NL2014203B1

NL2014203B1 - Device with a guide member.

Info

Publication number: NL2014203B1
Application number: NL2014203A
Authority: NL
Inventors: Bosscher John
Original assignee: Jb-Beheer B V
Priority date: 2015-01-28
Filing date: 2015-01-28
Publication date: 2017-01-11
Also published as: NL2014203A

Abstract

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting, welke inrichting omvat: - een opblaasbaar drijflichaam; en - ten minste één geleidingsorgaan dat zich neerwaarts hellend naar het opblaasbaar drijflichaam uitstrekt en is ingericht om een persoon onder invloed van de zwaartekracht neerwaarts in de richting van het opblaasbaar drijflichaam te geleiden.The present invention relates to a device, which device comprises: - an inflatable floating body; and - at least one guide member which extends downwardly inclined towards the inflatable floating body and is arranged to guide a person downwards in the direction of the inflatable floating body under the influence of gravity.

Description

Inrichting met een geleidingsorgaanDevice with a guide member

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting met een geleidingsorgaan, in het bijzonder een inrichting waarmee gebruikers zich voor vermaak kunnen laten afdalen.The invention relates to a device with a guide member, in particular a device with which users can let themselves down for entertainment.

Bekende inrichtingen met een geleidingsorgaan zijn bijvoorbeeld een tokkelbaan of een glijbaan. Terwijl bij een glijbaan het geleidingsorgaan zich doorgaans van een basislichaam uitstrekt, is er bij een tokkelbaan sprake van een geleidingsorgaan in de vorm van een touw of kabel dat zich tussen twee punten uitstrekt.Known devices with a guide member are, for example, a zip line or a slide. While with a slide the guide member generally extends from a basic body, with a sliding track there is a guide member in the form of a rope or cable extending between two points.

Hoewel er opblaasbare glijbanen bekend zijn, worden tokkelbanen doorgaans aan bomen of onroerende zaken aangebracht, die de tokkelbaan tussen twee deugdelijke bevestigingspunten opspant. Een nadeel van bekende inrichtingen met een geleidingsorgaan ten behoeve van vermaakdoeleinden is dat deze veelal voor permanente toepassing worden opgebouwd, zoals in speeltuinen en klimparken.Although inflatable slides are known, zip lines are generally arranged on trees or immovable property, which locks the zip line between two sound fastening points. A drawback of known devices with a guide member for entertainment purposes is that they are often built up for permanent use, such as in playgrounds and climbing parks.

Met name voor evenementen is er behoefte aan tijdelijke inrichtingen met een geleidingsorgaan, die de gebruiker een hoge mate van vermaak kunnen bieden en relatief eenvoudig opbouwbaar en afbreekbaar zijn. Een dergelijke inrichting is bijvoorbeeld gewenst voor seizoensgebonden recreatie, zoals bij pretparken en vakantieparken.For events in particular, there is a need for temporary devices with a guide member, which can offer the user a high degree of entertainment and are relatively easy to assemble and degrade. Such a device is, for example, desirable for seasonal recreation, such as at amusement parks and holiday parks.

De uitvinding heeft nu tot doel een inrichting met een geleidingsorgaan van de hiervoor beschreven soort te verschaffen, waarbij de genoemde nadelen zich niet, of althans in mindere mate voordoen.The invention now has for its object to provide a device with a guide member of the type described above, wherein the disadvantages mentioned do not occur, or at least to a lesser extent.

