NL2014878B1 - Vulinrichting voor het vullen van een houder met kwetsbare producten en werkwijze daarvoor. - Google Patents

Abstract

De vinding betreft een vulinrichting voor het vullen van een houder met kwetsbare producten, bijvoorbeeld appels, en een werkwijze daarvoor. De vulinrichting volgens de vinding omvat: - een basisgestel voorzien van een opvoertransporteur met een aanvoerzijde en een vulzij de; - een werkzaam met de vulzijde van de opvoertransporteur verbonden verdeelinrichting voorzien van één of meer verdelers geconfigureerd voor het verdelen van producten over de houder; - hoogtestelmiddelen geconfigureerd voor het in hoogte ten opzichte van de houder bewegen van de verdeelinrichting zodanig dat de verdeelinrichting tijdens het vullen van de houder in hoogte beweegbaar is; en - een werkzaam met de hoogtestelmiddelen aan het basisgestel aangebrachte aanvoerzijdegeleider geconfigureerd voor het tijdens een hoogtebeweging van de verdeelinrichting afstemmen van de aanvoerzijde van de opvoertransporteur met een aflevereinde van een aanvoertransporteur.

Description

Vulinrichting voor het vullen van een houder met kwetsbare producten en werkwijze daarvoor

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een vulinrichting voor het vullen van een houder met producten, in het bijzonder kwetsbare producten. Dergelijke houders betreffen bijvoorbeeld kisten, containers, octabins en dergelijke. De kwetsbare producten betreffen bijvoorbeeld aardappelen, groenten en fruit, meer in het bijzonder vers fruit dat gevoelig is voor schade tijdens de behandeling daarvan, zoals appels en peren. NL 1026073 en EP 1740465 beschrijven een conventionele vulinrichting waarbij producten via een aanvoertransporteur worden aangevoerd naar een aan voerhand. Vanaf de aanvoerband rollen of vallen de producten in een roterende borstel waarmee de producten vervolgens worden overgebracht naar een zogeheten schotel verdeler. Vanaf deze schotel verdeler worden de producten zo gelijkmatig mogelijk verdeeld in bijvoorbeeld een kist. Om de verticale afstand van de verdeler tot de hoogte van het product in de kist te beperken, en daarmee schade aan de producten te voorkomen, wordt de kist in hoogte bewogen. Een lege kist wordt hierbij opgetild waarna producten op of nabij de bodem van de kist geplaatst worden. Tijdens het vulproces wordt de kist steeds lager gepositioneerd door het laten dalen van de kist, zodat tijdens het gehele vulproces de valafstand beperkt blijft. Hierbij is de kist geplaatst op een heftruck of andere hefinrichting.

In de praktijk blijkt dat met name het positioneren van een nog te vullen kist in of nabij de vulinrichting enige tijd kost, zodanig dat het aanvoersysteem zelfs veelal stil gezet dient te worden. Dit beperkt de totale verwerkingscapaciteit van de vulinrichting.

Het doel van de onderhavige vinding is het verschaffen van een grotere capaciteit van de vulinrichting, waarmee bijkomend eenzelfde verwerkingscapaciteit met minder vulinrichtingen kan worden bewerkstelligd.

Daartoe verschaft de onderhavige vinding een vulinrichting voor het vullen van een houder met kwetsbare producten, de vulinrichting omvattende: - een basisgestel voorzien van een opvoertransporteur met een aanvoerzijde en een vulzijde; - een werkzaam met de vulzijde van de opvoertransporteur verbonden verdeelinrichting voorzien van één of meer verdelers geconfigureerd voor het verdelen van producten over de houder; - hoogtestelmiddelen geconfigureerd voor het in hoogte ten opzichte van de houder bewegen van de verdeelinrichting zodanig dat de verdeelinrichting tijdens het vullen van de houder in hoogte beweegbaar is; en - een werkzaam met de hoogtestelmiddelen aan het basisgestel aangebrachte aanvoerzijdegeleider geconfigureerd voor het tijdens een hoogtebeweging van de verdeelinrichting afstemmen van de aanvoerzijde van de opvoertransporteur met een aflevereinde van een aanvoertransporteur.

