NL2002846C2 - AID FOR A SPRAYER. - Google Patents

AID FOR A SPRAYER. Download PDF

Info

Publication number
NL2002846C2
NL2002846C2 NL2002846A NL2002846A NL2002846C2 NL 2002846 C2 NL2002846 C2 NL 2002846C2 NL 2002846 A NL2002846 A NL 2002846A NL 2002846 A NL2002846 A NL 2002846A NL 2002846 C2 NL2002846 C2 NL 2002846C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
passage
accessory
holder
attachment
nozzle
Prior art date
Application number
NL2002846A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Corstiaan Johannes Goolen
Original Assignee
U & D Fasion Traders B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by U & D Fasion Traders B V filed Critical U & D Fasion Traders B V
Priority to NL2002846A priority Critical patent/NL2002846C2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2002846C2 publication Critical patent/NL2002846C2/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05CAPPARATUS FOR APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05C17/00Hand tools or apparatus using hand held tools, for applying liquids or other fluent materials to, for spreading applied liquids or other fluent materials on, or for partially removing applied liquids or other fluent materials from, surfaces
    • B05C17/005Hand tools or apparatus using hand held tools, for applying liquids or other fluent materials to, for spreading applied liquids or other fluent materials on, or for partially removing applied liquids or other fluent materials from, surfaces for discharging material from a reservoir or container located in or on the hand tool through an outlet orifice by pressure without using surface contacting members like pads or brushes
    • B05C17/01Hand tools or apparatus using hand held tools, for applying liquids or other fluent materials to, for spreading applied liquids or other fluent materials on, or for partially removing applied liquids or other fluent materials from, surfaces for discharging material from a reservoir or container located in or on the hand tool through an outlet orifice by pressure without using surface contacting members like pads or brushes with manually mechanically or electrically actuated piston or the like
    • B05C17/0146Hand tools or apparatus using hand held tools, for applying liquids or other fluent materials to, for spreading applied liquids or other fluent materials on, or for partially removing applied liquids or other fluent materials from, surfaces for discharging material from a reservoir or container located in or on the hand tool through an outlet orifice by pressure without using surface contacting members like pads or brushes with manually mechanically or electrically actuated piston or the like comprising a valve in the proximity of the nozzle that is not actuated by pressure, e.g. manually actuated

Description

HULPSTUK VOOR EEN SPUITINRICHTINGAID FOR A SPRAYER

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een hulpstuk voor een spuitinrichting voor het afgeven van een viskeuze substantie, in het bijzonder een 5 vloeibare lijm of kit. De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel voor het afgeven van een dergelijke substantie omvattende een dergelijk hulpstuk en een spuitinrichting.The present invention relates to an attachment for a spraying device for dispensing a viscous substance, in particular a liquid glue or sealant. The invention also relates to an assembly for dispensing such a substance comprising such an accessory and a spraying device.

Een spuitelement, bijvoorbeeld een kitspuit, omvat in het algemeen een in hoofdzaak cilindrische houder waarin de af te geven substantie is aangebracht. De 10 houder heeft een afvoer, veelal in de vorm van een cilindrisch uitsteeksel dat voorzien is van een afvoeropening. In de houder is een in de lengterichting daarvan verplaatsbare plunjer aanwezig waarmee de in de houder voorziene substantie via de afvoer uit de houder te persen is. Op de afvoer is een mondstuk te bevestigen voor het geleiden en afgeven van de substantie. Meer in het bijzonder zijn aan de houder 15 voorziene eerste bevestigingsmiddelen en aan het mondstuk voorziene tweede bevestigingsmiddelen aanwezig om de houder en het mondstuk losmaakbaar aan elkaar te bevestigen.A spray element, for example a caulking syringe, generally comprises a substantially cylindrical container in which the substance to be dispensed is arranged. The holder has a drain, often in the form of a cylindrical protrusion provided with a drain opening. In the holder there is a plunger which is displaceable in the longitudinal direction thereof, with which the substance provided in the holder can be pressed out of the holder via the discharge. A nozzle can be attached to the outlet for guiding and dispensing the substance. More in particular, first fastening means provided on the holder 15 and second fastening means provided on the nozzle are provided for releasably fastening the holder and the nozzle to each other.

Dergelijke spuitelementen worden veelvuldig toegepast, bijvoorbeeld in de bouw, voor het aanbrengen van substanties zoals lijm, (siliconen-)kit en dergelijke. Een 20 spuitelement wordt hierbij in een spuitpistool aangebracht. Een spuitpistool omvat over het algemeen een steun waarin het spuitelement gelegd kan worden alsmede een verplaatsingsmechanisme waarmee handmatig of met behulp van een motor, bijvoorbeeld een elektromotor, de plunjer verder in de houder van het spuitelement geschoven kan worden om de substantie via de afvoer naar buiten te persen. Wanneer 25 de plunjer over in hoofdzaak de gehele lengte van het spuitelement verplaatst is en de substantie uit de houder is geperst, wordt het spuitelement uit het spuitpistool verwijderd en vervangen door een nieuw spuitelement.Such spray elements are used extensively, for example in construction, for applying substances such as glue, (silicone) sealant and the like. A spray element is hereby arranged in a spray gun. A spray gun generally comprises a support into which the spray element can be placed as well as a displacement mechanism with which manually or by means of a motor, for example an electric motor, the plunger can be pushed further into the container of the spray element to remove the substance via the outlet to the outside to press. When the plunger is displaced over substantially the entire length of the spray element and the substance is pressed out of the holder, the spray element is removed from the spray gun and replaced with a new spray element.

Om een goede lokalisering van de substantie op het te behandelen oppervlak mogelijk te maken, zijn dergelijke spuitelementen voorzien van een losneembaar 30 mondstuk. Over het algemeen wordt een dergelijke mondstuk apart van het spuitelement geleverd en kan dit door middel van schroefdraad op een afvoer van het spuitelement worden aangesloten wanneer de houder in de steun geplaatst is.To enable a good localization of the substance on the surface to be treated, such spray elements are provided with a detachable nozzle. In general, such a nozzle is supplied separately from the spray element and can be connected to a drain of the spray element by means of screw thread when the holder is placed in the support.

22

Een veel voorkomend probleem bij de bekende spuitelementen is dat de substantie na de plunjer te hebben verplaats, nog gedurende enige tijd blijft nalekken. Dit kan betekenen dat de substantie na gebruik via het mondstuk het spuitelement verlaat en terecht kan komen op ongewenste plaatsen. Een verder bezwaar van bekende 5 spuitelementen is dat er na enige tijd uitharding van de substantie plaats kan vinden, met name in het mondstuk en/of in de afvoer van het spuitelement. Wanneer de substantie eenmaal op dergelijke wijze is uitgehard, kan het spuitelement onbruikbaar zijn geworden en dient dit vervangen te worden door een nieuw spuitelement.A common problem with the known spray elements is that the substance, after having moved the plunger, continues to leak for some time. This may mean that after use, the substance leaves the spray element via the nozzle and may end up in undesired places. A further drawback of known spray elements is that hardening of the substance can take place after some time, in particular in the nozzle and / or in the discharge of the spray element. Once the substance has cured in such a way, the spray element may have become unusable and must be replaced with a new spray element.

Om het probleem van uitharden tegen te gaan, is het bekend om na gebruik aan 10 het uiteinde van het mondstuk een afsluitdop te plaatsen. Het bezwaar van deze afsluitdop is echter dat, afhankelijk van de substantie, de afsluitdop zich kan vasthechten aan het mondstuk. Indien vasthechting heeft plaatsgevonden, is het spuitelement eveneens onbruikbaar geworden. Een verder bezwaar van het gebruik van een afsluitdop is dat de afsluiting aan het (distale) uiteinde van het mondstuk 15 plaatsvindt. Dit betekent dat het deel van de substantie dat is gelegen tussen het spuitelement en het distale uiteinde van het mondstuk nog kwetsbaar is voor invloeden van buitenaf. Indien bijvoorbeeld toch lucht in het mondstuk terechtkomt, bijvoorbeeld doordat de dop enigszins lekt, kan alsnog een gehele of gedeeltelijke uitharding van de substantie plaatsvinden.In order to counteract the problem of curing, it is known to place a cap on the end of the nozzle after use. The drawback of this closure cap, however, is that, depending on the substance, the closure cap can adhere to the nozzle. If attachment has taken place, the spray element has also become unusable. A further drawback of the use of a closure cap is that the closure takes place at the (distal) end of the nozzle 15. This means that the part of the substance that lies between the spray element and the distal end of the mouthpiece is still vulnerable to external influences. If, for example, air nevertheless enters the mouthpiece, for example because the cap is leaking slightly, a complete or partial curing of the substance can still take place.

20 De onderhavige uitvinding heeft als doel om de bovengenoemde bezwaren van de bekende spuitelementen te ondervangen of althans te verminderen. De uitvinding heeft tevens als doel een hulpstuk te verschaffen waarmee de hierboven genoemde bezwaren van de stand van de techniek kunnen worden verminderd zonder dat daarbij technische aanpassingen aan het spuitelement nodig zijn.The present invention has for its object to obviate or at least reduce the abovementioned drawbacks of the known spray elements. The invention also has for its object to provide an accessory with which the above stated drawbacks of the prior art can be reduced without the need for technical modifications to the spray element.

25 Volgens een eerste aspect van de onderhavige uitvinding wordt ten minste één van de genoemde doelen bereikt in een hulpstuk voor een spuitinrichting voor het afgeven van een viskeuze substantie, in het bijzonder een vloeibare lijm of kit, waarbij de spuitinrichting omvat: - een spuitelement omvattende een in hoofdzaak cilindrische houder voorzien van 30 een afvoer, een in de houder verplaatsbaar aangebrachte plunjer waarmee in de houder voorziene substantie via de afvoer uit de houder te persen is, een mondstuk voor het geleiden en afgeven van de via de afvoer afgevoerde substantie; en aan de houder voorziene eerste bevestigingsmiddelen en aan het mondstuk voorziene tweede 3 bevestigingsmiddelen voor het in een eerste gebruiksmodus losmaakbaar aan elkaar bevestigen van de houder en het mondstuk; waarbij het hulpstuk is ingericht om in een tweede gebruiksmodus tussen de houder en het mondstuk te worden bevestigd en waarbij het hulpstuk omvat: 5 - een doorlaat die enerzijds op de afvoer van de houder en anderzijds op het mondstuk aan te sluiten is, - afsluitmiddelen voor het ten minste gedeeltelijk afsluiten of vrijgeven van de doorlaat; - bedieningsmiddelen voor het bedienen van de afsluitmiddelen.According to a first aspect of the present invention, at least one of the stated objects is achieved in an attachment for a spraying device for dispensing a viscous substance, in particular a liquid glue or kit, the spraying device comprising: - a spraying element comprising a substantially cylindrical holder provided with a drain, a plunger arranged displaceably in the holder with which substance provided in the holder can be pressed out of the holder via the drain, a nozzle for guiding and dispensing the substance discharged via the drain; and first fastening means provided on the holder and second fastening means provided on the mouthpiece for releasably fastening the holder and the mouthpiece together in a first use mode; wherein the accessory is adapted to be mounted between the holder and the nozzle in a second mode of use and wherein the accessory comprises: - a passage which can be connected on the one hand to the discharge of the holder and on the other hand to the nozzle, - closing means for closing or releasing the passage at least partially; - operating means for operating the closing means.