Het genoemde doel is volgens de uitvinding bereikt met de inrichting volgens de uitvinding, omvattende een drijflichaam, dat opblaasbaar en ten minste luchtdicht afsluitbaar is; en ten minste één geleidingsorgaan dat zich althans in gebruik neerwaarts hellend naar het opblaasbaar drijflichaam uitstrekt en is ingericht om een persoon onder invloed van de zwaartekracht neerwaarts in de richting van het drijflichaam te geleiden. Opgemerkt wordt dat het geleidingsorgaan zich ten minste over een deel van haar lengte zodanig neerwaarts uitstrekt dat een gebruiker onder invloed van de zwaartekracht neerwaarts in de richting van het opblaasbaar drijflichaam wordt geleid, doch dat deze neerwaartse verplaatsing zich niet noodzakelijk volledig tot nabij het opblaasbaar drijflichaam hoeft uit te strekken om onder de uitvindingsgedachte te vallen. Door toepassing van een opblaasbaar drijflichaam is deze enerzijds snel en eenvoudig opbouwbaar en afbreekbaar, en is deze bovendien uitermate goed of uitsluitend op water toepasbaar. Het water kan daarbij als valbrekend medium fungeren, waardoor een onderdeel van de inrichting dat deze functie op zich neemt overbodig is. Daarbij komt het verdere voordeel dat water als valbrekend medium een hoge amusementswaarde kan verschaffen.Said object has been achieved according to the invention with the device according to the invention, comprising a floating body which can be closed up and at least airtightly sealed; and at least one guide member which extends downwardly at least in use to the inflatable floating body and is adapted to guide a person downwards in the direction of the floating body under the influence of gravity. It is noted that the guide member extends downwards at least over a part of its length such that a user is guided downwards in the direction of the inflatable floating body under the influence of gravity, but that this downward displacement does not necessarily extend all the way to the inflatable floating body need to extend to fall under the inventive idea. By using an inflatable floating body, it is on the one hand quick and easy to assemble and degradable, and moreover it can be used extremely well or exclusively on water. The water can thereby function as a fall-breaking medium, so that a part of the device that assumes this function is superfluous. In addition, the further advantage is that water can provide a high entertainment value as a fall-breaking medium.

De inrichting is volledig op het water toepasbaar. Dit wordt nog verder bevordert, indien de inrichting verder omvat: een aanvullend drijflichaam, dat opblaasbaar en ten minste luchtdicht afsluitbaar is, waarbij het geleidingsorgaan tussen het opblaasbaar drijflichaam en het aanvullende drijflichaam is aangebracht.The device is fully applicable to the water. This is further promoted if the device further comprises: an additional floating body, which is inflatable and at least airtightly sealable, the guide member being arranged between the inflatable floating body and the additional floating body.

Een hogere mate van stijfheid wordt verkregen indien de inrichting een tussen het opblaasbaar drijflichaam en het aanvullend opblaasbaar drijflichaam aangebracht overbruggingsdeel, dat opblaasbaar en ten minste luchtdicht afsluitbaar is, omvat, welk overbruggingsdeel het drijflichaam en het aanvullend drijflichaam, en daarmee de bevestigingspunten van het geleidingsorgaan, op een gewenste afstand van elkaar houdt. Het overbruggingsdeel fungeert daarmee als afstandshouder.A higher degree of stiffness is obtained if the device comprises a bridging part arranged between the inflatable floating body and the additional inflatable floating body, which bridging element can be inflatable and at least airtightly sealed, which bridging part comprises the floating body and the additional floating body, and hence the attachment points of the guide member , at a desired distance from each other. The bridging part thus functions as a spacer.

Hoewel het denkbaar is dat het geleidingsorgaan een glijbaan omvat, omvat het geleidingsorgaan volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm een touw of kabel waarlangs een persoon verplaatsbaar is. Op deze wijze wordt met de inrichting een drijfbare tokkelbaan verschaft.Although it is conceivable that the guide member comprises a slide, the guide member according to a further preferred embodiment comprises a rope or cable along which a person can be moved. In this way a driftable zip line is provided with the device.

Indien het geleidingsorgaan volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is opgespannen tussen twee punten van verschillende hoogte, wordt de afstand waarover een gebruiker zich neerwaarts langs het geleidingsorgaan kan verplaatsen verlengd, en kan deze althans grotendeels tot aan of nabij het drijflichaam uitstrekken.If, according to a further preferred embodiment, the guide member is clamped between two points of different height, the distance over which a user can move downward along the guide member is extended, and can extend at least largely to or near the floating body.

