NL2018715B1

NL2018715B1 - Relay box with a horizontal antenna on a vertical wall.

Info

Publication number: NL2018715B1
Application number: NL2018715A
Authority: NL
Inventors: Steentjes Noël
Original assignee: Volkerrail Nederland Bv
Priority date: 2016-04-13
Filing date: 2017-04-13
Publication date: 2019-05-22
Also published as: NL2018715A

Abstract

Relaiskast (3) die is opgesteld naast een spoorweg voor personen— en vrachtvervoer per trein, en welke relaiskast is uitrust met een spiraalvormige antenne (2) voor radio communicatie die is gemonteerd aan de buitenzijde van een opstaande wand (4). De antenne (2) is horizontaal gemonteerd, opzij en op een afstand van de relaiskast door middel van een antennehouder (l). De antenne is bovenop de bovenkant van de lO antennehouder (l) en boven de bovenkant van de antennehouder uitstekend daaraan gemonteerd.Relay box (3) arranged next to a railroad for passenger and freight transport by train, and which relay box is equipped with a spiral antenna (2) for radio communication mounted on the outside of an upright wall (4). The antenna (2) is mounted horizontally, sideways and at a distance from the relay box by means of an antenna holder (1). The antenna is mounted on top of the top of the 10 antenna holder (1) and above the top of the antenna holder.

Description

Relaiskast met een horizontale antenne aan een verticale wand.Relay box with a horizontal antenna on a vertical wall.

Deze uitvinding heeft betrekking op de montage van een antenne voor radio communicatie aan een verticale wand van bijvoorbeeld een relaiskast die naast een spoorweg is opgesteld. Ook andere spoorwegtoepassingen zijn denkbaar, voor trein, tram of metro, voor personen- en vrachtvervoer, bij voorkeur met een bovenleiding boven de spoorbaan voor de elektrische voeding van de treinlocomotief. In het bijzonder is de zijde van de wand waaraan de antenne zich bevindt een buitenzijde, dus bevindt zich in de open lucht en is blootgesteld aan weersinvloeden.This invention relates to the mounting of an antenna for radio communication on a vertical wall of, for example, a relay box arranged next to a railroad. Other railway applications are also conceivable, for train, tram or metro, for passenger and freight transport, preferably with an overhead line above the railroad for the electrical supply of the train locomotive. In particular, the side of the wall on which the antenna is located is an outside, so is located in the open air and is exposed to weather influences.

De relaiskast bevat in de regel een groot aantal galvanische relais van bijvoorbeeld een spoorwegbeveilingsinstallatie. Bijvoorbeeld van het type beveiligingsrelais of essentieel relais (bijvoorbeeld een zgn . Bl relais) . De relaiskast maakt bijvoorbeeld deel uit van een spoorwegtoepassing gericht op de sturing en controle van wissels of overwegen, of voor spoorbezetmelding. De relaiskast bevat bijvoorbeeld één of meer van een overwegrelais, spanningbewakingrelais, stuurrelais, controlerelais, spoorherhaalrelais (TPR) of spoorrelais (het TR of het zgn. B2-Vane relais is een veelgebruikt spoorrelais, het spoorrelais geeft aan of zich een trein bevindt in de betreffende spoorsectie). Met "relaiskast" wordt iedere behuizing bedoeld waarin één of meer relais zijn geplaatst.As a rule, the relay box contains a large number of galvanic relays from, for example, a railway protection system. For example of the type of protection relay or essential relay (for example a so-called Bl relay). The relay box is, for example, part of a railway application aimed at the control and control of points or level crossings, or for track occupancy reporting. The relay box contains, for example, one or more of an override relay, voltage monitoring relay, control relay, control relay, track repeat relay (TPR) or track relay (the TR or the so-called B2-Vane relay is a widely used track relay, the track relay indicates whether a train is located in the section concerned). By "relay box" is meant any housing in which one or more relays are placed.