10 In een eerste gebruiksmodus kan het mondstuk, zoals te doen gebruikelijk volgens de stand van de techniek, op het spuitelement worden aangebracht om vervolgens door verplaatsing van de plunjer de substantie via het mondstuk af te kunnen geven. In een tweede gebruiksmodus wordt echter tussen het mondstuk en de houder het genoemde hulpstuk aangebracht waarbij met behulp van 15 bedieningsmiddelen de doorlaat tussen het spuitelement en het distale uiteinde van het mondstuk naar wens te blokkeren of te openen is. In de geopende toestand, hierin ook wel de vrijgegeven toestand genoemd, kan het spuitelement op de gebruikelijke wijze worden gebruikt om substantie af te geven, waarbij de substantie nu via het hulpstuk en het mondstuk in plaats van alleen via het mondstuk naar buiten wordt gedwongen. Na 20 gebruik van het spuitelement, kunnen met behulp van de bedieningsmiddelen de afsluitmiddelen worden bediend zodat de doorlaat afgesloten wordt. In de afgesloten toestand wordt de toevoer van lucht voorkomen of althans verminderd zodat het risico van uitharden van de substantie aanzienlijk wordt verkleind.In a first mode of use, the nozzle, as is customary according to the state of the art, can be arranged on the spray element to subsequently be able to dispense the substance via the nozzle by displacing the plunger. In a second mode of use, however, the said accessory is arranged between the nozzle and the holder, whereby the passage between the spray element and the distal end of the nozzle can be blocked or opened as desired with the aid of operating means. In the opened state, also referred to herein as the released state, the spray element can be used in the usual manner to dispense substance, the substance now being forced out through the aid and the nozzle instead of only via the nozzle. After using the spray element, the closing means can be operated with the aid of the operating means so that the passage is closed. In the closed state, the supply of air is prevented or at least reduced, so that the risk of hardening of the substance is considerably reduced.

In een gebruikelijk type spuitelement omvatten de eerste bevestigingsmiddelen en 25 de tweede bevestigingsmiddelen van respectievelijk de houder van het spuitelement en het mondstuk daarvan inwendig en/of uitwendig schroefdraad zodat het mondstuk eenvoudig op het spuitelement kan worden vastgeschroefd. Voor het toepassen van dergelijke spuitelementen kan het hulpstuk bij voorkeur eveneens zijn ingericht met dergelijke bevestigingsmiddelen, zodat op geheel gelijke wijze het hulpstuk aan het 30 spuitelement en het mondstuk aan het hulpstuk kan worden vastgeschroefd.In a conventional type of spray element, the first fastening means and the second fastening means of respectively the holder of the spray element and the mouthpiece thereof have internal and / or external thread so that the mouthpiece can be simply screwed onto the spray element. For applying such spraying elements, the attachment can preferably also be arranged with such fixing means, so that the attachment can be screwed to the spraying element and the nozzle on the attachment in completely the same way.

Bij voorkeur is de spuitinrichting zowel zonder hulpstuk als met hulpstuk te gebruiken, waarbij over het algemeen uiteraard de voorkeur wordt gegeven aan het gebruik van het hulpstuk. Er behoeven geen technische aanpassingen van het 4 spuitelement te worden uitgevoerd omdat het hulpstuk op soortgelijke wijze als het mondstuk aan het spuitelement kan worden bevestigd. Dit maakt het gebruik van standaard spuitelementen mogelijk.The spraying device can preferably be used without an accessory as well as with an accessory, the use of the accessory generally being of course generally preferred. No technical adjustments to the spray element need be made because the attachment can be attached to the spray element in a similar manner as the nozzle. This makes it possible to use standard spray elements.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat het hulpstuk een huis met een 5 zich in hoofdzaak dwars op de doorlaat uitstrekkende uitsparing. In deze uitsparing kan een schuifelement worden aangebracht. Het schuifelement wordt hierbij zodanig aangebracht dat dit verschuifbaar is tussen een de doorlaat in het huis in hoofdzaak afsluitende stand en een doorlaat in het huis in hoofdzaak vrijgevende stand, bijvoorbeeld (maar niet hiertoe beperkt) door het schuifelement heen en weer te 10 schuiven. Het schuifelement kan hierbij bijvoorbeeld eenvoudig met behulp met een of meer vingers van de gebruiker heen en weer worden geschoven zodat de doorgang snel en eenvoudig door de gebruiker kan worden vrijgegeven of kan worden afgesloten.In an embodiment of the invention the accessory comprises a housing with a recess extending substantially transversely of the passage. A sliding element can be provided in this recess. The sliding element is hereby arranged such that it is slidable between a position which substantially closes the passage in the housing and a passage which is substantially free in the housing, for example (but not limited to) sliding back and forth by the sliding element. The sliding element can herein for instance easily be moved back and forth with the aid of one or more fingers of the user, so that the passage can be released or closed off quickly and easily by the user.

In een verdere uitvoeringsvorm is het schuifelement heen en weer verschuifbaar waarbij in de afsluitende stand een eerste uiteinde van het schuifelement en in de 15 vrijgevende stand een tweede, tegenoverliggend uiteinde van het schuifelement uitsteken vanaf het huis van het hulpstuk. Doordat telkens in een bepaalde eindstand zich één uiteinde buiten het huis uitstrekt, is in één oogopslag duidelijk voor de gebruiker in welke stand het schuifelement zich bevindt, d.w.z. in de vrijgevende stand of in de afsluitende stand. Om dit nog duidelijker te maken kan in een verdere 20 uitvoeringsvorm het eerste uiteinde een andere kleur of althans een ander uiterlijk hebben dan het andere, tegenoverliggende uiteinde van het schuifelement. Dit is echter niet noodzakelijk. Het is voor de gebruiker mogelijk door alleen aan het afsluitelement te voelen al te weten in welke stand het schuifelement zich bevindt.In a further embodiment the sliding element is slidable to and fro, wherein in the closing position a first end of the sliding element and in the releasing position a second, opposite end of the sliding element protrude from the housing of the accessory. Because one end extends outside the housing in a particular end position, it is clear at a glance to the user in which position the sliding element is located, i.e. in the releasing position or in the closing position. In order to make this even more clear, in a further embodiment the first end can have a different color or at least a different appearance than the other, opposite end of the sliding element. However, this is not necessary. It is possible for the user to feel by knowing only the closing element what the position of the sliding element is.

In een andere uitvoeringsvorm waarbij het hulpstuk een huis met een uitsparing 25 omvat en waarbij de afsluit- en bediening,smiddelen zijn gecombineerd tot een in de uitsparing aangebrachte en van ten minste een excentrische doorgang voorzien draaielement, is het draaielement draaibaar tussen een de doorlaat in hoofdzaak afsluitende stand en een de doorlaat in hoofdzaak vrijgevende stand.In another embodiment wherein the accessory comprises a housing with a recess 25 and wherein the closing and operating means are combined into a rotary element arranged in the recess and provided with at least one eccentric passage, the rotary element is rotatable between a passage substantially closing position and a position substantially releasing the passage.

In een verdere uitvoeringsvorm is het draaielement voorzien van twee of zelfs 30 meer doorgangen voor het verbeteren van de doorstroming van de substantie vanaf het spuitelement naar het mondstuk. De twee of meer doorgangen bevinden zich buiten de (virtuele) draaias van het draaielement zodat deze in verschillende draaistanden zich op verschillende posities ten opzichte van de doorlaat bevinden.In a further embodiment, the rotary element is provided with two or even more passages for improving the flow of the substance from the spray element to the nozzle. The two or more passages are located outside the (virtual) axis of rotation of the rotary element so that they are in different positions of rotation at different positions with respect to the passage.

55

In een bepaalde uitvoeringsvorm omvat het huis een proximale ten opzichte van het draaielement gepositioneerde schijf. De aanstroomzijde van de schijf heeft hierbij een ten minste gedeeltelijk holle vorm voor het bevorderen van de stroom van de substantie door de één of meer in de schijf voorziene doorlaatopeningen die toegang 5 verschaffen tot het distale deel van het hulpstuk.In a particular embodiment, the housing comprises a disc positioned proximal to the rotary element. The inflow side of the disc here has at least a partially hollow shape for promoting the flow of the substance through the one or more passage openings provided in the disc which provide access to the distal part of the attachment.

In bepaalde uitvoeringsvormen is het draaielement over een beperkte draaihoek te draaien. De draaiing wordt beperkt door aan het draaielement cn/of het huis van het hulpstuk voorziene aanslagelementen. Wanneer de plaatsing van de doorlaat en doorgang alsmede door de positionering van de aanslagelementen zodanig zijn 10 geregeld dat alleen in één van de uiterste standen een doorlopende passage tussen het spuitelement en het mondstuk aanwezig is en in alle overige standen een dergelijke passage niet aanwezig is, is het voor de gebruiker duidelijk in welke stand hij het draaielement moet plaatsen om het spuitelement te kunnen gebruiken. In alle overige standen zal de doorgang ten minste gedeeltelijk geblokkeerd zijn.In certain embodiments, the rotary element can be rotated through a limited angle of rotation. The rotation is limited by stop elements provided on the rotating element and / or the housing of the accessory. When the placement of the passage and passage as well as the positioning of the stop elements are arranged such that a continuous passage between the spray element and the nozzle is only present in one of the extreme positions and such passage is not present in all other positions, it is clear to the user in which position he must place the rotary element to be able to use the spray element. In all other positions, the passage will be at least partially blocked.

15 In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding is het draaimoment onbeperkt draaibaar, dat wil zeggen over 360° of meer. In deze uitvoeringsvorm kan bijvoorbeeld met behulp van kleine nokken ervoor gezorgd worden dat het draaielement in een of meer bepaalde standen blijft rusten. Er dient enige kracht te worden uitgeoefend, om het draaielement over dergelijke nokken heen verder te draaien. Hierdoor kan de 20 gebruiker voelen in welke stand het hulpstuk de substantie doorgeeft en in welke stand(en) de substantie wordt tegengehouden.In another embodiment of the invention, the torque can be rotated indefinitely, that is to say 360 ° or more. In this embodiment, for example, small cams can be used to ensure that the rotary element remains in one or more specific positions. Some force must be applied to further rotate the rotary element over such cams. This allows the user to feel in which position the accessory transmits the substance and in which position (s) the substance is retained.