Door het voorzien van een opvoertransporteur worden producten, in het bijzonder kwetsbare producten zoals appels, peren en andere gevoelige producten, gebracht van een aanvoerpositie aan de aanvoerzijde van de transporteur naar een vulpositie aan de vulzijde van de transporteur. Hiertoe is de transporteur bij voorkeur voorzien van een transportband, meer in bijzonder van een zogeheten golfband. Hiermee kunnen producten op betrekkelijk eenvoudige en veilige wijze worden verplaatst. Bij voorkeur is de opvoertransporteur hierbij zodanig opgesteld dat de producten in hoogte opvoerbaar zijn, zodanig dat deze vervolgens met een verdeelinrichting in een houder plaatsbaar zijn, in het bijzonder in een kist of als alternatief in een container, octabin of andere houder.

De verdeelinrichting is volgens de vinding aan de vulzijde van de transporteur aangebracht en is voorzien van één of meer verdelers geconfigureerd voor het verdelen van producten over de houder. De verdeelinrichting kan hierbij als zogeheten schotelverdeler worden voorzien.

Met behulp van de verdeelinrichting worden de kwetsbare producten op effectieve en gecontroleerde wijze verdeeld over (een laag in) de houder. De verdeelinrichting is hierbij in een momenteel geprefereerde voorkeursuitvoeringsvorm samen met de vulzijde van de transporteur beweegbaar voorzien in of aan het basisgestel. De verdeelinrichting omvat voorts bij voorkeur een borstel voor het opvangen van producten om deze vervolgens te plaatsen op een bovenste verdeler, bijvoorbeeld in de vorm van een schijf of schotel, van de verdeelinrichting. Het gebruik van alternatieve verdeelinrichtingen behoort volgens de vinding eveneens tot de mogelijkheden. In een momenteel geprefereerde uitvoeringsvorm is een eerste bovenste verdeler voorzien van een aantal zich in hoofdzaak in een radiale richting uitstrekkend spaken waaraan slabben zijn voorzien. Met behulp van deze roterende slabben worden de producten verdeeld over de tweede onderste verdeler in de vorm van een schijf of schotel waarin een opening is gebracht. Deze onderste schijf draait met een andere rotatiesnelheid dan de bovenste schijf waardoor steeds andere producten bij de opening in deze onderste verdeler komen. Deze producten zakken bij voorkeur met slab door de opening, eventueel op een andere slab, en worden vervolgens op gecontroleerde wijze geplaatst in de houder. Op deze wijze wordt een gelijkmatige verdeling van producten over de houder bewerkstelligd. Bijkomend wordt de plaatsing over de laag producten in de houder op deze wijze op een gecontroleerde wijze uitgevoerd waardoor schade aan het product wordt vermeden.

Volgens de vinding is de vulinrichting voorzien van hoogtestelmiddelen die zijn ingericht voor het in hoogte ten opzichte van de houder bewegen van de verdeelinrichting. Door middel van de hoogtestelmiddelen wordt de verdeelinrichting, bij voorkeur samen met de vulzijde van de opvoertransporteur, tijdens het vulproces in hoogte bewogen afhankelijk van de vulgraad van de houder. Op deze wijze kan de afstand tussen de verdeelinrichting, in het bijzonder de onderste verdeler hiervan, en de bovenste laag producten in de houder minimaal worden gehouden. De hoogtestelmiddelen zijn hierbij bij voorkeur op continue wijze in hoogte instelbaar.

Met behulp van de hoogtestelmiddelen in de vulinrichting volgens de vinding kan de verdeelinrichting in hoofdzaak in verticale richting worden verplaatst zonder een substantiële verplaatsing in een horizontaal vlak. Hiermee wordt een nauwkeurige positionering van de verdeelinrichting bewerkstelligd, waarmee een betere verdeling van producten in de houder wordt bereikt, bij voorkeur met reductie van het risico op productschade.