Een beveiligingsrelais (ook wel genoemd "B-relais") is een relais met een veiligheidsfunctie in een spoorwegbeveilingsinstallatie (onder andere NX-beveiliging). B-relais hebben een zeer hoge mate van betrouwbaarheid, en gaan tientallen jaren lang mee, mits zij regelmatig worden gereviseerd. Belangrijke eigenschappen van B-relais zijn dat ze gegarandeerd afvallen als de spoel spanningsloos is, en dat de verbreekcontacten (in vakjargon "backcontact") open gaan voordat de maakcontacten ("frontcontact") gesloten worden. Er bestaan verscheidene typen B-relais, met specifieke eigenschappen. Het meest gebruikte type is de 56001-783Grl. Dit relais heeft twee spoelen die op 12V gelijkspanning werken, vier wisselcontacten ("hele contacten"), twee maakcontacten en een verbreekcontact. Verder bestaan er B-relais die vertraagd opkomen, vertraagd afvallen, geschikt zijn voor grote stromen enz. Een ander type B-relais is het spoorrelais (TR). Dit relais maakt deel uit van een spoorstroomloop, en is "op" als een spoorsectie onbezet is, en valt af als de spoorsectie bezet is door een trein. Bij B-relais, met name het B2 van relais (het "spoorrelais") wordt vaak gebruik gemaakt van een beweegbaar element (bij het B2 relais de "vane", oftewel de "vaan") dat gevoelig is voor magnetisme en voor een terugstelkracht, bijvoorbeeld de zwaartekracht, zodat bij wegvallen van het door de ene of meer spoelen van het B-relais gegenereerde magnetisch veld, dit element niet meer en een uitgeweken stand wordt vastgehouden door het magneetveld en beweegt door de terugstelkracht, zoals de zwaartekracht, waardoor het B-relais schakelt. Een zgn. Bl-relais is meestal uitgerust met een terugstelveer.A protection relay (also called "B relay") is a relay with a safety function in a railway protection installation (including NX protection). B relays have a very high degree of reliability, and will last for decades if they are regularly overhauled. Important characteristics of B-relays are that they are guaranteed to fall off when the coil is de-energized, and that the break contacts (in jargon "back contact") open before the make contacts ("front contact") are closed. There are various types of B relays, with specific characteristics. The most commonly used type is the 56001-783Grl. This relay has two coils that operate on 12V DC, four change-over contacts ("whole contacts"), two make contacts and a break contact. Furthermore, there are B-relays that are delayed, delayed, suitable for large currents, etc. Another type of B relay is the track relay (TR). This relay is part of a track current loop, and is "up" if a track section is unoccupied, and drops out if the track section is occupied by a train. B relays, in particular the B2 of relays (the "track relay"), often use a movable element (in the B2 relay the "vane", or the "vane") that is sensitive to magnetism and a resetting force , for example the gravity, so that when the magnetic field generated by the one or more coils of the B relay is lost, this element is no longer held and a deflected position is retained by the magnetic field and moves by the resetting force, such as gravity, whereby the B relay switches. A so-called BL relay is usually equipped with a return spring.

Een beveiligingsrelais wordt fabrieksmatig geleverd in een verzegelde behuizing. De achterwand van de behuizing is uitgerust met contactpoorten die corresponderen met contactstekkers (zogenaamde terminals) die steken uit een contactblok (zogenaamde plugboard) in de relaiskast. Een B-relais wordt geplaatst door zijn achterwand tegen het contactblok te drukken waardoor de terminals in de contactpoorten worden gestoken zodat het B-relais, via op de terminals aangesloten stroomdraden, galvanisch is aangesloten op de betreffende stroomkring waarin het B-relais moet zijn opgenomen. Wordt de behuizing na te zijn afgeleverd door de fabriek gemodificeerd of beschadigd of de verzegeling verbroken, wordt het betreffende product afgekeurd.A safety relay is supplied at the factory in a sealed housing. The rear wall of the housing is equipped with contact ports corresponding to contact plugs (so-called terminals) that protrude from a contact block (so-called plugboard) in the relay box. A B-relay is placed by pressing its back wall against the contact block, so that the terminals are inserted into the contact ports so that the B-relay, via wires connected to the terminals, is galvanically connected to the relevant circuit in which the B-relay must be included . If, after being delivered, the housing is modified or damaged by the factory or the seal is broken, the relevant product will be rejected.

