NL2012682A

NL2012682A - CUTTING FOR A HARVESTING MACHINE.

Info

Publication number: NL2012682A
Application number: NL2012682A
Authority: NL
Inventors: Konrad Mallinger; Friedrich Baldinger
Original assignee: Alois P Ttinger Maschinenfabrik Gmbh
Priority date: 2013-04-26
Filing date: 2014-04-24
Publication date: 2014-10-29
Also published as: FR3004890A1; DE102013007303B4; FR3004890B1; DE102013007303A1; NL2012682B1

Description

Snijwerk voor een oogstmachine.Carving for a harvesting machine.

De voorliggende uitvinding heeft betrekking op een snijwerk voor een oogstmachine zoals een opraapwagen of een balenpers, met ten minste één als keermes uitgevoerd snijmes, dat door keren in twee snijstanden kan worden gebracht en is voorzien van twee sne-des, waarvan een eerste snede in een eerste snijdstand in een oogstgoedkanaal uitsteekt en een tweede snede in een tweede snijstand in het oogstgoedkanaal uitsteekt.The present invention relates to a cutting unit for a harvesting machine such as a pick-up wagon or a baler, with at least one cutting knife designed as a turning knife, which can be brought into two cutting positions by turning and is provided with two cuts, a first cut of which a first cutting position protrudes into a harvesting channel and a second cut protrudes into a second cutting position in the harvesting channel.

Landbouwbalenpersen of opraapwagens bezitten regelmatige een de opraapin-richting toebedeeld snijwerk, voor het door de opraapinrichting van de grond opgeraapte ofwel in de balenvormkamer ofwel de laadruimte getransporteerde oogstgoed te versnijden. Gewoonlijk bezitten de opneeminrichtingen van dergelijke landbouwoogstmachines daarbij een opraaprotor in de vorm van bijvoorbeeld een stekelwals, om het oogstgoed van de grond op te rapen, en een op de opraaprotor volgende transportrotor, die het van de stekelwals overgenomen oogstgoed verder door een transport- ofwel oogstgoedkanaal naar de balenvormkamer ofwel de laadruimte transporteert. Het snijwerk omvat hierbij regelmatig een veelvoud aan messen, die uitsteken in het oogstgoedkanaal waardoor de transportrotor het oogstgoed transporteert, zodat het oogstgoed in het genoemde transportkanaal wordt versneden.Agricultural balers or pick-up wagons have regular cutting work assigned to the pick-up device for cutting harvested goods transported by the pick-up device from the ground either into the bale forming chamber or the loading space. Usually, the pick-up devices of such agricultural harvesting machines have a pick-up rotor in the form of, for example, a pick-up roller, to pick up the crop from the soil, and a transport rotor following the pick-up rotor, which further transports the pick-up taken from the pick-up roller through a transport or harvested goods channel. transport to the bale forming chamber or the loading space. The cutting work here regularly comprises a plurality of knives which protrude into the harvested goods channel through which the transport rotor transports the harvested goods, so that the harvested goods are cut into the said transport channel.

Om bij het versnijden het oogstgoed niet uit elkaar te trekken ofwel te beschadigen en ook de snijdruk niet te hoog te laten oplopen, moeten de messen regelmatig worden aangescherpt om een toereikend scherpe snede te bezitten. Eveneens moeten door in het oogstgoed aanwezige obstakel zoals stenen, metaaldelen en dergelijke beschadigde messen worden uitgewisseld, om een zuivere oogstgoedsnede te realiseren. Hiertoe wordt reeds voorgesteld, snijmessen in te zetten, die meerdere snedes bezitten, zodat de messen in verschillende inbouwposities opeenvolgend met de verschillende snedes kunnen worden benut, om geen lange onderbrekingen voor het messenslijpen te hebben of om helemaal naar het erf te moeten terugrijden, om een mes uit te wisselen.To prevent the crop from being pulled apart or to be damaged during cutting, and also not to cause the cutting pressure to rise too high, the knives must be regularly sharpened in order to have a sufficiently sharp cut. Also, obstacle present in the harvest material such as stones, metal parts and the like damaged knives must be exchanged in order to achieve a clean crop material cut. To this end, it is already proposed to use cutting knives which have several cuts, so that the knives can be used successively with the different cuts in different mounting positions, so as not to have long breaks for knife sharpening or to have to drive all the way back to the yard, in order to exchange a knife.

Dergelijke messen met meerdere snedes, die na elkaar in de snijstand ingezet kunnen worden, zijn bijvoorbeeld bekend als zogenaamde revolvermessen, waarbij een draaibaar opgehangen snijlichaam langs zijn omtrek van meerdere snedes is voorzien. Door doorschakelen bijvoorbeeld door een kwartverdraaiing kan een verbruikte snede uit het oogstkanaal worden wegbewogen en een tot dan onbenutte of nog scherpe snede het oogst- kanaal worden ingedraaid, zie bijvoorbeeld DE 10 2006 034 799 A1. Dergelijke revolvermes-sen zijn evenwel relatief omvangrijk en hebben relatief veel opbergruimte buiten het oogst-goedkanaal nodig. Daarbij vertonen de messen de eigenschap, dat bij afbreken van een snede, bijvoorbeeld door treffen met een steen, tegelijkertijd ook een deel van de volgende snede mee afbreekt. Daarbij is het ook moeilijk, bijvoorbeeld constructief omslachtig, voor een dergelijk revolvermes te voorzien in een elastisch meegevende ophanging, die het mes bij treffen met een obstakel een uitwijken in een uitwijkstand toestaat.Such knives with several cuts, which can be used one after the other in the cutting position, are known, for example, as so-called turret blades, wherein a rotatably suspended cutting body is provided with several cuts along its circumference. By switching through, for example, by a quarter turn, a used cut can be moved out of the harvesting channel and a cut that has not yet been used or is still sharp can be turned into the harvesting channel, see for example DE 10 2006 034 799 A1. Such turret knives, however, are relatively bulky and require relatively much storage space outside the harvesting channel. The knives herein have the property that when a cut is broken off, for example by striking with a stone, part of the next cut also breaks off at the same time. In addition, it is also difficult, for example constructively cumbersome, for such a turret knife to provide an elastically yielding suspension which allows the knife to deflect into an deflection position when hit with an obstacle.

