NL2019387B1 - Palletladingbeschermer, heftruck voorzien daarmee en werkwijze voor het beschermen van palletlading - Google Patents

Abstract

De onderhavige vinding heeft betrekking op een palletladingbeschermer, heftruck voorzien daarvan en werkwijze voor het beschermen van lading op een pallet. De palletladingbeschermer omvat: — een gestel met een bevestigingselement ingericht voor het bevestigen van de palletladingbeschermer aan of op de heftruck; — een aan of op het gestel bevestigd palletcontactlichaam ingericht voor het in contact komen met de pallet bij het oppakken daarvan; en — een werkzaam met de palletladingbeschermer verbonden sensor of sensorsysteem ingericht voor het meten van een impactindicatie bij het oppakken van de pallet.

Description

PALLETLADINGBESCHERMER, HEFTRUCK VOORZIEN DAARMEE EN WERKWIJZE VOOR HET BESCHERMEN VAN PALLETLADING

De uitvinding betreft een palletladingbeschermer voor het beschermen van pallet en lading op een pallet. In het bijzonder is de palletladingbeschermer geschikt voor het beschermen van pallet en lading bij het met een heftruck oppakken van een pallet, in hel bijzonder bij hel inrijden of insteken van de vorken.

In de praktijk worden veel goederen getransporteerd en/of opgeslagen op pallets. Heftrucks worden gebruikt voor hel verplaatsen van de goederen door het met de heftruck vorken insteken en vervolgens oppakken en neerzelten van een pallet. Hierbij treedt regelmatig schade op aan de goederen en aan de pallet. Deze schade wordt onder meer veroorzaakt doordat de buigradius van de heftruck vorken, ook wel aangeduid als de hiel van de vorken ofwel de ronding tussen het verticale en horizontale gedeelte van de heftruck vorken w'aarop de lading staat, de voorste palletplank raakt bij het in de pallet steken van de vorken. Deze palletplank zal vervolgens enigszins opwaarts bew'egen waardoor schade aan de pallet en de daarop geplaatste goederen kan ontstaan. Schade kan ook worden veroorzaakt, of worden verergerd, indien de vorken niet volledig horizontaal staan. Dit is bijvoorbeeld het geval indien de punt van de vork lager staat dan de hiel van de vork. Door de beweging van de vorken bij het steken van de vorken in de pallet, het optillen van de vorken bij het oppakken van de pallet met een lading en de daarmee gepaard gaande krachten, kan beschadiging van de pallet en de daarop geplaatste lading optreden. Bijkomend kan schade worden veroorzaakt of verergerd door een te hoge snelheid tijdens het in de pallet steken van de vorken, waardoor het opstaande deel van de vorken de voorste pallet plank en/of goederen kan beschadigen.

De onderhavige vinding heeft tot doel palletlading en pallet te beschermen bij het oppakken van de pallet met de daarop geplaatste lading met een heftruck.

Dit doel wordt bereikt met de palletladingbeschermer volgens de vinding voor het beschermen van een pallet en lading op een pallet bij het met een heftruck insteken en vervolgens oppakken van de pallet, waarbij de palletladingbeschermer omvattende: - een gestel met een bevestigingselement ingericht voor het bevestigen van de palletladingbeschermer aan of op de heftruck; - een aan of op het gestel bevestigd palletcontactlichaam ingericht voor het in contact komen met de pallet bij het oppakken daarvan; en - een werkzaam met de palletladingbeschermer verbonden sensor of sensorsysteem ingericht voor het meten van een impactindicatie bij het oppakken van de pallet.

Door het voorzien van een palletcontactlichaam zal bij het oppakken van de pallet dit lichaam in contact komen met de zogeheten middenklos, tussenplank en topdek van de pallet, of als alternatief in contact komen met de tussenplank/topdek en/of onderste palletplank. Deze middenklos vormt samen met de tussenplank en het topdek één van de sterkste delen van de pallet. Het bevestigingselement van het gestel van de palletladingbeschermer volgens de vinding is in gebruik bij voorkeur zodanig voorzien aan of op de heftruck dat het palletcontactlichaam op een zodanige hoogte ten opzichte van de vorken is geplaatst dat in de praktijk bij het inrijden in en oppakken van de pallet dit lichaam in contact komt met genoemde middenklos, tussenplank en topdek. Het oppakken van de pallet gebeurt bij voorkeur middels heftruck vorken, zowel vaste vorken als ook manuele of hydraulische verlengvorken.