De antenne maakt deel uit van een radio communicatiesysteem, bijvoorbeeld voor het ontvangen of uitzenden van een signaal voor het oproepen van een onderhoudsmonteur of het aanbrengen van een verandering in de treinbesturing om het betreffende spoor ontoegankelijk te maken voor treinverkeer of een snelheidsbeperking op te leggen. Op de antenne is een zend- en/of ontvangeenheid aangesloten, welke bijvoorbeeld deel uitmaakt van een dataverwerkingseenheid. Het radio communicatiesysteem is in de regel opgenomen in de behuizing, zoals relaiskast, waarvan een wand de antenne draagt. Het radio communicatiesysteem is bijvoorbeeld ingericht voor data communicatie met enige, of alle, relais in de relaiskast om bijvoorbeeld relaisstanden, of daarmee geassocieerde data, uit te lezen en via de antenne draadloos naar een verwijderde locatie te zenden. De antenne is bijvoorbeeld ingericht voor GSM of UMTS of LTE of LPWAN of equivalente zendfrequenties.The antenna is part of a radio communication system, for example for receiving or transmitting a signal for calling a service engineer or making a change in the train control to make the track in question inaccessible to train traffic or to impose a speed limitation. A transmitting and / or receiving unit is connected to the antenna, which, for example, forms part of a data processing unit. The radio communication system is generally included in the housing, such as a relay box, of which a wall carries the antenna. The radio communication system is, for example, adapted for data communication with any, or all, of the relays in the relay box to, for example, read out relay positions, or associated data, and send them wirelessly to a remote location via the antenna. The antenna is, for example, adapted for GSM or UMTS or LTE or LPWAN or equivalent transmission frequencies.

Uit de praktijk is het bekend een relaiskast aan één van zijn verticale buitenwanden aan de buitenzijde uit te rusten met een vlak tegen de wand liggende blindplaat waarop een vlak liggende, verticaal gepositioneerde antenne is gemonteerd. De blindplaat is een vlakke metalen plaat met effen oppervlakken en een dikte van 1,5 millimeter.It is known from practice to equip a relay box on one of its vertical outer walls on the outside with a blind plate lying flat against the wall on which a flat lying, vertically positioned antenna is mounted. The blind plate is a flat metal plate with flat surfaces and a thickness of 1.5 millimeters.

Het doel van de uitvinding is de werking van het communicatiesysteem te verbeteren en tegelijk de gebruikersvriendelijkheid te vergroten.The object of the invention is to improve the operation of the communication system and at the same time to increase user-friendliness.

Daartoe wordt voorgesteld de antenne onder een hoek ten opzichte van de verticaal en/of opzij van de ermee geassocieerde opstaande, bij voorkeur in hoofdzaak verticale, wand te monteren, bij voorkeur onder een hoek van meer dan 25 of 45 of 70 en/of maximaal 130 graden, met de verticaal, met meer voorkeur in hoofdzaak horizontaal. Bij voorkeur verder opzij van de wand dan de dikte van de bekende montage op de blindplaat, met meer voorkeur op een afstand van minimaal 5 of 10 millimeter.To this end, it is proposed to mount the antenna at an angle with respect to the vertical and / or side of the associated upright, preferably substantially vertical wall, preferably at an angle of more than 25 or 45 or 70 and / or maximum 130 degrees, with the vertical, more preferably substantially horizontal. Preferably further to the side of the wall than the thickness of the known mounting on the blind plate, more preferably at a distance of at least 5 or 10 millimeters.

Bij voorkeur wordt de antenne door middel van een antennehouder, bij voorkeur anders dan een blindplaat, aan de wand gemonteerd, eventueel onder tussenkomst van een blindplaat. Bij voorkeur is de antennehouder ingericht, bijvoorbeeld uitgerust met een uitsparing of behuizing of opneemdeel of binnenruimte, voor het bevatten van een lengtestuk van de antennekabel, bijvoorbeeld een stuk overlengte dat in samengenomen vorm, bijvoorbeeld opgerold, wordt opgeborgen in de antennehouder.The antenna is preferably mounted on the wall by means of an antenna holder, preferably other than a blind plate, possibly with the intervention of a blind plate. The antenna holder is preferably arranged, for instance equipped with a recess or housing or receiving part or inner space, for containing a length piece of the antenna cable, for example a piece of excess length which is stored in the assembled form, for example rolled up, in the antenna holder.