Het draaielement is bij voorkeur aan zijn buitenwand voorzien van een vanaf buiten het huis bereikbaar bedieningselement, bijvoorbeeld een hendel, uitsteeksel of dergelijke, waarmee het draaielement handmatig te draaien is.The rotary element is preferably provided on its outer wall with an operating element accessible from outside the housing, for example a handle, protrusion or the like, with which the rotary element can be rotated manually.

25 Volgens een ander aspect van de uitvinding wordt een hulpstuk verschaft waarbij voorzien is in een aangrijpelement dat is gevormd om door de hand van een gebruiker aangcgrcpcn tc worden ter verbetering van dc hanteerbaarheid van dc spuitinrichting. Het aangrijpelement is hierbij zwenkbaar ten opzichte van het hulpstuk uitgevoerd. Met behulp van een dergelijk aangrijpelement kan meer stabiliteit bij het afgeven van de 30 substantie worden bewerkstelligd. Bij de gebruikelijke spuitpistolen moet de gebruiker immers met zijn ene hand de kolf van het pistool grijpen en met de andere hand het uiteinde van het spuitelement en/of het uiteinde van de houder van het spuitpistool teneinde voldoende stabiliteit te verkrijgen. Het aangrijpelement volgens de genoemde 6 uitvoeringsvorm van de uitvinding verbetert de aangrijpmogelijkheden van het geheel door te voorzien in het genoemde zwenkbare aangrijpelement.According to another aspect of the invention, an attachment is provided wherein an engaging element is provided which is shaped to be engaged by a user's hand to improve the manageability of the spraying device. The engaging element is in this case designed to be pivotable with respect to the attachment. With the aid of such an engaging element, more stability in the delivery of the substance can be achieved. In the conventional spray guns, the user must in fact grip the butt of the gun with one hand and the end of the spray element and / or the end of the spray gun holder with the other hand in order to obtain sufficient stability. The engagement element according to the said embodiment of the invention improves the engagement possibilities of the whole by providing the said pivotable engagement element.

In bepaalde uitvoeringsvormen is het aangrijpelement in een of meer verschillende zwenkstanden vast te zetten, bijvoorbeeld in de geheel naar beneden toe 5 gedraaide stand (evenwijdig aan de richting van de kolf van het pistool), of in een over 90° opwaarts gedraaide stand waarbij het aangrijpelement zich naar de linker of rechter zijde uitstrekt.In certain embodiments the engaging element can be fixed in one or more different pivoting positions, for instance in the position which is turned completely downwards (parallel to the direction of the butt of the gun), or in a position which is rotated through 90 ° upwards, wherein the gripping element extends to the left or right side.

In een bepaalde uitvoeringsvorm wordt het aangrijpelement aangebracht tussen het huis van het hulpstuk en de uiteinden van het spuitelement of het uiteinde van de 10 steun van het bedieningspistool. In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm is het aangrijpelement hiertoe voorzien van een uiteinde voorzien van een opening dat over het schroefdraad dat aan het spuitelement en/of het hulpstuk voorzien is, kan worden geschoven. Het aangrijpelement wordt nadat het tussenstuk is bevestigd aan het spuitelement tussen beide elementen opgesloten. Door het hulpstuk aan te draaien, kan 15 het aangrijpelement worden vastgezet.In a particular embodiment the engaging element is arranged between the housing of the accessory and the ends of the spray element or the end of the support of the control gun. In a particularly advantageous embodiment, the engaging element is provided for this purpose with an end provided with an opening which can be slid over the screw thread which is provided on the spray element and / or the accessory. The engaging element is enclosed between the two elements after the intermediate piece has been attached to the spray element. The engagement element can be fixed by tightening the attachment.

Op soortgelijke wijze is het aangrijpelement tussen het mondstuk en het hulpstuk te plaatsen. Het aangrijpelement kan dan tussen het mondstuk en het hulpstuk zwenken en in een gewenste stand worden vastgezet.The engaging element can be placed in a similar manner between the nozzle and the attachment. The engaging element can then pivot between the nozzle and the accessory and be fixed in a desired position.

In een andere uitvoeringsvorm, bijvoorbeeld een uitvoeringsvorm waarin gebruik 20 wordt gemaakt van het eerder genoemde draaielement, kan het aangrijpelement bevestigd worden aan het bedieningselement van het draaielement. De spuitinrichting kan als gevolg van de aanwezigheid van het aangrijpelement nu niet alleen beter gehanteerd worden, maar het is tegelijkertijd mogelijk om met hetzelfde aangrijpelement de afsluitmiddelen te bedienen. Bovendien kan met het 25 aangrijpelement een relatief groot draaimoment op het draaielement worden uitgeoefend, hetgeen aan het bedieningsgemak van het hulpstuk ten goede komt.In another embodiment, for example an embodiment in which use is made of the aforementioned rotating element, the engaging element can be attached to the operating element of the rotating element. Due to the presence of the engaging element, the spraying device can now not only be handled better, but it is also possible to operate the closing means with the same engaging element. Moreover, with the engaging element a relatively large torque can be exerted on the rotating element, which benefits the ease of operation of the accessory.

Wanneer het aangrijpelement losmaakbaar te bevestigen is aan het bedieningselement, kan het aangrijpelement en het hulpstuk los van elkaar geleverd worden, bijvoorbeeld in een aparte verpakking. Deze verpakking kan relatief klein zijn 30 omdat het hulpstuk en het aangrijpelement los van elkaar, bijvoorbeeld naast elkaar, gelegd kunnen worden. Vlak voor gebruik bevestigt de gebruiker dan het aangrijpelement aan het tussenstuk, bijvoorbeeld door het aangrijpelement vast te schroeven op het eerder genoemde bedieningselement van het draaielement of door het 7 aangrijpelement met behulp van een bajonetsluiting op het bedieningselement vast te klikken. Een voordeel van een afzonderlijk aangrijpelement kan zijn dat het kan worden hergebruikt bij een ander tussenstuk. Een andere voordeel is dat het aangrijpelement gemakkelijk kan worden verwijderd om op zeer moeilijk bereikbare 5 plaatsen (bijvoorbeeld diep weggestoken) te kunnen komen. In andere uitvoeringsvormen is het aangrijpelement echter uit één geheel gevormd met het bedieningselement.When the engaging element can be releasably attached to the operating element, the engaging element and the accessory can be supplied separately from one another, for example in a separate package. This package can be relatively small because the accessory and the engaging element can be laid separately from each other, for example next to each other. Just before use, the user then secures the engaging element to the intermediate piece, for example by screwing the engaging element onto the aforementioned operating element of the rotating element or by clicking the engaging element onto the operating element by means of a bayonet catch. An advantage of a separate engagement element can be that it can be reused on another intermediate piece. Another advantage is that the engaging element can easily be removed in order to be able to reach places that are very difficult to reach (for example deeply put away). In other embodiments, however, the engaging element is formed integrally with the operating element.

In een verdere uitvoeringsvorm omvat het huis een aantal losmaakbaar aan elkaar bevestigde huisdelen, waarbij in de losgemaakte toestand het draaielement in een of 10 meer van de huisdelen te rangschikken is en in vastgemaakte toestand het draaielement door een of meer van de huisdelen wordt opgesloten. Op deze wijze kan het draaielement, bijvoorbeeld met een daaraan integraal gevormd aangrijpelement, eenvoudig en snel aan de rest van het hulpstuk worden bevestigd.In a further embodiment, the housing comprises a number of housing parts releasably attached to each other, wherein in the released state the rotating element can be arranged in one or more of the housing parts and in the fixed condition the rotating element is confined by one or more of the housing parts. In this way the rotary element, for example with an engaging element integrally formed thereon, can be simply and quickly attached to the rest of the attachment.

In een verdere uitvoering omvat het hulpstuk een of meer ringvormige elementen 15 die ter borging over de tegen elkaar geplaatste huisdelen kunnen worden geschoven. Hierdoor wordt voorkomen dat bijvoorbeeld als gevolg van een hoge inwendige druk in het huis, de huisdelen van elkaar los kunnen komen. Wanneer de ringvormige elementen ten minste een deel met een in hoofdzaak conische vorm omvatten, kunnen deze gemakkelijk vastgeschoven worden op de huisdelen zodat de kans op losschuiven 20 van de ringvormige elementen verkleind wordt.In a further embodiment the accessory comprises one or more annular elements 15 which can be slid over the housing parts placed against each other for securing. This prevents, for example, as a result of a high internal pressure in the housing, the housing parts from coming apart. When the annular elements comprise at least a part with a substantially conical shape, they can easily be slid onto the housing parts so that the chance of the annular elements slipping loose is reduced.

Het hulpstuk kan verder zijn voorzien van een bevestigingselement voor bevestiging daarvan aan het spuitelement enrif aan de eerder genoemde steun van het spuitpistool. Het is bijvoorbeeld mogclijk om samen met het spuitpistool een set van een of meer hulpstukken te leveren die voor verschillende spuitelementen kunnen 25 worden gebruikt. Het is ook mogelijk om een hulpstuk samen met een spuitelement zelf te leveren zodat per spuitelement een apart tussenstuk beschikbaar is.The accessory can further be provided with a fixing element for fixing thereof to the spray element and to the aforementioned support of the spray gun. For example, it is possible to supply a set of one or more attachments together with the spray gun that can be used for different spray elements. It is also possible to supply an accessory together with a spray element itself so that a separate intermediate piece is available for each spray element.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de hand van de navolgende beschrijving van enige voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. In de beschrijving wordt verwezen naar de 30 bijgevoegde figuren, waarin tonen:Further advantages, features and details of the present invention will be elucidated with reference to the following description of some preferred embodiments thereof. Reference is made in the description to the accompanying figures, in which:

Fig. 1 een zijaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een samenstel van spuitinrichting en hulpstuk volgens de uitvinding; 8FIG. 1 is a side view of a first embodiment of an assembly of spraying device and attachment according to the invention; 8

Fig. 2 een meer gedetailleerd zijaanzicht in perspectief van de uitvoeringsvorm vanfig. 1;FIG. 2 shows a more detailed side view in perspective of the embodiment of FIG. 1;

Fig. 3a en 3b respectievelijk een vooraanzicht in vrijgevende stand en in afsluitende stand van de uitvoeringsvorm van fig. 1 en 2; 5 Fig. 4 een doorsnede door een uitvoeringsvorm van een hulpstuk volgens de uitvinding;FIG. 3a and 3b show respectively a front view in the releasing position and in the closing position of the embodiment of Figs. 1 and 2; FIG. 4 is a section through an embodiment of an attachment according to the invention;

Fig. 5 een gedeeltelijk opengewerkt zijaanzicht in perspectief van het hulpstuk;FIG. 5 is a partially cut-away side view in perspective of the attachment;

Fig. 6a en 6b schematische aanzichten van een tweede uitvoeringsvorm van een samenstel volgens de uitvinding in respectievelijk een afgesloten en vrijgevende stand; 10 Figuur 7 een aanzicht in perspectief van een verdere uitvoeringsvorm van een hulpstuk volgens de uitvinding;FIG. 6a and 6b show schematic views of a second embodiment of an assembly according to the invention in a closed and releasing position, respectively; Figure 7 shows a perspective view of a further embodiment of an attachment according to the invention;

Figuren 8A en 8B aanzichten in perspectief van de uitvoeringsvorm van figuur 7, in respectievelijk een ongeborgde en een geborgde stand; enFigures 8A and 8B are perspective views of the embodiment of Figure 7, in an unsecured and a locked position, respectively; and

Figuur 9 een aanzicht in perspectief is van de aanstroomzijde van een onderdeel 15 van het hulpstuk van figuur 7.Figure 9 is a perspective view of the inflow side of a component 15 of the attachment of Figure 7.

