NL2005305C2 - Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen. - Google Patents

Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen. Download PDF

Info

Publication number
NL2005305C2
NL2005305C2 NL2005305A NL2005305A NL2005305C2 NL 2005305 C2 NL2005305 C2 NL 2005305C2 NL 2005305 A NL2005305 A NL 2005305A NL 2005305 A NL2005305 A NL 2005305A NL 2005305 C2 NL2005305 C2 NL 2005305C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
integral unit
lift
elevator
transport
elevator device
Prior art date
Application number
NL2005305A
Other languages
English (en)
Inventor
Robin Reigwein
Original Assignee
Reco Special Products B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Reco Special Products B V filed Critical Reco Special Products B V
Priority to NL2005305A priority Critical patent/NL2005305C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2005305C2 publication Critical patent/NL2005305C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66BELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
    • B66B9/00Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures
    • B66B9/16Mobile or transportable lifts specially adapted to be shifted from one part of a building or other structure to another part or to another building or structure
    • B66B9/187Mobile or transportable lifts specially adapted to be shifted from one part of a building or other structure to another part or to another building or structure with a liftway specially adapted for temporary connection to a building or other structure
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F17/00Vertical ducts; Channels, e.g. for drainage
    • E04F17/005Lift shafts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Automation & Control Theory (AREA)
  • Lift-Guide Devices, And Elevator Ropes And Cables (AREA)
  • Types And Forms Of Lifts (AREA)

