NL2016847B1 - Inbouwnis met deur. - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een inbouwnis voor het monteren in een wand, welke inbouwnis omvat: - een omlijsting van een aantal tegen elkaar aangebrachte zijwanden, waarbij ten minste één rand van elke zijwand in een gemeenschappelijk vlak ligt en een toegangsopening voor de omlijsting definiëren; - een deur aangebracht in de toegangsopening en scharnierend verbonden met de zijwanden van de omlijsting, zodat de deur kan draaien tussen een eerste positie, waarin de toegangsopening afgesloten wordt en een tweede positie, waarin de toegangsopening vrijgegeven wordt; waarbij de deur een paneel met een eerste zijde en een tegenoverliggende tweede zijde omvat, waarbij op de eerste zijde een afwerklaag, zoals een tegellaag, aangebracht kan worden, en waarbij tussen de tweede zijde en de zijwanden van de omlijsting ten minste twee scharnieren zijn aangebracht, waarbij de scharnierassen van de ten minste twee scharnieren in elkaars verlengde liggen en een scharnierlijn vormen, die zich voor en parallel aan de eerste zijde van het paneel uitstrekt.

Description

Inbouwnis met deur

De uitvinding betreft een inbouwnis voor het monteren in een wand, welke inbouwnis omvat: - een omlijsting van een aantal tegen elkaar aangebrachte zijwanden, waarbij ten minste één rand van elke zijwand in een gemeenschappelijk vlak ligt en gezamenlijk een toegangsopening voor de omlijsting definiëren; - een deur aangebracht in de toegangsopening en scharnierend verbonden met de zijwanden van de omlijsting, zodat de deur kan draaien tussen een eerste positie, waarin de toegangsopening afgesloten wordt en een tweede positie, waarin de toegangsopening vrijgegeven wordt. EP 2585644 of EP 2896756 van de aanvrager beschrijven beiden een inbouwnis, die een omlijsting met een achterwand of een bakvormige behuizing heeft, die in bijvoorbeeld een voorzetwand wordt gemonteerd. US 1943041 beschrijft eveneens een inbouwnis met een bakvormige behuizing, die bovendien is voorzien van een deur, om de inbouwnis mee af te sluiten. De deur van deze inbouwnis is van een ander materiaal gemaakt en daarmee overduidelijk zichtbaar op de wand.

Het is echter een trend om inbouwnissen in een wand aan te brengen en zo onzichtbaar mogelijk af te sluiten met een deur, die bekleed is met dezelfde afwerklaag als de omringende wand. Daarbij is het gewenst om de spleet tussen de deur en de afwerklaag op de omringende wand zo klein mogelijk te houden. Daarnaast is het gewenst om de deur zo dun mogelijk te houden, zodat maximaal gebruik gemaakt kan worden van de diepte van de de ruimte in de inbouwnis.

Wanneer de deur met conventionele kastdeurscharnieren in de omlijsting gemonteerd zou worden, dan dient de deur al snel dikker dan 1 centimeter te zijn om voldoende houvast te bieden voor schroeven, dan wel delen van het scharnier, die in de deur verzonken dienen te worden. Deze dikte van de deur zorgt er voor dat minder ruimte van de inbouwnis benut kan worden, maar zorgt er bovendien voor dat een ingewikkeld en gecompliceerd scharnier gebruikt moet worden om de deur met afwerklaag eerst buiten de toegangsopening te brengen, alvorens de deur volledig naar de twee positie gescharnierd kan worden. Zonder een dergelijk scharnier, zal namelijk door de dikte de deur tijdens het scharnieren van de eerste positie naar de tweede positie vastlopen tegen de zijwanden van de omlijsting, tenzij buitensporig grote ruimte overgehouden wordt aan de scharnierzijde van de deur.

Eventueel kunnen de scharnieren op de deur geplakt worden. Een dergelijke montage kan echter geen grote krachten opnemen hetgeen bij bekleding van de deur met wandtegels juist gewenst is.

