NL2006571C2 - Trapsteiger. - Google Patents

Trapsteiger. Download PDF

Info

Publication number
NL2006571C2
NL2006571C2 NL2006571A NL2006571A NL2006571C2 NL 2006571 C2 NL2006571 C2 NL 2006571C2 NL 2006571 A NL2006571 A NL 2006571A NL 2006571 A NL2006571 A NL 2006571A NL 2006571 C2 NL2006571 C2 NL 2006571C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hatch
stair
scaffolding
legs
handle
Prior art date
Application number
NL2006571A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2006571A (nl
Inventor
Cornelis Dirk Griffioen
Jaap Adriaan Mullie
Original Assignee
Vios Van Den Hondel Trappen B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Vios Van Den Hondel Trappen B V filed Critical Vios Van Den Hondel Trappen B V
Priority to NL2006571A priority Critical patent/NL2006571C2/nl
Publication of NL2006571A publication Critical patent/NL2006571A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2006571C2 publication Critical patent/NL2006571C2/nl

Links

Landscapes

  • Movable Scaffolding (AREA)

Description

Trapsteiger
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een steiger voor een trap, 5 hierna aangeduid als trapsteiger, die enerzijds bijvoorbeeld kan worden toegepast voor het beveiligen van een open trapgat tijdens de bouw en anderzijds voor het uitvoeren van werkzaamheden in een traphal boven het trapgat.
Om ter plaatse van de hogere muurgedeelten of het plafond in een traphal werkzaamheden te kunnen uitvoeren, zoals bijvoorbeeld schilderwerk, is men genood-10 zaakt een speciale constructie op te bouwen, waarmee of van waaraf men de werkzaamheden kan uitvoeren.
Er zijn verschillende trappen en trapgaten in woonhuizen en bedrijfspanden bekend. De belangrijkste hoofdvormen van trapgaten zijn rechthoekige trapgaten, onder andere voor rechte trappen, en L-vormige of anti-L-vormige trapgaten, waarin veelal 15 gedraaide trappen, zoals "steek-en-een-kwart" trappen, zijn geplaatst.
Een bekende trapsteiger volgens de stand der techniek bestaat in hoofdzaak uit een vast rechthoekig platform, waarvan één kant gewoonlijk op een hoger gelegen trede van een trap wordt aangebracht en de andere tegenover liggende kant van het platform op één of meer in hoogte verstelbare draagsteunen rust, die op één of meer 20 lager gelegen treden zijn aangebracht en op een zodanige hoogte zijn gebracht, dat het platform in wezen horizontaal ligt. Op het aldus aangebrachte platform kan een ladder worden geplaatst om de benodigde werkzaamheden in het trapgat uit te voeren. Een trapsteiger van dit type is bijvoorbeeld beschreven in WO 96/18010 en in BE 1017686.
Een probleem met een dergelijke trapsteiger is, dat niet alle trappen gelijke 25 treden hebben, zodat de steiger aan de betreffende trap moet worden aangepast. Bovendien is het platform van een dergelijke steiger doorgaans relatief klein en daardoor onveilig om er een ladder op te plaatsen. Verder is deze trapsteiger onhandig en in wezen onbruikbaar tijdens de bouw, omdat er na de montage van de steiger geen gebruik meer kan worden gemaakt van de trap.
30 De uitvinding heeft tot doel een oplossing te bieden aan deze en andere problemen, en voorziet daartoe in een volledig vrijstaande trapsteiger met een daarop scharnierbaar aangebracht luik, die op alle traptypes kan worden toegepast.
Volgens de uitvinding wordt een trapsteiger verschaft, omvattende een vrijstaande draagconstructie en een daarop scharnierbaar aangebracht in wezen recht-35 hoekig luik, waarbij de draagconstructie een meervoudig aantal in wezen verticaal opgestelde poten omvat, die zich aan het onderuiteinde uitstrekken tot de bodem of de 2 trap, waarop de trapsteiger is aangebracht, en die aan of in de nabijheid van het bovenuiteinde telkens zijn voorzien van een balkdrager, waarin één of meer draagbalken zijn aangebracht, op zodanige wijze dat het luik enerzijds scharnierbaar op een draagbalk wordt bevestigd en anderzijds in gesloten toestand in wezen horizontaal op de 5 draagbalken rust en verder een vrije doorloop onder de draagbalken wordt bereikt.