Description

P92504NL00
Titel: Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen.
De uitvinding heeft betrekking op een liftinrichting, omvattende een structuur waarin een liftschacht met geleidingsmiddelen is aangebracht, voorts omvattende een liftkooi die via de geleidingsmiddelen verplaatsbaar is in de liftschacht, waarbij de structuur is voorzien 5 aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi.
Dergelijke liften vinden bijvoorbeeld toepassing in de bouw, verbouw en/of renovatie van woningen, flats en/of andere gebouwen, waarbij tijdens de bouw eventueel ingebouwde liften van het gebouw zelf (nog) niet functioneel zijn. Voorts vinden deze liften toepassing als noodliften, 10 bijvoorbeeld indien het de trappen of de liften van een gebouw zelf niet (meer) gebruikt kunnen of mogen worden. Tevens kunnen dergelijke liften als goederen en/of personen liften worden gebruikt bij grote constructie werken, zoals bruggen, grote schepen, pijlers en dergelijke.
Een modulaire lift is bijvoorbeeld bekend uit het Nederlandse 15 octrooipublicatie NL 1 030 264. Dit octrooischrift beschrijft een liftinrichting die modulair is opgebouwd met eventueel daarin geïntegreerd een daarbij behorend trappenhuis. De liftinrichting wordt uit afzonderlijke liftmodules op elkaar gestapeld, waarbij elke liftmodule een gedeelte van de liftschacht vormt. De hoogte van de verdiepingen van de lift zijn enigszins gerelateerd 20 aan de hoogte van de afzonderlijke, te stapelen liftmodules.
Hoewel een modulair opgebouwde lift geniet het voordeel dat een tijdelijke liftinrichting kan worden opgebouwd die tot op zekere hoogte tegemoet kan komen een specifieke eisen ten aanzien van hoogte en dergelijke. Na gebruik kan de liftinrichting weer worden gedemonteerd en 25 elders worden ingezet, eventueel met toevoeging en/of weglating van bepaalde modules. Hoewel met behulp van een dergelijke liftinrichting vanwege hergebruik aanzienlijke kostenbesparingen gerealiseerd kunnen 2 worden, blijkt dat er behoefte bestaat aan een liftinrichting die sneller geplaatst en/of verwijderd kan worden, bijvoorbeeld ten behoeve van evenementen of tijdelijke werkzaamheden bij infrastructurele werken, zoals bij spoorlijnen.
5 De uitvinding beoogt een liftsysteem overeenkomstig de aanhef te verkrijgen waarbij met behoud van de voordelen ten minste een van de nadelen wordt tegengegaan. In het bijzonder beoogt de uitvinding een liftsysteem overeenkomstig de aanhef te verkrijgen die nog gemakkelijker tijdelijk toepasbaar is. Daartoe is de structuur gevormd als een 10 verplaatsbare, integrale eenheid.
Door toepassing van een verplaatsbare, integrale eenheid kan de liftinrichting als geheel ter plaatse worden gebracht, bedrijfsklaar worden gemaakt, en na gebruik als geheel op transport worden gesteld. Aangezien assemblagewerkzaamheden praktisch geheel achterwege kunnen blijven op 15 de locatie waar de liftinrichting in bedrijf komt, kan de lift zeer eenvoudig in bedrijf worden gebracht. Ook kan het bedrijfsklaar maken van de liftinrichting minder afhankelijk zijn van plaatselijke omstandigheden, zoals weersinvloeden, hetgeen de planning kan vergemakkelijken.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een transportmiddel.
20 De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het positioneren van een liftinrichting.
Ook heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen van een liftinrichting.
Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn 25 weergegeven in de volgconclusies.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden die in de tekening zijn weergegeven. In de tekening toont:
Figuur 1 een schematisch perspectivisch aanzicht van de voorzijde 30 van een liftinrichting overeenkomstig de uitvinding; 3
Figuur 2 een schematisch perspectivisch aanzicht van de achterzijde van de liftinrichting van Fig. 1;
Figuur 3 een schematisch aanzicht van een transportmiddel met een integrale eenheid in een transportstand; 5 Figuur 4 een schematisch aanzicht van een transportmiddel met een integrale eenheid in een bedrijfsstand; en
Figuur 5 een schematisch aanzicht van de voorzijde van een andere liftinrichting overeenkomstig de uitvinding.
De figuren zijn slechts een schematische weergave van de 10 voorkeursuitvoering van de uitvinding. In de figuren zijn gelijke of corresponderende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven.
In de beschrijving en de conclusies wordt een aantal begrippen gebruikt, die hieronder kort worden toegelicht.
Onder een standaardcontainer dient ten minste doch niet 15 uitsluitend te worden verstaan een container die wordt gebruikt bij het transport van goederen en die in bepaalde standaardafmetingen worden uitgevoerd zodat deze gemakkelijk op vrachtwagens, schepen, treinen en/of met andere vormen van transport vervoerd kunnen worden. Dergelijke standaardcontainers zijn ook bekend als ISO containers of standaard 20 zeecontainers. De maatvoering van dergelijke containers wordt bijvoorbeeld onder meer gegeven in de door de ISO (International Organization for Standardization) uitgegeven aanbeveling R-668. De maatvoering die in deze aanbeveling is aangegeven voor een dergelijke container bedraagt: een breedte van 8 voet (ca 2.4 m), een hoogte van 8 voet 6 duim (ca 2.6 m) en een 25 lengte van 10, 20 of 40 voet (ca 6 m, 9 m,12 m).
