NL2006405C2 - OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING. - Google Patents

OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING. Download PDF

Info

Publication number
NL2006405C2
NL2006405C2 NL2006405A NL2006405A NL2006405C2 NL 2006405 C2 NL2006405 C2 NL 2006405C2 NL 2006405 A NL2006405 A NL 2006405A NL 2006405 A NL2006405 A NL 2006405A NL 2006405 C2 NL2006405 C2 NL 2006405C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
space
oxygen
control
building
pump
Prior art date
Application number
NL2006405A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Peter Anthon Cornelis Kooijman
Lieuwe Bakker
Original Assignee
Storex B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Storex B V filed Critical Storex B V
Priority to NL2006405A priority Critical patent/NL2006405C2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2006405C2 publication Critical patent/NL2006405C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62CFIRE-FIGHTING
    • A62C99/00Subject matter not provided for in other groups of this subclass
    • A62C99/0009Methods of extinguishing or preventing the spread of fire by cooling down or suffocating the flames
    • A62C99/0018Methods of extinguishing or preventing the spread of fire by cooling down or suffocating the flames using gases or vapours that do not support combustion, e.g. steam, carbon dioxide

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Separation Of Gases By Adsorption (AREA)

Description

SYSTEEM VOOR ZUURSTOFREDUCTIE IN EEN RUIMTE IN EEN GEBOUWOXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING

De onderhavige uitvinding betreft een systeem voor zuurstofreductie in een ruimte van een gebouw, bijvoorbeeld 5 voor brandpreventie of brandbestrijding, of voor het bevorderen van houdbaarheid van producten die in de ruimte worden opgeslagen, of voor hoogtetraining of andere sporttoepassingen. Algemeen bekende systemen van dit soort omvatten een invoer voor omgevingslucht; een inrichting voor 10 zuurstofreductie; en een uitvoer naar de ruimte.The present invention relates to a system for oxygen reduction in a room of a building, for example for fire prevention or fire fighting, or for promoting the shelf life of products stored in the room, or for altitude training or other sports applications. Well-known systems of this kind include an inlet for ambient air; an oxygen reduction device; and an output to the space.

Zuurstofreductie in één of meer dan één ruimte van een gebouw, bij voorbeeld voor brandpreventie, bevorderen van houdbaarheid en/of sporttoepassingen (bij voorbeeld hoogtetraining), is algemeen bekend. Het principe berust er 15 op, dat brandbare goederen worden opgeslagen in een althans bij benadering gasdicht afgesloten ruimte en worden bewaard bij een verlaagd zuurstof gehalte (ten opzichte van omgevingslucht) van bijvoorbeeld 17% 02. Onder deze grens kan vuur niet ontstaan en/of breidt ontstaan vuur zich niet uit. 20 Veel voorkomende inrichtingen voor zuurstofreductie zijn N2-generatoren, welke in diverse typen beschikbaar zijn, zoals PSA ("pressure swing adsorption"), VPSA (=VSA), membraan N2_ generatoren, NH3 krakers, gasverbranders, et cetera. Het resulterende gas wordt in de bekende systemen rechtstreeks 25 via directe injectie of middels recirculatie in de gasdichte ruimte geleidt om het zuurstofgehalte in de ruimte te verlagen. Naar behoefte wordt een dergelijk systeem in werking gesteld of gehouden om een stroom gas met een aanzienlijk na bewerking door de inrichting voor 30 zuurstofreductie verlaagd gehalte aan zuurstof te genereren uit omgevingslucht. Veelal worden hiervoor N2-generatoren als inrichtingen voor zuurstofreductie ingezet. Met dergelijke N2-generatoren wordt het gehalte aan zuurstof in een stroom 2 gas teruggebracht tot enkele procenten, bijvoorbeeld 1 - 5%, en met circa 95% - 99% aan N2 om die stroom in de ruimte te brengen en dan het gehalte aan zuurstof in de ruimte te regelen op bij voorbeeld 16,5%. Verder kunnen meetmiddelen 5 of sensoren zijn verschaft om het zuurstofgehalte in de ruimte te meten en te regelen met het op de N2-generator gebaseerde systeem. Voor het instellen van bij voorbeeld een gehalte van 17% aan zuurstof in dergelijke ruimte dient er een zogenaamde pull down bewerkstelligt te worden van 21% 10 zuurstof (gelijk aan omgevings- of buitenlucht) naar bij voorbeeld 16,5% aan zuurstof. Als dit nivo is bereikt dan dient het systeem het zuurstofgehalte continue te handhaven op dit niveau, bijvoorbeeld door de inrichting voor zuurstofreductie - een N2-generator - intermitterend in 15 werking te stellen, aangezien dit voor de beoogde en andere doelen, zoals brandpreventie of bestrijding en sporttoepassingen en bevorderen van houdbaarheid in de meeste gevallen volstaat. Er kan ook op een andere waarde worden geregeld, indien een beoogde toepassing dat 20 voorschrijft.Oxygen reduction in one or more spaces of a building, for example for fire prevention, promotion of shelf life and / or sports applications (for example height training), is generally known. The principle is based on the fact that flammable goods are stored in a room that is at least approximately gas-tight and are stored at a reduced oxygen content (relative to ambient air) of, for example, 17% O2. Below this limit, fire cannot occur and / or fire does not spread. Common devices for oxygen reduction are N2 generators, which are available in various types, such as PSA (pressure swing adsorption), VPSA (= VSA), membrane N2 generators, NH3 crackers, gas burners, et cetera. In the known systems, the resulting gas is led directly via direct injection or by recirculation into the gas-tight space in order to reduce the oxygen content in the space. As required, such a system is operated or maintained to generate a stream of gas with a substantially reduced oxygen content from ambient air after processing by the oxygen reduction device. N2 generators are often used for this purpose as devices for oxygen reduction. With such N2 generators, the oxygen content in a stream of 2 gas is reduced to a few percent, for example 1 - 5%, and with approximately 95% - 99% of N2 to bring that stream into space and then the oxygen content in the room to be regulated at, for example, 16.5%. Furthermore, measuring means 5 or sensors may be provided for measuring and controlling the oxygen content in the space with the system based on the N2 generator. For setting, for example, a content of 17% oxygen in such a space, a so-called pull down must be effected from 21% oxygen (equal to ambient or outside air) to, for example, 16.5% oxygen. When this level is reached, the system must continuously maintain the oxygen content at this level, for example by intermittently operating the oxygen reduction device - an N2 generator - since this is for the intended and other purposes, such as fire prevention or control. and sports applications and promoting sustainability is sufficient in most cases. It is also possible to regulate to a different value if required by an intended application.

Bij het handhaven van een gewenst zuurstofgehalte in de ruimte treden vele problemen op. Bij wijze van voorbeeld wordt in dit kader gerefereerd aan het binnendringen in de ruimte van het gebouw van lucht via lekopeningen in het 25 gebouw. Hierdoor neemt het gehalte aan zuurstof in de ruimte in hoog tempo toe. Verder dringt buitenlucht binnen in de ruimte wanneer toegangen, zoals deuren, worden geopend. Dit gebeurt geregeld, doch wellicht niet regelmatig, wanneer producten voor of na opslag en dergelijke binnen en/of 30 buiten de ruimte worden gebracht, of wanneer technische middelen binnen of buiten worden gebracht, of wanneer in het algemeen toegang door personen wordt verkregen tot de ruimte 3 in het gebouw. Luchtintreding via lekopeningen worden verergerd als gevolg van atmosferische drukschommelingen.Many problems arise in maintaining a desired oxygen content in the space. By way of example, reference is made in this context to the intrusion into the space of the building of air through leakage openings in the building. As a result, the oxygen content in the room is increasing rapidly. In addition, outside air enters the room when entrances, such as doors, are opened. This happens regularly, but perhaps not regularly, when products are brought in and / or out of space before or after storage and the like, or when technical means are brought in or out, or when people are generally given access to the room 3 in the building. Air entry through leak openings is exacerbated due to atmospheric pressure fluctuations.