De palletladingbeschermer is bij voorkeur afneembaar bevestigbaar aan een gestel van een heftruck. De afmetingen van het palletcontactlichaam zijn hierbij verder afgestemd op afmetingen van de heftruck, in het bijzonder het vorktype en de hiel van de vorken van een dergelijke heftruck. Zo is de dikte bij voorkeur groter dan de radius van de hiel van de vorken om schade te vermijden. Tevens zijn afmetingen bij voorkeur ook afgestemd op de gewichls- en tilklasse van de heftruck. Het palletcontactlichaam is bij voorkeur vervaardigd van een kunststof zoals PE, een rubber of ander geschikt materiaal, bijvoorbeeld een gietkunststof van een geschikte samenstelling.

Door verder de palletladingbeschermer volgens de vinding te voorzien van een werkzaam daarmee verbonden sensor of sensorsysteem wordt bewerkstelligd dat een meting van een impactindicatie bij het oppakken van de pallet kan worden verkregen. Door het meten van de impactindicatie, ofwel de impact die de heftruck direct of indirect op de op te pakken pallet uitoefent bij het verplaatsen van goederen op de pallet, wordt een bewaking mogelijk gemaakt van het vrij van beschadiging hanteren van goederen op een pallet. De impactindicatie geeft derhalve een inschatting van het risico op schade bij het hanteren van de goederen. De impact wordt onder meer beïnvloed door de snelheid van de heftruck bij het oppakken, het gewicht van de heftruck en de pallet met eventueel daarop geplaatste goederen, alsmede eventuele andere invloedfactoren zoals ruwheid van de ondergrond, positie van de pallet en dergelijke.

Door het meten van de impactindicatie wordt bewerkstelligd dat een signalering of bewaking mogelijk is van momenten of situaties van verhoogd risico op schade, dan wel het optreden van daadwerkelijke schade. Tevens wordt bewerkstelligd dat het mogelijk is een relatie te leggen tussen een schade en het moment van ontstaan van deze schade, en daaraan eventueel gekoppeld de verantwoordelijke voor de schade. Verder is het mogelijk data te genereren van praktijksituaties met als doel verbeteringen door te voeren aan heftruck, lading, rijroutes, omgeving etc. om daarmee het risico op schade te verminderen. Hierdoor zal schade aan lading op de pallet gereduceerd of vermeden kunnen worden. Tevens kan schade aan de pallet zelf worden vermeden of gereduceerd. Dit beperkt of voorkomt palletreparatiekosten, minder houtsplinters op een ondergrond met minder schade of slijtage aan rubberen wielen en aandrijfassen van een heftruck, en grotere veiligheid.

Als bijkomend voordeel zal, door de wetenschap van de aanwezigheid van de meting van de impactindicatie, een gebruiker, waaronder de bestuurder van de heftruck, zich meer bewust zijn van het risico op schade zodat gedrag positief kan worden beïnvloed, eventueel met extra begeleiding en instructie. Hiermee is hel mogelijk een preventieve werking van de palletladingbeschermer volgens de vinding te laten uitgaan.

In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de palletladingbeschermer voorts een werkzaam met de sensor of het sensorsysleem verbonden impactsignaleringsysteem ingericht voor het signaleren van een impact bij het oppakken van de pallet op basis van één van een van de sensor of het sensorsysteem ontvangen signaal voor de impactindicatie.

Door het voorzien van een impactsignaleringssysteem wordt bewerkstelligd dat de meting van de impactindicatie verwerkt kan worden zodanig dat ook de impact zelf en hel daaraan gekoppelde risico op beschadiging van goederen op een pallet, en van de pallet zelf, kan worden bepaald.

In één van de huidige uitvoeringsvormen omvat het impactsignaleringssysteem een aan-of op de heftruck aangebrachte impactmelder ingericht om een heflruckbestuurder te informeren over de impactindicatie. Door het voorzien van een impactmelder kan een heftruckbestuurder direct terugkoppeling ontvangen van zijn acties ten aanzien van het oppakken van een pallet met daarop geplaatste goederen. De impactindicatie geeft een indruk van de impact en het daaraan gekoppelde risico op beschadiging van de pallet en/of daarop geplaatste goederen. Hierdoor kan gedrag van de bestuurder van de heftruck op positieve wijze worden beïnvloed. Hierbij behoort het tot de mogelijkheden een logsysteem toe te passen waarmee de meldingen van de impactmelder in de tijd bijgehouden kunnen worden en/of gekoppeld kunnen worden aan de daadwerkelijke bestuurder van de heftruck. Hiermee wordt een directe terugkoppeling bewerkstelligd. Aanvullend of als alternatief kan de inputindicatie ook direct aan de bestuurder worden gemeld, bijvoorbeeld via een app op een mobiele telefoon, een smartwatch, en dergelijke.