Hierbij worden de maatvoering en de afmetingen zodanig bepaald dat geometrische assen (x,y,z) overeenstemmen met de breedte, lengte, hoogte van de container.
Onder een ribbe wordt ten minste doch niet uitsluitend verstaan 30 een hoekrand van een container waar twee zijvlakken elkaar snijden. Zo 4 wordt een hoogteribbe H gedefinieerd als een ribbe die zich in hoofdzaak in een richting evenwijdig aan de hoogte in richting z uitstrekt. De gezamenlijke ribben kunnen hierdoor bijvoorbeeld de buitencontour van de container definiëren.
5 Onder een kopse zijde van een container wordt ten minste doch niet uitsluitend verstaan de zijde die wordt gevormd door het vlak dat wordt omgeven door twee hoogteribben (z) en twee breedteribben (x).
Onder een gebruikspositie wordt ten minste doch niet uitsluitend verstaan een positie van een liftmodule of van de lift waarbij deze op een 10 kopse zijde is geplaatst en waarbij bijvoorbeeld de geleidingsmiddelen en de liftschacht staand zijn georiënteerd.
Dergelijke zeecontainers zijn doorgaans uitgevoerd met specifieke hoekgietstukken, ook bekend als corner castings. Onder een hoekgietstuk dient aldus ten minste doch niet uitsluitend te worden verstaan een 15 hoekgietstuk zoals dat bij standaard containers wordt gebruikt of wat betreft de maatvoering daarmee in hoofdzaak overeenstemt. Deze hoekgietstukken hebben een binnenruimte en ten minste één uitsparing, veelal ovaalvormige of rechthoekig afgerond, waarin bijvoorbeeld een draaisluitverbinding past en kan aangrijpen.
20 De containers kunnen door deze hoekgietstukken met elkaar, met een laadplatform, een hijsinrichting en/of met de vaste wereld worden verbonden, bijvoorbeeld door middel van de draaisluitverbindingen. Dergelijke draaisluitverbindingen staan ook bekend onder de naam twistlocks. Deze draaisluitverbindingen grijpen met een bevestigingsdeel in 25 één van de uitsparingen van de hoekgietstukken aan een kunnen zich hierin door een draaiende beweging als een sleutel in een slot vastgrijpen. In de literatuur zijn diverse uitvoeringsvormen van dergelijke twistlocks bekend bijvoorbeeld zoals in het Amerikaanse octrooischrift US 5 632 586 wordt getoond en beschreven. Onder een twistlock dient dus ten minste doch niet 5 uitsluitend te worden verstaan een draaisluitverbinding die in een hoekgietstuk kan aangrijpen.
Figuur 1 toont een schematisch perspectivisch aanzicht van de voorzijde van een liftinrichting 1 overeenkomstig de uitvinding. Voorts toont 5 Figuur 2 een schematisch perspectivisch aanzicht van de achterzijde van de liftinrichting van Fig. 1. De inrichting 1 heeft een structuur 100 waarin een liftschacht 2 met (niet getoonde) geleidingsmiddelen is aangebracht. Voorts heeft de inrichting 1 een liftkooi 3 die via de geleidingsmiddelen verplaatsbaar is in de liftschacht 2. De structuur 100 is voorzien van (niet 10 getoonde) aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi 3. Daarnaast is de structuur 100 gevormd als een verplaatsbare, integrale eenheid. Door de liftkooi 3 en de aandrijfmiddelen in de verplaatsbare, integrale eenheid 100 onder te brengen kunnen diverse assemblagewerkzaamheden bij het plaatsen van de liftinrichting achterwege blijven. Evenzo vereenvoudigt de 15 ontmantelingsprocedure hierdoor. De liftinrichting kan in principe als een enkelvoudige eenheid worden behandeld.
De getoonde integrale eenheid 100 heeft een buitencontour die in hoofdzaak blokvormig is. Zo heeft de buitencontour een ondervlak 4, een bovenvlak 5, en vier zijvlakken 6-9, alle gedefinieerd in een bedrijfsstand 20 van de liftinrichting 1, waarbij de integrale eenheid 100 rust op een kops uiteinde van de buitencontour. De zijvlakken 6-9 worden omgeven door twee lengteribben L en twee andere ribben, namelijk twee breedteribben B of twee hoogteribben H. Het ondervlak 4 en het bovenvlak 6 worden omgeven door twee breedteribben B en twee hoogteribben H die zich in respectievelijk 25 de breedte in de richting x en in de hoogte in de richting z uitstrekken.
Hierbij vallen de dimensies van de buitencontour van de integrale eenheid 100 in hoofdzaak samen met de dimensies van een standaard container, in de getoonde uitvoering een 40 voets container. De integrale eenheid is voorts voorzien van hoekgietstukken die zijn ingericht voor bevestiging op een 6 transportmiddel met behulp van twistlocks en dergelijke. Zo kan de liftinrichting 1 relatief eenvoudig als een container worden getransporteerd.