De hoogtestelmiddelen omvatten bij voorkeur een geleidebaan en een aandrijving. De toegepaste aandrijving kan bijvoorbeeld hydraulisch, elektrisch of pneumatisch zijn. Hiermee kan de gewenste beweging van de vulzijde van de transporteur en/of de verdeelinrichting worden uitgevoerd. Bij voorkeur zijn de hoogtestelmiddelen ingericht om de verdeelinrichting en de vulzijde van de opvoertransporteur gezamenlijk in hoogte te bewegen. Hiertoe is de vulzijde van deze transporteur bij voorkeur verbonden met de verdeelinrichting zodat deze als eenheid in hoogte verplaatsbaar zijn.

Door het in hoogte bewegen van de vulzijde van de opvoertransporteur verandert de hoek van deze transporteur met de horizontaal, bijvoorbeeld de ondergrond of het bewegingsvlak van een aanvoertransporteur. Door deze hoekverandering ontstaat aan de aanvoerzijde van de opvoertransporteur een verandering in de overgang van producten tussen de aanvoertransporteur en de opvoertransporteur. Immers, door verandering van de vulzijde in hoogte zal het product bij het aan de aanvoerzijde betreden van de opvoertransporteur een andere hoek in de bewegingsrichting ondervinden. Hier ontstaat derhalve een risico van beschadiging van het product. Aangezien de (verticale) hoogte van de verdeelinrichting en vulzijde van de opvoertransporteur volgens de vinding over een niet verwaarloosbare hoogte instelbaar is tijdens het vulproces, blijft ook de effectieve afstand en/of effectieve hoek met de horizontaal tussen de aanvoertransporteur en de opvoertransporteur, dat wil zeggen de afstand en/of hoek tussen het overpakken van het product van de ene transporteur naar de andere, in beginsel niet constant. Hiermee zou het risico voor schade aan het product worden vergroot.

Volgens de vinding wordt genoemd probleem met de overgang van producten van de aanvoertransporteur naar de opvoertransporteur opgelost of ten minste gereduceerd door de vulinrichting te voorzien van een werkzaam met de hoogtestelmiddelen aan het basisgestel aangebrachte aanvoerzijdegeleider. Deze aanvoerzijdegeleider is ingericht voor het tijdens een hoogtebeweging van de verdeelinrichting afstemmen van de aanvoerzijde van de opvoertransporteur met een aflevereinde van een aanvoertransporteur. Met deze geleider wordt bewerkstelligd dat de overgang tussen de verschillende transporteurs op gecontroleerde wijze kan worden uitgevoerd. Hiermee wordt het risico op beschadiging van het product sterk gereduceerd, bij voorkeur zelfs geheel vermeden. Hierdoor wordt kwaliteitsverlies van het product tegengegaan, alsmede verlies in houdbaarheid van het product.

Door de aanvoerzijdegeleider volgens de vinding wordt bewerkstelligd dat op effectieve wijze de verdeelinrichting in hoogte beweegbaar is tijdens het vulproces zonder dat het risico op schade aan het product wordt vergroot. Bijkomend wordt door het voorzien van de aanvoerzijdegeleider bewerkstelligd dat het rotatiepunt van de opvoertransporteur als het ware in een bij voorkeur horizontaal vlak beweegbaar is, terwijl de verdeelinrichting en vulzijde van de opvoertransporteur in een in hoofdzaak verticale richting in hoogte beweegbaar zijn tijdens het vulproces zonder een substantiële horizontale verplaatsing. Hiermee wordt de positionering van de producten in de houder verder verbeterd in vergelijking met conventionele vulinrichtingen.

Door het voorzien van een aanvoerzijdegeleider met geleidebaan wordt vermeden dat de aanvoertransporteur moet scharnieren of roteren rondom een vast opgestelde as. Hiermee is het mogelijk om de aansluiting tussen de aanvoertransporteur en de opvoertransporteur te optimaliseren en de aanvoerzijde van de opvoertransporteur een gecontroleerde beweging te laten ondergaan tijdens het in hoogte bewegen van de vulinrichting. Hiermee wordt bewerkstelligd dat een goede afstemming en goede aansluiting van de beide transporteurs op elkaar wordt gerealiseerd. Hierdoor wordt het risico op schade aan het product verder verkleind.

