kan bv.
weergegeven worden door indicatie van het paar van uitsparingen waar de hechtingselementen van het aanhechtingssysteem in geplaatst zijn. In het uitstalrek (601) in figuur 6 zijn alle positioneringselementen aangebracht aan eenzelfde zijde van het uitstalrek, het achterviak. Aan het achterviak wordt een achterwand (602) aangebracht, voor het tegengaan dat producten langs de achterzijde uit het rek vallen en/of voor het weergeven van visuele elementen voor het aantrekken van consumenten naar het uitstalrek. Verder omvat de kit ook een reclamewand (603) voor het ten minste gedeeltelijk bedekken van de planken en/of de zijwanden van het uitstalrek in de beoogde opstelling. De reclamewand (603) en de achterwand (602) maken deel uit van de behuizing van de kit. In figuur 6B is de achterwand (602) aan het uitstalrek (601) bevestigd en wordt de reclamewand, bij voorkeur uit karton, en bij voorkeur voorzien van uitsnijdingen en voorgevormde vouwen geplooid tot een voorwand en twee zijwanden voor het uitstalrek in de boogde opstelling. Een deel van de reclamewand (602) ligt bij plaatsing aan het uitstalrek (601) op de planken. De reclamewand kan voorzien zijn van visuele elementen voor het aantrekken van consumenten naar het uitstalrek.
In een uitvoeringsvorm omvat de behuizing (602, 603} karton. In een alternatieve voorkeursuitvoering omvat de behuizing kunststof, meer bij voorkeur geëxpandeerd polystyreen, zoals bv. Archi-foam.
VOORBEELD 4 Figuur 7 toont een verdere voorkeursuitvoering van het uitstalrek. Het positioneringselement (12, 26) omvat in figuur 7 verder een veersysteem (26). Het veersysteem (26) is daarbij aangehecht aan het derde scharnierpunt van de steunelementen (12) en aan een cilindrisch connectiesysteem voor het scharnierbaar bevestigen van de zijwand (4). Het veersysteem (26) helpt bij het rechttrekken van de zijwanden (4). Bij het roteren van een zijwand (4) rond zijn scharnieras staat net voor de loodrechte positionering van de zijwand op de plank waaraan deze scharnierbaar bevestigd is de beoogde bewegingsrichting van de bovenrand van de zijwand immers nagenoeg loodrecht op de richting van de opwaartse kracht. Daardoor is het moeilijk om de zijwand (4) volledig recht te trekken door de opwaartse kracht. Een veersysteem (26) biedt een oplossing voor dit probleem.
VOORBEELD 5 Figuur 8 toont verschillende voorkeursgroottes en voorkeursstapelingen op een Chep pallet (802, 804} van uitstalrekken (801, 803, 805) volgens de huidige uitvinding. Hierbij bevinden de uitstalrekken zich in de compacte toestand, i.e. alle zijwanden van het uitstalrek zijn in essentie parallel aan de planken van het uitstalrek gepositioneerd. De planken van het uitstalrek en het steunkader zijn in essentie rechthoekig. De afmetingen van de planken definiëren een rechthoek. De rechthoek is geschikt voor het ten minste voor 30%, bij voorkeur voor 95%, bij grotere voorkeur voor 88% bedekken van het oppervlak van het Chep pallet. Hierbij kan de rechthoek gedefinieerd door de planken van het uitstalrek in essentie congruent zijn aan het oppervlak van het pallet (figuur 8A). Hierbij kan de rechthoek gedefinieerd door de planken van het uitstalrek ook niet congruent zijn aan het oppervlak van het pallet (figuur 8C). In figuur 8A passen er vier uitstalrekken (801) per hoogteniveau op het pallet (802}. In figuren 8B en 8C passen er twee uitstalrekken (803, 805) per hoogteniveau op het pallet (804). Verder kunnen de steunkaders en/of bovenplanken van de uitstalrekken ingericht zijn voor het tegengaan van afschuiven van verschillende op elkaar gestapelde uitstalrekken in de compacte toestand. In figuren 8B en 8C verzinken de wielen van een uitstalrek bv. in de bovenplank van het onderliggende uitstalrek. In de stapelingen in figuren 8B en 8C wordt ook een plank voorzien op het oppervlak van het Chep pallet voor het verzinken van de wielen van de uitstalrekken op het onderste hoogteniveau. VOORBEELD 6 Figuur 9 toont een schematische voorstelling van een werkingsprincipe volgens de huidige uitvinding. Figuur 10 toont detailvoorstellingen van een voorkeursuitvoering van een uitstalrek volgens de huidige uitvinding. De alfabetische nummering van de deelfiguren van figuren 9 en 10 correspondeert.
