NL2006961C2 - Pallet. - Google Patents

Description

PALLET

De onderhavige uitvinding betreft een pallet, welke in hoofdzaak is bedoeld voor gebruik in samenhang met in het 5 bijzonder een dolly als last.

Dolly's of andere verrijdbare karren worden veel gebruikt om producten op te stapelen en eventueel in te wikkelen, bijvoorbeeld met een krimpbare kunststof folie, en op de dolly of andere kar te laten tot het moment is 10 aangebroken om de producten uit te leveren of in een winkel te plaatsen. Dolly's en ook andere verrijdbare karren vertonen daarbij de eigenschap juist dat ze verrijdbaar zijn; ze kunnen niet of nauwelijks in stellingen worden geplaatst, als die niet exact horizontale draagconstructies 15 omvatten.

Hiertoe zijn in de techniek vele oplossingen aangedragen. Een voorbeeld is bekend uit US-2010/0187782, waarin dolly's of karren bekend zijn met intrekbare wielen van de dolly's of karren. Hoewel hiermee het probleem van 20 verrijden van dolly's of karren in of op een stelling kan worden vermeden, gaat dit echter wel ten koste van de effectief bruikbare hoogte van de dolly's of karren, en hierdoor neemt verder de complexiteit van de dolly's of karren toe en tevens de gevoeligheid voor defecten.

25 Daarenboven nemen de kosten van de dolly's of karren aanzienlijk toe, hetgeen zeer ongewenst is in gebruiksomgevingen, waar de dolly's of karren soms langs en door vele verschillende bedrijven worden getransporteerd.

Volgens een andere oplossing, zoals bijvoorbeeld bekend 30 uit EP-1790576 wordt een adapter toegepast, dat op de dolly of kar past, maar ook op een dikke houten pallet kan worden gezet. Producten op de adapter kunnen in een stelling worden gezet op alleen de adapter, of nog met een dikke houten 2 pallet daaronder. Hoewel hiermee het probleem van verrijden van een dolly in een stelling kan worden verholpen, levert deze oplossing ook nog niet een gewenste bruikbare oplossing. De producten worden daarbij namelijk op de 5 adapter geplaatst, maar ook hierdoor neemt de effectief bruikbare hoogte van de ruimte op een dolly voor het stapelen van producten met de dikte van de adapter af. De adapter is bovendien een afzonderlijk element en telkens moet maar worden afgewacht of dat afzonderlijke element van 10 de adapter ook weer terugkeert bij de oorspronkelijke eigenaar.

Een andere oplossing is bekend uit GB-2465398, waarin is geopenbaard dat een dolly op en dikke houten pallet kan worden gezet, waarop dan eerst kartonnen platen zijn 15 aangebracht met daarin gaten voor het daarin opnemen van wielen van de dolly of kar. Hoewel hiermee ook verrijden van de dolly of kar in een stelling kan worden tegengegaan, hangen hiermee echter ook weer problemen samen. De dolly of andere verrijdbare kar kan niet de dikke houten pallet op 20 worden gereden; daarvoor is de dikke houten pallet te dik.

De dolly of kar moet dan op de dikke houten pallet en op de vele lagen karton met gaten worden getild, en dan precies zó worden neergezet dat de wielen in de gaten in het kartonnen lagen vallen. Als deze gevoelige uitlijning niet slaagt, 25 bestaat het gevaar dat de dolly of kar omvalt. Pas als deze gevaarlijke taak is volbracht, bijvoorbeeld met een vorkheftruck, kan de pallet met de dolly of kar daarop, en met de wielen daarvan in de gaten in de vele lagen karton, worden opgetild, bijvoorbeeld wederom met de vorkheftruck, 30 om in een stelling te worden gezet. Hierbij ontstaat echter het risico, dat het karton de inwerking van de dolly of kar niet of niet afdoende kan weerstaan en gaat scheuren. De dolly of kar zou dan alsnog en zelfs gedurende het tillen en 3 transporteren naar de stelling van de dikke houten pallet kunnen rijden, met alle gevaarlijke gevolgen van dien.

