NL2014127A

NL2014127A - Stankafsluiter en stelsel van een transportleiding met een splitsing in een hoofdtak en een zijtak en een dergelijke stankafsluiter.

Info

Publication number: NL2014127A
Application number: NL2014127A
Authority: NL
Inventors: Eldert Maria Van Baar Jacobus
Original assignee: Intelligent Env Systems B V
Priority date: 2015-01-13
Filing date: 2015-01-13
Publication date: 2016-09-26
Also published as: US20160201308A1; EP3045598B1; EP3045598A1; NL2014127B1; US9945107B2; DK3045598T3

Abstract

De onderhavige uitvinding betreft een stankafsluiter (1) voor een transportleiding (10) met een splitsing in een hoofdtak (11) en een zijtak (12). De stankafsluiter omvat een bevestigingsdeel (2), dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak, en een membraan (3) van elastisch materiaal, dat aan een naar de hoofdtak toe te richten einde van het bevestigingsdeel is aangebracht. Het membraan is onder druk van een fluïdum althans ten dele beweegbaar van een afsluitpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum afsluit, naar een doorlaatpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum vrijgeeft. De onderhavige uitvinding betreft tevens een stelsel van een transportleiding (10) met een splitsing in een hoofdtak (11) en een zijtak (12) en een stankafsluiter (1) volgens de uitvinding.

Description

STANKAFSLUITER EN STELSEL VAN EEN TRANSPORTLEIDING MET EEN SPLITSING IN EEN HOOFDTAK EN EEN ZIJTAK EN EEN DERGELIJKE

STANKAFSLUITER

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stankafsluiter voor een transportleiding voor een fluïdum.

Op het relevante vakgebied zijn diverse stankafsluiters bekend. Enkele voorbeelden zijn terugslagkleppen voor rioolbuizen of een sifon met een waterslot.

De onderhavige uitvinding heeft tot doel om een verbeterde stankafsluiter te verschaffen.

De stankafsluiter volgens de uitvinding heeft daartoe de onderscheidende maatregelen dat de stankafsluiter geschikt is voor een transportleiding met een splitsing in een hoofdtak en een zijtak, waarin de stankafsluiter een bevestigingsdeel omvat, dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak, en een membraan van elastisch materiaal, dat aan een naar de hoofdtak toe te richten einde van het bevestigingsdeel is aangebracht, waarin het membraan onder druk van een fluïdum althans ten dele beweegbaar is van een afsluitpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum afsluit, naar een doorlaatpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum vrijgeeft.

De stankafsluiter volgens de uitvinding blijft in de gebruikspositie gemakkelijk te bereiken via de zijtak en kan dus eenvoudig verwijderd worden voor reparatie of vervanging. In de doorlaatpositie biedt de stankafsluiter een optimale doorgang aan het fluïdum in de hoofdtak, aangezien het membraan deels in de opening naar de zijtak kan worden opgenomen. Dankzij het beweegbare membraan zal er geen vuilophoping plaatsvinden in de hoofdtak. Bovendien zijn de productiekosten van de stankafsluiter volgens de uitvinding laag.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm is het membraan aan een van het bevestigingsdeel afgekeerd einde voorzien van een omtreksrand die in de afsluitpositie althans ten dele afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de hoofdtak.

In een tweede voorkeursuitvoeringsvorm is het membraan aan een van het bevestigingsdeel afgekeerd einde voorzien van een kraag, die in de afsluitpositie in hoofdzaak afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de hoofdtak.

In een praktische voorkeursuitvoeringsvorm komt de vorm van het bevestigingsdeel althans ten dele overeen met de vorm van de zijtak. Volgens een verdere praktische voorkeursuitvoeringsvorm komt de vorm van het membraan althans ten dele overeen met de vorm van de hoofdtak. Bij voorkeur zijn het bevestigingsdeel en het membraan algemeen buisvormig. In deze voorkeursuitvoeringsvorm is de stankafsluiter geschikt voor gebruik bij gangbare algemeen buisvormige transportleidingen, zoals buizen en pijpen.

In een handzame voorkeursuitvoeringsvorm is de stankafsluiter uit één stuk gevormd. De stankafsluiter is dan snel te verwijderen voor reparatie of vervanging.

Bij voorkeur is de wanddikte van het membraan kleiner dan de wanddikte van het bevestigingsdeel. Het dunnere membraan is flexibel en wordt gesteund door het dikkere bevestigingsdeel dat stevigheid verleent aan de stankafsluiter.

In een verder verstevigde voorkeursuitvoeringsvorm is het bevestigingsdeel van de stankafsluiter althans ten dele massief uitgevoerd.

In een slijtagebestendige voorkeursuitvoeringsvorm omvatten het membraan en/of het bevestigingsdeel een flexibel materiaal, zoals polyurethaan of rubber.