Verder aanvullend of als alternatief voor de impactmelder omvat het impactsignaleringssysteem een centraal logistiek systeem ingericht voor het bewaken van risico’s ten aanzien van het ontvangen signaal voor de impactindicatie.

Door een koppeling aan te brengen tussen de sensor of sensorsysteem voor het meten van de impactindicatie en een impactsignaleringssysteem omvattende het centraal logistiek systeem wordt bewerkstelligd dat op een centraal punt in bijvoorbeeld een distributiecentrum de risico’s op schade van goederen op een pallet bewaakt kunnen worden. Hierbij behoort het tot de mogelijkheden om deze risico’s ten aanzien van meerdere heftrucks en/of meerdere bestuurders van heftrucks gelijktijdig te bewaken. Deze bewaking wordt bij voorkeur real-time uitgevoerd zodat op directe wijze ingegrepen kan worden, indien dit is vereist. Tevens behoort hel lot de mogelijkheden de data te gebruiken voor analyse en rapportage.

In een momenteel geprefereerde uitvoeringsvorm is het centrale systeem gecombineerd met de decentrale aangebrachte impactmelder op de heftruck. Hierdoor wordt zowel de bestuurder van de heftruck voorzien van een directe terugkoppeling alsook het centrale systeem.

In een voordelige uitvoeringsvorm omvat de sensor of het sensorsysteem één of meer van een temperatuursensor, camera, lasersensor, impactsensor, contactschakelaar.

Door het voorzien van één of meer van het genoemde type sensoren wordt een effectieve meting van de impactindicatie verkregen. Het zal duidelijk zijn dat diverse combinaties van sensoren op voordelige wijze kunnen worden toegepast, waarbij ook andere typen sensoren kunnen worden gebruikt. Ook behoort het tot de mogelijkheden gebruik te maken van voertuiginformatie, zoals de snelheid. Hiermee wordt een effectief systeem verschaft voor het bepalen van een impactindicatie bij het oppakken van de pallet met daarop geplaatste goederen.

Door gebruik te maken van een camera is het mogelijk de heftruckbestuurder te laten zien wat de actuele afstand is tussen de pallet en de heftruckvorken, waarna bijvoorbeeld de snelheid van de heftruck en/of de stand van de vorken ten opzichte van de pallet insteek openingen kan worden aangepast. Dit kan ook worden gedaan op basis van een lasersensor. Een impactsensor en/of een schakelaar kan bijvoorbeeld een signaal geven indien een ingestelde waarde wordt overschreden. Ook hiermee kan een impactindicatie worden verkregen. Desgewenst behoort het tot de mogelijkheden een sensor te voorzien die de afstand tussen de palletladingbeschermer en de ondergrond meet. Hierdoor behoort het tot de mogelijkheden slijtage van de onderkant van de vorken ten gevolge van wrijving over de ondergrond w'ordl bewaakt. Hiermee behoort het bijkomend tot de mogelijkheden een indicatie te verschaffen voor de totale slijtage en de daarmee gepaard gaande vermindering van de draagkracht van de vorken van de heftruck. Hierdoor wordt de algehele veiligheid vergroot.

In een voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding is het palletcontactlichaam voorzien van een hoogte die groter is dan een pallethoogte waarop lading aanbrengbaar is.

Door het palletlichaam te voorzien van een grotere hoogte wordt bewerkstelligd dat in gemonteerde toestand van de palletladingbeschermer op een heftruck het verhoogde blok hoger is dan de totale pallethoogte waarmee wordt verzekerd dat het palletcontactlichaam zich niet tussen de palletplanken kan bevinden tijdens het heffen. Dit kan op voordelige wijze worden toegepast bij zogeheten “chemical pallets” of “wingpallets” waarbij de middenklos aan de voorkant niet gelijk ligt met de buitenrand van de tussenplank of topdekplank. Hierdoor worden risico’s bij het hanteren van dergelijke pallets nog verder gereduceerd.

