NL2010165C2 - Mal. - Google Patents

Description

Mal

De uitvinding betreft een mal voor de montage van een stijl in een uitsparing van een kozijn en een methode voor het 5 bevestigen van een stijl in een uitsparing van een kozijn.

Bij de bouw van moderne gebouwen worden binnenwanden via stijlen aan kozijnen bevestigd. Hierbij wordt eerst een kozijn gesteld. Een bekende methode wordt toegelicht aan de hand van figuur 1. Het kozijn (1) heeft een rechthoekige uitsparing met 10 twee overliggende wanden (2,3) en een bodemwand (4). De uitsparing strekt zich uit over de lengte van het kozijn aan de zijde die naar de te monteren binnenwand is gericht. Op de bodemwand bevindt zich een aantal bevestigingssteunen. Een U-vormige stijl (5) wordt in de uitsparing op de 15 bevestigingssteunen aangebracht. De U-vormige stijl heeft twee benen (6,7) met elk een vrij eind en een verbindingsdeel (8) tussen de andere einden van de benen. Na het aanbrengen van de U-vormige stijl steken de vrije einden uit de uitsparing. Tussen de benen van de U-vormige stijl wordt wandmateriaal zoals 20 minerale wol aangebracht (dit is in de tekening weggelaten). Op elk van de vrije einden worden afwerkingsplaten (9,10) van gips gemonteerd om het wandmateriaal af te dekken. De afwerkingsplaten van gips worden hierbij deels in de ruimte tussen de U-vormige stijl en de overliggende wanden geschoven 25 zodat ook de benen van de stijl zijn afgedekt. Om ruimte te geven voor het inschuiven van de afwerkingsplaten, is de U-vormige stijl minder breed dan de uitsparing. Omdat de U-vormige stijl minder breed is, kan deze echter op verschillende plaatsen in de uitsparing worden gemonteerd, waardoor er te weinig ruimte 30 kan overblijven voor het inschuiven van een afwerkingsplaat.

Bij de montage van de stijl wordt daarom een mal gebruikt. De mal bestaat uit een stuk (21) stijl waarop al stukjes afwerkingsplaat (21,22) zijn aangebracht. Wanneer de mal wordt gebruikt bovenin een uitsparing met een verticale 35 lengterichting, wordt het stuk stijl op dezelfde manier 2 aangebracht als later de stijl, te weten met de vrije einden uitstekend uit de uitsparing. De stukjes afwerkingsplaat steken hierbij aan de onderkant onder het stukje stijl van de mal uit. Daarna wordt de te monteren stijl tussen de stukjes 5 afwerkingsplaat in de uitsparing van het kozijn geplaatst. Eventueel wordt aan het andere eind van de stijl ook een mal gebruikt.

De monteur drukt daarna met zijn gewicht tegen de te monteren stijl die op zijn beurt daardoor tegen een of meer 10 bevestigingssteunen wordt gedrukt. Tegelijkertijd schroeft hij de stijl op de bevestigingssteunen van het kozijn met zelf tappende schroeven. Daarbij is veel kracht nodig. Doordat er veel kracht nodig is, wordt de stijl ook met veel kracht tegen het kozijn gedrukt. Tijdens het drukken en het vastschroeven van 15 de stijl, gebeurt het regelmatig dat de mal uit de uitsparing valt. Daardoor kan de positie van de stijl in de uitsparing verlopen, waardoor na montage blijkt, dat de afwerkingsplaten niet meer tussen de stijl en de overliggende wanden van het kozijn passen omdat die ruimte te klein is.

20 Het doel van de uitvinding is dit probleem op te lossen of te verminderen.

Het doel van de uitvinding wordt bereikt door een mal volgens conclusie 1.

Doordat de mal volgens conclusie 1 is voorzien van een 25 kleminrichting, hoeft de monteur de mal niet vast te houden tijdens montage; deze wordt vastgeklemd. Doordat de mal in de richting van de bodem van de uitsparing wordt gedrukt door de kleminrichting, hoeft er minder kracht uitgeoefend te worden door de monteur op de stijl om een stevige schroefverbinding 30 tussen de stijl en het kozijn aan te leggen. Doordat de monteur minder kracht hoeft uit te oefenen, is er minder kans op verschuivingen, waardoor de mal los zou kunnen raken. Zelfs al zou een verschuiving plaatsvinden, zal de mal niet los raken indien deze in de lengte richting door de uitsparing schuift.