In tegenstelling tot dergelijke revolvermessen zijn ook keermessen bekend, die eveneens meerdere snedes bezitten, maar echter niet door verdraaien om een zich dwars op het mesblad uitstrekkende as, maar door keren om een in het mesblad liggende ofwel daaraan parallelle as in een tweede snijstand brengbaar zijn. Een dergelijk keermes wordt bijvoorbeeld getoond in publicatie DE 10 2011 0136401, die openbaart het mes op de wijze van een dubbelsnedig zwaard uit te voeren en met zijn langsas bij benadering radiaal ofwel onder een scherpe hoek hiermee gekanteld in het transportkanaal te laten uitsteken, zodat een door de transportrichting door het oogstgoedkanaal getransporteerd oogstgoed versnijdt. Wordt het mes gekeerd, dan wordt de tot dan toe afgekeerde, achterste snede actief.In contrast to such turret knives, also knives are known which also have several cuts, but which cannot be brought into a second cutting position by rotating about an axis extending transversely to the knife blade, but by turning about an axis lying in the knife blade or parallel thereto. . Such a turning knife is shown, for example, in publication DE 10 2011 0136401, which discloses to design the knife in the manner of a double-edged sword and to project its longitudinal axis approximately radially or at an acute angle therewith into the transport channel, so that a crop material transported through the direction of transport through the harvested goods channel. If the knife is turned, the rear cut that has turned away then becomes active.

Dergelijke keermessen kunnen weliswaar relatief plaatsbesparend en compact worden uitgevoerd. Ze bezitten echter eveneens het nadeel, dat bij breken van de actieve snede meestal ook een deel van de tweede, niet actieve snede mee afbreekt, zodat feitelijk het volledige mes vernield wordt. Daarbij komt het soms bij het keren en weer insteken tot hanteer-problemen, aangezien het in te spannen ofwel op te hangen mesdeel in de voorgaande snijstand vuil kan worden.Such turning knives can indeed be of relatively space-saving and compact design. However, they also have the disadvantage that when the active cut is broken, a part of the second, non-active cut usually also breaks off, so that the entire knife is actually destroyed. This sometimes leads to handling problems when turning and reinserting, since the knife part to be clamped or to be suspended can become dirty in the previous cutting position.

Aan de voorliggende uitvinding ligt het doel ten grondslag, een verbeterd snijwerk van de genoemde soort te verschaffen, die de nadelen van de stand der techniek vermijdt en deze op voordelige wijze uitbreidt. In het bijzonder zal een verbeterd keermes worden verschaft, waarvan de tweede snede ook bij breuk van de eerste snede onbeschadigd blijft en zonder vervuilingsproblemen een eenvoudige handelen bij keren ofwel in- en uitbouw garandeert en een eenvoudige elastisch meegevende ophanging voor uitwijken in een uitwijkstand mogelijk maakt.The object of the present invention is to provide an improved cutting work of the above-mentioned type, which avoids the disadvantages of the prior art and advantageously extends it. In particular, an improved turning knife will be provided, the second cut of which will remain undamaged even when the first cut breaks and guarantees simple turning operations or removal and without simple problems of contamination and enables a simple elastic yielding suspension for deflection in a fall-back position .

Volgens de uitvinding wordt genoemd doel bereikt met een snijwerk overeenkomstig conclusie 1. Voorkeursuitvoeringen volgens de uitvinding zijn onderwerp van de afhankelijke conclusies.According to the invention, said object is achieved with a cutting device according to claim 1. Preferred embodiments according to the invention are the subject of the dependent claims.

Het wordt derhalve voorgesteld, het snijmes zodanig georiënteerd in te bouwen, dat in de snijstand in hoofdzaak slechts één snede in het oogstgoedkanaal uitsteekt en de andere snede, de zo te zeggen de reservesnede vormt, in hoofdzaak buiten het oogstgoedkanaal ligt. Volgens de uitvinding is het snijmes met een middenlijn tussen beide snedes ongeveer tangentieel aan het oogstgoedkanaal opgesteld en/of met ten minste een groter gedeelte van de genoemde middenlijn buiten het oogstgoedkanaal aangebracht. Een dergelijke uitvoering en opstelling van het snijmes beschermt de betreffende reservesnede duidelijke beter. Zelfs wanneer bij een treffen met een obstakel de actieve, in het oogstgoedkanaal uitstekende eerste snede afbreekt, leidt dit niet noodzakelijkerwijs tot ook een afbreken van de tweede snede danwel vermindert de waarschijnlijkheid hiervan duidelijk. De genoemde tangentiële opstelling van de middenlijn tussen de beide snedes ten opzichte van het oogstgoedkanaal moet daarbij niet worden begrepen als exact tangentieel in mathematische zin, hetgeen natuurlijke evenwel wel het geval kan zijn, maar kan ook een ten opzichte van een mathematische tangens licht gehelde opstelling omvatten. Tangentieel aan het oogstgoedkanaal kan daarom ook opstellingen omvatten, waarbij de genoemde middenlijn tussen de snedes ten opzichte van de transportrichting van het oogstgoedkanaal een hoek van < 30° ten opzichte van een echte tangens aan de transportrichting ofwel de oogstgoedkanaallengterichting insluit.It is therefore proposed to build in the cutter blade in such a way that in the cutting position, substantially only one cut protrudes into the crop channel and the other cut, so to speak, forms the spare cut, lies substantially outside the crop channel. According to the invention, the cutting knife is arranged approximately tangentially on the crop channel with a center line between the two cuts and / or is arranged outside the crop channel with at least a larger part of the said center line. Such a design and arrangement of the cutting blade clearly protects the relevant reserve cut better. Even if the active first projection protruding into the harvested goods channel breaks off during an encounter with an obstacle, this does not necessarily lead to also a breaking of the second cut or the likelihood thereof clearly diminishes. The aforementioned tangential arrangement of the center line between the two cuts with respect to the crop channel must not be understood here as exactly tangential in a mathematical sense, which may of course be the case, but may also be a slightly inclined arrangement relative to a mathematical tangent include. Tangential to the crop channel can therefore also include arrangements, wherein said center line encloses an angle of <30 ° between the cuts with respect to the conveying direction of the crop channel with respect to a real tangent to the conveying direction or the crop channel direction.