Opgemerkt wordt dat bij voorkeur een tijdens gebruik van de liftinrichting opstaande zijde 6, een zijvlak van de integrale eenheid, 5 dimensies heeft die in hoofdzaak samenvallen met de dimensies van het ondervlak van een standaard container. In dit verband wordt met het ondervlak van een standaard container bedoeld een buitenvlak van de container dat wordt omgeven door lengteribben en breedteribben, dat wil zeggen het vlak dat zich tijdens transport normaliter aan de onderzijde 10 bevindt. Door genoemde opstaande zijde 6 met afmetingen van een container uit te voeren, kan deze zijde 6 als ondervlak functioneren bij transport, terwijl andere afmetingen, zoals de hoogte hiervan kunnen afwijken. Wanneer de gehele buitencontour van de integrale eenheid 100 als een container wordt gedimensioneerd heeft dit als bijkomend voordeel dat 15 de eenheid vanwege de afwezigheid van afwijkende buitenmaten geheel als container kan worden behandeld, bijvoorbeeld ook bij opslag.
Door toepassing van de hoekgietstukken kan de eenheid 100 eenvoudig worden gekoppeld aan standaardcontainers of aan een transportmiddel.
20 De aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi omvatten een elektrische motor, en een door de motor aangedreven tractieschijf voor het aandrijven van één of een meervoudig aantal tractiekabels , zodat een hijsinstallatie is verkregen. Voorts zijn de aandrijfmiddelen voorzien van een regelmechanisme om de aandrijving van de liftkooi adequaat te kunnen 25 bedienen. De liftinrichting 1 omvat voorts een elektrisch aansluitpunt 16 voor het extern toevoeren van elektrische energie aan de aandrijfmiddelen.
Opgemerkt wordt dat in plaats van een tractieaandrijving een ander type aandrijving kan worden toegepast, bijvoorbeeld een hydraulische aandrijving, een pneumatische aandrijving, een mechanisme met een 30 tandheugel en een rondsel, een kettingmechanisme, een schaarmechanisme, 7 een trommelmechanisme, een schroefspindel, etc. Zoals de vakman bekend is, kunnen aandrijfmiddelen ook andersoortige elementen omvatten zoals een contragewicht.
Voorts omvat de liftinrichting 1 een meervoudig aantal 5 toegangsdeuren 10-13 die zijn aangebracht in tijdens gebruik van de lichtinrichting één of meervoudig aantal opstaande zijden 6-9 van de integrale eenheid 100. De toegangsdeuren kunnen dienst doen als ingang en uitgang van de lift. In de getoonde uitvoeringsvorm bevinden de toegangsdeuren 10-13 zich aan de voorzijde 7 en de achterzijde 9 van de 10 integrale eenheid 100. De voor- en achterzijde 7; 9 zijn twee tegenover elkaar gelegen opstaande zijden, de zijvlakken van de integrale eenheid 100.
Overeenkomstig een aspect van de uitvinding kunnen twee toegangsdeuren 10; 11-13 in tijdens gebruik van de liftinrichting 1 zich tegenover elkaar bevindende opstaande zijden van de integrale eenheid zijn 15 aangebracht. Zo heeft een de getoonde uitvoeringsvorm een eerste toegangsdeur 10 aan de voorzijde 7 van de eenheid 100 en een drietal toegangsdeuren 11-13 aan de achterzijde 9 van de eenheid 100. Door de toegangsdeuren te situeren aan tegenovergestelde zijden van de eenheid 100 kunnen liftgebruikers niet te keren tijdens hun aanwezigheid in de liftkooi 20 3. Nadat de liftkooi 3 de gewenste hoogte heeft bereikt kan men immers de weg vervolgen in dezelfde horizontale richting die men volgde bij het plaatsnemen in de liftkooi 3. Nu de noodzaak om te keren vervalt, kunnen minder wendbare gebruikers van de liftinrichting, zoals rolstoelgebruikers, met meer comfort worden bediend. Uiteraard kunnen de toegangsdeuren 25 ook in één zijde van de eenheid 100 worden gerealiseerd, bijvoorbeeld om fabricagekosten te verminderen.
Voorts kunnen aan één zijde één of een meervoudig aantal toegangsdeuren worden aangebracht. Door een meervoudig aantal toegangsdeuren boven elkaar aan te brengen kunnen de gebruikers op 30 verschillende niveaus in- en uitstappen. Wanneer aan een zijde slechts één 8 in- of uitstapniveau vereist is, bijvoorbeeld bij het overbruggen van een vaste hoogte of bij toegang vanaf of naar het maaiveld, kan volstaan worden met een enkelvoudige deur aan één of beide zijden van de integrale eenheid 100.
5 Op voordelige wijze kan de hoogte van een toegangsdeur instelbaar zijn, bijvoorbeeld door toepassing van in hoogte verstelbare profielen waaraan deurelementen, kozijnen en dorpels bevestigd kunnen worden. In principe kunnen dan ook andere delen in hoogte instelbaar worden gemonteerd, zoals wanddelen. Aldus kunnen de liftdeuren in principe op een 10 gewenst niveau worden afgesteld, hetgeen de flexibiliteit in toepassing van de liftinrichting verder vergroot.
Bij grote voorkeur is de integrale eenheid voorzien van een verstijvend frame om, stabiel gepositioneerd op een kopse zijde van de eenheid, het ondervlak 4, vervormende krachten op te nemen. Het frame 15 kan bijvoorbeeld een samenstel van buizen omvatten. Ook kan de integrale eenheid 100 zijn bekleed met stijve elementen, zoals staalplaten, zodat het verstijvende frame is geïntegreerd in de buitenwand van de integrale eenheid 100. Door toepassing van een verstijvend frame kan de constructie in principe solitair op een ondergrond worden geplaatst, waarbij het 20 ondervlak optioneel wordt verankerd. In principe is een verdere fixatie, bijvoorbeeld door de integrale eenheid op verschillende hoogte vast te zetten aan een externe constructie, dan overbodig. Bijgevolg is de liftinrichting 1 flexibel inzetbaar, op diverse locaties, en in grote mate onafhankelijk van bestaande infrastructuur. Bovendien is de inrichting na 25 plaatsing van de eenheid 100 zeer snel inzetbaar, omdat externe koppeling aan het terrein in principe achterwege kan blijven.