Met de onderhavige uitvinding is beoogd de voornoemde problemen te verhelpen of althans the verminderen, waartoe 5 een systeem volgens de uitvinding aanvullend de eigenschap of maatregel omvat van een op de ruimte aangesloten doorvoer voor het aan de ruimte aanleveren van een aanvullende stroom omgevingslucht en het althans bij benadering continu in bedrijf stellen van de inrichting en de doorvoer. Dit druist 10 geheel en al - en op inventieve wijze - in tegen de perceptie volgens bekende technieken van hetgeen benodigd is om het beoogde doel van verlaging van het zuurstofgehalte in de ruimte van het gebouw te bereiken. Bovendien is het hiermee mogelijk gemaakt, dat het energieverbruik van een 15 systeem volgens de uitvinding kan worden verlaagd, ten opzichte van de voorheen bekende systemen, ondanks het continue bedrijf van een systeem volgens de uitvinding, hetgeen de vakman zou doen vermoeden dat volgens de uitvinding sprake zou moeten zijn van een hoger 20 energieverbruik. Dit zal hieronder nader worden toegelicht aan het begin van de gedetailleerde figuurbeschrijving.The present invention has for its object to remedy or at least reduce the aforementioned problems, to which end a system according to the invention additionally comprises the feature or measure of a passage connected to the room for supplying an additional flow of ambient air to the room and at least approximately continuous commissioning of the device and transit. This completely contradicts - and in an inventive manner - the perception according to known techniques of what is needed to achieve the intended purpose of reducing the oxygen content in the space of the building. Moreover, it is hereby made possible that the energy consumption of a system according to the invention can be reduced, compared to the previously known systems, despite the continuous operation of a system according to the invention, which would make the person skilled in the art suspect that according to the invention there should be a higher energy consumption. This will be further explained below at the start of the detailed figure description.

Opgemerkt wordt, dat in het kader van de onderhavige uitvinding als N2-generator verder kan worden aangemerkt: een opslag voor gas met een verlaagd zuurstofgehalte; een opslag 25 voor in hoofdzaak stikstof bevattend gas; of enig ander soort opslag, die met gas kan worden gevuld via de invoer daarvan en dat gas met een laag gehalte aan zuurstof via de uitvoer kan verschaffen voor nuttig gebruik in de ruimte. De invoer en de uitvoer kunnen dan één en dezelfde aansluiting 30 zijn.It is to be noted that in the context of the present invention the following can be considered as an N2 generator: a gas storage with a reduced oxygen content; a storage for substantially nitrogen-containing gas; or any other kind of storage that can be filled with gas via its inlet and which can provide gas with a low oxygen content via the outlet for useful use in space. The input and the output can then be one and the same connection.

Verder geldt dat, doordat de inrichting en de doorvoer althans bij benadering continu in bedrijf worden gesteld, in de ruimte een continue overdruk ten opzichte van de omgeving 4 van het gebouw wordt gegenereerd. Dat heeft een aanvullend voordeel. Sommige goederen in opslag in de ruimte van het gebouw kunnen gassen, zoals CO-gas of C02-gas, vrijgeven of zelfs produceren. Een te hoog CO of CO2 gehalte, bij 5 voorbeeld meer dan 100 ppm, is evident ongewenst, zo niet schadelijk, en dient daarom uit de ruimte te worden verwijderd. Als gevolg van de althans bij benadering continue overdruk in de ruimte worden dergelijke ongewenste gassen volgens de onderhavige uitvinding uit de ruimte 10 gedreven, bij voorbeeld via lekopeningen of bijvoorbeeld een of meer dan een over- / onderdrukklep. Bij voorgaande systemen moesten lekopeningen daarentegen zoveel mogelijk worden afgesloten om zo weinig mogelijk binnendringing van zuurstof toe te laten, laat staan dat daarbij zelfs 15 doelbewust ventileren tot de mogelijkheden behoorde. Het luchtdicht sluiten van een gebouw stuit op hoge kosten en inspanningen en zal nagenoeg nooit tot een luchtdicht afgezonderde ruimte leiden. Daarentegen vervullen de lekopeningen in de context van de onderhavige uitvinding 20 juist een nuttige rol, van het (mede) daarlangs kunnen uitdrijven van ongewenste gassen. Zou de ruimte bij een bekend systeem langere tijd niet worden betreden, en men er in zijn geslaagd de ruimte gasdicht af te sluiten, dan kunnen de van de opgeslagen producten vrijgekomen ongewenste 25 gassen ernstige schade veroorzaken, hetgeen met de onderhavige uitvinding effectief is tegen te gaan, juist niet door de gadichtheid van de ruimte te bevorderen, maar door een overdruk te genereren, waarmee een doorspoeling is bewerkstelligd om ongewenste gassen uit te drijven. Het is 30 binnen het kader van de onderhavige uitvinding tevens mogelijk om een gehalte aan ongewenste gassen in de ruimte te bepalen om op basis daarvan over te gaan tot - indien gewenst of nodig - ventilatie van de ruimte, bijvoorbeeld 5 middels een over- / onderdrukklep, die bijvoorbeeld kan zijn ingesteld op 100 Pascal. Daarbij kan de inrichting voor zuurstofreductie - indien nodig of gewenst - worden opgevoerd alsmede de doorvoer, om de overdruk in de ruimte 5 ten opzichte van de omgeving in stand te houden.Furthermore, because the device and the bushing are put into operation at least approximately continuously, a continuous excess pressure is generated in the space relative to the environment 4 of the building. This has an additional advantage. Some goods stored in the building's space can release or even produce gases such as CO gas or CO2 gas. Too high a CO or CO2 content, for example more than 100 ppm, is obviously undesirable, if not harmful, and must therefore be removed from the space. As a result of the at least approximately continuous overpressure in the space, such undesired gases according to the present invention are driven out of the space 10, for example via leakage openings or, for example, one or more than an overpressure / underpressure valve. In previous systems, on the other hand, leakage openings had to be closed as much as possible in order to allow as little oxygen as possible to penetrate, let alone that even deliberate ventilation was possible. The airtight closing of a building encounters high costs and efforts and will almost never lead to an airtight isolated space. In the context of the present invention, on the other hand, the leakage openings play a useful role in being able to (also) drive out unwanted gases. If in a known system the space is not entered for a longer period of time, and if it has been possible to seal the space in a gas-tight manner, then the undesired gases released from the stored products can cause serious damage, which is effective against the present invention. precisely by promoting the suitability of the room, but by generating an overpressure, through which a flushing is effected to expel unwanted gases. Within the scope of the present invention, it is also possible to determine a content of undesired gases in the space in order to proceed to - if desired or necessary - ventilation of the space, for example by means of an overpressure / underpressure valve , which can be set to 100 Pascal, for example. In this case, the oxygen reduction device - if necessary or desired - can be increased as well as the feed-through, in order to maintain the overpressure in the space 5 relative to the environment.

De afhankelijke conclusies betreffen geprefereerde uitvoeringsvormen, waartoe de onderhavige uitvinding geenszins is beperkt, aangezien slechts onafhankelijke conclusies de ruimste beschermingsomvang definiëren.The dependent claims relate to preferred embodiments, to which the present invention is by no means limited, since only independent claims define the broadest scope of protection.

10 Zo kan de doorvoer een regelbare doorvoer zijn. Een resulterend zuurstofgehalte is dan beter te regelen. De doorvoer kan een pomp omvatten. In het bijzonder als die pomp een regelbare of bestuurbare pomp is, zal het debiet van de resulterende stroom voor het instellen van overdruk 15 in de ruimte en daarbij gelijktijdig een beoogd of gewenst gehalte aan zuurstof te realiseren zijn, hoewel daartoe ook andere middelen kunnen worden ingezet dan de bestuurbare pomp. In de ruimte kan een zuurstofdetector zijn aangebracht. Hiermee zijn regelmogelijkheden te verfijnen.The throughput can thus be an adjustable throughput. A resulting oxygen content can then be controlled better. The feed-through may comprise a pump. In particular if that pump is a controllable or controllable pump, the flow rate of the resulting flow for setting overpressure in the space and at the same time an intended or desired oxygen content can be realized, although other means can be used for this purpose used than the controllable pump. An oxygen detector may be provided in the space. This makes it possible to refine control options.