Bij voorkeur is één of meer van het volgende van toepassing: de antenne bevindt zich op minimaal 50 centimeter en/of maximaal 1 of 1,5 meter boven het locale maaiveld of het ballastbed van de spoorbaan; de antenne bevindt zich op minimaal 0,25% en/of maximaal 50% of 75% of 90% van de hoogte van de geassocieerde wand; de wand is vlak en/of rechthoekig; de antenne is een spiraalvormige antenne; de antenne is aan de bovenkant van de houder gemonteerd, bij voorkeur boven de bovenkant van de antennehouder en/of boven de bovenkant van de antennehouder uitstekend; de wand is van opstaand type, bij voorkeur in hoofdzaak verticaal; de antenne en/of -houder bevindt zich in de buitenlucht en/of is/zijn gemonteerd aan de naar de buitenlucht gekeerde zijde van de wand; de wand is van steenachtig materiaal of metaal, zoals plaatmetaal, bijvoorbeeld staal of aluminium; de antenne en/of -houder vormt een uitsteeksel van de wand.Preferably one or more of the following applies: the antenna is at a minimum of 50 centimeters and / or a maximum of 1 or 1.5 meters above the local ground level or the ballast bed of the railway; the antenna is at a minimum of 0.25% and / or a maximum of 50% or 75% or 90% of the height of the associated wall; the wall is flat and / or rectangular; the antenna is a spiral antenna; the antenna is mounted on the top of the holder, preferably protruding above the top of the antenna holder and / or above the top of the antenna holder; the wall is of an upright type, preferably substantially vertical; the antenna and / or holder is in the outside air and / or is / are mounted on the side of the wall facing the outside air; the wall is of stony material or metal, such as sheet metal, for example steel or aluminum; the antenna and / or holder forms a protrusion of the wall.

Voor de antennehouder is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: heeft een basis, bij voorkeur plaatvormig en/of vlak, voor plaatsing tegen de wand en een hoek, bij voorkeur minimaal 25 of 60 of 80 graden en/of maximaal 100 of 120 graden, zoals in hoofdzaak 90 graden, daarmee insluitende drager van de antenne, bij voorkeur plaatvormig en/of in hoofdzaak vlak; de drager en de basis sluiten met een eerste rand op elkaar aan; een afdichtvlak, bij voorkeur plaatvormig en/of in hoofdzaak vlak, sluit met een ene rand aan op een tweede rand van de drager en met een andere rand aan op een tweede rand van de basis; van het afdichtvlak liggen de ene en andere rand tegenover elkaar; het afdichtvlak maakt een hoek kleiner dan 90 of 70 graden met de drager en/of de basis, bijvoorbeeld ongeveer 45 graden of tussen 30 en 60 graden; zijvlakken die tegenover elkaar liggen en/of met één of meer van de basis, drager en afdichtvlak ertussen; de zijvlakken sluiten met een respectieve rand aan op een derde rand van één of meer van de basis, afdichtvlak en drager; een zijvlak is in hoofdzaak driehoekig, bij voorkeur van rechthoekig type; één of meer van de basis, drager, afdichtvlak en zijvlak(ken) is luchtdicht en sluiten eventueel luchtdicht op elkaar aan; is waterdicht voor neerslag, eventueel indien reglementair gemonteerd aan de wand, althans aan de bovenkant, bij voorkeur alzijdig; heeft een set wanden die op elkaar aansluiten zodat een alzijdig van de omgeving afgegrensde ruimte is gevormd, eventueel uitgezonderd een toegangsopening in één van de wanden die bij voorkeur is geassocieerd met afsluitvoorzieningen; de toegangsopening bevindt zich in de naar de wand gekeerde basis en/of wordt door de wand afgedekt; de toegangsopening grenst aan een toegangsopening in de wand zodat de ruimten in de houder en achter de wand via deze toegangsopeningen met elkaar in verbinding staan terwijl deze openingen geen toegang van buitenaf bieden; de omranding van de antennehouder geheel rondom de toegangsopening sluit afdichtend aan op de wand in reglementair gemonteerde toestand; één of meer van de basis, drager, afdichtvlak, zijvlak(ken) bevat een geknikt deel, bij voorkeur randgebied en/of is rechthoekig van vorm.For the antenna holder, preferably one or more of the following applies: has a base, preferably plate-shaped and / or flat, for placement against the wall and an angle, preferably a minimum of 25 or 60 or 80 degrees and / or a maximum of 100 or 120 degrees, such as substantially 90 degrees, including carrier of the antenna, preferably plate-shaped and / or substantially flat; the carrier and the base connect with each other with a first edge; a sealing surface, preferably plate-shaped and / or substantially flat, connects with one edge to a second edge of the carrier and with another edge to a second edge of the base; the one and the other edge of the sealing surface face each other; the sealing surface makes an angle of less than 90 or 70 degrees with the support and / or the base, for example about 45 degrees or between 30 and 60 degrees; side faces that face each other and / or with one or more of the base, support, and sealing face therebetween; the side faces connect with a respective edge to a third edge of one or more of the base, sealing face and carrier; a side surface is substantially triangular, preferably of rectangular type; one or more of the base, support, sealing surface and side surface (s) is airtight and possibly connect to each other airtight; is watertight for precipitation, possibly if properly mounted on the wall, at least at the top, preferably on all sides; has a set of walls which connect to each other so that a space bounded on all sides to the environment is formed, possibly with the exception of an access opening in one of the walls which is preferably associated with closing provisions; the access opening is in the base facing the wall and / or is covered by the wall; the access opening is adjacent to an access opening in the wall so that the spaces in the holder and behind the wall are connected to each other via these access openings while these openings do not provide access from outside; the surround of the antenna holder completely around the access opening connects sealingly to the wall in the properly mounted condition; one or more of the base, support, sealing surface, side surface (s) contains a kinked part, preferably edge area and / or has a rectangular shape.