Bijkomend wordt door het voorzien van een geleidebaan bewerkstelligd dat de verdeelinrichting samen met de vulzijde van de aanvoertransporteur bij voorkeur in een in hoofdzaak rechte verticale lijn in hoogte beweegbaar is, aangezien de aanvoerzijde van de opvoertransporteur via de geleidingsbaan beweegbaar is opgesteld. Naast het verschaffen van een constante (overpak)afstand kan ook een al te abrupte overgang in de bewegingsrichting van de aangevoerde producten zo veel mogelijk worden vermeden. Hierdoor wordt het risico op schade aan producten nog verder terug gedrongen.

In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat de aanvoerzijdegeleider een geleidingskromme die zodanig is geconfigureerd dat de afstand, meer specifiek de effectieve overpakafstand van de producten, tussen het aflevereinde van de aanvoertransporteur en de aanvoerzijde van de opvoertransporteur in hoofdzaak constant blijft tijdens het vulproces.

Door het voorzien van een geleidingskromme in plaats van een rechte geleidebaan in de aanvoerzijdegeleider wordt een verdere optimalisatie van de overgang van producten van aanvoertransporteur naar opvoertransporteur bewerkstelligd. Bij voorkeur strekt de opvoertransporteur zich hierbij, gezien in bewegingsrichting van de producten, over enige afstand uit aan weerszijden van de aanvoerzijdegeleider. Hiermee wordt de overgang van de producten tussen de transporteurs in een groter bereik aan mogelijke posities van de verdeelinrichting en opvoertransporteur optimaal instelbaar.

In een verdere voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat de vulinrichting een aanvoerregelaar voorzien van een productdetector, waarbij de aanvoerregelaar is geconfigureerd voor het tijdens het positioneren van de verdeelinrichting ten opzichte van een gevulde of nog te vullen houder aansturen van de opvoertransporteur, zodanig dat de opvoertransporteur een bufferfunctie vervult.

Door het voorzien van een aanvoerregelaar wordt een optimale aansturing van de opvoertransporteur mogelijk gemaakt. Zo is het met de aanvoerregelaar volgens de vinding mogelijk om tijdens het verwijderen van een houder, wanneer de verdeelinrichting geen producten kwijt kan in een houder, de aanvoertransporteur door te laten lopen. Met behulp van de productdetector wordt gedetecteerd wanneer een product op de aanvoertransporteur wordt aangevoerd, waarna tijdens een kort tijdsinterval de opvoertransporteur wordt bewogen en de aanvoertransporteur het product kan plaatsen op de opvoertransporteur. Na plaatsing van het product kan de opvoertransporteur door de aanvoerregelaar worden stil gezet totdat een volgend product wordt gedetecteerd. Op deze wijze kan de opvoertransporteur als het ware vol worden gelegd met producten en daarmee een bufferfunctie vervullen. Desgewenst kan aanvullend aan het bufferen op de opvoertransporteur ook de verdeelinrichting, ofwel verdeler/verdeelschijf, gedurende enige tijd worden geactiveerd voor het verschaffen van additionele buffercapaciteit. Tijdens dit bufferproces kan bijvoorbeeld een nieuwe houder worden geplaatst en kan de verdeelinrichting worden gepositioneerd, waarna het vulproces weer kan worden gestart en de aanvoerregelaar de opvoertransporteur weer op gebruikelijke wijze laat draaien tijdens het vulproces. Op deze wijze kan het aanvoersysteem met de aanvoertransporteur tijdens het gehele proces door blijven lopen en wordt onnodige stilstand vermeden. Hiermee wordt de gehele capaciteit van de lijn verder vergroot.

Bij voorkeur is de aanvoerregelaar voorts geconfigureerd om aanvullend de verdeelinrichting aan te sturen zodanig dat de verdeelinrichting, en in het bijzonder de verdeelschijf/verdelers daarvan, een aanvullende bufferfunctie vervult. Hiermee wordt een aanvullende buffering mogelijk gemaakt.

In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat de vulinrichting een eerste vulpositie en een tweede vulpositie.

Door de vulinrichting te voorzien van een eerste en een tweede vulpositie kan de capaciteit van de vulinrichting als geheel verder worden vergroot. Tijdens het positioneren van een nieuw te vullen houder, alsmede tijdens het verwijderen van een gevulde houder, kan het vulproces doorgaan op de andere vulpositie. Desgewenst behoort het tot de mogelijkheden om zelfs meer dan twee vulposities te voorzien.