Volgens een elegante voorkeursuitvoeringsvorm is het bevestigingsdeel aan een van de hoofdtak af te richten einde voorzien van bevestigingsmiddelen voor samenwerking met een afsluitdop van de zijtak. Bij voorkeur omvatten de bevestigingsmiddelen een afdichtring. In deze voorkeursuitvoeringsvorm is de stankafsluiter op eenvoudige wijze snel en betrouwbaar te monteren in de gebruikspositie.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een stelsel van een transportleiding met een splitsing in een hoofdtak en een zijtak en een stankafsluiter volgens de uitvinding, waarin de stankafsluiter een bevestigingsdeel omvat, dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak, en een membraan van elastisch materiaal, dat aan een naar de hoofdtak toe te richten einde van het bevestigingsdeel is aangebracht, waarin het membraan onder druk van een fluïdum althans ten dele beweegbaar is van een afsluitpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum afsluit, naar een doorlaatpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum vrijgeeft. Het stelsel kan worden aangebracht bij een bestaande transportleiding doorverbinding van de splitsing met de bestaande transportleiding.

Het stelsel is universeel toepasbaar en kent diverse voorkeursuitvoeringsvormen, waarin de hoek tussen de zijtak en de hoofdtak groter is dan 0 en kleiner dan 90 graden.

Bij voorkeur strekt het bevestigingsdeel zich in hoofdzaak in de zijtak uit en strekt het membraan zich in de afsluitpositie in hoofdzaak schuin in de hoofdtak uit.

Met meer voorkeur strekt het membraan zich in de doorlaatpositie in hoofdzaak langs de wand van de hoofdtak uit ter plaatse van de zijtakopening.

De uitvinding zal nu in meer detail worden besproken aan de hand van de tekeningen, waarin

Figuur 1A schematisch de werking van een stankafsluiter volgens de uitvinding toont in een afsluitpositie;

Figuur 1B schematisch de werking van de stankafsluiter uit figuur 1A toont in een doorlaatpositie;

Figuur 2A een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de stankafsluiter volgens de uitvinding in de afsluitpositie toont;

Figuur 2B de stankafsluiter uit figuur 2A in de doorlaatpositie toont;

Figuur 3A schematisch een dwarsdoorsnede door een deel van de stankafsluiter uit figuur 2A toont;

Figuur 3B schematisch een dwarsdoorsnede door een deel van de stankafsluiter uit figuur 2B toont;

Figuur 4A een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de stankafsluiter volgens de uitvinding in de afsluitpositie toont;

Figuur 4B de stankafsluiter uit figuur 4A in de doorlaatpositie toont;

Figuur 5A schematisch een dwarsdoorsnede door een deel van de stankafsluiter uit figuur 4A toont; en

Figuur 5B schematisch een dwarsdoorsnede door een deel van de stankafsluiter uit figuur 4B toont.

Figuur 1A en figuur 1B illustreren schematisch de werking van een stankafsluiter volgens de uitvinding.

Figuur 1A toont een stelsel van een transportleiding 10 en een stankafsluiter 1 volgens de uitvinding in de afsluitpositie en figuur 1B toont het stelsel uit figuur 1A in de doorlaatpositie.

De transportleiding 10 is voorzien van een splitsing in een hoofdtak 11 en een zijtak 12. De hoek α tussen de zijtak 12 en de hoofdtak 11 is groter dan 0 en kleiner dan 90 graden. Een dergelijke splitsing is op het relevante vakgebied bekend als een Y-splitsing of een T-splitsing. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm dient de transportleiding als afvoerbuis voor vloeistofafvoer, bijvoorbeeld als onderdeel van een aansluiting op riolering.

De stankafsluiter 1 omvat een bevestigingsdeel 2, dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak 12. Het bevestigingsdeel 2 strekt zich in hoofdzaak in de zijtak 12 uit.

De stankafsluiter 1 omvat verder een membraan 3 van elastisch materiaal, dat onder druk van een fluïdum stromend door de hoofdtak 11 beweegbaar is tussen de afsluitpositie getoond in figuur 1A en de doorlaatpositie getoond in figuur 1B. Het membraan 3 strekt zich in de afsluitpositie in hoofdzaak schuin in de hoofdtak 11 uit en is ingericht om de doorgang van de hoofdtak 11 af te sluiten voor het fluïdum stromend in de richting B. De vorm van het membraan 3 is zodanig dat het vrije einde, dat van het bevestigingsdeel 2 is afgekeerd, althans ten dele in omtreksrichting afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de hoofdtak 11.