Het uitstalrek omvat een eerste plank (101}, een tweede plank (102), en twee telescopisch ingerichte zijwanden (103) elk aan een onderrand scharnierbaar bevestigd (105) aan de eerste plank (101) en aan een bovenrand schuifbaar aangehecht (104) aan de tweede plank (102).
initieel (figuren 9A en 10A) is de tweede plank (102) gepositioneerd op de eerste plank (101). De telescopisch ingerichte zijwanden (103) zijn hierbij gepositioneerd tussen de eerste plank (101) en de tweede plank (102), en substantieel parallel aan beide planken. Door het uitoefenen van een opwaartse kracht (figuren 9B en 10B) op de tweede plank (102) worden de zijwanden (103) automatisch minstens gedeeltelijk recht getrokken. Hierbij schuiven de bovenranden van de zijwanden (103) langs de onderzijde van de tweede plank (102) naar buiten toe middels de schuifbare aanhechting (104). Tegelijkertijd scharnieren (105) de zijwanden (103) open rond een rotatieas in essentie coaxiaal met de onderrand. De hoek a tussen de zijwanden (103) en de eerste plank (101) vergroot hierbij. De zijwanden kunnen in een verticale positie gebracht worden, waarbij genoemde hoek a ongeveer gelijk is aan 90°. Figuren 9C en 10C tonen de eerste plank (101), de tweede plank (102) en de zijwanden (103) in steuntoestand. In de steuntoestand staan de zijwanden (103) in essentie loodrecht op beide planken (101, 102). Verder is het paar van zijwanden (103) vanuit de steuntoestand inklapbaar naar elkaar toe. Een gedeelie van de zijwanden (103) kan vanuit de steuntoestand verzonken worden in de eerste plank (101) (figuren 9C en 10C). Het scharnieren van de gedeeltelijk verzonken zijwanden (103) wordt belet doordat de verzonken gedeeltes omgeven worden door de eerste plank (101). Om de zijwanden (103) naar elkaar toe in te klappen, moeten deze eerst terug uit de eerste plank (101) getild worden, voor de gewenste rotatie kan worden uitgevoerd. De eerste plank (101) is uitgerust met een vergrendelsysteem voor het verhinderen van het optillen van een verzonken zijwand uit de eerste plank. Eens de zijwanden (103) verzonken en vergrendeld (figuren 9D en 10D) zijn, kan de hoogie van de zijwanden (103) telescopisch aangepast worden {figuren 9F en 10E). Genoemde handelingen kunnen manueel of machinaal uitgevoerd worden.
Figuren 9 en 10 tonen twee planken. Een uitstalrek omvat minstens twee planken, zoals twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien, elf, twaalf, dertien, veertien, vijftien, zestien, zeventien, achttien, negentien, twintig, of meer planken. Het uitstalrek omvat een aantal paren van zijwanden gelijk aan één minder dan het aantal planken. Figuur 11 toont een detailvoorstelling naar analogie met figuur 10, maar met meerdere planken, meer bepaald zes planken. Het uitstalrek in figuur 11 omvat vier wielen (1390, 1391). Twee van de wielen (1391) zijn roteerbaar. Eén van de roteerbare wielen omvat een remsysteem. De wielen zijn gemonteerd aan een onderframe (1350; zie figuur 13), waarop een onderplank (1303) gemonteerd is. De onderplank (1303) omvat een richel (1330) voor het ondersteunen van de behuizing (602, 603) van de kit (zie figuur 14). Verder omvat het uitstalrek van figuur 11 meerdere tussenplanken (1302) en een bovenplank (1301), alsook een meervoud van paren van zijwanden (1304, zie figuur 12). Figuur 12 toont een schematische weergave van de opbouw van het uitstalrek van figuur 11, naar analogie met figuur