Bij voorkeur is in een uitvoeringsvorm volgens de vinding met twee of meer vulposities het basisgestel beweegbaar voorzien over een onderstel in een richting in hoofdzaak dwars op de bewegingsrichting van het product op de opvoertransporteur, zodanig dat de verdeelinrichting van een eerste houder in de eerste vulpositie naar een tweede houder in de tweede vulpositie verplaatsbaar is. De beweging van het basisgestel van de eerste vulpositie naar de tweede vulpositie kan op verschillende wijzen worden uitgevoerd. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van geleiders, rails, wielen en/of lagers. Ook behoort tot de mogelijkheden om de transporteur en verdeelinrichting binnen het gestel te verplaatsen met behulp van een ondergestel of subgestel. Op deze wijze kan de capaciteit van de vulinrichting als geheel verder worden vergroot.

In een verdere voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige vinding omvat de vulinrichting voorts een aantal wielen voor het verplaatsen van de vulinrichting.

Door het voorzien van een aantal wielen aan de vulinrichting kan de vulinrichting op effectieve wijze worden verplaatst. Feitelijk wordt hiermee een mobiele vulinrichting verkregen. Desgewenst kunnen de wielen ook worden gebruikt in een uitvoeringsvorm waarbij sprake is van twee of meer vulposities. Hiermee wordt een gebruiksvriendelijke en flexibel inzetbare vulinrichting verschaft.

De onderhavige vinding heeft voorts tevens betrekking op een werkwijze voor het met kwetsbare producten vullen van een houder, omvattende: - het voorzien van een vulinrichting zoals voorgaand beschreven; - het plaatsen van de houder; - het aanvoeren van de producten met een aanvoertransporteur; - het vullen van de houder, waarbij de verdeelinrichting in hoogterichting wordt bewogen tijdens het vullen, en waarbij, tijdens het in hoogterichting bewegen van de verdeelinrichting, met de aanvoerzijdegeleider de posities van de aanvoerzijde van de opvoertransporteur en het aflevereinde van een aanvoertransporteur worden afgestemd; en - het met een aanvoerregelaar aansturen van de opvoertransporteur, zodanig dat de opvoertransporteur fungeert als buffer.

De werkwijze verschaft dezelfde voordelen en effecten als beschreven voor de vulinrichting.

In het bijzonder wordt door de werkwijze bewerkstelligd dat een grotere capaciteit voor het vulproces wordt verschaft met een enkele vulinrichting, in het bijzonder bij voorkeur in combinatie met een afname van het risico op productschade of productverlies.

Bij voorkeur voorziet de werkwijze volgens de vinding in een afstemming tussen het aflevereinde van de aanvoertransporteur en de aanvoerzijde van de opvoertransporteur, waarbij de afstand tussen deze beide bij voorkeur in hoofdzaak constant blijft tijdens een vulproces. Hierbij wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een geleidebaan in de vorm van een geleidingskromme om de beweging van de opvoertransporteur aan de aanvoerzijde zo optimaal mogelijk te laten verlopen.

Tevens wordt een bufferfunctie voorzien aan de opvoertransporteur met behulp van een aanvoerregelaar. Hierbij kan de aanvoertransporteur bij voorkeur gedurende een bepaalde tijd door blijven draaien tijdens het wisselen van een houder, en wordt met behulp van de aanvoerregelaar en een productdetector de opvoertransporteur bewogen voor het opnemen van een product en vervolgens weer stil gezet tot het volgende product wordt aangevoerd. Op deze wijze kan een houder worden verwisseld en/of kan de verdeelinrichting van een eerste naar een tweede vulpositie worden gebracht. Hiermee wordt stilstand in de aanvoerlijn vermeden.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de uitvinding worden toegelicht aan de hand van voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, waarbij wordt verwezen naar de bijgevoegde tekeningen, waarin tonen: - Figuur 1 een aanzicht van een vulinrichting volgens de vinding; - Figuur 2 een zijaanzicht van de vulinrichting uit Figuur 1; - Figuur 3 een aanzicht aan de vulzijde van de vulinrichting uit Figuur 1; en - Figuur 4 een bovenaanzicht van de vulinrichting van Figuur 1, met aanvullend schematisch een tweede vulpositie; - Figuren 5 en 6 schematisch bovenaanzichten van een vulinrichting met twee vulposities; en - Figuren 7A-B en 8A-B aanzichten van de aanvoerzijdegeleider van de vulinrichting uit figuur 1 in verschillende posities.