Onder druk van fluïdum stromend in de richting F beweegt het membraan 3 naar de zijtakopening toe en geeft het de doorgang van de hoofdtak 11 in hoofdzaak vrij. Het membraan 3 strekt zich in de doorlaatpositie in hoofdzaak in langsrichting van de hoofdtak 11 uit ter plaatse van de zijtakopening.

Figuren 2A en 2B tonen een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een stankafsluiter 21. Figuren 4A en 4B tonen een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een stankafsluiter 31.

In beide voorkeursuitvoeringsvormen omvat de stankafsluiter 21 respectievelijk 31 een bevestigingsdeel 22 respectievelijk 32, dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak 12. Het membraan 23 respectievelijk 33 is aangebracht aan een naar de hoofdtak 12 toe te richten einde van het bevestigingsdeel.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvormen is het membraan 23 respectievelijk 33 algemeen buisvormig. Het bevestigingsdeel 22 respectievelijk 32 is bij voorkeur tevens algemeen buisvormig.

De stankafsluiter 21, 31 is bij voorkeur uit één stuk gevormd. Het bevestigingsdeel 22, 32 kan althans ten dele massief zijn uitgevoerd. Indien het bevestigingsdeel 22, 32 hol is uitgevoerd, is de wanddikte van het membraan bij voorkeur kleiner dan de wanddikte van het bevestigingsdeel.

Het bevestigingsdeel 22, 32 is aan een van het membraan afgekeerd einde voorzien van bevestigingsmiddelen voor samenwerking met een afsluitdop 13 van de zijtak 12. Bij voorkeur omvatten de bevestigingsmiddelen een afdichtring (niet getoond) voor opname in de afsluitdop 13.

Het membraan 23, 33 is aan een van het bevestigingsdeel afgekeerd einde voorzien van een omtreksrand 24, 34, die in de afsluitpositie afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de hoofdtak 11.

De omtreksrand 34 van de tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de stankafsluiter 31 is gevormd als kraag. De kraag 34 is bij voorkeur concentrisch aangebracht in de hoofdtak 11.

Figuren 3A en 3B illustreren schematisch een dwarsdoorsnede door de hoofdtak ter plaatse van de omtreksrand 24 van de stankafsluiter 21 in de eerste voorkeursuitvoeringsvorm. In de afsluitpositie (getoond in figuur 3A) ligt de omtreksrand 24 aan tegen de binnenwand van de hoofdtak 11 om de doorgang ervan af te sluiten. In de doorlaatpositie (getoond in figuur 3B) wijkt het membraan 23 van de wand van de hoofdtak 11 en vouwt het membraan 23 zich dubbel tegen de opening van de zijtak 12 aan om zo vrije doorgang aan het fluïdum te verschaffen. De omtreksrand 24 wordt daarbij deels opgenomen in de zijtak waardoor er een grote doorgang in de hoofdtak ontstaat.

Figuren 5A en 5B illustreren schematisch een dwarsdoorsnede door de hoofdtak ter plaatse van de kraag 34 van de stankafsluiter in de tweede voorkeursuitvoeringsvorm.

In de afsluitpositie (getoond in figuur 5A) ligt de kraag 34 aan tegen de binnenwand van de hoofdtak 11 om de doorgang ervan af te sluiten. In de doorlaatpositie (getoond in figuur 5B) wijkt het membraan 33 van de wand van de hoofdtak 11 en vouwt het membraan 33 zich dubbel tegen de opening van de zijtak 12 aan om zo vrije doorgang aan het fluïdum te verschaffen.

Zowel bij de eerste als bij de tweede voorkeursuitvoeringsvorm deformeert het membraan 23, 33 bij beweging van de afsluitpositie naar de doorlaatpositie onder fluïdumdruk. Het membraan 23, 33 dient na afname van de fluïdumdruk automatisch terug te keren naar de afsluitpositie en zijn oorspronkelijke vorm weer aan te nemen. De stankafsluiter volgens de uitvinding dient daarnaast bestand te zijn tegen de omstandigheden in een afvoerbuis, zoals (grote) temperatuurverschillen en een vervuilde omgeving. In dit kader is een flexibel materiaal, zoals polyurethaan of rubber, een geschikt materiaal voor zowel het membraan 23, 33 als voor het bevestigingsdeel 22, 32.

De stankafsluiter volgens de uitvinding is uitdrukkelijk niet beperkt tot de getoonde en beschreven voorkeursuitvoeringsvormen.

Het membraanoppervlak hoeft bijvoorbeeld niet gesloten te zijn. Een deel van een buisvorm, bijvoorbeeld een halve buisvorm, volstaat. Het membraan kan echter ook een andere vorm hebben dan de getoonde buisvorm. In het algemeen is de vorm van het membraan aangepast aan de vorm van de hoofdtak. Het membraan is in het algemeen uitgevoerd als flap.