9. Het uitstalrek wordt omgevormd van een transporttoestand (figuur 12A) tot een beoogde opstelling (figuur 12N).
Een telescopisch ingerichte zijwand (1304) omvat (zie figuur 13): e een kader (1307, 1311); e twee uitschuifelementen (1306) elk omvattende uitsparingen; en e een aanhechtingssysteem (1308, 1309, 1310, 1314) omvattende twee ten opzichte van elkaar verplaatsbare hechtingselementen (1314).
Het kader (1307, 1311) bestaat uit een kaderframe (1307) en twee langwerpige staven (1311). De twee langwerpige staven (1311) omvatten elk aan een bovenzijde één of meerdere openingen voor het doorvoeren van een langwerpig connectie- element (1322). Het kaderframe (1307) omvat eveneens aan een bovenzijde gaten voor het doorvoeren van het langwerpig connectie-element (1322). Het aanhechtingssysteem (1308, 1309, 1310, 1314) omvat een overbrengelement (1308), twee veren {1310), en een bovenbalk (1309). De bovenbalk is voorzien voor het doorvoeren van het connectie-element (1322). Het aanhechtingssysteem (1308, 1309, 1310, 1314) kan in het kaderfirame (1307) ingebracht worden. De langwerpige staven (1311) kunnen ook in het kaderframe (1307) ingebracht worden. Vervolgens kan het geheel (1305) via doorvoer van het connectie-element (1322) door de daartoe voorziene openingen in het kaderframe (1307), de langwerpige staven (1311) en de bovenbalk (1309), alsook door corresponderende schuifuitsparingen (1321) in de bovenliggende plank schuifbaar aangehecht worden aan de bovenliggende plank. Door relatieve beweging van het overbrengelement (1308) ten opzichte van het kader (1307, 1311), met indrukking van genoemde veren (1310), worden de hechtingselementen verplaatst en kunnen de uitschuifelementen (1306) over de langwerpige staven (1311) gebracht worden. Via een protrusie-element (1312) kan het schuiven van een uitschuifelement (13086) van een langwerpige staal (1311) verhinderd worden. De hechtingselementen kunnen gepositioneerd worden in de uitsparingen van de uitschuifelementen (1306) voor fixatie van de uitschuifelementen (1306) relatief ten opzichte van het kader (1307, 1311). Door relatieve beweging van het overbrengelement (1308) ten opzichte van het kader
(1307, 1311), met indrukking van genoemde veren (1310), worden de hechtingselementen uit de uitsparingen gehaald en kunnen de uitschuifelementen (1306) over de langwerpige staven (1311) schuiven, voor zover de protrusie- elementen (1312) dit toelaten.
Elk van de onderplank (1303), de tussenplanken (1302), en de bovenplank (1301) omvat een dekplaat uit glasvezelversterkt polypropyleen en een aluminium frame (1320, 1323 1324, 1325, 1326). Het aluminium frame van de bovenplank (1301) en de tussenplanken (1302) omvat de genoemde schuifuitsparingen (1321) voor het doorvoeren van een connectie-element (1322). Het aluminium frame van de onderplank (1303) en de tussenplanken (1302) omvat verder een paar bevestigingsmiddelen, waarbij elk bevestigingsmiddel vier scharnieropeningen (1324) omvat voor het met twee langwerpige connectiesystemen (1313) scharnierend bevestigen van de uitschuifelementen (1306) van een zijwand aan het bevestigingsmiddel. De scharnieropeningen (1324) zijn verder geconfigureerd voor het in essentie loodrecht op de plank gedeeltelijk verzinken van de zijwand in de plank. Doordat het verzonken gedeeltes minstens gedeeltelijk omgeven worden door de plank, staan deze stabiel gepositioneerd. Het aluminium frame van de onderplank (1303) en de tussenplanken (1302) omvat verder een vergrendelsysteem (1325, 1326) voor het verhinderen van het optillen van de verzonken zijwand uit de plank bij het telescopisch verlengen van de zijwand. Het vergrendelsysteem is bereikbaar via openingen (1393, 1393") in de corresponderende dekplaten. De dekplaat van de bovenplank (1301) omvat verder vier uitsparingen (1392) voor het verzonken positioneren van de wielen van een ander uitstalrek met eenzelfde wielpositionering. Dit wordt geïllustreerd in figuur 17A. Meerdere lagen van uitstalrekken in transporttoestand kunnen op deze wijze op een standaard pallet (1704) gestapeld worden. De planken van het uitstalrek omvatten een in essentie rechthoekige bovenzijde. Elk van de bovenzijden omvat een in essentie zelfde lengteafmeting en een in essentie zelfde breedteafmeting. De afmetingen zijn geschikt voor het minstens voor 95% bedekken van het draagopperviak van een standaard pallet met een geheel aantal niet-overlappende rechthoeken met deze lengte- en breedteafmeting. De richel (1330) van de onderplank (1303) omvat een rechthoekige vorm met een lengieafmeting van ongeveer 600 mm en een breedieafmeting van ongeveer 400 mm, zodat vier uitstalrekken naast elkaar op een standaard pallet van ongeveer 800 mm op ongeveer 1200 mm geplaatst kunnen worden. Het standaard pallet (1704) wordt bij voorkeur voorzien van een palletdekplaat (1705) met uitsparingen of openingen corresponderend met de wielpositionering van vier naast elkaar geplaatste uitstalrekken.
Verder kan een dergelijk standaard pallet (1704) met palletdekplaat (1705) eveneens gebruikt worden voor het transporteren van vier naast elkaar geplaatste gevulde uitstalrekken (zie figuur 17B). De gevulde uitstalrekken kunnen hierbij voorzien zijn van een behuizing (602, 603; zie figuur 14) en/of een beschermingshoes (1710). Verder kan een bekleed en gevuld uitstalrek omgeven worden met spanbanden (1711), bv. uit kunststof.
In een uitvoeringsvorm omvat de behuizing (602, 603) karton.
In een alternatieve voorkeursuitvoering omvat de behuizing kunststof, meer bij voorkeur geëxpandeerd polystyreen, zoals bv.
Archi-foam.
Bij voorkeur omvat het standaard pallet (1704) een transponder omvattende een locatiesensor, een temperatuursensor, een schoksensor, een weegsensor, een module voor draadloze communicatie, en een tastbaar niet-transitoir computer- leesbaar opslagmedium voor het loggen van sensordata wanneer de module niet kan communiceren met een gateway.
Bij voorkeur is het standaard pallet (1704) een Ahrma-pallet.
VOORBEELD 7 Dit voorbeeld betreft een modificatie van het uitstalrek uit voorbeeld 6, waarbij het uitstalrek een koelinstallatie omvat.
De koelinstallatie bevindt zich bij voorkeur onderaan het uitstalrek, maar kan zich alternatief ook bovenaan bevinden.
In een nog andere uitvoeringsvorm is elke plank voorzien van een koelelement.
Figuur 15 toont de modificaties ten opzichte van het uitstalrek beschreven in voorbeeld 6. Het uitstalrek omvat onderaan een koelinstallatie (1540). Het uitstalrek omvat dezelfde bovenplank (1301) en gemodificeerde tussenplanken (1502). De gemodificeerde tussenplanken (1502) omvatten aan een eerste zijde (van de dekplaat) een gerasterde set van openingen (1541) voor luchtstroming.
Verder kunnen de gemodificeerde tussenplanken eveneens aan een tweede zijde, welke tegenover de eerste zijde ligt, een tweede voorziening (1542) voor luchtstroming omvatten.
Deze tweede voorziening kan een gerasterde set van openingen omvatten, maar kan alternatief ook een enkele opening omvatten.