Een verder bekende configuratie is gepubliceerd in US-2010/0310352, waarin een stalen plaat wordt toegepast die in 5 een gewelfde vorm is gebogen. De dolly's of karren kunnen vrij gemakkelijk op in gebruik lager gelegen delen van de gewelfd gebogen plaat worden gereden, aangezien de plaat een dikte heeft van bijvoorbeeld enkele millimeter. De bekende pallet omvat verder een selectief bekrachtigbare 10 vergrendeling om de wielen van een dolly of kar actief aan te grijpen of slechts in te sluiten om de dolly of kar op de pallet te immobiliseren. Als een kar of dolly eenmaal op de pallet is gereden, maar een gebruiker, bij voorbeeld een vorkheftruckchauffeur, wel de vergrendeling activeren om de 15 wielen aan te grijpen of in te sluiten en zo de kar of dolly hopelijk afdoende te immobiliseren. Zou die gebruiker dit een enkele keer onbedoeld achterwege laten, dan resulteert het gevaar dat een dolly of kar kan rijden op de pallet en daar dus van af kan rijden en vallen, met alle gevaren van 20 dien.

Met de onderhavige uitvinding is beoogd een pallet te verschaffen, waarmee de problemen van pallets volgens de bekende techniek zijn verholpen of althans aanzienlijk zijn verminderd, waartoe de pallet volgens de uitvinding de 25 eigenschappen vertoont van een in hoofdzaak vlakke plaat van een stijf materiaal, zoals metaal of kunststof, met een in gebruik neerwaarts gerichte rug en een opwaarts gericht draagvlak voor het daarop in gebruik plaatsen van een last, zoals een dolly; ten minste twee beugels aan het draagvlak 30 voor opname van hefelementen, zoals de vorken van een heftruck; en ten minste één gat in het draagvlak van de plaat voor opname daarin van een steunelement van een op de pallet te positioneren inrichting, zoals een wiel van een 4 dolly. De plaat is dun, bijvoorbeeld tussen 2 en 20 mm, met voorkeur tussen 2,2 en 10 mm, met meer voorkeur tussen 2,5 en 5 mm, en met de meeste voorkeur 3 mm. Dientengevolge kan de dolly of andere verrijdbare kar relatief eenvoudig door 5 een gebruiker op de pallet worden gereden, waarbij de gebruiker de kar of dolly met de hand voorttrekt. De gebruiker staat dicht bij de dolly of kar tijdens het positioneren van de dolly of kar op de pallet, en kan dus de dolly of kar ten minste een beetje nauwkeurig met een wiel 10 op een gat plaatsen, door met de hand wat aan de dolly of kar te manoeuvreren. Nadien kan de pallet worden opgepakt met een (vork)heftruck. Het wiel zakt daarbij in het gat ofwel de plaat beweegt over een afstandje met het gat om het wiel omhoog. Doordat de plaat van een stijf materiaal is 15 vervaardigd, zoals metaal, en dolly's of soortgelijke of andere verrijdbare karren vaak zijn uitgerust met zwenkwielen, is er een zelf-richtende werking waardoor het wiel van de dolly of kar onder inwerking van de zwaartekracht zich naar het gat richt en daar dan in weg 20 zakt. De dolly of kar kan dan met de pallet worden weggezet in een stelling, waarmee op vloeroppervlak kan worden bespaard, terwijl wegrollen van de dolly of kar uit de stelling afdoende wordt voorkomen door de dikte van de plaatvormige pallet, waarop de dolly of kar in de stelling 25 wordt gezet, ook al is die dikte in het geval van een 3 mm dikke metaalplaat gering.

De onderhavige uitvinding kent diverse geprefereerde uitvoeringsvormen, zoals die zijn gedefinieerd in de afhankelijke conclusies.

30 Zo kan een pallet volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat de beugels elk in ten minste twee richtingen doorgangen omvatten voor opnamen in ten minste een van de richtingen van hefelementen.

5

Als aanvulling of als alternatief kan een pallet volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat de beugels geleiders vormen voor het verplaatsen van de last over het draagvlak.

5 Als aanvulling of als alternatief kan een pallet volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat de beugels verstevigingsprofielen omvatten.

