NL2015716B1 - Building block and buildings build using such blocks. - Google Patents

Claims (23)

1. Bouwblok voor het bouwen van gebouwen, vervaardigd uit ten minste een biodegradeerbaar materiaal.

2. Bouwblok volgens conclusie 1, waarbij het bouwblok is vervaardigd uit een zetmeel gebaseerd materiaal.

3. Bouwblok volgens conclusie 1 of 2, waarbij het bouwblok een wand heeft die genoemd biodegradeerbaar materiaal omvat, in het bijzonder zetmeel gebaseerd, dat bij voorkeur is gebakken, waarbij de wand relatief dun is in verhouding tot de buitendimensies van het bouwblok.

4. Bouwblok volgens een der voorgaande conclusies waarbij het bouwblok in hoofdzaak hol is.

5. Bouwblok volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het bouwblok aan ten minste een zijde open is.

6. Bouwblok volgens conclusie 5, waarbij het bouwblok een eerste deel heeft dat open is naar een eerste zijde bouwblok, en een tweede deel dat open is naar een tweede zijde van het bouwblok, tegenover de eerste zijde.

7. Bouwblok volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het bouwblok een aantal wanden of wanddelen heeft die ten minste één verbindingselement omvatten voor verbinden van het bouwblok met een vergelijkbaar of identiek bouwblok voorzien van ten minste een dergelijk verbindingselement.

8. Bouwblok volgens conclusie 7, waarbij het bouwblok ten minste een eerste verbindingselement en een tweede verbindingselement heeft, waarbij het eerste verbindingselement ten minste gedeeltelijk past binnen een tweede verbindingselement van een vergelijkbaar of identiek bouwblok, waarbij het eerste en tweede verbindingselement bij voorkeur zijn gevormd voor schuiven van het ene verbindingselement in en/of over het andere verbindingselement in een eerste richting naar een blokkeerpositie, en schuiven in een tegengestelde tweede richting voor het losmaken daarvan.

9. Bouwblok volgens conclusie 8, waarbij het bouwblok ten minste een eerste verbindingselement en ten minste twee tweede verbindingselementen heeft, bijvoorbeeld een eerste en drie tweede verbindingselementen, regelmatig verdeeld rond vier zijden van het bouwblok, waarbij het bouwblok een in hoofdzaak rechthoekige vorm heeft.

10. Bouwblok volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het bouwblok een in hoofdzaak afgeknotte vorm heeft, met een bovenzijde en een onderzijde, waarbij de onderzijde breder en/of langer is dan de bovenzijde, gemeten in evenwijdige vlakken, waarbij de onderzijde in hoofdzaak open is en wordt gedefinieerd door ten minste een rand van een wand die zich vanaf de bovenzijde uitstrekt.

11. Bouwblok volgens conclusie 10, waarbij de bovenzijde een bovenvlak omvat van waaraf de wand zich uitstrekt, waarbij ten minste een indeuking is voorzien in het bovenvlak, bij voorkeur voorzien van een eindwand in hoofdzaak parallel aan en meer bij voorkeur gelegen in het vlak bepaald door de rand van de wand aan een zijde afgekeerd van het bovenvlak.

12. Bouwblok volgens conclusie 10, waarbij het bovenvlak is voorzien van ten minste een top verbindingsvoorziening, voor samenwerking met een compatibele top verbindingsvoorziening van een vergelijkbaar of identiek bouwblok.

13. Bouwblok volgens conclusie 11, waarbij de eindwand is voorzien van ten minste een bodem verbindingsvoorziening voor samenwerking met een compatibele bodem verbindingsvoorziening van een vergelijkbaar of identiek bouwblok.

14. Bouwblok volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het bouwblok nestbaar is in een gelijk bouwblok.

15. Set van twee bouwblokken, bij voorkeur volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bouwblokken gelijk zijn, elk voorzien van een bovenzijde en een onderzijde, waarbij de bouwblokken zijn vormgegeven om in gestapelde relatie te worden gepositioneerd, met de onderzijden naast elkaar en bij voorkeur met elkaar verbonden, zodanig dat de gestapelde bouwblokken een intern volume bepalen, in hoofdzaak gesloten naar de omgeving.

16. Set volgens conclusie 15, waarbij elk van de bouwblokken een indeuking omvat die zich vanaf de bovenzijde uitstrekt naar de onderzijde, en voorzien van een omtrekswand deel en een eindwand, waarbij de eindwanden van genoemde twee bouwblokken bij voorkeur zijn voorzien zodanig dat wanneer de bouwblokken in de gestapelde positie zijn de eindwanden naast elkaar liggen en bij voorkeur onderling zijn verbonden.

17. Set volgens conclusie 15 of 16, waarbij het interne volume is gevuld met een vulmateriaal, in het bijzonder een granulair materiaal zoals zand.

18. Set volgens conclusie 16, waarbij de indeuking van ten minste een van de bouwblokken is gevuld met een vulmateriaal, in het bijzonder een granulair materiaal zoals zand.

19. Bouwblok volgens een der conclusies 1 - 14, of een set volgens een der conclusies 15-18, waarbij de bouwblokken zijn vervaardigd door toepassing van een zetmeel gebaseerde suspensie, bij voorkeur gebakken in een matrijs.

20. Gebouw, vervaardigd onder toepassing van bouwblokken en/of set bouwblokken volgens een der voorgaande conclusies.

21. Werkwijze voor het voorzien in bouwmateriaal voor bouwen van een gebouw, omvattende de stappen van voorzien in geneste bouwblokken, ontnesten van de bouwblokken, vullen van ten minste een deel van ten minste een aantal van de bouwblokken met een vulmateriaal en stapelen van de bouwblokken.

22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij paren bouwblokken worden voorzien, waarvan het ene is geplaatst bovenop het andere, in een omgekeerde positie, zodanig dat onderzijden van genoemde gestapelde bouwblokken naar elkaar zijn gekeerd en bovenzijden daarvan van elkaar zijn afgekeerd en de gestapelde bouwblokken een gezamenlijk intern volume bepalen, waarbij: een eerste van genoemde bouwblokken, in het bijzonder een onderste, wordt gevuld met genoemd vulmateriaal, in het bijzonder door een in hoofdzaak open onderzijde die omhoog is gekeerd, waarbij het tweede bouwblok van het paar wordt geplaatst op het eerste bouwblok, waarbij de onderzijde van het tweede bouwblok is gekeerd naar de onderzijde van het eerste bouwblok, daarbij een intern volume van de twee gestapelde bouwblokken afsluitend; en/of de bouwblokken een indeuking hebben in het gezamenlijke interne volume, waarbij ten minste een van de indeukingen wordt gevuld met genoemd vulmateriaal.

23. Werkwijze volgens een der conclusies 21 — 22, waarbij de geneste bouwblokken worden voorzien in een container, gescheiden van het vulmateriaal.