35 Indien de verschuiving richting de zijwand zou plaatsvinden, dan 3 zou de verschuiving worden gestuit door de zijwand. Doordat de afstandshouder de stijl op een eerste minimumafstand van de zijwand houdt, is na montage een afdekplaat tussen de gemonteerde stijl en de zijwand te schuiven met een dikte 5 kleiner of gelijk aan de eerste minimumafstand. De mal kan gebruikt worden door de stijl in de uitsparing te brengen en vervolgens de mal aan te brengen, waarna de stijl tegen de afstandshouder wordt geschoven. Daarna wordt de kleminrichting gebruikt om de stijl vast te klemmen.

10 In een voorkeursuitvoering van de uitvinding omvat de mal een verdere afstandshouder om de stijl op een tweede minimumafstand van een verdere zijwand van de uitsparing te houden.

Doordat de verdere afstandshouder de stijl op een tweede 15 minimumafstand van de verdere zijwand houdt, kan de stijl tijdens het vastzetten van de kleminrichting niet richting de verdere zijwand verlopen en wordt naast een goede passing voor een afdekplaat tussen de stijl en de zijwand ook een goede passing voor een afdekplaat tussen de stijl en de verdere 20 zijwand verkregen.

In een voorkeursuitvoering van de uitvinding is de stijl U-vormig met een verbindingsdeel waaraan een eerste been en een tweede been zijn verbonden en is de mal voorzien van een plaat voorzien van 25 - een eerste uitsparing voor het opnemen van het eerste been van de stijl, waarbij de eerste uitsparing aan een zijde begrensd wordt door de afstandshouder, en - een aandrukdeel met een aandrukvlak om de stijl in de richting van de bodem van de uitsparing te drukken.

30 Een plaat met een uitsparing is snel en goedkoop te fabriceren wat bijdraagt aan snelle en goedkope productie van de mal. Door het eerste been op te nemen in een uitsparing wordt de positie van het eerste been beperkt tot de ruimte in de uitsparing. Omdat die ruimte aan een kant begrensd is door de 35 afstandshouder, wordt het eerste been van de stijl op tenminste 4 de eerste minimumafstand van de zijwand gebracht.

In een verdere voorkeursuitvoering van de uitvinding omvat de plaat een tweede uitsparing voor het opnemen van het tweede been van de stijl, waarbij de tweede uitsparing aan een 5 verdere zijde begrensd wordt door de verdere afstandshouder.

Door het tweede been op te nemen in de tweede uitsparing wordt de positie van het tweede been beperkt tot de ruimte in de tweede uitsparing. Omdat die ruimte aan een kant begrensd is door de verdere afstandshouder, wordt het tweede been van de 10 stijl op de tweede minimumafstand van de uitsparing gebracht.

In een voorkeursuitvoering van de uitvinding, is de plaat losmaakbaar aan de kleminrichting bevestigd.

Doordat de plaat losmaakbaar is bevestigd, is het mogelijk de plaat te vervangen door een andere plaat. Dit is 15 voordelig in geval gewisseld wordt tussen een smalle stijl en een brede stijl of indien de uitsparing in het kozijn een andere breedte heeft of bij andere variaties. In de bouw wordt bijvoorbeeld een standaardmaat van 100 mm voor de afstand tussen de eerste zijwand en de tweede zijwand gehanteerd, terwijl de 20 daarbij veel gebruikte breedte van de stijl 50 mm dan wel 75 mm is. Door de plaat te vervangen is, kan de mal hierop worden aangepast. Kozijnen met een uitsparing van 80 mm komen echter ook voor. Ook komen stijlen met een breedte va nlOO mm en 125 mm voor. Daarnaast kan met de mal rekening gehouden worden met de 25 dikte van de zijwand van het kozijn. Bij een uitsparing van 80 mm komt bijvoorbeeld een dikte van 10 mm voor.