Verwijzend naar figuur 1 wordt een eerste uitvoeringsvorm van een samenstel volgens de uitvinding weergegeven. Het samenstel 1 omvat een bedieningspistool 2 waarin een standaard, geprefabriceerd spuitelement 3 is aangebracht. Een dergelijk spuitelement heeft kenmerkend een lengte van circa 21,4 cm en een diameter van circa 20 5 cm en is voorzien van een aansluitstomp waaraan een circa 9 cm lang mondstuk vastgeschroefd kan worden.Referring to Figure 1, a first embodiment of an assembly according to the invention is shown. The assembly 1 comprises a control gun 2 in which a standard, prefabricated spray element 3 is arranged. Such a spray element typically has a length of approximately 21.4 cm and a diameter of approximately 20 cm and is provided with a connecting stub to which an approximately 9 cm long nozzle can be screwed.

Het bedieningspistool 2 omvat een langgerekte steun 7 aan het distale uiteinde waarvan een van een centrale opening voorziene schijfvormigc cindwand 8 is aangebracht waartegen het distale uiteinde van het spuitelement 3 rust. Aan het 25 proximale uiteinde van de steun 7 is een bedieningselement 9 voorzien voor het verplaatsen van een in het spuitelement 3 aanwezige plunjer 20 in de richting van het distale uiteinde van het spuitelement (richting Pi in fig. 1). Het bedieningselement 9 omvat op een op zich bekende wijze een kolf 10 ten opzichte waarvan een trekker 11, die middels een scharnier 13 met het bedieningselement 10 verbonden is, draaibaar is 30 aangebracht. Door middel van een draadveer 12 wordt de trekker 11 gedwongen naar de in de figuur getoonde stand. Handmatig kan de trekker echter in tegenovergestelde richting (Ri, fig, 1) gezwenkt worden. Deze zwenking van de trekker 11 heeft een corresponderende zwenking (R2) van een verplaatsingselement 15 tot gevolgd. Het 9 verplaatsingselement 15 is in staat om telkens als trekkeer in de richting van de kolf 10 verplaatst wordt, de plunjerstang 14 in de richting Pj te verplaatsen. Evenzo is aan de achterzijde van het bedieningselement 9 een blokkeringsmechanisme 16 voorzien. Het blokkeringsmechanisme 16 wordt onder druk van een veer 19 in een zodanige stand 5 gebracht, dat deze verplaatsing van de plunjerstang 14 in een tegenovergestelde richting (een richting tegengesteld aan de richting Ρχ) verhindert. Wanneer de gebruiker op het onderste uiteinde van het blokkeringselement 16 drukt, vervalt de blokkering en kan de plunjerstang 14 wel in de tegenovergestelde richting verplaatst worden. Een dergelijk bedieningspistool 2 is op zich reeds bekend. En het is tevens volstrekt 10 duidelijk voor de vakman dat er talloze varianten op een dergelijk bedieningspistool 2 voorhanden zijn.The operating gun 2 comprises an elongated support 7 at the distal end of which a disc-shaped cind wall 8 provided with a central opening is provided against which the distal end of the spray element 3 rests. At the proximal end of the support 7, an operating element 9 is provided for displacing a plunger 20 present in the spray element 3 in the direction of the distal end of the spray element (direction Pi in Fig. 1). The operating element 9 comprises a flask 10 in a manner known per se, with respect to which a trigger 11, which is connected to the operating element 10 by means of a hinge 13, is rotatably arranged. By means of a wire spring 12, the trigger 11 is forced to the position shown in the figure. However, the tractor can be manually pivoted in the opposite direction (Ri, Fig. 1). This pivotal movement of the trigger 11 has followed a corresponding pivotal movement (R2) of a displacement element 15 to. The displacement element 15 is capable of displacing the plunger rod 14 in the direction Pj each time tensile movement is displaced in the direction of the flask 10. Similarly, a locking mechanism 16 is provided at the rear of the operating element 9. The blocking mechanism 16 is brought under pressure of a spring 19 into a position 5 such that it prevents displacement of the plunger rod 14 in an opposite direction (a direction opposite to the direction Ρχ). When the user presses on the lower end of the blocking element 16, the blocking is canceled and the plunger rod 14 can be moved in the opposite direction. Such a control gun 2 is already known per se. And it is also completely clear to the person skilled in the art that there are numerous variants of such an operating gun 2 available.

Bij verplaatsing van de plunjer 20 in de richting van de eindwand 8 van de steun 7 van het bedieningspistool, zal in het spuitelement 3 aanwezige substantie S via een afvoer in de eindwand van het spuitelement 3 naar buiten geduwd worden. Normaliter 15 is op een dergelijke afVoer een mondstuk 4 geplaatst zodat de substantie via het mondstuk het samenstel verlaat (P2). Volgens de getoonde uitvoeringsvorm is echter tussen het mondstuk 4 en de afvoer van het spuitelement 3 een hulpstuk 6 aangebracht. Hulpstuk 6 is in meer detail in figuren 2-5 weergegeven.When displacement of the plunger 20 in the direction of the end wall 8 of the support 7 of the control gun, substance S present in the spray element 3 will be pushed out via a discharge in the end wall of the spray element 3. Normally 15 a nozzle 4 is placed on such an outlet so that the substance leaves the assembly via the nozzle (P2). According to the embodiment shown, however, an auxiliary piece 6 is arranged between the nozzle 4 and the outlet of the spray element 3. Attachment 6 is shown in more detail in Figures 2-5.

Verwijzend naar figuur 2 is zichtbaar dat de afvoer 25 van het spuitelement 3 een 20 in hoofdzaak cilindervormig uitsteeksel omvat dat aan de buitenzijde voorzien is van schroefdraad 26. Evenzo is het hulpstuk 6 aan zijn proximale uiteinde voorzien van een aansluiting 29. Aansluiting 29 is aan zijn binnenzijde voorzien van schroefdraad 30 zodat deze verbonden kan worden (P3) met het uitsteeksel 25 van de afVoer van het spuitelement 3. Op soortgelijke wijze is aan het distale deel van het hulpstuk 6 een 25 afvoer 27 voorzien. Deze afVoer 27 omvat een uitsteeksel dat aan de buitenzijde voorzien is van uitwendig schroefdraad 28. Het uitwendige schroefdraad 28 komt in de getoonde uitvoeringsvorm in hoofdzaak overeen met het uitwendige schroefdraad 26 van de afVoer. Dit heeft tot gevolg dat het mondstuk 4, dat normaliter op de afVoer 25 van het spuitelement 3 wordt aangebracht, ook op het hulpstuk 6 kan worden bevestigd. 30 Hulpstuk 6 omvat voorts een in hoofdzaak cilindrisch huis 23 dat in zijn omtrekswand voorzien is van een uitsparing 50. In de uitsparing is een cilindervormig draaielement 31 aangebracht en wel zodanig dat dit element 31 in het huis 23 van het hulpstuk 6 kan draaien. Hiertoe is het draaielement 31 opgesloten tussen een 10 omtrekswand 32 en een tweetal zijwanden 39. Om een betere draaiing van het draaielement 31 in de uitsparing 50 te realiseren, is de in de figuren 4 en 5 getoonde uitvoeringsvorm voorzien van een tweetal langsomtreksgroeven 38. Hierin kunnen respectievelijke flenzen 37, die aan de wand 32 van het huis 23 zijn voorzien, zich 5 uitstrekken zodat er enige afstand kan blijven tussen de genoemde zijwanden 39 en de eindwanden van het draaielement 31. Hierdoor kan een relatief lage wrijving tussen het draaielement 31 en het huis 23 gerealiseerd worden hetgeen de draaibaarheid (richting R.3 ten goede komt).Referring to Figure 2, it is visible that the outlet 25 of the spray element 3 comprises a substantially cylindrical protrusion which is provided on the outside with screw thread 26. Similarly, the accessory 6 is provided at its proximal end with a connection 29. Connection 29 is on its inner side is provided with screw thread 30 so that it can be connected (P3) to the protrusion 25 of the outlet of the spray element 3. Similarly, a drain 27 is provided on the distal part of the attachment 6. This drain 27 comprises a protrusion which is provided on the outside with external screw thread 28. In the embodiment shown, the external screw thread 28 substantially corresponds to the external screw thread 26 of the drain. This has the consequence that the nozzle 4, which is normally applied to the outlet 25 of the spray element 3, can also be attached to the attachment 6. Accessory 6 further comprises a substantially cylindrical housing 23 which is provided with a recess 50 in its peripheral wall. A cylindrical rotating element 31 is arranged in the recess such that this element 31 can rotate in the housing 23 of the accessory 6. To this end, the rotary element 31 is enclosed between a circumferential wall 32 and a pair of side walls 39. In order to achieve a better rotation of the rotary element 31 in the recess 50, the embodiment shown in Figs. 4 and 5 is provided with two longitudinal circumferential grooves 38. Herein respective flanges 37, which are provided on the wall 32 of the housing 23, can extend so that some distance can remain between said side walls 39 and the end walls of the rotary element 31. This allows a relatively low friction between the rotary element 31 and the housing 23 can be realized, which benefits rotatability (direction R.3).