De koelinstallatie (1540) omvat bij voorkeur een paar uitsparingen (1545) geschikt als handvat, een bedieningspaneel (1543), een raster (1544) voor externe luchtstroming, en doorstroomrasters (1546) corresponderend met de gerasterde set van openingen (1541), en indien aanwezig de tweede voorziening (1542), voor luchtstroming. Een gemodificeerde behuizing (1550) kan het bedieningspaneel afschermen (1551) maar het raster voor externe luchtstroming (1544) minstens gedeeltelijk onbedekt laten. Bj voorkeur omvat het uitstalrek eveneens een richel (1330) net boven de wielen (1390, 1391) voor ondersteuning van de behuizing. Bij voorkeur omvat de koelinstallatie een oplaadbare batterij, zodat de koelinstallatie ook tijdens transport van een bekleed en gevuld uitstalrek voor koeling kan zorgen.
VOORBEELD 8 Figuur 16 toont een uitvoeringsvorm van een koelinstallatie voor een uitstalrek volgens de huidige uitvinding.
De koelinstallatie omvat een verdamper (1604) omvattende ventilatoren (1607), een behuizing voor de verdamper (1613) omvattende een verdamperdekpiaat (1614), een compressor (1605), en een condensor (1602) omvattende een ventilator (1621). Verder omvat de koelinstallatie een batterij (1608) en een controller (1606). De koelinstallatie omvat eveneens een behuizing omvattende een bovenplaat (1601) omvattende een doorstroomraster, een verwijderbaar voorraster (1603) bevestigbaar via magneten (1612), handgrepen (1611), wielen met (1609) en zonder (1610) rem, een drainageplug (1615), en een connectieplug (1616) voor een oplaadsnoer. De koelinstallatie omvat verder ook een koelmiddel, zoals bv. R290.
VOORBEELD 9 Dit voorbeeld beschrijft een uitvoeringsvorm van een uitstalsysteem voor het machinaal opstellen, bekleden, en vullen van een uitstalrek. lemand met gewone kennis in het vakgebied zal appreciëren dat hetzelfde systeem en/of een analoog systeem kan gebruikt worden voor het ontmantelen en inklappen van een uitstalrek. Het uitstalsysteem omvat een opzetsysteem en een vulsysteem. Een stapeling van uitstalrekken wordt in de transporttoestand op een standaard pallet (1704) aangeleverd, zoals beschreven in voorbeeld 6. Een kolom van het standaard pallet wordt van het pallet gereden en aan het opzetsysteem aangeleverd. Vooreerst wordt de kolom ontstapeld door het opheffen van het op één na onderste uitstalrek en het verplaatsen van het onderste uitstalrek. Vervolgens wordt het verplaatste uitstalrek opgericht door paarsgewijs naburige planken te klemmen en relatief ten opzichte van elkaar verticaal te verplaatsen. Hierbij komen de zijwanden automatisch minstens gedeeltelijk recht bij het relatief ten opzichte van elkaar verticaal verplaatsen van genoemde naburige planken. Een paar armen haakt in een holte, bij voorkeur een holte aan het aanhechtingssysteem, van elk van de zijwanden voor het volledig rechttrekken van de zijwanden. De verticale krachten door de relatieve verticale verplaatsing staan immers in essentie loodrecht op de gewenste schuifrichting van de schuifbare aanhechting eens de zijwanden nagenoeg maar nog niet volledig recht getrokken zijn. Vervolgens worden de zijwanden minstens gedeeltelijk verzonken in de onderliggende plank en vergrendeld. Genoemde armen, of een ander paar armen, verplaatst voor elk van het paar zijwanden het aanhechtingssysteem relatief ten opzichte van het kader, en de zijwanden worden telescopisch verlengd. Dit proces wordt herhaald van boven naar onder toe tot de beoogde opstelling van het uitstalrek verkregen is. Optioneel wordt het uitstalrek in de beoogde opstelling bekleed met de behuizing van de kit vóór het vullen van het uitstalrek.
Het vulsysteem omvat een formeerplateau met een grootte corresponderend met het vulbaar gedeelte van een plank van het uitstalrek. De producten worden van een productielijn rij per rij overgeduwd op het formeerplateau. Het vulsysteem omvat verder een robotgrijper omvattende een vorkenbord. Het vorkenbord kan de gehele laag van het formeerplateau nemen. Tevens is de grijper voorzien van opstaande gladde randen die als een geleidingstrechter werkzaam zijn bij het plaatsen van de laag in een vak van het uitstalrek. De robot brengt de vorkengrijper met producten erop in het vak. De voorzijde van de grijper is taps toelopend door middel van flexibele kunststof strips. Dit voorkomt dat de grijper blijft steken wanneer deze in het vak wordt ingevoerd. De voorzijde van de grijper blijft met een plaat aan de voorzijde van het vak staan, terwijl het vorkenbord met zijwanden terug wordt getrokken uit het vak. De producten worden op deze manier in het vak geplaatst. De robot start met het onderste vak en laadt vervolgens op een vergelijkbare manier de overige vakken van het uitstalrek vol.