Afhankelijk van de contour van het snijmes hoeft de genoemde middenlijn daarbij niet geheel buiten het oogstgoedkanaal te liggen. Bijvoorbeeld aan een voorste eindgedeelte van de middenlijn kan deze ook de wand van het oogstgoedkanaal raken ofwel licht het oogstgoedkanaal inlopen. De middenlijn tussen de snijmessen strekt zich echter ten minste 50% van zijn lengte, bij voorkeur meer dan 75% van zijn lengte uit buiten het oogstgoedkanaal.Depending on the contour of the cutting blade, the said center line does not have to lie entirely outside the crop channel. For example, at a front end portion of the center line, it can also touch the wall of the crop channel or walk lightly into the crop channel. However, the center line between the cutting blades extends at least 50% of its length, preferably more than 75% of its length, outside the crop channel.

In een verdere uitvoering volgens de uitvinding kunnen de configuratie en opstelling van het snijmes zodanig zijn uitgevoerd, dat de gemeenschappelijke meskop, waarvan de beide snedes zich uitstrekken, met betrekking tot de transportrichting door het oogstgoedkanaal stroomopwaarts is gepositioneerd, ofwel het stroom opwaartse einde van het snijmes vormt, ofwel ten minste tegen de snijrichting in ziet. Vanaf het genoemde gemeenschappelijke meskopgedeelte strekt zich de betreffende zich in de snijstand bevindende snede zich in toenemende mate dieper in het oogstgoedkanaal uit, dat wil zeggen met toenemende afstand van het genoemde meskopgedeelte neemt de diepte, tot waar de snede in het oogstgoedkanaal uitsteekt, toe.In a further embodiment according to the invention, the configuration and arrangement of the cutting blade can be designed such that the common cutter head, the two cuts of which extend, is positioned upstream with respect to the conveying direction through the crop channel, or the upstream end of the cutting blade. forming a cutting knife or at least opposite the cutting direction. From the said common cutter head portion, the relevant cut located in the cutting position extends increasingly deeper into the crop material channel, that is to say, with increasing distance from the said cutter head part, the depth to which the cut protrudes into the crop material channel increases.

De genoemde snedes kunnen van het genoemde gemeenschappelijke meskopgedeelte af V-vormig of tulpvormig uit elkaar lopen, zodat de afstand van de beide snedes ten opzichte van elkaar, telkens gemeten ten opzichte van de middenlijn van het mes, toeneemt, des te verder men zich van het genoemde meskopgedeelte af beweegt. Voordeligerwijs hebben de snedes een sabelvormige contour ofwel zijn licht concaaf gekromd, zodat zich de in de snijstand in het oogstgoedkanaal uitstekende snede in de transportrichting door het oogstgoedkanaal gezien in toenemende mate verder in het kanaal uitsteekt, waardoor een continu, licht stijgende snijdruk wordt verkregen, en een goede voederversnijding wordt gegarandeerd.Said cuts can run V-shaped or tulip-shaped apart from said common knife-head portion, so that the distance of the two cuts relative to each other, each time measured relative to the center line of the knife, increases, the further away from moves said cutter head portion. Advantageously, the cuts have a saber-shaped contour or are slightly concave curved, so that the cut protruding in the cutting position in the harvested goods channel extends, seen in the transport direction through the harvested goods channel, increasingly further into the channel, whereby a continuous, slightly increasing cutting pressure is obtained, and good feed cutting is guaranteed.

Het stroomopwaartse meskopgedeelte, van waaruit de beide snedes uit elkaar lopen ofwel wegbewegen, kan in een verdere uitvoering volgens de uitvinding voordeligerwijs als ophanggedeelte gebruikt ofwel uitgevoerd zijn, om het mes beweegbaar op te hangen, in het bijzonder zodanig, dat deze roteerbaar en/of transleerbaar uit de snijstand in een uitwijkstand ofwel niet snijstand kan worden gebracht, in het bijzonder, om bij treffen met een obstakel zoals een steen of dergelijke te kunnen uitwijken. De navolgende ophanging maakt het mogelijk daarbij een uitwijkbeweging, waarmee het mes met zijn op dat moment actieve snede ten minste een stuk uit het oogstgoedkanaal weg beweegt, om een obstakel te ontwijken. Het ophanggedeelte aan genoemde meskop kan bijvoorbeeld een geschikte ophanguitspa-ring omvatten, die een verdraaien van het mes om een ten opzichte van het mesblad ofwel het mesvlak loodrechte dwarsas en/of een translerende beweging ongeveer tangentieel of licht onder een scherpe hoek geneigd ten opzichte van de transportrichting door het oogstgoedkanaal toelaat. Bijvoorbeeld kan een lengtesleufachtige, naar één zijde toe open ongeveer U-vormige uitsparing zijn voorzien, middels welke het mes op een ophangas van een messendrager kan worden aangebracht of ingeregen.In a further embodiment of the invention, the upstream cutter head portion from which the two cuts diverge or move away from one another can advantageously be used as a suspension portion or designed to be movably suspended, in particular such that it is rotatable and / or translatable from the cutting position to a deflection position or non-cutting position can be brought, in particular, to be able to deflect when encountering an obstacle such as a stone or the like. The following suspension makes it possible for a deflection movement, with which the knife with its currently active cut moves away at least a part from the crop channel, in order to avoid an obstacle. The suspension portion on said cutter head may, for example, comprise a suitable suspension recess, which rotates the knife about a transverse axis perpendicular to the blade blade or the blade surface and / or a translational movement inclined approximately tangentially or slightly at an acute angle to allows the direction of transport through the crop channel. For example, a longitudinal slot-like, approximately U-shaped recess open towards one side, can be provided, by means of which the knife can be fitted or threaded onto a suspension shaft of a knife carrier.