In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de onderhavige vinding omvat de palletladingbeschermer een additioneel op het gestel aangebracht ladingcontactlichaam dal in gebruik in gemonteerde toestand is geplaatst boven het palletcontactlichaam.

Door het voorzien van een additioneel ladingcontactlichaam wordt bewerkstelligd dat goederen aangebracht op de pallet vrij worden gehouden van de vorken en de bovenzijde van deze vorken bij voorbeeld niet in de wand van de goederen kunnen steken door daarin te blijven halten tijdens de hefbeweging. Dit is onder meer relevant indien gebruikt wordt gemaakt van een big bags (ook wel aangeduid als FIDC) en bij in zakken verpakte goederen zodat deze niet scheuren ten gevolge van het met een heftruck oppakken daarvan. Hiermee wordt bewerkstelligd dat schade aan de goederen verder wordt vermeden.

In een verdere voordelige uitvoeringsvorm volgens de vinding omvat de palletladingbeschermer voorts vulplaten voor het op maat brengen van de dikte van het palletcontactlichaam gezien in gangbare rijrichting van de heftruck.

Door het voorzien van vulplaten kan een modulair palletcontactlichaam worden toegepast die afhankelijk van het type heftruck, in het bijzonder van de afmetingen van bijvoorbeeld de hiel van de vorken van een dergelijke heftruck, in dikte daarop kan worden afgestemd. Hierdoor wordt een modulair toepasbare palletladingbeschermer verkregen die met de vulplaten geschikt is voor alle typen verkrijgbare heftrucks.

De vinding heeft voorts betrekking op een heftruck omvattende een palletladingbeschermer zoals in een uitvoeringsvorm volgens voorgaand beschreven vinding.

Een dergelijke heftruck verschaft soortgelijke voordelen en effecten zoals beschreven voor de palletladingbeschermer.

In het bijzonder is de palletladingbeschermer bij de heftruck voorzien van een voldoende dikte gezien in gangbare rijrichting van de heftruck. Deze dikte is bij voorkeur groter dan de radius van de overgang van een in hoofdzaak horizontaal uitstrekkend vorkdeel en een in hoofdzaak verticaal uitstrekkend vorkdeel, of wel de hiel van de vorken. Hiermee wordt schade zoveel mogelijk vermeden, in het bijzonder wordt schade door contact tussen hiel en pallet vermeden. In een verdere uitvoeringsvorm is de dikte van de beschermer groter, ofwel er is sprake van een dieper blok, om rekening te houden met optredende overhang van goederen op een pallet.

Door het aanbrengen van een impactmelder op of aan de heftruck wordt bewerkstelligd dat de bestuurder van een heftruck een directe terugkoppeling krijgt ten aanzien van de genomen risico’s op schade en/of de daadwerkelijk opgetreden schade aan goederen tijdens zijn of haar werkzaamheden. Hierbij is het bijvoorbeeld mogelijk met een logsysteem bij te houden hoe vaak risicovolle situaties optreden. Hierbij is het bij voorkeur de bedoeling van de impactmelder om een preventief effect te bewerkstelligen zodanig dat de bestuurder op voorzichtigere wijze goederen op een pallet zal gaan verplaatsen. Aanvullend of als alternatief kunnen specifieke maatregelen worden genomen gericht op bijvoorbeeld de pallet stapeling, stapelingsvorm of -patroon van goederen op een pallet, palletkeuze, zodanig dat risico op schade wordt terug gedrongen.

De uitvinding heeft voorts tevens betrekking op een werkwijze voor het beschermen van lading op een pallet en een pallet zelf, de werkwijze omvattende de stappen: het voorzien van een palletladingschermer in een uitvoeringsvorm volgens de vinding aan of op een heftruck; hel steken van vorken van de heftruck in de pallet; hel met de sensor of het sensorsysteem melen van een impactindicatie; hel aangrijpen van het palletcontactlichaam op de pallet; en hel optillen van de pallet met de lading.

Een dergelijke werkwijze biedt gelijke effecten en voordelen als beschreven voor de palletladingbeschermer en/of heftruck.