In een voorkeursuitvoering van de mal volgens de uitvinding, is de kleminrichting voorzien van een op een staaf gemonteerd vast deel met de afstandshouder en een aandrukvlak om 30 de stijl in de richting van de bodem van de uitsparing te drukken en is de kleminrichting verder voorzien van een langs de staaf beweegbaar deel ingericht om het kozijn richting het aandrukvlak te drukken.

Doordat de kleminrichting een staaf omvat met een vast 35 deel en een langs de staaf beweegbaar deel, is de kleminrichting 5 eenvoudig te bedienen. Dit voordeel wordt behaald doordat de monteur de afstandshouder en het aandrukvlak kan gebruiken om de stijl op de juiste positie te houden en alleen zijn aandacht hoeft te richten op het langs de staaf beweegbare deel.

5 Het doel van de uitvinding wordt tevens bereikt door een methode volgens conclusie 7.

Methode voor het bevestigen van een stijl in een uitsparing van een kozijn, waarbij de uitsparing een zijwand en een bodem heeft, omvattende 10 - het gebruik van een mal met een afstandshouder om de stijl op een eerste minimumafstand houden van de zijwand van de uitsparing; - het met een kleminrichting in de richting van de bodem van de uitsparing op een bevestigingsvlak van het kozijn drukken 15 van de stijl; - het aan het bevestigingsvlak bevestigen van de stijl.

Door gebruik te maken van een kleminrichting, hoeft de monteur de mal niet vast te houden tijdens montage. Bovendien hoeft, doordat de mal in de richting van de bodem van de 20 uitsparing wordt gedrukt door de kleminrichting, er minder kracht uitgeoefend te worden door de monteur op de stijl om een stevige schroefverbinding tussen de stijl en het kozijn aan te leggen. Doordat de monteur minder kracht hoeft uit te oefenen, is er minder kans op verschuivingen, waardoor de mal los zou 25 kunnen raken. Zelfs al zou een verschuiving plaatsvinden, zal de mal niet los raken indien deze in de lengte richting door de uitsparing schuift. Indien de verschuiving richting de zijwand zou plaatsvinden, dan zou de verschuiving worden gestuit door de zijwand. Doordat de afstandshouder de stijl op een eerste 30 minimumafstand van de zijwand houdt, is na montage een afdekplaat tussen de gemonteerde stijl en de zijwand te schuiven met een dikte kleiner of gelijk aan de eerste minimumafstand.

In een voorkeursuitvoering van de uitvinding omvat het met een kleminrichting in de richting van de bodem van de 35 uitsparing op een bevestigingsvlak van het kozijn drukken van de 6 stijl de stap van het met een aandrukvlak van een vast deel van de kleminrichting aandrukken van de stijl en de stap van het langs een staaf waaraan het vaste deel is bevestigd, bewegen van beweegbaar deel en het tegen het kozijn vast drukken van het 5 langs de staaf beweegbare deel.

Doordat de kleminrichting een staaf omvat met een vast deel en een langs de staaf beweegbaar deel, is de kleminrichting eenvoudig te bedienen. Dit voordeel wordt behaald doordat de monteur de afstandshouder en het aandrukvlak kan gebruiken om de 10 stijl op de juiste positie te houden en alleen zijn aandacht hoeft te richten op het langs de staaf beweegbare deel. Dat beweegbare deel wordt vervolgens tegen het kozijn aangeschoven en daarna daartegen vastgedrukt.

15 Hierna zal de uitvinding met behulp van voorbeelden worden beschreven. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de bijgevoegde schematische tekeningen.