Op zijn het meskopgedeelte tegenover gelegen einde vormt het mes een rugcontour, waarop terughoudmiddelen kunnen aangrijpen, die het mes in de vooraf bepaalde snijstand-houder en/of deze bij uitwijken in de uitwijkstand elastisch terugzetten ofwel een dergelijk uitwijken tegenwerken. Dergelijke terughoudmiddelen kunnen bijvoorbeeld een onder voor-spanning, beweegbaar opgehangen terugstelhefboom omvatten, die met de genoemde rugcontour in aangrijping staat. Door een dergelijke contour van de mesrug en toepasselijke voorspanning en beweeglijkheid van de terugstelhefboom kan het snijmes enerzijds in de snijstand worden gehouden ofwel hieruit slechts onder verhoogde belasting worden wegbewogen. Bij verder in de uitwijkstand brengen kan de genoemde terugstelhefboom een overeenkomstige terugstelkracht ofwel een overeenkomstig terugstelmoment op het mes uitoefenen, om het snijmes na passeren van het obstakel weer in de voorbestemde snijstand terug te brengen.At its opposite end to the knife head portion, the knife forms a back contour on which restraining means can engage, which elastically restores the knife in the predetermined cutting position holder and / or resists such deflection in the deflection position or counteract such a deflection. Such restraining means may, for example, comprise a resetting lever which is movably suspended under pre-tension and which engages with said back contour. Due to such a contour of the knife back and appropriate pretension and mobility of the reset lever, the cutting knife can on the one hand be held in the cutting position or be moved therefrom only under increased load. Upon further bringing into the deflection position, said resetting lever can exert a corresponding resetting force or a corresponding resetting moment on the knife in order to return the cutting knife back to the predetermined cutting position after passing the obstacle.

Door de in hoofdzaak volledig buiten het transportkanaal liggende opstelling van de tweede, passieve snede met de middenlijn tussen de beide snedes bij benadering tangenti-eel aan de oogstgoedkanaallengterichting kan de genoemde mesrug relatief groot en breed worden uitgevoerd, hetgeen het voor het terugzetten ter beschikking staande aangrijpvlak vergroot en de vormgeving daarvan vergemakkelijkt. Daarbij ligt de genoemde rugcontour van het snijmes in een - met betrekking tot de transportrichting door het oogstgoedkanaal -stroomafwaartse einde ofwel gedeelte van het snijmes, waardoor de genoemde terugstel-middelen van zware vervuiling verschoond blijven, hetgeen de functionaliteit van het uitwijk-ofwel terugstelmechanisme bevordert.Due to the arrangement of the second passive cut, which is substantially completely outside the transport channel, with the center line between the two cuts being approximately tangential to the crop channel direction, the said knife back can be made relatively large and wide, which is what is available for resetting. engagement surface and facilitates its design. The aforementioned back contour of the cutting knife lies in a downstream end or part of the cutting knife with respect to the direction of transport through the crop channel, as a result of which the said resetting means of heavy contamination remain free, which promotes the functionality of the deflection or resetting mechanism .

Het snijmes kan over het geheel gezien zijn voorzien van een ongeveer driehoekige contour, waarbij twee zijden ieder als bijvoorbeeld sabelvormige, convex gekromde snedes zijn uitgevoerd, terwijl de derde, de beide snijzijden verbindende zijde, de aangrijpcontour voor de terughoudmiddelen vormt.On the whole, the cutting knife can be provided with an approximately triangular contour, wherein two sides are each designed as, for example, saber-shaped, convexly curved cuts, while the third side connecting the two cutting sides forms the engagement contour for the retaining means.

Het snijmes kan voordeligerwijs symmetrisch zijn uitgevoerd. De genoemde middenlijn tussen de beide snedes kan een symmetrieas vormen, ten opzichte waarvan de beide snedes in hoofdzaak spiegelsymmetrisch zijn aangebrachtThe cutting knife can advantageously be of symmetrical design. Said center line between the two cuts can form an axis of symmetry, with respect to which the two cuts are arranged substantially mirror-symmetrically

In een verdere uitvoering volgens de uitvinding kan het snijmes in een middengedeelte tussen de beide snedes zijn voorzien van een doorgangsuitsparing, die kan zijn uitgevoerd als een ongeveer trapezoïdevormige of driehoekvormige aangrijpuitsparing. Een dergelijke doorgangsuitsparing vergemakkelijkt in aanzienlijke mate het aangrijpen en daarmee het hanteren van het snijmes bij keren evenals bij montage, aangezien het mes niet aan de snedes gevat hoeft te worden. Daarbij draagt een dergelijke doorgangsuitsparing er tegelijkertijd aan bij, dat een breuk van de in het oogstgoedkanaal uitstekende snede ofwel een overeenkomstig mesgedeelte lokaal wordt begrensd en een uitbreiden van een breuklijn ofwel een scheurlijn in het gebied van de andere snede te voorkomen. Zelfs wanneer een groter gebied om de actieve snede heen afbreekt, loopt een scheurrand maximaal tot in de genoemde uitsparing, waardoor een afbreken dwars door het mes veelal kan worden vermeden.In a further embodiment according to the invention, the cutting knife can be provided in a central part between the two cuts with a passage recess, which can be designed as an approximately trapezoidal or triangular gripping recess. Such a passage recess considerably facilitates the engagement and therefore handling of the cutting blade when turning as well as during assembly, since the knife does not have to be caught on the cuts. In addition, such a passage recess at the same time contributes to the fact that a break in the cut protruding into the crop channel is either locally limited to a corresponding knife section and to prevent an expansion of a break line or a tear line in the region of the other cut. Even when a larger area breaks off around the active cut, a tear-off edge extends maximally into the said recess, so that breaking off straight through the knife can often be avoided.

De snedes van het mes kunnen in hoofdzaak verschillend geconfigureerd zijn, waarbij de snedes voordeligerwijs van een gegolfd snijvlak ofwel een getande contour kunnen zijn voorzien. De opstelling van het gegolfde snijvlak ofwel het getande contour is daarbij voordeligerwijs zodanig, dat lengtedalen - zoals de golfdalen tussen de snijvlakgolven ofwel de verdiepingen tussen de vertanding - niet op de bekende wijze loodrecht op de lengterichting van de snede staan, maar hiermee onder een scherpe hoek geheld zijn uitgevoerd. In het bijzonder kunnen de genoemde lengtedalen met hun langsassen zich ongeveer parallel aan de transportrichting door het oogstgoedkanaal uitsteken. Hierdoor wordt verhinderd dat het te versnijden oogstgoed over meerdere golven op en neer moet glijden, maar parallel aan de golfflanken over de snede kan wegglijden. Dit leidt tot een duidelijk gereduceerde snijdruk, hetgeen op haar beurt weer leidt tot een lichtere voederbehandeling samengaand met een geringere belasting van het snijmes.The cuts of the knife can be configured substantially differently, wherein the cuts can advantageously be provided with a corrugated cutting surface or a toothed contour. The arrangement of the corrugated cutting surface or the toothed contour is advantageously such that longitudinal troughs - such as the wave troughs between the cutting surface waves or the depressions between the teeth - are not perpendicular to the longitudinal direction of the cut in the known manner, but thus under a sharp angle inclined. In particular, said longitudinal troughs with their longitudinal axes can extend through the crop channel approximately parallel to the conveying direction. This prevents the crop to be cut from having to slide up and down over several waves, but can slide over the cut parallel to the wave flanks. This leads to a clearly reduced cutting pressure, which in turn leads to a lighter feed treatment together with a lower load on the cutting knife.