Naast afstandshouder kan het overbruggingsdeel tevens fungeren als afdak, wanneer het geleidingsorgaan volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm op een lager gelegen niveau dan het overbruggingsdeel is aangebracht. Bovendien wordt gewaarborgd dan het water waarop de inrichting drijft als valbrekend medium fungeert, waardoor het overbruggingsdeel heel hard kan worden opgepompt en de gewenste stijfheid kan verschaffen. Het overbruggingsdeel kan bewust géén valbrekende functie hebben, zodat het dusdanig hard op te pompen is dat de gewenste stijfheid kan worden verkregen.In addition to the spacer, the bridging part can also function as a cover when the guiding element according to a further preferred embodiment is arranged at a lower level than the bridging part. Moreover, it is ensured that the water on which the device floats acts as a fall-breaking medium, whereby the bridging part can be pumped up very hard and can provide the desired rigidity. The bridging part can consciously have no fall-breaking function, so that it can be pumped up so hard that the desired stiffness can be obtained.

Een bijzonder stijve constructie wordt verkregen indien het drijflichaam en het overbruggingsdeel volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn geïntegreerd en ten minste één doorlopende opblaasbare kamer omvatten. Afzonderlijke kamers in een uitvoeringsvorm van een inrichting met twee of meer kamers zijn bij voorkeur onafhankelijk op te blazen en luchtdicht afsluitbaar. Een enkele kamer zou voordelen kunnen bieden met betrekking tot het aantal handelingen of bewerkingen om de inrichting op te blazen, terwijl compartimentering in twee of meer kamers voordelen kan bieden met betrekking tot behoud van functionaliteit als één van de kamers onverhoopt een lek zou gaan vertonen.A particularly rigid construction is obtained if the floating body and the bridging part according to a further preferred embodiment are integrated and comprise at least one continuous inflatable chamber. Individual chambers in an embodiment of a device with two or more chambers are preferably independently inflated and can be sealed air-tightly. A single chamber could offer advantages with regard to the number of operations or operations to inflate the device, while compartmentalization in two or more chambers could offer advantages with regard to maintaining functionality if one of the chambers unexpectedly started to leak.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is tevens het aanvullend drijflichaam met het overbruggingsdeel geïntegreerd.According to a further preferred embodiment, the additional floating body is also integrated with the bridging part.

Indien het overbruggingsdeel volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm een boogvorm omvat, kan een stijvere constructie worden verkregen.If the bridging part according to a further preferred embodiment comprises an arc shape, a stiffer construction can be obtained.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten het overbruggingsdeel en het drijflichaam en/of het aanvullend drijflichaam ten minste één doorlopende opblaasbare kamer. Ook hier geldt dezelfde opmerking als voorgaand met betrekking tot mogelijke compartimentering.According to a still further preferred embodiment, the bridging part and the floating body and / or the additional floating body comprise at least one continuous inflatable chamber. The same remark applies here as with regard to possible compartmentalisation.

Een permanente compressor is overbodig indien ten minste het drijflichaam volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm althans in gebruik in hoofdzaak volledig luchtdicht afgesloten is.A permanent compressor is superfluous if at least the floating body according to a further preferred embodiment is sealed substantially completely airtight at least in use.

Indien de inrichting een aanvullend drijflichaam omvat, is deze volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm eveneens althans in gebruik in hoofdzaak volledig luchtdicht afgesloten.If the device comprises an additional floating body, according to a further preferred embodiment, it is also substantially completely airtightly sealed, at least in use.