VOORBEELD 10 Alternatief aan voorbeeld 9 kan een uitstalrek zelf een opzetsysteem omvatten. Het opzetsysteem kan motoren omvatten, bv. motoren die een torsie in de scharnierbare bevestiging van een zijwand kunnen genereren voor het opzetten of inklappen van de zijwanden. Het opzetsysteem kan zo voor elk van de handelingen (0.a. zijwanden opzetten, zijwanden verzinken, zijwanden vergrendelen, zijwanden telescopisch verlengen) de nodige actuatoren omvatten.
Verder kan een applicatie voorzien worden voor een gebruikerstoestel (bv. een smartphone} voor het verzenden van een opstelboodschap naar een module voor draadloze communicatie van het uitstalrek. Bij ontvangst van de opstelboodschap worden de actuatoren dan passend aangedreven voor het opstellen van het uitstalrek tot een beoogde opstelling. Bij voorkeur omvat de opstelboodschap informatie betreffende de gewenste beoogde opstelling.
Claims (14)
1. Uitstalrek voor het uitstallen van goederen, het uitstalrek omvattende een eerste plank (101), een tweede plank (102) en een paar van telescopisch ingerichte zijwanden (103), het uitstalrek geconfigureerd voor scharnierbare bevestiging (105) van de zijwanden aan de eerste plank en schuifbare aanhechting (104) van de zijwanden aan de tweede plank, met als kenmerk dat de eerste plank een paar bevestigingsmiddelen omvat, elk bevestigingsmiddel omvattende twee of meerdere scharnieropeningen voor het met één of meerdere langwerpige connectiesystemen scharnierend bevestigen van een zijwand aan het bevestigingsmiddel, waarbij de scharnieropeningen van het bevestigingsmiddel verder geconfigureerd zijn voor het in essentie loodrecht op de eerste plank gedeeltelijk verzinken van de zijwand in de eerste plank.
2. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, het uitstalrek omvattende het paar van zijwanden voor het ondersteunen van de tweede plank, elk van de zijwanden omvattende een onderrand en een bovenrand, waarbij — de eerste plank ingericht is voor het scharnierend bevestigen van beide onderranden van het paar van zijwanden; — de tweede plank ingericht is voor het schuifbaar aanhechten van beide bovenranden van het paar van zijwanden; en — elk van de zijwanden telescopisch ingericht is voor het instellen van minstens twee verschillende afstanden tussen de onderrand en de bovenrand, waarbij het paar van aan de eerste plank scharnierend bevestigde en aan de tweede plank schuifbaar aangehechte zijwanden een steuntoestand omvat waarbij de zijwanden in essentie loodrecht staan op beide planken, het paar van zijwanden vanuit de steuntoestand inklapbaar naar elkaar toe.
3. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, waarbij elk bevestigingsmiddel omvattende vier scharnieropeningen voor het met twee langwerpige connectiesystemen scharnierend bevestigen van een zijwand aan het bevestigingsmiddel.
4, Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het uitstalrek een vergrendelsysteem omvat voor het verhinderen van het optillen van de verzonken zijwand uit de eerste plank bij het telescopisch verlengen van de zijwand.
5. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, waarbij een telescopisch ingerichte zijwand: — een kader; — één of meerdere uitschuifelementen omvattende uitsparingen, de één of meerdere uitschuifelementen uitschuifbaar ten opzichte van het kader; en — een aanhechtingssysteem omvattende twee ten opzichte van elkaar verplaatsbare hechtingselementen omvat, waarbij het aanhechtingssysteem geconfigureerd is om aan het kader aangebracht te worden en om het kader vast te zetten ten opzichte van de één of meerdere uitschuifelementen door middel van plaatsing van de hechtingselementen in uitsparingen van de één of meerdere uitschuifelementen.
6. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, omvattende minstens drie, en bij voorkeur vier, wielen, bij voorkeur één of meerdere van de wielen omvattende een remsysteem.
7. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de eerste en de tweede plank elk een in essentie rechthoekige bovenzijde omvatten, elk van de rechthoekige bovenzijden in essentie omvattende eenzelfde lengteafmeting en eenzelfde breedteafmeting, de afmetingen geschikt voor het minstens voor 90% bedekken van het draagoppervlak van een standaard pallet met een geheel aantal niet-overlappende rechthoeken met deze lengte- en breedteafmeting.
8. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, waarbij minstens één van de eerste plank, de tweede plank en de zijwanden een metaal of een legering, bij voorkeur staal of aluminium, omvat.
9, Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, het uitstalrek omvattende een communicatiemodule en minstens één van een weegsensor, een temperatuursensor, een locatiesensor, een gassensor, een vochtigheidssensor, een infraroodsensor, een oogdetectiesysteem, een camera, een Wi-Fi tracker, een Bluetooth-lage-energiebaken, een promotiechip, en een elektronische prijsaanduiding.
10. Uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het uitstalrek een koelinstallatie omvat.
11. Kit omvattende een uitstalrek volgens één der voorgaande conclusies en een behuizing voor het uitstalrek, het uitstalrek omvattende een beoogde opstelling, de kit ingericht voor het bevestigen van de behuizing aan het uitstalrek in de beoogde opstelling, de behuizing omvattende een reclamewand, de reclamewand geschikt voor het minstens gedeeltelijk afdekken van de planken en/of de zijwanden van het uitstalrek in de beoogde opstelling, de reclamewand van de bevestigde behuizing verder geconfigureerd voor het nemen van producten van minstens één van de planken.
12. Werkwijze voor het spatiëren van een eerste en een tweede plank voor het uitstallen van goederen, de werkwijze omvattende de stappen van: — het voorzien van twee zijwanden voor het gespatieerd ondersteunen van de tweede plank op de eerste plank, de tweede plank gepositioneerd op de eerste plank, de zijwanden gepositioneerd tussen de eerste en de tweede plank, de zijwanden substantieel parallel aan beide planken, elk van de zijwanden omvattende een eerste rand en een tweede rand; — het uitoefenen van een opwaartse kracht op de tweede plank en het daarbij voor minstens één van de zijwanden: a. schuiven van de eerste rand in essentie evenwijdig aan een oppervlak van één van beide planken; en/of b. roteren van de zijwand rond een rotatieas, de rotatieas in essentie coaxiaal met de tweede rand en in essentie evenwijdig aan een oppervlak van één van beide planken; en/of c. veranderen van de afstand tussen de eerste en de tweede rand; waarbij het schuiven (stap a.) en het roteren (stap b.) simultaan en voor beide zijwanden tegelijkertijd wordt uitgevoerd tot beide zijwanden in essentie loodrecht ten opzichte van beide planken gepositioneerd zijn, waarna het veranderen van de afstand tussen de eerste en de tweede rand {stap c.) voor beide zijwanden tegelijkertijd wordt uitgevoerd.
13. Werkwijze volgens voorgaande conclusie 12, waarbij genoemde stappen machinaal worden uitgevoerd.
14. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 12 tot en met 13 voor het spatiëren van de eerste en de tweede plank van een uitstalrek volgens één der conclusies 1 tot en met 10.