Het is derhalve een doel van de uitvinding om de bovengenoemde nadelen te verminderen of zelfs te voorkomen.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een inbouwnis volgens de aanhef, die gekenmerkt wordt doordat de deur een paneel met een eerste zijde en een tegenoverliggende tweede zijde omvat, waarbij op de eerste zijde een afwerklaag, zoals een tegellaag, aangebracht kan worden, en waarbij tussen de tweede zijde en de zijwanden van de omlijsting ten minste twee scharnieren zijn aangebracht, waarbij de scharnierassen van de ten minste twee scharnieren in eikaars verlengde liggen en een scharnierlijn vormen, die zich voor en parallel aan de eerste zijde van het paneel uitstrekt.

Doordat de scharnierlijn van de inbouwnis volgens de uitvinding zich voor de eerste zijde van het paneel uitstrekt, is de dikte van het paneel niet van belang voor de scharnierbeweging van de eerste positie naar de tweede positie. Bij voorkeur loopt de scharnierlijn door de op de eerste zijde aangebrachte afwerklaag, waardoor de spleet tussen de deur en de afwerklaag op de omringende wand klein kan blijven.

In een uitvoeringsvorm van de inbouwnis volgens de uitvinding zijn de randen van het paneel omgezet naar de eerste zijde om een omtreksflens te vormen rond de eerste zijde, waarmee een houder voor de aan te brengen afwerklaag wordt gevormd.

Door de randen van het paneel om te zetten, bij voorkeur onder een hoek van 90°, wordt er een omlijsting gevormd, waartussen de afwerklaag op de eerste zijde van het paneel kan worden aangebracht.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de inbouwnis volgens de uitvinding omvat elk scharnier een scharnierpen en een scharnierplaat, waarbij in de scharnierplaat een opening is voorzien, waarin de scharnierpen gelagerd is.

Door het gebruik van een scharnierplaat, waarin een scharnierpen steekt, zal de dikte van de scharnierplaat de hoogte van het scharnier bepalen en daarmee de spleet, die tussen de deur en de zijwanden van de omlijsting gevormd wordt. De pen strekt zich daarbij loodrecht uit ten opzichte van het hoofdvlak van de scharnierplaat.

De scharnierplaat is tegen een zijwand of de deur bevestigd. Door de kleine dikte van de scharnierplaat kan deze zich gemakkelijk in de inbouwnis uitstrekken zonder invloed te hebben op de beschikbare ruimte. Hierdoor is het ook mogelijk om de afstand tussen het gat voor de scharnierpen en de bevestiging groot te kiezen, waardoor grote krachten opgevangen kunnen worden. Wanneer schroeven of bouten gebruikt worden voor de bevestiging van de scharnierplaat aan een zijwand of deur, dan kunnen de openingen in de scharnierplaat, waardoor de schroeven of bouten steken ruimer gekozen worden, bijvoorbeeld sleufvormig, zodat het scharnier gesteld kan worden en daarmee de deur recht in de toegangsopening en vlak met de omringende wandafwerking gepositioneerd kan worden.

Een bijkomend voordeel van de scharnierplaat en scharnierpen voor het scharnier, is dat het een eenvoudige en compacte constructie is met weinig materiaal, waardoor productiekosten laag kunnen blijven, zelfs wanneer een hoogwaardig materiaal gekozen wordt voor de scharnierplaat en scharnierpen. Zo kan het scharnier van kunststof of van roestvast staal zijn vervaardigd.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de inbouwnis volgens de uitvinding is de scharnierpen aangebracht aan de tweede zijde van het paneel en ligt de scharnierplaat parallel aan tegen een zijwand van de omlijsting.

In het bijzonder is de scharnierpen aangebracht op de omtreksflens gevormd door de omgezette randen van het paneel. Hierdoor kan de door de scharnierpennen gevormde scharnierlijn gemakkelijk voor de eerste zijde van het paneel gepositioneerd worden, waarmee de scharnierlijn zich bijvoorbeeld door de aangebrachte afwerklaag uitstrekt.