Met de werkwijze voor het beschermen van de lading wordt door middel van de impactindicatie bij voorkeur met name een preventieve werking beoogd. Hierdoor wordt het risico op schade aan goederen op een pallet en aan de pallet zelf tijdens het hanteren daarvan sterk verminderd. Hierbij kan een impactsignaleringssysteem op basis van de impactindicatie een daadwerkelijk risico signaleren. Met behulp van een optionele impactmelder wordt de heftruckbestuurder geïnformeerd over de impactindicatie. Hiermee wordt primair een preventief effect beoogd. Aanvullend of als alternatief omvat de werkwijze het met een centraal logistiek systeem bewaken van risico’s ten aanzien van de impactindicatie. Hierbij is het ook mogelijk om op basis van het centrale systeem impactindicaties van meer dan één heftruck te verwerken. Hiermee wordt een volledig systeem verkregen dat is gekoppeld aan de heftruck en/of betreffende heftruckbestuurder.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de vinding worden toegelicht aan de hand van voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, waarbij verwezen wordt naar de bij gevoegde tekeningen, waarin lonen:

Fig. 1A-B aanzichten van eerste uitvoeringsvorm van de palletladingbeschermer volgens de vinding;

Fig. 2A-B aanzichten van een alternatieve uitvoeringsvorm van een palletladingbeschermer volgens de vinding; en

Fig. 3 een aanzicht van een heftruck voorzien van een palletladingbeschermer volgens één van de uitvoeringsvormen.

Palletladingbeschermer 2 (figuren 1A-B) omvat gestel 4 waaraan haken 6 zijn aangebracht. Gestel 4 is verder voorzien van een tweetal liggers 8 en tweetal staanders 10.

Contact lichaam of contactblok 12 is voorzien als beschermend element.

In de geloonde uitvoeringsvorm is camera 14 schematisch weergegeven, alsook lasersensor 16 en andere sensoren 18, waaronder bijvoorbeeld een contactschakelaar. In de getoonde schematische weergave worden meetsignalen 20 verwerkt met processor 22 resulterend in impactindicatie 24. Impactindicatie 24 kan worden gestuurd naar bestuurdersimpactmelder 26 en/of centrale impactmelder 28. Bestuurdersimpactmelder 26 kan aan of nabij een heftruck zijn aangebracht of direct aan de bestuurder worden gemeld via een app op een smartphone, een smartwatch, een chip in of bij een bestuurder, of ander geschikt systeem. De impactmelder op de heftruck kan als een scherm zijn uitgevoerd en/of als een verlichtingsindicatie. Centrale melder 28 maakt bij voorkeur onderdeel uil van een centraal logistiek systeem in bijvoorbeeld een distributiecentrum. In een dergelijke uitvoering kunnen bij voorkeur meerdere heftrucks hiermee zijn verbonden. Met melders 26, 28 behoort het ook tot de mogelijkheden een logbestand bij te houden en desgewenst te koppelen aan een specifieke bestuurder en/of specifieke lading die wordt getransporteerd en/of opgeslagen.

Vorken 30 zijn bevestigd aan een gestel 32 van een heftruck. Vorken 30 zijn voorzien van verticaal deel 34, horizontaal deel 36, die onderling zijn verbonden met hiel 38. Hiel 38 is voorzien van radius 40. Radius 40 is bij voorkeur bepalend voor de minimale dikte van blok 12.

Op te pakken pallet 42 is in de getoonde uitvoeringsvorm voorzien van dragers of topdek 44, klossen 46, waaronder middenklos 48, en voorts van lussenplanken 49 en onderdek 50.

Bij het oppakken van lading op pallet 42 worden vorken 30 gestoken door openingen tussen klossen 46 aan weerszijden van middenklos 48. Blok 12 komt hierbij in contact met middenklos 48, tussenplank 49 en topdek 44. De dikte van blok 12 is bij voorkeur groter dan radius 40 van hiel 38 van vorken 30. Hierdoor wordt schade aan voorste draagplank 44 vermeden. Vervolgens kan de pallet 42 worden opgepakt waarmee de goederen (niet getoond) kunnen worden verplaatst naar een gewenste locatie.