20 Het systeem kan een besturing omvatten, bij voorkeur een regelbare of zelfs programmeerbare besturing. De besturing is bij voorkeur ingericht om de regelbare doorvoer te besturen in afhankelijkheid van met de zuurstofdetector bepaalde zuurstofniveaus in de ruimte. Als in de ruimte een 25 op de besturing aangesloten druksensor is aangebracht, zal bij voorkeur de besturing zijn ingericht om de doorvoer te besturen in afhankelijkheid van in de ruimte heersende druk. Het heeft daarbij de voorkeur dat de besturing is ingericht om een overdruk in de ruimte in stand te houden ten opzichte 30 van luchtdruk in de omgeving van het gebouw buiten de ruimte. Tevens kan buiten de ruimte een op de besturing aangesloten druksensor zijn aangebracht. Aldus is met de heersende druk buiten de ruimte rekening te houden, zodat 6 met meer zekerheid de overdruk in de ruimte kan worden gewaarborgd.The system may comprise a control, preferably an adjustable or even programmable control. The control is preferably adapted to control the adjustable feed-through in dependence on oxygen levels in the room determined with the oxygen detector. If a pressure sensor connected to the control is arranged in the space, the control will preferably be arranged to control the feed-in depending on the pressure prevailing in the space. It is thereby preferred that the control is arranged to maintain an overpressure in the space relative to air pressure in the environment of the building outside the space. A pressure sensor connected to the control can also be provided outside the room. The prevailing pressure outside the space can thus be taken into account, so that the overpressure in the space can be guaranteed with more certainty.

Bij voorkeur gaat via de uitvoer een stroom gas naar de ruimte, met een gehalte aan zuurstof van ten hoogste 20%, 5 bij voorkeur minder dan 17,5% en met meer voorkeur minder dan 16,5%. Dit is voor brandpreventie of bestrijding een gangbare waarde, edoch; voor andere toepassingen, zoals het bevorderen van houdbaarheid van producten, kunnen andere waardes gelden.Preferably, a stream of gas passes into the space via the outlet, with an oxygen content of at most 20%, preferably less than 17.5% and more preferably less than 16.5%. This is a common value for fire prevention or control, yet; other values may apply to other applications, such as promoting shelf life of products.

10 Tevens wordt opgemerkt, dat de onderhavige uitvinding ook een gebouw betreft, voor zover dat is voorzien van een systeem voor zuurstofreductie in een ruimte, eveneens volgens de onderhavige uitvinding.It is also noted that the present invention also relates to a building, insofar as it is provided with a system for oxygen reduction in a room, also according to the present invention.

Hieronder volgt een beschrijving van een in de 15 bijgevoegde tekening weergegeven uitvoeringsvorm, waartoe de onderhavige uitvinding geenszins is beperkt, hetgeen tevens geldt voor de eigenschappen in de afhankelijke conclusies, waarbij voor dezelfde of soortgelijke elementen, componenten en aspecten dezelfde referentienummers in de tekening kunnen 20 zijn gebruikt, en waarin:The following is a description of an embodiment shown in the attached drawing, to which the present invention is by no means limited, which also applies to the features in the dependent claims, wherein for the same or similar elements, components and aspects the same reference numbers can be found in the drawing. used and in which:

Fig. 1 een uitvoeringsvorm van een gebouw met een systeem volgens de onderhavige uitvinding toont; enFIG. 1 shows an embodiment of a building with a system according to the present invention; and

Fig. 2 een meer gedetailleerd doch schematisch weergegeven uitvoeringsvorm toont van alleen een systeem 25 volgens de onderhavige uitvinding.FIG. 2 shows a more detailed but schematic representation of only a system according to the present invention.

Over de systemen volgens de stand der techniek, met alleen een zuurstof reducerende inrichting, wordt het volgende opgemerkt:With regard to the systems according to the prior art, with only an oxygen-reducing device, the following is noted:

In een toepassingsvorm kan een bekend systeem worden 30 ingezet in of bij een hal in een gebouw met bij wijze van voorbeeld de volgende afmetingen (breedte x lengte x hoogte): 90 x 100 x 15m, hetgeen overeenkomt met een inhoud van 135.OOOm3.In an application form, a known system can be used in or near a hall in a building with, for example, the following dimensions (width x length x height): 90 x 100 x 15 m, which corresponds to a capacity of 135,000 x 3.

77

Door deur- of sluisbewegingen, die samenhangen met transport in en uit de hal van daarin opgeslagen of uit te nemen producten, wordt per dag bij voorbeeld 27.000 m3 buitenlucht in de ruimte gelaten. Tevens dringt buitenlucht 5 naar binnen in de ruimte door lekopeningen heen. Ook als gevolg van andere invloeden en werkzaamheden dringt buitenlucht binnen in de ruimte in het gebouw.Door or lock movements, which are related to transport in and out of the hall of products stored or to be taken out of it, allow for example 27,000 m3 of outside air per day in the room. Outside air 5 also penetrates into the space through leakage openings. As a result of other influences and activities, outside air penetrates into the space in the building.

Dit volume aan buitenlucht dat in de ruimte binnendrong bevatte een te hoog gehalte aan zuurstof (dat wil zeggen: 10 een normaal gehalte voor buitenlucht, maar te hoog voor de ruimte). Door het binnendringen van dergelijke hoeveelheden buitenlucht steeg het gehalte aan zuurstof in de ruimte waartegen op de bekende wijze een N2-generator werd ingezet om het zuurstofgehalte te verlagen van 21% naar 16,5%. Zo 15 een N2-generator behoeft dan een capaciteit van 300m3 gas met daarin 97% N2 en 3% restzuurstof gedurende 24 uur. Op basis van de diverse 02-metingen van de ruimte werd de N2 generator in en uit geschakeld.This volume of outside air that penetrated into the room contained a too high oxygen content (ie: a normal level for outside air, but too high for the room). The penetration of such quantities of outside air increased the oxygen content in the room against which an N2 generator was used in the known manner to lower the oxygen content from 21% to 16.5%. Such an N2 generator then requires a capacity of 300 m3 of gas containing 97% N2 and 3% residual oxygen for 24 hours. The N2 generator was switched on and off based on the various O2 measurements of the room.

Het binnen dringen in de ruimte in het gebouw werd ook 20 versterkt door luchtdrukschommelingen van de buitenomgeving. Namelijk: als de luchtdruk buiten het gebouw stijgt, zal buitenlucht in de zo veel mogelijk gasdicht gemaakte ruimte in het gebouw stromen.The penetration into the space in the building was also enhanced by air pressure fluctuations in the outside environment. Namely: if the air pressure rises outside the building, outside air will flow into the space that is made as gas-tight as possible in the building.

Typisch voor zuurstofreductie ten behoeve van 25 brandpreventie is, dat het zuurstof gehalte geregeld wordt op een relatief hoog zuurstofgehalte van bij voorbeeld 16,5% 02 in de ruimte, hetgeen relatief hoog is ten opzichte van de stroom gas die afkomstig is van de zuurstof reducerende inrichting, om beginnende brand of uitbreiding daarvan tegen 30 te gaan.Typical for oxygen reduction for the purpose of fire prevention is that the oxygen content is regulated to a relatively high oxygen content of, for example, 16.5% O2 in space, which is relatively high relative to the gas flow from the oxygen reducing device, to prevent starting fire or expansion thereof.

De meeste N2-generatoren produceren namelijk - zoals reeds opgemerkt - een gas met een zuiverheid van bij voorbeeld 99-95% zuiver N2 en een restdeel aan zuurstof.Namely, as already noted, most N2 generators produce a gas with a purity of, for example, 99-95% pure N2 and a residual portion of oxygen.

88

In de praktijk van het onderhavige rekenvoorbeeld was bij de bekende systemen een productie vereist van een dergelijk, van zuurstof ontdaan gas van bij voorbeeld 400m3 N2 per uur met ca 3% zuurstof daarin. Hiertoe is een vermogen 5 vereist van circa lOOkwh. Hieronder is aangetoond, dat volgens de uitvinding een vermogen van ca 25% ten opzichte van het verbruik volgens de bekende techniek kan volstaan.In the practice of the present calculation example, the known systems required the production of such an oxygen-depleted gas of, for example, 400 m 3 N 2 per hour with about 3% oxygen therein. For this purpose a power 5 of approximately 100 kwh is required. It has been shown below that, according to the invention, a power of approximately 25% relative to the consumption according to the known technique can suffice.