Indien de inrichting een overbruggingsdeel omvat, is deze volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm eveneens althans in gebruik in hoofdzaak volledig luchtdicht afgesloten.If the device comprises a bridging part, according to a further preferred embodiment, it is also substantially completely airtightly sealed, at least in use.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm maakt een naar het geleidingsorgaan toegekeerde wand van het drijflichaam in opgeblazen gebruikstoestand een hoek a met de horizontaal, opdat een persoon via de schuine zijwand in een waterbassin geleidbaar is.According to a still further preferred embodiment, a wall of the floating body facing the guide member makes an angle α with the horizontal in the inflated position of use, so that a person can be guided into a water basin via the oblique side wall.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm maakt een naar het geleidingsorgaan toegekeerde wand van het aanvullend drijflichaam in opgeblazen gebruikstoestand een hoek β met de horizontaal maakt, opdat een persoon via de schuine wand in een waterbassin geleidbaar is.According to a still further preferred embodiment, a wall of the additional floating body facing the guide member makes an angle β with the horizontal in the inflated position of use, so that a person can be guided through a sloping wall in a water basin.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm bevindt de hoek a en/of de hoek β die wordt ingesloten door de horizontaal en de naar het geleidingsorgaan toegekeerde zijwand van het drijflichaam en/of aanvullend drijflichaam zich ten minste in opgeblazen gebruikstoestand nabij het wateroppervlak in het bereik 45° - 75°. Hierbij dient opgemerkt dat dergelijke waardes louter en alleen bij wijze van voorbeeld worden genoemd, en afhankelijk van gebruiksomstandigheden, ontwerpcriteria en/of andere overwegingen zeer wel andere hoeken kunnen voorkomen in als uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding aan te merken inrichtingen.According to a still further preferred embodiment, the angle α and / or the angle β enclosed by the horizontal and the side wall of the floating body and / or additional floating body facing the guide member is at least in the inflated position of use near the water surface in the range of 45 ° - 75 °. It should be noted here that such values are merely mentioned by way of example and, depending on conditions of use, design criteria and / or other considerations, other angles may very well occur in devices to be designated as embodiments of the present invention.

Indien de schuine zijwand volgens een verdere voorkeur suitvoer gins vorm een zodanige gradiënt heeft dat de zijwand een concave vorm vertoont, zal een gebruiker geleidelijk en comfortabel in het water belanden.If, according to a further preferred shape, the inclined side wall has a gradient such that the side wall has a concave shape, a user will gradually and comfortably end up in the water.

Stabiliteit wordt verkregen indien het drijflichaam en/of het aanvullend drijflichaam zich in neerwaartse richting verwijden. Deze verwijding kan bovendien worden aangewend voor het verkrijgen van een afgeschuinde zijwand.Stability is obtained if the floating body and / or the additional floating body widen in downward direction. This widening can moreover be used for obtaining a beveled side wall.

Om de positie en stabiliteit van de inrichting te garanderen, wanneer deze op het water wordt toegepast, zijn volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm verankeringsmiddelen aan het drijflichaam en/of aan het aanvullend drijflichaam en/of aan het geleidingsorgaan en/of aan het overbruggingsdeel bevestigbaar.In order to guarantee the position and stability of the device when it is applied to the water, according to a further preferred embodiment anchoring means can be attached to the floating body and / or to the additional floating body and / or to the guide member and / or to the bridging part.

In de navolgende beschrijving worden voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding aan de hand van de tekening verder verklaard onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen, waarin toont:In the following description, preferred embodiments of the present invention are further explained with reference to the drawing with reference to the accompanying drawings, in which:

Figuur 1: een schematische weergave van een eerste uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding;Figure 1: a schematic representation of a first embodiment of a device according to the invention;

Figuur 2: een schematische weergave van een tweede uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; enFigure 2: a schematic representation of a second embodiment of a device according to the invention; and

Figuur 3: een perspectivische weergave van een derde uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding.Figure 3: a perspective view of a third embodiment of a device according to the invention.