De uitvinding wordt hiernavolgend aan de hand van een voorkeursuitvoeringsvoor-beeld en toebehorende tekening nader verklaard.The invention will be explained in more detail below with reference to a preferred exemplary embodiment and associated drawing.

In de tekening toont:In the drawing:

Figuur 1: een schematisch zijaanzicht van een aan een trekker aanhangbare opraap- wagen met een snijwerk volgens een voordelige uitvoering van de uitvinding,Figure 1: a schematic side view of a loader wagon that can be connected to a tractor and with a cutting unit according to an advantageous embodiment of the invention,

Figuur 2: een schematisch zijaanzicht van het snijwerk uit Figuur 1 in een snij- ofwel werkstand, waarbij de messen in een oogstgoedkanaal uitsteken, waar het opgenomen oogstgoed middels een transportrotor doorheen wordt getransporteerd, zodat het oogstgoed door de snijmessen wordt versneden,Figure 2: a schematic side view of the cutting unit from Figure 1 in a cutting or working position, the knives protruding into a harvesting material channel, through which the picked-up harvesting material is transported through a transport rotor, so that the harvesting material is cut by the cutting blades,

Figuur 3: een vergrote gedeeltelijke afbeelding van de ophanging van het keermes van het snijwerk uit de voorgaande figuren, waarbij het keermes in zijn snijstand is afgebeeld,Figure 3: an enlarged, partial view of the suspension knife mounting of the cutting unit from the previous figures, the turning knife being shown in its cutting position,

Figuur 4: een zijaanzicht van het keermes uit de voorgaande figuren, dat het gegolfde snijvlak van de een snede in bovenaanzicht en het gegolfde snijvlak van de andere snede gestippeld weergeeft, enFigure 4: a side view of the turning knife from the previous figures, which shows the corrugated cutting surface of one cut in dotted plan view and the corrugated cutting surface of the other cut, and

Figuur 5: een zijaanzicht van een alternatieve uitvoering van een keermes volgens de uitvinding, waarvan het gegolfde snijvlak van de snede tangentieel aan de transportrichting door het oogstgoedkanaal is opgesteld.Figure 5: a side view of an alternative embodiment of a turning knife according to the invention, the wavy cutting surface of the cut of which is arranged tangentially to the direction of transport through the crop channel.

Zoals Figuur 1 toont, kan het snijwerk voor het versnijden van oogstgoed aan een oogstmachine 1 in de vorm van bijvoorbeeld een opraapwagen toepassing vinden, die aan een trekker 2 kan worden aangehaakt en over een rijgestel op de grond afsteunt. Als alternatief kan het snijwerk echter ook in een oogstmachine in de vorm van bijvoorbeeld een balenpers voor het vervormen en/of samenpersen van oogstgoed tot balen of een combinatie van een opraapwagen en een balenpers toepassing vinden.As Figure 1 shows, the cutting work for cutting crop material on a harvesting machine 1 in the form of, for example, a pick-up wagon, can be used which can be hooked onto a tractor 2 and rests on the ground over a row frame. However, as an alternative, the cutting work can also be used in a harvesting machine in the form of, for example, a baling press for deforming and / or compressing harvested goods into bales or a combination of a pick-up wagon and a baling press.

Om een opneemkamer 30, die de laadruimte van de opraapwagen of de balenvorm-kamer van de balenpers kan vormen, oogstgoed toe te voeren, omvat de oogstmachine 1 een de inloop van de opneemkamer 30 voorlopend opgestelde opneem- en/of transportinrichting 5, die een over de grond geleidbare, optilbaar en neerlaatbaar uitgevoerde pick-up kan omvatten, om op de grond liggend oogstgoed op te kunnen nemen. De genoemde pick-up kan hierbij een opneemrotor 6 bijvoorbeeld in de vorm van een stekelwals omvatten, waarbij navolgend op de genoemde opneemrotor 6 een verdere transportrotor 7 kan zijn voorzien, om het van de grond opgenomen oogstgoed verder door een oogstgoedkanaal 8 in de opneemkamer 30 te kunnen transporteren.In order to supply a pick-up chamber 30 which can form the loading space of the pick-up wagon or the baling chamber of the baler, the harvesting machine 1 comprises a pick-up and / or transport device 5 provisionally arranged for the run-in of the pick-up chamber 30 and can comprise pick-up which can be guided over the ground, can be lifted and lowered, in order to be able to pick up crop lying on the ground. Said pick-up can herein comprise a pick-up rotor 6, for example in the form of a pick-up roller, wherein a further transport rotor 7 can be provided following the pick-up rotor 6, so that the harvested goods from the ground can be transported further through a harvesting channel 8 into the pick-up chamber 30. to be able to transport.

De genoemde transportrotor 7 kan hierbij een veelvoud van meeneemtanden omvatten, die van de trommel van sportrotor 7 naar buiten toe uitsteken, waarbij de genoemde meeneemtanden over de breedte van de transportrotor gezien in de draairichting versprongen ten opzichte van elkaar kunnen zijn voorzien, zodat de door de meeneemtanden gedefinieerde structuur van transportrotor 7 in zichzelf verdraaid is. Andere configuraties, bijvoorbeeld niet verdraaide opstellingen, zijn echter ook mogelijk.Said transport rotor 7 can herein comprise a plurality of carrier teeth which project outwardly from the drum of sport rotor 7, said carrier teeth being viewed in the direction of rotation relative to each other across the width of the transport rotor, so that the the carrier teeth defined structure of transport rotor 7 is twisted into itself. However, other configurations, for example non-twisted arrangements, are also possible.