In fig. 1 is een gebouw 21 getoond, met een toegang 27, die is omringd door een zogenaamde dock-shelter 28 en af te 10 sluiten is met een roldeur 29. Er kan ook een sluis in de plaats van de roldeur 29 zijn verschaft. Het gebouw bevat een hal of loods, en daarbinnen is het de bedoeling om de kans op (uitbreiding van) brand te verminderen of de houdbaarheid van producten daarin te verlengen, waartoe een 15 systeem volgens de onderhavige uitvinding is verschaft in een bijgebouw 22 (of in het gebouw 21 zelf). Het bijgebouw 22 bevat het systeem volgens de uitvinding ten minste ten dele en omvat verder twee invoeren 24, 25 en een uitvoer 7 die leidt naar het binnenste van het gebouw 21, alsmede een 20 schoorsteen 23 voor afvoer van zuurstof 31, dat is afgezonderd uit een stroom omgevingslucht, die via ten minste één van de invoeren 24, 25 is aangetrokken.Fig. 1 shows a building 21 with an access 27, which is surrounded by a so-called dock shelter 28 and can be closed with a rolling door 29. A lock can also be provided instead of the rolling door 29 . The building contains a hall or shed, and within it the intention is to reduce the risk of (extending) a fire or to extend the shelf life of products therein, for which purpose a system according to the present invention has been provided in an outbuilding 22 (or in the building 21 itself). The outbuilding 22 contains the system according to the invention at least in part and further comprises two inputs 24, 25 and an output 7 leading to the interior of the building 21, as well as a chimney 23 for discharging oxygen 31, which is separated from a stream of ambient air which is attracted via at least one of the inputs 24, 25.

Verder bevat het systeem een besturing 30 en een in de ruimte in het gebouw geplaatste sensor 34, die met de 25 besturing (bijvoorbeeld een computer) is verbonden. De besturing werkt in op overige delen van het systeem op een hieronder nader te beschrijven wijze, in afhankelijkheid van signalen van de sensor 34. De sensor 34 kan een zuurstofsensor en/of een druksensor zijn. Buiten het gebouw 30 21 kan een aanvullende druk- en/of zuurstofsensor 35 zijn verschaft, welke ook signalen afgeeft aan de besturing 30, om op basis van signalen van die sensor de werking van het systeem in te stellen.The system further comprises a control 30 and a sensor 34 placed in the space in the building, which is connected to the control (e.g. a computer). The control acts on other parts of the system in a manner to be described below, in dependence on signals from the sensor 34. The sensor 34 can be an oxygen sensor and / or a pressure sensor. An additional pressure and / or oxygen sensor 35 may be provided outside the building 21, which also outputs signals to the control 30, in order to adjust the operation of the system on the basis of signals from that sensor.

99

In de uitvoeringsvorm van een systeem volgens de onderhavige uitvinding van fig. 2 dient inrichting 33 voor het verwijderen van zuurstof uit de stroom buitenlucht, die via de inlaat 24 is ingevoerd. De inrichting 33 is in meer 5 detail beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage NL-2006317 van dezelfde rechthebbende. De openbaarmaking daarvan is geheel hierin opgenomen door de verwijzing daarnaar.In the embodiment of a system according to the present invention of FIG. 2, device 33 serves to remove oxygen from the outside air stream introduced through the inlet 24. The device 33 is described in more detail in Dutch patent application NL-2006317 of the same assignee. The disclosure thereof is fully incorporated herein by reference.

De te verwijderen stof is zuurstof, om de residuele 10 stroom na het verwijderen van de zuurstof te winnen, met daarin in hoofdzaak een laag gehalte aan zuurstof, en aldus een hoog gehate aan stikstof, volgens de onderhavige uitvinding wordt in ieder geval de residuele stroom met een laag gehalte aan zuurstof gewonnen om die naar de ruimte van 15 het gebouw 21 te sturen. Afgezonderde zuurstof 31 kan worden verwijderd middels de schoorsteen 23. In de plaats van de inrichting 33 kunnen (niet getoonde) vaten of containers met in hoofdzaak stikstof of althans een laag gehalte aan zuurstof worden toegepast. Een inrichting als die van fig. 2 20 kan dan bijvoorbeeld zijn benut om de vaten en/of containers te vullen.The substance to be removed is oxygen, in order to recover the residual stream after the removal of the oxygen, with substantially a low oxygen content therein, and thus a high nitrogen-hated content. extracted with a low oxygen content to send it to the space of the building 21. Isolated oxygen 31 can be removed by means of the chimney 23. Vessels or containers with substantially nitrogen or at least a low oxygen content can be used instead of the device 33 (not shown). A device such as that of Fig. 2 can then, for example, be used to fill the barrels and / or containers.

De omgevingslucht wordt ingebracht in het vat 1 of vat 2 via een toevoer 17 middels een toevoerpomp 6. Het vat 1 en het vat 2 bevatten elk een werkzame stof, zoals actief kool 25 8, voor het uit de van de pomp 6 afkomstige stroom omgevingslucht isoleren en vasthouden van zuurstof. De vaten 1, 2 omvatten verder elk een uitgang 16 voor de residuele stroom fluïdum. Die residuele stroom fluïdum kan worden afgevangen en opgeslagen in de voornoemde vaten en/of 30 containers. De inrichting bevat verder een afvoer 20 aan het elke van de vaten 1 en 2, waarlangs zuurstof kan worden afgevoerd tijdens het regenereren van de actief kool 8, d.w.z. het daaruit losmaken van zuurstof. Daartoe is met de 10 afvoer 20 een oliegesmeerde afvoerpomp 3 verbonden, bij voorkeur een vacuümpomp 3, voor het creëren van althans bij benadering een vacuüm in afwisselend één van de vaten 1, 2. Op basis van in een betreffende van de vaten 1, 2 gecreëerd 5 vacuüm wordt via de afvoer 20 zuurstof onttrokken aan de actief kool 8. De inrichting 33 omvat verder een ten minste met afwisselend één van de vaten 1, 2 verbindbare en selectief door de besturing 30 in werking te stellen olievrije pomp 4. Als aanvulling of als alternatief voor de 10 olievrije pomp 4 kan de inrichting 33 een onderdrukvat 5 of een afsluitbare verbinding 15 met de omgeving omvatten. De olievrije pomp 4 kan een mink - klauw compressiepomp zijn.The ambient air is introduced into the vessel 1 or vessel 2 via a feed 17 by means of a feed pump 6. The vessel 1 and the vessel 2 each contain an active substance, such as activated carbon 8, for the ambient air coming from the pump 6 isolate and retain oxygen. The vessels 1, 2 furthermore each comprise an outlet 16 for the residual fluid flow. That residual flow of fluid can be collected and stored in the aforementioned vessels and / or containers. The device further comprises a drain 20 at each of the vessels 1 and 2, along which oxygen can be discharged during the regeneration of the active carbon 8, i.e. the release of oxygen therefrom. To this end, an oil-lubricated drain pump 3, preferably a vacuum pump 3, is connected to the drain 20 for creating at least approximately a vacuum in alternately one of the vessels 1, 2. Based on in one of the vessels 1, 2 A created vacuum is used to extract oxygen from the activated carbon 8 via the outlet 20. The device 33 further comprises an oil-free pump 4 which can be connected at least to alternately one of the vessels 1, 2 and which can be selectively operated by the controller 30. or as an alternative to the oil-free pump 4, the device 33 may comprise a vacuum vessel 5 or a sealable connection 15 with the environment. The oil-free pump 4 can be a mink-claw compression pump.

De besturing 30 is geschikt en ingericht om de toevoerpomp 6 en de oliegesmeerde afvoerpomp 3 elk 15 afwisselend in verbinding te stellen met het vat 1 of het vat 2 en in werking te stellen. Daartoe werkt de besturing in op: klep 9 bij de toevoerpomp 6 en eventueel ook op de toevoerpomp 6 zelf; klep 10 bij de uitgang 16; klep 11 bij de olievrije pomp 4 of de olievrije pomp 4 zelf; en klep 12 20 bij de oliegesmeerde vacuümpomp 3 en eventueel ook op de oliegesmeerde vacuümpomp 3 zelf. Daarbij komt een cyclische werking tot stand met een aantal werkingstoestanden, waarbij de vaten 1 en 2 om beurten dienen voor zuurstofreductie en -afvoer. Gedurende afvoer van zuurstof wordt zuurstof op 25 basis van een vacuüm onttrokken aan de actief kool 8, waarnaar hier ook wel wordt gerefereerd als regeneratie van de actief kool 8.The control 30 is suitable and adapted to alternately connect the feed pump 6 and the oil-lubricated drain pump 3 to the vessel 1 or the vessel 2 and to operate it. To this end, the control acts on: valve 9 at the supply pump 6 and possibly also on the supply pump 6 itself; valve 10 at the outlet 16; valve 11 at the oil-free pump 4 or the oil-free pump 4 itself; and valve 12 at the oil-lubricated vacuum pump 3 and optionally also on the oil-lubricated vacuum pump 3 itself. A cyclic operation is thereby achieved with a number of operating states, wherein the vessels 1 and 2 alternately serve for oxygen reduction and discharge. During the removal of oxygen, oxygen is withdrawn from the activated carbon 8 on a vacuum basis, to which is also referred to here as regeneration of the activated carbon 8.