De in figuur 1 getoonde inrichting 1 omvat een opblaasbaar drijflichaam 2. Een gebruiker U van de inrichting 1 verplaatst zich onder invloed van de zwaartekracht neerwaarts in de richting van het opblaasbaar drijflichaam 2. Een geleidingsorgaan 4, zoals een glijbaan of de in figuur 1 getoonde kabel 6, geleidt de gebruiker U.The device 1 shown in figure 1 comprises an inflatable floating body 2. A user U of the device 1 moves downwards in the direction of the inflatable floating body 2 under the influence of gravity 2. A guide member 4, such as a slide or the slide shown in figure 1 cable 6, the user guides U.

Doordat het opblaasbaar drijflichaam 2 drijft op het wateroppervlak S van waterbassin W, bijvoorbeeld een meer of een zee, kan het geleidingsorgaan 4 zich - althans grotendeels - boven het waterbassin W uitstrekken. Het waterbassin W fungeert daarbij als medium voor het breken van een eventuele val, waardoor een val mat overbodig is. Wanneer een gebruiker al dan niet expres in het waterbassin W valt, wordt zijn/haar val effectief gebroken.Because the inflatable floating body 2 floats on the water surface S of water basin W, for example a lake or a sea, the guide member 4 can extend - at least largely - above the water basin W. The water basin W thereby acts as a medium for breaking a possible fall, so that a fall is superfluous. When a user falls deliberately or not in the water basin W, his / her fall is effectively broken.

In de in de figuren 1-3 getoonde uitvoeringsvormen omvat het geleidingsorgaan 4 een touw of kabel 6, waarlangs een persoon, d.w.z. gebruiker U, verplaatsbaar is.In the embodiments shown in Figures 1-3, the guide member 4 comprises a rope or cable 6, along which a person, i.e. user U, can be moved.

Opgemerkt wordt dat het denkbaar is dat het geleidingsorgaan 4 volgens een alternatieve (niet getoonde) uitvoeringsvorm een kabel 6 omvat, die enigszins doorhangend tussen eventueel op nagenoeg dezelfde hoogte aangebrachte punten Pi en P2 is aangebracht. Onder invloed van het gewicht van een gebruiker U zal een dergelijke kabel 6 doorhangen en de gebruiker ten minste over een deel van het geleidingsorgaan 4 neerwaarts in de richting van het opblaasbaar drijflichaam 2 verplaatsen.It is noted that it is conceivable that the guide member 4 according to an alternative (not shown) embodiment comprises a cable 6, which is arranged somewhat hangingly between points P 1 and P 2 arranged at substantially the same height. Under the influence of the weight of a user U, such a cable 6 will sag and the user will move at least over a part of the guide member 4 downwards in the direction of the inflatable floating body 2.

Het is bijzonder voordelig indien het geleidingsorgaan conform de getoonde uitvoeringsvormen is opgespannen tussen twee punten P| en P2 van verschillende hoogte, waarbij de gebruiker U zich van het hoogste punt P, onder invloed van de zwaartekracht naar het lager gelegen punt P2 laat verplaatsen. Wanneer het op het opblaasbaar drijflichaam 2 aangebracht punt P2 voldoende lager is aangebracht dan het eerste punt Pl5 zal een gebruiker U zich in hoofdzaak over de gehele afstand tussen de punten P, en P2 kunnen verplaatsen.It is particularly advantageous if the guide member is clamped between two points P | in accordance with the shown embodiments and P2 of different heights, whereby the user U is moved from the highest point P, under the influence of gravity, to the lower point P2. When the point P2 arranged on the inflatable floating body 2 is arranged sufficiently lower than the first point P5, a user U will be able to move substantially over the entire distance between the points P1 and P2.