De genoemde transportrotor 7 is een snijwerk 9 toebedeeld, dat zich in hoofdzaak over de volledige werkbreedte van de transportrotor 7 kan uitstrekken. Het genoemde snijwerk 2 kan bovenliggend zijn voorzien en messen 3 omvatten, die vanaf de bovenzijde van het oogstgoedkanaal 8 hierin uitstekend kunnen zijn voorzien. Zoals Figuur 2 toont, kan het snijwerk 9 echter ook onderliggend zijn voorzien, zodat de messen 3 van een onderzijde van het oogstgoedkanaal 8 af in het oogstgoedkanaal 8 uitsteken, zie Fig. 3.The said transport rotor 7 is assigned to a cutting unit 9 which can extend substantially over the full working width of the transport rotor 7. Said cutting work 2 can be provided on top and comprise knives 3, which can be provided with an excellent fit from the top side of the crop channel 8. As Figure 2 shows, however, the cutting unit 9 can also be provided with an underlying support, so that the knives 3 protrude from the underside of the crop channel 8 into the crop channel 8, see Figs. 3.

De genoemde messen 3, die over de breedte van de transportrotor 7 verdeeld naast elkaar zijn voorzien, strekken zich hierbij uit door een transportkanaalwand, die de bodem van het oogstgoedkanaal 8 onder ofwel naast de transportrotor 7 vormt en voor de messen 3 is voorzien van sleuven, waardoorheen de messen 3 zich kunnen uitstrekken.The said knives 3, which are arranged side by side across the width of the transport rotor 7, extend through a transport channel wall, which forms the bottom of the harvested goods channel 8 under or next to the transport rotor 7 and is provided with slots for the knives 3 through which the knives 3 can extend.

De messen 3 zijn hierbij aan een bij voorkeur balkvormige messendrager 4 opgehangen, die zich dwars over de transportrotor 7 heen uitstrekt en zelfbeweegbaar is opgehangen, om het snijwerk 9 uit de in het oogstgoedkanaal uitstekende werkstand weg te kunnen bewegen.The knives 3 are herein suspended from a preferably beam-shaped knife carrier 4, which extends transversely over the transport rotor 7 and is suspended in a self-movable manner, in order to be able to move the cutting unit 9 out of the working position protruding into the crop channel.

De messen 3 zijn aan de messendrager 4 beweegbaar opgehangen, zodat ze tussen een actieve snijstand, waarin ze in het oogstgoedkanaal 8 tot aan ofwel tussen de mee- neemtanden van de transportrotor 7 uitsteken, en een uitwijkstand ofwel inactieve niet-snijstand, waarin ze niet of slechts in geringe mate in het oogstgoedkanaal 8 uitsteken, heen en weer beweegbaar zijn, zie in vergelijking met elkaar de Figuren 4-6 ofwel 7.The knives 3 are suspended movably on the knife carrier 4 so that they protrude between an active cutting position, in which they protrude into the crop channel 8 up to or between the entraining teeth of the transport rotor 7, and a deflection position or inactive non-cutting position, in which they are not. or protrude only to a small extent into the crop channel 8, can be moved back and forth, see Figures 4-6 or 7 in comparison with each other.

Zoals in het bijzonder wordt getoond door de Figuren 4-6, zijn de messen 3 om een liggende scharnieras 33, die zich in hoofdzaak dwars op de transportrichting 34 door het transportkanaal 8 uitstrekt, scharnierbaar zodanig, dat de messen 3 met hun snede 23 in de transportrichting meegeven en uit het transportkanaal weg kunnen scharnieren. De genoemde scharnieras 33 is hierbij buiten het genoemde transportkanaal 8 in een kopgedeelte 35 van het mes 3 bij benadering in een verlenging van de snede 23 voorzien.As is particularly shown in Figures 4-6, the knives 3 are pivotable about a horizontal pivot axis 33, which extends substantially transversely to the conveying direction 34 through the conveying channel 8, such that the knives 3 with their cut 23 indicate the direction of transport and be able to pivot away from the transport channel. Said pivot axis 33 is herein provided outside the said transport channel 8 in a head portion 35 of the knife 3 approximately in an extension of the cut 23.

Zoals de Figuren 3 en 4 tonen, is het snijmes 3 als keermes uitgevoerd, dat twee sne-des 23 omvat, die ieder convex gekromd ofwel van een sabelvormige contour zijn voorzien. De beide snedes 23 lopen ieder uit van het meskopgedeelte 25, waaraan de gezien in de transportrichting 34 door het oogstgoedkanaal 8 voorste ophangstand van het mes 3 is gevormd, en lopen uitgaand van dit gemeenschappelijke aanvangsgedeelte V-vormig ofwel -door de sabelvormige kromming- tulpvormig uit elkaar, zodat met toenemende afstand tot het meskopgedeelte 35 de onderlinge afstand tussen beide snedes ten opzichte van elkaar groter wordt.As Figures 3 and 4 show, the cutting knife 3 is designed as a turning knife, which comprises two cuts 23, each of which is convexly curved or provided with a saber-shaped contour. The two cuts 23 each extend from the cutter head portion 25, to which the front suspension position of the cutter 3 as seen in the direction of transport 34 is formed by the crop channel 8, and start from this common initial portion V-shaped or, due to the saber-shaped curvature, tulip-shaped apart, so that with increasing distance from the cutter head portion 35, the mutual distance between the two cuts increases relative to each other.

De beide snedes 23 kunnen hierbij in principe een van elkaar afwijkende contourver-loop hebben, bijvoorbeeld om in verschillende snijbehoeften te voorzien, echter kunnen in een verdere uitvoering volgens de uitvinding ook een met elkaar overeenkomstige contour bezitten, zodat het mes 3 over het geheel gezien een symmetrisch contour heeft. De middenlijn 50 tussen de beide snedes 23a en 23b, die het mes 3 in twee helften van bij benadering gelijke grootte verdeeld, vormt in dit geval de symmetrieas, met betrekking waartoe de beide snedes 23 symmetrisch ten opzichte van elkaar zijn. De genoemde middenlijn 50 kan hierbij gelijktijdig ook midden door de ophanguitsparing ofwel het ophangmidden van het meskopgedeelte 35 verlopen.In this case the two cuts 23 can in principle have a different contour course, for example to meet different cutting needs, but in a further embodiment according to the invention a contour corresponding to each other can also have such that the knife 3 as a whole has a symmetrical contour. The center line 50 between the two cuts 23a and 23b, which divides the knife 3 into two halves of approximately equal size, in this case forms the axis of symmetry, with respect to which the two cuts 23 are symmetrical with respect to each other. Said center line 50 can herein also run simultaneously midway through the suspension recess or the suspension center of the cutter head portion 35.