Als aan vat 1 buitenlucht wordt gevoed middels de toevoerpomp 6, is vat 2 aangesloten op de oliegesmeerde 30 vacuümpomp 3, en vice versa.If outside air is supplied to vessel 1 by means of the supply pump 6, vessel 2 is connected to the oil-lubricated vacuum pump 3, and vice versa.

De toevoerpomp 6 is continu actief, maar levert om beurten omgevingslucht aan elke van de vaten 1, 2. Als omgevingslucht wordt gestuurd naar vat 1, is klep 9 open.The supply pump 6 is continuously active, but alternately supplies ambient air to each of the vessels 1, 2. If ambient air is sent to vessel 1, valve 9 is open.

1111

Een stroom omgevingslucht wordt dan dus via toevoer 17 in het vat 1 gepompt. Klep 10 is ook open om een in hoofdzaak alleen stikstof bevattende residuele stroom fluïdum te verschaffen; zuurstof wordt afgevangen in het vat 1 door de 5 actief kool 8 daarin.A stream of ambient air is then pumped into the vessel 1 via feed 17. Valve 10 is also open to provide a substantially only nitrogen-containing residual flow of fluid; oxygen is captured in the vessel 1 by the active carbon 8 therein.

Olievrije pomp 4 en daarna de oliegesmeerde pomp 3 zijn in opeenvolging in werking te stellen voor regeneratie van het aktief kool 8 in vat 2 om daaruit zuurstof vrij te maken. Eerst wordt olievrije pomp 4 benut om een 10 drukverschil te verlagen. Aldus is olieverlies van de oliegesmeerde pomp 3 te voorkomen, als die later in werking wordt gesteld dat de olievrije pomp 4. Daarna wordt pomp 3 in werking gesteld, en er is dan geen verbinding meer tussen pomp 4 en het binnenste van het vat 1.Oil-free pump 4 and then the oil-lubricated pump 3 can be operated in succession for regeneration of the activated carbon 8 in vessel 2 to release oxygen therefrom. First, oil-free pump 4 is used to reduce a pressure difference. Oil loss from the oil-lubricated pump 3 can thus be prevented if it is subsequently actuated that the oil-free pump 4. Thereafter pump 3 is started, and then there is no longer any connection between pump 4 and the interior of the vessel 1.

15 De beschreven toestand blijft gehandhaafd, totdat verzadiging van de actief kool 8 in vat 1 optreedt. Wanneer dat gebeurt en bijvoorbeeld is gedetecteerd, of na een op voorhand bepaalde tijdsduur, die korter is dan uiterlijk naar verwachting volledige verzadiging van de actief kool 8, 20 wordt de inrichting 33 geschakeld naar een tegengestelde toestand, waarin de stroom buitenlucht naar vat 2 gaat en de actieve kool 8 in vat 1 wordt geregenereerd en de zuurstof daaruit wordt vrijgemaakt middels vacuüm.The described condition is maintained until saturation of the active carbon 8 occurs in vessel 1. When that happens and is detected, for example, or after a predetermined period of time, which is shorter than expected at the latest, full saturation of the active carbon 8, the device 33 is switched to an opposite state, in which the flow of outside air goes to vessel 2 and the activated carbon 8 in vessel 1 is regenerated and the oxygen therefrom is released by vacuum.

Daarin blijft de toevoerpomp 6 in werking gesteld, maar 25 sluit de klep 9 in ieder geval de toevoer 17 naar vat 1 af. De klep 10 is ook afgesloten. Klep 11 geeft daarentegen een verbinding vrij tussen de olievrije pomp 4, die dan ook in werking is (gesteld) om de druk in het vat 1 te verlagen tot 1 bar of zelfs iets lager. Daarmee is te voorkomen, dat een 30 plotseling drukverschil over de oliegesmeerde vacuümpomp 3 ontstaat, als de klep 12 een het vat 1 en de oliegesmeerde vacuümpomp 3 verbindende stand in zou nemen, terwijl restdruk in het vat 1 zou heersen, afkomstig uit de 12 voorgaande toestand van dat vat 1. Die klep 12 blijft daarentegen in deze toestand dicht. Wanneer de druk in het vat 1 is verlaagd, dient voor het regenereren van de actief kool 8 (het verwijderen van zuurstof daaruit) een vacuüm 5 althans benaderende verlaagde druk te worden gecreëerd in het vat 1, middels de oliegesmeerde vacuümpomp 3, waartoe klep 11 weer wordt gesloten en klep 12 wordt - met de oliegesmeerde vacuümpomp 3 in werking - geopend. De olievrije pomp 4 en de oliegesmeerde pomp 3 kunnen aan de 10 perszijde zijn aangesloten op de schoorsteen 23. Wanneer de actief kool 8 in vat 1 afdoende is geregenereerd (daaruit afdoende zuurstof is verwijderd), en/of de actieve kool in vat 2 verzadigd is geraakt, kan de aldus beschreven cyclus opnieuw geheel worden doorlopen.The feed pump 6 remains in operation therein, but the valve 9 in any case closes off the feed 17 to vessel 1. The valve 10 is also closed. Valve 11, on the other hand, releases a connection between the oil-free pump 4, which is then also operated (to lower) the pressure in the vessel 1 to 1 bar or even slightly lower. This prevents a sudden pressure difference occurring over the oil-lubricated vacuum pump 3 if the valve 12 were to assume a position connecting the vessel 1 and the oil-lubricated vacuum pump 3, while residual pressure would prevail in the vessel 1 from the 12 preceding ones. condition of that vessel 1. Conversely, valve 12 remains closed in this condition. When the pressure in the vessel 1 is lowered, a vacuum 5, at least approximately reduced pressure, must be created in the vessel 1 for regenerating the active carbon 8 (removal of oxygen therefrom) by means of the oil-lubricated vacuum pump 3, to which valve 11 is closed again and valve 12 is opened - with the oil-lubricated vacuum pump 3 in operation. The oil-free pump 4 and the oil-lubricated pump 3 can be connected on the discharge side to the chimney 23. When the active carbon 8 in vessel 1 has been sufficiently regenerated (sufficient oxygen has been removed therefrom), and / or the active carbon in vessel 2 has been saturated has been hit, the cycle thus described can again be completely run through.

15 In de uitvoeringsvorm van fig. 2 omvat een inrichting 33 dus twee vaten 1 en 2, die in hoofdzaak onderling gelijk zijn, en de besturing 30 is ingericht om het vat 1 en het vat 2 tegengesteld cyclisch in werking te stellen voor het ontrekken van zuurstof uit de stroom omgevingslucht en het 20 onttrekken van zuurstof uit de actief kool 8. Het vat 1 en het vat 2 zijn elk onder wederzijds uitsluiting ten minste verbindbaar met de toevoerpomp 6, de oliegesmeerde vacuümpomp 3 en de olievrije pomp 4. Als aanvulling op of als alternatief voor de pomp 4 kunnen andere of aanvullende 25 drukverlagers zijn verschaft, zoals het onderdrukvat 5 en/of de afsluitbare verbinding met de omgeving 15, waarnaar in het voorgaande al is gerefereerd.In the embodiment of Fig. 2, therefore, a device 33 comprises two vessels 1 and 2, which are substantially equal to each other, and the control 30 is adapted to cyclically actuate the vessel 1 and the vessel 2 for extracting oxygen from the ambient air stream and extracting oxygen from the activated carbon 8. The vessel 1 and vessel 2 can each be mutually mutually at least connectable to the feed pump 6, the oil-lubricated vacuum pump 3 and the oil-free pump 4. In addition to or as an alternative to the pump 4, other or additional pressure reducers may be provided, such as the vacuum vessel 5 and / or the closable connection to the environment 15, to which reference has already been made in the foregoing.