Figuur 1 toont hoe een mal volgens de prior art wordt 20 ingezet

Figuur 2 toont een onderaanzicht van een mal volgens de uitvinding tijdens gebruik

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding, getoond in 25 figuur 2, omvat de mal (100) een aluminium plaat (101) met uitsparingen. Figuur 2 toont de mal in een onderaanzicht tijdens gebruikt. De eerste uitsparing (102) is ingericht om een eerste been (103) van een U-vormige stijl (gearceerd) op te nemen en heeft een breedte die overeenkomt met de dikte van het eerste 30 been (103). De plaat (101) heeft een tweede uitparing (104) voor het opnemen van een tweede been (105) van de stijl. De tweede uitsparing (104) heeft een dikte die overeenkomt met de dikte van het tweede been (105). De stijl omvat verder een verbindingsdeel (125) tussen het eerste been (103) en het tweede 35 been (105). De mal omvat verder een afstandshouder (106). De 7 afstandshouder heeft een zodanige breedte dat het eerste been (103) van de stijl op een eerste minimumafstand van een zijwand (107) van een uitsparing (108) in een kozijn (109) kan worden gehouden. De afstandshouder (106) begrenst aan een zijde de 5 eerste uitsparing (102).

Het kozijn omvat een bevestigingssteun (110) met een bevestigingsvlak (111) op de bodem (112) van de uitsparing (108) . De uitsparing is langwerpig en heeft een lengterichting. De uitsparing (108) is in figuur 2 getoond in een doorsnede 10 dwars op de lengterichting van de langwerpige uitsparing. De mal (100) omvat verder een kleminrichting. De kleminrichting omvat een aandrukvlak (113) om de stijl met het verbindingsdeel (125) tegen het bevestigingsvlak (111) te drukken. De stijl wordt daarmee in de richting van de bodem (112) van de uitsparing 15 (108) gedrukt. Het aandrukvlak (113) ligt op een lip (114) van de plaat (101). De lip vormt een aandrukdeel (114) van de plaat (101) . De lip wordt aan een zijde begrensd door de eerste uitsparing (102) en aan een daar tegenover liggende zijde door de tweede uitsparing (103).

20 De plaat (101) is met een aantal schroeven (115) op een stang (116) bevestigd die ook deel uitmaakt van de kleminrichting. De schroeven (115) zijn losmaakbaar, waardoor de plaat (101) kan worden losgemaakt van de stang (116). Op de stang (116) is ook een langs de stang (116) beweegbaar deel 25 (117) bevestigd die ook deel uitmaakt van de kleminrichting. Het langs de stang beweegbare deel (117) omvat een bedieningsdeel (118) waarmee het beweegbare deel (117) met een bepaalde druk tegen het kozijn (109) vastgezet kan worden en een aandrukblok (119) . Het aandrukblok (119) heeft een zodanige lengte dat een 30 deel ervan met een drukvlak (120) tegenover het aandrukvlak (113) ligt. Hierdoor kunnen de aandrukkrachten van het aandrukvlak (113) en het aandrukblok (119) in tegengestelde richting worden uitgeoefend zonder dat er een moment ontstaat.

De mal kan als volgt worden gebruikt. Eerst wordt het 35 kozijn (109) gesteld. Het kozijn heeft een deuruitsparing (120) 8 voor het ontvangen van een binnendeur (niet getoond). Vervolgens wordt een stijl tegen het bevestigingsvlak (111) van een bevestigingssteun in de uitsparing (108) gebracht. Daarna wordt de plaat (101) zodanig over de stijl geschoven, dat het eerste 5 been (103) van de stijl in de eerste uitsparing (102) van de mal valt.

In een ander voorbeeld van het gebruik van de mal, wordt de stijl eerst met het eerste been (103) in de eerste uitsparing (102) van de mal valt, waarna de stijl in de uitsparing (108) 10 van het kozijn (109) wordt gebracht.

Daarna wordt bij beide voorbeelden het beweegbare deel (117) in de richting van het kozijn (109) bewogen, er tegen gedrukt en onder druk vastgezet. Hierdoor wordt de stijl tegen het bevestigingsvlak (111) van een bevestigingssteun (110) in de 15 uitsparing (108) van het kozijn (109) gedrukt.

In een alternatief voorbeeld van een uitvoeringsvorm wordt de stijl tegelijk tegen een aantal verdere bevestigingsvlakken van een aantal verdere bevestigingssteunen gedrukt. In een alternatief voorbeeld van de uitvoering van de 20 uitvinding wordt gebruik gemaakt van een verdere mal volgens de uitvinding om ook op een andere positie de stijl op het kozijn (109) te klemmen, hetzij op het bevestigingsvlak dan wel op het bevestigingsvlak en het aantal verdere bevestigingsvlakken.