Daarnaast kan de scharnierplaat tegen een zijwand zijn aangeschroefd en kan de deur eenvoudig uit de inbouwnis verwijderd worden, zelfs wanneer op het paneel een afwerklaag is aangebracht, door het losschroeven van de scharnierplaten.

Nog een andere uitvoeringsvorm van de inbouwnis volgens de uitvinding omvat verder een eerste nok aangebracht op de tweede zijde van het paneel en een nokplaat met een tweede nok vlak aangebracht op de scharnierplaat, welke eerste nok en tweede nok op elkaar aangrijpen in de tweede positie van de deur.

Doordat de scharnierplaat op een zijvlak is aangebracht en zich daarmee in de omlijsting uitstrekt, kan er op de scharnierplaat nog een nokplaat worden aangebracht, waarop een aanslag is aangebracht, die voorkomt dat de deur te ver openzwaait. Dit wordt bereikt door op de deur een eerste nog aan te brengen en een tweede nok aan te brengen op de nokplaat, die met elkaar in aanraking komen in de tweede positie van de deur.

Eventueel kunnen de scharnierplaat en nokplaat geïntegreerd zijn in één enkele plaat.

In een verdere uitvoeringsvorm van de inbouwnis volgens de uitvinding is op de tweede zijde een vlieslaag aangebracht voor het verbeteren van de hechting van tegellijm.

Deze vlieslaag is bijvoorbeeld een non-woven, die een goede ondergrond vormt voor een tegellijm, waarmee een wandtegel tegen de eerste zijde van het paneel aangebracht kan worden.

Tevens is het mogelijk om de tweede zijde van het paneel te voorzien van draadeinden, waarop de scharnierplaat gemonteerd kan worden. Op de zijwand kan dan verder een scharnierpen zijn voorzien. Door de scharnierplaat met een omgebogen rand te voorzien, die onder het paneel richting de eerste zijde steekt en door in de omgebogen rand een opening aan te brengen voor het opnemen van de scharnierpen, wordt ook hiermee een scharnierconstructie verkregen, waarbij de scharnierlijn voor de eerste zijde van het paneel ligt en waarbij de door losgenomen kan worden, ook wanneer de eerste zijde is voorzien van een afwerklaag.

Door de eenvoudige constructie van het scharnier voor de deur van de inbouwnis volgens de uitvinding, kan de deur ook eenvoudig en gemakkelijk omgedraaid worden. Door het losnemen van de scharnieren en opnieuw vastzetten is het mogelijk de achterzijde van de deur als voorzijde te gebruiken. Ook is het door het verplaatsen van de scharnieren eenvoudig om de deur van bijvoorbeeld rechtsdraaiend om te zetten naar linksdraaiend.

De uitvinding betreft verder een combinatie van een inbouwnis volgens de uitvinding en een afwerklaag aangebracht op de eerste zijde van het paneel.

De uitvinding is met name geschikt in het geval de afwerklaag niet eenvoudig bewerkt kan worden, bijvoorbeeld voorzien kan worden van een gat door middel van boren. In het bijzonder bij breekbare materialen, is het bijzonder lastig om een gat in dergelijke materialen aan te brengen, waardoor bevestigingsschroeven voor conventionele scharnieren niet vastgezet kunnen worden of juist een extra dik paneel voorzien dient te worden. Met de uitvinding wordt dit voorkomen en kan de dikte van het paneel bijvoorbeeld beperkt blijven tot één millimeter, zoals gebruikelijk is voor een RVS staalplaat, waarvan het paneel gemaakt kan zijn.

Bij voorkeur is de afwerklaag één van de volgende lagen: tegellaag, glaslaag, spiegellaag of corianlaag.