Vulinrichting 2 (Figuur 1) is voorzien van opvoertransporteur 4, omvattende golfband 6 met zijwanden 8. Transporteur 4 heeft aanvoerzijde 10 en vulzijde 12. Transporteur 4 wordt gedragen in gestel 14 dat met behulp van voeten 16 is geplaatst op ondergrond 18. Hierbij is besturingskast 20 voorzien aan gestel 14. Optioneel is een aantal wielen 22 voorzien aan gestel 14 voor het na indraaien of inklappen van voet 16 eenvoudig kunnen verplaatsen van vulinrichting 2.

Aan vulzijde 12 van opvoertransporteur 4 bevindt zich binnen borstelkap 24 opvangborstel 26 voor het op vangen van producten en het vervolgens plaatsen daarvan in verdeelinrichting 28. Verdeelinrichting 28 omvat een eerste schotel 30, voorzien van een aantal spaken 32 met slab 34, en een onderstel schotel 36 voorzien van een opening 38. Hierbij wordt verdeelinrichting 28 aangedreven met behulp van motor 40.

In de getoonde uitvoeringsvorm is vulinrichting 2 voorzien van portaalconstructie 42 met twee geleiders 44 en aandrijving 46 voor het in hoogte bewegen van vulzijde 12 van transporteur 4 gezamenlijk met verdeler 28.

In de getoonde uitvoeringsvorm is vulinrichting 2 voorzien van een eerste vulpositie 48 en een tweede vulpositie 50 (zie ook Figuren 3, 4, 5 en 6). Hiertoe is vulinrichting 2 voorzien van ondergestel 52 waarover met behulp van geleiders of steunelementen 54 basisgestel 14 verplaatsbaar is.

Vulinrichting 2 is in de getoonde uitvoeringsvorm voorzien van besturingskast 20, waarin regelaar 56 (Figuur 2) is aangebracht. Regelaar 56 ontvangt meetsignaal 58 van productdetector 60 die een product P detecteert op aanvoertransporteur 62 met afleverzijde 63. Regelaar 56 stuurt vervolgens aandrijvingen 40, 46 aan. In de getoonde uitvoeringsvorm is motor 40 werkzaam verbonden met band 4 en borstel 26, zodat een optimale afstemming voor de aanvoer van producten P wordt verschaft tijdens het vullen van kist 64 met producten P.

In de getoonde uitvoeringsvorm is aan aanvoerzijde 10 gestel 14 voorzien van vast opgestelde geleider 66, waarin een gekromde geleidebaan 68, ofwel geleidingskromme, is voorzien (Figuren 2, 7A-B en 8A-B). In de getoonde uitvoeringsvorm wordt aanvoerzijde 10 met behulp van pen of as 70 beweegbaar voorzien in geleidebaan 68. Pen of as 70 fungeert hierbij als rotatieas voor aanvoertransporteur 4 met golfband 6. Door de hoogtebeweging van verdeelinrichting 28 zal aanvoerzijde 10 van opvoertransporteur 4 in baan 68 meebewegen, zodanig dat een optimale afstemming tussen aanvoertransporteur 62 en opvoertransporteur 4 wordt verschaft. In de getoonde uitvoeringsvorm strekt opvoertransporteur 4 zich aan weerszijden van geleidebaan 68 over enige afstand uit met respectievelijke delen 72, 74.