Het draaielement 31 is verder voorzien van een uitsteeksel 45. Uitsteeksel 45 kan 10 bedoeld zijn om door de hand van de bedieningspersoon aangegrepen te worden zodat het draaielement 31 eenvoudig in de uitsparing 50 kan worden gedraaid. In de getoonde uitvoeringsvorm is het uitsteeksel 45 echter voorzien van uitwendig schroefdraad 46 waarop een nader te beschrijven handvat kan worden bevestigd.The rotary element 31 is further provided with a protrusion 45. The protrusion 45 can be intended to be engaged by the hand of the operator so that the rotary element 31 can easily be turned into the recess 50. In the embodiment shown, however, the protrusion 45 is provided with external screw thread 46 on which a handle to be described later can be attached.

Het draaielement is in langsrichting voorzien van een doorlaat 40. Deze doorlaat 15 is excentrisch, dat wil zeggen dat de doorlaat buiten het midden van het cilindrische draaielement (in welk midden een denkbeeldige draaias 33 getekend is), aangebracht. De doorlaat 40 kan een doorsnede hebben die overeenkomt met die van de doorgang 34 (dat wil zeggen de doorgang 341 aan het proximale uiteinde en doorgang 342 aan het distale uiteinde) zodat vanaf het proximale tot het distale deel van het hulpstuk 6 een in 20 hoofdzaak gelijke doorgang voor de substantie verschaft wordt. In andere uitvoeringsvormen is de doorlaat 40 echter met een kleinere dwarsdoorsnede uitgevoerd, of zijn twee of meer doorlaten 40 voorzien. In een andere uitvoeringsvorm is bijvoorbeeld een tweetal doorlaten voorzien die in een draaistand exact opgelijnd zijn met corresponderende openingen in de respectievelijke zijwand 39 van het huis 23 van 25 het hulpstuk 6. In overige zwenkstanden is de doorlaat ten minste gedeeltelijk geblokkeerd. Door gebruik te maken van een tweetal doorlaten en door deze twee doorlaten te laten aansluiten op corresponderende openingen die uitkomen in de respectievelijke centrale doorgang 341 en 342, kan een betere verplaatsing van de substantie door het hulpstuk 6 gerealiseerd worden.The rotary element is provided with a passage 40 in the longitudinal direction. This passage 15 is eccentric, i.e. the passage is arranged outside the center of the cylindrical rotation element (in which center an imaginary axis of rotation 33 is drawn). The passage 40 may have a cross-section corresponding to that of the passage 34 (i.e. the passage 341 at the proximal end and passage 342 at the distal end) such that from the proximal to the distal part of the attachment 6 a substantially equal passage for the substance is provided. In other embodiments, however, the passage 40 is designed with a smaller cross-section, or two or more passages 40 are provided. In another embodiment, for example, two passages are provided which, in a rotational position, are precisely aligned with corresponding openings in the respective side wall 39 of the housing 23 of the attachment 6. In other pivoting positions, the passage is at least partially blocked. By making use of two passages and by having these two passages connect to corresponding openings opening into the respective central passage 341 and 342, a better movement of the substance through the accessory 6 can be realized.

30 Zoals eerder besproken is en verwijzend naar figuren 2-3b, kan aan het uitsteeksel 45 van het draaielement 31 een handvat 47 worden bevestigd. Handvat 47 is opgebouwd uit een door de gehele hand aan te grijpen onderste deel en een voor aansluiting op het uittreksel 45 geschikt bovenste deel 48. Hierdoor is het bovenste deel 11 48 voorzien van een opening met schroefdraad 49 zodat de hendel 47 op het uitsteeksel 45 kan worden geschroefd en daarmee vast verbonden kan worden met het draaielement 31. In figuur 3 a is de stand van de hendel 47 weergegeven waarin de doorlaat 40 exact is opgelijnd met de doorgangen 341 en 342, zodat een verplaatsing 5 van de substantie door het hulpstuk 6 gerealiseerd kan worden. In de getoonde uitvoering is de hendel 47 exact naar beneden gericht zodat in de naar beneden gerichte stand de substantie kan worden afgegeven. Wanneer de hendel 47 in voldoende mate wordt gedraaid (R3, fïg. 3b), draait de doorlaat 40 mee zodat de doorlaat 40 en de doorgangen 341, 342 niet meer met elkaar overlappen. Hiermee is een gedeeltelijke of 10 gehele blokkade van de doorgang van het hulpstuk 6 gerealiseerd. In de getoonde uitvoeringsvorm is het handvat 47 exact over 90° gedraaid zodat het zich naar één van beide zijden (in de weergegeven uitvoeringsvorm aan de rechter zijde, gezien vanaf de gebruiker) zich uitstrekt. In andere uitvoeringsvormen, welke bijvoorbeeld geschikt zijn voor linkshandigcn, is het hulpstuk 6 zodanig uitgevoerd dat het handvat 47 zich 15 horizontaal aan de linker zijde van het hulpstuk 6 bevindt in de geblokkeerde stand.As previously discussed and referring to Figures 2-3b, a handle 47 can be attached to the protrusion 45 of the rotary element 31. Handle 47 is made up of a lower part to be engaged by the whole hand and an upper part 48 suitable for connection to the extract 45. As a result, the upper part 11 48 is provided with a threaded opening 49 so that the handle 47 on the projection 45 can be screwed and fixedly connected therewith to the rotary element 31. Figure 3a shows the position of the handle 47 in which the passage 40 is precisely aligned with the passages 341 and 342, so that a movement of the substance through the accessory 6 can be realized. In the embodiment shown, the handle 47 is directed exactly downwards so that the substance can be dispensed in the downwardly directed position. When the handle 47 is turned sufficiently (R3, FIG. 3b), the passage 40 rotates so that the passage 40 and the passages 341, 342 no longer overlap. A partial or complete blockage of the passage of the attachment 6 is hereby realized. In the embodiment shown, the handle 47 is rotated exactly through 90 ° so that it extends to one of both sides (in the embodiment shown on the right-hand side, viewed from the user). In other embodiments which are suitable, for example, for left-handed users, the attachment 6 is designed such that the handle 47 is positioned horizontally on the left-hand side of the attachment 6 in the locked position.

Doordat in de getoonde uitvoering het draaielement 31 zowel linksom als rechtsom kan worden gedraaid (fig. 3b, over respectievelijk een hoek al en een hoek a2, waarbij bij voorkeur maar niet noodzakelijkerwijs hoek al gelijk is aan hoek a2) is de onderhavige uitvoeringsvorm zowel voor linkshandigen als rechtshandigen geschikt. 20 Het moge duidelijk zijn dat afhankelijk van de wensen van de gebruiker de standen waarin de doorgang geopend is of gesloten is anders gekozen kunnen worden. Indien het voor bepaalde werkzaamheden eenvoudiger is om de geopende stand te hebben wanneer de hendel 47 zich zijwaarts (aan de linkerzijde of rechterzijde) uitstrekt, kan dat in een andere uitvoeringsvorm ook gerealiseerd worden.Because in the embodiment shown the rotary element 31 can be rotated both to the left and to the right (Fig. 3b, respectively over an angle a1 and an angle a2, wherein preferably but not necessarily angle a1 is equal to angle a2), the present embodiment is for left-handed people as right-handed people. It will be clear that, depending on the wishes of the user, the positions in which the passage is opened or closed can be selected differently. If for certain operations it is easier to have the open position when the lever 47 extends sideways (on the left or right side), that can also be realized in another embodiment.

25 Verwijzend naar fïg. 6a en 6b is in een andere uitvoeringsvorm in een uitsparing in een huis 53 in plaats van een draaibaar element 31 een verschuifbaar element 54 voorzien. In deze uitvoeringsvorm is het verschuifbare element 54 heen cn weer verplaatsbaar aangebracht in het huis 53. Het verschuifbare element 54 is voorzien van een doorlaat 55 die afhankelijk van de positie van het verschuifbare element 54 de 30 doorgang al dan niet vrijgeeft. In de in figuur 6a getoonde stand is de doorlaat zodanig gepositioneerd, dat het proximale uiteinde niet in open verbinding staat met het distale uiteinde van het tussenstuk. Het afgeven van substantie (S) is in deze stand derhalve geblokkeerd. In de in figuur 6b getoonde stand is echter het verschuifbare element 54 12 zover omhoog geschoven (richting P5), dat er een doorgang ontstaat via de doorlaat 55 tussen de doorgang aan het distale deel en de doorgang aan het proximale deel van het huis 53. In deze stand kan de substantie (S) in hoofdzaak ongehinderd via het spuitelement het mondstuk 4 bereiken.Referring to FIG. 6a and 6b, in another embodiment, a slidable element 54 is provided in a recess in a housing 53 instead of a rotatable element 31. In this embodiment, the slidable element 54 is arranged for displacement in the housing 53. The slidable element 54 is provided with a passage 55 which, depending on the position of the slidable element 54, allows or does not clear the passage. In the position shown in Figure 6a, the passage is positioned such that the proximal end is not in open communication with the distal end of the spacer. The delivery of substance (S) is therefore blocked in this position. In the position shown in Fig. 6b, however, the slidable element 54 12 is slid up so far (towards P5) that a passage is created via the passage 55 between the passage at the distal part and the passage at the proximal part of the housing 53. In this position the substance (S) can reach the nozzle 4 substantially unhindered via the spray element.

5 In de weergegeven uitvoering is met behulp van kleuren aangegeven in welke stand het hulpstuk geblokkeerd is en in welke stand dat niet het geval is. Het uiteinde 59 is bijvoorbeeld in het groen en het uiteinde 60 is bijvoorbeeld in het rood uitgevoerd. In de in figuur 6A getoonde stand is de doorgang geblokkeerd en is het het groen uiteinde 59 dat buiten het huis van het hulpstuk uitsteekt. Het rode uiteinde 60 10 strekt zich alleen binnen de contour van het hulpstuk uit en is daardoor veel minder goed zichtbaar. De gebruiker verwacht dat als hij of zij het groene uiteinde naar beneden drukt, de doorgang geopend wordt. Dat is in de getoonde uitvoeringsvorm daadwerkelijk het geval. Wanneer andersom de doorgang geopend is en de gebruiker de doorgang wil sluiten, zal hij of zij de neiging hebben om op het rode uiteinde te 15 duwen. Verplaatsing van het verschuifbare element 54 door op het rode uiteinde 60 te drukken, zorgt ervoor dat de doorgang inderdaad gesloten worden.In the embodiment shown, colors are used to indicate in which position the attachment is blocked and in which position that is not the case. The end 59 is, for example, green and the end 60 is red, for example. In the position shown in Figure 6A, the passage is blocked and it is the green end 59 that protrudes outside the housing of the accessory. The red end 60 only extends within the contour of the attachment and is therefore much less visible. The user expects that if he or she presses the green end down, the passage will be opened. This is actually the case in the embodiment shown. Conversely, when the passage is open and the user wants to close the passage, he or she will tend to push the red end. Displacement of the slidable element 54 by pressing on the red end 60 ensures that the passage is indeed closed.