Een stelsel van door de besturing 30 aan te sturen kleppen 10-14, 18, 19 zorgt voor de juiste werking van de 30 inrichting waarin continu bedrijf is verwezenlijkt.A system of valves 10-14, 18, 19 to be controlled by the control 30 ensures correct operation of the device in which continuous operation is achieved.

Opgemerkt wordt dat de toevoer 17 en afvoer 20 door een enkele leiding zijn gevormd.It is noted that the inlet 17 and outlet 20 are formed by a single conduit.

1313

Aldus betreft de in fig. 2 getoonde uitvoeringsvorm van de inrichting 33 een mogelijkheid voor het in het bijzonder (doch niet uitsluitend) winnen/verwijderen van stikstof en/of zuurstof uit een stroom omgevingslucht onder 5 toepassing van een oliegesmeerde vacuümpomp 3 voor het aanbrengen van een afdoende laag vacuüm t.b.v. het regeneratie proces in afwisselend ten minste één van de twee vaten 1, 2. Binnen het kader van de onderhavige uitvinding kunnen ook andere inrichtingen worden gebruikt. Een 10 inrichting met meer dan twee vaten is ook mogelijk, bijvoorbeeld als de toestand van regenereren van actief kool 8 of van het verwijderen van zuurstof uit de stroom omgevingslucht aanzienlijk langer zou duren dan de andere toestand. In de uitvoeringsvorm van fig. 2 is de inrichting 15 in bedrijf in een proces voor de productie van N2 met een zogenaamde "VSA"-techniek, met de uitbreiding van een drukverlaging in een op enig moment te vacumeren vat bij aanvang van regeneratie van de actief kool 8, waarbij de aanvangsdruk voor het in werking stellen van de 20 oliegesmeerde vacuümpomp 3 met de drukverlager 4, 5, 15 wordt verlaagd naar een waarde, die gelijk of lager is aan die van de atmosfeer van de installatie. Juist daardoor wordt verrassenderwijs ontoelaatbaar geacht olieverbruik van de oliegesmeerde vacuümpomp 3 vermeden. In de plaats van de 25 getoonde en beschreven inrichting kunnen binnen het kader van de onderhavige uitvinding ook andere inrichting worden toegepast voor het verlagen van het gehalte aan zuurstof in een in de ruimte van het gebouw te stuwen stroom gas. Te denken valt aan elke willekeurig geschikte N2 generator, 30 zoals die in de techniek algemeen bekend zijn, zoals PSA n2-generatoren, VPSA (=VSA) N2-generatoren en membraan N2-generatoren, zoals NH3-krakers, gasverbranders, et cetera. De onderhavige uitvinding is tot geen enkele variant beperkt.Thus, the embodiment of the device 33 shown in Fig. 2 relates to a possibility for in particular (but not exclusively) recovering / removing nitrogen and / or oxygen from a stream of ambient air using an oil-lubricated vacuum pump 3 for applying a sufficient low vacuum for the regeneration process in alternating at least one of the two vessels 1, 2. Other devices can also be used within the scope of the present invention. A device with more than two vessels is also possible, for example if the state of regenerating active carbon 8 or of removing oxygen from the ambient air stream would last considerably longer than the other state. In the embodiment of Fig. 2, the device 15 is in operation in a process for the production of N2 with a so-called "VSA" technique, with the extension of a pressure reduction in a vessel to be evacuated at any time at the start of regeneration of the active carbon 8, wherein the initial pressure for operating the oil-lubricated vacuum pump 3 with the pressure reducer 4, 5, 15 is lowered to a value equal to or lower than that of the atmosphere of the installation. It is precisely because of this that surprisingly deemed oil consumption of the oil-lubricated vacuum pump 3 is avoided. Instead of the device shown and described, other devices can be used within the scope of the present invention for reducing the oxygen content in a stream of gas to be driven into the space of the building. Think of any suitable N2 generator, such as are generally known in the art, such as PSA n2 generators, VPSA (= VSA) N2 generators and membrane N2 generators, such as NH3 crackers, gas burners, etc. The present invention is not limited to any variant.

1414

Aanvullend ten opzichte van de aldus beschreven (en al-dan-niet conventionele) N2-generator 33, omvat het systeem volgens de uitvinding een doorvoer 32 met daarin een bestuurbare pomp 26, die door de besturing 30 aan te sturen 5 is. N2 generatoren, zoals de inrichting 33, zijn op zichzelf bedoeld en ontworpen om zoveel mogelijk zuurstof uit omgevingslucht te halen. Het is op zijn minst opzienbarend, dat de doorvoer 32 nu via een aanvullende invoer 25 aan de omgeving onttrokken omgevingslucht naar de uitvoer 7 geleidt 10 om de ruimte van het gebouw 21 in te worden gestuurd.In addition to the N2 generator 33 thus described (and whether or not conventional), the system according to the invention comprises a feed-through 32 with a controllable pump 26 therein, which can be controlled by the control 30. N2 generators, such as the device 33, are per se intended and designed to extract as much oxygen as possible from ambient air. It is at least remarkable that the passage 32 now conducts ambient air withdrawn from the environment to the outlet 7 via an additional inlet 25 to be sent into the space of the building 21.

De invoeren 24, 25 zijn afzonderlijk weergegeven, doch in een andere niet getoonde uitvoeringsvorm kan mogelijkerswijs worden volstaan met een enkele invoer 24 of 25, zoals in fig. 2 met een streeplijn is aangeduid. De 15 streep-stippellijn in fig. 2 dient om de inrichting 33 afzonderlijk aan te duiden, die op zich conventioneel kan zi jn.The entries 24, 25 are shown separately, but in another embodiment not shown, a single entry 24 or 25 may suffice, as indicated by a dashed line in FIG. The dotted line in Fig. 2 serves to indicate the device 33 separately, which may be conventional per se.

Hier wordt teruggekomen op het eerdere rekenvoorbeeld. Met het nieuwe systeem volgens de uitvinding wordt een deel 20 van de N2 productie van de inrichting 33, bij voorbeeld 100m3, te mengen met bij voorbeeld een viervoudige hoeveelheid buitenlucht. Dit kan geschieden met behulp van een (niet getoonde) ventilator of van de bestuurbare pomp 26 onder inwerking van de besturing 30. De productie van dit 25 resulterende gas en invoer daarvan in de ruimte in het gebouw geschiedt volgens de onderhavige uitvinding continu.Here we return to the earlier calculation example. With the new system according to the invention, part of the N2 production of the device 33, for example 100m3, can be mixed with, for example, a fourfold amount of outside air. This can be done with the aid of a fan (not shown) or of the controllable pump 26 under the action of the control 30. The production of this resulting gas and its introduction into the space in the building takes place continuously according to the present invention.

De resulterende continue luchtstroom van 500 m3 per uur dient een ten minste enigszins lager zuurstofgehalte te bevatten dan het gewenste zuurstofgehalte van bij voorbeeld 30 16,8% in de ruimte in het gebouw. Verder wordt hiermee een positieve druk ontwikkeld van minimaal bij voorbeeld 0,1 Pascal, welke overdruk ten opzichte van de druk in de 15 omgeving van het gebouw voorkomt, dat buitenlucht in de ruimte van het gebouw binnen dringt.The resulting continuous air flow of 500 m3 per hour should contain an oxygen content that is at least slightly lower than the desired oxygen content of, for example, 16.8% in the space in the building. Furthermore, a positive pressure of at least 0.1 Pascal, for example, is developed with this, which overpressure with respect to the pressure in the environment of the building prevents outside air from entering the space of the building.

De druk van de buitenlucht kan met de sensor 35 worden bepaald, teneinde met de besturing een afdoende stroom gas 5 te genereren met de inrichting 33 en de pomp 26, zodat een overdruk in de ruimte ten opzichte van de buitenlucht te waarborgen is.The pressure of the outside air can be determined with the sensor 35 in order to generate a sufficient flow of gas 5 with the device 33 and the pump 26 with the control, so that an overpressure in the space with respect to the outside air can be guaranteed.

Het is namelijk evenzeer mogelijk dat een minder dan viervoudige stroom buitengas kan volstaan om overdruk te 10 handhaven. Het gehalte zuurstof in de resulterende stroom naar de afvoer 7 kan dan te laag worden, maar dat is op te vangen door bijvoorbeeld een deel van de productie aan gas met verlaagd zuurstof gehalte van de inrichting 33 op te vangen en in vaten en/of containers op te slaan voor later 15 gebruik.Namely, it is equally possible that a less than four-fold flow of outer gas can suffice to maintain overpressure. The oxygen content in the resulting stream to the outlet 7 can then become too low, but that can be captured by, for example, capturing part of the production of gas with a reduced oxygen content from the device 33 and in vessels and / or containers save for later 15 use.