Figuur 5 toont een schematisch aanzicht van de voorzijde van een andere liftinrichting 1 overeenkomstig de uitvinding. De liftinrichting 1, die deels opengewerkt is weergegeven, is nu voorzien van een separaat 30 stabiliseringselement 30, bijvoorbeeld uitgevoerd als een container, die 9 naast de integrale eenheid 100 op de ondergrond 23 is geplaatst. Het stabiliseringselement 30 is met behulp van een verbindingsconstructie 31, bijvoorbeeld met een stelsel van buizen, aan de integrale eenheid 100 gekoppeld. Het stabiliseringselement 30 is in de getoonde uitvoering 5 voorzien van voetelementen 32 voor het dragen van het element 30. Optioneel kan het element 32 worden verankerd aan de ondergrond, bijvoorbeeld door fixatie aan een fundering. Voorts is de integrale eenheid 100 voorzien van stelelementen 33 voor het waterpas plaatsen van de eenheid 100. Door toepassing van de verbindingsconstructie en het 10 stabiliseringselement kan op elegante wijze een stabiele liftinrichting 1 worden verkregen, ook zonder fixatie aan andere objecten, bijvoorbeeld een flatgebouw, in principe achterwege kan blijven. Bij voorkeur is de verbindingsconstructie zodanig vormgegeven dat zowel trek- als drukkrachten vanaf de integrale eenheid 100 kunnen worden doorgeleid 15 naar het stabiliseringselement. Voorts kan het stabiliseringselement wordtn voorzien van een ballast zodat een nog grotere stabiliteit wordt verkregen. Opgemerkt wordt dat de liftinrichting 1 toch, indien gewenst, aan een ander object kan worden bevestigd, bijvoorbeeld om een nog stijvere constructie te verkrijgen. Ook kunnen de stelelementen 33 en/of de voetelementen 32 20 achterwege blijven.
Figuur 3 toont een schematisch aanzicht van een transportmiddel met een integrale eenheid in een transportstand. Evenzo toont Figuur 4 een schematisch aanzicht van een transportmiddel met een integrale eenheid in een bedrijfsstand. Het transportmiddel is uitgevoerd als een vrachtwagen 20 25 voor the transporteren van standaard containers, ook zeecontainers genoemd. De vrachtwagen 20 is voorzien van een ondersteunende structuur 21 en een kantelmechanisme 22 voor het kantelen van de integrale eenheid 100 die met de vrachtwagen 20 kan worden getransporteerd. Figuur 3 toont de integrale eenheid 100 in de transportstand waarin een tijdens gebruik 30 opstaande zijde 6 van de integrale eenheid 100 wordt gedragen door de 10 ondersteunende structuur 21 van de vrachtwagen 20. Het kantelmechanisme omvat een hydraulisch, telescoperende eenheid die de integrale eenheid 100 kan kantelen tot in een bedrijfsstand van de integrale eenheid 100 waarbij de integrale eenheid 100 is gepositioneerd op een kopse 5 zijde van de eenheid, het ondervlak, dat rust op het maaiveld 23, zoals getoond in Figuur 4. In principe is de liftinrichting 1 na het activeren van de aandrijfmiddelen dan direct inzetbaar.
Zoals de vakman bekend is, kan het kantelmechanisme ook anders worden uitgevoerd, bijvoorbeeld met een tandheugelconstructie.
10 Aldus wordt overeenkomstig een aspect van de uitvinding een werkwijze verschaft voor het positioneren van een liftinrichting, omvattende de stap van het kantelen van de integrale eenheid vanuit een transportstand waarin een tijdens gebruik opstaande zijde van de integrale eenheid wordt gedragen door een ondersteunende structuur van een 15 transportmiddel, naar een bedrijfsstand waarin de integrale eenheid is gepositioneerd op een kopse zijde van de eenheid.
Overeenkomstig een ander aspect van de uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het ter transport in gereedheid brengen van een liftinrichting, omvattende de stap van het kantelen van de integrale eenheid 20 vanuit een bedrijfsstand waarin de integrale eenheid is gepositioneerd op een kopse zijde van de eenheid, naar een transportstand waarin een tijdens gebruik opstaande zijde van de integrale eenheid wordt gedragen door een ondersteunende structuur van een transportmiddel.
Opgemerkt wordt dat de liftinrichting ook met behulp van een 25 ander type transportmiddel getransporteerd kan worden, bijvoorbeeld via een dieplader, per trein of per schip. Ook kan de liftinrichting zonder de hierboven beschreven kantelprocedure op het transportmiddel worden geplaatst, danwel in de bedrijfsstand worden gebracht, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een afzonderlijke hijsinrichting.
11
Opgemerkt wordt voorts dat de integrale eenheid 100 niet alleen in hoofdzaak blokvormig kan worden uitgevoerd, maar ook anderszins, bijvoorbeeld met binnenwaarts gekromde vlakken tussen de ribben van de eenheid.
5 De uitvinding is niet beperkt tot de hier beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Vele varianten zijn mogelijk.
Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding, zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.