Volgens een voorkeursuitvoering zijn er middelen voorzien om het luik in geopende toestand vast te zetten.
Bij voorkeur is het luik aan de onderzijde voorzien van een hendel, die draaibaar aan het luik is bevestigd, om het luik te openen en te sluiten. Met meer 10 voorkeur is de hendel door middel van een scharnier draaibaar aan het luik bevestigd en bevat de hendel verder een “knik”, zodanig dat met de hendel een hefboombeweging op het luik in gesloten toestand kan worden uitgeoefend, waardoor het luik wordt geopend. De hendel is bij voorkeur aan de kant die niet draaibaar aan het luik is bevestigd, in passieve toestand losmaakbaar aan het luik bevestigd 15 Volgens een andere voorkeursuitvoering zijn de poten van de trapsteiger volgens de uitvinding telkens paarsgewijs met elkaar verbonden om de constructie de nodige stevigheid te geven. Dit kan enerzijds worden bereikt door de poten losmaakbaar met elkaar te verbinden door middel van één of meer een koppel- of verbindingsstukken en anderzijds door telkens twee balkdragers toe te passen, die onderling onwrikbaar zijn 20 verbonden zijn door middel van een dwarsprofiel.
Volgens weer een andere voorkeursuitvoering worden telkens twee in hoogte verstelbare poten aan het onderuiteinde op een verbindingsbalk bevestigd en vormt dit profiel samen een vloerjuk. Een dergelijk vloerjuk wordt als onderdeel van de trapsteiger volgens de uitvinding bij voorkeur toegepast op een traptrede van de trap, waar overheen 25 de trapsteiger wordt gebouwd.
Bij voorkeur zijn de poten van de trapsteiger aan het onderuiteinde voorzien van een voetplaat, waarop aan de bovenzijde een tapeind is gelast. De voetplaat kan door middel van schroeven op de ondergrond worden vastgezet, waarna de poot die in deze voorkeursuitvoering aan het onderuiteinde van inwendig schroefdraad is voorzien, 30 op het tapeind van de voetplaat wordt geschroefd. Op deze wijze kan ook de hoogte van de poot nauwkeurig worden ingesteld. De poten van de trapsteiger zijn bij voorkeur vervaardigd van VA’ gegalvaniseerde gaspijp.
Bij voorkeur wordt het luik vervaardigd van hout, met meer voorkeur van 18 mm multiplex. Het luik heeft bij voorkeur de maten 100x70 of 150x70 cm, hetgeen 3 overeenkomt met de gangbare maten voor trapgaten in de Nederlandse bouw. De houten balken in de constructie van de trapsteiger hebben bij voorkeur een breedte in het traject van 12-17 cm en een dikte in het traject van 2,5-4,5 cm. In het bijzonder wordt een breedte x dikte van 15,6 x 3,9 cm toegepast.
5 De trapsteiger volgens de uitvinding is een unieke vrijstaande, stevige en veilige constructie zonder barrières, waardoor een vrije doorloop onder de trapsteiger mogelijk is. Gewoonlijk bevindt het luik en het eventuele aangrenzende vaste plateau zich minimaal 50 cm boven de naastgelegen vloer rond het trapgat. Het luik en het aangrenzende vaste plateau kunnen in hoogte verstelbaar worden aangebracht, zodat 10 geen verdere ladder voor de werkzaamheden in het trappenhuis behoeft te worden gebruikt. Omdat de trapsteiger vrij staat en het luik aan de steiger zelf is gemonteerd, veroorzaakt deze geen beschadigingen aan de directe omgeving. Het luik van de trapsteiger staat in de ruststand gewoonlijk open, zodat er normaal gebruik kan worden gemaakt van de trap, indien geen werkzaamheden in het trappenhuis boven de trap 15 behoeven te worden verricht.
De uitvinding wordt nu verder geïllustreerd aan de hand van de volgende tekeningen, waarin:
Figuur 1A een perspectivische tekening is van een trapsteiger volgens de uitvinding in een eerste uitvoeringsvorm; 20 Figuur 1B een perspectivische tekening is van een trapsteiger volgens de uit vinding in een tweede uitvoeringsvorm;