Hoewel een gebruiker U op het land vanaf een verhoging 20, zoals een toren 22, kan starten, is het bijzonder voordelig indien een aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 is voorzien, waarbij het geleidingsorgaan 4 tussen het opblaasbaar drijflichaam 2 en het aanvullende drijflichaam 12 is aangebracht (figuur 2). De gebruiker U bereikt de verhoging 20 via een trap 26 of ladder 28. Bij voorkeur is de trap 26 bij een aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 daarmee geïntegreerd.Although a user U can start on land from an elevation 20, such as a tower 22, it is particularly advantageous if an additional inflatable floating body 12 is provided, wherein the guide member 4 is arranged between the inflatable floating body 2 and the additional floating body 12 ( figure 2). The user U reaches the elevation 20 via a stair 26 or ladder 28. Preferably, the stair 26 is integrated with a supplementary inflatable floating body 12.

Volledigheidshalve wordt opgemerkt, dat, hoewel het aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 het voordeel geniet op het wateroppervlak S van het waterbassin W te kunnen drijven, het aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 desgewenst (gedeeltelijk) op het land L kan worden aangebracht.For the sake of completeness, it is noted that although the additional inflatable floating body 12 has the advantage of being able to float on the water surface S of the water basin W, the additional inflatable floating body 12 can be (partially) applied to the land L if desired.

Het in figuur 1 en 2 getoonde opblaasbaar drijflichaam 2 en het in figuur 2 getoonde aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 vertonen in de getoonde uitvoeringsvormen naar het geleidingsorgaan 4 toegekeerde schuine zijwanden, respectievelijk zijwand 10 van het opblaasbaar drijflichaam 2 en zijwand 14 van het aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12.The inflatable floating body 2 shown in figures 1 and 2 and the additional inflatable floating body 12 shown in figure 2 have inclined side walls or side wall 10 of the inflatable floating body 2 and side wall 14 of the additional inflatable floating body 12, respectively, shown in the embodiments shown. .

De naar het geleidingsorgaan 4 toegekeerde zijwand van het opblaasbaar drijflichaam 2 maakt in opgeblazen gebruikstoestand een hoek a met de horizontaal, en de naar het geleidingsorgaan 4 toegekeerde zijwand van het aanvullend drijflichaam 12 maakt in opgeblazen gebruikstoestand een hoek β met de horizontaal, waardoor een gebruiker U via de schuine zijwanden 10, 14 in het waterbassin W geleidbaar is.The side wall of the inflatable floating body 2 facing the guide member 4 makes an angle α with the horizontal in the inflated position of use, and the side wall of the additional floating body 12 facing the guide member 4 makes an angle β with the horizontal in the inflated position of use, whereby a user You can be guided through the sloping side walls 10, 14 in the water basin W.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm bevindt de hoek a en/of de hoek β die worden ingesloten door de horizontaal en de naar het geleidingsorgaan 4 toegekeerde zijwanden van het opblaasbaar drijflichaam 2 en/of aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 zich ten minste in opgeblazen gebruikstoestand nabij het wateroppervlak in het bereik 45° - 75°, zoals voor a getoond in figuur 1 en voor β getoond in figuur 2.According to a preferred embodiment, the angle α and / or the angle β which are enclosed by the horizontal and the side walls of the inflatable floating body 2 and / or additional inflatable floating body 12 facing the guide member 4 are at least in the inflated position of use near the water surface in the range 45 ° - 75 °, as shown for a in Figure 1 and for β in Figure 2.

In figuur 2 wordt een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van schuine zijwand 10 getoond, waarbij deze een zodanige gradiënt heeft dat de zijwand 10 een concave vorm heeft en een gebruiker U geleidelijk en comfortabel in het water W doet belanden. Een vakman zal inzien dat schuine zijwand 14 van het aanvullend drijflichaam 12 desgewenst eveneens concaaf kan zijn uitgevoerd.Figure 2 shows a particularly advantageous embodiment of oblique side wall 10, in which it has such a gradient that the side wall 10 has a concave shape and a user U gradually and comfortably lands in the water W. A person skilled in the art will recognize that oblique side wall 14 of the additional floating body 12 can, if desired, also be concave.