De vorm van het bevestigingsdeel komt in de getoonde voorkeursuitvoeringsvormen overeen met de vorm van de zijtak. Dit is echter niet vereist.

De getoonde voorkeursuitvoeringsvormen hebben betrekking op toepassing bij riolering. De stankafsluiter volgens de uitvinding is uitdrukkelijk niet beperkt tot deze toepassing, maar is algemeen toepasbaar als afsluiter bij transport van vloeistoffen en/of gassen door een holle geleider met een splitsing in een hoofdtak en een zijtak. Dergelijke holle geleiders kunnen zich zowel bovengronds als ondergronds uitstrekken of zich in apparatuur bevinden. Enkele voorbeelden hiervan zijn buizen of pijpen in aan- of afzuigapparatuur, zoals een oxicator, of aan- en afvoerleidingen van een belucht- en ontluchtdeksel.

De uitvinding strekt zich derhalve in het algemeen uit tot elke uitvoeringsvorm die valt binnen de reikwijdte van de bijgevoegde conclusies bezien in het licht van de voorgaande beschrijving en tekeningen.

Claims

1. Stankafsluiter voor een transportleiding met een splitsing in een hoofdtak en een zijtak, waarin de stankafsluiter een bevestigingsdeel omvat, dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak, en een membraan van elastisch materiaal, dat aan een naar de hoofdtak toe te richten einde van het bevestigingsdeel is aangebracht, waarin het membraan onder druk van een fluïdum althans ten dele beweegbaar is van een afsluitpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum afsluit, naar een doorlaatpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum vrijgeeft.

2. Stelsel volgens conclusie 1, waarin het membraan aan een van het bevestigingsdeel afgekeerd einde is voorzien van een omtreksrand die in de afsluitpositie althans ten dele afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de hoofdtak.

3. Stelsel volgens conclusie 1, waarin het membraan aan een van het bevestigingsdeel afgekeerd einde is voorzien van een kraag, die in de afsluitpositie in hoofdzaak afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de hoofdtak.

4. Stankafsluiter volgens conclusie 1, 2 of 3, waarin de vorm van het bevestigingsdeel althans ten dele overeenkomt met de vorm van de zijtak.

5. Stankafsluiter volgens conclusie 4, waarin het bevestigingsdeel algemeen buisvormig is.

6. Stankafsluiter volgens conclusie 1 - 5, waarin de vorm van het membraan althans ten dele overeenkomt met de vorm van de hoofdtak.

7. Stankafsluiter volgens conclusie 6, waarin het membraan algemeen buisvormig is.

8. Stankafsluiter volgens één van de voorgaande conclusies, waarin de stankafsluiter uit één stuk is gevormd.

9. Stankafsluiter volgens conclusie 8, waarin de wanddikte van het membraan kleiner is dan de wanddikte van het bevestigingsdeel.

10. Stankafsluiter volgens één van de voorgaande conclusies, waarin het bevestigingsdeel althans ten dele massief is uitgevoerd.

11. Stankafsluiter volgens één van de voorgaande conclusies, waarin het membraan en/of het bevestigingsdeel een flexibel materiaal, zoals polyurethaan of rubber, omvatten.

12. Stankafsluiter volgens één van de voorgaande conclusies, waarin het bevestigingsdeel aan een van de hoofdtak af te richten einde is voorzien van bevestigingsmiddelen voor samenwerking met een afsluitdop van de zijtak.

13. Stankafsluiter volgens conclusie 12, waarin de bevestigingsmiddelen een afdichtring omvatten.

14. Stelsel van een transportleiding met een splitsing in een hoofdtak en een zijtak en een stankafsluiter, waarin de stankafsluiter een bevestigingsdeel omvat, dat is ingericht voor losneembare bevestiging in de zijtak, en een membraan van elastisch materiaal, dat aan een naar de hoofdtak toe te richten einde van het bevestigingsdeel is aangebracht, waarin het membraan onder druk van een fluïdum althans ten dele beweegbaar is van een afsluitpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum afsluit, naar een doorlaatpositie, waarin het membraan de doorgang van de hoofdtak voor het fluïdum vrijgeeft.

15. Stelsel volgens conclusie 14, waarin de hoek tussen de zijtak en de hoofdtak groter is dan 0 en kleiner is dan 90 graden.

16. Stelsel volgens conclusie 14 of 15, waarin het bevestigingsdeel zich in hoofdzaak in de zijtak uitstrekt en waarin het membraan zich in de afsluitpositie in hoofdzaak schuin in de hoofdtak uitstrekt.

17. Stelsel volgens conclusie 14, 15 of 16, waarin het membraan zich in de doorlaatpositie in hoofdzaak langs de wand van de hoofdtak uitstrekt ter plaatse van de zijtakopening.