Figuur 2 een deelvergroting is van het scharnierbare luik van de trapsteiger van Figuur 1; de Figuren 3A en 3B resp. een schematisch onderaanzicht en een schema-25 tisch zijaanzicht in dwarsdoorsnede zijn van een scharnierbaar luik, dat deel uitmaakt van een trapsteiger volgens de uitvinding; de Figuren 4A en 4B resp. een schematisch vooraanzicht en een schematisch bovenaanzicht van een profiel van twee balkdragers zijn, die door middel van een koppelstuk met elkaar zijn verbonden; 30 Figuur 4C een deelvergroting van een balkdrager volgens Figuur 4A en 4B is;
Figuur 4D een schematische lengtedoorsnede van een poot voor de balkdrager volgens Figuur 4A en 4B is;
Figuur 5 een perspectivisch deelaanzicht van het profiel van een balkdrager volgens Figuur 4A en 4B is; 4
Figuur 6 een perspectivisch aanzicht van een vloerjuk is, dat deel uitmaakt van een uitvoeringsvorm van de trapsteiger volgens de uitvinding; en
Figuur 7 een koppelstuk is voor de verbinding van twee poten volgens Figuur 4D.
5 Opgemerkt wordt, dat in de verschillende figuren voor dezelfde of soortgelijke onderdelen steeds dezelfde verwijzingscijfers zijn gebruikt.
Met verwijzing naar de Figuren 1A en 1B wordt twee uitvoeringsvormen van een trapsteiger (1) volgens de uitvinding getoond voor een gedraaide trap (ook wel steek-en-een-kwart trap) genoemd, met een draagconstructie die meerdere, in wezen verticaal 10 opgestelde poten (2) omvat, alsmede een op één van de (niet-getekende) traptreden opgesteld vloerjuk (5, 5a, 5b). De poten (2, 5a, 5b) zijn in hoogte verstelbaar. Op of in de nabijheid van de bovenkant van de poten (2, 5a, 5b) zijn balkdragers gemonteerd, waarin de draagbalken (7, 8, 10) zijn aangebracht. Deze draagbalken zijn gewoonlijk van hout, hoewel zij ook van metaal, bijvoorbeeld gegalvaniseerd staal of aluminium kunnen zijn. 15 De poten (2) zijn bij voorkeur paarsgewijs opgesteld. Zij zijn bij voorkeur met elkaar verbonden door middel van enerzijds een metalen dwarsprofiel (3), waarbij aan ieder uiteinde een balkdrager (17) is gemonteerd en anderzijds desgewenst door een stabiliteitssteun (4). Het zal voor een deskundige duidelijk zijn, dat de stevigheid van de constructie door deze dwarsverbindingen aanzienlijk wordt vergroot. Op deze 20 draagconstructie en meer in het bijzonder aan de hoofdbalk (7) (Figuur 1A) of aan de draagbalk (8) (Figuur 1B) wordt een in wezen rechthoekig luik (6) door middel van de scharnieren (9) scharnierbaar aangebracht. De balken (10), waarop het luik in gesloten toestand rust, strekken zich vanaf het vloerjuk (10) uit tot in uitsparingen in de hoofdbalk (7), De hoogte van de balken (10) en ook van de balken (7, 8) wordt door middel van de 25 in hoogte verstelbare poten (2, 5a, 5b) zodanig ingesteld, dat de balken in wezen horizontaal zijn gepositioneerd, zodat ook het rechthoekige luik (6) in gesloten toestand in wezen horizontaal is gepositioneerd. De poten (2) zijn bij voorkeur ieder voorzien van een voetplaat, zoals hierna in meer detail zal worden uitgelegd. Verder is op de balken (7,8) in hoofdzaak aansluitend op het luik een vast platform (20) aangebracht, dat gewoonlijk 30 eveneens in wezen rechthoekig is en dat bestemd is voor het afdekken van het niet door het luik (in gesloten toestand) bestreken gedeelte van het trapgat.