Hierna wordt de uitvinding op niet-beperkende wijze toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening.In the following, the invention is explained in a non-limiting manner with reference to the accompanying drawing.

Fig. 1-4 tonen in perspectief resp. boven-, kops- en zijaanzicht een relaiskast met antenne volgens de uitvinding;FIG. 1-4 show in perspective resp. top view, head view and side view a relay box with antenna according to the invention;

Fig. 5-8 tonen in perspectief resp. boven-, voor- en zijaanzicht de houder met antenne daarop volgens fig. 1-4;FIG. 5-8 show in perspective resp. top, front and side view the holder with antenna on it according to Figs. 1-4;

Fig. 9-11 tonen een boven- resp. zij- en achteraanzicht van de antennehouder van fig. 5-8;FIG. 9-11 show a top resp. side and rear view of the antenna holder of Figs. 5-8;

Fig. 12 toont in perspectief een dubbele spoorweg of spoorbaan;FIG. 12 is a perspective view of a double railway or railroad track;

Fig. 13 toont een dwarsdoorsnede van een deel van de spoorbaan van fig. 12.FIG. 13 shows a cross-section of a part of the rail track of FIG. 12.

Maten in de tekening zijn in millimeter.Dimensions in the drawing are in millimeters.

In fig. 3 is te zien dat de antennehouder 1 iets onder de halve hoogte aan de relaiskast 3 is gemonteerd.Fig. 3 shows that the antenna holder 1 is mounted slightly below half the height on the relay box 3.

Fig. 5 biedt zicht op de ruimte binnenin de antennehouder, via de permanente opening 5 in de basis 8. Bij gemonteerde antennehouder is de basis naar de geassocieerde wand 4 gekeerd en sluit de omranding geheel rondom de toegangsopening tot de ruimte binnenin de antennehouder afdichtend aan op de relaiskast wand. Uit de basis steken vier montagepennen uit.FIG. 5 provides a view of the space inside the antenna holder, via the permanent opening 5 in the base 8. With the antenna holder mounted, the base faces the associated wall 4 and the enclosure connects sealingly to the space inside the antenna holder completely around the access opening to the space inside the antenna holder. relay box wall. Four mounting pins protrude from the base.

Uit de tekening blijkt dat de zijvlakken 9 in hoofdzaak rechthoekige driehoeken zijn en de andere vlakken 6, 7, 8 rechthoeken zijn. Het vlak dat de antenne 2 draagt is horizontaal indien reglementair gemonteerd en dan steekt de antenne boven de antennehouder uit.The drawing shows that the side faces 9 are substantially rectangular triangles and the other faces 6, 7, 8 are rectangles. The plane that the antenna 2 carries is horizontal if properly installed and then the antenna protrudes above the antenna holder.

De antenne aansluitdraad (niet getoond) loopt vanaf de antenne door de ruimte binnenin de houder, dan door de geassocieerde wand en dan door de ruimte binnenin de relaiskast en sluit in laatstgenoemde ruimte aan op het radio communicatiesysteem.The antenna connection wire (not shown) runs from the antenna through the space inside the holder, then through the associated wall and then through the space inside the relay box and connects to the radio communication system in the latter space.