Als aanvulling of als alternatief kan een pallet volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat de plaat 10 langs ten minste twee tegenover elkaar gelegen randen een zich vanaf het draagvlak uitstrekkende rand omvat. In een dusdanige uitvoeringsvorm kan de pallet verder de eigenschap vertonen, dat de randen doorgangen omvatten en beugels vormen.

15 Als aanvulling of als alternatief kan een pallet volgens de uitvinding de eigenschap vertonen van ten minste één aanvullend gat voor het immobiliseren van ten minste één tweede last.

Als aanvulling of als alternatief kan een pallet 20 volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat het gat langgerekt is. in een dusdanige uitvoeringsvorm kan de pallet verder de eigenschap vertonen, dat het gat in de lengterichting daarvan kleinere afmetingen heeft dan het steunelement. Als aanvulling of als alternatief kan een 25 pallet in een dusdanige uitvoeringsvorm verder de eigenschap vertonen, dat het gat in een richting dwars op de lengterichting daarvan grotere afmetingen heeft dan het steunelement.

Als aanvulling of als alternatief kan een pallet 30 volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat het gat is geponst in de plaat.

De onderhavige uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van een beschrijving van een enkel 6 uitvoeringsvoorbeeld daarvan, zoals getoond in de bijgevoegde tekening, waarin voor dezelfde en/of gelijksoortige elementen, componenten en aspecten dezelfde referentienummers kunnen zijn gebruikt, en welke geenszins 5 zijn bedoeld om te worden aangegrepen als limitatie van de beschermingsomvang voor de onderhavige uitvinding, zoals die is gedefinieerd in de eveneens bijgevoegde conclusies. In de tekening toont:

Fig. 1 een uitvoeringsvoorbeeld in perspectivisch 10 aanzicht van een pallet volgens de onderhavige uitvinding;

Fig. 2 een detail II uit Fig. 1 in een gebruikstoestand in samenhang met een dolly of kar; en

Fig. 3 een detail III uit Fig. 1 in een gebruikstoestand in samenhang met een dolly of kar.

15 In de tekening is een pallet 1 volgens de onderhavige uitvinding getoond. De pallet 1 omvat een in hoofdzaak vlakke plaat 2 van een stijf materiaal, zoals metaal of kunststof. De plaat 2 ligt in het in Fig. 1 getoonde aanzicht van een situatie in gebruik op een neerwaarts 20 gerichte rug 4 en heeft dan een opwaarts gericht draagvlak 5 voor het daarop plaatsen van een last, zoals een dolly. In Fig. 1 is geen last getoond; in figuren 2 en 3 is dat wel het geval.

Aan de plaat 2 zijn ten minste twee beugels 6, 7 25 aangebracht aan het draagvlak. De beugels dienen voor opname daarin van hefelementen, zoals ten minste één vork 8 (in Fig. 2) van een (overigens niet weergegeven heftruck).

Tevens omvat de pallet 1 minste één gat 3 in het draagvlak 5 van de plaat 2 voor opname daarin van een 30 steunelement van een op de pallet te positioneren inrichting, zoals een wiel 9 (in Fig. 2) van een dolly of andere verrijdbare kar.

7

De beugels 6, 7 omvatten elk in ten minste twee richtingen doorgangen 10, 11 voor opname in ten minste een van de richtingen van hefelementen, zoals de vork 8 van Fig. 2. Aldus kan elke vork 8 in twee richtingen worden gestoken 5 in de beugels 6, 7 hetgeen de hanteerbaarheid ten goede komt.

Verder vormen de beugels 6, 7 geleiders voor het verplaatsen van de last over het draagvlak. Een dolly of andere kar met een aantal wielen kan over de beugels 6, 7 10 rijden over de lager gelegen delen van de plaat 2. Daarbij omvatten de beugels 6, 7 tevens verstevigingsprofielen.