De mesrug, die tegenover het meskopgedeelte 35 ligt en tussen de eindes van de snedes 23 ligt ofwel deze verbindt, bezit een rugcontour 20, die voordeligerwijs met betrekking tot de genoemde middenlijn 50 een symmetrisch symmetrische contour kan hebben.The knife ridge, which is opposite the knife head portion 35 and lies between the ends of the cuts 23 or connects it, has a back contour 20, which can advantageously have a symmetrical symmetrical contour with respect to the said center line 50.

De genoemde rugcontour 20 werkt samen met terughoudmiddelen 12, die tezamen met de ophanging aan het meskopgedeelte 35 het betreffende mes 3 houden ofwel deze in de snijstand proberen te houden. De genoemde terughoudmiddelen 12 controleren daarbij bij treffen met een vreemd object de vrijzetbeweging van de messen 3 en kunnen een elastisch voorgespannen terughoudhefboom 19 omvatten, die met de nokvormig gevormde rug-contour 20 van het mes in aangrijping staat. De genoemde terughoudhefboom 19 wordt hierbij door een veerinrichting 21 permanent op de genoemde rugcontour 20 voorgespannen, waarbij de veerinrichting 21 een voorspanning op de terughoudhefboom 19 uitoefent en ervoor zorgt, dat het mes 3 na een uitwijkbeweging naar de uitwijkstand terug in de snijstand komt ofwel wordt bewogen.Said back contour 20 cooperates with retaining means 12, which together with the suspension on the cutter head portion 35 hold the relevant knife 3 or try to keep it in the cutting position. Said retention means 12 thereby control the release movement of the knives 3 when encountered with a foreign object and may comprise an elastically prestressed retention lever 19 which engages with the cam-shaped back contour 20 of the knife. Said restraining lever 19 is hereby permanently biased on said back contour 20 by a spring device 21, the spring device 21 exerting a pretension on the restraining lever 19 and causing the knife 3 to return to the cutting position after a deflection movement to the deflection position moved.

De genoemde rugcontour 20 ofwel de beide helften strekken zich ieder ongeveer - in grote lijnen gesproken - boogvormig uit vanaf het meskopgedeelte 25, waarbij de genoemde rugcontour 20 zodanig is gevormd, dat met toenemende uitwijking van het mes 3 uit diens snijstand de genoemde terughoudhefboom 19 in toenemende mate tegen zijn voorspanning in wordt bewogen. De op zich licht convex boogvormig gekromde rugcontour 20 kan in een gebied, waarmee de terughoudhefboom 19 in de snijstand van het mes 3 in aangrijping staat een vergrendelgeul 29 omvatten, waarin de terughoudhefboom 19 beweegt en het mes in de snijstand houdt, zie Figuur 3.Said back contour 20 or the two halves each extend approximately - broadly speaking - in the form of an arc from the knife head portion 25, said back contour 20 being formed such that with increasing deviation of the knife 3 from its cutting position said retaining lever 19 is increasingly being moved against its bias. The back contour 20, which is slightly convex in the shape of a curved arch, can comprise a locking channel 29 in which the retaining lever 19 is in the cutting position of the knife 3, in which the retaining lever 19 moves and holds the knife in the cutting position, see Figure 3.

Zoals Figuur 2 toont, is het mes 3 in snijstand zodanig opgesteld, dat het mes 3 zich met zijn middenlijn 50 volledig buiten het oogstgoedkanaal 8 uitstrekt en ten minste bij benadering tangentieel aan de transportrichting 34 door het oogstgoedkanaal 8 is opgesteld. Het meskopgedeelte 35, van waaruit de beide snedes 23a en 23b uitlopen, vormt in transportrichting 34 gezien het vooreinde van het mes 3 terwijl de rugcontour van het mes 20 het achtereinde van het mes 3 vormt.As Fig. 2 shows, the knife 3 is arranged in the cutting position such that the knife 3 with its center line 50 extends completely outside the crop channel 8 and is arranged at least approximately tangentially to the conveying direction 34 through the crop channel 8. The cutter head portion 35, from which the two cuts 23a and 23b extend, forms the front end of the knife 3 in the direction of transport 34, while the back contour of the knife 20 forms the rear end of the knife 3.

De in Figuur 2 actieve snede 23a strekt zich van het meskopgedeelte 35 uitgaand met toenemende afstand alsmaar dieper in het oogstgoedkanaal 8 uit. De andere, niet actieve ofwel reservesnede 23b ligt hierbij volledig buiten het oogstgoedkanaal 8. Door deze configuratie kan een beschadiging of een breuk van de niet actieve snede 23b worden vermeden, wanneer een vreemd lichaam tot een beschadiging of een breuk van de actieve snede 23a leidt.The cut 23a active in Figure 2 extends from the cutter head portion 35 with increasing distance and deeper into the crop channel 8. The other, inactive or spare cut 23b is completely outside the crop channel 8. This configuration can prevent damage or breakage of the inactive cut 23b when a foreign body leads to damage or breakage of the active cut 23a. .

Zoals Figuur 4 toont, kan het mes 3 in een middengedeelte ofwel een kern- ofwel een binnengedeelte van het mes een uitsparing 51 in de vorm van een doorgangsuitsparing bezitten, die een aangrijpuitsparing kan vormen. De genoemde uitsparing 51 kan een langwerpige contour hebben en/of langs de middenlijn 50 zijn voorzien, in het bijzonder symmetrisch met betrekking tot de middenlijn 50 zijn uitgevoerd. Bijvoorbeeld kan de genoemde uitsparing 51 een trapezevormige -grofweg gesproken- omtrek omvatten, die zich van het meskopge-deelte 35 naar de rugcontour 20 toe verwijdt.As Figure 4 shows, the knife 3 in a central portion may have either a core or an inner portion of the knife a recess 51 in the form of a passage recess, which may form an engagement recess. Said recess 51 can have an elongated contour and / or be provided along the center line 50, in particular be symmetrical with respect to the center line 50. Said recess 51 can for instance comprise a trapezoidal-roughly spoken-circumference which widens from the cutter head part 35 to the back contour 20.