De spoorweg van fig. 12 is geëlektrificeerd, daarom staan daarlangs portalen 16 (waarvan er één zichtbaar is), die de rijdraad dragen. Fig. 13 toont hoe de portaalpoot 16 wordt gefundeerd door een op staal gefundeerd prefab element 15 naast of in het randgebied van het ballastbed 12 welke de dwarsliggers 13 met daarop de spoorstaven 14 draagt.The railroad of Fig. 12 is electrified, therefore there are portals 16 (one of which is visible) along it, which carry the contact wire. FIG. 13 shows how the gantry leg 16 is founded by a steel-based prefab element 15 next to or in the edge area of the ballast bed 12 which carries the sleepers 13 with the rails 14 thereon.

Ook alternatieven behoren tot de uitvinding, bijvoorbeeld verkregen door een individuele hierboven of -onder geopenbaarde maatregel, eventueel in combinatie met één of meer andere individuele hierboven of -onder geopenbaarde maatregelen.Alternatives also belong to the invention, for example obtained by an individual measure disclosed above or below, optionally in combination with one or more other individual measures disclosed above or below.

Claims

A wall, for example of a relay box (3) or relay house, which is arranged next to a railroad for passenger and freight transport by train, preferably with an overhead line above the railroad for the electrical supply of the train locomotive, and which wall is provided with a, preferably helical, antenna (2) for radio communication.

A wall according to claim 1, wherein the antenna (2) is mounted on an outside of the wall located in the open air and exposed to weather influences.

3. Wall as claimed in claim 1 or 2, the antenna is situated at an angle with respect to the vertical, preferably at an angle of more than 25 or 45 or 70 and / or at most 130 degrees, with the vertical, more preferably substantially horizontal; and / or is mounted to the side of the wall.

Wall according to any of claims 1-3, wherein one or more of the following applies: the wall to which the antenna (2) is mounted is a flat and / or rectangular, preferably upright or vertical wall (4), preferably from sheet metal; which relay box or relay housing contains a large number of galvanic relays of a railway protection installation; the antenna (2) forms part of a radio communication system, for receiving or transmitting a signal, preferably for calling a service engineer or making a change in the train control to make the track in question inaccessible to train traffic or a impose a speed limit; a transmitting and / or receiving unit is connected to the antenna and forms part of a data processing unit; - the radio communication system is incorporated in the relay box (3), an element of which, such as a wall (4), carries the antenna (2); - the radio communication system is adapted for data communication with the relays in the relay box, preferably for reading out relay positions, or associated data, and transmitting them wirelessly to a remote location via the antenna; the antenna is equipped for GSM or UMTS or LTE or LPWAN or equivalent transmission frequencies; the antenna (2) is mounted horizontally.

Wall according to any one of claims 1-4, wherein one or more of the following applies: - the antenna is mounted on the side of the wall (4), preferably farther to the side of the wall than the thickness of the known mounting on the blind plate or at a distance of preferably at least 5 or 10 millimeters from this wall; the antenna is mounted by means of an antenna holder (i); the antenna holder is a component other than a blind plate; the antenna and / or antenna holder (1) is mounted against the outside of the wall (4); the antenna and / or antenna holder forms a protrusion of the wall; the antenna holder encloses, preferably on all sides, optionally with the exception of a passage opening (5) facing the vertical wall, a receiving space; the receiving space contains a piece of excess length of the antenna cable; a length of antenna cable is, preferably coiled, stored in the antenna holder; - the antenna (2) is at a minimum of 50 centimeters and / or a maximum of 1 or 1.5 meters above the local ground level; the antenna is projected on top of the top (6) of the antenna holder (1) and / or above the top of the antenna holder; the antenna holder (1) has a, preferably vertical and / or plate-shaped, base (8) placed against the wall (4); - the antenna holder (1) has a minimum of 25 or 60 or 80 degrees and / or a maximum of 100 or 120 degrees, such as substantially 90 degrees relative to the vertical or wall (4), preferably plate-shaped support (6) of the antenna.