In de in Fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm zijn op zeer elegante wijze de plaat, de beugels en de verstevigingsprofielen in een enkele geïntegreerde vormgeven 15 uitgevoerd. De plaat 2 is gewelfd gebogen om de beugels 6, 7 te definiëren als hoger gelegen delen van de pallet (met de plaat liggend op de rug 4) dan de tussen de beugels en lager gelegen delen van de plaat 2. Wielen 9 van een dolly rijden bij voorkeur over de plaat 2 over de lager gelegen delen 20 daarvan tussen de beugels 6, 7, die door de meanderende vorm daarvan tevens fungeren als verstevigingsprofielen. In de beugels kunnen tevens verbindingsstukken 12 zijn aangebracht in de beugels 6, 7 bijvoorbeeld door die verbindingsstukken 12 te lassen in de beugels 6, 7. Als alternatief kan de 25 plaat 2 vlak zijn zonder gewelfde buigingen en kunnen de beugels 6, 7 bijvoorbeeld in de vorm van kokerprofielen aan het draagvlak 5 van de dan vlakke plaat 2 zijn aangebracht bijvoorbeeld door die daaraan vast te lassen.

Aan de plaat 2 is langs elk van ten minste twee 30 tegenover elkaar gelegen zijden een rand 13, 14 aangebracht. De randen strekken zich vanaf het draagvlak 5 uit in een richting weg van het draagvlak 5. De randen 13, 14 omvatten 8 doorgangen 15 en vormen aldus ook beugels voor opname daarin van een vork 8 van een heftruck.

De pallet 1 omvat verder afdoende gaten 3 voor het immobiliseren van ten minste twee lasten. Hoewel de pallet 5 in een niet getoonde uitvoeringsvorm bedoeld en geschikt kan zijn voor het dragen van één last, in het bijzonder een kar of dolly, heeft het de voorkeur om de pallet te gebruiken voor het dragen van meerdere dolly's of karren. Daarmee wordt de efficiëntie vergroot bij het in een stelling 10 wegzetten of daaruit uitnemen van de dolly's of karren.

De pallet 1 vertoont verder de eigenschap dat de gaten 3 langgerekt zijn, zoals ook in Fig. 3 is getoond. Zoals ook uit de representatie van Fig. 3 blijkt, heeft elk gat 3 bij voorkeur in de lengterichting daarvan kleinere afmetingen 15 dan het als wiel 9 vormgegeven steunelement van de als dolly of kar vormgegeven last. Dat wil zeggen dat elk gat 3 een kleinere lengte heeft dan de diameter van het wiel 9. Aldus kan worden voorkomen dat de as van het wiel 9 wordt belast en het wiel op twee randstukken 15 in Fig. 3 rust in het gat 20 3. In een niet weergegeven alternatieve vormgeving zou de lengte van het gat 3 zo groot kunnen zijn dat de as 16 van het wiel 9 van de dolly of kar rust op de lange zijden van het gat, en de lengte van het gat 3 zou tevens groter kunnen zijn dan de diameter van het wiel 9. Zou echter de breedte 25 van het gat 3 groter zijn dan de lengte van de as 16, in tegenstelling tot de in Fig. 3 getoonde configuratie, dan dient de lengte korter te zijn dan de diameter om de voorkomen dat het wiel met de as of enig ander bijbehorende component of element klemvast komt te zitten in het gat 3.