De snedes 23 kunnen ieder op een op zich bekende wijze van een snijvlak zijn voorzien, waarbij voordeligerwijs de snijvlakken van de beide snedes naar tegenovergelegen zijden van het mes toe georiënteerd zijn, zodat door het keren van het mes 3 over een 180 graden verdraaiing om de middenlijn 50 de snedes in snijvlakgelijke, met elkaar overeenkomstige opstelling kunnen worden gebracht. Overeenkomstig Figuur 4 wordt snede 23a aan de voorzijde en de snede 23b aan de rugzijde geslepen.The cuts 23 can each be provided with a cutting surface in a manner known per se, whereby the cutting surfaces of the two cuts are oriented towards opposite sides of the knife, so that by turning the knife 3 through a 180 degree rotation about the center line 50 the cuts can be brought into intersection-like, mutually corresponding arrangement. In accordance with Figure 4, cut 23a on the front and cut 23b on the back are ground.

De snedes 23 kunnen daarbij van een gegolfd snijvlak of een getand snijvlak zijn voorzien, zoals Figuur 4 toont, maar kunnen in het gegeven geval echter ook in andere wijze zijn geslepen.The cuts 23 can be provided with a corrugated cutting surface or a toothed cutting surface, as shown in Figure 4, but can also be ground in a different way in the given case.

Zoals Figuur 5 toont, kunnen voordelige verdere uitvoeringen volgens de uitvinding zijn voorzien van een gegolfd snijvlak 52 aan de snede 23, die niet zoals bij Figuur 4 loodrecht ofwel langs het snedeverloop georiënteerd is, maar is uitgevoerd met betrekking tot de transportrichting 34 door het oogstgoedkanaal 8. In het bijzonder kunnen lengtedalen 53 ten minste bij benadering parallel of tangentieel aan genoemde transportrichting 34 zijn opgesteld, zodat langslijnen van het gegolfde snijvlak - opdat bijvoorbeeld een lijn langs de dalbodem van een golfverdieping of een lijn langs de toppen van een golfverhoging ten minste bij benadering tangentieel of parallel aan de transportrichting 34 door het oogstgoedkanaal 8 verloopt. De golving - en derhalve het opvolgen van toppen en dalen - verloopt dienovereenkomstig bij benadering loodrecht ten opzichte van genoemde transportrichting 34.As Figure 5 shows, advantageous further embodiments according to the invention can be provided with a corrugated cutting surface 52 on the cut 23, which is not oriented perpendicularly or along the cut course, as in Figure 4, but is designed with respect to the conveying direction 34 through the crop channel 8. In particular, longitudinal troughs 53 may be arranged at least approximately parallel or tangentially to said conveying direction 34, so that longitudinal lines of the corrugated cutting surface - so that, for example, a line along the trough bottom of a corrugated floor or a line along the crests of a wave elevation extends approximately tangentially or parallel to the conveying direction 34 through the crop channel 8. The undulation - and therefore the follow-up of crests and troughs - is accordingly approximately perpendicular to said conveying direction 34.

De transportrichting 34 kan daarbij door de omlooprichting van de transportrotor 7 en/of met het verloop van de bodem van het oogstgoedkanaal 8 worden bepaald, waarbij de genoemde transportrichting 34 bijvoorbeeld ten minste bij benadering overeen kan komen met de omloop- ofwel omtrekrichting van de transportrotor 7.The conveying direction 34 can thereby be determined by the rotational direction of the conveying rotor 7 and / or with the course of the bottom of the crop channel 8, wherein said conveying direction 34 can, for example, at least approximately correspond to the circulating or circumferential direction of the conveying rotor 7.

Claims

Cutting for a harvesting machine (1) such as a loading wagon or baling press, with at least one cutting knife (3) designed as a turning knife, which can be brought into two cutting positions by turning and provided with two cuts (23a, 23b), a first of which cut (23a) protrudes into a first cutting position in a crop channel (8) and a second cut (23b) protrudes into a second cutting position in the crop channel (8), characterized in that the cutting knife (3) has a center line (5) is arranged approximately tangentially to the harvested goods channel (8) between the two cuts (23) and / or is arranged outside the harvested goods channel (8) with at least a larger part of said center line (50).

2. Cutting according to the preceding claim, wherein the two cuts (23) of a common cutter head portion (35) diverge approximately V-shaped or tulip-shaped, the said cutter head portion (35) in both cutting positions being one relative to the direction of transport ( 34) forms upstream end portion of the cutting blade (3) through the crop channel (8), from which the cut (23) located in the cutting position protrudes increasingly deeper into the crop channel (8).

3. Cutting according to the preceding claim, wherein said knife head part (35) comprises a suspension part (13), with which the cutting knife (3) is movably suspended such that the cutting knife (3) translates and / or rotates from a cutting position into a deflection - and / or non-cutting position is movable.

Cutting according to one of the two preceding claims, wherein the cutting knife (3) comprises a back contour (20) opposite said knife head portion (35), which extends between the two cuts (23) transversely of said center line (50) and can be brought into engagement with retention means (12) for keeping the cutting knife (3) in the cutting position and / or resetting it from a deflection position and / or counteracting the deflection movement.

Cutting according to one of the two preceding claims, wherein the cutting knife (3) as a whole is provided with an approximately triangular contour, wherein two sides are each designed as saber-shaped curved cuts (23a, 23b).

6. Carving according to one of the preceding claims, wherein said center line (50) forms a axis of symmetry between the two cuts (23a, 23b).

7. Cutting according to one of the preceding claims, wherein the cutting knife (3) is provided in a central part between the two cuts (23a, 23b) with a passage recess (51), preferably having the shape of a trapezoid and / or elongated gripping spout -ring.

Cutting according to one of the preceding claims, wherein the cuts (23) comprise a corrugated cutting surface (52) and / or a toothing with longitudinal troughs (53) parallel to each other, wherein said longitudinal troughs (53) extend with their longitudinal axes extend through the crop channel (8) approximately parallel or tangentially to the conveying direction (34) when the relevant cut (23a, 23b) is in its active cutting position.