Deze en andere kenmerken van de uitvinding worden nader toegelicht aan de hand van de bijgaande figuren.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van een inbouwnis volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede van de inbouwnis volgens figuur 1 aangebracht in een wand.

Figuur 3 toont een perspectivisch detail aanzicht in dwarsdoorsnede van de inbouwnis volgens figuur 2.

Figuur 4 toont een bovenaanzicht in dwarsdoorsnede van de inbouwnis volgens figuur 1.

Figuur 5 toont een tweede uitvoeringsvorm van een scharnier voor een inbouwnis volgens de uitvinding.

Figuur 6 toont een variant op het detail getoond in figuur 4.

Figuur 7 toont een tweede uitvoeringsvorm van een inbouwnis volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont een inbouwnis 1 met een waterdichte schaal 2, waarin een omlijsting met een achterwand 3 en zijwanden 4 is aangebracht. De achterwand 3 en zijwanden 4 vormen zo een bakvormige behuizing. De vrije randen 5 van de zijwanden 4 vormen een toegangsopening, waarin een deur 6 op scharnierpennen 7 scharnierend is aangebracht.

Figuur 2 toont de inbouwnis 1, waarbij de waterdichte schaal 2 is aangebracht in een wand 8. Op de wand 8 zijn wandtegels 9 aangebracht. De bakvormige behuizing 3, 4 is in de waterdichte schaal geschoven, zodat de toegangsopening 5 min of meer gelijk ligt met het zichtbare oppervlak van de wandtegels 9.

De deur 6 heeft een paneel 10 met een eerste zijde 11, waartegen een wandtegel 12 is aangebracht en een tweede zijde 13. (zie ook figuur 3). De randen 17 van het paneel 10 zijn omgezet naar de eerste zijde, zodat de randen 17 van het paneel 10 de wandtegel 12 omsluiten. Verder zijn aan deze randen de scharnierpennen 7 aangebracht.

De scharnierpennen 7 steken in scharnierplaten 14, die met bouten 15 zijn vastgezet aan de zijwanden 4. Zoals uit figuur 3 meer duidelijk, liggen de scharnierpennen 7 op een scharnierlijn 16, die zich uitstrekt voor de eerste zijde 11 van het paneel 10.

Op de scharnierplaat 14 is verder een nokplaat 18 aangebracht onder de bouten 15. Op de tweede zijde 13 van het paneel 10 is een eerste nok 19 voorzien. De nokplaat 18 heeft een tweede nok 20, die samenwerkt met deze eerste nok 19 om te voorkomen dat de deur 6 voorbij een tweede positie gaat, zoals getoond in figuur 4.

Figuur 5 toont een tweede uitvoeringsvorm van een scharnier voor een inbouwnis 30 volgens de uitvinding. Op de deur 31 is een L-vormige scharnierplaat 32 aangebracht via moeren 33, die op aan de deur 31 gelaste draadeinden 34 zijn gemonteerd.

In het deel van de L-vormige scharnierplaat 32, dat onder de deur 31 steekt is een opening 35 voorzien, waarin een scharnieras 36 steekt. Deze scharnieras 36 is aangebracht op een zijwand 37 van de inbouwnis 30.

Figuur 6 toont een variant 40 op het detail getoond in figuur 4. Hierbij heeft de plaat 41 zowel de functie van scharnierplaat als van nokplaat. Hiertoe is de plaat 41 voorzien van een opening 42, waarin een scharnierpen 43 van de deur 44 steekt, alsook twee sleufvormige montage gaten 45, waarmee de plaat 41 op een zijwand van een inbouwnis gemonteerd kan worden. De deur 44 heeft omgebogen randen, zoddat een houder met omtrekswanden ontstaat voor het opnemen van bijvoorbeeld een wandtegel.

In de plaat 44 is verder een uitsparing 46 voorzien, die als nok fungeert. De deur 44 heeft daarbij een omgebogen lip 47, die eveneens als nok fungeert en in de uiterste open stand van de deur 44 in de uitsparing 46 valt en voorkomt, dat de deur 44 te ver geopend wordt.