Claims (16)

1. Liftinrichting, omvattende een structuur waarin een liftschacht met geleidingsmiddelen is aangebracht, voorts omvattende een liftkooi die via de geleidingsmiddelen verplaatsbaar is in de liftschacht, waarbij de structuur is voorzien aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi, 5 en waarbij de structuur is gevormd als een verplaatsbare, integrale eenheid.
2. Liftinrichting volgens conclusie 1, waarbij de buitencontour van de integrale eenheid in hoofdzaak blokvormig is.
3. Liftinrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij een tijdens gebruik van de liftinrichting opstaande zijde van de integrale eenheid dimensies 10 heeft die in hoofdzaak samenvallen met de dimensies van het ondervlak van een standaard container.
4. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de dimensies van de buitencontour van de integrale eenheid in hoofdzaak samenvallen met de dimensies van een standaard container.
5. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de integrale eenheid is voorzien van hoekgietstukken die zijn ingericht voor bevestiging op een transportmiddel met behulp van twistlocks en dergelijke.
6. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de liftkooi en de aandrijfmiddelen in de verplaatsbare, integrale eenheid zijn 20 aangebracht.
7. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, voorts omvattende een elektrisch aansluitpunt voor het extern toevoeren van elektrische energie aan de aandrijfmiddelen.
8. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, voorts 25 omvattende een meervoudig aantal toegangsdeuren die zijn aangebracht in tijdens gebruik van de lichtinrichting één of meervoudig aantal opstaande zijden van de integrale eenheid.
9. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij twee toegangsdeuren in tijdens gebruik van de liftinrichting zich tegenover elkaar bevindende opstaande zijden van de integrale eenheid zijn aangebracht.
10. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij een meervoudig aantal toegangsdeuren boven elkaar zijn aangebracht.
11. Liftinrichting volgens conclusie 10, waarbij de hoogte van een toegangsdeur instelbaar is.
12. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de 10 integrale eenheid is voorzien van een verstijvend frame om, stabiel gepositioneerd op een kopse zijde van de eenheid, vervormende krachten op te nemen.
13. Liftinrichting volgens één der voorgaande conclusies, voorts omvattende een separaat stabiliseringselement voor plaatsing naast de 15 integrale eenheid, voorts omvattende een verbindingsconstructie voor koppeling van de integrale eenheid aan het separate stabiliseringselement.
14. Transportmiddel voor het verplaatsen van een liftinrichting, omvattende een structuur waarin een liftschacht met geleidingsmiddelen is aangebracht, voorts omvattende een liftkooi die via de geleidingsmiddelen 20 verplaatsbaar is in de liftschacht, waarbij de structuur is voorzien van aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi, en waarbij de structuur is gevormd als een verplaatsbare, integrale eenheid, waarbij het transportmiddel is voorzien van een ondersteunende structuur voor het ondersteunen van de integrale eenheid, en waarbij het transportmiddel 25 voorts is voorzien van een kantelmechanisme voor het kantelen van de integrale eenheid vanuit een transportstand waarin een tijdens gebruik opstaande zijde van de integrale eenheid wordt gedragen door de ondersteunende structuur van het transportmiddel, naar een bedrijfsstand waarin de integrale eenheid is gepositioneerd op een kopse zijde van de 30 eenheid, en vice versa.
15. Werkwijze voor het positioneren van een liftinrichting, omvattende een structuur waarin een liftschacht met geleidingsmiddelen is aangebracht, voorts omvattende een liftkooi die via de geleidingsmiddelen verplaatsbaar is in de liftschacht, waarbij de structuur is voorzien van 5 aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi, en waarbij de structuur is gevormd als een verplaatsbare, integrale eenheid, waarbij de werkwijze de stap omvat van het kantelen van de integrale eenheid vanuit een transportstand waarin een tijdens gebruik opstaande zijde van de integrale eenheid wordt gedragen door een ondersteunende structuur van 10 een transportmiddel, naar een bedrijfsstand waarin de integrale eenheid is gepositioneerd op een kopse zijde van de eenheid.
16. Werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen van een liftinrichting, omvattende een structuur waarin een liftschacht met geleidingsmiddelen is aangebracht, voorts omvattende een liftkooi die via de 15 geleidingsmiddelen verplaatsbaar is in de liftschacht, waarbij de structuur is voorzien van aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de liftkooi, en waarbij de structuur is gevormd als een verplaatsbare, integrale eenheid, waarbij de werkwijze de stap omvat van het kantelen van de integrale eenheid vanuit een bedrijfsstand waarin de integrale eenheid is 20 gepositioneerd op een kopse zijde van de eenheid, naar een transportstand waarin een tijdens gebruik opstaande zijde van de integrale eenheid wordt gedragen door een ondersteunende structuur van een transportmiddel.
NL2005305A 2010-09-02 2010-09-02 Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen. NL2005305C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005305A NL2005305C2 (nl) 2010-09-02 2010-09-02 Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005305A NL2005305C2 (nl) 2010-09-02 2010-09-02 Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen.
NL2005305 2010-09-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2005305C2 true NL2005305C2 (nl) 2012-03-05