Sensoren 14, 16, 18 bewaken de impact, bijvoorbeeld door een afstand tussen blok 12 en middenklos 48 te meten/bewaken en/of daadwerkelijk contact tussen blok 12 en middenklos 48 te detecteren. Bij voorkeur wordt in combinatie met deze meetsignalen 20 en heflruckinformatie 21, waaronder massa en heftrucksnelheid, met behulp van verwerkingssysteem 22 impactindicatie 24 gegeven. Impactindicatie 24 omvat bij voorkeur een indicatie van een impactmoment/tijdstip alsook van een impactkracht die wordt uitgeoefend op pallet 42. Voorts w'ordt een melding gegeven aan één van melders 26, 28. Hierdoor kan een inschatting van een eventuele beschadiging worden gemaakt, indien relevant een additionele controle worden uitgevoerd, en desgewenst een verantwoordelijke worden aangesproken. Ook zal een preventieve werking uitgaan van melders 26, 28 waardoor schade reduceert.

Alternatieve ladingbeschermer 52 (figuur 2A-B) is voorzien van een verhoogd contactlichaam 54 dat in de getoonde uitvoeringsvorm uitsteekt boven de bovenzijde van pallet 42.

Een dergelijk blok 54 is met name relevant voor “chemische’7“wing” pallets. Aanvullend of als alternatief is voorts bovenste contactlichaam 56 voorzien waarmee ook op een grotere hoogte lading ondersteund kan worden. Dit is bijzonder voordelig gebleken bij zogeheten FIBC’s, ofwel "big bags”. Met additioneel blok 56 wordt vermeden dat vorken 30, of andere delen van een heftruck, steken in een big bag waardoor deze bijvoorbeeld kan scheuren. Hiermee wordt het risico op schade aanzienlijk verminderd. In de getoonde uitvoeringsvorm is additioneel blok 56 voorzien op afstand van en boven onderste blok 54. Het zal duidelijk zijn dat het desgewenst ook mogelijk is blokken 54, 56 te combineren tot een enkel blok. Overige onderdelen van palletladingbeschermer 52 zijn bij voorkeur gelijk aan de delen uit de eerder toegelicht pallelladingsbeschermer 2 en zullen derhalve hier niet opnieuw worden herhaald.

Palletladingbeschermer 2, 52 is bij voorkeur voorzien uit een metaal, bijvoorbeeld staal, waarbij blokken 12, 54, 56 uit een kunststof zoals PE, of gietkunststof zoals polyamide/nylon, of aluminium zijn voorzien. In alternatieve uitvoeringsvormen zijn diverse componenten van palletladingbeschermer 2, 52 als één geheel uitgevoerd bij voorkeur uit één materiaal. Het zal duidelijk zijn dat ook andere uitvoeringsvormen mogelijk zijn.

Heftruck 58 (figuur 3) is voorzien van cabine 60 met gestel 62, mast 64 voorzien van staander 66. In de getoonde uitvoeringsvorm is heftruck 58 voorzien van verlengvorken 68 als uitvoeringsvorm van vorken 30. Het zal duidelijk zijn dat ook meer conventioneel uitgevoerde vorken 30 toepasbaar zijn voor heftruck 58. In de getoonde uitvoeringsvorm is verlengvork 68 met behulp van een losmaakbare verbinding 70 verbonden met verticaal deel 34 van de vorken 30. Het zal duidelijk zijn dat het ook mogelijk is een geïntegreerde vork te verschaffen. Verlengvork 68 is voorzien van punt 71. Heftruck 58 is bestuurbaar via wielen 72.

In de getoonde uitvoeringsvorm van heftruck 58 is beschermer 52 met een hoger impactblok voorzien zodanig dat deze raakt tegen middenklos 48, tussenplank 49 en topdek 44. Voorts is beschermer 52 in deze uitvoeringsvorm voorzien van sensoren 14, 16, 18. Beschermer 52 is aangebracht aan gestel 32 van heftruck 58. Systeem 22 bepaalt impactindicatie die vervolgens gemeld kan worden aan melder 26 aan heftruck 58 en/of centraal systeem 28. In de getoonde uitvoeringsvorm verkrijgt systeem 22 heftruckinformatie 76 zoals massa en snelheid van heftruck 58 om een goede impactindicatie te bepalen. In de getoonde uitvoeringsvorm is systeem 22 aangebrachl in heftruck 58. Het zal duidelijk zijn dat deze ook aangebracht kan worden geheel of gedeeltelijk in beschermer 52 of centraal systeem 28 of een ander systeem. Impactsignalering kan worden gegeven via een lamp 74 en/of van melder 26 en/of signaal 78 van centraal systeem 28 of andere indicatie. Deze systemen 26, 28 kunnen ook worden geïntegreerd.