Doordat het opblaasbaar drijflichaam 2 en het aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 zich in neerwaartse richting verwijden, wordt naast het verkrijgen van de afschuining van de zijwand 10, 14 het voordeel verschaft dat de drijflichamen 2 en 12 over een relatief groot oppervlak afsteunen op de ondergrond, zoals op het wateroppervlak S of op het land L, waardoor de inrichting 1 stabiliteit verkrijgt.Because the inflatable floating body 2 and the additional inflatable floating body 12 widen in downward direction, in addition to obtaining the chamfer of the side wall 10, 14, the advantage is provided that the floating bodies 2 and 12 are supported over a relatively large surface on the substrate, such as on the water surface S or on the land L, whereby the device 1 obtains stability.

Teneinde wegdrijven te voorkomen zijn voor plaatsing op het wateroppervlak S verankeringsmiddelen 24 aan de opblaasbare drijflichamen 2,12 bevestigbaar. Dergelijke en/of andere verankeringsmiddelen kunnen worden bevestigd aan een willekeurig ander deel, element of component van de inrichting.In order to prevent drifting away, anchoring means 24 can be attached to the inflatable floating bodies 2,12 for placement on the water surface S. Such and / or other anchoring means can be attached to any other part, element or component of the device.

Volgens een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm die wordt getoond in figuur 3, omvat de inrichting 1 verder een tussen het opblaasbaar drijflichaam 2 en het aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12 aangebracht opblaasbaar overbruggingsdeel 16. Het geleidingsorgaan 4 is op een lager gelegen niveau dan het overbruggingsdeel 16 aangebracht, waardoor het overbruggingsdeel 16 enerzijds een afdak vormt en zo regen- en zonnebescherming biedt, doch anderzijds garandeert dat het waterbassin W als val absorberend medium beschikbaar blijft.According to a particularly advantageous embodiment shown in figure 3, the device 1 further comprises an inflatable bridging part 16 arranged between the inflatable floating body 2 and the additional inflatable floating body 12. The guide member 4 is arranged at a lower level than the bridging part 16, whereby the bridging part 16 on the one hand forms a canopy and thus offers rain and sun protection, but on the other hand guarantees that the water basin W remains available as a fall-absorbing medium.

In de getoonde uitvoeringsvorm is het overbruggingsdeel 16 geïntegreerd met zowel het opblaasbaar drijflichaam 2 en het aanvullend opblaasbaar drijflichaam 12. Door het overbruggingsdeel 16 van een boogvorm te voorzien, wordt een stabiele constructie verkregen.In the embodiment shown, the bridging part 16 is integrated with both the inflatable floating body 2 and the additional inflatable floating body 12. By providing the bridging part 16 with an arc shape, a stable construction is obtained.

Doordat het opblaasbaar drijflichaam, het aanvullend opblaasbaar drijflichaam en het opblaasbaar overbruggingsdeel in de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm in hoofdzaak volledig luchtdicht afsluitbaar zijn, is een compressor voor de continue toevoer van lucht overbodig. Hierdoor kan de inrichting 1 als afzonderlijke eenheid, zonder compressor, op het wateroppervlak S drijven.Because in the embodiment shown in Figure 3 the inflatable floating body, the additional inflatable floating body and the inflatable bridging part can be closed in a substantially completely airtight manner, a compressor for the continuous supply of air is superfluous. As a result, the device 1 can float on the water surface S as a separate unit, without a compressor.