30 De werking van de pallet 1 in gebruik is namelijk, dat de pallet 1 initieel met de rug 4 daarvan op de grond ligt. De dolly of andere kar kan over wielen 9 worden gereden. Daarbij is een drempel van enkele millimeters, zoals een 9 plaat 2 die vormt, gemakkelijk te overwinnen door een gebruiker, die de dolly of andere kar handmatig manoeuvreert. Eenmaal met de dolly of kar op de pallet 1, kan de gebruiker de dolly of kar voortslepen, tot de wielen 5 9 in ten minste enkele van gaten 3 op de grond vallen over een diepte van de gaten 3 van enkele millimeters. De door de beugels 6, 7 gevormde ruggen vormen geleiders voor het voortbewegen van de karren of dolly's. Zo is met aanzienlijke zekerheid bewerkstelligd, dat de wielen 9 in 10 een gewenste, en in Fig. 3 weergegeven uitlijning in de gaten 3 vallen. Aanvullend zou tussen de beugels 6, 7 nog een rand kunnen zijn aangebracht als de randen 13, 14 aan de zijden van de plaat 2, zodat dit uitlijnen van de wielen 9 op de gaten 3 nog verder wordt versterkt. Zodra dit is 15 bewerkstelligd, kan de pallet worden opgetild, door in de doorgangen 10, 11 vorken 8 van een heftruck te steken en een hefmechanisme daarvan in werking te stellen. De wielen 9 zullen dan eerst op de grond blijven staan en relatief dus wegzakken in de gaten 3. Pas als de wielen tot een gewenste 20 diepte zijn weggezakt in de gaten 3 in de richting van pijlen A en A' in Fig. 2, neemt de pallet 1 de karren of dolly's ook mee omhoog. Bij het wegzetten van de karren of dolly's, bijvoorbeeld in een stelling, worden de pallets volgens de uitvinding omlaag gebracht, komen de wielen 9 het 25 eerst in aanraking met de ondergrond van de stelling (of de grond, als de karren of dolly's uit de stelling zijn gepakt), en zakt de pallet 1 met de gaten 3 om de wielen 9 verder af. In de stelling blijft de pallet 1 onder de karren of dolly's, zodat de dikte daarvan een afdoende belemmering 30 vormt om onbedoeld wegrijden en uit de stelling storten van de karren of dolly's te voorkomen.

De pallet 1 kan zijn vervaardigd uit een metaalplaat 2 van ca 3 mm dik met daarin een aantal geponste gaten 3. Ook 10 een uitvoeringsvorm van kunststof is voorzienbaar en valt binnen de definitie naar letter of geest van de onderhavige uitvinding volgens de bijgevoegde conclusies. Zo blijkt wel dat zich na kennisneming van de voorgaande beschrijving in 5 samenhang met de bijgevoegde tekening, ten opzichte daarvan aanvullende en alternatieve uitvoeringsvormen aan de vakman zullen opdringen, die echter alle zijn gelegen binnen de beschermingsomvang voor de onderhavige uitvinding zoals die is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies, in het 10 bijzonder de enkelvoudige onafhankelijke conclusie nr. 1, tenzij dergelijke hier niet expliciet geopenbaarde uitvoeringsvormen naar letter of intentie afwijken van deze definities van de beschermingsomvang voor de uitvinding.

Claims (11)

1. Een pallet, omvattende: - een in hoofdzaak vlakke plaat van een stijf materiaal, 5 zoals metaal of kunststof, met een in gebruik neerwaarts gerichte rug en een opwaarts gericht draagvlak voor het daarop in gebruik plaatsen van een last, zoals een dolly; - ten minste twee beugels aan het draagvlak voor opname van hefelementen, zoals de vorken van een heftruck; en 10. ten minste één gat in het draagvlak van de plaat voor opname daarin van een steunelement van een op de pallet te positioneren inrichting, zoals een wiel van een dolly.

2. De pallet volgens conclusie 1, waarbij de beugels elk in ten minste twee richtingen doorgangen omvatten voor 15 opnamen in ten minste een van de richtingen van hefelementen.

3. De pallet volgens conclusie 1 of 2, waarbij de beugels geleiders vormen voor het verplaatsen van de last over het draagvlak.

4. De pallet volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de beugels verstevigingsprofielen omvatten.

5. De pallet volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de plaat langs ten minste twee tegenover elkaar gelegen randen een zich vanaf het draagvlak 25 uitstrekkende rand omvat.

6. De pallet volgens conclusie 5, waarbij de randen doorgangen omvatten en beugels vormen.

7. De pallet volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, verder omvattende ten minste één aanvullend gat 30 voor het immobiliseren van ten minste één tweede last.

8. De pallet volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij het gat langgerekt is.

9. De pallet volgens conclusie 8, waarbij het gat in de lengterichting daarvan kleinere afmetingen heeft dan het steunelement.

10. De pallet volgens conclusie 8 of 9, waarbij het gat 5 in een richting dwars op de lengterichting daarvan grotere afmetingen heeft dan het steunelement.

11. De pallet volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de gaten zijn geponst in de plaat.