Het verschuifbare element 54 kan in deze uitvoeringsvorm bediend worden door vanaf de bovenzijde of vanaf de onderzijde tegen het verschuifbare element te duwen. Het verschuifelement heeft in deze uitvoeringsvorm derhalve geen functie bij het 20 hanteren van het samenstel. Om deze fimctie wel tot stand te kunnen brengen is een losse handgreep 57 voorzien. De handgreep 57 komt in grote mate overeen met de eerder genoemde handgreep 47, de wijze van bevestigen van de handgreep is echter afwijkend. De handgreep 57 is aan een van haar uiteinden voorzien van een ringvormige opening 58 waarmee de handgreep rondom de afvoer 25 van een 25 spuitelement 3 kan worden geschoven. Nadat handgreep 57 over de afvoer 25 is geschoven, bevestigt de gebruiker op de afvoer 25 het tussenstuk 60. Door het tussenstuk 60 voldoende stevig aan te draaien, wordt de handgreep 57 gefixeerd tussen het tussenstuk en het schijfvormige onderdeel ? 8 van de steun van het bedieningspistool. Alhoewel in de getoonde uitvoeringsvorm de handgreep 57 is 30 bevestigd tussen het onderdeel 8 en het tussenstuk, kan de handgreep uiteraard ook op in hoofdzaak dezelfde wijze worden aangebracht tussen het tussenstuk en het mondstuk 4.The sliding element 54 can be operated in this embodiment by pushing the sliding element from the top or from the bottom. The sliding element therefore has no function in this embodiment when handling the assembly. To be able to accomplish this function, a separate handle 57 is provided. The handle 57 corresponds to a large extent with the aforementioned handle 47, but the manner of attaching the handle is different. The handle 57 is provided at one of its ends with an annular opening 58 through which the handle can be slid around the outlet 25 of a spray element 3. After the handle 57 has been slid over the drain 25, the user fixes the intermediate piece 60 on the drain 25. By tightening the intermediate piece 60 sufficiently firmly, the handle 57 is fixed between the intermediate piece and the disc-shaped part. 8 of the control gun support. Although in the embodiment shown the handle 57 is mounted between the part 8 and the intermediate piece, the handle can of course also be arranged in substantially the same way between the intermediate piece and the mouthpiece 4.

1313

In de getoonde uitvoeringsvormen zijn de beschreven handgrepen 47 en 57 in hoofdzaak traploos te verdraaien. In de in figuren 6a en 6b weergegeven uitvoeringsvorm kan de handgreep 57 over in hoofdzaak een hele cirkelboog van 360° of meer worden gedraaid, terwijl in de in figuren 2-5 weergegeven uitvoeringsvorm het 5 draaibereik beperkt is, bijvoorbeeld tot het in fig. 3b weergegeven bereik van -(¾ tot +(Xi.In the embodiments shown, the described handles 47 and 57 can be rotated substantially continuously. In the embodiment shown in Figs. 6a and 6b, the handle 57 can be rotated over substantially an entire arc of 360 ° or more, while in the embodiment shown in Figs. 2-5 the rotation range is limited, for example, to that shown in Fig. 3b. displayed range from - (¾ to + (Xi.

In andere uitvoeringsvormen kunnen voorzieningen zijn getroffen om de handgreep slechts in beperkte standen vast te zetten. In een bepaalde uitvoeringsvorm zijn daartoe aan bijvoorbeeld het draaielement 31 kleine nokken voorzien die kunnen 10 vallen in kleine in de respectievelijke wand 39 aangebrachte uitsparingen. De nokken en openingen kunnen bijvoorbeeld gevormd worden door een stel uitstekende 'bolletjes' met corresponderende "gaten". Door de elasticiteit in het geheel, zal het draaielement 31 te neiging hebben om gefixeerd te worden wanneer de nokken zich tegenover de uitsparingen bevinden. De gebruiker “voelt” dus tijdens het draaien van de handgreep 15 dat de handgreep de neiging heeft om slechts in bepaalde standen, bijvoorbeeld de geheel gesloten en geheel geopende stand, te blijven staan. Zodoende kan de gebruiker aanvoelen wanneer de doorlaat open of dicht is. Het kan mogelijk zijn de nokken en openingen zodanig uit te voeren, dat de onderdelen van het hulpstuk de neiging hebben om in de niet-doorlatende stand te blijven staan. Andere uitvoeringen, bijvoorbeeld 20 uitvoeringen waarin de handgreep daadwerkelijk in een of meer standen kan worden vergrendeld, zijn uiteraard ook mogelijk en vallen alle binnen het bereik van de onderhavige uitvinding.In other embodiments, provisions may be made to secure the handle only in limited positions. For this purpose, in a particular embodiment, small cams are provided on, for example, the rotary element 31, which can fall into small recesses arranged in the respective wall 39. The cams and openings can be formed, for example, by a set of protruding "balls" with corresponding "holes". Due to the elasticity as a whole, the rotating element 31 will tend to be fixed when the cams are opposite the recesses. Thus, while rotating the handle 15, the user "senses" that the handle tends to remain in only certain positions, for example, the fully closed and fully open position. This allows the user to feel when the passage is open or closed. It may be possible to design the cams and openings in such a way that the parts of the attachment tend to remain in the non-permeable position. Other embodiments, for example embodiments in which the handle can actually be locked in one or more positions, are of course also possible and all fall within the scope of the present invention.

Het is verder mogelijk om bij het transport van het spuitelement, bijvoorbeeld naar een winkel en dergelijke, aan het spuitelement losmaakbaar het eerder genoemde 25 tussenstuk (welke uitvoering dan ook) en handgreep te bevestigen, bijvoorbeeld met behulp van een of meer verbreekbare lippen. Het geheel van handgreep en tussenstuk wordt dan als accessoire mccgclcvcrd met elk spuitelement, zodat in hoofdzaak onafhankelijk van het type te gebruiken bedieningspistool, er altijd de mogelijkheid bestaat om via het tussenstuk het spuitelement naar believen te openen en te sluiten en 30 de hanteerbaarheid van het bedieningspistool te verhogen door te voorzien in een zwenkbare handgreep. In uitvoeringsvormen waarin het tussenstuk en de handgreep zijn vervaardigd van kunststof, in het bijzonder van spuitgegoten kunststof, kan het samenstel van tussenstuk en handgreep tegen zodanig lage kosten worden vervaardigd, 14 dat het commercieel waardevol kan zijn om elk spuitelement van een dergelijk samenstel te voorzien. Het is echter ook mogelijk om bij elk bedieningspistool een of meer van dergelijke hulpstukken en handgrepen te leveren om daarbij het gebruiksgemak van het bedieningspistool te verhogen.It is furthermore possible during transport of the spray element, for example to a shop and the like, to releasably attach the aforementioned intermediate piece (any embodiment) to the spray element and handle, for example with the aid of one or more breakable lips. The whole of the handle and spacer is then supplied as an accessory with each spraying element, so that substantially independent of the type of control gun to be used, there is always the possibility of opening and closing the spraying element as desired via the spacer and the manageability of the spraying element. control gun by providing a swiveling handle. In embodiments where the spacer and handle are made of plastic, in particular injection-molded plastic, the assembly of spacer and handle can be manufactured at such a low cost that it can be commercially valuable to provide each spray element with such an assembly . However, it is also possible to supply one or more of such attachments and handles to each control gun in order to thereby increase the ease of use of the control gun.

5 In de to zover beschreven voorbeelden zijn de spuitelementen opgebouwd uit een cilindrisch huis (ook wel de spuitkoker genoemd) voorzien van een spuitmond en een inwendig in het huis verplaatsbare zuiger of plunjer. Dergelijke spuitkokers zijn op zich bekend en worden op veel gebieden ingezet, bijvoorbeeld voor het aanbrengen van kit in naden en voegen, het aanbrengen van lijm op een ondergrond en dergelijke. Deze 10 spuitkokers kunnen zijn vervaardigd van relatief onbuigzaam kunststof. In andere, niet weergegeven uitvoeringsvormen van de uitvinding worden echter zogenoemde spuitworsten toegepast. In deze uitvoeringsvorm wordt de af te geven substantie als een worst verpakt in een buigzame omhulling. Voor gebruik wordt de worst aan één uiteinde opengeknipt en daarna in de houder van een bedieningsinrichting aangebracht. 15 Op soortgelijke wijze kan door bediening van een plunjer de substantie via hulpstuk en mondstuk worden afgegeven.In the examples described so far, the spray elements are constructed from a cylindrical housing (also referred to as the spraying sleeve) provided with a nozzle and a piston or plunger that is internally displaceable in the housing. Such spray tubes are known per se and are used in many areas, for example for applying sealant to seams and joints, applying glue to a substrate and the like. These spray tubes can be made of relatively rigid plastic. However, in other embodiments of the invention, not shown, so-called spray sausages are used. In this embodiment, the substance to be delivered is packaged as a sausage in a flexible enclosure. Before use, the sausage is cut open at one end and then placed in the holder of a control device. Similarly, by operating a plunger, the substance can be dispensed via accessory and nozzle.