Hier wordt benadrukt dat het in specifieke uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding gunstig wordt geacht dat inrichtingen volgens de onderhavige uitvinding in een op een wateroppervlak drijvende toestand wordt toegepast. Daarbij is het drijflichaam gevormd uit ten minste één luchtdicht af te sluiten kamer, zodat gedurende gebruik van de inrichting in de toepassing op het waterlichaam met afgesloten kamer of kamers geen blaaselementen of ventilatoren nodig zijn om de inrichting in een opgeblazen toestand te houden, omdat geen luchtverlies op treedt, zoals het geval is bij springkussens op vast land.It is emphasized here that in specific embodiments of the present invention it is considered advantageous that devices according to the present invention are used in a state floating on a water surface. The floating body is herein formed from at least one airtightly sealed chamber, so that during use of the device in the application to the water body with closed chamber or chambers no blow elements or fans are required to keep the device in an inflated state, because no air loss occurs, as is the case with inflatables on mainland.

De hierboven beschreven uitvoeringsvormen zijn, hoewel ze voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding betreffen, enkel bedoeld om de onderhavige uitvinding te illustreren en niet om op enigerlei wijze de omschrijving van de uitvinding te beperken. Wanneer maatregelen in de conclusies gevolgd worden door verwijzingscijfers, dienen dergelijke verwijzingscijfers enkel om bij te dragen aan het begrip van de conclusies, maar zijn ze op geen enkele wijze beperkend voor de beschermingsomvang. De beschreven rechten worden bepaald door de navolgende conclusies in de strekking waarvan vele modificaties denkbaar zijn.The embodiments described above, although they are preferred embodiments of the invention, are only intended to illustrate the present invention and not to limit the description of the invention in any way. When measures in the claims are followed by reference numerals, such reference numerals only serve to contribute to the understanding of the claims, but are in no way restrictive of the scope of protection. The rights described are defined by the following claims in the scope of which many modifications are conceivable.

Claims

Device, comprising: - a floating body, which is inflatable and at least airtightly closable; and - at least one guide member which, at least in use, extends downwardly inclined toward the inflatable floating body and is adapted to guide a person downwards in the direction of the floating body under the influence of gravity.

Device as claimed in claim 1, comprising an additional floating body, which is inflatable and at least airtightly closable, wherein the guide member is arranged between the inflatable floating body and the additional floating body.

Device as claimed in claim 1 or 2, comprising a bridging part arranged between the inflatable floating body and the additional inflatable floating body, which bridging part can be inflatable and at least airtightly sealed.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the guide member comprises a rope or cable along which a person can be moved.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the guide member is clamped between two points of different height.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the guide member is arranged at a lower level than the bridging part.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the floating body and the bridging part are integrated and comprise at least one continuous chamber.

Device as claimed in claim 7, wherein the additional floating body is also integrated with the bridging part.

Device according to at least claim 3, wherein at least the bridging part comprises an arc shape.

Device as claimed in any of the claims 7-9, wherein the bridging part and the floating body and / or the additional floating body comprise at least one continuous inflatable chamber.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the floating body is sealed substantially completely airtight at least in use.

Device as claimed in at least claim 2, wherein the additional floating body is sealed substantially completely airtight at least in use.

Device as claimed in at least claim 3, wherein the bridging part is substantially completely airtight at least in use.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein a wall of the floating body facing the guide member makes an angle α with the horizontal in inflated position of use, so that a person can be guided through a sloping side wall in a water basin.

Device as claimed in at least claim 2, wherein a wall of the additional floating body facing the guide member makes an angle β with the horizontal in inflated position of use, so that a person can be guided in a water basin via the sloping wall.

Device as claimed in claim 14 or 15, wherein the angle α and / or the angle β enclosed by the horizontal and the side wall of the floating body and / or additional floating body facing the guide member is at least in the inflated position of use near the water surface in the range 45 ° - 75 °.

Device as claimed in any of the claims 14-16, wherein the oblique side wall has a gradient such that the side wall has a concave shape.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the floating body widens downwards.

Device as claimed in any of the claims 2-18, wherein the additional floating body widens in downward direction.

Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein anchoring means can be attached to one of the floating body, the additional floating body, the guide member and the bridging part.