In de getoonde uitvoeringsvorm is verdeelinrichting 28 van vulinrichting 2 beweegbaar tussen een eerste vulpositie 48 en een tweede vulpositie 50 (zie onder meer Figuren 5 en 6). De hoogte van gestel 14 bedraagt in een praktische uitvoeringsvorm circa 2 tot 2,5 m. De breedte van vulinrichting 2 in een uitvoeringsvorm met een enkele vulpositie 48 bedraagt circa 1 tot 1,5 m en circa 2 tot 4 m in een uitvoeringsvorm met dubbele vulpositie 48, 50. De gehele lengte, gezien in bewegingsrichting van product P, bedraagt circa 2 tot 4 m. Afmetingen en aantal vulposities 48, 50 kunnen worden afgestemd op de praktische omstandigheden van de specifieke toepassing.

Indien aanvoersysteem met aanvoertransporteur 62 het product P aanvoert zal deze worden overgebracht op opvoertransporteur 4 en in de getoonde uitvoeringsvorm via borstel 26 worden gebracht naar verdeelinrichting 28 met eerste verdeelschijf 30 en tweede verdeelschijf 36. Producten worden op slabben 34 geplaatst, verbonden aan spaken 32 van eerste verdeler 30. De producten worden vervolgens via opening 38 in tweede schijf 36 met behulp van slabben 34 geplaatst in houder 64. Nadat bij voorkeur een laag producten P is geplaatst in kist 64 zal verdeelinrichting 28 met vulzijde 12 van transporteur 4 opwaarts worden bewogen in portaal 42 van basisgestel 14. Tijdens de hoogtebeweging van verdeelinrichting 28 gaat het vulproces bij voorkeur gewoon door. Na het vullen van kist 64 wordt kist 64 weggenomen van eerste vulpositie 48. Vervolgens wordt een nieuwe kist geplaatst op deze eerste vulpositie 48. Afhankelijk van de uitvoeringsvorm van vulinrichting 2 wordt verdeelinrichting 28 vervolgens gebracht in deze kist 64 of wordt verdeelinrichting 28 gebracht naar tweede vulpositie 50 waar een andere kist 64 reeds gereed staat om gevuld te worden.

Door de hoogtebeweging van vulinrichting 28 wordt bij voorkeur ook vulzijde 12 van transporteur 4 in hoogte bewogen met behulp van aandrijving 46. In de getoonde uitvoeringsvorm roteert aanvoerzijde 10 van transporteur 4 niet rondom een vast opgestelde as, en in plaats daarvan rond beweegbare as 70. In de getoonde uitvoeringsvorm van vulinrichting 2 is aan aanvoerzijde 10 van transporteur 4 geleidebaan 68 voorzien voor het geleiden van as 70 en daarmee de beweging van aanvoerzijde 10 van transporteur 4 tijdens het in hoogte bewegen van vulzijde 12. Geleidebaan 68 verschaft hierbij een optimale afstemming tussen aanvoerzijde 10 van transporteur 4 en afleverpunt van aanvoertransporteur 62.

Aanvoerregelaar 56 detecteert met behulp van detector 60 het arriveren van product P nabij de overgang tussen aanvoertransporteur 62 en opvoertransporteur 4. Tijdens het geactiveerde vulproces zal opvoertransporteur 4, evenals aanvoertransporteur 62, bij voorkeur continu draaien om een optimale capaciteit te halen en risico op schade aan producten te vermijden. Tijdens het positioneren van verdeelinrichting 28 ten opzichte van houder 64, met name tijdens het wegnemen van een gevulde kist 64 en/of het plaatsen van een nieuw te vullen kist 64, wordt met behulp van aanvoerregelaar 56 transporteur 4 stilgezet indien geen product P wordt gedetecteerd met detector 60. Aanvoertransporteur 62 kan desgewenst door blijven lopen. Zodra een product 60 wordt gedetecteerd nabij de overgang tussen aanvoertransporteur 62 en opvoertransporteur 4 wordt opvoertransporteur 4 over een kleine afstand bewogen om product P op te kunnen vangen.

Hiermee worden producten P gebufferd op opvoertransporteur 4 totdat verdeelinrichting 28 in gereedheid is gebracht voor het verder vullen van kist 64.

De onderhavige uitvinding is geenszins beperkt tot bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan vele modificaties denkbaar zijn. Zo kunnen bijvoorbeeld in plaats van golfband 6 voor transporteur 4 ook andersoortige transporteurs worden voorzien.