Met de stijl op het bevestigingsvlak (111) geklemd, 25 wordt de stijl bevestigd aan de bevestigingssteun (110) . Figuur 2 toont een onderaanzicht van de toepassing. In Figuur 2 is geschetst dat onder de plaat (101) een schroef door de stijl in de bevestigingssteun (110) wordt geschroefd. De schroef is een zelf tappende schroef. Eventueel worden verdere schroeven 30 gebruikt om de stijl vast te zetten op de verdere bevestigingssteunen.

Nadat de stijl is bevestigd aan de bevestigingssteun (110) , wordt het beweegbare deel (117) van de mal (100) losgemaakt en langs de stang (116) van het kozijn (109) af 35 bewogen. Daarmee vervalt de druk waarmee het aandrukvlak (113) 9 de stijl op het bevestigingsvlak (111) drukt. Nadat het beweegbare deel (117) van de mal voldoende is weggeschoven, wordt de mal verwijderd.

Het eerste been (103) van de stijl en het tweede been 5 (105) van de stijl steken uit de uitsparing (108) van het kozijn (109) .

Na verwijdering van de mal, wordt in de ruimte (124) tussen het eerste been (103) en het tweede been (105) wandmateriaal aangebracht. Daarna wordt in de ruimte tussen het 10 eerste been (103) en de zijwand (107) een afwerkingsplaat geschoven die niet dikker is dan de eerste minimumafstand. De ruimte tussen het tweede been (105) van de stijl en de verdere zijwand (122) wordt gemeten en een passende afwerkingsplaat wordt daarin geschoven. De afwerkingsplaat wordt op het uit de 15 uitsparing (108) van het kozijn (109) stekende deel van het eerste been (103) bevestigd. De tussen het tweede been (105) van de stijl en de verdere zijwand (122) passende afwerkingsplaat wordt bevestigd op het uit de uitsparing (108) van het kozijn (109) stekende deel van het tweede been.

20 In een uitvoeringsvorm is de mal (100) voorzien van een tweede afstandshouder (121). De tweede afstandshouder (121) heeft een zodanige breedte dat het tweede been (105) van de stijl op een tweede minimumafstand van een verdere zijwand (122) van een uitsparing (108) in een kozijn (109) wordt gehouden. De 25 toepassing van de mal (100) volgens deze uitvoeringsvorm is gelijk aan die van de eerder beschreven toepassingen van de mal (100). Omdat het tweede been (105) op de tweede minimumafstand van de verdere zijwand is gebracht, kan een afdekplaat die niet dikker is dan de tweede minimumafstand probleemloos tussen het 30 tweede been en de verdere zijwand worden geschoven zonder dat de ruimte gemeten hoeft te worden.

De kleminrichting kan langs de stang (116) worden bewogen en tegen het kozijn (109) worden gedrukt en vastgezet op voor de vakman bekende wijze. Zo kan het beweegbare deel (117) 35 met een knijpmechanisme als de stang (116) in de richting van de 10 plaat (101) worden bewogen. Door te knijpen kan aandrukkracht worden uitgeoefend op het kozijn (109). Bij het loslaten van het knijpmechanisme vergrendelt de positie van het beweegbare deel (117) waardoor de aandrukkracht behouden blijft. Door het 5 knijpmechanisme te ontgrendelen kan de aandrukkracht worden verminderd en kan het beweegbare deel (117) van het kozijn (109) af worden geschoven.

In een alternatieve uitvoeringsvorm van de methode wordt eerst de stijl aangebracht in de uitsparing van het kozijn 10 volgens een van de hierboven beschreven uitvoeringsvormen en wordt het kozijn daarna gesteld.

Bovenstaand zijn specifieke uitvoeringsvormen van de uitvinding beschreven. De vakman zal begrijpen dat de uitvinding ook uitgevoerd kan worden volgens niet beschreven 15 uitvoeringsvormen die wel de leer van de uitvinding volgen. De beschrijvingen zijn illustratief bedoeld, niet als limiterend.