Ook is het mogelijk dat de sensor 34 in de ruimte van het gebouw aangeeft, dat het zuurstofgehalte in de ruimte te hoog begint te worden. In een dergelijk geval kan extra opgeslagen gas met verlaagd zuurstofgehalte worden 20 bijgemengd, of kan de verhouding tussen de door de pomp 26 aan te leveren buitenlucht en de door de inrichting 33 te produceren gas met nagenoeg geen zuurstof door de besturing worden aangepast door in te werken op de pomp 26 en wellicht ook de pomp 6.It is also possible that the sensor 34 in the room of the building indicates that the oxygen content in the room is starting to become too high. In such a case, additional stored gas with a reduced oxygen content can be mixed in, or the ratio between the outside air to be supplied by the pump 26 and the gas to be produced by the device 33 can be adjusted with virtually no oxygen by the control by operate on the pump 26 and possibly also the pump 6.

25 Door gebruik te maken van slecht 25% van de voorheen bij eerdere systemen benodigde capaciteit, d.w.z. 25 kW met daarbij het vermogen van een hulpventilator van ca. 2 kW, kan met de continue inbreng in de ruimte van bij voorbeeld 500 m3 gas met 16,5% aan zuurstof en 84,5% aan stikstof 30 worden voorkomen, dat de 27.000m3 buitenlucht toetreedt tot de gasdichte ruimte. Ten opzicht van de benodigde energie voor pull down (zuurstofreductie) van het zuurstofgehalte in deze 27.000m3 volgens eerdere techniek, wordt volgens de 16 onderhavige uitvinding de benodigde energie aanzienlijk gereduceerd.25 By using only 25% of the capacity previously required for earlier systems, ie 25 kW with the capacity of an auxiliary fan of approximately 2 kW, the continuous input into the space of, for example, 500 m3 of gas with 16 5% oxygen and 84.5% nitrogen 30 prevent the 27,000 m3 of outside air from entering the gas-tight space. With respect to the energy required for pull down (oxygen reduction) of the oxygen content in this 27,000 m3 according to prior art, the energy required according to the present invention is considerably reduced.

Het is typerend dat de gasstroom van een inrichting 33 voor productie of levering van een stroom gas met een zo ver 5 mogelijk verlaagd gehalte aan zuurstof, hetgeen immers het doel is van de inrichting 33, wordt samengevoegd met via de doorvoer en de regelbare of bestuurbare pomp 26 aangeleverde omgevingslucht met een hoger zuurstofgehalte van bij voorbeeld 21%, om de resulterende stroom te regelen op een 10 zuurstofgehalte van bij voorbeeld 10-16,5% aan zuurstof. Met behulp van deze grotere luchtstroom kan snel (Ier) een positieve druk worden aangebracht in de ruimte zonder het gehalte aan zuurstof in die ruimte te verhogen, en waarmee geen (buiten-)luchtstroom kan ontstaan die door lekopeningen 15 in de ruimte kan treden.It is typical that the gas flow from a device 33 for the production or supply of a flow of gas with the oxygen content reduced as far as possible, which is, after all, the purpose of the device 33, is combined with via the feed-through and the controllable or controllable pump 26 supplied ambient air with a higher oxygen content of, for example, 21%, to control the resulting flow to an oxygen content of, for example, 10-16.5% oxygen. With the help of this larger air flow a positive pressure can be quickly (Irish) applied to the space without increasing the oxygen content in that space, and with which no (outside) air flow can arise that can enter the space through leakage openings.

Na kennisneming van aspecten van de onderhavige uitvinding volgens de hiervoor beschreven en in de tekening getoonde uitvoeringsvorm, zullen zich vele aanvullende en/of alternatieve varianten aan de vakman opdringen, die allen 20 zijn gelegen binnen de beschermingsomvang voor de uitvinding, zoals die is gedefinieerd in in het bijzonder de onafhankelijke van de bijgevoegde conclusies.After taking cognizance of aspects of the present invention according to the embodiment described above and shown in the drawing, many additional and / or alternative variants will be imposed on the person skilled in the art, all of which are within the scope of protection of the invention as defined in in particular the independent of the appended claims.

Zo is het mogelijk om de zuurstof reducerende inrichting 33 zo construeren, dat doelbewust een stroom gas 25 met een verlaagd gehalte aan zuurstof geproduceerd wordt, maar waarbij het gehalte aan zuurstof niet verder wordt verlaagd dan de gewenste waarde van circa 16,5% in een hoog volume per tijdseenheid (bij voorbeeld een totaal van vijf maal de normale opbrengst van de inrichting 33).It is thus possible to construct the oxygen-reducing device 33 in such a way that a stream of gas 25 with a reduced oxygen content is deliberately produced, but wherein the oxygen content is not lowered further than the desired value of approximately 16.5% in a high volume per unit time (for example a total of five times the normal yield of the device 33).

30 Tevens de ruimte dusdanig klein zijn ten opzichte van de capaciteit van de inrichting voor zuurstofreductie, dat de opbrengst van die inrichting al een afdoende debiet oplevert om de gewenst overdruk in de ruimte te genereren.The space must also be so small in relation to the capacity of the oxygen reduction device that the yield of that device already yields a sufficient flow to generate the desired overpressure in the space.

1717

Er kan dan een deel van de opbrengst worden opgeslagen, en kan een gewenste hoeveelheid buitenlucht worden toegevoegd, om het beoogde zuurstofgehalte en de beoogde overdruk te bewerkstelligen. Men kan tevens een uitvoeringsvorm 5 verwezenlijken, waarin de inrichting voor zuurstofreductie intermitterend in werking wordt gesteld, en de doorvoer doelbewust buitenlucht kan blijven inbrengen in de ruimte om in elk geval de overdruk in stand te houden, en naar behoefte een stoot gas met een verlaagd zuurstofgehalte 10 daaraan toe te voegen.A portion of the yield can then be stored, and a desired amount of outside air can be added to achieve the desired oxygen content and the intended excess pressure. An embodiment can also be realized in which the oxygen reduction device is operated intermittently, and the passage can deliberately continue to introduce outside air into the space in order to at least maintain the excess pressure, and if necessary a shot of gas with a reduced oxygen content 10 thereto.

Het is verder mogelijk om een sensor toe te voegen om deurbewegingen te detecteren, in geval van een gedetecteerde deurbeweging kan ervoor worden gekozen om het systeem (tijdelijk) een grotere stroom gas te laten produceren, 15 eventueel met een verder verlaagd gehalte aan zuurstof dan de normaal beoogde waarde. Er kan daarentegen ook voor worden geopteerd om het systeem met een open deur maar even buiten werking te stellen. Tevens kan een detector voor niet-gewenste gasbestanddelen, zoals CO of C02, zijn 20 verschaft. Wanneer deze een te hoog gehalte aan niet- gewenste gasbestanddelen waarneemt, kan een ventilatie in werking worden gesteld om de niet-gewenste gasbestanddelen weg te ventileren. Net als bij een deurbeweging kan het systeem zijn ontworpen om hier op een gepaste wijze mee om 25 te gaan, hetgeen dan ook onder inwerking van de besturing 30 programmeerbaar te besturen is.It is further possible to add a sensor to detect door movements, in the case of a detected door movement, it can be opted to have the system (temporarily) produce a larger flow of gas, possibly with a further reduced content of oxygen than the normally intended value. On the other hand, it is also possible to put the system out of operation with an open door. A detector for unwanted gas components, such as CO or CO2, may also be provided. If it detects a too high content of unwanted gas components, a ventilation can be activated to ventilate away the unwanted gas components. Just as with a door movement, the system can be designed to deal with this in an appropriate manner, which can then also be programmed to operate under the influence of the control 30.