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2017976A NL2017976B1 (nl) | 2016-12-12 | 2016-12-12 | Opplooibaar uitstalrek met scharnierende en telescopisch ingerichte zijwanden en werkwijze voor het uitstallen ervan |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2020062A NL2020062A (nl) | 2018-06-18 |
NL2020062B1 true NL2020062B1 (nl) | 2021-10-14 |
Family
ID=61023286
Family Applications (2)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2017976A NL2017976B1 (nl) | 2016-12-12 | 2016-12-12 | Opplooibaar uitstalrek met scharnierende en telescopisch ingerichte zijwanden en werkwijze voor het uitstallen ervan |
NL2020062A NL2020062B1 (nl) | 2016-12-12 | 2017-12-12 | OPPLOOIBAAR UITSTALREK MET SCHARNIERENDE EN TELESCOPISCH INGERICHTE ZlJWANDEN EN WERKWIJZE VOOR HET UITSTALLEN ERVAN |
Family Applications Before (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2017976A NL2017976B1 (nl) | 2016-12-12 | 2016-12-12 | Opplooibaar uitstalrek met scharnierende en telescopisch ingerichte zijwanden en werkwijze voor het uitstallen ervan |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (2) | NL2017976B1 (nl) |
Family Cites Families (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4548012A (en) * | 1981-09-16 | 1985-10-22 | Paul Weston | Collapsible framework |
EP0864232A4 (en) | 1995-11-30 | 2002-02-20 | Tagnology Inc | ELECTRONIC RETAIL PRICE LABELING SYSTEM |
US6360548B1 (en) | 1998-06-12 | 2002-03-26 | Ramon Munoz Navarro | Open-fronted, refrigerated showcase with dual evaporators and dissipater pans |
US20050086133A1 (en) | 2003-01-08 | 2005-04-21 | Scherer William H. | System and method for sensing and analyzing inventory levels and consumer buying habits |
US8256629B2 (en) | 2009-06-25 | 2012-09-04 | Shou Qiang Zhu | Foldable and portable storage shelf |
WO2011104623A1 (en) | 2010-02-26 | 2011-09-01 | Pop Ontime Supply Services, S.A. De C.V. | Collapsible display structure |
US8342544B1 (en) * | 2011-03-15 | 2013-01-01 | Patrick Blewett | Utility cart |
US9727838B2 (en) | 2011-03-17 | 2017-08-08 | Triangle Strategy Group, LLC | On-shelf tracking system |
CN103239074A (zh) | 2013-05-22 | 2013-08-14 | 太仓华众金属制品有限公司 | 一种便携式折叠货架 |
-
2016
- 2016-12-12 NL NL2017976A patent/NL2017976B1/nl active
-
2017
- 2017-12-12 NL NL2020062A patent/NL2020062B1/nl active
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL2017976B1 (nl) | 2017-12-14 |
NL2020062A (nl) | 2018-06-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US11311122B2 (en) | Foldable display rack with hinged and telescopic side walls and method for the build-up thereof | |
US10023355B2 (en) | Scissor lift pallet lifter | |
US10384702B2 (en) | Resetting cart | |
US6298672B1 (en) | Produce merchandiser | |
US7320472B2 (en) | Cart for stocking inventory and methods for making same | |
US4978013A (en) | Collapsible display rack | |
US20150128832A1 (en) | Pallet Lifting System | |
US10640336B2 (en) | Beverage container handling and storage system | |
US20100303603A1 (en) | Portable Adjustable Height Platform | |
US4652003A (en) | Carrying cart equipped with service rack and stepladder | |
US20180037245A1 (en) | Folding shelf carriage | |
US4504073A (en) | Cart structure for stocking merchandise | |
US9204739B2 (en) | Apparatus and method for product display | |
US20180273072A1 (en) | System for Storing Products | |
US20040056439A1 (en) | Narrow-aisle restocking cart | |
NL2020062B1 (nl) | OPPLOOIBAAR UITSTALREK MET SCHARNIERENDE EN TELESCOPISCH INGERICHTE ZlJWANDEN EN WERKWIJZE VOOR HET UITSTALLEN ERVAN | |
US6138842A (en) | Point of sale display | |
BE1024904B1 (nl) | Opplooibaar uitstalrek met scharnierende en telescopisch ingerichte zijwanden en werkwijze voor het uitstallen ervan | |
US20150034579A1 (en) | Folding Shelf Carriage | |
US4354604A (en) | Merchandise stocking system and method, and equipment used therewith | |
HUT58638A (en) | Commodity-introducing roller shelf system | |
US4263986A (en) | Merchandise stocking system and method, and equipment used therewith | |
US20220391829A1 (en) | Retail systems | |
CA2879043C (en) | Pallet lifting system | |
CA2290047A1 (en) | Display assembly |