Wall according to any of claims 1-5, wherein one or more of the following applies: the support (6) and the base (8) of the antenna holder (1) form part of a set of walls (6, 7, 8, 9) which connect to each other in a watertight manner so that the receiving space accessible through the opening (5) is formed; the sealing surface (7) of the holder (1) forms an angle with the support (6) and the base (8) of approximately 45 degrees; - the holder contains vertical side surfaces (9) that are opposite each other and these receive the base (8), the support (6) and the sealing surface (7) between them; each side face (9) is substantially triangular, of rectangular type; - the holder (1) is watertight on all sides for precipitation if the antenna (2) is properly mounted on the holder (1) and if the holder (1) is properly mounted on the wall (4); the access opening (5) in the base (8) is adjacent to an access opening in the wall (4) so that the spaces in the holder (1) and in the space, such as relay box (3), behind the wall (4) via these access openings are in communication with each other while these openings do not provide access from outside the space, such as relay box, and the holder (1); the surround of the antenna holder provided by the base (8) completely around the access opening (5) sealingly connects to the wall (4) in the properly mounted state; - the sealing surface (7) extends obliquely downwards from the carrier (6) to the wall (4); the antenna holder is arranged, for instance equipped with a recess or housing or receiving part or inner space, for containing a length piece of the antenna cable. for example a piece of excess length that is stored in the antenna holder in the form of a joint, for example rolled up; the antenna holder is a separate part.

7. Wall as claimed in any of the claims 1-6, one or more of the following applies: the antenna is located at least 50 centimeters and / or at most 1 or 1.5 meters above the local ground level or the ballast bed of the railway track; the antenna is at a minimum of 0.25% and / or a maximum of 50% or 75% or 90% of the height of the associated wall; the wall is flat and / or rectangular; the antenna is a spiral antenna; the antenna is mounted on the top of the holder, preferably protruding above the top of the antenna holder and / or above the top of the antenna holder; the wall is of an upright type, preferably substantially vertical; the antenna and / or holder is in the outside air and / or is / are mounted on the side of the wall facing the outside air; the wall is of stony material or metal, such as sheet metal, for example steel or aluminum; the antenna and / or holder forms a protrusion of the wall.

8. Wall as claimed in any of the claims 1-7, for the antenna holder one or more of the following applies: has a base, preferably plate-shaped and / or flat, for placement against the wall and an angle, preferably at least 25 or 60 or 80 degrees and / or a maximum of 100 or 120 degrees, such as substantially 90 degrees, including carrier of the antenna, preferably plate-shaped and / or substantially flat; the carrier and the base connect with each other with a first edge; a sealing surface, preferably plate-shaped and / or substantially flat, connects with one edge to a second edge of the carrier and with another edge to a second edge of the base; the one and the other edge of the sealing surface face each other; the sealing surface makes an angle of less than 90 or 70 degrees with the support and / or the base, for example about 45 degrees or between 30 and 60 degrees; side faces that face each other and / or with one or more of the base, support, and sealing face therebetween; the side faces connect with a respective edge to a third edge of one or more of the base, sealing face and carrier; a side surface is substantially triangular, preferably of rectangular type; one or more of the base, support, sealing surface and side surface (s) is airtight and possibly connect to each other airtight; is watertight for precipitation, possibly if properly mounted on the wall, at least at the top, preferably on all sides; has a set of walls which connect to each other so that a space bounded on all sides to the environment is formed, possibly with the exception of an access opening in one of the walls which is preferably associated with closing provisions; the access opening is in the base facing the wall and / or is covered by the wall; the access opening is adjacent to an access opening in the wall so that the spaces in the holder and behind the wall are connected to each other via these access openings while these openings do not provide access from outside; the surround of the antenna holder completely around the access opening connects sealingly to the wall in the properly mounted condition; one or more of the base, support, sealing surface, side surface (s) contains a kinked part, preferably edge area and / or has a rectangular shape.

9. Relay box or relay house with a wall according to one of claims 1-8, the relay box contains one or more protection relays or essential relays, for example a B2-Vane track relay which indicates whether a train is located in the relevant track section.

The relay box or relay housing of claim 9 including one or more electrical relays, wherein one or more of the following applies: the one or more relays belong to a railroad security installation; - the one or more relays are of the protection relay type (so-called Bl relay); - the relay box is part of a railway application aimed at the control and control of points or level crossings, or for track occupancy reporting; - the relay box contains one or more of an override relay, voltage monitoring relay, control relay, control relay, track repeat relay (TPR) or track relay (the TR or the so-called B2-Vane relay); the relay box contains an access door and / or has a height of at least 50 or 75 centimeters.

Antenna holder adapted for use in the device according to one of the preceding claims.