Figuur 7 toont een tweede uitvoeringsvorm van een inbouwnis 50 volgens de uitvinding. De inbouwnis 50 heeft een omlijsting met zijwanden 51 en een achterwand 52, zodat een bakvormige houder gevormd wordt.

Op de zijwand 51 is een scharnierplaat 53 aangebracht en gemonteerd via montagegaten 54. Verder is in de scharnierplaat 53 een opening 55 voorzien, waarin een scharnierpen 56 steekt, die aan een omgebogen rand van een deur 57 is aangebracht. De scharnierlijn 58 loopt hier horizontaal, waardoor de deur 57 uitvalt.

Achter de deur 57 is een frame 59 voorzien, waarin bijvoorbeeld een afval geplaatst kan worden. De scharnierplaat 53 is voorzien van een flens 60, die bij uitgeklapte stand van de deur 57 aanligt tegen de achterzijde van de deur 57 en daarmee voorkomt dat de deur 57 te ver opent.

Claims (9)

1. Inbouwnis voor het monteren in een wand, welke inbouwnis omvat: - een omlijsting van een aantal tegen elkaar aangebrachte zijwanden, waarbij ten minste één rand van elke zijwand in een gemeenschappelijk vlak ligt en gezamenlijk een toegangsopening voor de omlijsting definiëren; - een deur aangebracht in de toegangsopening en scharnierend verbonden met de zijwanden van de behuizing, zodat de deur kan draaien tussen een eerste positie, waarin de toegangsopening afgesloten wordt en een tweede positie, waarin de toegangsopening vrijgegeven wordt; met het kenmerk, dat de deur een paneel met een eerste zijde en een tegenoverliggende tweede zijde omvat, waarbij op de eerste zijde een afwerklaag, zoals een tegellaag, aangebracht kan worden, en waarbij tussen de tweede zijde en de zijwanden van de omlijsting ten minste twee scharnieren zijn aangebracht, waarbij de scharnierassen van de ten minste twee scharnieren in eikaars verlengde liggen en een scharnierlijn vormen, die zich voor en parallel aan de eerste zijde van het paneel uitstrekt.

2. Inbouwnis volgens conclusie 1, waarbij de randen van het paneel zijn omgezet naar de eerste zijde om een omtreksflens te vormen rond de eerste zijde, waarmee een houder voor de aan te brengen afwerklaag wordt gevormd.

3. Inbouwnis volgens conclusie 1 of 2, waarbij elk scharnier een scharnierpen en een scharnierplaat omvat, waarbij in de scharnierplaat een opening is voorzien, waarin de scharnierpen gelagerd is.

4. Inbouwnis volgens conclusie 3, waarbij de scharnierpen is aangebracht aan de tweede zijde van het paneel en waarbij de scharnierplaat parallel aanligt tegen een zijwand van de omlijsting.

5. Inbouwnis volgens conclusie 4, verder omvattende een eerste nok aangebracht op de tweede zijde van het paneel en een nokplaat met een tweede nok vlak aangebracht op de scharnierplaat, welke eerste nok en tweede nok op elkaar aangrijpen in de tweede positie van de deur.

6. Inbouwnis volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij op de tweede zijde een vlieslaag is aangebracht voor het verbeteren van de hechting van tegellijm.

7. Inbouwnis volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de omlijsting een achterwand omvat, welke achterwand is aangebracht tussen de zijwanden op afstand van de toegangsopening, zodat een bakvormige behuizing gevormd wordt.

8. Combinatie van een inbouwnis volgens één van de voorgaande conclusies en een afwerklaag aangebracht op de eerste zijde van het paneel.

9. Combinatie volgens conclusie 8, waarbij de afwerklaag één van de volgende lagen is: tegellaag, glaslaag, spiegellaag of corianlaag.