Figuur 2 wordt de constructie van het rechthoekige luik (6) volgens Figuur 1B nader geïllustreerd. Op de hoofdbalk (7) is behalve de scharnieren van het luik (6) ook een opstaande steun (12) te zien, die aan de onderzijde op de hoofdbalk (12) is 5 bevestigd en die in de nabijheid van de bovenzijde in de richting van het rechthoekige luik (6) een uitstekend element (11) omvat, dat in wezen loodrecht op de lengterichting van de hoofdbalk (7) is gepositioneerd, waarbij het uitstekende element (11) door een aangebrachte gleuf (15) van het rechthoekige luik (6) steekt, wanneer het luik in geheel of 5 nagenoeg geheel geopende toestand wordt gebracht. In het uitstekende element (11) is nabij het vrije uiteinde een opening aangebracht, waardoorheen een grendel kan worden geschoven, die bij voorkeur aan de onderkant van het rechthoekige luik (6) schuifbaar is gemonteerd (niet getekend). Met behulp van deze grendel kan het rechthoekige luik (6) in geopende toestand losmaakbaar aan de opstaande steun (12) worden vergrendeld. 10 Verder is aan de onderkant van het luik (6) door middel van een scharnierverbinding (14) een hendel (13) gemonteerd, waarmee het luik (6) van de trapzijde, dus aan de onderkant van het luik, omhoog kan worden gedrukt naar de geopende toestand of omlaag kan worden getrokken naar de gesloten toestand. Bij voorkeur is de hendel (13) op een afstand van ongeveer 5-10 cm in een “knik” gebogen, d.w.z. in een hoek, die in 15 het algemeen tussen 90° en 135° ligt, waarmee men met de hendel een hefboomwerking op het luik kan uitoefenen om het omhoog duwen van het luik te vergemakkelijken. Bij voorkeur is het luik (6) verder uitgerust met een klem of ander vasthoudmiddel om het uiteinde van de hendel (13), dat van het scharnierpunt (14) afligt, in de rusttoestand vast te zetten.
20 In Figuur 3A en 3B worden de in de Figuren 1A, 1B en 2 beschreven elementen met betrekking tot de montage van het rechthoekige luik (6) vanuit twee andere perspectieven getoond, die hier niet nader behoeven te worden beschreven.
In Figuur 4A en 4B wordt de constructie van een draagprofiel getoond met twee balkdragers (17), die door middel van een dwarsbalk (3) onwrikbaar met elkaar zijn 25 verbonden. Dit draagprofiel omvat aan de beide uiteinden in een richting loodrecht op de richting van de in de balkdragers te monteren balken een huls (21) met een iets grotere dwarsdoorsnede dan de dwarsdoorsnede van de poten (2), waardoor deze hulzen (21) over de poten (2) kunnen worden geschoven en vervolgens op de gewenste hoogte kunnen worden vastgezet door middel van bouten, die door de aangebrachte gaten van 30 de palen (2) en de hulzen (21) worden gestoken, en corresponderende moeren.
Zoals in Figuur 4D wordt getoond, zijn de palen (2) in deze uitvoeringsvorm gemonteerd op een voetplaat (19), waarop aan de bovenzijde een tapeinde (18) is aangebracht. De voetplaat (19) kan door middel van bouten op de ondergrond worden vastgezet, waarna de poot (2) die in deze uitvoering aan het onderste uiteinde van 6 inwendig schroefdraad is voorzien, op het tapeinde (18) van de voetplaat wordt geschroefd. Op deze wijze kan ook de hoogte van de poot (2) nauwkeurig worden ingesteld.
Figuur 4C en Figuur 5 tonen deelvergrotingen van een draagprofiel en een 5 balkdrager (17) vanuit een ander perspectief, die hier niet nader behoeven te worden beschreven.
Figuur 6 toont een vergroting van een vloerjuk, dat reeds in Figuur 1A en 1B is beschreven en dat ook in Figuur 3B vanuit een ander perspectief is getoond.
Figuur 7 toont een vergroting van een stabiliteitssteun, dat eveneens reeds in 10 Figuur 1A en 1B is beschreven.
Het zal voor een deskundige duidelijk zijn, dat de huidige uitvinding niet is beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen. Een dergelijke trapsteiger kan in verschillende vormen en afmetingen, en met verschillende modificaties worden uitgevoerd, zonder dat wordt afgeweken van de 15 essentie van de uitvinding. Zo zal een trapsteiger voor een rechte trap in een rechthoekig trapgat doorgaans worden uitgevoerd met uitsluitend een scharnierend luik, dus zonder een additioneel vast platform. Verder kan het luik niet alleen in de lengterichting van de trap scharnieren, maar desgewenst ook in de dwarsrichting Dergelijke modificaties en aanpassingen zijn mede in deze uitvinding begrepen.
20