Family

ID=43856040

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2005305A NL2005305C2 (nl) 2010-09-02 2010-09-02 Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2005305C2 (nl)

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3173367A2 (en) 2015-11-27 2017-05-31 RECO Liftbeheer B.V. Movable lift apparatus
WO2022049325A1 (en) * 2020-09-04 2022-03-10 Kone Corporation Construction time use elevator shaft element, elevator arrangement and method
WO2023131739A1 (en) * 2022-01-05 2023-07-13 Kone Corporation Construction time use elevator arrangement and method
US12017886B2 (en) * 2020-08-21 2024-06-25 Kone Corporation Elevator shaft element, elevator arrangement and method

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE9209957U1 (de) * 1992-07-20 1993-03-25 Doose, Volker, Dipl.-Ing., 2000 Hamburg Pflegecontainer-System
JP2001261253A (ja) * 2000-03-23 2001-09-26 Ohbayashi Corp エレベータ構造およびエレベータの構築工法
JP2003089484A (ja) * 2001-09-19 2003-03-25 Hitachi Building Systems Co Ltd 建物の昇降装置
US6540048B1 (en) * 1999-07-12 2003-04-01 Inventio Ag Elevator installation with hoistway doors
JP2004075208A (ja) * 2002-08-09 2004-03-11 Kumagai Gumi Co Ltd エレベータ塔の施工方法
JP2004075207A (ja) * 2002-08-09 2004-03-11 Kumagai Gumi Co Ltd エレベータ塔の施工方法
EP1780162A1 (en) * 2005-10-25 2007-05-02 Reco Holding B.V. Lift apparatus and method for forming same
JP2008044777A (ja) * 2006-08-21 2008-02-28 Toshiba Elevator Co Ltd 鉄塔構造体