Zo kan de plaat (101) ook van een ander materiaal zijn dan aluminium, zoals staal. De stijl kan behalve in de bevestigingssteun (110) ook in het lichaam (123) van het kozijn 20 (109) worden vastgeschroefd. In plaats van zelf tappende schroeven kan ook gebruik worden gemaakt van gewone schroeven en voorgevormd schroefdraad. In plaats van het gebruik van schroeven kan de stijl ook op andere wijze worden bevestigd op het bevestigingsvlak, zoals met lijm of via puntlassen. In de 25 voorbeelden komt de breedte van de eerste uitsparing overeen met de dikte van het eerste been (103) en komt de breedte van de tweede uitsparing overeen met de dikte van het tweede been (105). De breedtes van de eerste uitsparing of de tweede uitsparing kunnen echter ook groter zijn.

30 Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat het materiaal van het kozijn kan verschillen. Zo kan de uitvinding worden toegepast bij stalen, aluminium, kunststof en houten kozijnen.

Claims (8)

1. Mal (100) voor de montage van een stijl in een uitsparing (108) van een kozijn (109), waarbij de uitsparing een 5 zijwand (107) en een bodem (112) heeft, voorzien van een afstandshouder (106) om de stijl op een eerste minimumafstand van de zijwand te houden, gekenmerkt door een kleminrichting (113,116,117) om de stijl in de richting van de bodem van de uitsparing op een bevestigingsvlak 10 (111) van het kozijn te drukken.

2. Mal volgens conclusie 1, omvat de mal een verdere afstandshouder (121) om de stijl op een tweede minimumafstand van een verdere zijwand (122) te houden.

3. Mal volgens conclusie 1 of 2 voor de montage van een 15 U-vormige stijl met een verbindingsdeel (125) waaraan een eerste been (103) en een tweede been (105) zijn verbonden, voorzien van een plaat (101) die is voorzien van: - een eerste uitsparing (102) voor het opnemen van het eerste been van de stijl, waarbij de eerste uitsparing aan een 20 zijde begrensd wordt door de afstandshouder, en - een aandrukdeel (114) met een aandrukvlak (113) om de stijl in de richting van de bodem van de uitsparing te drukken.

4. Mal volgens conclusie 2 en 3, waarbij de plaat is voorzien van een tweede uitsparing (104) voor het opnemen van 25 het tweede been (105) van de stijl, waarbij de tweede uitsparing aan een verdere zijde begrensd wordt door de verdere afstandshouder (121).

5. Mal volgens conclusie 3 of 4, waarbij de plaat losmaakbaar aan de kleminrichting is bevestigd.

6. Mal volgens conclusie 1,2, 3 of 4, waarbij de kleminrichting is voorzien van een op een staaf (116) gemonteerd vast deel (101) met de afstandshouder (106) en een aandrukvlak (113) om de stijl in de richting van de bodem van de uitsparing te drukken en de kleminrichting verder is voorzien van een langs 35 de staaf beweegbaar deel (117) ingericht om het kozijn richting het aandrukvlak te drukken.

7. Methode voor het bevestigen van een stijl in een uitsparing (108) van een kozijn (109), waarbij de uitsparing een zijwand (107) en een bodem (112) heeft, omvattende 5. het gebruik van een mal (100) met een afstandshouder (106) om de stijl op een eerste minimumafstand houden van de zijwand van de uitsparing; gekenmerkt door - het met een kleminrichting in de richting van de bodem van de uitsparing op een bevestigingsvlak (111) van het kozijn 10 drukken van de stijl; - het aan het bevestigingsvlak bevestigen van de stijl.

8. Methode volgens conclusie 7 waarbij de stap van het met een kleminrichting in de richting van de bodem van de uitsparing op een bevestigingsvlak van het kozijn drukken van de 15 stijl de stappen omvat van het met een aandrukvlak (113) van een vast deel (101) van de kleminrichting aandrukken van de stijl en de stap van het langs een staaf (116) waaraan het vaste deel is bevestigd, bewegen van beweegbaar deel (117) en het tegen het kozijn vast drukken van het langs de staaf beweegbare deel.