Claims (12)

1. Trapsteiger (1), omvattende een draagconstructie en een daarop scharnier-baar aangebracht in wezen rechthoekig luik (6), met het kenmerk, dat de draag- 5 constructie vrijstaand is en een meervoudig aantal in wezen verticaal opgestelde poten omvat, die zich aan het onderuiteinde uitstrekken tot de bodem of de trap, waarop de trapsteiger is aangebracht, en die aan of in de nabijheid van het bovenuiteinde telkens zijn voorzien van een balkdrager (17), waarin één of meer draagbalken (7, 8, 10) zijn aangebracht, op zodanige wijze dat het luik (6) enerzijds scharnierbaar op een draagbalk 10 (7) wordt bevestigd en anderzijds in gesloten toestand in wezen horizontaal op de draagbalken (10) rust en dat verder een vrije doorloop onder de draagbalken (7, 8) wordt bereikt.
2. Trapsteiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat middelen (11, 12, 15 15) zijn voorzien om het luik (6) in geopende toestand vast te zetten.
3. Trapsteiger volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het luik (6) aan de onderzijde is voorzien van een hendel (13), die draaibaar aan het luik is bevestigd, om het luik te openen en te sluiten. 20
4. Trapsteiger volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de hendel (13) door middel van een scharnier (14) draaibaar aan het luik (6) is bevestigd en de hendel een “knik” bevat, zodanig dat met de hendel een hefboombeweging op het luik in gesloten toestand kan worden uitgeoefend, waardoor het luik wordt geopend. 25
5. Trapsteiger volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat het uiteinde van de hendel (13), dat niet draaibaar aan het luik (6) is bevestigd, in passieve toestand losmaakbaar aan het luik kan worden bevestigd
6. Trapsteiger volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze in het vlak van het luik in gesloten toestand tevens een in wezen rechthoekig vast platform (20) omvat voor het afdekken van het niet door het scharnierbare luik betreken deel van een trapgat.
7. Trapsteiger volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de poten (2, 5a, 5b) telkens paarsgewijs met elkaar zijn verbonden.
8. Trapsteiger volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de poten (2) 5 losmaakbaar met elkaar zijn verbonden door middel van een koppelstuk (4)
9. Trapsteiger volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de poten (5a, 5b) samen met de verbindingsbalk (5) een vloerjuk vormen.
10. Trapsteiger volgens één van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat twee balkdragers (17) onderling onwrikbaar verbonden zijn door middel van een dwarsprofiel (3).
11. Trapsteiger volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, 15 dat de poten (2) aan het onderuiteinde zijn voorzien van een voetplaat (19), waarop aan de bovenzijde een tapeind (18) is aangebracht.
12. Trapsteiger volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het luik van hout is, bij voorkeur 18 mm multiplex, en een oppervlakte heeft van 20 100x70 of 150x70 cm.
NL2006571A 2010-04-07 2011-04-07 Trapsteiger. NL2006571C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006571A NL2006571C2 (nl) 2010-04-07 2011-04-07 Trapsteiger.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2004518 2010-04-07
NL2004518 2010-04-07
NL2006571 2011-04-07
NL2006571A NL2006571C2 (nl) 2010-04-07 2011-04-07 Trapsteiger.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2006571A NL2006571A (nl) 2011-10-04
NL2006571C2 true NL2006571C2 (nl) 2011-12-01

Family

ID=45327326

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2006571A NL2006571C2 (nl) 2010-04-07 2011-04-07 Trapsteiger.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2006571C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR3040408A1 (fr) * 2015-09-01 2017-03-03 Sateco Sa Structure modulaire de travail pour cage d'escalier

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR3040408A1 (fr) * 2015-09-01 2017-03-03 Sateco Sa Structure modulaire de travail pour cage d'escalier

Also Published As

Publication number Publication date
NL2006571A (nl) 2011-10-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5813663A (en) Railing system for telescopic seating
US6666298B2 (en) Hanging scaffold support
US8215452B2 (en) Extendable ladder for trailer, motor home, or other vehicle
US10435895B2 (en) Adjustable platform extension bracket for work platform systems and related methods
US11753829B2 (en) Telescopic staircase system and uses thereof
KR20090028716A (ko) 건축 현장에 사용하기 위한 계단
US20060201747A1 (en) Ladder for working concrete
US20210108426A1 (en) Void Platforms
US20020084141A1 (en) Scaffolding units and platforms for use with scaffolding units
US20140026486A1 (en) Adjustable safety barrier system
US11761217B2 (en) Scaffold gate toeboard assembly for use on a scaffold gate
KR101101231B1 (ko) 공동주택용 틸팅계단 구조
NL2006571C2 (nl) Trapsteiger.
US8371077B2 (en) Roll-away staircase
KR20200116716A (ko) 높이 조절이 가능한 경사 발판 조립체
US6543579B2 (en) Ladder with a floor board
NL8601366A (nl) Draagconstructie voor tribunes.
US10900236B2 (en) Handrail adjustability bracket
AU2021215192B2 (en) Temporary Stairway with Void Cover
KR20100055605A (ko) 개량형 조립식 계단
KR20120109170A (ko) 우마형 사다리
EP1079062A2 (en) Step Ladder
BE1023924B1 (nl) Systeem van elementen voor het samenstellen van een trap en een trap samengesteld met elementen van zulk systeem
EP3647511A1 (en) A modular ramp
GB2432623A (en) A scaffold stair unit which uses scaffolding tubes as stringers

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150501