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE9209957U1 (de) * 1992-07-20 1993-03-25 Doose, Volker, Dipl.-Ing., 2000 Hamburg Pflegecontainer-System
US6540048B1 (en) * 1999-07-12 2003-04-01 Inventio Ag Elevator installation with hoistway doors
JP2001261253A (ja) * 2000-03-23 2001-09-26 Ohbayashi Corp エレベータ構造およびエレベータの構築工法
JP2003089484A (ja) * 2001-09-19 2003-03-25 Hitachi Building Systems Co Ltd 建物の昇降装置
JP2004075208A (ja) * 2002-08-09 2004-03-11 Kumagai Gumi Co Ltd エレベータ塔の施工方法
JP2004075207A (ja) * 2002-08-09 2004-03-11 Kumagai Gumi Co Ltd エレベータ塔の施工方法
EP1780162A1 (en) * 2005-10-25 2007-05-02 Reco Holding B.V. Lift apparatus and method for forming same
JP2008044777A (ja) * 2006-08-21 2008-02-28 Toshiba Elevator Co Ltd 鉄塔構造体

Cited By (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3173367A2 (en) 2015-11-27 2017-05-31 RECO Liftbeheer B.V. Movable lift apparatus
NL2015870B1 (nl) * 2015-11-27 2017-06-13 Reco Liftbeheer B V Verplaatsbare liftinrichting, werkwijze voor het gebruiksklaar maken van een verplaatsbare liftinrichting en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen van een verplaatsbare liftinrichting.
EP3173367A3 (en) * 2015-11-27 2017-08-30 RECO Liftbeheer B.V. Movable lift apparatus
US12017886B2 (en) * 2020-08-21 2024-06-25 Kone Corporation Elevator shaft element, elevator arrangement and method
WO2022049325A1 (en) * 2020-09-04 2022-03-10 Kone Corporation Construction time use elevator shaft element, elevator arrangement and method
US12071324B2 (en) 2020-09-04 2024-08-27 Kone Corporation Construction time use elevator shaft element, elevator arrangement and method
WO2023131739A1 (en) * 2022-01-05 2023-07-13 Kone Corporation Construction time use elevator arrangement and method

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP2394006B1 (en) Construction system and method for multi-floor buildings
CN110603195A (zh) 无人机着陆的系统、方法和站点
NL2005305C2 (nl) Liftinrichting, transportmiddel, werkwijze voor het positioneren en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen.
US9221501B2 (en) Platform system for a cargo compartment of a truck, lorry or trailer
US20080099283A1 (en) Lift Apparatus and Method for Forming Same
EP1780162B1 (en) Lift apparatus and method for forming same
CN111491885A (zh) 用于多层建筑物建造的升降平台系统
CN109563715B (zh) 建造系统和方法
NL2002869C2 (nl) Modulaire lift, werkwijze voor de vervaardiging en werkwijze voor de installatie hiervan.
US5067587A (en) Service platform for mobile scaffolding unit
JP4312055B2 (ja) バッファストラドルクレーン
US12071777B2 (en) Safety gate
JP4316514B2 (ja) 機械式駐車装置における作業装置とその作業方法
AU2010201726A1 (en) Loading drawer
GB2217296A (en) Lift building construction
JP4837488B2 (ja) 工事用エレベータの乗降用ステージ
KR101342098B1 (ko) 보조 주차 시스템 및 이를 구비하는 주차 시스템
KR101325534B1 (ko) 화물용 호이스트를 구비하는 건설용 엘리베이터
CZ391090A3 (en) Parking system for cars
NL2015870B1 (nl) Verplaatsbare liftinrichting, werkwijze voor het gebruiksklaar maken van een verplaatsbare liftinrichting en werkwijze voor het ter transport in gereedheid brengen van een verplaatsbare liftinrichting.
JP7336904B2 (ja) エレベータ式駐車装置の作業床構築装置
RU2427692C1 (ru) Хранилище (варианты)
RU2324040C2 (ru) Автоматический многоэтажный гараж-пенал
EP3872005B1 (en) Layered warehouse assembly
RU78246U1 (ru) Многоместный подземный паркинг