In figuur 7 is een verdere uitvoeringsvorm van een hulpstuk 62 volgens de uitvinding weergegeven. Het hulpstuk is opgebouwd uit een eerste huisdeel 63 en een tweede huisdeel 64. In de getoonde uitvoeringsvorm vormt elk huisdeel in wezen de 20 helft van het totale hulpstuk, maar in andere, niet weergegeven uitvoeringen is het ene huisdeel kleiner dan het andere huisdeel uitgevoerd. De uitvoeringsvormen hebben gemeen dat ze aan elkaar gekoppeld zijn via een scharnier 65 zodat beide huisdelen ten opzichte van elkaar zwenkbaar zijn. In het eerste huisdeel 63 is ccn voorste schijf 68 cn een achterste schijf 67 voorzien die respectievelijk een voorste kamer en een achterste 25 kamer in het hulpstuk kunnen begrenzen. In het tweede huisdeel 64 zijn eveneens twee schijven geplaatst, een voorste schijf 74 en een achterste schijf 75 die respectievelijk een proximale buitenwand en een distale buitenwand van een draaielement 81 vormen. Het draaielement 81 komt in wezen overeen met het eerder genoemde draaielement 31 en is tussen beide schijven 67,68 draaibaar om ervoor te zorgen dat er een doorgang 30 voor de substantie gecreëerd kan worden. Hiertoe zijn de schijven 67,68 van het eenste huisdeel voorzien van openingen 69-72 en zijn de schijven 74,75 van het tweede huisdeel voorzien van corresponderende openingen 76,77. De beide huisdelen 63 en 64 kunnen ten opzichte van elkaar gezwenkt worden (rotatierichting R, figuur 7) en tegen 15 elkaar aan gedrukt worden zodat in de gesloten stand (zoals is weergegeven in figuren 8A en 8B) de beide huisdelen een compleet huis vormen dat op eerder beschreven wijze aan een spuitelement kan worden bevestigd. Om te voorkomen dat het huis door een grote inwendige druk, bijvoorbeeld wanneer met het spuitpistool de plunjer van het 5 spuitelement met grote kracht richting het mondstuk wordt gedwongen, openbuigt of -scheurt, vindt een borging van het huis in de gesloten stand plaats door het aanbrengen van een tweetal ringen 86 en 90 rondom het proximale en distale uiteinde van het hulpstuk. Het proximale uiteinde van het hulpstuk 62 omvat een aansluitdeel 85 dat aan de buitenzijde in hoofdzaak glad is uitgevoerd en aan de binnenzijde voorzien is van 10 inwendig schroefdraad. Het distale uiteinde van het hulpstuk 62 is heeft een aansluitdeel 88 dat voorzien is van uitwendig schroefdraad. Het aansluitdeel omvat echter ook een in hoofdzaak glad uitgevoerd deel 89. De eerder genoemde ring 86 kan over het aansluitdeel 85 (richting P7, figuur 8A) en de ring 90 kan over het deel 88 (richting Pg, figuur 8B) geschoven worden. Doordat in de getoonde uitvoering de 15 ringen 86,90 in hoofdzaak conisch uitgevoerd zijn, kunnen deze klemmend aan de respectievelijke delen 85 en 88 bevestigd worden. In de in figuur 8B getoonde stand zijn de ringen rondom de delen van het huis geschoven en wordt voorkomen dat de beide huisdelen 63,64 ten opzichte van elkaar kunnen bewegen. De ringen kunnen ook weer eenvoudig verwijderd worden om het huis wederom te kunnen openen, 20 bijvoorbeeld om het huis aan de binnenzijde te kunnen reinigen.Figure 7 shows a further embodiment of an attachment 62 according to the invention. The accessory is composed of a first housing part 63 and a second housing part 64. In the embodiment shown, each housing part essentially constitutes half of the total accessory, but in other embodiments, not shown, the one housing part is smaller than the other housing part. The embodiments have in common that they are coupled to each other via a hinge 65 so that both housing parts are pivotable relative to each other. In the first housing part 63, a front disc 68 and a rear disc 67 are provided which can respectively define a front chamber and a rear chamber in the attachment. In the second housing part 64 are also placed two disks, a front disk 74 and a rear disk 75 which respectively form a proximal outer wall and a distal outer wall of a rotary element 81. The rotary element 81 essentially corresponds to the aforementioned rotary element 31 and is rotatable between the two discs 67,68 to ensure that a passage 30 for the substance can be created. For this purpose, the discs 67.68 of the first housing part are provided with openings 69-72 and the discs 74.75 of the second housing part are provided with corresponding openings 76.77. The two housing parts 63 and 64 can be pivoted relative to each other (direction of rotation R, Figure 7) and pressed against each other so that in the closed position (as shown in Figures 8A and 8B) the two housing parts form a complete housing which can be attached to a spray element in a previously described manner. In order to prevent the housing from being forced, opened or cracked with great force towards the nozzle by a large internal pressure, for example when the plunger of the spraying element is forced towards the nozzle with great force, a locking of the housing takes place in the closed position by arranging two rings 86 and 90 around the proximal and distal end of the attachment. The proximal end of the attachment 62 comprises a connecting part 85 which is substantially smooth on the outside and provided with an internal screw thread on the inside. The distal end of the attachment 62 has a connecting part 88 which is provided with an external screw thread. However, the connecting part also comprises a substantially smooth part 89. The aforementioned ring 86 can be slid over the connecting part 85 (direction P7, Fig. 8A) and the ring 90 can be slid over the part 88 (direction Pg, Fig. 8B). Because, in the embodiment shown, the rings 86.90 are substantially conical, they can be clamped to the respective parts 85 and 88. In the position shown in Figure 8B, the rings are slid around the parts of the housing and the two housing parts 63,64 are prevented from moving relative to each other. The rings can also be simply removed again in order to be able to open the housing again, for instance to be able to clean the housing on the inside.

Voorts is in figuren 7 en 9 weergegeven dat aan de proximale zijde (oftewel de aanstroomzijde) de voorste schrijf 80 in het eerste huisdeel 64 een enigszins holle vorm heeft. Meer in het bijzonder is de schijf zodanig gevormd dat door dc vorm dc aanstromende substantie uit het spuitelement in meer of minder mate in de richting van 25 beide openingen 69,70 gedwongen wordt. Het gevolg van deze vorm is dat de substantie gemakkelijker zijn weg door het huis vindt en daardoor de kans op verstoppingen verder wordt verkleind.Furthermore, in figures 7 and 9 it is shown that on the proximal side (or the inflow side) the front write 80 in the first housing part 64 has a somewhat hollow shape. More in particular, the disc is shaped in such a way that the substance flowing in from the spray element is forced to a greater or lesser extent in the direction of both openings 69.70. The consequence of this shape is that the substance finds its way through the housing more easily and thereby the chance of blockages is further reduced.

De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de hierin beschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden mede bepaald 30 door de bijgevoegde conclusies, binnen de strekking waarvan velerlei modificaties en aanpassingen denkbaar zijn.The present invention is not limited to the preferred embodiments thereof described herein. The rights requested are also determined by the appended claims, within the scope of which many modifications and adjustments are conceivable.

Claims (21)