Claims (13)

1. Vulinrichting voor het vullen van een houder met kwetsbare producten, omvattende: - een basisgestel voorzien van een opvoertransporteur met een aanvoerzijde en een vulzijde; - een werkzaam met de vulzijde van de opvoertransporteur verbonden verdeelinrichting voorzien van één of meer verdelers geconfigureerd voor het verdelen van producten over de houder; - hoogtestelmiddelen geconfigureerd voor het in hoogte ten opzichte van de houder bewegen van de verdeelinrichting zodanig dat de verdeelinrichting tijdens het vullen van de houder in hoogte beweegbaar is; en - een werkzaam met de hoogtestelmiddelen aan het basisgestel aangebrachte aanvoerzijdegeleider geconfigureerd voor het tijdens een hoogtebeweging van de verdeelinrichting afstemmen van de aanvoerzijde van de opvoertransporteur met een aflevereinde van een aanvoertransporteur.

2. Vulinrichting volgens conclusie 1, waarbij de hoogtestelmiddelen zijn ingericht om de verdeelinrichting en de vulzijde van de opvoertransporteur in of aan het gestel gezamenlijk in hoogte te bewegen.

3. Vulinrichting volgens conclusie 2, waarbij de hoogtestelmiddelen een aan het basisgestel aangebrachte geleidebaan en een aandrijving omvatten.

4. Vulinrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de aanvoerzijdegeleider een geleidingskromme omvat, die zodanig geconfigureerd is dat de afstand tussen het aflevereinde van de aanvoertransporteur en de aanvoerzijde van de opvoertransporteur in hoofdzaak constant blijft tijdens een vulproces.

5. Vulinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de opvoertransporteur zich, gezien in bewegingsrichting van de producten, aan weerszijden van de aanvoerzijdegeleider uitstrekt.

6. Vulinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende een aanvoerregelaar voorzien van een productdetector geconfigureerd voor het tijdens het positioneren van de verdeelinrichting ten opzichte van een gevulde of nog te vullen houder aansturen van de opvoertransporteur zodanig dat de opvoertransporteur een bufferfunctie vervult.

7. Vulinrichting volgens conclusie 6, waarin de aanvoerregelaar is geconfigureerd om aanvullend de verdeelinrichting aan te sturen zodanig dat de verdeelinrichting een aanvullende bufferfunctie vervult.

8. Vulinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende een eerste vulpositie en een tweede vulpositie.

9. Vulinrichting volgens conclusie 8, verder omvattende een onderstel waarover het basisgestel verplaatsbaar is in een richting in hoofdzaak dwars op de bewegingsrichting van de producten op de opvoertransporteur, zodanig dat de verdeelinrichting van een eerste houder in de eerste vulpositie naar een tweede houder in de tweede vulpositie verplaatsbaar is.

10. Vulinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende een aantal wielen voor het verplaatsen van de vulinrichting.

11. Werkwijze voor het met kwetsbare producten vullen van een houder, omvattende: - het voorzien van een vulinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies; - het plaatsen van de houder; - het aanvoeren van de producten met een aanvoertransporteur; - het vullen van de houder, waarbij de verdeelinrichting in hoogterichting wordt bewogen tijdens het vullen, en waarbij, tijdens het in hoogterichting bewegen van de verdeelinrichting, met de aanvoerzijdegeleider de posities van de aanvoerzijde van de opvoertransporteur en het aflevereinde van een aanvoertransporteur worden afgestemd; en - het met een aanvoerregelaar aansturen van de opvoertransporteur, zodanig dat de opvoertransporteur fungeert als buffer.

12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij de afstemming zodanig is dat de afstand tussen het aflevereinde van de aanvoertransporteur en de aanvoerzijde van de opvoertransporteur in hoofdzaak constant blijft tijdens het vullen van de houder.

13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, waarin de opvoertransporteur zodanig als buffer fungeert dat de aanvoertransporteur gedurende bepaalde tijd door kan draaien voor het aanleveren van producten en de verdeelinrichting bewogen kan worden tussen een eerste vulpositie en een tweede vulpositie en/of de houder verwisseld kan worden.