Claims (15)

1. Een systeem voor zuurstofreductie in een ruimte van een gebouw, bijvoorbeeld voor brandpreventie of 5 brandbestrijding of sportbeoefening, zoals hoogtetraining, omvattende: - een invoer voor omgevingslucht; - een inrichting voor zuurstofreductie; en - een uitvoer (16, 7) naar de ruimte, en verder 10 omvattende: - een op de ruimte aangesloten doorvoer (32) voor het aan de ruimte aanleveren van een aanvullende stroom omgevingslucht en het althans bij benadering continu in bedrijf stellen van de inrichting en de doorvoer.A system for oxygen reduction in a room of a building, for example for fire prevention or fire fighting or sports practice, such as height training, comprising: - an input for ambient air; - an oxygen reduction device; and - an output (16, 7) to the space, and further comprising: - a passage (32) connected to the space for supplying an additional flow of ambient air to the space and at least approximately continuous operation of the layout and transit. 2. Het systeem volgens conclusie 1, waarbij de inrichting voor zuurstofreductie er een van een N2 generator en een vat of opslag van N2 is.The system of claim 1, wherein the oxygen reduction device is one of an N2 generator and a vessel or storage of N2. 3. Het systeem volgens conclusie 2, waarbij de N2 generator er ten minste één is uit de groep, die omvat: PSAThe system of claim 2, wherein the N2 generator is at least one from the group comprising: PSA 20 N2-generatoren, VPSA (=VSA) N2-generatoren, membraan N2-generatoren, NH3-k:rakers, gasverbranders, et cetera.N2 generators, VPSA (= VSA) N2 generators, membrane N2 generators, NH3-k: rakers, gas burners, et cetera. 4. Het systeem volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de doorvoer een regelbare doorvoer is.The system according to at least one of the preceding claims, wherein the feed-through is a controllable feed-through. 5. Het systeem volgens ten minste één van de voorgaande 25 conclusies, waarbij de doorvoer een pomp omvat.5. The system according to at least one of the preceding claims, wherein the feed-through comprises a pump. 6. Het systeem volgens conclusies 4 en 5, waarbij de pomp een bestuurbare pomp is.The system of claims 4 and 5, wherein the pump is a controllable pump. 7. Het systeem volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij in de ruimte ten minste één sensor is 30 aangebracht uit de groep welke omvat: een zuurstofdetector (34); en een detector voor waarneming van ongewenste gassen, zoals CO en/of C02.7. The system according to at least one of the preceding claims, wherein at least one sensor is arranged in the space from the group comprising: an oxygen detector (34); and a detector for sensing unwanted gases, such as CO and / or CO2. 8. Het systeem volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij een besturing is aangebracht.The system according to at least one of the preceding claims, wherein a control is arranged. 9. Het systeem volgens ten minste conclusie 4 of 6 en conclusies 7 en 8, waarbij de besturing is ingericht om de 5 regelbare doorvoer te besturen in afhankelijkheid van met de zuurstofdetector bepaalde zuurstofniveaus in de ruimte.9. The system according to at least claims 4 or 6 and claims 7 and 8, wherein the control is adapted to control the adjustable feed-through in dependence on oxygen levels in the space determined with the oxygen detector. 10. Het systeem volgens conclusie 8 of 9, waarbij in de ruimte een op de besturing aangesloten druksensor (34) is aangebracht.The system according to claim 8 or 9, wherein a pressure sensor (34) connected to the control is arranged in the space. 11. Het systeem volgens conclusie 10, waarbij de besturing is ingericht om de doorvoer te besturen in afhankelijkheid van in de ruimte heersende druk.The system according to claim 10, wherein the control is adapted to control the feed-in depending on pressure prevailing in the space. 12. Het systeem volgens conclusie 11, waarbij de besturing is ingericht om een overdruk in de ruimte in stand 15 te houden ten opzichte van luchtdruk in de omgeving van het gebouw buiten de ruimte.12. The system according to claim 11, wherein the control is adapted to maintain an overpressure in the room in relation to air pressure in the environment of the building outside the room. 13. Het systeem volgens conclusie 8 of 9 en conclusie 12, waarbij buiten de ruimte een op de besturing (30) aangesloten druksensor (34) is aangebracht.The system according to claim 8 or 9 and claim 12, wherein a pressure sensor (34) connected to the control (30) is arranged outside the space. 14. Het systeem volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij via de uitvoer een stroom gas naar de ruimte gaat, met een gehalte aan zuurstof van ten hoogste 20%, bij voorkeur minder dan 17,5% en met meer voorkeur minder dan 16,5%.The system according to at least one of the preceding claims, wherein a stream of gas passes to the space via the outlet, with an oxygen content of at most 20%, preferably less than 17.5% and more preferably less than 16.5%. 15. Gebouw met een ruimte daarin, en een met de ruimte verbonden systeem volgens ten minste één van de voorgaande conclusies.A building with a space therein, and a system connected to the space according to at least one of the preceding claims.
NL2006405A 2011-03-16 2011-03-16 OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING. NL2006405C2 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006405A NL2006405C2 (en) 2011-03-16 2011-03-16 OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006405 2011-03-16
NL2006405A NL2006405C2 (en) 2011-03-16 2011-03-16 OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2006405C2 true NL2006405C2 (en) 2012-09-18

Family

ID=44640615

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2006405A NL2006405C2 (en) 2011-03-16 2011-03-16 OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2006405C2 (en)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104841070A (en) * 2015-02-12 2015-08-19 尤文峰 Indoor fire control device

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1683548A1 (en) * 2005-01-21 2006-07-26 Amrona AG Inerting method for avoiding fire
DE102005023101A1 (en) * 2005-05-13 2006-12-28 Minimax Gmbh & Co. Kg Inert gas e.g. nitrogen, introducing method for fire-extinguishing system, involves conducting compressed inert gas with defined flow-rate into fire-extinguishing or protection area to maintain intended room pressure
EP1930048A1 (en) * 2006-12-08 2008-06-11 Amrona AG Method and device for regulated feeding of supply air

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1683548A1 (en) * 2005-01-21 2006-07-26 Amrona AG Inerting method for avoiding fire
DE102005023101A1 (en) * 2005-05-13 2006-12-28 Minimax Gmbh & Co. Kg Inert gas e.g. nitrogen, introducing method for fire-extinguishing system, involves conducting compressed inert gas with defined flow-rate into fire-extinguishing or protection area to maintain intended room pressure
EP1930048A1 (en) * 2006-12-08 2008-06-11 Amrona AG Method and device for regulated feeding of supply air

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104841070A (en) * 2015-02-12 2015-08-19 尤文峰 Indoor fire control device

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8328913B2 (en) Flammable gas concentration system
US20180065076A1 (en) Adsorption air separator with dry air tap
JP4883184B2 (en) Method and apparatus for supplying makeup air under control
US20180216784A1 (en) Circulating inert-gas seal system based on gas-supply servo device and QHSE based storage and transportation method
EP3054244A1 (en) Refrigeration unit for container
US20090145300A1 (en) Process and Apparatus for Generating and Delivering An Enriched Gas Fraction
CN101801467A (en) Device and method for fire-prevention and for extinguishing a fire that has broken out in an enclosed area
KR101528328B1 (en) Nitrogen Producer Apparatus For Possible Oxygen Content Control
WO2008027727A3 (en) Oxygen concentration system
KR20160057535A (en) Storage system for storing agricultural products and method for the same
JP2019528412A (en) Circulating inert medium sealing system using air supply driving device and QHSE storage and transport method
US20150140184A1 (en) Method And Apparatus For Accelerated Or Controlled Degassing Of Roasted Coffee
NL2006405C2 (en) OXYGEN REDUCTION SYSTEM IN A SPACE IN A BUILDING.
US20090214393A1 (en) Method of generating an oxygen-enriched gas for a user
ATE348763T1 (en) DEVICE FOR THE CONTROLLED VENTILATION OF A ROOM
JPS5914749A (en) Atmosphere adjustment of storage warehouse
CN106999835B (en) Method and device for checking the quantity and purity in a pressure swing adsorption plant
CN206478447U (en) A kind of system of intelligent control gas discharge
CN112203743A (en) Two selection modules for controlled atmosphere containers
KR102573860B1 (en) Smart control oxygen generator and method thereof
KR20170007014A (en) the portable oxygen supply system for the Prevention of suffocation
US20120152362A1 (en) Devices and methods for reducing oxygen infiltration
CN107992107A (en) A kind of intelligence air purification control method
CN104828428A (en) Method for avoiding gas phase burning explosion of organic aldehyde storage tank
JP2006042968A (en) Indoor gas exchange method and apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20141001