1. Hulpstuk voor een spuitinrichting voor het afgeven van een viskeuze 5 substantie, in het bijzonder een vloeibare lijm of kit, waarbij de spuitinrichting omvat: - een spuitelement omvattende een in hoofdzaak cilindrische houder voorzien van een afVoer, een in de houder verplaatsbaar aangebrachte plunjer waarmee in de houder voorziene substantie via de afvoer uit de houder te persen is, een mondstuk voor het geleiden en afgeven van de via de afVoer afgevoerde substantie; en aan de houder 10 voorziene eerste bevestigingsmiddelen en aan het mondstuk voorziene tweede bevestigingsmiddelen voor het in een eerste gebruiksmodus losmaakbaar aan elkaar bevestigen van de houder en het mondstuk; waarbij het hulpstuk is ingericht om in een tweede gebruiksmodus tussen de houder en het mondstuk te worden bevestigd en waarbij het hulpstuk omvat: 15. een doorlaat die enerzijds op de afvoer van de houder en anderzijds op het mondstuk aan te sluiten is, - afsluitmiddelen voor het ten minste gedeeltelijk afsluiten of vrijgeven van de doorlaat; - bedieningsmiddelen voor het bedienen van de afsluitmiddelen. 20Attachment for a spraying device for dispensing a viscous substance, in particular a liquid glue or sealant, the spraying device comprising: - a spraying element comprising a substantially cylindrical holder provided with a discharge, a plunger arranged displaceably in the holder with which substance provided in the container can be pressed out of the container via the discharge, a nozzle for guiding and dispensing the substance discharged via the discharge; and first fastening means provided on the holder 10 and second fastening means provided on the mouthpiece for releasably fastening the holder and the mouthpiece to each other in a first use mode; wherein the attachment is adapted to be secured between the holder and the nozzle in a second mode of use and wherein the attachment comprises: 15. a passage which can be connected on the one hand to the discharge of the holder and on the other hand to the nozzle, closing or releasing the passage at least partially; - operating means for operating the closing means. 20 2. Hulpstuk volgens conclusie 1, waarbij het hulpstuk een huis met een zich hoofdzaak dwars op de doorlaat uitstrekkende uitsparing omvat en waarbij de afsluitmiddelen en bedieningsmiddelen gecombineerd zijn tot in een in de uitsparing aangebracht en van ten minste een doorgang voorzien schuifelement, waarbij het 25 schuifelement verschuifbaar is tussen een de doorlaat in hoofdzaak afsluitende stand en een de doorlaat in hoofdzaak vrijgevende stand.2. Accessory according to claim 1, wherein the accessory comprises a housing with a recess extending substantially transversely of the passage and wherein the closing means and operating means are combined into a sliding element arranged in the recess and provided with at least one passage, sliding element is slidable between a position which substantially closes the passage and a position which substantially releases the passage. 3. Hulpstuk volgens conclusie 2, waarbij het schuifelement heen en weer verschuifbaar is en waarbij in de afsluitende stand een eerste uiteinde van het 30 schuifelement en in de vrijgevende stand een tweede, tegenoverliggend uiteinde van het schuifelement uitsteken uit het huis van het hulpstuk.3. Accessory according to claim 2, wherein the sliding element is slidable to and fro and wherein in the closing position a first end of the sliding element and in the releasing position a second, opposite end of the sliding element protrude from the housing of the accessory. 4. Hulpstuk volgens conclusie 2 of 3, waarbij het eerste uiteinde ten minste gedeeltelijk een eerste kleur en het tweede uiteinden ten minste gedeeltelijk een tweede kleur, afwijkend van de eerste kleur, heeft.An accessory according to claim 2 or 3, wherein the first end has at least partially a first color and the second ends at least partially have a second color different from the first color. 5. Hulpstuk volgens conclusie 1, waarbij het hulpstuk een huis met een uitsparing omvat en waarbij de afsluit- en bedieningsmiddelen zijn gecombineerd tot een in de uitsparing aangebracht en van ten minste een excentrische doorgang voorzien draaielement, waarbij het draaielement draaibaar is tussen een de doorlaat in hoofdzaak afsluitende stand en een de doorlaat in hoofdzaak vrijgevende stand. 10An accessory according to claim 1, wherein the accessory comprises a housing with a recess and wherein the closing and operating means are combined into a rotary element arranged in the recess and provided with at least one eccentric passage, the rotary element being rotatable between a passage substantially closing position and a position substantially releasing the passage. 10 6. Hulpstuk volgens conclusie 5, waarbij het draaielement aan zijn buitenwand voorzien is van een vanaf buiten het huis bereikbaar bedieningselement waarmee het draaielement handmatig te draaien is.An accessory according to claim 5, wherein the rotating element is provided on its outer wall with an operating element accessible from outside the housing with which the rotating element can be turned manually. 7. Hulpstuk volgens conclusie 5 of 6, waarbij het huis een proximale ten opzichte van het draaielement gepositioneerde schijf omvat, de aanstroomzijde waarvan een ten minste gedeeltelijk holle vorm heeft.An accessory according to claim 5 or 6, wherein the housing comprises a disc positioned proximal to the rotary element, the inflow side of which has an at least partially hollow shape. 8. Hulpstuk volgens conclusie 2 of 5, waarin in de vrijgevende stand de doorlaat 20 en doorgang een open verbinding vormen tussen de afvoer en het mondstuk en in welke stand de doorgang en de doorlaat zich bij voorkeur in eikaars verlengde uitstrekken.8. Device as claimed in claim 2 or 5, wherein in the releasing position the passage 20 and passage form an open connection between the discharge and the nozzle and in which position the passage and the passage preferably extend in line with each other. 9. Hulpstuk volgens een van de voorgaand conclusies, omvattende een aangrijpelement dat is gevormd om door de hand van een gebruiker aangegrepen te 25 worden, waarbij het aangrijpelement zwenkbaar ten opzichte van het hulpstuk is uitgevoerd.9. An accessory according to any one of the preceding claims, comprising an engaging element that is formed to be grasped by the hand of a user, wherein the engaging element is designed to be pivotable with respect to the accessory. 10. Hulpstuk volgens conclusie 9, waarbij het aangrijpelement in een aantal zwenkstanden ten opzichte van het spuitelement te zwenken en bij voorkeur in deze 30 standen vast te zetten is.10. An accessory according to claim 9, wherein the engaging element can be pivoted in a number of pivoting positions relative to the spray element and preferably can be fixed in these positions. 11. Hulpstuk volgens conclusie 10, waarbij het aangrijpelement traploos te zwenken is en in een willekeurige stand is vast te zetten.An accessory according to claim 10, wherein the engaging element is infinitely pivotable and can be fixed in any position. 12. Hulpstuk volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het aangrijpelement in de tweede gebruiksmodus tussen het mondstuk en het hulpstuk en/of tussen het hulpstuk en het spuitelement zwenkbaar is aangebracht. 5An accessory according to any one of the preceding claims, wherein the engaging element is pivotally arranged between the nozzle and the accessory and / or between the accessory and the spraying element in the second use mode. 5 13. Hulpstuk volgens een van de conclusies 9-12, waarbij de bevestigingsmiddelen zijn uitgevoerd om het aangrijpelement in een willekeurige stand vast te klemmen tussen het mondstuk en het hulpstuk en/of tussen het hulpstuk en het spuitelement. 10An accessory according to any of claims 9-12, wherein the attachment means are adapted to clamp the engaging element in an arbitrary position between the nozzle and the accessory and / or between the accessory and the spray element. 10 14. Hulpstuk volgens een van de conclusies 9-13, waarbij het aangrijpelement is uitgevoerd om bevestigd te worden aan of één geheel te vormen met het bedieningselement zoals gedefinieerd in conclusie 6.An accessory according to any of claims 9-13, wherein the engaging element is adapted to be attached to or to form one whole with the operating element as defined in claim 6. 15. Hulpstuk volgens conclusie 14, waarbij het huis een aantal losmaakbaar aan elkaar bevestigde huisdelen omvat, waarbij in losgemaakte toestand het draaielement in een of meer van de huisdelen te rangschikken is en in vastgemaakte toestand het draaielement door een of meer van de huisdelen wordt opgesloten.Attachment as claimed in claim 14, wherein the housing comprises a number of housing parts releasably attached to each other, wherein in the detached state the rotating element can be arranged in one or more of the housing parts and in the fixed condition the rotating element is confined by one or more of the housing parts . 16. Hulpstuk volgens conclusie 15, omvattende een of meer ringvormige elementen die ter borging over de tegen elkaar geplaatste huisdelen kunnen worden geschoven.An accessory according to claim 15, comprising one or more annular elements that can be slid over the housing parts placed against each other for securing. 17. Hulpstuk volgens conclusie 16, waarbij een ringvormig element een deel met 25 een in hoofdzaak conische vorm omvat.17. Attachment according to claim 16, wherein an annular element comprises a part with a substantially conical shape. 18. Hulpstuk volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende een of meer aan het draaielement en het huis voorziene aanslagdelen voor het beperken van de maximale draaihoek van het draaielement tussen de gesloten en vrijgevende stand. 30An accessory according to any one of the preceding claims, comprising one or more stop members provided on the rotary element and the housing for limiting the maximum angle of rotation of the rotary element between the closed and releasing position. 30 19. Samenstel voor het afgeven van een viskeuze substantie, in het bijzonder een vloeibare lijm of kit, het samenstel omvattende een spuitinrichting en een hulpstuk, bij voorkeur een hulpstuk volgens een van de voorgaande conclusies, welke spuitinrichting omvat: - een spuitelement omvattende een in hoofdzaak cilindrische houder voorzien van een afvoer, van een in de houder verplaatsbaar aangebrachte plunjer waarmee in de 5 houder voorziene substantie via de afVoer uit de houder te persen is, van een mondstuk voor het geleiden en afgeven van de via de afvoer afgevoerde substantie en van aan de houder voorziene eerste bevestigingsmiddelen en aan het mondstuk voorziene tweede bevestigingsmiddelen voor het in een eerste gebruiksmodus losmaakbaar aan elkaar bevestigen van de houder en het mondstuk; 10 met het kenmerk, dat het hulpstuk is ingericht om in een tweede gebruiksmodus tussen de houder en het mondstuk te worden bevestigd en dat het hulpstuk omvat: - een doorlaat die enerzijds op de afvoer van de houder en anderzijds op het mondstuk aan te sluiten is, - afsluitmiddelen voor het ten minste gedeeltelijk afsluiten of vrijgeven van de 15 doorlaat; - bedieningsmiddelen voor het bedienen van de afsluitmiddelen.19. An assembly for dispensing a viscous substance, in particular a liquid glue or sealant, the assembly comprising a spraying device and an attachment, preferably an attachment according to any one of the preceding claims, which spraying device comprises: - a spraying element comprising a substantially cylindrical holder provided with a drain, a plunger arranged displaceably in the holder with which substance provided in the holder can be pressed out of the holder via the discharge, a mouthpiece for guiding and dispensing the substance discharged via the drain and of first fastening means provided on the holder and second fastening means provided on the mouthpiece for releasably fastening the holder and the mouthpiece together in a first mode of use; Characterized in that the attachment is adapted to be secured between the holder and the nozzle in a second mode of use and that the attachment comprises: a passage which can be connected on the one hand to the outlet of the holder and on the other hand to the nozzle closing means for at least partially closing or releasing the passage; - operating means for operating the closing means. 20. Samenstel volgens conclusie 19, omvattende: - een steun waarop het spuitelement losmaakbaar te bevestigen is; 20. verplaatsingsmiddelen die zijn ingericht voor het verplaatsen van de plunjer in de richting van het mondstuk voor het afgeven van de substantie.Assembly as claimed in claim 19, comprising: - a support on which the spray element can be releasably mounted; 20. displacement means adapted to displace the plunger in the direction of the substance dispensing nozzle. 21. Samcnstcl volgens conclusie 19 of 20, waarbij het hulpstuk is voorzien van een bevestigingselement voor bevestiging daarvan aan het spuitelement en/of aan de 25 steun.21. Assembly as claimed in claim 19 or 20, wherein the accessory is provided with a fixing element for fixing thereof to the spray element and / or to the support.
NL2002846A 2009-05-06 2009-05-06 AID FOR A SPRAYER. NL2002846C2 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2002846A NL2002846C2 (en) 2009-05-06 2009-05-06 AID FOR A SPRAYER.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2002846 2009-05-06
NL2002846A NL2002846C2 (en) 2009-05-06 2009-05-06 AID FOR A SPRAYER.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2002846C2 true NL2002846C2 (en) 2010-11-09

Family

ID=41508336

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2002846A NL2002846C2 (en) 2009-05-06 2009-05-06 AID FOR A SPRAYER.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2002846C2 (en)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4637531A (en) * 1982-09-29 1987-01-20 Olsson Sven O Spout with gate
US5944226A (en) * 1997-06-09 1999-08-31 Liquid Control Corporation Add-on valve assembly for dual-component cartridge
US20030021178A1 (en) * 2001-07-24 2003-01-30 Hagel Gerald W. System and kit for dispensing reactive two component materials
WO2004101171A1 (en) * 2003-03-04 2004-11-25 Ll Lafond Intellectual Properties Inc. Nozzle for dispensable viscous materials

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4637531A (en) * 1982-09-29 1987-01-20 Olsson Sven O Spout with gate
US5944226A (en) * 1997-06-09 1999-08-31 Liquid Control Corporation Add-on valve assembly for dual-component cartridge
US20030021178A1 (en) * 2001-07-24 2003-01-30 Hagel Gerald W. System and kit for dispensing reactive two component materials
WO2004101171A1 (en) * 2003-03-04 2004-11-25 Ll Lafond Intellectual Properties Inc. Nozzle for dispensable viscous materials

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20130320041A1 (en) Spray head
BE1020419A5 (en) MANUAL APPLICATOR SUITABLE FOR PISTOL VALVE CONTAINERS.
EP1888421B1 (en) Container with a device to discharge a product
US20120046689A1 (en) Wound Closure Material Applicator
EP1795145B1 (en) Dispensing cartridge with grip
EP0670275A1 (en) Sealable dispensing device for a pressurized container or container provided with a pump
US7806352B1 (en) Food grater with pour control
FR2908753A1 (en) DEVICE FOR AUTOMATICALLY DELIVERING SUCCESSIVE PRODUCT DOSES
US20030131864A1 (en) Hair treatment applicator and applicator head
EP1600078A1 (en) Product packaging and applying device
AU2009201608B2 (en) Dynamic mixing applicator
EP3944785A1 (en) Assembly for rechargeable dispensing of a cosmetic product
US20140323984A1 (en) Hand-Actuated Fluid Delivery Device Having Triggered Lock for Selectively Limiting Automatic Aspiration Stroke
US20060157508A1 (en) Device for storing and dispensing fluid substances
NL2002846C2 (en) AID FOR A SPRAYER.
JP6400573B2 (en) Trigas player with nozzle toggle switch extending through the opening in the cover
EP1761194B1 (en) Dispensing cartridge comprising a locking assembly
FR2884157A1 (en) HEAD OF DISTRIBUTION
US20130168471A1 (en) Gardening spray gun
WO2009007204A1 (en) Dispensing gun for viscous or pasty food products
EP0854760B1 (en) Actuator grip and apparatus provided therewith
EP3003906A1 (en) Protection system for container and bottle provided with such a protection system
EP1139814B1 (en) Hairdryer nozzle with variable configuration
WO2013057421A2 (en) Fluid product dispenser
EP2781162B1 (en) Multi-nozzle dispensing device for a food product

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20141201