Bij het oppakken van lading op pallet 42 worden in de getoonde uitvoeringsvorm vork 68 van heftruck 58 in de gewenste stand gebracht. Op de hiervoor beschreven wijze worden deze vervolgens gestoken in pallet 42 en worden bij voorkeur de gewenste meldingen verkregen in geval van een impact of risico daarop.

De onderhavige uitvinding is geenszins beperkt tot de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.

Claims (16)

1. Palletladingbeschermer voor het beschermen van lading op een pallet en een pallet bij het met een heftruck insteken en vervolgens oppakken van de pallet, de palletladingbeschermer omvattende: - een gestel met een bevestigingselement ingericht voor het bevestigen van de palletladingbeschermer aan of op de heftruck; - een aan of op het gestel bevestigd palletcontactlichaam ingericht voor het in contact komen met de pallet bij het oppakken daarvan; en - een werkzaam met de palletladingbeschermer verbonden sensor of sensorsysteem ingericht voor het meten van een impactindicatie bij het oppakken van de pallet.

2. Palletladingbeschermer volgens conclusie 1, verder omvattende een werkzaam met de sensor of het sensorsysteem verbonden impactsignaleringssysteem ingericht voor het signaleren van een impact bij het oppakken van de pallet op basis van een van de sensor of het sensorsysteem ontvangen signaal voor de impactindicatie.

3. Palletladingbeschermer volgens conclusie 2, waarbij het impactsignaleringssysteem omvattende een aan of op de heftruck aangebrachte impactmelder ingericht om een heftruckbestuurder te informeren over de impactindicatie.

4. Palletladingbeschermer volgens conclusie 2 of 3, waarbij het impactsignaleringssysteem omvattende een centraal logistiek systeem ingericht voor het bewaken van risico’s naar aanleiding van een ontvangen signaal voor de impactindicatie.

5. Palletladingbescherming volgens conclusie 4, waarbij het centraal logistiek systeem is ingericht voor het ontvangen van signalen voor de impactindicatie van meer dan één heftruck.

6. Palletladingbeschermer volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de sensor of sensorsysteem omvattende één of meer van een tempera tuur sensor, camera, lasersensor, impactsensor, contactschakelaar.

7. Palletladingbeschermer volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het palletcontactlichaam is voorzien van een hoogte die groter is dan de pallethoogte van de op te pakken pallet waarop lading aanbrengbaar is.

8. Palletladingbeschermer volgens één of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende een additioneel op het gestel aangebracht ladingcontactlichaam dat in gebruik in gemonteerde toestand is gepositioneerd boven het palletcontactlichaam.

9. Palletladingbeschermer volgens één of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende vulplaten voor het op maat brengen van de dikte van het palletcontactlichaam gezien in gangbare rijrichting van de heftruck.

10. Heftruck voorzien van een palletladingbeschermer volgens één of meer van de voorgaande conclusies.

11. Heftruck volgens conclusie 10, waarbij de palletladingbeschermer is voorzien van een dikte gezien in gangbare rijrichting van de heftruck die groter is dan de radius van de overgang tussen een in hoofdzaak horizontaal uilstrekkend vorkdeel en een in hoofdzaak verticaal uitstrekkend vorkdeel.

12. Werkwijze voor het beschermen van lading op een pallet, omvattende de stappen: het voorzien van een palletladingschermer volgens één of meer van de voorgaande conclusies aan of op een heftruck; het steken van vorken van de heftruck in de pallet; het met de sensor of hel sensorsysteem meten van een impactindicatie; het aangrijpen van het palletcontactlichaam op de pallet; en het optillen van de pallet met de lading.

13. Werkwijze volgens conclusie 12, verder omvattende het met een impactsignaleringssysteem bepalen van een impact bij het oppakken van de pallet op basis van een van de sensor of het sensorsysteem ontvangen signaal voor de impactindicatie.

14. Werkwijze volgens conclusie 13, verder omvattende het met het impactsignaleringssysteem met een aan of op de heftruck aangebrachte impactmelder informeren van een heftruckbestuurder over de impactindicatie.

15. Werkwijze volgens conclusie 12, 13 of 14, verder omvattende het met een centraal logistiek systeem bewaken van risico’s ten aanzien van het ontvangen signaal voor de impactindicatie.

16. Werkwijze volgens conclusie 15, verder omvattende het met het centraal logistiek systeem bewaken van risico’s ten aanzien impactindicaties van meer dan één heftruck.